01.05.2013 Views

Community policing - VU-DARE Home - Vrije Universiteit Amsterdam

Community policing - VU-DARE Home - Vrije Universiteit Amsterdam

Community policing - VU-DARE Home - Vrije Universiteit Amsterdam

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Buurtregie met mate<br />

overheid en een preventieve werking hebben op de objectieve veiligheid. Bovendien<br />

zou het duurzamer zijn, omdat zelfgekozen actie nou eenmaal meer draagvlak heeft<br />

dan opgelegde maatregelen (Gunther Moor & Peeters, 1996: 7).<br />

Gunther Moor en Peeters deden onderzoek naar de relatie tussen zelfredzaamheid en<br />

politiewerk. Het onderzoek concentreerde zich rondom de vraag of zelfredzaamheid<br />

nu juist gebaat was met minder politie of dat aanwezigheid van de politie juist voorwaarde<br />

was voor zelfredzaamheid. In dat kader vergeleken zij twee buurten, namelijk<br />

Udenhout, waar het lokale politiebureau net gesloten was en ’t Haagje in Helmond,<br />

waar zojuist een nieuw lokaal politiebureau geopend was (Gunther Moor & Peeters,<br />

1996: 5).<br />

De onderzoekers concludeerden dat fysieke nabijheid van de politie alleen niet voldoende<br />

is om onveiligheidsgevoelens van burgers te beïnvloeden, maar dat daarnaast<br />

kleinschalig optreden dicht bij burgers nodig was. Dit bleek uit het feit dat het nieuwe<br />

politiebureau in de buurt ’t Haagje, het gemis van de wijkagent bij bewoners niet kon<br />

verhelpen. Deze wijkagent was een spin in het web geweest in de buurt. Hij reageerde<br />

namelijk altijd direct op door bewoners gesignaleerde problemen, was aanspreekbaar<br />

en sprak zelf bewoners aan op hun gedrag en was een loyale bondgenoot voor externe<br />

partners, maatschappelijke instellingen en buurtverenigingen. In eigen woorden van<br />

een bewoner: ‘Nu worden de agenten weer “Wouten” voor de kinderen, dat wil zeggen<br />

ze zijn alleen negatief aanwezig’ (Gunther Moor & Peeters, 1996: 53, 94).<br />

Opmerkelijk is verder dat op basis van het onderzochte wordt vastgesteld dat het ingezette<br />

veiligheidsbeleid in beide buurten overwegend instrumenteel-rationeel van aard<br />

was en dat overschrijding van een bepaald niveau van dergelijke ingrepen contraproductief<br />

is. Een instrumenteel-rationele benadering gaat ervan uit dat de overheid door<br />

ingrepen van buitenaf problemen kan oplossen. Dit gebeurt dan door negatieve prikkels<br />

zoals het verhogen van pakkans en sancties en door het beperken van de gelegenheid<br />

tot het plegen van criminaliteit en overlast door toename van toezicht en controle<br />

en het aanbrengen van fysieke belemmeringen (Gunther Moor & Peeters, 1996: 95).<br />

Een dergelijke aanpak, die wederom afstand tussen politie en bevolking bevordert,<br />

vergt een aanvullende strategie die de balans in die relatie weer herstelt. Dat is volgens<br />

onderzoekers het bevorderen van zelfredzaamheid. In het licht van de onderzoeksresultaten<br />

zal de politie daarin slagen als zij enerzijds als achterwacht optreedt<br />

voor het geval een burgerinitiatief hapert. Het gaat dan om de factoren nabijheid,<br />

beschikbaarheid, aanwezigheid, bereikbaarheid, bekendheid en persoonlijke gekendheid.<br />

Anderzijds moet de politie optreden als katalysator, daar waar burgerinitiatieven<br />

tot stand gekomen zijn. Uiteindelijk zal sociale zelfredzaamheid van burgers zowel de<br />

subjectieve als de objectieve veiligheid ten goede komen (Gunther Moor & Peeters,<br />

1996: 7, 96).<br />

In 1995 deed Raspe (1996) onderzoek naar een ander project in het kader van het<br />

bevorderen van zelfredzaamheid. In dat kader werden in zeven buurten koppels van<br />

wijkagenten nieuwe stijl en opbouwwerkers ingezet. Hun taak was het stimuleren<br />

60

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!