Community policing - VU-DARE Home - Vrije Universiteit Amsterdam

12 Laagdrempeligheid en burgerbetrokkenheid
Bij de aanpak van deze jeugdgroep hebben de buurtregisseurs ervaren dat persoonlijk
naar justitie stappen om deze te overtuigen van de noodzaak van bepaalde maatregelen
ten aanzien van criminele jongeren werkt. Ze komen dan niet meer binnen enkele
dagen na aanhouding terug op straat, maar blijven voor langere tijd vastzitten. Op die
manier is de overlast sterk teruggedrongen, maar niet voor goed opgelost. De vraag is
wat er gebeurt als de jongeren terugkomen in de straat.
Overigens zijn burgers in het kader van de buurtveiligheidsteams geënquêteerd en
gevraagd de belangrijkste overlastproblemen te kiezen, die zij graag aangepakt wilden
zien. Tot verrassing van de buurtregisseurs kreeg overlast door vervuiling eerste,
overlast van verkeer tweede en jeugdoverlast pas derde prioriteit. Deze communicatie
met burgers in het kader van de buurtveiligheidsteams werd grotendeels weggezet bij
het stadsdeel als verantwoordelijkheid van het bestuur. Uit de reacties van de betrokken
burgerrespondenten blijkt echter, dat deze weliswaar de inzet van extra agenten
hebben opgemerkt, maar dat het buurtveiligheidsteam als zodanig niet echt is waargenomen.
Terugkoppeling van activiteiten was dan ook voornamelijk gericht op professionele
partijen.
Burgers worden door de politie voornamelijk gezien als leveranciers van informatie,
communicatie met burgers wordt vaak beschouwd als verantwoordelijkheid van het
bestuur en in veel van de multi-etnische buurten van dit onderzoek is bovendien
sprake van allochtone deelgemeenschappen die niet open staan voor enige betrokkenheid
bij een organisatie als de politie. Daardoor richt het probleemgerichte werken zich
voornamelijk op samenwerken met professionals en concentreert zich op professionele
overlegvormen waarin veelal zonder burgers over burgers wordt beslist.
Feitelijk is burgerbetrokkenheid echter één zijde van de medaille van probleemgericht
werken en het samenwerken met professionals de andere. De buurtregisseur heeft bij
het probleemgericht werken te maken met beide partijen, namelijk enerzijds de burgers
en anderzijds de professionals. Probleemgericht werken gaat over het analyseren,
prioriteren en aanpakken van lokale problemen samen met partners. De laagdrempelige
aanwezigheid, bereikbaarheid en benaderbaarheid van de buurtregisseur in de
buurt geeft hem de mogelijkheid een buurtnetwerk op te bouwen van burgers en professionals.
Dit buurtnetwerk heeft hij nodig voor de aanpak van problemen.
Bij burgers gaat het om personen die in de buurt wonen en werken, bij professionals
gaat het om veldwerkers en beleidsmedewerkers die in de buurt werken, waaronder het
lokale bestuur en dus de lokale politiek. Idealiter pakt men samen praktische problemen
op waaraan burgers urgentie geven die oplosbaar zijn op lokaal niveau. Daarin
pakt dan ieder zijn eigen aandeel of zorgt ervoor dat de respectievelijke eigen organisatie
(professionals) of achterban (bewoners) dit oppakt. Dat geldt uiteraard ook voor
de buurtregisseur. Dit werkveld van de buurtregisseur is vereenvoudigd weergegeven
in figuur 3. De consequentie van deze veelzijdigheid is dat vanuit zeer diverse partijen
beslag gelegd wordt op buurtregisseurs. Buurtregisseurs moeten daardoor voortdurend
317