Onder ambtenaren - Jeronimus van Pelt
Onder ambtenaren - Jeronimus van Pelt
Onder ambtenaren - Jeronimus van Pelt
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
30 31<br />
reInIer Ter KuILe<br />
Directeur Justitieel Jeugdbeleid<br />
Ministerie <strong>van</strong> Veiligheid en Justitie<br />
Donderdag 14 januari 2010. Directeur Reinier ter Kuile had op de derde etage laagbouw <strong>van</strong> Veiligheid en<br />
Justitie net een overleg met minister Hirsch Ballin en staatssecretaris Albayrak achter de rug. Twee dagen<br />
eerder had een aardbeving de Haïtiaanse hoofdstad Port-au-Prince en omgeving zwaar getroffen.<br />
De gebeurtenis had in de toren het dossier interlandelijke adoptie plots actueel gemaakt.<br />
“De bewindspersonen zaten nog op de voor hen gebruikelijke plaats aan de vergadertafel. Er was een nota<br />
onderweg met een advies, maar we moesten snelheid maken. Ik ben achter ze gaan staan. Ik informeerde ze<br />
over berichten die ik had gekregen over de situatie in Haïti. Er bleken kinderen in getroffen tehuizen te zitten<br />
die al waren gekoppeld aan Nederlandse adoptieouders. De situatie in de tehuizen werd met het uur nijpender.<br />
Wij wilden kijken of het mogelijk was deze kinderen versneld naar Nederland te halen. Een adoptieorganisatie<br />
had daar sterk op aangedrongen. Maar voor ik daarover het overleg aanging, wilde ik weten of ik ruimte<br />
had om er verder op te handelen. De minister, verantwoordelijk voor interlandelijke adoptie, en de staatssecretaris,<br />
verantwoordelijk voor de toelating, draaiden zich naar me om. Ze stelden nog een paar vragen. Tot<br />
mijn verbazing zeiden ze daarna meteen: Go, ga maar door.”<br />
“Het was de start <strong>van</strong> een krankzinnige week”, zo herinnert Ter Kuile zich. “Wij hebben een team gevormd dat<br />
elke dag om half negen bij elkaar kwam om de actualiteit en het werk <strong>van</strong> die dag te bespreken. Met mensen<br />
<strong>van</strong> mijn eigen directie en de Centrale Autoriteit, de directies Voorlichting, Wetgeving, Vreemdelingenbeleid,<br />
en de IND. Daarnaast hadden we als team intensieve contacten met de adoptieorganisaties, Buitenlandse<br />
Zaken, de Raad voor de Kinderbescherming, het Landelijk Overleg Voorzitters Familiekamers en zelfs adoptieouders.<br />
Al die partijen waren nodig om een overkomst <strong>van</strong> die kinderen en een goed verloop <strong>van</strong> het proces bij<br />
aankomst mogelijk te maken. Vrijwel iedere dag kwam er wel een vraag of voorwaarde naar voren waar we nog<br />
iets voor moesten regelen. Enerzijds wilden we <strong>van</strong>wege de humanitaire situatie adoptiekinderen versneld<br />
naar Nederland halen. Anderzijds moesten we er ook voor zorgen dat er geen kinderen in het vliegtuig terecht<br />
zouden komen die niet naar Nederland mochten. De emoties liepen soms hoog op.<br />
Op donderdag 21 januari 2010 landde het vliegtuig met 105 Haïtiaanse kinderen op het vliegveld in Eindhoven.<br />
En daarnaast een aantal kinderen dat door zou vliegen naar Luxemburg. Baby’s in de armen <strong>van</strong> hulpverleners.<br />
“Stel je de positie <strong>van</strong> de adoptieouders voor. Eerst horen ze <strong>van</strong> ons dat de adoptie jaren kan duren, en dan<br />
krijgen ze op zaterdagavond een telefoontje met de boodschap dat hun kind over een paar dagen in Nederland<br />
zal zijn. Eén moeder heeft gezegd: ‘Ik ben er nog niet klaar voor’.”