01.05.2013 Views

Download als pdf-bestand - Maatschappijwetenschappen ...

Download als pdf-bestand - Maatschappijwetenschappen ...

Download als pdf-bestand - Maatschappijwetenschappen ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

nationaal niveau stonden velen er van den aanvang af sceptisch tegenover. Vooral<br />

op de hogere schaalniveaus kwam daarom in de jaren zeventig de procesplanning<br />

in zwang, die zich richtte op het in kaart brengen van sociaal-ruimtelijke systemen<br />

en de ontwikkeling daarvan. Het onderzoek van deze systemen vierde hoogtij,<br />

maar de ontwerpers raakten de greep op de concrete werkelijkheid enigszins<br />

kwijt; het was geen toeval dat in de jaren tachtig de Eo Wijersprijsvraag werd<br />

ingesteld teneinde het grootschalig ontwerpen weer een impuls te geven. Inmiddels<br />

zag men, op alle schaalniveaus, ook een min of meer sluipende verschuiving<br />

naar planning van projecten in plaats van grotere gehelen. Op nationaal niveau<br />

kwam dit tot uiting in de structuurschema’s, op lokaal niveau in postzegelplannen<br />

en het grootscheepse gebruik van artikel 19 WRO. Het belang van onderzoek<br />

nam hierdoor sterk af, of beter gezegd: werd veel minder ingezien.<br />

De ontwikkeling is uiteindelijk uitgemond in de zogenaamde communicatieve<br />

planning, waarbij de plannen tot stand komen door onderhandeling tussen<br />

verschillende overheden en belanghebbende particulieren (onder andere door<br />

publiek-private samenwerking). Ook voor de bovenbeschreven problemen met<br />

de grondaankopen in de Vinex-wijken wordt de oplossing in deze richting<br />

gezocht. De rol van onderzoek en ontwerp in deze planningaanpak is het toeleveren<br />

van gegevens en ideeën waarover onderhandeld kan worden en die <strong>als</strong><br />

argumenten kunnen worden ingebracht.<br />

Verschillende inv<strong>als</strong>hoeken<br />

Zo<strong>als</strong> de bovenstaande uiteenzettingen reeds doen zien is een kenmerk van de<br />

Nederlandse ruimtelijke ordening dat er zeer veel verschillende instellingen bij<br />

betrokken zijn. Regelmatig hoort men opmerkingen over onoverzichtelijkheid<br />

(zie de opsomming in de bijdrage van Sterk in deze bundel) en klachten over<br />

versnippering en verkokering. Daar is natuurlijk in de eerste plaats de verdeling<br />

van bevoegdheden over de drie bestuursniveaus. Binnen elk van deze bestuursniveaus<br />

vindt men taakverdelingen tussen departementen, afdelingen en beleidsvelden,<br />

waarbij omdat de inrichting van het grondgebied overal mee te maken<br />

heeft regelmatig de noodzaak van samenwerking c.q. het probleem van competentiestrijd<br />

optreedt. Maar ook buiten de overheid bemoeien veel instellingen<br />

zich met de ruimtelijke ordening. Universiteiten, semi-publieke instituten en<br />

particuliere bureaus doen aan onderzoek en ontwerp. Projectontwikkelaars en<br />

belangen-, pressie- en actiegroepen trachten het beleid te beïnvloeden. En individuele<br />

burgers doen ook mee.<br />

Het gaat te ver om deze hele kluwen van instellingen en actoren hier te beschrijven.<br />

We volstaan met één voorbeeld. Gezien de achtergronden van de auteurs<br />

van deze bundel ligt dat op het terrein van het onderzoek. In 1975 heeft het<br />

PSC-TNO (thans INRO-TNO geheten) het ruimtelijk onderzoek in Nederland<br />

geïnventariseerd. Dat leverde een grote hoeveelheid gegevens op. Het bleek dat<br />

13

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!