De Nederlandse beeldenaars van 1586-1626
De Nederlandse beeldenaars van 1586-1626
De Nederlandse beeldenaars van 1586-1626
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
34 H. ENNO VAN GELDER<br />
anderd dienst gedaan tot en met de Beeldenaer <strong>van</strong> 1622. Pas in <strong>1626</strong> werd deze<br />
reeks op de hiervoor uiteengezette wijze grotendeels nieuw opgezet.<br />
<strong>De</strong> gehele reeks <strong>van</strong> de Beeldenaers die tussen <strong>1586</strong> en <strong>1626</strong> in de Republiek<br />
zijn uitgegeven, maakt dan ook een enigszins bedriegelijk homogene indruk.<br />
<strong>De</strong> talrijke nieuwe afbeeldingen die geleidelijk zijn toegevoegd, hebben in<br />
hoofdzaak betrekking op <strong>Nederlandse</strong> muntsoorten, die in de loop <strong>van</strong> deze<br />
periode voor het eerst geslagen of toegelaten zijn. Anderzijds zijn, behalve bij de<br />
om<strong>van</strong>grijke zuivering <strong>van</strong> 1619/1622, slechts in zeer beperkte mate afbeeldingen<br />
afgevoerd, wederom voornamelijk <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> munten, die door<br />
wetgevende maatregelen uitdrukkelijk verboden werden. Voor de buitenlandse<br />
munten is het om<strong>van</strong>grijke illustratiemateriaal dat oorspronkelijk in het<br />
midden <strong>van</strong> de 16e eeuw vervaardigd was, voortdurend ongewijzigd gehandhaafd,<br />
zonder dat in de praktijk niet meer rele<strong>van</strong>te afbeeldingen uitgeschift<br />
werden of nieuwe typen bijgetekend. <strong>De</strong> al sterk uitgedunde Beeldenaer <strong>van</strong><br />
<strong>1626</strong> bevat dan ook nog op een totaal <strong>van</strong> 384 afbeeldingen 162 houtsneden die<br />
al in die <strong>van</strong> <strong>1586</strong> waren afgedrukt, die <strong>van</strong> 1619 zelfs bijna 450 stuks.<br />
Dit dient terdege in het oog gehouden te worden, wanneer men uit de<br />
Beeldenaers conclusies wil trekken betreffende de toestand <strong>van</strong> de muntcirculatie<br />
in ons land. Het voorkomen <strong>van</strong> een bepaalde afbeelding betekent<br />
natuurlijk wel formeel dat de munt officieel als gangbaar betaalmiddel gebruikt<br />
kon worden; allerminst mag daar echter uit afgeleid worden dat de munt ook<br />
werkelijk in het jaar dat op het titelblad <strong>van</strong> de Beeldenaer voorkomt in de<br />
<strong>Nederlandse</strong> omloop gesignaleerd was. In ieder voorkomend geval dient de herkomst<br />
<strong>van</strong> de afbeelding nagegaan te worden en dan zal veelal blijken dat de<br />
houtsnede al tientallen jaren eerder vervaardigd was: aangenomen mag slechts<br />
worden dat de munt in de tijd <strong>van</strong> de eerste afbeelding aan een Nederlands<br />
deskundige onder ogen gekomen is. Anderzijds mag echter inderdaad ook er<strong>van</strong><br />
uitgegaan worden dat de munt althans eenmaal in de Nederlanden aanwezig geweest<br />
is en door een houtsnijder naar beste weten is weergegeven. Met alle reserves<br />
betreffende onnauwkeurigheden in de afbeeldingen, waarop hiervoor al<br />
uitvoerig de aandacht gevestigd is (en het weergeven <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> onuitgegeven<br />
ontwerpen), mogen de houtsneden dan ook in de zeldzame gevallen dat<br />
een ermee overeenstemmende munt nog niet in collecties of vondsten is<br />
aangetroffen, als betrouwbare aanwijzing beschouwd worden dat het type wel<br />
degelijk bestaan heeft21. Er zijn trouwens al heel wat munten, die in 19e eeuwse<br />
handboeken bij gebrek aan andere gegevens naar de Beeldenaers afgetekend<br />
werden, sedertdien teruggevonden.<br />
SUMMARY.<br />
After the formal secession of the Northern Netherlands from the King of Spain in 1581, the first<br />
general Coinage Act regulating the currency of the United Provinces was proclaimed under the