De Nederlandse beeldenaars van 1586-1626
De Nederlandse beeldenaars van 1586-1626
De Nederlandse beeldenaars van 1586-1626
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
14 H. ENNO VAN GELDER<br />
Het is moeilijk te zeggen in hoeverre Generaalmeesters zich nog bemoeid hebben<br />
met de details daar<strong>van</strong>, maar het lijkt waarschijnlijk dat dit voornamelijk<br />
door de drukker werd gedaan.<br />
<strong>De</strong> grote overeenkomst tussen de tarieven <strong>van</strong> 1579 en <strong>van</strong> <strong>1586</strong> maakte het<br />
voor de drukker moge 1 Ijk uit te gaan <strong>van</strong> de bij het tarief <strong>van</strong> 1579 behorende<br />
geïllustreerde uitgave, Figuren 1580. Inderdaad heeft dit werk duidelijk als<br />
werkvoorbeeld voor de nieuwe uitgave gediend. <strong>De</strong> volgorde <strong>van</strong> de afbeeldingen<br />
is in hoofdzaak dezelfde; alleen zijn de na 1580 verschenen munten op verschillende<br />
plaatsen ingevoegd en zijn de Engelse munten, evenals in de tekst <strong>van</strong> de<br />
ordonnantie, zoveel mogelijk voorop geplaatst. In het algemeen zijn, afgezien<br />
<strong>van</strong> de door de nieuwe regelingen vereiste toevoegingen en weglatingen die hiervoor<br />
reeds werden genoemd, dezelfde munten afgebeeld als in Figuren 1580.<br />
Wel heeft echter enige bekorting plaats gevonden, doordat hier en daar binnen<br />
iedere reeks een afbeelding, die blijkbaar minder belangrijk geacht werd, is weggelaten.<br />
Dit is vooral merkbaar in de lange reeksen <strong>van</strong> Duitse en Italiaanse<br />
munten, waar<strong>van</strong> resp. 53 en 23 in 1580 afgebeelde soorten in <strong>1586</strong> niet<br />
herhaald worden. Maar anderzijds zijn ook in diezelfde reeksen een aantal voor<br />
1580 verschenen munttypen afgebeeld, die in Figuren niet voorkwamen. Bij<br />
elkaar hebben <strong>van</strong> de 513 houtsneden in Figuren 1580 364 stuks een parallel in<br />
de Beeldenaer en zijn 149 stuks weggelaten, waar<strong>van</strong> slechts 20, omdat zij in de<br />
nieuwe koersregeling niet meer als gangbaar erkend werden. Daartegenover<br />
zijn 87 afbeeldingen toegevoegd, zodat de Beeldenaer 451 houtsneden <strong>van</strong> in<br />
1580 bestaande muntsoorten bevat.<br />
<strong>De</strong>ze verregaande overeenkomst is voor een groot deel te begrijpen uit de<br />
voorgeschiedenis <strong>van</strong> het gros <strong>van</strong> de in <strong>1586</strong> gebruikte houtsneden. Zoals reeds<br />
werd opgemerkt, had Claesz. immers de beschikking over de houtblokken die<br />
zijn stadgenoot Jan Ewoutsz. tegen 1560 had laten copiëren naar de houtsneden<br />
in de Gentse uitgaven <strong>van</strong> Joost Lambrecht en deze waren in het bezit <strong>van</strong> Van<br />
Parijs, die ze voor Figuren 1580 had gebezigd (afb. 1-4). Claesz. had dus voor<br />
alle munten ouder dan 1560 niet anders te doen dan uit de voorraad <strong>van</strong><br />
Ewoutsz. de blokjes bijeen te zoeken die met afbeeldingen in Figuren overeenkwamen.<br />
Op deze wijze zijn <strong>van</strong> de 497 afbeeldingen in de Beeldenaer niet<br />
minder dan 378 stuks gedrukt met houtblokken die al eerder voor de boekjes<br />
<strong>van</strong> Ewoutsz. hadden dienst gedaan. Zij komen dus, behoudens wat minder<br />
fraaie uitvoering en enkele bij het natekenen ingeslopen fouten, in hoge mate<br />
overeen met de in Antwerpen gebruikte houtsneden zonder geheel identiek te<br />
zijn.<br />
<strong>De</strong> verschillen tussen Figuren en Beeldenaer zijn in hoofdzaak daarop terug te<br />
voeren, dat zowel Van Parijs als Claesz. een aantal vroeger gemaakte afbeeldingen<br />
niet opnieuw hebben gebruikt, maar hun selectie enigszins verschillend<br />
geweest is. In een enkel geval kan de reden geweest zijn, dat oude blokjes verloren<br />
of beschadigd waren, maar de meeste waren blijkens later gebruik in de<br />
Manualen nog wel intakt.