View/Open - Document Server@UHasselt
View/Open - Document Server@UHasselt View/Open - Document Server@UHasselt
1.3.1 Lippen en wangen De lippen (labium superius en inferius) begrenzen de mondspleet (rima oris). Deze bestaan uit spierweefsel, zijn langs buiten bekleed met huid en aan de binnenzijde met mucosa (kliertjes). Het philtrum is een verticale groeve in het midden van de bovenlip. De wangen (buccae) vertonen een analoge opbouw. De wangen danken hun stevigheid deels aan het corpus adiposum buccae (vetkwabje van Biçhat). Het slijmvlies aan de binnenzijde van lippen en wangen is continu met het tandvlees (gingivae), dat stevig vastzit aan de processus alveolares van boven- en onderkaak. Vooraan in de middellijn bevindt zich een kleine slijmvliesplooi tussen de binnenzijde van boven- en onderlip enerzijds en de gingiva anderzijds (frenulum labii superioris en inferioris). 2-4 1.3.2 De tanden Bij de volwassene bevinden zich in de alveoli dentales van boven- en onderkaak telkens 16 tanden (dentes). Beginnend vanaf de middenlijn zijn dit per halve arcus: 2 snijtanden (dentes incisivi), 1 hoektand (dentes canini ), 2 voorkiezen (dentes premolares) en 3 kiezen (dentes molares). De dentes permantentes van het volwassen gebit worden voorafgegaan door het melkgebit de dentes decidui. Dit bestaat uit 2 snijtanden, 1 hoektand en 2 melkmolaren. Vanaf het 6de levensjaar breken de definitieve tanden door, te beginnen met de eerste molaar. Om onduidelijkheden te voorkomen wordt het gebit verdeeld in vier kwadranten met een internationale tandnummering (figuur 3). Deze geeft alle tanden in het menselijke gebit een nummer met betrekking tot het kwadrant waarin de tand staat (aangegeven met tientallen) en hoe ver de tand van de middenlijn staat (aangegeven met eenheden). 2-4 Figuur 3: Internationale tandnummering melk-en volwassen gebit 3 3
1.3.2.1 Inclinatie van de fronttanden De fronttanden van boven-en onderkaak hebben een grote invloed op de vorm van het zachte weefsel. Om een harmonische lip versus tandverhouding te realiseren is de inclinatie van het bovenfront essentieel. De inclinatie van de fronttanden bepaalt de overjet, de underbite (horizontale afstand in sagittale zin tussen frontelement van bovenkaak tot frontelement van onderkaak) en de overbite (verticale overlapping tussen boven- en onderfrontelement) (figuur 4). 5 Figuur 4: Overbite, Overjet en Underbite 4 Inclinatie van de fronttanden wordt in de 2D cefalometrische software Onyx Ceph weergegeven door de sectie “Hoeken tussen Vlakken” door de metingen Max1-NF en Mand1-MP. NF staat voor Nasal Floor en wordt geconstrueerd door ANS te verbinden met PNS. Max1-NF is de inclinatie van het bovenincisief ten opzichte van palatinale basis. MP staat voor Mandibular Plane en wordt geconstrueerd door Menton te verbinden met Gonion. Mand1-MP is de inclinatie van het onderincisief ten opzichte van het mandibulair vlak (figuur 5). 5 Figuur 5: Inclinatie van de fronttanden 4 4
- Page 1 and 2: aÉ=ÉÑÑÉÅíÉå=î~å=çëíÉ
- Page 3 and 4: Conclusie..........................
- Page 5 and 6: Voorwoord Terugkijkend op mijn vorm
- Page 7 and 8: Abstract The effects of orthognathi
- Page 9: Het gezicht valt in de Nomina Anato
- Page 13 and 14: gedeelte is minder mobiel, gezien d
- Page 15 and 16: 2 De samenwerking tussen orthodonti
- Page 17 and 18: Figuur 9: LeFort breuklijnen 5 2.3.
- Page 19 and 20: Figuur 11: Operatie van Wunderer 6
- Page 21 and 22: 2.3.4 Indicaties en contra-indicati
- Page 23 and 24: 3 3D cefalometrie Vooruitgang in co
- Page 25 and 26: Research Questions De combinatie ch
- Page 27 and 28: 2 Data verzameling 2.1 Computertomo
- Page 29 and 30: 3 Data verwerking 3.1 Maxilim softw
- Page 31 and 32: 3.1.1.3 Bepalen van Nasion en Sella
- Page 33 and 34: 3.1.1.5 3D cephalometrische oriënt
- Page 35 and 36: 3.1.1.7 3D cefalometrische oriënta
- Page 37 and 38: 3.1.1.7.1 Het Frankfurter horizonta
- Page 39 and 40: 3.1.1.7.5 Het vlak doorheen de faci
- Page 41 and 42: Een vergelijking met betrekking tot
- Page 43 and 44: Resultaten Een totaal van 22.230 3D
- Page 45 and 46: Graden (°) 120 100 80 60 40 20 0 C
- Page 47 and 48: 3.2 Intra-observer betrouwbaarheid
- Page 49 and 50: 3.4 Intra-observer betrouwbaarheid
- Page 51 and 52: patiënten te evalueren. Binnen het
- Page 53 and 54: enkel de afstand van een selectie p
- Page 55 and 56: 7 Veranderingen van het zachte weef
- Page 57 and 58: Bij de gulden snede (sectio aurea)
- Page 59 and 60: Accurate virtuele 3D cefalometrisch
1.3.2.1 Inclinatie van de fronttanden<br />
De fronttanden van boven-en onderkaak hebben een grote invloed op de vorm van het zachte<br />
weefsel. Om een harmonische lip versus tandverhouding te realiseren is de inclinatie van het<br />
bovenfront essentieel. De inclinatie van de fronttanden bepaalt de overjet, de underbite<br />
(horizontale afstand in sagittale zin tussen frontelement van bovenkaak tot frontelement van<br />
onderkaak) en de overbite (verticale overlapping tussen boven- en onderfrontelement) (figuur 4). 5<br />
Figuur 4: Overbite, Overjet en Underbite 4<br />
Inclinatie van de fronttanden wordt in de 2D cefalometrische software Onyx Ceph weergegeven<br />
door de sectie “Hoeken tussen Vlakken” door de metingen Max1-NF en Mand1-MP. NF staat voor<br />
Nasal Floor en wordt geconstrueerd door ANS te verbinden met PNS. Max1-NF is de inclinatie van<br />
het bovenincisief ten opzichte van palatinale basis. MP staat voor Mandibular Plane en wordt<br />
geconstrueerd door Menton te verbinden met Gonion. Mand1-MP is de inclinatie van het<br />
onderincisief ten opzichte van het mandibulair vlak (figuur 5). 5<br />
Figuur 5: Inclinatie van de fronttanden 4<br />
4