Questions et réponses écrites Schriftelijke vragen en ... - de Kamer

32006 QRVA 51 16323 - 4 - 20072. Quelle initiative envisagez-vous pour résoudre ceproblème?Réponse du secrétaire d’État à la Modernisation desFinances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjointau ministre des Finances du 18 avril 2007, à la questionn o 68 de M. Dirk Van der Maelen du 22 mai 2006(N.):L’article 10ter inséré dans la loi du 11 janvier 1993relative à la prévention de l’utilisation du systèmefinancier aux fins du blanchiment de capitaux stipulequ’un commerçant ne peut accepter le paiement enespèces d’un bien mobilier dont la valeur atteint ouexcède 15 000 euros. Conformément à l’article 113 dela loi du 14 juillet 1991 sur les pratiques du commerce,des infractions pourraient être constatées et donnerlieu à une amende administrative pouvant s’élever à1 250 000 euros.Il est cependant apparu que l’instauration d’uneprocédure de détermination d’amendes administrativesne s’inscrit pas vraiment dans le cadre des procéduresde contrôle prévues par la législation sur lespratiques du commerce.Le Conseil des ministres a approuvé le 24 novembre2006 un avant-projet de loi modifiant la loi du 11 janvier1993. Cet avant-projet vise à instaurer davantagede mesures de recherche et de répression consistantes.L’avant-projet a été soumis au Conseil d’État pouravis. Le projet a été approuvé en commission desFinances de la Chambre du 11 avril 2007 par le biaisd’un amendement du gouvernement et a été intégrédans la loi-programme.2. Wat overweegt u te doen om dit probleem op telossen?Antwoord van de staatssecretaris voor Moderniseringvan de Financiën en Strijd tegen de fiscale fraude,toegevoegd aan de minister van Financiën van 18 april2007, op de vraag nr. 68 van de heer Dirk Van derMaelen van 22 mei 2006 (N.):Het in de wet van 11 januari 1993 tot voorkomingvan het gebruik van het financiële stelsel voor hetwitwassen van geld ingevoerde artikel 10ter stelt dathet een handelaar verboden is om voor de betaling vaneen roerend goed ter waarde van 15 000 euro of meerbetaling in contanten te aanvaarden. Inbreukenzouden overeenkomstig artikel 113 van de wet van14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken wordenvastgesteld en aanleiding geven tot een administratieveboete die kan oplopen tot 1 250 000 euro.Evenwel is gebleken dat het invoeren van een procedurevan vaststelling van administratieve boetes nietecht kadert binnen de controleprocedures voorziendoor de wetgeving handelspraktijken.De Ministerraad heeft op 24 november 2006 eenvoorontwerp van wet tot wijziging van de wet van11 januari 1993 goedgekeurd. Dit voorontwerp heefttot doel meer consistente opsporings- en bestraffingsmaatregelenin te voeren. Het voorontwerp werd vooradvies aan de Raad van State voorgelegd. Het ontwerpwerd in de commissie voor de Financiën van de Kamervan 11 april 2007 via een amendement van de regeringin de programmawet geïntegreerd en goedgekeurd.DO 2006200709912 DO 2006200709912Question n o 87 de M. Guido De Padt du 7 mars 2007(N.) au secrétaire d’État à la Modernisation desFinances et à la Lutte contre la fraude fiscale,adjoint au ministre des Finances:Services publics, institutions, administrations et entreprisespubliques. — Réduction de la consommationénergétique et de la consommation de combustibleset de carburants.Le réchauffement de la planète et la réduction de laconsommation énergétique requièrent des efforts detout citoyen responsable. Il convient que les autoritésdonnent l’exemple en la matière. La fin de la législatureconstitue un moment propice pour établir unbilan des efforts fournis par les services publics fédéraux,par les institutions fédérales et par les entreprisespubliques.Vraag nr. 87 van de heer Guido De Padt van 7 maart2007 (N.) aan de staatssecretaris voor Moderniseringvan de Financiën en Strijd tegen de fiscalefraude, toegevoegd aan de minister van Financiën:Overheidsdiensten, instellingen, administraties enoverheidsbedrijven. — Terugdringing energie- enbrandstoffenverbruik.De opwarming van de aarde en het terugdringenvan het energiegebruik vergt een belangrijke inspanningvan elkeen met verantwoordelijkheidszin. Deoverheden moeten op dat vlak een voorbeeldrol vervullen.Het einde van een legislatuur is een geschiktmoment om een balans op te maken en na te gaanwelke inspanningen de federale overheidsdiensten,federale instellingen en de overheidsbedrijven hebbengeleverd.CHAMBRE • 5e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE 2006 2007 KAMER • 5e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE