Questions et réponses écrites Schriftelijke vragen en ... - de Kamer

31922 QRVA 51 16323 - 4 - 2007Réponse du ministre des Affaires sociales et de laSanté publique du 17 avril 2007, à la question n o 850de M me Yolande Avontroodt du 25 octobre 2006 (N.):J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à laquestion de l’honorable membre.J’ai effectivement pris la décision de modifierl’arrêté royal du 30 mai 2002 relatif à la planificationde l’offre médicale. La modification en questionprévoit que 15 candidats supplémentaires au totalpourront avoir accès à la formation pour un titre demédecin spécialiste dès 2007. Il s’agit de 10 candidatsspécialistes en médecine aiguë et de 5 candidats spécialistesen médecine d’urgence. Comme vous le savez,ces deux titres professionnels particuliers ont étéreconnus récemment par les autorités compétentes.Des spécialités émergentes de ce type exigent à monavis une certaine protection dans le cadre du contingentement.1. Suite à l’entrée en vigueur de l’arrêté royal relatifau contingentement des médecins, je constate avecvous que depuis deux années successives déjà lesquotas de médecins généralistes ne sont pas atteints. Àcet égard, l’année 2006 ne s’annonce pas meilleure. Lesquotas de médecins généralistes ne sont toutefois constituésque de maxima que l’on ne peut dépasser, et nonde minima que l’on doit au moins atteindre. Commevous devez le savoir, depuis que je suis ministre de laSanté publique, de nombreuses mesures ont déjà étéprises afin de rendre la profession de médecin généralisteplus attrayante. Il s’agit d’une part de mesuresstructurelles portant sur l’organisation des services degarde, l’organisation des cercles de médecins généralisteset l’agrément du médecin généraliste sur la based’une réelle pratique, et d’autre part de mesuresinfluant directement sur les revenus du médecin, tellesque les honoraires de disponibilité, la revalorisationdes honoraires des médecins généralistes et un fonds— Impulseo — destiné à aider les médecins généralisteslors de l’installation de leur cabinet et à les stimulerà s’établir dans des zones déficitaires en médecinsgénéralistes. Pour produire leurs effets, certaines de cesmesures requièrent du temps. Il convient donc attendre.Par ailleurs, j’envisage, parallèlement à ce qui estprévu pour les médecins spécialistes, d’instaurer desminima pour les médecins généralistes dans le cadre del’arrêté royal précité relatif au contingentement. Unedemande d’avis à la Commission de planification-offremédicale est en préparation.2. L’arrêté royal du 30 mai 2002 relatif à la planificationde l’offre médicale prévoit des minima pourdifférents titres professionnels de médecin spécialiste.Je constate qu’en ce qui concerne l’anesthésieréanimationet la pédiatrie, comparativement auxminima de 2004 et 2005, le nombre de médecins ayantaccès à la formation n’a posé aucun problème, ni pourAntwoord van de minister van Sociale Zaken enVolksgezondheid van 17 april 2007, op de vraagnr. 850 van mevrouw Yolande Avontroodt van25 oktober 2006 (N.):Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.Ik heb inderdaad beslist om het koninklijk besluitvan 30 mei 2002 betreffende de planning van hetmedisch aanbod van de artsen te wijzigen. In de wijzigingis voorzien dat er in totaal 15 bijkomende kandidateneen specialisatieopleiding kunnen starten vanaf2007. Het gaat om 10 kandidaat-geneesheren-specialistin de acute geneeskunde en 5 kandidaat-geneesherenspecialistin de urgentie-geneeskunde. Zoals u weetgaat het om twee recent door de overheid erkende bijzondereberoepstitels. Een ontluikend specialismevraagt me dunkt enige bescherming in het kader vande contingentering.1. Sinds de toepassing van het betreffende koninklijkbesluit inzake de contingentering van de artsen,stel ik met u vast dat de huisartsenquota al twee jaarna elkaar niet gehaald worden. En 2006 kondigt zichwat dat betreft niet beter aan. De huisartsenquotabestaan echter enkel uit maxima waarboven men nietmag gaan, en niet uit minima die men minstens moethalen. Zoals uw weet zijn er tijdens mijn beleid reedsvele maatregelen genomen om het beroep van huisartsaantrekkelijker te maken. Het gaat zowel om structurelemaatregelen in verband met de organisatie van dewacht, de organisatie van de huisartsenkringen en deerkenning van huisarts op basis van een reële praktijkuitoefening,als om maatregelen die direct invloedhebben op het inkomen van de arts, zoals de beschikbaarheidshonoraria,de hervalidering van de huisartsenhonorariaen een fonds — Impulseo — om huisartsente helpen bij de installatie van hun praktijk enhuisartsen te stimuleren om zich te vestigen in zonesmet een tekort aan huisartsen. Verschillende van diemaatregelen vragen enige tijd om effect te resulteren.Laten we dat afwachten. Los daarvan overweeg ikwel, in parallel met wat er bij de geneesheerspecialistenis voorzien, om, in het kader van het hogervermelde koninklijk besluit inzake contingentering,minima voor huisartsen in te voeren. Een adviesvraagbij de Planningscommissie-medisch aanbod is in voorbereiding.2. Het koninklijk besluit van 30 december 2002betreffende de planning van het medisch aanbod voorzietvoor verschillende beroeptitels van geneesheerspecialistminima. Ik stel vast dat voor anesthesiereanimatieen voor pediatrie in vergelijking met dieminima in 2004 en 2005 er geen problemen zijngeweest wat betreft het aantal instromende artsen in deCHAMBRE • 5e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE 2006 2007 KAMER • 5e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE