Questions et réponses écrites Schriftelijke vragen en ... - de Kamer

QRVA 51 163 3185523 - 4 - 20072. Actuellement, aucun payement n’a été effectué.Les payements s’effectueront dans le courant de cetteannée 2007.2. Momenteel zijn er nog geen uitbetalingengebeurd. Deze worden uitgevoerd in de loop van 2007.DO 2006200709851 DO 2006200709851Question n o 107 de M. Hagen Goyvaerts du 27 février2007 (N.) à la vice-première ministre et ministredu Budget et de la Protection de la consommation:Délibération n o 3 203 du Conseil des ministres du 1 erdécembre 2006. — Motivation des dépenses urgenteset imprévisibles.Le 1 er décembre 2006, le Conseil des ministres a —par voie de la délibération n o 3 203 — pris une décisiond’engagement, d’ordonnancement et de paiementdes dépenses pour un montant global de 21,4 millionsd’euros au-delà des crédits non dissociés, de 7,0 millionsd’euros au-delà des crédits dissociés et de 128,8millions d’euros au-delà du plafond d’engagement descrédits variables ouverts à la section 16 — ministère dela Défense nationale du budget général des dépensesajusté pour l’année 2006.Dans son avis A 3-3 256.163 B 1, la Cour des comptesestime que la délibération ne satisfait pas auxconditions prévues à l’article 44 des lois coordonnéessur la comptabilité de l’État. En particulier, il y a lieude constater que les circonstances ayant mené à ladécision n o 3 203 n’étaient pas imprévisibles eu égardau caractère récurrent des dépenses supplémentairesdécoulant de la hausse des prix de l’énergie, des dépensessupplémentaires dans le cadre de la réforme de lacarrière de la Fonction publique et du saut d’indexavancé et de la révision des dépenses de personnelcompte tenu des dépenses réelles constatées. En outre,ces dépenses ayant fait l’objet de délibérations fin 2004et 2005, il était possible de prendre en considération lesfacteurs susmentionnés lors du premier ajustementbudgétaire de 2006.En outre, la non-attribution des crédits inscrite aucrédit provisionnel est un facteur qui dépend dugouvernement même et dont celui-ci a donc lamaîtrise. Les créances arriérées et les estimationsrevues des factures à honorer dans le domaine durééquipement ne constituent pas, par leur nature, desfacteurs imprévisibles.1. Que pensez-vous des observations fondamentalesformulées dans l’avis de la Cour des comptes?2. La décision du Conseil des ministres a-t-elle étérevue à la suite de l’avis de la Cour des comptes?Vraag nr. 107 van de heer Hagen Goyvaerts van27 februari 2007 (N.) aan de vice-eersteministeren minister van Begroting en Consumentenzaken:Beraadslaging nr. 3 203 van de ministerraad van 1 december2006. — Motivatie voor dringende en onvoorzienbareuitgaven.Op 1 december 2006 nam de Ministerraad metberaadslaging nr. 3 203 een beslissing tot de vastlegging,ordonancering en betaling van uitgaven voor eenglobaal bedrag van 21,4 miljoen euro boven de nietgesplitstekredieten, 7,0 miljoen euro boven degesplitste kredieten en 128,8 miljoen euro boven hetvastleggingsplafonds voor de variabele kredieten geopendin sectie 16 — ministerie van Landsverdedigingvan de aangepaste uitgavenbegroting voor het jaar2006.In advies A 3-3 256.163 B 1 stelt het Rekenhof dat deberaadslaging niet beantwoordt aan de voorwaardenvan artikel 44 van de gecoördineerde wetten op derijkscomptabiliteit. Inzonderheid dient te wordengesteld dat de omstandigheden die tot de beslissingnr. 3 203 hebben geleid niet onvoorzienbaar waren,aangezien de bijkomende uitgaven ten gevolge van detoegenomen energieprijzen, de meeruitgaven in hetraam van de loopbaanhervorming van het Openbaarambt en de vervroegde indexaanpassing en de herzieningvan de personeelsuitgaven op basis van de vastgesteldereële uitgaven een recurrent karakter hebben.Bovendien hebben deze uitgaven het voorwerp uitgemaaktvan beraadslagingen einde 2004 en 2005 zodatbij de eerste begrotingsaanpassing 2006 met de voormeldefactoren rekening kon worden gehouden.Bovendien is de niet-toewijzing van de kredieteningeschreven in het provisioneel krediet een factorwaarover de regering zelf beslist en die zij dus zelf inde hand heeft. Ook de achterstallige schuldvorderingenen de herziene ramingen van de te betalen facturenin het domein wederuitrusting door hun aard zijn geenonvoorzienbare factoren.1. Wat is uw standpunt aangaande de fundamenteleopmerkingen in het advies van het Rekenhof?2. Werd de beslissing van de Ministerraad herzienals gevolg van het advies van het Rekenhof?3. Dans la négative, pourquoi? 3. Zo neen, waarom niet?CHAMBRE • 5e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE 2006 2007 KAMER • 5e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE