F/FS 22-120 X/XS22-43

F/FS 22-120 X/XS22-43 F/FS 22-120 X/XS22-43

groupdynamics.lv
from groupdynamics.lv More from this publisher
12.07.2015 Views

4.6. TOEVOEGEN VAN WASMIDDEL Wasmachines met vulvak op het bovenpaneel Vul volgens het gekozen programma het vulvak op de bovendeksel van de machine.• Vulvakje A: Voorwas (Voeg het wasmiddel aan het begin van wassen toe)• Vulvakje B: Hoofdwas (U kunt het waspoeder of bleekmiddel aan het begin van het wassenof tijdens de wascyclus toevoegen. Wanneer u het middel al aan het begin van het wassen101008toevoegt, komt het te vroeg in de wasmachine terecht.)• Vulvakje C: Laatste spoeling(U kunt de wasverzachter aan het begin van het wassen of vóór de laatste spoelingbijvoegen.) Wasmachines met vultrechter op de voorkant. U vult de vultrechter op het bovendeksel van de machine naar het gekozene programma.• Vultrechter A : Het eerste wassen• Vultrechter B : Het tweede wassen• Vultrechter D : Het laatste centrifugerenVoor het starten van de wascyclus voegt u het wasmiddel toe. Het programma kunt u altijd onderbrekendoor het openen van de vultrechter voor het toevoegen van wasmiddel in dezelfde dosierer. Wasmachines die aangesloten zijn op het doseringssysteem van vloeibare wasmiddelen. U controleert of het doseringssysteem in bedrijf is en of er voldoende vloeibare wasmiddelen zijn. Standaardwasprogramma‘s en wasprogramma‘s aangepast door de klant.Deze uitleg geldt alleen voor standaardwasprogramma’s. Bij door de klant aangepaste programma‘s is hetmogelijk andere vulvakken te kiezen (zie het Programmeringshandboek). Opmerking : - Het is aangeraden om alleen wasmiddelen te gebruiken met anti-schuimmiddel datgemakkelijk gevonden kan worden in de detailhandel. De dosering van de zeep is normaal aangebracht opde verpakking. Een overdosis zeep kan leiden tot slechte wasresultaten en zeepoverloop dat de machinekan beschadigen.Controleer of het deksel van de zeepbak gesloten is als de machine start4.7. START DE WASMACHINE4.7.1. KAARTENPROGRAMMERINGSAPPARAATControleer of detemperatuurinstelling op dethermostaat (6) met de gekozenkaart overeenkomstig is.Zet de schakelaar (1) in positie "0".Leg de programmakaart (2) in deprogrammeringsunit op zo eenmanier, dat de dikke blauwe streepniet te zien is.Afb. 4.7.1. KaartenprogrammeringsapparaatZet de schakelaar (1) in positie "1" en druk op de groene druktoets (3) om het wasprogramma te starten.– Het controlelampje (9) brandt indien de programmeringsunit in werking is. Het is uit tijdens het opnemen enverwarmen van water.– Het controlelampje (8) brandt indien de machine onder spanning staat, i.e. de hoofdschakelaar van demachine en het elektrische schakelbord van de wasserij ingeschakeld zijn.– Het controlelampje (10) brandt indien het verwarmen van de machine ingeschakeld is.ONDERBREKEN:– Indien gewenst het programma te onderbreken, zet de schakelaar (1) in positie "0". Om een bepaaldgedeelte van het programma overteslaan of te herhalen, zet de schakelaar (1) in positie "0", door hetdraaien van het wieltje (4) verplaats de kaart naar voren of naar achteren en zet de schakelaar terug inpositie "1".STOPPEN:– De wasautomaat kan in volle gang gestopt worden door het indrukken van de rode druktoets (5). Indiengewenst de wasautomaat opnieuw te starten, druk op de groene druktoets (3).– De druktoets "CENTRAALSTOP" (7) wordt ALLEEN in geval van gevaar of bedreiging van de personeel ofernstig beschadiging van de machine gebruikt.507 329 UITGAVE: 05/05 GEBRUIKSAANWIJZINGEN VOOR DE MACHINE 37

– Door het indrukken van de druktoets "CENTRAALSTOP" (7) worden alle op dat moment draaiende functiesvan de machine gestopt. Geen controlelampje zal branden, de deur blijft vergrendeld en kan nietopengemaakt worden.– Om de machine na het verwijderen van de oorzaken van het stoppen opnieuw te starten, dient men dedruktoets "CENTRAALSTOP" (7) op de rechter kant van het bedieningspaneel met de wijzers van de klokmee te draaien en uittetrekken. Daarna dient men op "START" (3) tedrukken.4.7.2.FULL CONTROL MICROPROCESSORFULL CONTROL MICROPROCESSOR MCB FCKIES PROGRAMMA X XNa kiezen van het gewenste wasprogrammanummer drukt u de toets START in waarmee de wascycluswordt aangezet. Wanneer het ingegeven nummer aan geen van de mogelijke programma’s beantwoordt,verschijnt INVALID op het display.Na aanzetten van het programma wordt de naam van het gekozen programma voor enkele seconden ophet display weergegeven.PrXX StYY ZZ.Z MinSequentieXX : het programmanummerYY : het nummer van de fase in het gegeven programmaZZ.Z : de voor het programma resterende tijd in minuten 1/10 of uren 1/10Sequentie : uitgevoerde sequentie: het aantal veldjes is gelijk aan de resterende sequentietijd.Waarschuwing!!Het programma kan slechts worden aangezet wanneer de schakelaar in de positie „uitvoeren“ (RUN)is.FULL CONTROL MICROPROCESSOR MCG FCProgramNumberWash CycleNameUnitsDoor StateWash/SpinSequenceWash CycleStepProgressionBarRemaining TimeWash Cycle! WAARSCHUWING !!!ALS OP DE DISPLAY NOT READY/DOOR VERSCHIJNT (GELDT SLECHTS VOOR „D“, „E“MACHINES), KAN DE WASCYCLUS NIET GESTART WORDEN. U CONTROLEERT OF:– DE MACHINE IN DE BASISPOSITIE IS– DE TROMMELDEUR GESLOTEN IS– DE DRUK VAN TOEVOER VAN GEDRUKTE LUCHT VOORGESCHREVEN PARAMETERS HEEFT.U CONTROLEERT HET OP DE MANOMETER VAN DE MACHINE4.8. EINDE VAN WASCYCLUS4.8.1.KAARTENPROGRAMMATEUREinde van de wascyclus wordt door een geluidsignaal gemeld. Dan gaat het controlelicht uit (afb.4.7.1,pos.9) – gang van het programmeringsapparaat en de groene drukknop van het deblokkeren van de deurbegint te schijnen. Na de verschuiving van schakelaar (afb.4.7.1, pos.1) in positie „0“ kunt u deprogrammakaart uitnemen.38 GEBRUIKSAANWIJZINGEN VOOR DE MACHINE UITGAVE: 05/05 507 329

4.6. TOEVOEGEN VAN WASMIDDEL Wasmachines met vulvak op het bovenpaneel Vul volgens het gekozen programma het vulvak op de bovendeksel van de machine.• Vulvakje A: Voorwas (Voeg het wasmiddel aan het begin van wassen toe)• Vulvakje B: Hoofdwas (U kunt het waspoeder of bleekmiddel aan het begin van het wassenof tijdens de wascyclus toevoegen. Wanneer u het middel al aan het begin van het wassen101008toevoegt, komt het te vroeg in de wasmachine terecht.)• Vulvakje C: Laatste spoeling(U kunt de wasverzachter aan het begin van het wassen of vóór de laatste spoelingbijvoegen.) Wasmachines met vultrechter op de voorkant. U vult de vultrechter op het bovendeksel van de machine naar het gekozene programma.• Vultrechter A : Het eerste wassen• Vultrechter B : Het tweede wassen• Vultrechter D : Het laatste centrifugerenVoor het starten van de wascyclus voegt u het wasmiddel toe. Het programma kunt u altijd onderbrekendoor het openen van de vultrechter voor het toevoegen van wasmiddel in dezelfde dosierer. Wasmachines die aangesloten zijn op het doseringssysteem van vloeibare wasmiddelen. U controleert of het doseringssysteem in bedrijf is en of er voldoende vloeibare wasmiddelen zijn. Standaardwasprogramma‘s en wasprogramma‘s aangepast door de klant.Deze uitleg geldt alleen voor standaardwasprogramma’s. Bij door de klant aangepaste programma‘s is hetmogelijk andere vulvakken te kiezen (zie het Programmeringshandboek). Opmerking : - Het is aangeraden om alleen wasmiddelen te gebruiken met anti-schuimmiddel datgemakkelijk gevonden kan worden in de detailhandel. De dosering van de zeep is normaal aangebracht opde verpakking. Een overdosis zeep kan leiden tot slechte wasresultaten en zeepoverloop dat de machinekan beschadigen.Controleer of het deksel van de zeepbak gesloten is als de machine start4.7. START DE WASMACHINE4.7.1. KAARTENPROGRAMMERINGSAPPARAATControleer of detemperatuurinstelling op dethermostaat (6) met de gekozenkaart overeenkomstig is.Zet de schakelaar (1) in positie "0".Leg de programmakaart (2) in deprogrammeringsunit op zo eenmanier, dat de dikke blauwe streepniet te zien is.Afb. 4.7.1. KaartenprogrammeringsapparaatZet de schakelaar (1) in positie "1" en druk op de groene druktoets (3) om het wasprogramma te starten.– Het controlelampje (9) brandt indien de programmeringsunit in werking is. Het is uit tijdens het opnemen enverwarmen van water.– Het controlelampje (8) brandt indien de machine onder spanning staat, i.e. de hoofdschakelaar van demachine en het elektrische schakelbord van de wasserij ingeschakeld zijn.– Het controlelampje (10) brandt indien het verwarmen van de machine ingeschakeld is.ONDERBREKEN:– Indien gewenst het programma te onderbreken, zet de schakelaar (1) in positie "0". Om een bepaaldgedeelte van het programma overteslaan of te herhalen, zet de schakelaar (1) in positie "0", door hetdraaien van het wieltje (4) verplaats de kaart naar voren of naar achteren en zet de schakelaar terug inpositie "1".STOPPEN:– De wasautomaat kan in volle gang gestopt worden door het indrukken van de rode druktoets (5). Indiengewenst de wasautomaat opnieuw te starten, druk op de groene druktoets (3).– De druktoets "CENTRAALSTOP" (7) wordt ALLEEN in geval van gevaar of bedreiging van de personeel ofernstig beschadiging van de machine gebruikt.507 329 UITGAVE: 05/05 GEBRUIKSAANWIJZINGEN VOOR DE MACHINE 37

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!