Koninklijk besluit van 20 juli 2001 - Federaal Agentschap voor ...
Koninklijk besluit van 20 juli 2001 - Federaal Agentschap voor ...
Koninklijk besluit van 20 juli 2001 - Federaal Agentschap voor ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
vertu de la législation en matière de l’environnement<br />
et qui font partie d’un établissement classé<br />
en vertu de l'article 3, et que l'Agence estime indispensables<br />
à son fonctionnement ou à son exploitation,<br />
doivent être autorisés par l'autorité compétente<br />
en vertu du présent règlement.<br />
Les renseignements et documents à fournir pour<br />
ces établissements annexes, restent ceux définis<br />
par les règlements mentionnés au premier alinéa.<br />
Les formalités de l'enquête sont celles définies par<br />
le présent règlement pour l'entreprise considérée.<br />
Art. 12. - Extension et modification de l'établissement<br />
Tout projet de modification ou d'extension de l'établissement<br />
doit faire l'objet d'une déclaration à<br />
l’Agence.<br />
L’Agence décide si cette modification ou extension<br />
doit faire l’objet d’une nouvelle autorisation et/ou<br />
étude d’incident sur l’environnement. A cet effet,<br />
elle tient compte des critères cités à l’annexe III de<br />
la Directive 85/337/CEE du Conseil du 27 juin 1985<br />
concernant l’évaluation des incidences de certains<br />
projets publics et privés sur l’environnement.<br />
Toutefois, lorsque cette modification ou extension<br />
entraîne le passage d'une classe inférieure à une<br />
classe supérieure, la procédure d'autorisation est<br />
celle prévue pour cette dernière classe.<br />
En classe II ou III, dans le cas où la modification<br />
n'implique pas le passage d'une classe inférieure à<br />
une supérieure, l'Agence peut déroger à une ou<br />
plusieurs des formalités prévues aux articles 7 et<br />
8.<br />
En classe I, le demandeur peut demander au<br />
Ministre qui a l’intérieur dans ses attributions, par<br />
l’intermédiaire de l’Agence, de déroger à une ou<br />
plusieurs des formalités prévues à l’article 6. Il est<br />
toutefois interdit de déroger aux articles 6.3.1 et<br />
6.6 qui sont relatifs à la consultation du Conseil<br />
scientifique. Lors de la décision relative aux demandes<br />
de dérogation de l’article 6.2, point 9, le<br />
Ministre tient compte des critères cités à l’annexe<br />
III de la Directive 85/337/CEE du Conseil du 27<br />
juin 1985 concernant l’évaluation des incidences de<br />
certains projets publics et privés sur l’environnement.<br />
Le Ministre statue sur la demande dans le<br />
délai de trente jours calendrier à partir de la date<br />
de réception de la demande de dérogation et en<br />
informe l’Agence. Si le Ministre ne prend aucune<br />
décision dans le délai imparti, sa décision est<br />
réputée favorable si l’avis de l’Agence est lui-même<br />
favorable.<br />
op grond <strong>van</strong> de milieuwetgeving en bovendien behoren<br />
tot een inrichting ingedeeld krachtens artikel<br />
3 en door het <strong>Agentschap</strong> onontbeerlijk worden<br />
geacht <strong>voor</strong> de werking of de exploitatie <strong>van</strong> de<br />
inrichting, moeten vergund worden door de krachtens<br />
dit reglement bevoegde overheid.<br />
De hier<strong>voor</strong> te verstrekken inlichtingen en bescheiden<br />
zijn deze die door het in het eerste lid vermelde<br />
reglementeringen bepaald zijn. De onderzoeksformaliteiten<br />
zijn die welke door onderhavig reglement<br />
<strong>voor</strong> de betrokken onderneming bepaald zijn.<br />
Art. 12. - Uitbreiding en wijziging <strong>van</strong> de inrichting<br />
Van ieder ontwerp tot wijziging of uitbreiding <strong>van</strong><br />
de inrichting moet aangifte gedaan worden aan het<br />
<strong>Agentschap</strong>.<br />
Het <strong>Agentschap</strong> beslist of die wijziging of uitbreiding<br />
het <strong>voor</strong>werp moet uitmaken <strong>van</strong> een nieuwe<br />
vergunning en/of milieu-effectbeoordeling. Hierbij<br />
houdt het rekening met de criteria vermeld in<br />
bijlage III <strong>van</strong> de Richtlijn 85/337/EEG <strong>van</strong> de Raad<br />
<strong>van</strong> 27 juni 1985 betreffende de milieu-effectbeoordeling<br />
<strong>van</strong> bepaalde openbare en particuliere<br />
projecten.<br />
Indien deze wijziging of uitbreiding evenwel de<br />
overgang <strong>van</strong> een lagere klasse naar een hogere<br />
klasse tot gevolg heeft, is de <strong>voor</strong> die laatste klasse<br />
opgelegde vergunningsprocedure te volgen.<br />
Indien <strong>voor</strong> klasse II of III, de wijziging geen overgang<br />
<strong>van</strong> een lagere klasse naar een hogere klasse<br />
inhoudt, kan het <strong>Agentschap</strong> afwijken <strong>van</strong> een of<br />
meer <strong>van</strong> de formaliteiten bepaald in de artikelen 7<br />
en 8.<br />
Voor de klasse I, kan de aanvrager door tussenkomst<br />
<strong>van</strong> het <strong>Agentschap</strong>, de Minister tot wiens<br />
bevoegdheid de binnenlandse zaken behoren verzoeken<br />
af te wijken <strong>van</strong> een of meerdere formaliteiten<br />
bepaald in artikel 6. Het is evenwel verboden<br />
af te wijken <strong>van</strong> de artikelen 6.3.1 en 6.6 die betrekking<br />
hebben op het raadplegen <strong>van</strong> de Wetenschappelijke<br />
Raad. Bij de beslissing over de aanvragen<br />
tot afwijking <strong>van</strong> artikel 6.2, punt 9, houdt<br />
de Minister rekening met de criteria vermeld in<br />
bijlage III <strong>van</strong> de Richtlijn 85/337/EEG <strong>van</strong> de Raad<br />
<strong>van</strong> 27 juni 1985 betreffende de milieu-effectbeoordeling<br />
<strong>van</strong> bepaalde openbare en particuliere<br />
projecten. De Minister doet uitspraak over de aanvraag<br />
binnen een termijn <strong>van</strong> dertig kalenderdagen<br />
na ont<strong>van</strong>gst <strong>van</strong> de afwijkingsaanvraag en deelt<br />
dit mee aan het <strong>Agentschap</strong>. Indien de Minister<br />
geen beslissing neemt binnen de toegestane<br />
termijn, wordt de beslissing gunstig geacht, wanneer<br />
het advies <strong>van</strong> het <strong>Agentschap</strong> gunstig is.<br />
II - 32