Klik hier - Centre for Historical Research and Documentation on War
Klik hier - Centre for Historical Research and Documentation on War Klik hier - Centre for Historical Research and Documentation on War
Studiedag voor jonge historici – Oorlog, herinnering en erfenis Journée d’étude “jeunes historiens” – Guerres, héritages et mémoires gevaarlijke opdrachten toe te wijzen. Vermoedelijk waren deze twee niveaus heel belangrijk. De verklaring daarvoor is niet zo moeilijk : de militaire chefs zagen zich vaak verplicht om, door het voortdurende samenleven met de soldaten, steeds meer op te schuiven naar de “cultuur van de soldaten” ten nadele van de “cultuur van de legerleiding”. De hoge militaire chefs streefden onder meer naar een strikte discipline zoals gedefinieerd in het disciplinaire reglement daterend van 1815. Vooral het lagere kader, tot en met de compagniecomm
Studiedag voor jonge historici – Oorlog, herinnering en erfenis Journée d’étude “jeunes historiens” – Guerres, héritages et mémoires Tom SIMOENS (École Royale Militaire – UGent) Lafaard, als gij het ongeluk hebt mij te renseigneren, zal ik u arrangeren !” Hiërarchische conflicten en hun regulering in de 1 ste legerdivisie (1914-1919) Ce travail s’inscrit dans l’intérêt renouvelé des historiens pour la Première Guerre mondiale et les soldats du front. Les conflits hiérarchiques entre les militaires et leurs chefs y occupent une place centrale comme l’indiquent les archives judiciaires du conseil de guerre en campagne qui fut adjoint à la première division de l’armée, une unité belge de 20.000 hommes. Dans un premier temps, nous examinerons les conflits entre les militaires et leurs supérieurs. Qui proférait des injures ou commettait des violences à l’encontre d’un supérieur et pourquoi La régulation de ces conflits sera au centre de la seconde partie de l’exposé : comment furent-ils réglés et quel rôle jouèrent les différents intervenants dans ce processus Pour
- Page 1 and 2: STUDIEDAG VOOR JONGE HISTORICI JOUR
- Page 3 and 4: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 5 and 6: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 7 and 8: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 9 and 10: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 11: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 15 and 16: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 17 and 18: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 19 and 20: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 21 and 22: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 23 and 24: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 25 and 26: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 27 and 28: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 29 and 30: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 31 and 32: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 33 and 34: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 35 and 36: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 37 and 38: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 39 and 40: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 41 and 42: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 43 and 44: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 45 and 46: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 47 and 48: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 49 and 50: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 51 and 52: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 53 and 54: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 55 and 56: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 57 and 58: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 59 and 60: Studiedag voor jonge historici - Oo
- Page 61 and 62: Studiedag voor jonge historici - Oo
Studiedag voor j<strong>on</strong>ge historici – Oorlog, herinnering en erfenis<br />
Journée d’étude “jeunes historiens” – Guerres, héritages et mémoires<br />
gevaarlijke opdrachten toe te wijzen. Vermoedelijk waren deze twee niveaus heel belangrijk.<br />
De verklaring daarvoor is niet zo moeilijk : de militaire chefs zagen zich vaak verplicht om,<br />
door het voortdurende samenleven met de soldaten, steeds meer op te schuiven naar de<br />
“cultuur van de soldaten” ten nadele van de “cultuur van de legerleiding”. De hoge militaire<br />
chefs streefden <strong>on</strong>der meer naar een strikte discipline zoals gedefinieerd in het disciplinaire<br />
reglement daterend van 1815. Vooral het lagere kader, tot en met de compagniecomm<str<strong>on</strong>g>and</str<strong>on</strong>g>ant,<br />
k<strong>on</strong> beschouwd worden als middelaars die zich moesten weten te h<str<strong>on</strong>g>and</str<strong>on</strong>g>haven op het snijvlak<br />
van de twee culturen. Het kader k<strong>on</strong> ook kiezen voor het tuchtrechtelijke of het<br />
strafrechtelijke niveau. Het principe van de strafopbouw bleek de grootste motor achter het<br />
naar een hoger niveau tillen van een hiërarchisch c<strong>on</strong>flict. Het hoogste niveau, het<br />
administratieve, werd slechts bij hoge uitz<strong>on</strong>dering aangewend door de legerleiding, zoals bij<br />
de Vlaamsgezinde “houthakkers van de Orne”. De belangrijkste man in dit complexe<br />
mechanisme van regulering was de compagniecomm<str<strong>on</strong>g>and</str<strong>on</strong>g>ant van de betichte, die een<br />
belangrijk a<str<strong>on</strong>g>and</str<strong>on</strong>g>eel had op alle niveaus van regulering. Ook de werking en de rol van twee<br />
<str<strong>on</strong>g>and</str<strong>on</strong>g>ere sleutelpers<strong>on</strong>en, de krijgsauditeur en de legerdivisiecomm<str<strong>on</strong>g>and</str<strong>on</strong>g>ant, werden van nabij<br />
bestudeerd: terwijl de krijgsauditeur <strong>on</strong>der <str<strong>on</strong>g>and</str<strong>on</strong>g>ere klachten k<strong>on</strong> sep<strong>on</strong>eren – al dan niet in<br />
samenspraak met een rechterlijke commissie – bepaalde de legerdivisiecomm<str<strong>on</strong>g>and</str<strong>on</strong>g>ant <strong>on</strong>der<br />
meer of de straffen uitgesproken door de krijgsraad uitgevoerd moesten worden.<br />
Deze scriptie bevestigt dat juridische archieven, i.c. deze van de krijgsauditoraten, schatten<br />
zijn voor hedendaagse historici. De scriptie geeft ook een aantal nieuwe inzichten. Ten eerste<br />
het ’liftmodel’, dat het complexe mechanisme van c<strong>on</strong>flictregulering met zijn vijf niveaus<br />
schematisch voorstelt. Ten tweede de systematische bespreking van het hele<br />
reguleringsmechanisme en vooral het in<str<strong>on</strong>g>for</str<strong>on</strong>g>mele, militaire en tuchtrechtelijke niveau. Ten<br />
derde werden de 2.258 v<strong>on</strong>nissen van een krijgsraad te velde in een database gegoten en kort<br />
voorgesteld. Ten vierde werden de veroordeelden ook tijdens hun strafuitvoering gevolgd.<br />
Daaruit bleek nogmaals het belang van het dilemma van de strafuitvoering in oorlogstijd.<br />
Tenslotte zijn er nog de inzichten in de belangrijke rol van het lagere kader, dat zich moest<br />
h<str<strong>on</strong>g>and</str<strong>on</strong>g>haven tussen de twee culturen met soms tegenstrijdige belangen, en de<br />
manoeuvreerruimte van soldaten, die groter bleek dan doorgaans wordt genomen.<br />
12