Vragen en Antwoorden - weblex.irisnet.be - Région de Bruxelles ...

N. 26
BRUSSELS
HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT
PARLEMENT DE LA RÉGION
DE BRUXELLES-CAPITALE
GEWONE ZITTING 2011-2012
SESSION ORDINAIRE 2011-2012
15 FEBRUARI 2012
15 FEVRIER 2012
Vragen
en
Antwoorden
Questions
et
Réponses
Vragen en Antwoorden
Brussels Hoofdstedelijk Parlement
Gewone zitting 2011-2012
Questions et Réponses
Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale
Session ordinaire 2011-2012

2
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
INHOUD
SOMMAIRE
In fine van het bulletin is een zaakregister afgedrukt
Un sommaire par objet est reproduit in fine du bulletin
Minister-President belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke
Ordening, Monumenten en Landschappen, Openbare
Netheid en Ontwikkelingssamenwerking
Minister belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt
en Externe Betrekkingen
Minister belast met Leefmilieu, Energie en Waterbeleid,
Stadsvernieuwing, Brandbestrijding en Dringende Medische
Hulp en Huisvesting
Minister belast met Openbare Werken en Vervoer
Minister belast met Tewerkstelling, Economie, Buitenlandse
Handel en Wetenschappelijk Onderzoek
Staatssecretaris belast met Stedenbouw en Openbare Netheid
Staatssecretaris belast met Mobiliteit, Openbaar Ambt, Gelijke
Kansen en Administratieve Vereenvoudiging
Staatssecretaris belast met Huisvesting en Brandbestrijding
en Dringende Medische Hulp
36
61
64
82
139
202
220
243
Ministre-Président chargé des Pouvoirs locaux, de
l’Amé nagement du Territoire, des Monuments et Sites,
de la Propreté publi que et de la Coopération au
Dévelop pe ment
Ministre chargé des Finances, du Budget, de la Fonction
publique et des Relations extérieures
Ministre chargée de l'Environnement, de l'Énergie et de
la Politique de l'Eau, de la Rénovation urbaine, de la
Lutte contre l'Incendie et l'Aide médicale urgente et du
Loge ment
Ministre chargée des Travaux publics et des Transports
Ministre chargé de l'Emploi, de l'Économie, du Commerce
extérieur et de la Recherche scientifique
Secrétaire d'État chargé de l’Urbanisme et de la Propreté
publique
Secrétaire d'État chargé de la Mobilité, de la Fonction
publique, de l'Égalité des Chances et de la Simplification
administrative
Secrétaire d'État chargé du Logement et de la Lutte contre
l'Incendie et l'Aide médicale urgente

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
3
I. Vragen waarop niet werd geantwoord
binnen de tijd bepaald door het reglement
(Art. 106 van het reglement van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement)
I. Questions auxquelles il n’a pas été répondu
dans le délai réglementaire
(Art. 106 du règlement du Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale)
(Fr.): Vraag gesteld in het Frans – (N.): Vraag gesteld in het Nederlands
(Fr.): Question posée en français – (N.): Question posée en néerlandais
Minister-President belast
met Plaatselijke Besturen,
Ruimtelijke Ordening, Monumenten en
Landschappen, Openbare Netheid en
Ontwikkelingssamenwerking
Vraag nr. 2 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 23 september
2009 (Fr.) :
Samenstelling en organisatie van uw kabinet.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 1, blz. 3.
Ministre-Président chargé
des Pouvoirs locaux, de l’Amé nagement
du Territoire, des Monuments et Sites,
de la Propreté publi que et
de la Coopération au Développe ment
Question n° 2 de Mme Françoise Schepmans du 23 septembre
2009 (Fr.) :
La composition et l'organisation de votre cabinet.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 1, p. 3.
Vraag nr. 15 van mevr. Viviane Teitelbaum d.d. 29 september
2009 (Fr.) :
De kosten van de installatie van de ministeriële kabinetten
voor de nieuwe zittingsperiode.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 1, blz. 4.
Question n° 15 de Mme Viviane Teitelbaum du 29 septembre
2009 (Fr.) :
Les coûts d’installation des cabinets ministériels pour la nouvelle
législature.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 1, p. 4.
Vraag nr. 53 van mevr. Viviane Teitelbaum d.d. 14 december
2009 (Fr.) :
Mobiliteitsplan van het bestuur.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 4, blz. 4.
Question n° 53 de Mme Viviane Teitelbaum du 14 décembre
2009 (Fr.) :
Le plan de mobilité relatif à votre administration.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 4, p. 4.

4
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 54 van mevr. Viviane Teitelbaum d.d. 14 december
2009 (Fr.) :
Gebruik van de MIVB door de ambtenaren van het bestuur
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 4, blz. 4.
Question n° 54 de Mme Viviane Teitelbaum du 14 décembre
2009 (Fr.) :
L’utilisation de la STIB par les fonctionnaires de votre administration.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 4, p. 4.
Vraag nr. 85 van mevr. Els Ampe d.d. 5 februari 2010 (N.) :
Het op te richten Observatorium voor Onveiligheidspre ventie.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 5, blz. 10.
Question n° 85 de Mme Els Ampe du 5 février 2010 (N.) :
La mise en place de l'Observatoire pour la Prévention de
l'Insécurité.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 5, p. 10.
Vraag nr. 93 van de heer Walter Vandenbossche d.d. 1 maart
2010 (N.) :
Deficit van het gemeentelijk onderwijs.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 6, blz. 7.
Question n° 93 de M. Walter Vandenbossche du 1 er mars 2010
(N.) :
Le déficit de l'enseignement communal.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 6, p. 7.
Vraag nr. 98 van de heer Mohammadi Chahid d.d. 18 maart
2010 (Fr.) :
De « buurtsportvoorzieningen ».
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 7, blz. 8.
Question n° 98 de M. Mohammadi Chahid du 18 mars 2010
(Fr.) :
Les équipements sportifs dits de proximité.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 7, p. 8.
Vraag nr. 99 van de heer Olivier de Clippele d.d. 19 maart
2010 (Fr.) :
Gemeentelijke dotaties aan de OCMW's en dienstjaren 2008
en 2009.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 7, blz. 8.
Question n° 99 de M. Olivier de Clippele du 19 mars 2010
(Fr.) :
Dotations communales aux Centres Publics d’Aide Sociale et
Exercices 2008 et 2009.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 7, p. 8.
Vraag nr. 100 van mevr. Annemie Maes d.d. 19 maart 2010
(N.) :
De fietsvoorzieningen en -vergoedingen voor werknemers van
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 7, blz. 9.
Question n° 100 de Mme Annemie Maes du 19 mars 2010
(N.) :
Les aménagements et indemnités vélo pour les travailleurs de
la Région de Bruxelles-Capitale.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 7, p. 9.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
5
Vraag nr. 138 van de heer René Coppens d.d. 19 mei 2010
(N.) :
Question n° 138 de M. René Coppens du 19 mai 2010 (N.) :
De taalopleidingen ingericht door de Gewestelijke School
voor Openbaar Bestuur ter voorbereiding op de taalexamens van
Selor.
Les formations linguistiques organisées par l'ERAP en vue
de préparer les examens linguistiques du Selor.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 9, blz. 7.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 9, p. 7.
Vraag nr. 150 van de heer Vincent Vanhalewyn d.d. 14 juni
2010 (Fr.) :
Question n° 150 de M. Vincent Vanhalewyn du 14 juin 2010
(Fr.) :
Tabellen betreffende het personeel van de gemeentebesturen.
Les tableaux relatifs au personnel des administrations communales.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 10, blz. 8.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 10, p. 8.
Vraag nr. 151 van mevr. Bianca Debaets d.d. 14 juni 2010
(N.) :
Question n° 151 de Mme Bianca Debaets du 14 juin 2010
(N.) :
De promotie van Brussel als congresstad.
La promotion de Bruxelles en tant que ville de congrès.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 10, blz. 8.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 10, p. 8.
Vraag nr. 205 van mevr. Brigitte De Pauw d.d. 12 oktober 2010
(N.) :
Question n° 205 de Mme Brigitte De Pauw du 12 octobre 2010
(N.) :
De professionele inschakeling van jongeren uit instellingen
voor alternerend onderwijs bij de gemeentebesturen.
Insertion professionnelle de jeunes issus de l'Alternance au
sein des administrations communales.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 13, blz. 8.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 13, p. 8.
Vraag nr. 215 van mevr. Carla Dejonghe d.d. 25 oktober
2010 (N.) :
Question n° 215 de Mme Carla Dejonghe du 25 octobre 2010
(N.) :
De organisatie van een cursus voor vrouwelijke gemeentelijke
mandatarissen.
Organisation d'un cours pour les femmes mandataires communales.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 13, blz. 11.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 13, p. 11.

6
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 232 van mevr. Annemie Maes d.d. 6 december 2010
(N.) :
De fietsvoorzieningen en vergoedingen voor de werknemers
van alle instellingen van openbaar nut en parastatalen die onder
de bevoegdheid van Minister-President Picqué vallen, zoals het
Brussels Gewestelijk Fonds voor de Herfinanciering van de
Gewestelijke Thesaurieën, het ATO, BIP, enz.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 14, blz. 11.
Question n° 232 de Mme Annemie Maes du 6 décembre 2010
(N.)
Les aménagements cyclables et les indemnités vélo pour les
travailleurs de tous les organismes d'intérêt public et parastataux
qui relèvent de la compétence du ministre-président Picqué,
tels que le Fonds régional bruxellois de refinancement des trésoreries
communales, l'ADT, le BIP, etc.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 14, p. 11.
Vraag nr. 236 van de heer Pierre Migisha d.d. 10 december
2010 (Fr.) :
De subsidies van het Gewest voor nationale en internationale
sportmanifestaties.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 14, blz. 14.
Question n° 236 de M. Pierre Migisha du 10 décembre 2010
(Fr.) :
Les subsides de la Région pour des événements sportifs à
caractère national et international.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 14, p. 14.
Vraag nr. 244 van de heer Herman Mennekens d.d. 11 ja nuari
2011 (N.) :
De bouwaanvraag van huis deBuren.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 15, blz. 9.
Question n° 244 de M. Herman Mennekens du 11 janvier 2011
(N.) :
La demande de permis d'urbanisme de la maison deBuren.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 15, p. 9.
Vraag nr. 249 van mevr. Els Ampe d.d. 21 januari 2011 (N.) :
De taalpremies van de ambtenaren van de Brusselse steden,
gemeenten en gemeentelijke vzw’s.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 16, blz. 7.
Question n° 249 de Mme Els Ampe du 21 janvier 2011 (N.) :
Les primes linguistiques accordées aux fonctionnaires des
villes, communes et ASBL communales de Bruxelles.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 16, p. 7.
Vraag nr. 256 van mevr. Els Ampe d.d. 1 februari 2011 (N.) :
De taalpremies van de ambtenaren in de pararegionale instelling
Brussels Gewestelijk Fonds voor de Herfinanciering van de
Gemeentelijke Thesaurieën van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 16, blz. 8.
Question n° 256 de Mme Els Ampe du 1 er février 2011 (N.) :
Les primes linguistiques accordées aux fonctionnaires de
l'organisme pararégional Fonds régional bruxellois de refinancement
des trésoreries communales de la Région de Bruxelles-
Capitale.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 16, p. 8.
Vraag nr. 259 van de heer Emin Özkara d.d. 4 februari 2011
(Fr.) :
Het fiscaal compensatiefonds.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 16, blz. 10.
Question n° 259 de M. Emin Özkara du 4 février 2011 (Fr.) :
Fonds de compensation fiscale.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 16, p. 10.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
7
Vraag nr. 262 van de heer Walter Vandenbossche d.d.
16 fe bruari 2011 (N.) :
Dienstdoende regeling bij gemeentelijk personeel in Brussel
Stad.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 17, blz. 8.
Question n° 262 de M. Walter Vandenbossche du 16 février
2011 (N.) :
Le régime de « faisant fonction » pour le personnel communal
de la Ville de Bruxelles.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 17, p. 8.
Vraag nr. 269 van de heer Emin Özkara d.d. 25 februari 2011
(Fr.) :
Kinderopvang in Brussel.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 17, blz. 10.
Question n° 269 de M. Emin Özkara du 25 février 2011
(Fr.) :
Accueil de la petite enfance à Bruxelles.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 17, p. 10.
Vraag nr. 295 van de heer Olivier de Clippele d.d. 2 maart 2011
(Fr.) :
Budgettaire en boekhoudkundige follow-up van de projecten
op de begroting van de buitengewone dienst.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 17, blz. 28.
Question n° 295 de M. Olivier de Clippele du 2 mars 2011
(Fr.) :
Suivi budgétaire et comptable des projets inscrits au budget
du service extraordinaire.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 17, p. 28.
Vraag nr. 300 van de heer Vincent Vanhalewyn d.d. 16 mei
2011 (Fr.) :
De overdrachten tussen het Gewest en de gemeenten.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 20, blz. 7.
Question n° 300 de M. Vincent Vanhalewyn du 16 mai 2011
(Fr.) :
Les transferts entre la Région et les communes.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 20, p. 7.
Vraag nr. 319 van mevr. Barbara Trachte d.d. 25 maart 2011
(Fr.) :
De opdracht betreffende het elektronisch stemsysteem, de
evaluatie van het prototype en de audit van het materieel.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 18, blz. 11.
Question n° 319 de Mme Barbara Trachte du 25 mars 2011
(Fr.) :
Le marché relatif au vote électronique, à l’évaluation du prototype
et à l’audit du matériel.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 18, p. 11.
Vraag nr. 330 van de heer Gaëtan Van Goidsenhoven d.d.
7 april 2011 (Fr.) :
Het beleid inzake werkgelegenheid in het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 18, blz. 18.
Question n° 330 de M. Gaëtan Van Goidsenhoven du 7 avril
2011 (Fr.) :
La répartition des politiques d’emploi en Région de Bruxelles-
Capitale.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 18, p. 18.

8
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 335 van de heer Joël Riguelle d.d. 16 mei 2011
(Fr.) :
Verbruik van eerlijke en duurzame producten door uw kabinet
en de gewestelijke overheidsinstellingen die onder uw toezicht
staan.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 20, blz. 10.
Question n° 335 de M. Joël Riguelle du 16 mai 2011 (Fr.) :
La consommation des produits équitables et durables au sein
de son cabinet et des organismes publics régionaux placés sous
sa tutelle.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 20, p. 10.
Vraag nr. 344 van mevr. Brigitte De Pauw d.d. 16 juni 2011
(N.) :
Aantal personeelsleden bij de Gewestelijke School voor
Openbaar Bestuur (GSOB).
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 21, blz. 12.
Question n° 344 de Mme Brigitte De Pauw du 16 juin 2011
(N.) :
Le nombre de membres du personnel au sein de l'École régionale
d'Administration publique (ERAP).
La question a été publiée dans le Bulletin n° 21, p. 12.
Vraag nr. 361 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 20 juli 2011
(Fr.) :
Vervoer van nucleair materieel langs het spoor.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 21, blz. 23.
Question n° 361 de Mme Françoise Schepmans du 20 juillet
2011 (Fr.) :
Le passage de convois ferroviaires transportant des matières
nucléaires.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 21, p. 23.
Vraag nr. 374 van mevr. Annemie Maes d.d. 19 september
2011 (N.) :
De verwijzing van een schepen naar de correctionele rechtbank.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 23, blz. 10.
Question n° 374 de Mme Annemie Maes du 19 septembre 2011
(N.) :
Le renvoi d'un échevin devant le tribunal correctionnel.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 23, p. 10.
Vraag nr. 382 van de heer Mohammadi Chahid d.d. 10 oktober
2011 (Fr.) :
Verschillende archeologische opgravingen in het Brussels
Gewest.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 8.
Question n° 382 de M. Mohammadi Chahid du 10 octobre
2011 (Fr.) :
Les différentes fouilles archéologiques menées en Région
bruxelloise.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 8.
Vraag nr. 383 van de heer Johan Demol d.d. 10 oktober 2011
(N.) :
Cameratoezicht in de Brusselse gemeenten.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 9.
Question n° 383 de M. Johan Demol du 10 octobre 2011 (N.) :
La surveillance par caméra dans les communes bruxelloises.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 9.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
9
Vraag nr. 384 van mevr. Greet Van Linter d.d. 13 oktober 2011
(N.) :
Het nieuwe crècheplan Brussel en de kadernota kinderopvang
van de kabinetten Picqué en Grouwels.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 9.
Question n° 384 de Mme Greet Van Linter du 13 octobre 2011
(N.) :
Le nouveau Plan crèches bruxellois et la note-cadre « accueil
de la petite enfance » des cabinets Picqué et Grouwels.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 9.
Vraag nr. 386 van de heer Ahmed El Khannouss d.d. 12 oktober
2011 (Fr.) :
Transparantie van de bezoldigingen en voordelen van de
Brusselse openbare mandatarissen.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 10.
Question n° 386 de M. Ahmed El Khannouss du 12 octobre
2011 (Fr.) :
La transparence des rémunérations et des avantages des
mandataires publics bruxellois.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 10.
Vraag nr. 388 van mevr. Céline Fremault d.d. 20 oktober 2011
(Fr.) :
Voorbereiding van de herdenking van de honderdste verjaardag
van de Eerste Wereld oorlog.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 10.
Question n° 388 de Mme Céline Fremault du 20 octobre 2011
(Fr.) :
L'état d'avancement des préparations pour la commémoration
du centenaire de la Première Guerre mondiale.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 10.
Vraag nr. 389 van mevr. Greet Van Linter d.d. 20 oktober 2011
(N.) :
De premies voor elektrische fietsen.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 11.
Question n° 389 de Mme Greet Van Linter du 20 octobre 2011
(N.) :
Les primes pour vélos électriques.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 11.
Vraag nr. 393 van de heer André du Bus de Warnaffe d.d.
25 oktober 2011 (Fr.) :
Impact van de demografische boom op de gemeenteraadsverkiezingen.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 12.
Question n° 393 de M. André du Bus de Warnaffe du 25 octobre
2011 (Fr.) :
L'impact du boom démographique sur les élections communales.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 12.
Vraag nr. 396 van de heer Johan Demol d.d. 3 november 2011
(N.) :
Het dragen van religieuze en gelaatsverhullende kledij
door voorzitter, bijzitters en secretarissen op kiesbureaus bij de
gemeenteraadsverkiezingen van oktober 2012.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 12.
Question n° 396 de M. Johan Demol du 3 novembre 2011
(N.) :
Le port de vêtements religieux et masquant le visage par le
président, les assesseurs et les secrétaires des bureaux de vote
lors des élections communales d'octobre 2012.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 12.

10
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 397 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Subsidie van 60.000 EUR aan de Vereniging van de Stad en
de Gemeenten voor de Europese week van de lokale democratie.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 10.
Question n° 397 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
Le subside de 60.000 EUR à l'Association de la Ville et
des communes pour la semaine européenne de la démocratie
locale.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 10.
Vraag nr. 402 van mevr. Greet Van Linter d.d. 22 november
2011 (N.) :
Het in schabouwelijk Nederlands opgestelde persbericht van
de Brusselse burgemeester.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 11.
Question n° 402 de Mme Greet Van Linter du 22 novembre
2011 (N.) :
Le communiqué de presse du bourgmestre de Bruxelles
rédigé dans un néerlandais lamentable.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 11.
Vraag nr. 413 van de heer Arnaud Pinxteren d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
De mandatarissen van de intercommunales.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 15.
Question n° 413 de M. Arnaud Pinxteren du 25 novembre
2011 (Fr.) :
Les mandataires des intercommunales.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 15.
Vraag nr. 414 van de heer Arnaud Pinxteren d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Personeel voor het reinigen van wegen.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 16.
Question n° 414 de M. Arnaud Pinxteren du 30 novembre
2011 (Fr.) :
Le personnel de nettoyage des voiries.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 16.
Vraag nr. 415 van mevr. Annemie Maes d.d. 8 december 2011
(N.) :
Geweld tegen bestuurders en veiligheidspersoneel van de
MIVB.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 16.
Question n° 415 de Mme Annemie Maes du 8 décembre 2011
(N.) :
Les actes de violence à l'encontre des conducteurs et du personnel
de sécurité de la STIB.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 16.
Vraag nr. 416 van de mevr. Françoise Schepmans d.d.
12 december 2011 (Fr.) :
Vermindering van het aantal verslagen op papier in de besturen.
Aangezien het aantal activiteitenverslagen en overzichten van
de verschillende gewestelijke besturen en instellingen van openbaar
nut alsmaar volumineuzer wordt, rijst de vraag of het aanzienlijke
verbruik van papier niet zou moeten worden teruggedrongen.
Question n° 416 de Mme Françoise Schepmans du 12 décembre
2011 (Fr.) :
La réduction du nombre de rapports papier dans les administrations.
Considérant que le nombre de rapports d’activités et de revues
provenant des différentes administrations régionales et des organismes
d’intérêt public ne cessent d’augmenter en volume, il se
pose la question d’une réduction de la consommation importante

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
11
Graag had ik geweten of er ter zake specifieke maatregelen zijn
getroffen, in het bestuur voor Economie en Werkgelegenheid,
maar ook in de ION's waarop u toezicht uitoefent, om het papierverbruik
terug te dringen door gebruik te maken van andere verspreidingsmanieren,
zoals PDF- of Open Source-bestanden. Kunt
u me zeggen hoe een en ander is gegaan in 2009, 2010 en 2011 ?
de papier. Je souhaiterais savoir si des mesures spécifiques ont
déjà été retenues à la fois au sein des administrations mais également
au sein des OIP sur lesquels vous exercez une tutelle pour
réduire cette situation par des moyens de diffusion autres tels que
par la voie informatique sur des fichiers au format PDF ou Open
Source. Pourriez-vous m’en communiquer la nature pour les
années 2009, 2010 et 2011 ?
Vraag nr. 419 van de heer Walter Vandenbossche d.d. 20 december
2011 (N.) :
De tewerkstelling van mensen met een handicap.
De tewerkstelling van mensen met een arbeidshandicap verkleint
de mogelijke kans op armoede en haalt de mensen uit hun
isolement. De verschillende overheden hebben hierin een zeer
belangrijke rol te vervullen. De overheid dient het goede voorbeeld
te geven met betrekking tot de tewerkstelling van mensen
met een handicap.
Mijn vragen aan de minister :
– Beschikt de minister over concrete cijfers met betrekking tot de
tewerkstelling van mensen met een handicap in de administraties
en overheidsbedrijven die onder zijn bevoegdheid vallen ?
– Hoe staat het met de 2 %-norm binnen die administraties en
overheidsbedrijven ?
– Heeft de minister concrete streefdoelen inzake tewerkstelling
voor personen met een handicap ?
Question n° 419 de M. Walter Vandenbossche du 20 décembre
2011 (N.) :
L'emploi des personnes présentant un handicap.
L'emploi de personnes affectées d'un handicap professionnel
réduit le risque de pauvreté et sort les personnes de leur isolement.
Les différents pouvoirs publics ont un rôle primordial à jouer sur
ce plan. Les pouvoirs publics doivent donner le bon exemple en
matière d'emploi de personnes présentant un handicap.
Mes questions sont les suivantes :
– Le ministre dispose-t-il de chiffres concrets au sujet de l'emploi
des personnes présentant un handicap dans les administrations
et les entreprises publiques relevant de sa compétence ?
– Qu'en est-il de la norme de 2 % dans les administrations et les
entreprises publiques ?
– Le ministre a-t-il des objectifs concrets en matière d'emploi des
personnes présentant un handicap ?
Vraag nr. 420 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 december
2011 (Fr.) :
Gebruik van stagiaires in uw ministerieel kabinet.
Professionele stages vormen een buitenkans voor mensen die
wensen werk te vinden : zij verwerven ervaring via het gebruik
van hun competenties en kennis én op het vlak van de menselijke
relaties. De ministeriële kabinetten kunnen dus een beslissende rol
spelen bij de opleiding van werkzoekenden en van mensen die hun
professionele vaardigheden wensen te vervolmaken.
Graag een antwoord op de volgende vragen voor 2009, 2010
en 2011 :
– Doet uw kabinet regelmatig een beroep op stagiaires ? Zo ja,
kan u me meedelen hoeveel ?
– Werden deze stagiaires betaald, wat was hun leeftijdsgroep en
hun administratieve status bij indiensttreding (werkzoekende,
loopbaanonderbreking, politiek verlof enz.) ?
Question n° 420 de Mme Françoise Schepmans du 28 décembre
2011 (Fr.) :
L'emploi de stagiaires au sein de votre cabinet ministériel.
Les stages professionnels sont une opportunité de taille pour
les personnes qui souhaitent s’insérer dans le monde du travail et
ce, en acquérant une expérience sur le plan de la mise en œuvre
des compétences, de l’utilisation des connaissances mais aussi de
la gestion des relations humaines. À cet égard, les cabinets ministériels
peuvent jouer un rôle déterminant dans la formation des
chercheurs d’emploi mais aussi des personnes qui cherchent à se
perfectionner sur le plan des activités professionnelles.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais prendre
connaissance des réponses aux questions suivantes pour les années
2009, 2010 et 2011 :
– Votre cabinet ministériel fait-il régulièrement appel à des stagiaires
? Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer le
nombre de personnes concernées ?
– Pourriez-vous compléter les données supra en indiquant si
les stagiaires ont été rémunérés et quels étaient leurs tranches
d’âge ainsi que leurs statuts administratifs respectifs lors des
entrées en fonction (par exemple demandeur d’emploi, pausecarrière,
congé politique, etc. ?

12
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– Hebben stage-ervaringen in uw kabinet geleid tot arbeidsovereenkomsten
voor onbepaalde duur ? Zo ja, voor hoeveel
personen ?
– Wat waren de voornaamste opdrachten die de stagiaires hebben
uitgevoerd ?
– Bestaan er overeenkomsten tussen uw ministerieel kabinet en
centra voor hogere opleiding om stages te organiseren ? Zo ja,
met welke instellingen ?
– Est-ce que des expériences de stages au sein de votre cabinet
ont conduit à des recrutements sur la base d’un contrat à durée
indéterminée ? Le cas échéant, pourriez-vous me dire combien
de personnes étaient concernées ?
– Quelles sont les principales missions qui ont été remplies par
les stagiaires ?
– Existe-t-il des conventions entre votre cabinet ministériel et
des centres d’enseignement supérieur pour organiser ces offres
de stages ? Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer les
noms de ces établissements ?
Minister belast
met Openbare Werken en Vervoer
Vraag nr. 98 van mevr. Olivia P'tito d.d. 18 december 2009
(Fr.) :
Jaarverslag over de gewestelijke verdeling van de personen
die een gewestelijk en een gemeentelijk overheids ambt bekleden.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 4, blz. 9.
Ministre chargée
des Travaux publics et des Transports
Question n° 98 de Mme Olivia P'tito du 18 décembre 2009
(Fr.) :
Rapport annuel établissant la répartition régionale des personnes
occupant un emploi public régional et communal.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 4, p. 9.
Vraag nr. 145 van de heer Philippe Pivin d.d. 1 februari 2010
(Fr.)
Ventilatiesystemen in de Brusselse tunnels.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 5, blz. 20.
Question n° 145 de M. Philippe Pivin du 1 er février 2010
(Fr.) :
Les systèmes de souffleries de ventilation des tunnels bruxellois.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 5, p. 20.
Vraag nr. 315 van mevr. Julie de Groote d.d. 20 oktober 2010
(Fr.) :
Maatregelen in geval van brand bij de MIVB.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 13, blz. 14.
Question n° 315 de Mme Julie de Groote du 20 octobre 2010
(Fr.) :
Le dispositif de lutte contre les incendies au sein de la STIB.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 13, p. 14.
Vraag nr. 327 van mevr. Carla Dejonghe d.d. 28 oktober 2010
(N.) :
Het verwijderen van brandblussers in de passagierstoestellen
van de metro.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 13, blz. 16.
Question n° 327 de Mme Carla Dejonghe du 28 octobre 2010
(N.) :
Suppression des extincteurs dans les rames du métro.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 13, p. 16.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
13
Vraag nr. 477 van de heer Joël Riguelle d.d. 16 mei 2011
(Fr.) :
Verbruik van eerlijke en duurzame producten door uw kabinet
en de gewestelijke overheidsinstellingen die onder uw toezicht
staan.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 20, blz. 19.
Question n° 477 de M. Joël Riguelle du 16 mai 2011 (Fr.) :
La consommation des produits équitables et durables au sein
de son cabinet et des organismes publics régionaux placés sous
sa tutelle.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 20, p. 19.
Vraag nr. 554 van mevr. Annemie Maes d.d. 6 september 2011
(N.) :
De sluiting van stations Schaarbeek en Ukkel-Kalevoet.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 22, blz. 27.
Question n° 554 de Mme Annemie Maes du 6 septembre 2011
(N.) :
La fermeture des gares de Schaerbeek et Uccle-Calevoet.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 22, p. 27.
Vraag nr. 585 van de heer Walter Vandenbossche d.d. 20 oktober
2011 (N.) :
Bewegwijzering bij Brusselse wegenwerken.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 16.
Question n° 585 de M. Walter Vandenbossche du 20 octobre
2011 (N.) :
Signalisation des travaux de voirie à Bruxelles.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 16.
Vraag nr. 603 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 oktober
2011 (Fr.) :
Gebruik van leegstaande lokalen van bepaalde ondergrondse
MIVB-stations.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 19.
Question n° 603 de Mme Françoise Schepmans du 28 octobre
2011 (Fr.) :
L'occupation des locaux de certaines stations souterraines
de la STIB.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 19.
Vraag nr. 607 van mevr. Anne-Charlotte d'Ursel d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Deelneming van het Brussels Gewest aan Europese privaatpublieke
netwerken en oproepen tot projecten voor transporttechnologie.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 21.
Question n° 607 de Mme Anne-Charlotte d'Ursel du 10 novembre
2011 (Fr.) :
L'affiliation et la participation de la Région de Bruxelles-
Capitale à des réseaux et appels à projets européens publics et
privés relatifs aux technologies de transports.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 21.
Vraag nr. 611 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 15 november
2011 (Fr.) :
Partnership van de MIVB bij de organisatie van Winterpret.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 22.
Question n° 611 de Mme Françoise Schepmans du 15 novembre
2011 (Fr.) :
Le partenariat de la STIB pour l'organisation des festivités
Plaisirs d'Hiver.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 22.

14
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 612 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 15 november
2011 (Fr.) :
De opwekking van elektriciteit tijdens het afremmen van de
metrostellen.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 22.
Question n° 612 de Mme Françoise Schepmans du 15 novembre
2011 (Fr.) :
La production d'électricité lors du freinage des rames de
métro.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 22.
Vraag nr. 640 van mevr. Annemie Maes d.d. 8 december 2011
(N.) :
Geweld tegen bestuurders en veiligheidspersoneel van de
MIVB.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 29.
Question n° 640 de Mme Annemie Maes du 8 décembre 2011
(N.) :
Les actes de violence à l'encontre des conducteurs et du personnel
de sécurité de la STIB.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 29.
Vraag nr. 644 van de mevr. Françoise Schepmans d.d. 9 december
2011 (Fr.)
Vermindering van het aantal verslagen op papier in de besturen.
Aangezien het aantal activiteitenverslagen en overzichten
van de verschillende gewestelijke besturen en instellingen van
openbaar nut alsmaar volumineuzer wordt, rijst de vraag of het
aanzienlijke verbruik van papier niet zou moeten worden teruggedrongen.
Graag had ik geweten of er ter zake specifieke maatregelen
zijn getroffen, in de besturen, maar ook in de ION's waarop
u toezicht uitoefent, om het papierverbruik terug te dringen door
gebruik te maken van andere verspreidingsmanieren, zoals PDFof
Open Source-bestanden. Kunt u me zeggen hoe een en ander is
gegaan in 2009, 2010 en 2011 ?
Question n° 644 de Mme Françoise Schepmans du 9 décembre
2011 (Fr.) :
La réduction du nombre de rapports papier dans les administrations.
Considérant que le nombre de rapports d’activités et de revues
provenant des différentes administrations régionales et des organismes
d’intérêt public ne cessent d’augmenter en volume, il se
pose la question d’une réduction de la consommation importante
de papier. Je souhaiterais savoir si des mesures spécifiques ont
déjà été retenues à la fois au sein des administrations mais également
au sein des OIP sur lesquels vous exercez une tutelle pour
réduire cette situation par des moyens de diffusion autres tels que
par la voie informatique sur des fichiers au format PDF ou Open
Source. Pourriez-vous m’en communiquer la nature pour les
années 2009, 2010 et 2011 ?
Vraag nr. 645 van de heer Jef Van Damme d.d. 12 december
2011 (N.) :
De schadevergoeding voor de stilgelegde werken van de
Haven laan.
De werf aan de Havenlaan werd stilgelegd op maandag 5 september
2011, de dag waarop de werken zouden starten. Sindsdien
werd de werf niet heropgestart. Volgens de wet op de overheidsopdrachten
kan de gegunde aannemer een schadevergoeding eisen
voor de geleden schade : administratiekosten, kosten van de werf
en het materieel en rendementsverlies op het personeel en de
planning …
Daarom mijn vragen :
– Heeft de gegunde aannemer een aanvraag tot schadevergoeding
ingediend ? Waar heeft hij deze eventuele aanvraag ingediend ?
Question n° 645 de M. Jef Van Damme du 12 décembre 2011
(N.) :
L'indemnité à payer suite à l'arrêt des travaux de l'avenue
du Port.
Le chantier de l'avenue du port a été arrêté le lundi 5 septembre
2011, le jour où les travaux devaient commencer. Le chantier n'a
pas redémarré depuis. Selon la loi sur les marchés publics, l'entrepreneur
attributaire peut exiger une indemnité pour les dommages
subis : frais administratifs, coûts du chantier et du matériel, et
perte de rendement par rapport au personnel et au calendrier …
Mes questions sont dès lors les suivantes :
– L'entrepreneur attributaire a-t-il introduit une demande d'indemnisation
? Où a-t-il introduit cette éventuelle demande ?

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
15
Bij de aanbestedende overheid, in de rechtbank, … ? Hoe groot
was zijn eventuele schadeclaim ? Wat bepaalt het contract met
de aannemer ion dit specifieke geval waarin de werf werd stilgelegd
?
– Is er sprake van overmacht voor de aanbestedende overheid ? Is
de aanbestedende overheid in dit specifieke geval verantwoordelijk
voor de geleden schade ?
– Werd er een onderhandeling opgestart tussen de aannemer
en de aanbestedende overheid met betrekking tot de geleden
schade voor het stilleggen van de werf aan de Havenlaan ?
– Welke parameters bepalen de eventuele schadevergoeding ?
Hoe groot is de geraamde minimum- en hoe groot is de
geraamde maximumschade ?
– Is er een akkoord bereikt ? Is er een uitspraak van de rechtbank
over de eventuele schadeclaim ? Wat is de betaalde schadevergodeing
vaan de aannemer ?
Auprès du pouvoir adjudicateur, devant le tribunal … ? Quel
est le montant de son éventuelle indemnité ? Que prévoit le
contrat conclu avec l'entrepreneur dans ce cas précis où les
travaux ont été arrêtés ?
– S'agit-il d'un cas de force majeure pour le pouvoir adjudicateur
? Le pouvoir adjudicateur est-il responsable des dommages
subis dans ce cas précis ?
– Une négociation a-t-elle été entamée entre l'entrepreneur et le
pouvoir adjudicateur au sujet des dommages subis suite à l'arrêt
des travaux de l'avenue du Port ?
– Quels paramètres déterminent-ils l'éventuelle indemnité ? À
combien estime-t-on le montant de l'indemnité minimum et le
montant de l'indemnité maximum ?
– Un accord a-t-il été dégagé ? Le tribunal a-t-il statué au sujet
de l'éventuelle indemnité ? Quelle indemnité a-t-elle été payée
à l'entrepreneur ?
Vraag nr. 651 van mevr. Annemie Maes d.d. 16 december 2011
(N.) :
Tram 9.
Al enkele keren heb ik u geïnterpelleerd met betrekking tot een
betere ontsluiting van het UZ Brussel met het openbaar vervoer.
Ik ben dan ook verheugd te vernemen via de pers dat sinds begin
juli de plannen voor de (zeer) langverwachte tram 9 klaar zijn.
Noord-West Brussel heeft zoals studies aantonen wel degelijk
nood aan een sneltram. Bovendien zou men van de gelegenheid
ook ineens gebruik maken voor een heraanleg « van gevel tot
gevel » langs de hele route. Voet- en fietspaden worden (her)aangelegd,
straten worden opgewaardeerd. enz. Dat is een goede zaak.
Volgens de Brusselse pers zou u in september de bouwvergunning
aanvragen.
– Klopt deze timing ? Is de bouwvergunningsaanvraag intussen
ingediend ?
In het persbericht wordt ook gemeld dat de mooie bomen langs
het tracé zoveel mogelijk behouden blijven, en dat waar toch
gekapt moet worden, er volop wordt bijgeplant.
– Hoeveel volwassen bomen moeten er worden gekapt ? Heeft
een studie aangetoond dat deze bomen moeten gekapt worden
? Welke initiatieven neemt u opdat enkel diegenen worden
gekapt waarvan het echt nodig is en opdat volwassen inheemse
bomen in de plaats geplant worden ?
Parkeerplaatsen zullen ook verloren gaan, maar u belooft die
te compenseren met een ondergrondse parkeergelegenheid. Wie
die gaat aanleggen, gaat betalen en gaat uitbaten blijft echter nog
steeds onduidelijk.
– Is er in de vergunningsaanvraag al rekening gehouden met een
mogelijke ondergrondse parking onder het Spiegelplein ?
Question n° 651 de Mme Annemie Maes du 16 décembre 2011
(N.) :
Le tram 9.
Je vous ai déjà interpellée quelques fois au sujet d'une meilleure
accessibilité de l'UZ Brussel en transports en commun. Je me
réjouis dès lors d'apprendre dans la presse que, depuis le début de
juillet, les plans de la ligne de tram 9, qui s'est (tant) fait attendre,
sont enfin prêts. Comme le prouvent diverses études, le nord-ouest
de Bruxelles a grandement besoin d'une ligne de tram rapide. En
outre, on profiterait également de l'occasion pour effectuer dans la
foulée un réaménagement « de façade à façade » le long de tout
le tracé. Les trottoirs et les pistes cyclables seront (ré)aménagés,
les rues seront revalorisées, etc. C'est une bonne chose. Selon la
presse bruxelloise, vous alliez demander le permis d'urbanisme en
septembre.
– Ce calendrier est-il exact ? A-t-on entre-temps introduit la
demande de permis d'urbanisme ?
Le communiqué de presse indique également que les beaux
arbres qui bordent le tracé seront maintenus dans la mesure du
possible, et que là où il faudra néanmoins en abattre, ils seront
tous replantés.
– Combien d'arbres adultes faut-il abattre ? Une étude a-t-elle
démontré qu'il fallait abattre ces arbres ? Quelles initiatives
prenez-vous afin que les abattages soient limités au strict
nécessaire et que des arbres indigènes adultes soient plantés à
la place ?
Des places de parking vont également disparaître, mais vous
promettez de les compenser par un parking souterrain. Qui va
aménager, payer et exploiter ce parking : ces points restent toutefois
flous.
– A-t-on déjà, dans la demande de permis, tenu compte d'un
éventuel parking souterrain sous la place du Miroir ?

16
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– Wat staat er concreet over de parkeergelegenheid en over het
Astridplein in de vergunningsaanvraag ?
– Een technische en financiële studie over de ondergrondse parkeergarage
zou tegen de herfst een en ander moeten verduidelijken.
Zijn er al resultaten bekend van deze studie ? Zo ja, wat
is de conclusie ? Zo niet, wanneer worden die verwacht ?
– Que contient concrètement la demande de permis au sujet du
parking et de la place Reine Astrid ?
– Une étude technique et financière concernant le parking souterrain
devait éclaircir le tout pour l'automne. Connaît-on déjà
les résultats de cette étude ? Dans l'affirmative, quelle est la
conclusion ? Dans la négative, pour quand les attend-on ?
Vraag nr. 652 van de heer Vincent De Wolf d.d. 20 december
2011 (Fr.) :
Vergoeding van de bedrijven benadeeld door het stopzetten
van de werken aan de Havenlaan.
In oktober laatstleden hebt u me meegedeeld dat u onderhandelingen
ging voeren met de firma Verhaeren, de geselecteerde
inschrijver, over de vergoeding voor de stopzetting van de werken
voor de heraanleg van de Havenlaan.
In dat verband wens ik u de volgende vragen te stellen :
– Welke andere bedrijven dan de firma Verhaeren werden benadeeld
door de stopzetting van de werken aan de Havenlaan
en kunnen een vergoeding van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest eisen ?
– Heeft uw bestuur in dat verband onderhandelingen opgestart
met de betrokken bedrijven ?
– Werd er gedreigd met gerechtelijke stappen ?
– Kunt u het bedrag van de vergoedingen ramen, onder meer
rekening houdend met de contractuele voorwaarden van de
opdracht en de omvang ervan ?
Question n° 652 de M. Vincent De Wolf du 20 décembre 2011
(Fr.) :
Indemnisation des entreprises concernées par l'arrêt du
chantier de l'avenue du Port.
Vous m’indiquiez en octobre dernier être à l’entame de négociations
avec la société Verhaeren, adjudicataire, quant à l’indemnisation
devant découler de l’arrêt des travaux de réaménagement
de l’avenue du Port.
Y revenant, je souhaiterais vous poser les questions suivantes
:
– Outre la société Verhaeren, quelles sont les autres entreprises
préjudiciées par l’arrêt des travaux de l’avenue du Port, par
ailleurs en mesure de solliciter une indemnisation à charge de
la Région de Bruxelles-Capitale ?
– Votre administration a-t-elle entamé les négociations y relatives
avec les firmes concernées ?
– Avez-vous été menacée de procédures judiciaires à cet égard ?
– Peut-on estimer le montant des indemnisations à intervenir,
notamment eu égard aux conditions contractuelles du marché
et à l’ampleur de celui-ci ?
Vraag nr. 653 van de heer Jef Van Damme d.d. 20 december
2011 (N.) :
De brandbeveiliging van de toegangspoortjes in de metro.
De toegangspoortjes in de metro leiden tot bezorgdheid bij
sommige gebruikers. Wat gebeurt er in een noodgeval zoals brand,
stroompanne, evacuatie van een station ? De website van de
MIVB meldt ons dat de toegangspoortjes automatisch opengaan
bij de activering van het naadsysteem of bij een stroompanne. Het
activeren van dit noodsysteem kan bij de toegangspoortjes zelf
gebeuren en in een later stadium ook op afstand.
Op de website staat ook dat in de eerste fase in alle stations personeelsleden
aanwezig zijn in de buurt van de toegangspoortjes.
Dit is mogelijk, maar vandaag lijken bepaalde metrostations met
toegangspoortjes niet bemand.
Question n° 653 de M. Jef Van Damme du 20 décembre 2011
(N.) :
La conformité aux normes anti-incendie des portillons d'accès
au métro.
Les portillons d'accès au métro suscitent l'inquiétude de certains
usagers. Que se passe-t-il en cas d'urgence, comme un incendie,
un mouvement de panique, une panne de courant ou la nécessité
d'évacuer une station ? Le site internet de la STIB nous apprend
que les portillons s'ouvrent automatiquement lorsque le système
d’urgence est activé ou dans le cas d’une panne électrique.
L’activation du système d’urgence peut « se faire » aux portillons
et dans une phase ultérieure pourra se faire « à distance ».
On peut également lire sur ce site que, dans une première
phase, des membres du personnel seront présents à proximité des
portillons dans toutes les stations. C'est possible, mais actuellement,
certaines stations de métro équipées de portillons semblent
dépourvues de personnel.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
17
Vandaar mijn vragen :
– Wat was het advies van de brandweer enerzijds en de hulpdiensten
anderzijds over de installatie van de toegangspoortjes ?
Wat is de letterlijke formulering in het verslag van de brandweer
met betrekking tot de veiligheid van de toegangspoortjes
?
– Kan u een lijst bezorgen van de personen en instanties bevoegd
voor het activeren van het noodsysteem ? Kan de metrobestuurder,
de politieagent, de federale spoorwegpolitie, de veiligheidsbeambte
van de MIVB, de Securitas-privé-agent dit en
op welke manier ?
– Bestaat er een automatische activering van het noodsysteem bij
een algemene elektriciteitspanne, bij brand of bij paniek ? Hoe
werkt deze automatische activering ?
– Wat betekent « zelf gebeuren » en « later ook op afstand » ?
– Kan u een lijst bezorgen van de stations met het aantal actieve
poortjes, de bemanning en de periode waarin de bemanning
aanwezig is na het inwerkingstellen van de poortjes ?
– Zijn alle metrostations die uitgerust zijn met werkende toegangspoortjes
bemand ? Bevindt het personeel zich aan de
toegangspoortjes ? Waarom niet ? Hoe lang duurt de eerste
fase van aanwezig personeel – zoals voorgesteld op de MIVBwebsite
?
– Bestaat er een aangepaste procedure voor metrostations die niet
continu bewaakt zijn ?
Mes questions sont dès lors les suivantes :
– Quel était l'avis des pompiers, d'une part, et des services de
secours, d'autre part, sur l'installation de ces portillons d'accès ?
Quel est le libellé exact du rapport des pompiers en ce qui
concerne la sécurité des portillons d'accès ?
– Pouvez-vous fournir une liste des personnes et des instances
compétentes pour l'activation du système d'urgence ? Le
conducteur de métro, l'agent de police, la police fédérale des
chemins de fer, l'agent de sécurité de la STIB, le vigile privé
de Securitas peuvent-ils le faire, et de quelle manière ?
– Y a-t-il activation automatique du système d'urgence en cas
de panne électrique générale, d'incendie ou de mouvement de
panique ? Comment cette activation automatique fonctionne-telle
?
– Que signifie, sur le site internet de la STIB, « l’activation du
système d’urgence peut « se faire » aux portillons et dans une
phase ultérieure pourra se faire « à distance » » ? Qu'entend-on
par « à distance » ?
– Pouvez-vous fournir une liste des stations mentionnant le nombre
de portillons en service, les effectifs et la période de présence
de ces effectifs après la mise en service des portillons ?
– Toutes les stations de métro équipées de portillons d'accès en
service sont-elles pourvues en personnel ? Ce personnel se
trouve-t-il à proximité des portillons d'accès ? Pourquoi pas ?
Combien de temps la première phase de présence de personnel
– comme on peut lire sur le site internet de la STIB dure-telle
?
– Existe-t-il une procédure spécifique pour les stations de métro
qui ne sont pas surveillées en permanence ?
Vraag nr. 655 van mevr. Annemie Maes d.d. 22 december 2011
(N.) :
Geplande tramhalte Dikkebeuklaan ter hoogte van woonwijk
Tuinen van Jette.
In het kader van de geplande aanleg van infrastructuur voor
tram 9 zijn er al een aantal plannen gecommuniceerd. We hebben
al zicht op waar de haltes zullen komen en op welke wijze de
openbare ruimte zal heraangelegd worden.
Op de plannen is er een halte voorzien voor tram en bus op
de Dikkebeuklaan ter hoogte van de wijk Tuinen van Jette, na
het kruispunt Tentoonstellingslaan-Dikkebeuklaan, komende van
de Romeinsesteenweg. In de tegenovergestelde richting is echter
enkel een bushalte gepland en wordt de tramhalte voorzien
achter het kruispunt met de Romeinse Steenweg. Nochtans is het
de bedoeling dat de bewoners van deze wijk voortaan vanuit het
centrum van Brussel of Jette de tram nemen naar hun woonplaats.
In de huidige plannen is de tramhalte echter voorzien voorbij de
Romeinsesteenweg en moeten de bewoners van de Tuinen van
Jette nodeloos een groot en gevaarlijk kruispunt oversteken.
Question n° 655 de Mme Annemie Maes 22 décembre 2011
(N.) :
L'arrêt de tram prévu avenue de l'Arbre Ballon, à hauteur du
quartier résidentiel Les Jardins de Jette.
Un certain nombre de plans ont déjà été communiqués dans
le cadre de l'aménagement d'infrastructures prévu pour la ligne
de tram 9. Nous savons déjà où se situeront les arrêts et de quelle
façon l'espace public sera réaménagé.
Les plans prévoient un arrêt de tram et de bus avenue de l'Arbre
Ballon, à hauteur du quartier Les Jardins de Jette, après le
carrefour de l'avenue de l'Exposition / avenue de l'Arbre Ballon en
venant de la chaussée Romaine. Dans le sens inverse par contre,
seul un arrêt de bus est prévu, et l'arrêt de tram est prévu passé le
carrefour avec la chaussée Romaine. Or, l'objectif est que les habitants
de ce quartier rentrent désormais chez eux en tram depuis le
centre de Bruxelles ou de Jette. Mais dans les plans actuels, l'arrêt
de tram est prévu au-delà de la chaussée Romaine, ce qui contraint
inutilement les habitants des Jardins de Jette à traverser un grand
carrefour dangereux.

18
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Ik heb hieromtrent volgende vragen :
1. Wat zijn de redenen om slechts in één richting een tramhalte te
voorzien op de Dikkebeuklaan ter hoogte van wijk Tuinen van
Jette (Burgemeester de Munterlaan) ?
2. Kunnen de plannen nog gewijzigd worden om tegemoet te
komen aan de terechte verzuchtingen van de bewoners van de
Tuinen van Jette ?
Je voudrais poser les questions suivantes à ce sujet :
1. Pour quelles raisons un arrêt de tram est-il prévu sur l'avenue
de l'Arbre Ballon, à hauteur du quartier résidentiel Les Jardins
de Jette (avenue du Bourgmestre E. Demunter), dans une seule
direction ?
2. Peut-on encore modifier les plans afin de répondre aux attentes
justifiées des habitants des Jardins de Jette ?
Vraag nr. 657 van de heer Vincent De Wolf d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Resultaten van het onderzoek naar de gezondheid van de
platanen aan de Havenlaan.
U hebt me onlangs laten weten dat u, op 11 oktober 2011,
ingevolge de vernietiging van het gewestelijke project van de
heraanleg, een onderzoek heeft bevolen betreffende de gezondheid
van de bomen aan de Havenlaan.
In dat verband, had ik graag een antwoord op de volgende
vragen :
– Hoe luiden de conclusies van dat onderzoek ?
– Hoever staat het met de eventuele beslissingen van het Gewest,
van uw bestuur of van de diensten van Leefmilieu Brussel ingevolge
die conclusies ?
Question n° 657 de M. Vincent De Wolf du 27 décembre 2011
(Fr.) :
Résultats de l'étude sanitaire des platanes de l'avenue du
Port.
Vous m’indiquiez récemment avoir commandé, en date du
11 octobre 2011, à la suite de l'annulation du projet de réaménagement
mené par la Région, une étude phytosanitaire des arbres
de l’avenue du Port.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Quelles sont les conclusions de cette étude ?
– Qu’en est-il des décisions éventuellement prises par la Région,
votre administration ou les services de Bruxelles Environnement
suite à ces conclusions ?
Vraag nr. 658 van de heer Vincent De Wolf d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Voorwaarden voor het vertrek van de directeur-generaal van
de MIVB.
Ik heb vernomen dat de voorwaarden voor het vertrek op
31 december eerstkomend van de directeur-generaal van de MIVB
zouden zijn goedgekeurd door de raad van bestuur van de maatschappij
voor openbaar vervoer. Deze laatste vond het niet kunnen
dat de voorwaarden in kwestie enkel met de voorzitster van de
MIVB werden afgesproken.
Gelet op de gesloten overeenkomst en de openbaarheid van
de rekeningen van een instelling van openbaar nut, wens ik u de
volgende vragen te stellen :
– Wat zijn de precieze vertrekvoorwaarden zoals goedgekeurd
door de raad van bestuur ?
– Hoe zit het met de eindejaarspremies van de vorige jaren die
niet uitbetaald werden ? Wat is het totaalbedrag daarvan ? Welk
aandeel zal de uittredende directeur-generaal van de MIVB
uiteindelijk krijgen ?
Question n° 658 de M. Vincent De Wolf du 27 décembre 2011
(Fr.) :
Conditions du départ du directeur général de la STIB.
J’ai pris connaissance que les conditions du départ, au
31 décembre prochain, du directeur général de la STIB auraient
été approuvées par le conseil d’administration de la société de
transport public. Précédemment, celui-ci s'était ému de voir ces
mêmes conditions n’avoir été négociées que par la seule présidente
de cette instance.
Vu l'accord intervenu et le caractère public des comptes de tout
organisme d’intérêt public, je souhaiterais vous poser les questions
précises suivantes :
– Quelles sont les conditions précises de ce départ telles qu’approuvées
par le conseil d'administration ?
– Qu’en est-il des primes de fin d’année, d’exercices précédents,
restées impayées ? Quel est le montant total de celles-ci ?
Quelle est la part qui sera in fine perçue par le directeur général
sortant de la STIB ?

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
19
– Was enkel de voorzitster van de MIVB bevoegd om te
onderhandelen over de vertrekvoorwaarden van de directeurgeneraal
? Was die handelwijze niet in strijd met de specifieke
werkingsregels van de MIVB of haar beheerscontract ?
– Werd de overeenkomst omtrent het vertrek van de directeurgeneraal,
die door hemzelf en de voorzitster van de raad van
bestuur van de MIVB werd ondertekend, integraal goedgekeurd
of bekrachtigd door de raad van bestuur ? Zo niet, op
basis van welke elementen werd de overeenkomst gewijzigd ?
– La négociation des conditions de départ du directeur général
était-elle de la compétence de la seule présidente de la STIB ?
En procédant comme il l’a été, des règles propres au fonctionnement
de la STIB ou à son contrat de gestion ont-elles été
négligées ?
– Est-il à constater que la convention encadrant le départ du
directeur général, signée par celui-ci et la présidente du conseil
d'administration de la STIB, a été ratifiée, avalisée ou confirmée
en son intégralité par le conseil d’administration ? À
défaut, quels sont les éléments sur lesquels la convention s’est
vue amendée et modifiée ?
Vraag nr. 661 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 december
2011 (Fr.) :
Gebruik van stagiaires in uw ministerieel kabinet.
Professionele stages vormen een buitenkans voor mensen die
wensen werk te vinden : zij verwerven ervaring via het gebruik
van hun competenties en kennis én op het vlak van de menselijke
relaties. De ministeriële kabinetten kunnen dus een beslissende rol
spelen bij de opleiding van werkzoekenden en van mensen die hun
professionele vaardigheden wensen te vervolmaken.
Graag een antwoord op de volgende vragen voor 2009, 2010
en 2011 :
– Doet uw kabinet regelmatig een beroep op stagiaires ? Zo ja,
kan u me meedelen hoeveel ?
– Werden deze stagiaires betaald, wat was hun leeftijdsgroep en
hun administratieve status bij indiensttreding (werkzoekende,
loopbaanonderbreking, politiek verlof enz.) ?
– Hebben stage-ervaringen in uw kabinet geleid tot arbeidsovereenkomsten
voor onbepaalde duur ? Zo ja, voor hoeveel
personen ?
– Wat waren de voornaamste opdrachten die de stagiaires hebben
uitgevoerd ?
– Bestaan er overeenkomsten tussen uw ministerieel kabinet en
centra voor hogere opleiding om stages te organiseren ? Zo ja,
met welke instellingen ?
Question n° 661 de Mme Françoise Schepmans du 28 décembre
2011 (Fr.) :
L'emploi de stagiaires au sein de votre cabinet ministériel.
Les stages professionnels sont une opportunité de taille pour
les personnes qui souhaitent s’insérer dans le monde du travail et
ce, en acquérant une expérience sur le plan de la mise en œuvre
des compétences, de l’utilisation des connaissances mais aussi de
la gestion des relations humaines. À cet égard, les cabinets ministériels
peuvent jouer un rôle déterminant dans la formation des
chercheurs d’emploi mais aussi des personnes qui cherchent à se
perfectionner sur le plan des activités professionnelles.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais prendre
connaissance des réponses aux questions suivantes pour les années
2009, 2010 et 2011 :
– Votre cabinet ministériel fait-il régulièrement appel à des stagiaires
? Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer le
nombre de personnes concernées ?
– Pourriez-vous compléter les données supra en indiquant si
les stagiaires ont été rémunérés et quels étaient leurs tranches
d’âge ainsi que leurs statuts administratifs respectifs lors des
entrées en fonction (par exemple demandeur d’emploi, pausecarrière,
congé politique, etc. ?
– Est-ce que des expériences de stages au sein de votre cabinet
ont conduit à des recrutements sur la base d’un contrat à durée
indéterminée ? Le cas échéant, pourriez-vous me dire combien
de personnes étaient concernées ?
– Quelles sont les principales missions qui ont été remplies par
les stagiaires ?
– Existe-t-il des conventions entre votre cabinet ministériel et
des centres d’enseignement supérieur pour organiser ces offres
de stages ? Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer les
noms de ces établissements ?

20
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Minister belast met Tewerkstelling,
Economie, Buitenlandse Handel en
Wetenschappelijk Onderzoek
Vraag nr. 176 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 maart 2010
(Fr.) :
Communicatiekosten sinds 2005.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 7, blz. 15.
Ministre chargé de l'Emploi,
de l'Économie, du Commerce extérieur et
de la Recherche scientifique
Question n° 176 de M. Didier Gosuin du 25 mars 2010 (Fr.) :
Frais de communication depuis 2005.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 7, p. 15.
Vraag nr. 506 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 19 juli 2011
(Fr.) :
Begeleiding door Actiris en toetreding van de jonge werkzoekenden
die onderworpen zijn aan de verplichte constructie van
het beroepsproject tot de opleidingsstructuren van de Cocof en
de VDAB.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 21, blz. 48.
Question n° 506 de Mme Françoise Schepmans du 19 juillet
2011 (Fr.) :
L’accompagnement par Actiris et l’entrée des jeunes demandeurs
d’emploi, soumis à la « Construction de projet professionnel
» obligatoire, dans les structures de formation de la Cocof et
du VDAB.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 21, p. 48.
Vraag nr. 570 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 oktober
2011 (Fr.) :
De uitgaven voor consultancy tijdens de Brussels Days
Shanghai.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 22.
Question n° 570 de Mme Françoise Schepmans du 28 octobre
2011 (Fr.) :
Les dépenses pour services de consultance à l'occasion des
Brussels Days Shanghai.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 22.
Vraag nr. 576 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Tools voor bewaren van computergegevens bij Actiris.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 31.
Question n° 576 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
Les outils de sauvegarde des données informatiques auprès
de l'opérateur Actiris.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 31.
Vraag nr. 581 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Werving van agenten voor de gewestelijke werkgelegenheidsinspectie
om tegemoet te komen aan de vele aanvragen voor
arbeidsvergunningen.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 31.
Question n° 581 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
Le recrutement d'agents pour l'inspection régionale de l'emploi
pour faire face à l'afflux de demandes de permis de travail.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 31.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
21
Vraag nr. 591 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
De dienstreis in het kader van samenwerking tussen Actiris
en de DR Congo.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 33.
Question n° 591 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
La mission de coopération de l'opérateur Actiris en RD
Congo.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 33.
Vraag nr. 595 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Lijst van de studies besteld door het bestuur voor economie
en werkgelegenheid.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 33.
Question n° 595 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
La liste des études commanditées par l'administration de
l'Économie et de l'Emploi.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 33.
Vraag nr. 597 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Lijst van de studies besteld door uw kabinet.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 34.
Question n° 597 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
La liste des études commanditées par votre cabinet.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 34.
Vraag nr. 598 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Lijst van de studies besteld door Brussels Export.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 34.
Question n° 598 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
La liste des études commanditées par Bruxelles Export.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 34.
Vraag nr. 599 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Lijst van de studies besteld door Actiris.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 34.
Question n° 599 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
La liste des études commanditées par Actiris.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 34.
Vraag nr. 605 van de heer Arnaud Pinxteren d.d. 18 november
2011 (Fr.) :
Omschrijving van de behoeften op de arbeidsmarkt.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 35.
Question n° 605 de M. Arnaud Pinxteren du 18 novembre
2011 (Fr.) :
L'identification des besoins du marché du travail.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 35.

22
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 613 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Brusselaars werkzaam in de groene beroepen.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 38.
Question n° 613 de Mme Françoise Schepmans du 25 novembre
2011 (Fr.) :
L'emploi de Bruxellois au sein des métiers verts.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 38.
Vraag nr. 634 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 16 december
2011 (Fr.) :
Opleiding van de werkzoekenden in het kader van het project
Winterpret.
Wat is de betrokkenheid van het Gewest bij het sociale luik
en de beroepsopleiding van jonge werkzoekenden in het kader
van het project Winterpret. Waaruit bestaat de steun van het
Gewest ? Welke middelen worden er ter beschikking gesteld en
hoeveel begunstigden worden er verwacht ? Is die steun ook de
voorgaande jaren gegeven en wat zijn de algemene resultaten in
voorkomend geval ?
Question n° 634 de Mme Françoise Schepmans du 16 décembre
2011 (Fr.) :
La formation des demandeurs d'emploi dans le sillage du
projet « Plaisirs d'Hiver ».
Afin de pouvoir compléter mon information, je souhaiterais
prendre connaissance de l’implication de la Région bruxelloise
dans le cadre du volet social et de la formation professionnelle de
jeunes demandeurs d’emploi dans le sillage du projet « Plaisirs
d’Hiver ». Concrètement, en quoi consiste le soutien régional ?
Quel est le budget mis à disposition de cette opération et, surtout,
quel est le nombre de bénéficiaires escomptés ? Pouvez-vous me
préciser si ce soutien a également eu lieu les années précédentes
et, le cas échéant, pouvez-vous m’en communiquer les résultats
globaux ?
Staatssecretaris belast met Stedenbouw en
Openbare Netheid
Vraag nr. 93 van de heer Gaëtan Van Goidsenhoven d.d.
21 januari 2011 (Fr.) :
Steun voor de intergemeentelijke projecten inzake openbare
netheid.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 16, blz. 28.
Secrétaire d'État chargé de l’Urbanisme et
de la Propreté publique
Question n° 93 de M. Gaëtan Van Goidsenhoven du 21 janvier
2011 (Fr.) :
Le soutien aux projets intercommunaux en matière de propreté
publique.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 16, p. 28.
Vraag nr. 95 van de heer Gaëtan Van Goidsenhoven d.d.
21 januari 2011 (Fr.) :
Nieuwe banen in het kader van het project Ecopool.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 16, blz. 29.
Question n° 95 de M. Gaëtan Van Goidsenhoven du 21 janvier
2011 (Fr.) :
La création d’emplois au travers du projet Ecopôle.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 16, p. 29.
Vraag nr. 98 van de heer Arnaud Pinxteren d.d. 26 januari
2011 (Fr.) :
De vuilnisbakanalyse van het Agentschap Net Brussel.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 16, blz. 30.
Question n° 98 de M. Arnaud Pinxteren du 26 janvier 2011
(Fr.) :
L’« analyse poubelle » de l’ABP.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 16, p. 30.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
23
Vraag nr. 99 van mevr. Els Ampe d.d. 1 februari 2011 (N.) :
De taalpremies van de ambtenaren in de pararegionale instelling
Net Brussel van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 16, blz. 31.
Question n° 99 de Mme Els Ampe du 1 er février 2011 (N.) :
Les primes linguistiques accordées aux fonctionnaires de
l'organisme pararégional Bruxelles-Propreté de la Région de
Bruxelles-Capitale.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 16, p. 31.
Vraag nr. 106 van mevr. Els Ampe d.d. 1 maart 2011 (N.) :
Inzameling en recyclage van afgedankte elektrische en elektronische
apparatuur (AEEA).
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 17, blz. 45.
Question n° 106 de Mme Els Ampe du 1 er mars 2011 (N.) :
La collecte et le recyclage des déchets d'équipements électriques
et électroniques (DEEE).
La question a été publiée dans le Bulletin n° 17, p. 45.
Vraag nr. 120 van de heer Herman Mennekens d.d. 16 juni
2011 (N.) :
De strijd tegen zwerfvuil.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 21, blz. 57.
Question n° 120 de M. Herman Mennekens du 16 juin 2011
(N.) :
La lutte contre les déchets sauvages.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 21, p. 57.
Vraag nr. 129 van mevr. Bianca Debaets d.d. 30 augustus 2011
(N.) :
De stedenbouwkundige vergunningen en attesten.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 22, blz. 39.
Question n° 129 de Mme Bianca Debaets du 30 août 2011
(N.) :
Les permis et certificats d'urbanisme.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 22, p. 39.
Vraag nr. 131 van mevr. Bianca Debaets d.d. 6 september 2011
(N.) :
De openbare toiletten in het BHG.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 22, blz. 40.
Question n° 131 de Mme Bianca Debaets du 6 septembre 2011
(N.) :
Les toilettes publiques en Région de Bruxelles-Capitale.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 22, p. 40.
Vraag nr. 134 van de heer Ahmed El Khannouss d.d. 19 september
2011 (Fr.) :
Kosten/inkomsten inzake afvalverwerking.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 23, blz. 26.
Question n° 134 de M. Ahmed El Khannouss du 19 septembre
2011 (Fr.) :
Coûts/recettes issus du traitement des déchets.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 23, p. 26.

24
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 135 van de heer Ahmed El Khannouss d.d. 22 september
2011 (Fr.) :
Brussel Ecopool.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 23, blz. 27.
Question n° 135 de M. Ahmed El Khannouss du 22 septembre
2011 (Fr.) :
Bruxelles-Ecopôle.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 23, p. 27.
Vraag nr. 136 van de heer Ahmed El Khannouss d.d. 22 september
2011 (Fr.) :
Ophaling van chemisch afval.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 23, blz. 27.
Question n° 136 de M. Ahmed El Khannouss du 22 septembre
2011 (Fr.) :
La collecte des déchets chimiques.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 23, p. 27.
Vraag nr. 137 van de heer Ahmed El Khannouss d.d. 23 september
2011 (Fr.) :
De ophaling van grof vuil.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 23, blz. 27.
Question n° 137 de M. Ahmed El Khannouss du 23 septembre
2011 (Fr.) :
L'enlèvement des encombrants.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 23, p. 27.
Vraag nr. 151 van de heer Arnaud Pinxteren d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Personeel voor het reinigen van wegen.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 51.
Question n° 151 de M. Arnaud Pinxteren du 30 novembre
2011 (Fr.) :
Le personnel de nettoyage des voiries.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 51.
Vraag nr. 155 van de heer Herman Mennekens d.d. 12 december
2011 (N.) :
Het sorteren van afval door Brusselse ondernemingen.
Volgens het jaarverslag van Net Brussel produceert een gemiddelde
Brusselse inwoner 365 kg afval per jaar. Daartegenover
produceert een gemiddelde Brusselse horeca-onderneming 3,8 ton
afval.
In absolute termen is het dan ook zo dat het de ondernemingen
zijn in ons Gewest die het leeuwendeel van de afvalproductie voor
hun rekening nemen.
Daarom had ik volgende vragen :
– Op het vlak van preventie :
Welke campagnes worden er gevoerd jegens de ondernemingen
opdat (ook) zij zouden worden aangezet om te sorteren ? Hebt
Question n° 155 de M. Herman Mennekens du 12 décembre
2011 (N.) :
Le tri des déchets par les entreprises bruxelloises.
Selon le rapport annuel de Bruxelles-Propreté, le Bruxellois
produit en moyenne 365 kg de déchets par an, contre 3,8 tonnes
de déchets pour une entreprise bruxelloise moyenne du secteur
horeca.
En termes absolus, il apparaît dès lors que dans notre Région,
ce sont les entreprises qui produisent la plus grande partie des
déchets.
C'est pourquoi je voudrais vous poser les questions suivantes :
– Sur le plan de la prévention :
Quelles campagnes mène-t-on à l'adresse des entreprises afin
de les inciter (elles aussi) à trier ? Disposez-vous à ce sujet de

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
25
u hieromtrent cijfers die de effectiviteit van deze campagnes
kunnen aantonen ?
Wordt er hier een onderscheid gemaakt naar grootte en type
van onderneming (KMO, …) ?
– Op het vlak van controle :
Op welke wijze gaat men na of (ook) bedrijven hun afval sorteren
?
– Op het vlak van stimulatie van overheidswege :
Bestaan er stimuli (subsidies, fiscale voordelen) voor bedrijven
om te sorteren en/of te recycleren ? Zo ja, dewelke ?
chiffres susceptibles de démontrer l'efficacité de ces campagnes
?
Établit-on sur ce plan une distinction en fonction de la taille et
du type d'entreprise (PME, …) ?
– Sur le plan du contrôle :
De quelle manière vérifie-t-on si les entreprises trient (elles
aussi) leurs déchets ?
– Sur le plan de la stimulation par les autorités
Existe-t-il des incitants (subsides, avantages fiscaux) pour
persuader les entreprises de trier et/ou recycler ? Dans l'affirmative,
lesquels ?
Vraag nr. 156 van de mevr. Françoise Schepmans d.d. 9 december
2011 (Fr.) :
Vermindering van het aantal verslagen op papier in de besturen.
Aangezien het aantal activiteitenverslagen en overzichten van
de verschillende gewestelijke besturen en instellingen van openbaar
nut alsmaar volumineuzer wordt, rijst de vraag of het aanzienlijke
verbruik van papier niet zou moeten worden teruggedrongen.
Graag had ik geweten of er ter zake specifieke maatregelen zijn
getroffen, in het bestuur voor Economie en Werkgelegenheid,
maar ook in de ION's waarop u toezicht uitoefent, om het papierverbruik
terug te dringen door gebruik te maken van andere verspreidingsmanieren,
zoals PDF- of Open Source-bestanden. Kunt
u me zeggen hoe een en ander is gegaan in 2009, 2010 en 2011 ?
Question n° 156 de Mme Françoise Schepmans du 9 décembre
2011 (Fr.) :
La réduction du nombre de rapports papier dans les administrations.
Considérant que le nombre de rapports d’activités et de revues
provenant des différentes administrations régionales et des organismes
d’intérêt public ne cessent d’augmenter en volume, il se
pose la question d’une réduction de la consommation importante
de papier. Je souhaiterais savoir si des mesures spécifiques ont
déjà été retenues à la fois au sein des administrations mais également
au sein des OIP sur lesquels vous exercez une tutelle pour
réduire cette situation par des moyens de diffusion autres tels que
par la voie informatique sur des fichiers au format PDF ou Open
Source. Pourriez-vous m’en communiquer la nature pour les
années 2009, 2010 et 2011 ?
Vraag nr. 157 van de heer Herman Mennekens d.d. 15 december
2011 (N.) :
Het onderhoud van straatkolken langs gewestwegen.
Het valt me op dat tal van rioolkolken langs gewestwegen
slecht onderhouden en verstopt zijn. Bij hevige regenval leidt
dit ertoe dat het regenwater de ondergrondse rioleringen niet kan
bereiken. Daardoor komen dan heuse plassen of beken tot stand op
de openbare weg, met alle risico’s van dien voor het wegverkeer.
Graag had ik dan ook vernomen hoe het onderhoud van dergelijke
straatkolken gebeurt. Op welke manier wordt dit georganiseerd
? Zijn er versterkte onderhoudsinterventies bij noodweer en/
of stelselmatige verstoppingen ? Hoe wordt dit bepaald ? Welke
systematiek wordt in dergelijke gevallen gehanteerd ? Wordt dit
alles geïnventariseerd ?
Question n° 157 de M. Herman Mennekens du 15 décembre
2011 (N.) :
L'entretien des avaloirs le long des voiries régionales.
Je suis frappé de voir que les bouches d'égout situées le long
des voiries régionales sont mal entretenues et bouchées. En cas
de fortes pluies, l'eau ne peut dès lors pas rejoindre les égouts
souterrains. Par conséquent, de grandes flaques et des ruisseaux
se forment sur la voie publique, avec tous les risques que cela
implique pour la circulation.
Je voudrais dès lors savoir comment se déroule l'entretien
de ces avaloirs. De quelle manière est-il organisé ? Y a-t-il des
interventions d'entretien renforcées en cas de fortes précipitations
et/ou d'obstructions systématiques ? Comment en décide-t-on ?
Quelle méthode utilise-t-on dans pareils cas ? Tout cela est-il
inventorié ?

26
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Staatssecretaris belast met Huisvesting en
Brandbestrijding en
Dringende Medische Hulp
Vraag nr. 92 van de heer Mohamed Ouriaghli d.d. 22 maart
2010 (Fr.) :
Procedure ter verhoging van de kwantiteit en de kwaliteit van
de woningen bij de GOMB, de gewestelijke grondregie en de
gemeentelijke grondregies.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 7, blz. 18.
Secrétaire d'État chargé du Logement et
de la Lutte contre l'Incendie et
l'Aide médicale urgente
Question n° 92 de M. Mohamed Ouriaghli du 22 mars 2010
(Fr.) :
Procédures visant à l’accroissement du nombre et de la qualité
des logements dans le cadre de la SDRB, la Régie foncière
régionale et les Régies communales.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 7, p. 18.
Vraag nr. 274 van de heer Bertin Mampaka d.d. 27 juli 2011
(Fr.) :
Aantal leegstaande woningen bij de Anderlechtse Haard.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 21, blz. 66.
Question n° 274 de M. Bertin Mampaka du 27 juillet 2011
(Fr.) :
L’évolution du nombre de logements vides appartenant au
Foyer Anderlechtois.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 21, p. 66.
Vraag nr. 278 van de heer Bertin Mampaka d.d. 27 juli 2011
(Fr.) :
Aantal leegstaande woningen bij de Elsense Haard.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 21, blz. 70.
Question n° 278 de M. Bertin Mampaka du 27 juillet 2011
(Fr.) :
L’évolution du nombre de logements vides appartenant au
Foyer Ixellois.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 21, p. 70.
Vraag nr. 284 van de heer Bertin Mampaka d.d. 27 juli 2011
(Fr.) :
Aantal leegstaande woningen bij de OVM De Molenbeekse
Woning.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 21, blz. 75.
Question n° 284 de M. Bertin Mampaka du 27 juillet 2011
(Fr.) :
L’évolution du nombre de logements vides appartenant à la
SISP le Logement Molenbeekois.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 21, p. 75.
Vraag nr. 288 van mevr. Elke Van den Brandt d.d. 6 september
2011 (N.) :
De reglementen voor de toewijzing van gemeentelijke woningen.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 22, blz. 44.
Question n° 288 de Mme Elke Van den Brandt du 6 septembre
2011 (N.) :
Les règlements d'attribution des logements communaux.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 22, p. 44.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
27
Vraag nr. 290 van mevr. Elke Van den Brandt d.d. 6 september
2011 (N.) :
Het aantal uithuiszettingen.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 22, blz. 46.
Question n° 290 de Mme Elke Van den Brandt du 6 septembre
2011 (N.) :
Le nombre d'expulsions de logement.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 22, p. 46.
Vraag nr. 291 van de heer Vincent De Wolf d.d. 12 september
2011 (Fr.) :
Gewestelijke wetgeving inzake brandpreventie.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 22, blz. 46.
Question n° 291 de M. Vincent De Wolf du 12 septembre 2011
(Fr.) :
Caducité de la législation régionale en matière de prévention
incendie.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 22, p. 46.
Vraag nr. 293 van de heer Vincent De Wolf d.d. 9 september
2011 (Fr.) :
Resultaten en conclusies van het onderzoek naar de brand op
de schietstand van de federale politie in de Géruzet-kazerne.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 22, blz. 48.
Question n° 293 de M. Vincent De Wolf du 9 septembre 2011
(Fr.) :
Résultats et conclusions de l'enquête relative à l'incendie du
stand de tir de la police fédérale à la caserne Géruzet.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 22, p. 48.
Vraag nr. 294 van mevr. Mahinur Ozdemir d.d. 22 september
2011 (Fr.) :
Conformiteitsattesten voor woningen van minder dan 28 m²
en gemeubelde woningen.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 23, blz. 32.
Question n° 294 de Mme Mahinur Ozdemir du 22 septembre
2011 (Fr.) :
Les attestations de conformité pour les logements de moins de
28 m² et les logements meublés.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 23, p. 32.
Vraag nr. 295 van de heer Vincent De Wolf d.d. 22 september
2011 (Fr.) :
Normen en procedures voor de vergunningen voor tijdelijke
installaties.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 23, blz. 32.
Question n° 295 de M. Vincent De Wolf du 22 septembre 2011
(Fr.) :
Les normes et procédures relatives aux autorisations des installations
temporaires.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 23, p. 32.
Vraag nr. 297 van mevr. Bianca Debaets d.d. 10 oktober 2011
(N.) :
Aantal leegstaande openbare woningen in het Brussels
Hoofd stedelijk Gewest.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 28.
Question n° 297 de Mme Bianca Debaets du 10 octobre 2011
(N.) :
Le nombre de logements publics inoccupés en Région de
Bruxelles-Capitale.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 28.

28
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 301 van mevr. Bianca Debaets d.d. 10 oktober 2011
(N.) :
De huurhulp verstrekt door het Woningfonds.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 31.
Question n° 301 de Mme Bianca Debaets du 10 octobre 2011
(N.) :
L'aide locative octroyée par le Fonds du logement.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 31.
Vraag nr. 302 van mevr. Bianca Debaets d.d. 10 oktober 2011
(N.) :
De aanvullende hypotheekleningen voor jonge gezinnen van
het Woningfonds.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 31.
Question n° 302 de Mme Bianca Debaets du 10 octobre 2011
(N.) :
Les prêts hypothécaires complémentaires pour jeunes ménages
octroyés par le Fonds du logement.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 31.
Vraag nr. 303 van mevr. Bianca Debaets d.d. 10 oktober 2011
(N.) :
De investeringen door het Woningfonds.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 32.
Question n° 303 de Mme Bianca Debaets du 10 octobre 2011
(N.) :
Les investissements du Fonds du logement.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 32.
Vraag nr. 304 van mevr. Bianca Debaets d.d. 12 oktober 2011
(N.) :
De ordonnantie « Toewijzing gemeentewoningen ».
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 33.
Question n° 304 de Mme Bianca Debaets du 12 octobre 2011
(N.) :
L'ordonnance « Attribution des logements communaux ».
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 33.
Vraag nr. 306 van mevr. Céline Fremault d.d. 25 oktober 2011
(Fr.) :
Profiel van de huurders van sociale woningen tegen wie een
schuldinvorderings- of uitzettingsprocedure is ingesteld.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 33.
Question n° 306 de Mme Céline Fremault du 25 octobre 2011
(Fr.) :
Profil des locataires de logement social ayant fait l'objet d'une
procédure de récupération de créance ou d'une expulsion.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 33.
Vraag nr. 307 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 oktober
2011 (Fr.) :
Toekenning van 330.000 EUR aan de adviesraden van huurders.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 34.
Question n° 307 de Mme Françoise Schepmans du 28 octobre
2011 (Fr.) :
L'octroi de 330.000 EUR aux conseils consultatifs de locataires.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 34.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
29
Vraag nr. 308 van de heer Vincent De Wolf d.d. 28 oktober
2011 (Fr.) :
EPB-certificatie voor het Brussels sociaal woningpark.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 34.
Question n° 308 de M. Vincent De Wolf du 28 octobre 2011
(Fr.) :
Certification PEB du parc locatif social bruxellois.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 34.
Vraag nr. 309 van de heer Vincent De Wolf d.d. 28 oktober
2011 (Fr.) :
Gewestelijke wetgeving betreffende leegstaande gebouwen.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 34.
Question n° 309 de M. Vincent De Wolf du 28 octobre 2011
(Fr.) :
Législation régionale sur les immeubles inoccupés.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 34.
Vraag nr. 310 van mevr. Bianca Debaets d.d. 28 oktober 2011
(N.) :
De gemeentelijke taks op leegstand.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 24, blz. 35.
Question n° 310 de Mme Bianca Debaets du 28 octobre 2011
(N.) :
La taxe communale sur les immeubles inoccupés.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 24, p. 35.
Vraag nr. 311 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Tools voor bewaren van computergegevens bij de BGHM.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 57.
Question n° 311 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
Les outils de sauvegarde des données informatiques auprès
de la SLRB.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 57.
Vraag nr. 315 van de heer Johan Demol d.d. 15 november 2011
(N.) :
De bewoning van de Brusselse huisvestingsmaatschappijen.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 59.
Question n° 315 de M. Johan Demol du 15 novembre 2011
(N.) :
L'occupation dans les sociétés de logement bruxelloises.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 59.
Vraag nr. 317 van mevr. Elke Van den Brandt d.d. 18 november
2011 (N.) :
De omvorming van leegstaande en verouderde kantoren tot
betaalbare huisvesting.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 59.
Question n° 317 de Mme Elke Van den Brandt du 18 novembre
2011 (N.) :
La reconversion de bureaux inoccupés et vieillis en logements
abordables.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 59.

30
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 326 van mevr. Bianca Debaets d.d. 8 december 2011
(N.) :
De projectoproep tot omvorming van kantoren naar woningen.
De vraag werd gepubliceerd in Bulletin nr. 25, blz. 63.
Question n° 326 de Mme Bianca Debaets du 8 décembre 2011
(N.) :
L'appel à projets pour la reconversion de bureaux en logements.
La question a été publiée dans le Bulletin n° 25, p. 63.
Vraag nr. 327 van de mevr. Françoise Schepmans d.d. 9 december
2011 (Fr.) :
Vermindering van het aantal verslagen op papier in de besturen.
Aangezien het aantal activiteitenverslagen en overzichten van
de verschillende gewestelijke besturen en instellingen van openbaar
nut alsmaar volumineuzer wordt, rijst de vraag of het aanzienlijke
verbruik van papier niet zou moeten worden teruggedrongen.
Graag had ik geweten of er ter zake specifieke maatregelen zijn
getroffen, in het bestuur voor Economie en Werkgelegenheid,
maar ook in de ION's waarop u toezicht uitoefent, om het papierverbruik
terug te dringen door gebruik te maken van andere verspreidingsmanieren,
zoals PDF- of Open Source-bestanden. Kunt
u me zeggen hoe een en ander is gegaan in 2009, 2010 en 2011 ?
Question n° 327 de Mme Françoise Schepmans du 9 décembre
2011 (Fr.) :
La réduction du nombre de rapports papier dans les administrations.
Considérant que le nombre de rapports d’activités et de revues
provenant des différentes administrations régionales et des organismes
d’intérêt public ne cessent d’augmenter en volume, il se
pose la question d’une réduction de la consommation importante
de papier. Je souhaiterais savoir si des mesures spécifiques ont
déjà été retenues à la fois au sein des administrations mais également
au sein des OIP sur lesquels vous exercez une tutelle pour
réduire cette situation par des moyens de diffusion autres tels que
par la voie informatique sur des fichiers au format PDF ou Open
Source. Pourriez-vous m’en communiquer la nature pour les
années 2009, 2010 et 2011 ?
Vraag nr. 328 van mevr. Bianca Debaets d.d. 12 december
2011 (N.) :
De gemeentelijke observatoria voor huisvesting.
In 2005 werden een aantal gemeentelijke observatoria voor
de Huisvesting opgericht, waarvan de werking deels door het
Brussels Gewest wordt gesubsidieerd. Dit was onder meer het
geval in Evere, Molenbeek, Ukkel, Brussel-Stad en Anderlecht.
Deze gemeentelijke observatoria verzamelen inlichtingen over de
huisvesting in de gemeente om beter op de noden van de inwoners
te kunnen inspelen. Daarnaast hebben ze ook soms bijkomende
actiehoofdlijnen ontwikkeld : informeren en bijstaan van de
bevolking, inventarisatie van verlaten of leegstaande gebouwen,
strijd tegen vormen van uitbuiting die verband houden met huisvesting,
…
Mijn vragen :
1) In welke gemeenten zijn momenteel observatoria voor huisvesting
actief ?
2) Hoeveel gemeenten dienden sinds het begin van de legislatuur
een subsidieaanvraag in voor de subsidiering van de werkingskosten
van hun observatorium ? Welke criteria worden in overweging
genomen bij de selectie van de subsidieaanvragen ? En
wordt aan de subsidie een resultaatsverplichting gekoppeld ?
Legt u met andere woorden de gemeentelijke observatoria
bepaalde taken op of moeten de gemeenten die zelf bepalen ?
Question n° 328 de Mme Bianca Debaets du 12 décembre 2011
(N.) :
Les observatoires communaux du logement.
En 2005, un certain nombre d'observatoires communaux du
logement ont été créés, dont le fonctionnement est en partie
subventionné par la Région bruxelloise. C'était notamment le cas
à Evere, Molenbeek, Uccle, Bruxelles-Ville et Anderlecht. Ces
observatoires recueillent des informations sur le logement dans la
commune afin de pouvoir mieux répondre aux besoins des habitants.
De même, ils ont parfois développé de grands axes d'action
complémentaires : informer et assister la population, inventorier
les immeubles abandonnés ou inoccupés, lutter contre les formes
d'exploitation liées au logement, …
Mes questions sont les suivantes :
1) Dans quelles communes des observatoires du logement fonctionnent-ils
actuellement ?
2) Combien de communes ont-elles introduit depuis le début de la
législature une demande de subside afin de subventionner les
coûts de fonctionnement de leur observatoire ? Quels critères
prend-on en considération pour la sélection des demandes de
subside ? Et le subside est-il subordonné à une obligation de
résultat ? En d'autres termes, imposez-vous certaines tâches
aux observatoires communaux, ou les communes doivent-elles
les déterminer elles-mêmes ?

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
31
3) In de gewestbegroting van 2012 werd een ordonnanceringskrediet
van 100.000 EUR voorzien voor de « oppuntstelling en
werking van de huisvestingsobservatoria van de gemeenten ».
Hoe wordt dit krediet verdeeld over de verschillende gemeentelijke
huisvestingsobservatoria ? Graag een overzicht van de
toewijzing van kredieten sinds 2008.
4) Welke meerwaarde bieden de gemeentelijke observatoria ?
Waarin bestaat hun voornaamste bijdrage aan de verwezenlijking
van de doelstellingen van het gemeentelijk en gewestelijk
huisvestingsbeleid ? Kunt u voorts per gemeente een overzicht
geven van de hoofdactiviteiten van de gemeentelijke observatoria
?
Welke aspecten van het gemeentelijk huisvestingsbeleid die
door de observatoria in het verleden werden uitgewerkt, konden
reeds als basis dienen voor een gewestelijk initiatief ? Het
observatorium van Brussel-Stad bijvoorbeeld onderzocht in het
verleden het systeem van de huurprijzen in bepaalde wijken.
Zijn er gemeenten die eveneens dit initiatief hebben genomen
en zo ja, in welke mate heeft u hun conclusies meegenomen in
de denkoefening rond huurrichtprijzen ?
5) Met welke gemeentelijke en gewestelijke instanties wordt door
de gemeentelijke huisvestingsobservatoria samengewerkt ?
3) Le budget régional de 2012 prévoyait un crédit d'ordonnancement
de 100.000 EUR « pour la mise en place et le fonctionnement
des observatoires du logement pour les communes ».
Comment ce crédit est-il réparti entre les différents observatoires
communaux du logement ? Merci de nous fournir un
récapitulatif de l'attribution des crédits depuis 2008.
4) Quelle plus-value les observatoires communaux apportent-ils ?
En quoi consiste leur principale contribution à la réalisation des
objectifs de la politique communale et régionale du logement ?
Pouvez-vous également nous fournir un relevé par commune
des principales activités des observatoires communaux ?
Quels aspects de la politique communale du logement mis au
point dans le passé par les observatoires ont-ils déjà pu servir
de base à une initiative régionale ? Par le passé, l'observatoire
de Bruxelles-Ville a, par exemple, étudié le système des loyers
dans certains quartiers. D'autres communes ont-elles également
pris cette initiative, et si oui, dans quelle mesure avez-vous
intégré leurs conclusions dans la réflexion sur les loyers de
référence ?
5) Avec quelles instances communales et régionales les observatoires
communaux du logement collaborent-ils ?
Vraag nr. 329 van mevr. Bianca Debaets d.d. 12 december
2011 (N.) :
Het aantal sociale woningen per gemeente.
In het regeerakkoord is bepaald dat elke gemeente binnen de
10 jaar op zijn grondgebied moet beschikken over « 15 procent
kwaliteitswoningen in openbaar beheer en met een sociaal oogmerk
». In november 2010 hadden reeds 6 gemeenten deze doelstelling
bereikt (cf. Bulletin nr. 12 d.d. 15 november 2010).
1) Kunt u meedelen hoeveel « kwaliteitswoningen in openbaar
beheer en met een sociaal oogmerk » elk van de 19 Brusselse
gemeentes momenteel telt ? Dit graag in absolute cijfers als in
percentages tegenover het totale woningenbestand.
2) Kunt u meedelen hoeveel sociale woningen (in de enge definitie)
beschikbaar zijn op het grondgebied van elk van de
19 Brusselse gemeentes ? Dit graag in absolute cijfers alsook
in percentages tegenover het totale woningenbestand in elke
gemeente.
Question n° 329 de Mme Bianca Debaets du 12 décembre 2011
(N.) :
Le nombre de logements sociaux par commune.
L'accord de gouvernement prévoit que, dans les 10 années à
venir, chaque commune doit disposer de « 15 % de logements de
qualité à gestion publique et à finalité sociale sur [son] territoire ».
En novembre 2010, 6 communes avaient déjà atteint cet objectif
(voir Bulletin n° 12 du 15 novembre 2010).
1) Pouvez-vous nous indiquer combien de « logements de qualité
à gestion publique et à finalité sociale » chacune des 19 communes
compte actuellement – en chiffres absolus ainsi qu'en
pourcentages par rapport au nombre total de logements ?
2) Pouvez-vous nous indiquer combien de logements sociaux (au
sens strict) sont disponibles sur le territoire de chacune des
19 communes de Bruxelles – en chiffres absolus ainsi qu'en
pourcentages par rapport au nombre total de logements dans
chaque commune ?
Vraag nr. 330 van mevr. Bianca Debaets d.d. 12 december
2011 (N.) :
De hypothecaire leningen van het Woningfonds.
Het Woningfonds van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
kent hypotheekleningen tegen een lagere rentevoet toe die voornamelijk
bestemd zijn voor de aankoop of bouw van een woning.
Question n° 330 de Mme Bianca Debaets du 12 décembre 2011
(N.) :
Les prêts hypothécaires du Fonds du logement.
Le Fonds du Logement de la Région de Bruxelles-Capitale
accorde des crédits hypothécaires à taux d'intérêt réduit destinés
principalement à l'achat ou la construction d'une habitation. En

32
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Daarnaast werd in 2011 de Boosterlening gelanceerd voor jonge
gezinnen waarbij de maximale inkomenscriteria werden opgetrokken.
Om de doelmatigheid van deze initiatieven te evalueren en in
navolging van mijn schriftelijke vraag nr. 115 d.d. 15 juni 2010
hadden wij graag volgende gegevens opgevraagd :
1) Hoeveel hypothecaire leningen werden in 2010 tot heden aangevraagd
en effectief afgesloten bij het Woningfonds ?
2) Is het mogelijk deze cijfers op te splitsen naargelang :
– Het totale aantal gehuisveste personen per woning waarvoor
bij het Woningfonds een hypothecaire lening werd afgesloten
?
– Het gemiddeld aantal personen per gezin ?
– De sociaal-professionele situatie van de ontleners (percentage
loontrekkenden, zelfstandigen, vervangingsinkomen,
andere) ?
– Het gemiddeld netto maandinkomen (zonder kinderbijslag)
? Gelieve de inkomens op te splitsen in de door het
Woningfonds gehanteerde inkomenscategorieën.
3) Wat is de gemiddelde kostprijs van de woningen waarvoor
sinds 2008 een hypothecaire lening bij het Woningfonds werd
afgesloten, dit opgesplitst per jaar ?
4) Hoeveel bedraagt de gemiddelde hypothecaire lening die sinds
2008 bij het Woningfonds werd afgesloten, opgesplitst per
jaar ?
5) Hoeveel bedraagt de gemiddelde mensualiteit voor de hypothecaire
leningen die sinds 2008 bij het Woningfonds werden
afgesloten, opgesplitst per jaar ?
6) Hoeveel bedraagt de gemiddelde rentevoet waaraan een hypothecaire
lening sinds 2008 door het Woningfonds aan de begunstigden
werd toegekend, opgesplitst per jaar ?
7) Wat is het percentage Belgen ten opzichte van niet-Belgen
onder de begunstigden voor een hypothecaire lening, dit sinds
2008 en opgesplitst per jaar ? Wat zijn de meest voorkomende
nationaliteiten onder de niet-Belgen ?
8) Hoe groot was de gemiddelde oppervlakte van de woningen
waarvoor sinds 2008 een hypothecaire lening werd afgesloten
?
outre, le Prêt Booster pour les jeunes ménages a été lancé en 2011,
et les critères des revenus maximum ont été revus à la hausse.
Afin d'évaluer l'efficacité de ces initiatives et suite à ma question
écrite n° 115 du 15 juin 2010, je voudrais vous poser les questions
suivantes :
1) En 2010 et jusqu'à aujourd'hui, combien de demandes de prêts
ont-elles été introduites auprès du Fonds du Logement et combien
de prêts ont-ils effectivement été octroyés ?
2) Vous est-il possible de ventiler ces chiffres selon :
– Le nombre total de personnes occupant le logement pour
lequel un prêt hypothécaire du Fonds du logement a été
octroyé ?
– Le nombre moyen de personnes par ménage ?
– La situation socio-professionnelle des emprunteurs (pourcentage
de salariés, indépendants, revenus de remplacement,
autres) ?
– Le revenu mensuel net moyen (hors allocations familiales) ?
Merci de ventiler les revenus en fonction des catégories de
revenus utilisées par le Fonds du logement.
3) Quel est, depuis 2008, le prix moyen des logements pour lesquels
un prêt hypothécaire du Fonds du logement a été octroyé,
et ce par année ?
4) Quel est, depuis 2008, le montant moyen du prêt hypothécaire
octroyé par le Fonds du logement, et ce par année ?
5) Quel est, depuis 2008, la mensualité moyenne pour les prêts
hypothécaires octroyés par le Fonds du logement, et ce par
année ?
6) À combien s'élève, depuis 2008, le taux d'intérêt moyen des
prêts hypothécaires octroyés aux bénéficiaires par le Fonds du
logement, et ce par année ?
7) Quel est, parmi les bénéficiaires d'un prêt hypothécaire, le
pourcentage de Belges par rapport aux non-Belges, et ce depuis
2008 et par année ? Quelles sont les nationalités les plus fréquentes
parmi les non-Belges ?
8) Quelle est, depuis 2008, la superficie moyenne des logements
pour lesquels un prêt hypothécaire du Fonds du logement a été
octroyé ?
Vraag nr. 331 van mevr. Bianca Debaets d.d. 12 december
2011 (N.) :
Het aantal huurwoningen beheerd door de SVK's.
In een recente persmededeling deelde u mee dat het aantal
woningen dat beheerd wordt door een sociaal verhuurkantoor is
opgelopen tot 3.000 wooneenheden. De SVK’s zijn belangrijke
Question n° 331 de Mme Bianca Debaets du 12 décembre 2011
(N.) :
Le nombre de logements locatifs gérés par les AIS.
Dans un récent communiqué de presse, vous indiquiez que le
nombre de logements gérés par une agence immobilière sociale
(AIS) a augmenté à 3.000 unités. Les AIS sont des acteurs impor-

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
33
spelers in het kader van het bereiken van de gewestelijke doelstelling
van 13 % kwaliteitswoningen in openbaar beheer en met een
sociaal oogmerk.
In aanvulling van mijn schriftelijke vraag nr. 156 d.d. 16 november
2010 had ik graag vernomen :
1) Hoe zijn de 3.000 huurwoningen geografisch verspreid over de
19 Brusselse gemeenten ?
2) Wat is de verhouding appartementen tegenover huizen ?
3) Hoeveel huurwoningen beschikken over (a) 1 kamer; (b) 2
kamers; (c) 3 kamers; (d) meer dan 3 kamers ?
4) Hoeveel gezinnen worden gehuisvest in één van de woningen
beheerd door de 22 SVK’s ?
a. Wat is het gemiddeld inkomen van de huurders ? Welk percentage
van het totale aantal huurwoningen wordt bewoond
door gezinnen met een lager inkomen dan het maximuminkomen
voor een sociale woning ?
b. Wat is de gezinssituatie van de huurders (alleenstaand;
alleenstaand met kind(eren); samenwonend/gehuwd met
1 inkomen; samenwonend/gehuwd met 1 inkomen en met
kind(eren); samenwonend/gehuwd met 2 inkomens; samenwonend/gehuwd
met 2 inkomens en met kind(eren)) ?
c. De gemiddelde leeftijd van de huurders ?
d. De sociaal-professionele situatie van de huurders (percentage
loontrekkenden, zelfstandigen, vervangingsinkomen,
andere) ?
5) Wat is het percentage Belgen tegenover niet-Belgen dat een
huurwoning betrekt ? Wat zijn de meest voorkomende nationaliteiten
onder de niet-Belgen ?
6) Hoeveel huurwoningen zijn momenteel opgenomen in een
renovatieprogramma ? Hoe hoog bedroeg in 2010 de gemiddelde
tussenkomst van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
voor renovatie ?
tants dans le cadre de la réalisation de l'objectif régional de 15 %
de logements de qualité à gestion publique et à finalité sociale.
En complément à ma question écrite n° 156 du 16 novembre
2010, je voudrais vous poser les questions suivantes :
1) Comment les 3.000 logements locatifs se répartissent-ils sur les
19 communes bruxelloises ?
2) Quelle est la proportion d'appartements, comparé aux maisons
?
3) Combien de logements locatifs disposent-ils de (a) 1 chambre,
(b) 2 chambres, (c) 3 chambres, (d) plus de 3 chambres ?
4) Combien de ménages occupent-ils un des logements gérés par
les 22 AIS ?
a. Quel est le revenu moyen des locataires ? Quel pourcentage
du nombre total de logements locatifs est-il occupé par des
ménages dont le revenu est inférieur au revenu maximum
pour accéder à un logement social ?
b. Quelle est la situation familiale des locataires (isolé, isolé
avec enfant(s), cohabitants/mariés avec un revenu, cohabitants/mariés
avec un revenu et avec enfant(s), cohabitants/
mariés avec deux revenus, cohabitants/mariés avec deux
revenus et avec enfant(s)) ?
c. Quel est l'âge moyen des locataires ?
d. Quelle est la situation socio-professionnelle des locataires
(pourcentage de salariés, indépendants, revenus de remplacement,
autres) ?
5) Quel est, parmi les occupants d'un logement locatif, le pourcentage
de Belges par rapport aux non-Belges ? Quelles sont les
nationalités les plus fréquentes parmi les non-Belges ?
6) Combien de logements locatifs figurent-ils actuellement dans
un programme de rénovation ? Quel était en 2010 le montant
moyen de l'intervention de la Région de Bruxelles-Capitale
pour la rénovation ?
Vraag nr. 334 van de heer Vincent De Wolf d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Subsidies naar aanleiding van de oproep tot kandidaatstelling
Plage 2011-2015.
De Ministerraad gaf tijdens zijn vergadering van 24 november
2011 goedkeuring inzake de kandidaten van de OVM's die gaan
beschikken over een subsidie in het kader van het Plan voor Lokale
Actie voor het Gebruik van Energie (Plage) 2011-2015. Het totaal
bedrag van die subsidies komt op ongeveer 1,2 miljoen EUR.
Question n° 334 de M. Vincent De Wolf du 27 décembre 2011
(Fr.) :
Subventions accordées suite à l'appel à candidature Plage
2011-2015.
En sa réunion du 24 novembre 2011, le Conseil des ministres
a approuvé les candidats SISP allant disposer d’un subside dans le
cadre du Plan Local d’Actions pour la Gestion énergétique (Plage)
2011-2015. Le montant total de ces subsides devrait avoisiner les
1,2 million EUR.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Welke lokale plannen zijn geselecteerd voor die periode ?
– Quels sont les plans locaux sélectionnés pour ce quadriennat ?

34
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– Wat zijn de voornaamste kenmerken van elk van de geselecteerde
plannen ?
– Welk bedrag wordt voor elk ervan toegekend ?
– Wat is de geraamde winst die moet voortvloeien uit die verschillende
acties ?
– Welke evaluatiesystemen zijn ter zake ingesteld ?
– Quelles sont les caractéristiques principales de chacun des
plans locaux sélectionnés ?
– Quel montant sera alloué à chacun de ceux-ci ?
– Quelle est l’estimation des bénéfices devant découler de ces
différentes actions pour la gestion énergétique ?
– Quels sont les mécanismes d’évaluation mis en place à ce
sujet ?
Vraag nr. 335 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 december
2011 (Fr.) :
Gebruik van stagiaires in uw ministerieel kabinet.
Professionele stages vormen een buitenkans voor mensen die
wensen werk te vinden : zij verwerven ervaring via het gebruik
van hun competenties en kennis én op het vlak van de menselijke
relaties. De ministeriële kabinetten kunnen dus een beslissende rol
spelen bij de opleiding van werkzoekenden en van mensen die hun
professionele vaardigheden wensen te vervolmaken.
Graag een antwoord op de volgende vragen voor 2009, 2010
en 2011 :
– Doet uw kabinet regelmatig een beroep op stagiaires ? Zo ja,
kan u me meedelen hoeveel ?
– Werden deze stagiaires betaald, wat was hun leeftijdsgroep en
hun administratieve status bij indiensttreding (werkzoekende,
loopbaanonderbreking, politiek verlof enz.) ?
– Hebben stage-ervaringen in uw kabinet geleid tot arbeidsovereenkomsten
voor onbepaalde duur ? Zo ja, voor hoeveel
personen ?
– Wat waren de voornaamste opdrachten die de stagiaires hebben
uitgevoerd ?
– Bestaan er overeenkomsten tussen uw ministerieel kabinet en
centra voor hogere opleiding om stages te organiseren ? Zo ja,
met welke instellingen ?
Question n° 335 de Mme Françoise Schepmans du 28 décembre
2011 (Fr.) :
L'emploi de stagiaires au sein de votre cabinet ministériel.
Les stages professionnels sont une opportunité de taille pour
les personnes qui souhaitent s’insérer dans le monde du travail et
ce, en acquérant une expérience sur le plan de la mise en œuvre
des compétences, de l’utilisation des connaissances mais aussi de
la gestion des relations humaines. À cet égard, les cabinets ministériels
peuvent jouer un rôle déterminant dans la formation des
chercheurs d’emploi mais aussi des personnes qui cherchent à se
perfectionner sur le plan des activités professionnelles.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais prendre
connaissance des réponses aux questions suivantes pour les années
2009, 2010 et 2011 :
– Votre cabinet ministériel fait-il régulièrement appel à des stagiaires
? Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer le
nombre de personnes concernées ?
– Pourriez-vous compléter les données supra en indiquant si
les stagiaires ont été rémunérés et quels étaient leurs tranches
d’âge ainsi que leurs statuts administratifs respectifs lors des
entrées en fonction (par exemple demandeur d’emploi, pausecarrière,
congé politique, etc. ?
– Est-ce que des expériences de stages au sein de votre cabinet
ont conduit à des recrutements sur la base d’un contrat à durée
indéterminée ? Le cas échéant, pourriez-vous me dire combien
de personnes étaient concernées ?
– Quelles sont les principales missions qui ont été remplies par
les stagiaires ?
– Existe-t-il des conventions entre votre cabinet ministériel et
des centres d’enseignement supérieur pour organiser ces offres
de stages ? Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer les
noms de ces établissements ?

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
35
II. Vragen waarop
een voorlopig antwoord verstrekt werd
II. Questions auxquelles
une réponse provisoire a été fournie
(Fr.): Vraag gesteld in het Frans – (N.): Vraag gesteld in het Nederlands
(Fr.): Question posée en français – (N.): Question posée en néerlandais
Staatssecretaris belast met Mobiliteit,
Openbaar Ambt,
Gelijke Kansen en
Administratieve vereenvoudiging
Vraag nr. 1 van mevr. Greet Van Linter d.d. 29 juli 2009
(N.) :
De inkrimping van de kabinetten.
De vraag en het voorlopig antwoord werden gepubliceerd in
Bul letin nr. 1, blz. 37.
Secrétaire d'État chargé de la Mobilité,
de la Fonction publique,
de l'Égalité des Chances et
de la Simplification administrative
Question n° 1 de Mme Greet Van Linter du 29 juillet 2009
(N.) :
Réduction de la taille des cabinets.
La question et la réponse provisoire ont été publiées dans le
Bul letin n° 1, p. 37.

36
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
III. Vragen van de Volksvertegenwoordigers
en antwoorden van de Ministers
III. Questions posées par les Députés
et réponses données par les Ministres
(Fr.): Vraag gesteld in het Frans – (N.): Vraag gesteld in het Nederlands
(Fr.): Question posée en français – (N.): Question posée en néerlandais
Minister-President belast
met Plaatselijke Besturen,
Ruimtelijke Ordening, Monumenten en
Landschappen, Openbare Netheid en
Ontwikkelingssamenwerking
Vraag nr. 398 van mevr. Caroline Persoons d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Huis Saint-Cyr.
Het huis Saint-Cyr, een beschermd pand in het Brussels
Gewest, is onlangs gerenoveerd.
In september 2008 antwoordde u op een van mijn schriftelijke
vragen dat de « werken in het huis Saint-Cyr gesubsidieerd werden
ten belope van 372.842,31 EUR bij besluit van 17 december
2007 ».
Het huis staat vandaag opnieuw te koop.
Kunt u in dat verband de volgende vragen beantwoorden :
– Hoeveel subsidies werden in totaal verleend voor de renovatie
van het huis Saint-Cyr ?
– Kan het huis Saint-Cyr een nieuwe bestemming krijgen in het
kader van bijvoorbeeld het Interpretatiecentrum van de Art
Nouveau ?
Antwoord : Ik heb de eer het achtbare lid volgend antwoord te
verstrekken op haar vraag :
1. In december 2007 legde het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
met betrekking tot het Huis de Saint-Cyr een eerste subsidie vast
voor een bedrag van 372.842,31 EUR. De subsidie dekte 50 % van
de kosten voor de restauratie van de voorgevel.
Op basis van de facturen die bij de administratie ingediend
werden, bedraagt de vereffening van de subsidie in totaal
295.799,30 EUR.
Ministre-Président chargé
des Pouvoirs locaux, de l’Amé nagement
du Territoire, des Monuments et Sites,
de la Propreté publi que et
de la Coopération au Développe ment
Question n° 398 de Mme Caroline Persoons du 10 novembre
2011 (Fr.) :
Maison Saint-Cyr.
La maison Saint-Cyr, bien classé de la Région bruxelloise, a
fait l'objet d’une rénovation récente.
En septembre 2008, vous précisiez, à la suite d’une de mes
questions écrites, que « les travaux à la maison Saint-Cyr ont
fait l’objet d’une subvention de 372.842,31 EUR par arrêté du
17 décembre 2007 ».
La maison est aujourd’hui à nouveau à vendre.
L’honorable ministre pourrait-il m’indiquer :
– Les subsides qui ont été affectés au total à la rénovation de la
maison Saint-Cyr ?
– Si dans l’optique du projet de Centre d’interprétation sur l’Art
Nouveau, par exemple, la maison Saint-Cyr pourrait trouver là
une nouvelle vocation ?
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer la réponse suivante
à la question de l’honorable membre :
1. Une première subvention relative à la Maison Saint-Cyr
portant sur un montant de 372.842,31 EUR, a été engagée par la
Région bruxelloise en décembre 2007. Cette subvention couvre
50 % des frais de restauration de la façade avant.
La liquidation de cette subvention, sur base des factures introduites
à l'administration, s'élève à un total de 295.799,30 EUR.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
37
Op 17 februari 2010 legde het Gewest een tweede subsidie
vast voor een bedrag van 11.861,15 EUR, welke betrekking had
op werken die een aanvulling vormden op de restauratie van de
voorgevel en die intussen volledig uitbetaald werd op grond van
de facturen.
2. Het Huis de Saint-Cyr, dat een privé-eigendom is, is bijzonder
smal en samengesteld uit hoofdvertrekken die elk in een
verschillende stijl ingericht zijn. Het is niet geschikt om er het
interpretatiecentrum van de Art Nouveau zoals wij dit vandaag
opvatten in onder te brengen. Het project waar momenteel aan
gedacht wordt, zou veeleer draaien rond de gedemonteerde gevel
van het Aubecqhuis, die eigendom is van het Gewest.
Daarentegen spreekt het voor zich dat het Huis de Saint-Cyr
deel moet uitmaken van een parcours van bezoeken die in het
teken staan van het Art-Nouveau-erfgoed van het Gewest.
Une seconde subvention, portant sur un montant de
11.861,15 EUR et relative à des travaux complémentaires à la
restauration de la façade avant, a été engagée par la Région le
17 février 2010 et entre-temps totalement liquidée sur base des
factures.
2. La Maison Saint-Cyr, propriété privée, est très étroite et
composée de pièces principales décorées de manière distincte. Elle
n'est pas adaptée pour accueillir la fonction de centre d'interprétation
de l'Art nouveau tel que nous la concevons aujourd'hui. Le
projet actuellement en réflexion se développerait plutôt autour de
la façade démontée de l'Hôtel Aubecq, appartenant à la Région.
Par contre, il va de soi que la Maison Saint-Cyr doit s'inscrire
dans un parcours de visites du patrimoine Art Nouveau de
la Région.
Vraag nr. 400 van de heer Paul De Ridder d.d. 18 november
2011 (N.) :
De betrokkenheid van de Brusselse regering bij het Beneluxmemorandum
over de instroom van personen uit Midden- en
Oost-Europa.
Op maandag 17 oktober 2011 ondertekenden ministers voor het
Stedelijk Beleid en Maatschappelijke Integratie van Vlaanderen
en Nederland, samen met de lokale mandatarissen van belangrijke
steden, op het Secretariaat Generaal van de Benelux, een
Memorandum of Understanding (MOU) over de « Onverwachte
en moeilijk beheersbare instroom van personen uit Midden- en
Oost-Europa in de steden van de Benelux en aangrenzende regio's.
Hierin verklaren ze samen te willen werken om de kansen en uitdagingen
rond intra-Europese migratie aan te gaan.
Een belangrijk aantal steden in de Benelux en aangrenzende
regio's kennen de laatste jaren een sterke instroom van EU-burgers
uit Midden- en Oost-Europa. Naast economische en demografische
ontwikkelingsmogelijkheden plaatst deze instroom de steden
ook voor belangrijke uitdagingen. Zo wordt het absorptievermogen
en de garantie op een menswaardig bestaan in de steden van
de Benelux en aangrenzende regio’s op de proef gesteld. Ook voor
de nieuwkomers verloopt het leven en werken in de ontvangende
landen niet altijd probleemloos.
Door samenwerking in Benelux-verband willen de steden en
centrale overheden samen de verantwoordelijkheid opnemen om
deze kansen te benutten en de uitdagingen aan te gaan.
Men wil het recht van het vrij verkeer van EU-burgers niet
in vraag stellen. Wel wil men met de ondertekening van deze
MOU :
« – De toestroom van intra-Europese migranten in kaart brengen,
goede praktijken rond integratie uitwisselen en waterbedeffecten
(waarbij problemen van de ene naar de andere stad worden
doorgeschoven) vermijden.
Question n° 400 de M. Paul De Ridder du 18 novembre 2011
(N.) :
La participation du gouvernement bruxellois au Mémorandum
du Benelux concernant l'afflux de personnes en provenance
d'Europe centrale et orientale.
Le lundi 17 octobre 2011, des ministres flamands et néerlandais
en charge de la Politique urbaine et de l'Intégration sociale ainsi
que les bourgmestres/échevins de villes importantes du Benelux
ont signé au Secrétariat général du Benelux un Mémorandum
d'accord (MOU) concernant l’afflux inattendu et difficilement
gérable de personnes en provenance d’Europe centrale et orientale
dans certaines villes du Benelux et des régions limitrophes. Dans
ce document, ils déclarent vouloir unir leurs efforts pour saisir
les opportunités et relever les défis liés à la migration intra-européenne.
Ces dernières années, un grand nombre de villes du Benelux
et des régions limitrophes connaissent un fort afflux de citoyens
européens en provenance d’Europe centrale et orientale. Pour
les villes, cet afflux présente des opportunités de développement
économique et démographique mais également d’importants défis.
La capacité d’accueil et la garantie d’une existence digne dans
les villes du Benelux et des régions limitrophes sont mises à rude
épreuve. Pour les nouveaux arrivants aussi, vivre et travailler dans
les pays d’accueil peut se révéler difficile.
Par le biais d’une coopération dans le cadre du Benelux, les
villes et les autorités centrales cherchent à saisir ces opportunités
et à relever ces défis.
Grâce à la signature de ce Mémorandum d’accord les partenaires
souhaitent entre autres, sans pour autant remettre en question
le droit à la libre circulation des citoyens européens :
– dresser un aperçu de l’afflux intra-européen de migrants,
échanger les bonnes pratiques en matière d’intégration et éviter
les effets « vases communicants » (les problèmes étant dans ce
cas déplacés d’une ville à l’autre);

38
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– Ten aanzien van de herkomstlanden een al te rooskleurig beeld
van de Benelux bijsturen. Vaak komen de migranten immers in
een grote sociale achterstand terecht die kan leiden tot menselijke
tragedies.
– Op Europees niveau middelen uit bestaande fondsen (structuurfondsen,
integratiefondsen, enz.) ook toepasbaar maken
voor de integratie van intra-Europese migranten. ».
Onder de ondertekenaars vinden we bijvoorbeeld Vlaams
minister van onder meer Wonen en Stedenbeleid Freya Van den
Bossche.
De ondertekenaars hopen dat andere partners in de Benelux
later bij dit Memorandum zullen aansluiten.
In dit verband had ik graag volgende vragen gesteld :
1) Is de Minister-President op de hoogte van dit « Memorandum
of Understanding » ?
2) Heeft de Brusselse regering of hebben leden van de Brusselse
regering dit Memorandum ondertekend ?
3) Zo neen, waarom niet ?
Antwoord :
1. Het project Urbiscoop is een Benelux-samenwerkingsverband
op het vlak van Stedelijk Beleid dat werd gelanceerd op 18 mei
2010. Hierbij waren alle bevoegde centrale en gewestelijke overheden
en een aantal belangrijke steden in de Benelux betrokken.
Het algemeen actieprogramma voorziet in :
– thematische samenwerking : economie, sociaal, leefkwaliteit,
governance;
– grensoverschrijdende stedelijke netwerken;
– Europese dossiers.
De keuzes van de thematische prioriteiten vertrekken eerder
vanuit de zorg voor de leefbaarheid van de steden (integratie
van nieuwkomers, leefomgevingskwaliteit, …), maar heeft ook
inhoudelijk raakvlakken met de 3 kernthema’s van de Benelux :
economie, duurzaamheid en veiligheid.
Als eerste prioriteit werd het project « Onverwachte en moeilijk
beheersbare instroom van personen uit Midden- en Oost-Europa in
steden van de Benelux en aangrenzende regio’s » uitgewerkt.
Aangezien het in hoofdzaak om stadsontwikkeling gaat, werd
het ATO belast met de opvolging van het project.
Van de zomer 2010 tot de zomer 2011 werd dit project ontwikkeld
door de steden : Antwerpen, Genk, Gent en Sint-Niklaas,
Brussel, Sint-Gillis, Charleroi, Breda, Den Haag, Dordrecht,
Eindhoven, Rotterdam en Luxemburg en door de centrale overheden
(nationaal en gewestelijk) vanuit België, Nederland en
Luxemburg.
– corriger l’image trop dorée que peuvent avoir du Benelux
certains pays d’origine. En effet, les migrants se retrouvent
souvent au bas de l’échelle sociale, ce qui peut entraîner des
tragédies humaines;
– au niveau européen, permettre que les moyens provenant de
fonds existants (fonds structurels, fonds d’intégration, …)
puissent aussi être affectés à l’intégration des migrants intraeuropéens.
Parmi les signataires, on trouve par exemple Freya Van den
Bossche, ministre flamande en charge notamment du Logement et
de la Politique des Villes.
Les signataires espèrent que d'autres partenaires du Benelux se
rallieront par la suite à ce Mémorandum.
À cet égard, je voudrais poser les questions suivantes :
1) Le Ministre-Président a-t-il connaissance de ce « Mémorandum
d'accord » ?
2) Le gouvernement bruxellois ou certains de ses membres ont-ils
signé ce Mémorandum ?
3) Dans la négative, pourquoi pas ?
Réponse :
1. Le projet Urbiscope est une coopération Benelux en matière
de politique urbaine. Il a été lancé en 2010, avec comme acteurs
tous les pouvoirs publics centraux et régionaux compétents, ainsi
que certaines grandes villes du Benelux.
Le programme d'action général prévoit :
– une coopération thématique : économie, social, qualité de vie,
gouvernance;
– des réseaux urbains transfrontaliers;
– les dossiers européens.
Les choix des priorités thématiques se basent sur une recherche
de qualité de vie des villes (intégration des nouveaux arrivants,
qualité de l'environnement urbain, …), mais touchent également
aux 3 thèmes centraux du Benelux : l'économie, le développement
durable et la sécurité.
Dans le cadre de la première priorité, le projet concernant
« l'immigration inattendue et difficilement gérable des personnes
venant de l'Europe centrale et de l'Est dans les villes du Benelux
et les régions limitrophes » a été élaboré.
S'agissant essentiellement du développement urbain, l'ADT a
été chargée de faire le suivi du projet.
De l'été 2010 jusqu'à l'été 2011, le projet a été développé tant
par les villes : Anvers, Genk, Gand et Sint-Niklaas, Bruxelles,
Charleroi, Breda, Den Haag, Dordrecht, Eindhoven et Rotterdam,
Luxembourg que par les autorités centrales (nationales et régionales)
belges, hollandaises et luxembourgeoises.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
39
Het feitenmateriaal betreffende de beleidsontwikkelingen die
bij de verschillende partners bestaan, werd verzameld via vraaggesprekken
en vraagformulieren. Voor het Brussels Gewest heeft
het ATO contact genomen met de plaatselijke besturen die in zijn
Raad van Bestuur vertegenwoordigd zijn (de Stad Brussel en de
Gemeenten Schaarbeek, Sint-Jans-Molenbeek, Sint Gillis, Vorst).
Aldus werden zij in de gelegenheid gesteld via een bevraging deel
te nemen aan het verzamelen van feitenmateriaal aangaande de
bestaande beleidsontwikkelingen.
De bevindingen werden verwerkt in een document dat werd
besproken tijdens een « Expertenbijeenkomst » die plaatsgreep
op 28 april 2011 waaraan 60 experts deelnamen. Hieruit resulteerde
een Discussienota « Onverwachte en moeilijk beheersbare
instroom van personen uit Midden- en Oost Europa in steden van
de Benelux en aangrenzende regio’s » die u kunt vinden op website
www.benelux.int.
Op grond hiervan werd een Memorandum of Understanding
opgesteld. Dat stelt een aantal gezamenlijke acties voorop en formuleert
aanbevelingen.
2/3. Heel wat deelnemende partijen hebben dit memorandum
niet goedgekeurd, zoals het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het
Waals gewest, de federale Regering, de Waalse steden … omdat
zij ervan uitgaan dat een aantal punten nog door de deskundigen
moet worden onderzocht.
Vandaag bestaan er contacten onder impuls van de heer Luc
Willems, adjunct-secretaris-generaal van de Benelux. Van zodra
het werk van de deskundigen aan de tekst is afgerond, kan deze
worden voorgelegd aan de deelnemende partijen.
Les données relatives aux développements de politiques en
vigueur ont été récoltées auprès des différents partenaires par
le biais d'entrevues et de questionnaires. En ce qui concerne la
Région bruxelloise, l'ADT a pris contact avec les pouvoirs locaux
représentés au sein de son Conseil d'administration (la Ville de
Bruxelles et les Communes de Schaerbeek, Molenbeek-Saint-
Jean, Saint-Gilles, Forest) leur permettant ainsi de contribuer à
travers une interrogation à la récolte des données relatives aux
développements de politiques en vigueur.
Les résultats ont fait l'objet d'un document qui a été analysé
à l'occasion d'une « Réunion d'Experts » le 28 avril 2011 à
laquelle 60 experts ont participé. Suite à cette réunion, une note de
réflexion « Afflux inattendu et difficilement gérable des personnes
en provenance d'Europe centrale et orientale dans certaines villes
du Benelux et des régions limitrophes » a été rédigée, laquelle peut
être consultée sur le site internet www.benelux.int.
Sur cette base, un « Memorandum of Understanding » a été
élaboré. Celui-ci propose une série d'actions communes ainsi des
recommandations.
2/3. De nombreuses parties prenantes n'ont pas adopté ce
mémorandum comme la Région de Bruxelles-Capitale, la Région
wallonne, le gouvernement fédéral, les villes wallonnes …, estimant
qu'un certain nombre de points devaient encore être examinés
par les experts.
Des contacts ont lieu actuellement, notamment à l'initiative de
M. Luc Willems, le secrétaire général adjoint du Benelux. Lorsque
ce travail d'experts sur ce texte sera terminé, celui-ci pourra être
soumis aux parties prenantes.
Vraag nr. 403 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Energieboekhouding.
Graag vernam ik, voor de ministeries, voor de ION's en voor
de andere organen waarop u toezicht uitoefent, of er een « energieboekhouding
» wordt bijgehouden ? Zo ja, sedert wanneer ? Zo
niet, waarom niet ?
Voor elke instelling had ik graag vernomen hoeveel personeel
daarvoor wordt ingezet.
Graag had ik ook geweten welke impact die energieboekhouding
sedert 2008 heeft gehad op het energieverbruik van de
gebouwen in kwestie.
Antwoord : Wat mijn bevoegdheden betreft, vormt het BIP, bij
de gebouwen die door de Grondregie beheerd worden, het enige
gebouw waarop dit type energieboekhouding van toepassing is.
Vooralsnog zijn er met betrekking tot het gebouw van het BIP
geen maatregelen getroffen in verband met de energieboekhouding.
Dat neemt niet weg dat het gebouw binnen het toepassingsgebied
zal vallen van de opdrachten van de energieverantwoordelijke
die bij de Grondregie zal worden aangesteld.
Question n° 403 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Comptabilité énergétique.
Pour les ministères, OIP ou autres institutions sur lesquels vous
exercez une tutelle, je souhaite savoir si une comptabilité énergétique
a été mise en place. Si oui, depuis quand ? Si ce n’est pas le
cas, pourquoi ?
Je souhaite également connaître, pour chaque institution, le
nombre de fonctionnaires affectés à cette tâche.
Enfin, je souhaite connaître l’effet de cette comptabilité énergétique
sur la consommation des bâtiments en question depuis
2008.
Réponse : Dans les compétences qui sont les miennes, seul le
BIP, parmi les biens gérés par la Régie foncière, est concerné par
ce type de comptabilité énergétique.
À ce stade, le bâtiment BIP n'a pas encore fait l'objet de mesures
liées à la comptabilité énergétique.
Ceci étant, ce bâtiment entrera dans le champ d'application
des missions du Monsieur Énergie qui sera désigné au sein de la
Régie foncière.

40
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 404 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Aantal en kosten voor de dienstreizen van het personeel van
de gewestelijke overheidsinstellingen onder uw toezicht.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor de
ION's en voor alle andere gewestelijke organen waarop u toezicht
uitoefent, het aantal en de kosten voor de dienstreizen in 2010 en
2011.
Voor elk daarvan, had ik graag informatie gehad over de
bestemming, de duur, de kostprijs voor de overheid, het doel, het
aantal afgereisde personeelsleden en de voornaamste reden.
Antwoord : Het antwoord betreffende het aantal verplaatsingen
en de kosten voor verplaatsingen en personeelsleden, zowel
van mijn kabinet als van de openbare gewestelijke instellingen
waarop ik een toezicht uitoefen, staan vermeld in de tabellen in
bijlage (*).
(*) (De bijlage zal niet gepubliceerd worden, maar blijft ter
beschikking voor raadpleging op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
Question n° 404 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Nombre et coûts des déplacements des agents des institutions
régionales publiques sous votre responsabilité.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou toute
autre institution à caractère régional sur lesquels vous exercez une
tutelle, je souhaite connaître le nombre et le coût des déplacements
effectués en 2010 et 2011.
Pour chaque déplacement, je souhaite connaître la destination,
la durée, le coût à charge des pouvoirs publics, l’objet du déplacement,
le nombre d’agents y participant ainsi que la motivation
principale justifiant ce déplacement.
Réponse : Les éléments de réponse pour ce qui concerne le
nombre et le coût des déplacements des agents, tant pour mon
Cabinet que pour les institutions régionales publiques pour lesquelles
j'exerce une tutelle, sont rassemblés dans les tableaux en
annexe (*).
(*) (L'annexe ne sera pas publiée mais restera disponible pour
consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)
Vraag nr. 405 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kosten voor de publicaties verschenen in 2011.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor
de ION's en voor andere organen waarop u toezicht uitoefent, het
aantal en de totale kosten (redactie, uitgave, drukkosten …) voor
de publicaties (studies, jaarverslagen, prospectussen, folders …)
die zijn verschenen of die nog zullen verschijnen in 2011 (in
deze tijd van het jaar, zijn de beslissingen voor publicaties die in
december al genomen en al begroot).
Voor elke publicatie, had ik graag beknopte informatie over de
inhoud, het volume, de oplage, de verspreiding en de kosten voor
die verspreiding.
Antwoord : De elementen van antwoord betreffende de in 2011
uitgebrachte publicaties werden, zowel voor wat mijn kabinet
betreft als de ministeries, ION en andere instellingen waarover ik
het toezicht uitoefen, gebundeld in bijgevoegde tabellen (*).
(*) (De bijlage zal niet gepubliceerd worden, maar blijft ter
beschikking voor raadpleging op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
Question n° 405 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des publications éditées en 2011.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou autres
institutions sur lesquels vous exercez une tutelle, je souhaite
connaître le nombre et le coût total (rédaction, édition, impression
…) des publications produites (étude, rapport annuel, prospectus,
folder …) ou à produire encore en 2011 (à ce stade de
l'année, les décisions relatives à des publications qui sortiraient de
presse en décembre sont déjà prises et budgétisées).
Pour chaque publication, je souhaite disposer d’un bref descriptif
détaillant le contenu de la publication, son volume, le nombre
d’exemplaires produits, son public-cible, sa diffusion ainsi que
les coûts liés à cette diffusion.
Réponse : Les éléments de réponse relatifs au coût des publications
éditées en 2011, tant pour mon Cabinet que pour les
Ministères, OIP ou autres institutions sur lesquels j'exerce une
tutelle, sont rassemblés dans les tableaux en annexe (*).
(*) (L'annexe ne sera pas publiée mais restera disponible pour
consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)
Vraag nr. 406 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kostprijs van de persconferenties van de jongste drie jaar.
Graag vernam ik de kostprijs van de verschillende persconferenties
die de Minister-President de jongste drie jaar heeft
Question n° 406 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des conférences de presse ces trois dernières années.
Je souhaite connaître le coût des différentes conférences de
presse données par le Ministre-Président au cours de ces trois der-

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
41
gegeven, met voor elk ervan, de kosten die zijn gedragen door het
kabinet en door het bestuur.
Graag ontving ik ook de lijst van de persreizen die zijn georganiseerd
door het ministerie in diezelfde periode, met vermelding
van de titel en hoedanigheid van de personen die mee afgereisd
zijn en de duur van elke persreis.
Antwoord : Alle persconferenties hadden plaats in het BIP of
op een plaats waaraan geen kosten verbonden waren.
De catering, die in hoofdzaak uit sandwiches heeft bestaan, is
vrijwel uitsluitend ten laste genomen door het kabinetspersoneel,
behalve in uitzonderlijke omstandigheden.
Er is nooit een beroep gedaan op de administratie.
Er zijn geen persreizen georganiseerd door de Minister-
President.
nières années en distinguant pour chacune les frais assumés par le
cabinet de ceux imputés à l'administration.
Je souhaite également disposer de la liste des voyages de presse
organisés par le Ministre-Président sur cette même période en
mentionnant les titres et qualités des participants ainsi que la durée
du déplacement.
Réponse : Toutes les conférence de presse ont eu lieu au BIP
ou dans un lieu non payant.
Le catering, composé essentiellement de sandwichs, a été pris
en charge presque exclusivement par le personnel du cabinet, sauf
circonstances exceptionnelles.
L'administration n'a jamais été sollicitée.
Aucun voyage de presse n'a été organisé par le Ministre-Président.
Vraag nr. 407 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Aantal teksten (hoofdartikel, voorwoord, inleiding …) ondertekend
door de Minister-President de jongste drie jaar in het
kader van openbaar verspreide documenten.
Graag ontving ik, voor de jongste drie jaar, de lijst en de aard
(voorwoord, nawoord …) van de door de Minister-President
ondertekende teksten die openbaar zijn verspreid of verschenen.
Voor elk ervan, vernam ik graag meer informatie over de
ondertekening (hoedanigheid, naam en voornaam, foto …).
Antwoord : De gegevens over de teksten die ik in de loop van
de voorbije drie jaar heb ondertekend en die verbonden waren aan
een vrij verspreide publicatie zijn samengebracht in de bijgaande
tabellen (*).
(*) (De bijlage zal niet gepubliceerd worden, maar blijft ter
beschikking voor raadpleging op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
Question n° 407 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Nombre de textes (éditos, avant-propos, préfaces …) signés
par le Ministre-Président ces trois dernières années dans le
cadre de documents diffusés publiquement.
Durant ces trois dernières années, je souhaite connaître la
liste et la nature (préface, conclusion …) des textes signés par le
Ministre-Président qui ont fait l’objet d’une publication et d’une
diffusion publique.
Pour chaque texte, je souhaite qu’on précise le type de signature
utilisée (compétence, nom et prénom, photographie …).
Réponse : Les informations relatives aux textes que j'ai signés
au cours des trois dernières années et qui ont fait l'objet d'une
publication et d'une diffusion publique, sont rassemblés dans les
tableaux en annexe (*).
(*) (L'annexe ne sera pas publiée mais restera disponible pour
consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)
Vraag nr. 408 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kosten voor studies en consultancy in 2010 en 2011.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor de
ION's en voor alle andere gewestelijke organen waarop u toezicht
uitoefent, het aantal en de kosten voor de studies en consultancy
(van welke aard dan ook) waartoe in 2010 en 2011 opdracht is
gegeven.
Voor elk daarvan, had ik graag beknopte informatie over de
inhoud, de auteurs en de desbetreffende kosten.
Question n° 408 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des études et frais de consultance en 2010 et 2011.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou toute
autre institution à caractère régional sur lesquels vous exercez
une tutelle, je souhaite connaître le nombre et le coût des études
et autres consultances (de toute nature) qui ont été commanditées
en 2010 et 2011.
Pour chacune d’entre elles, je souhaite disposer d’un bref descriptif,
des auteurs ainsi que des coûts y afférents.

42
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Graag vernam ik voor elke studie/consultancy welke overheidsopdracht
werd uitgeschreven.
Antwoord : De elementen van antwoord met betrekking tot
het kostprijs van de studies en consultancykosten in 2010 en
2011 en verband houden met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke
Ordening, Monumenten en Landschappen, Statistieken en Imago
van Brussel, zijn vervat in de tabellen in bijlage (*).
(*) (De bijlage zal niet gepubliceerd worden, maar blijft ter
beschikking voor raadpleging op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
Enfin, je souhaite savoir, pour chaque étude/consultance, quel
type de marché public a été passé.
Réponse : Les éléments de réponse relatifs au coût des études
et frais de consultance en 2010 et 2011 pour les Pouvoirs
locaux, l'Aménagement du Territoire, les Monuments et Sites,
la Statistique et l'Image de Bruxelles, sont rassemblés dans les
tableaux en annexe (*).
(*) (L'annexe ne sera pas publiée mais restera disponible pour
consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)
Vraag nr. 409 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Politiek verlof bij de gemeentebesturen.
Sedert de wetgeving inzake politiek verlof gewijzigd is door
een wet van 2003 op grond waarvan de gewestelijke en plaatselijke
ambtenaren worden uitgesloten, bestaat er geen regelgeving
meer inzake de toekenning van politiek verlof voor de gemeentelijke
ambtenaren die een mandaat uitoefenen.
Bestaan er in een of andere Brusselse gemeente statuten of
reglementen die deze aangelegenheid regelen ?
Aanvaardt de toezichthoudende overheid individuele beslissingen
tot toekenning van politiek verlof in de gemeenten waar geen
enkele regelgeving bestaat ?
Aanvaardt de toezichthoudende overheid dat de regels die van
kracht zijn voor de gewestelijke ambtenaren bij uitbreiding worden
toegepast voor de gemeentelijke ambtenaren ?
Antwoord : Ik deel het geachte lid mede dat sinds de inwerkingtreding
op 1 januari 2002, van de Bijzondere wet van 13 juli
2001, houdende overdracht van diverse bevoegdheden aan de
Gewesten en de Gemeenschappen, het niet langer de federale
Staat, maar wel de Gewesten zijn die over de organieke bevoegdheid
inzake gemeenten beschikken.
Derhalve kan de wet van 4 februari 2003, tot wijziging van
sommige bepalingen inzake het politiek verlof voor de personeelsleden
van de overheidsdiensten, geen enkele wijziging bevatten
voor de geldende reglementering van het gemeentepersoneel.
De plaatselijke personeelsstatuten van de Brusselse gemeenten
voorzien in de mogelijkheid om politieke verloven toe te kennen
aan hun personeel.
Naast deze reglementaire bepalingen blijft deze materie voor
hen beheerst door de wet van 18 september 1986, tot instelling
van het politiek verlof voor de personeelsleden van de overheidsdiensten.
Op basis van deze bepalingen kunnen zij individuele
verloven toestaan.
De individuele toekenningen van dit verlof moeten, sinds de
ordonnantie van 14 mei 1998, houdende regeling van het adminis-
Question n° 409 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Congé politique dans les administrations communales.
Depuis qu'une loi de 2003 a modifié la législation sur le congé
politique en excluant de son régime les agents régionaux et locaux,
il n’existe plus de réglementation relative à l’octroi du congé politique
pour les agents communaux exerçant un mandat.
Existe-t-il des statuts ou règlements dans l’une ou l’autre commune
bruxelloise qui règle cette question ?
Dans les communes où aucune réglementation n’existe, la
tutelle admet-elle des décisions individuelles d’octroi de congés
politiques ?
Une application, par extension, des règles en vigueur pour les
agents régionaux est-elle admise par la tutelle pour les agents
communaux ?
Réponse : J’informe l’honorable membre que depuis l’entrée
en vigueur le 1 er janvier 2002 de la loi spéciale du 13 juillet
2001, portant transfert de diverses compétences aux régions et
communautés, ce n’est plus l’État fédéral mais bien les régions
qui jouissent de la compétence organique en ce qui concerne les
communes.
Par conséquent, la loi du 4 février 2003, modifiant diverses
dispositions en matière de congé politique pour les membres du
personnel des services publics, ne peut contenir de modification de
la réglementation en vigueur pour le personnel communal.
Les statuts administratifs des communes bruxelloises prévoient
la possibilité d’octroyer un congé politique à leur personnel.
À côté de ces dispositions réglementaires, cette matière reste
pour elles réglée par la loi du 18 septembre 1986, instituant le
congé politique pour les membres du personnel des services
publics. Sur la base de ces dispositions, elles peuvent octroyer des
congés individuels.
Les attributions individuelles de ce congé ne doivent, depuis
l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
43
tratief toezicht op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest, niet meer automatisch worden toegezonden aan de toezichthoudende
overheid.
Tot op heden hebben mijn diensten hierover geen vragen of
klachten ontvangen.
De regeling voor de gewestambtenaren is niet van toepassing
op het gemeentepersoneel.
sur les communes de la Région de Bruxelles-Capitale, plus être
systématiquement envoyées à l’autorité de tutelle.
Jusqu’à présent, mes services n’ont réceptionné aucune question
ou plainte à ce sujet.
Les dispositions pour les agents régionaux ne s’appliquent pas
au personnel communal.
Vraag nr. 410 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Aantal intercommunale projecten die aan de gang zijn of
uitgewerkt worden.
Kan u me zeggen hoeveel intercommunale projecten thans aan
de gang zijn of uitgewerkt worden waarvoor een dossier is ingediend
bij het bestuur ?
Kan u me tevens een korte beschrijving geven van de betrokken
projecten, alsook de budgettaire evaluatie ervan ?
Antwoord : Projecten 2009 en 2010 :
De projecten 2009 zijn het voorwerp geweest van een besluit
van de Regering van 17 december 2009, gewijzigd op 16 december
2010 en 22 september 2011.
De Regering heeft, op 16 december 2010, een besluit genomen
op basis van de projecten 2010.
De in 2009 (het besluit van 17 december 2009 voorziet het
opstarten van de projectoproep in 2010) en in 2010 vastgelegde
projecten hebben het voorwerp uitgemaakt van een projectoproep
die op 26 oktober 2010 naar de gemeenten verstuurd werd.
Als bijlage zal u een overzichtstabel van die projecten van 2009
en 2010 vinden. Er is voorzien dat de gewestsubsidie maximum
50.000 EUR bedraagt en 80 % van de aangegane uitgaven dekt.
Projecten 2011 :
Naar aanleiding van de op 8 september 2011 naar de gemeenten
verstuurde projectoproep, heeft mijn administratie 24 projecten
van intercommunale samenwerkingsvormen ontvangen, waarvan
de Regering er 14 heeft weerhouden op datum van 8 december
2011.
Als bijlage zal u een tabel vinden met die 14 projecten met voor
elk project een beschrijving en de geraamde uitgave.
Het is voorzien dat het Gewest 80 % van de uitgaven dekt met
een plafond van 60.000 EUR per project.
Question n° 410 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Nombre de projets intercommunaux en cours ou en gestation.
Je souhaite savoir combien de projets intercommunaux sont
actuellement en cours ou en gestation pour lesquels un dossier a
été rentré auprès de l'administration.
Je souhaite également disposer d’un bref descriptif des projets
en question ainsi que de leur évaluation budgétaire.
Réponse : Projets 2009 et 2010 :
Les projets 2009 ont fait l’objet d’un arrêté du gouvernement
du 17 décembre 2009 modifié les 16 décembre 2010 et 22 septembre
2011.
Sur la base des projets 2010, le gouvernement a pris un arrêté
le 16 décembre 2010 modifié le 22 septembre 2011.
Les projets engagés en 2009 (l’arrêté du 17 décembre 2009
prévoyait le lancement de l’appel à projets en 2010) et en 2010
ont fait l’objet d’un appel à projets envoyé aux communes le
26 octobre 2010.
Vous trouverez en annexe un tableau récapitulatif de ces projets
2009 et 2010. Il est prévu que la subvention régionale s’élève à
maximum 50.000 EUR et couvre 80 % des dépenses effectuées.
Projets 2011 :
Suite à l’appel à projets envoyé aux communes le 8 septembre
2011, mon administration a reçu 24 projets de collaborations
intercommunales parmi lesquels 14 ont été retenus par le gouvernement
en date du 8 décembre 2011.
Je vous prie de trouver en annexe un tableau reprenant les
14 projets avec un descriptif pour chacun ainsi que la dépense
estimée.
Il est prévu que la Région couvre 80 % des dépenses avec un
plafond de 60.000 EUR par projet.

44
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Overzicht van de projecten « Intercommunale samenwerking » 2009 en 2010
–
Récapitulatif des projets « Collaborations intercommunales » 2009 et 2010
Coördinerende
gemeente Projecten Raming 80 % subs. Besl. 2009 Besl. 2010
– – – – – –
Commune Projets Estimation Subside à 80 % Ar. 2009 Ar. 2010
Coordinatrice
Anderlecht Een tijd voor allen 50.000,00 € 40.000,00 € 40.000,00 €
Anderlecht Un temps pour tous 50.000,00 € 40.000,00 € 40.000,00 €
Gewestelijke studie over schoolverzuim 20.000,00 € 16.000,00 € 16.000,00 €
Projet étude régionale sur le décrochage scolaire 20.000,00 € 16.000,00 € 16.000,00 €
Oudergem Lente van de Werkgelegenheid 20.000,00 € 16.000,00 € 16.000,00 €
Auderghem Printemps de l'Emploi 20.000,00 € 16.000,00 € 16.000,00 €
Sint-Agatha-Berchem
Berchem-Sainte-Agathe
Aanwerving interne evaluator voor opmaak van
een LVD 54.999,34 € 43.999,47 € 43.999,47 €
Engagement évaluateur interne pour la réalisation
d'un DLS 54.999,34 € 43.999,47 € 43.999,47 €
Aankoopcentrale voor meerdere gemeenten en OCMW's 50.000,00 € 40.000,00 € 40.000,00 €
Centrale d'achat regroupant plusieurs communes et CPAS 50.000,00 € 40.000,00 € 40.000,00 €
Brussel Intensief opvolgingsprogramma 50.000,00 € 40.000,00 € 40.000,00 €
Bruxelles Programme de suivi intensif 50.000,00 € 40.000,00 € 40.000,00 €
Intergemeentelijke preventiecampagnes 35.000,00 € 28.000,00 € 28.000,00 €
Campagnes préventives intercommunales 35.000,00 € 28.000,00 € 28.000,00 €
Evere
Evere
Haalbaarheidsstudie voor het bepalen van een
typeschool en het ideale terrein 50.000,00 € 40.000,00 € 40.000,00 €
Étude de faisabilité pour détermination d'une
école type et du terrain idéal 50.000,00 € 40.000,00 € 40.000,00 €
Ganshoren Zwembad Nereus 25.000,00 € 20.000,00 € 20.000,00 €
Ganshoren Piscine Nereus 25.000,00 € 20.000,00 € 20.000,00 €
Elsene
Ixelles
Ontwikkeling van de activiteiten van het platform
WIG OO Brussel 40.682,03 € 50.000,00 €
Développement des activités de la plate-forme
GTI MP BXL 40.682,03 €
Beheer van het tabblad WIG OO Brussel op de
website van de VSGB 10.000,00 € 50.000,00 €
Gestion de l'onglet GTI MP BXL sur le site
internet de l'AVCB 10.000,00 € 50.000,00 €
Planning gezamenlijke opdrachten tussen verschillende
Brusselse gemeenten 49.923,50 €
Organisation de marchés conjoints entre plusieurs
communes bruxelloises 49.923,50 €
Jette Studie naar mogelijke besparingen tussen rust- en
verzorgingstehuis en OCMW 50.000,00 € 40.000,00 € 40.000,00 €
Jette
Etude sur les économies possibles entre maison
de repos et de soins et CPAS 50.000,00 € 40.000,00 € 40.000,00 €
Molenbeek Parkeerbeleid, verkeersplan, inrichtingen 46.270,03 € 37.016,02 € 37.016,02 €
Molenbeek Stationnement, plan de circulation, aménagements 46.270,03 € 37.016,02 € 37.016,02 €

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
45
Sint-Gillis Project inzake de aankoop van fietsgraveringsmateriaal 10.000,00 € 8.000,00 € 8.000,00 €
Saint-Gilles Projet d'acquisition de matériel de gravage vélos 10.000,00 € 8.000,00 € 8.000,00 €
Schaarbeek
Schaerbeek
Ukkel
Uccle
Intercom. uitwisselingsplatform voor de verbetering
v.d. financiering v. projecten 48.500,00 € 38.800,00 € 38.800,00 €
Plate-forme intercom. d'échanges sur l'amélioration
du financement de projets 48.500,00 € 38.800,00 € 38.800,00 €
Uitwerking methodologisch instrument: lokale veiligheidsdiagnostiek
50.000,00 € 40.000,00 € 40.000,00 €
Élaboration outil méthodologique … diagnostic local
de sécurité 50.000,00 € 40.000,00 € 40.000,00 €
Sint-Lambrechts-Woluwe Opmaak van een lokale veiligheidsdiagnostiek 50.000,00 € 40.000,00 € 40.000,00 €
Woluwé-Saint-Lambert Réalisation d'un diagnostic local de sécurité 50.000,00 € 40.000,00 € 40.000,00 €
Totaal 710.374,90 € 537.815,50 € 357.999,47 € 179.816,02 €
Totaux 710.374,90 € 537.815,50 € 357.999,47 € 179.816,02 €
Intercommunale samenwerking 2011-2012
–
Collaborations intercommunales 2011-2012
Coördinerende Deelnemende Geraamde Gevraagde Toegekende
gemeente gemeenten Projecten Verl. uitgaven subsidies subsidies
– – – – – – –
Commune Communes Projets Recond. Dépenses Subsides Subsides
Coordinatrice associées estimées demandés octroyés
In aanmerking komende projecten kabinet Picqué 2011
Projets éligibles cabinet Picqué 2011
Anderlecht St-Gillis, SJM, Studie plaatsing stedelijke en commerciële
Etterbeek bewegwijzering 60.000,00 € 48.000,00 €
Anderlecht St-Gilles, MSJ, Étude pour une signalétique urbaine et
Etterbeek commerciale 60.000,00 € 48.000,00 €
Oudergem
Auderghem
WB, St-L-Wol,
St-P-Wol Lente van de werkgelegenheid 2012 X 129.500,00 € 60.000,00 €
WB, Wol-st-L,
Wol-st-P Printemps de l'Emploi 2012 X 129.500,00 € 60.000,00 €
Berchem Ganshoren Aanwerving interne evaluator voor opmaak
van een LVD X 75.000,00 € 60.000,00 €
Berchem Ganshoren Engagement évaluateur interne pour la
réalisation d'un DLS X 75.000,00 € 60.000,00 €
Brussel Evere, Elsene Intensief opvolgingsprogramma – straatbendes X 140.000,00 € 60.000,00 €
Bruxelles Evere, Ixelles Programme suivi intensif – gangs de rue X 140.000,00 € 60.000,00 €
Elsene de 18 andere Ontwikkeling van de activiteiten van WIG OO
gemeenten Brussel X 77.150,00 € 60.000,00 €
Ixelles les 18 autres Développement des activités du GTI MP BXL X 77.150,00 € 60.000,00 €
de 18 andere Implementering tool aankoopstrategie binnen
gemeenten de gem. : ROSA 61.000,00 € 48.800,00 €
les 18 autres Mise en place outil de stratégies des achats :
ROSA 61.000,00 € 48.800,00 €
Molenbeek Brussel Ingang van handelswijk 25.000,00 € 20.000,00 €
Molenbeek Bruxelles Entrée de quartiers 25.000,00 € 20.000,00 €
Anderlecht Samenwerking mobiliteit en burgerparticipatie X 60.000,00 € 48.000,00 €
Anderlecht Collaboration mobilité et particip.citoy. X 60.000,00 € 48.000,00 €
St-Gillis Vorst Gemeenschapshuis voor vrouwen die slachtoffer
zijn van geweld 40.400,00 € 32.320,00 €
St-Gilles Forest Maison communautaire pour femmes violentées 40.400,00 € 32.320,00 €

46
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vorst Twee bibliotheken samen in actie 30.000,00 € 24.000,00 €
Forest Deux bibliothèques ensemble dans l'action 30.000,00 € 24.000,00 €
Schaarbeek Evere Project voor de preventie van recidive (RePR) 190.103,00 € 60.000,00 €
Schaerbeek Evere Projet de prévention à la récidive (RePR) 190.103,00 € 60.000,00 €
Anderlecht Voortzetting subsidiewerkgroep X 75.000,00 € 60.000,00 €
Anderlecht Continuation du groupe de travail subventions X 75.000,00 € 60.000,00 €
Ukkel Watermaal Veiligheidsdiagnostiek X 60.000,00 € 48.000,00 €
Uccle Watermael Diagnostic de sécurité X 60.000,00 € 48.000,00 €
SLW Sint-P-Woluwe Verlenging contract intern evaluator X 47.500,00 € 38.000,00 €
WSL Woluwé-Saint-P Prolongation contrat évaluateur interne X 47.500,00 € 38.000,00 €
TOTAAL 1.070.653,00 € 667.120,00 €
TOTAUX 1.070.653,00 € 667.120,00 €
Vraag nr. 411 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Evaluatie van de EFRO-projecten.
In het kader van het programma 2007-2013 subsidieert de EU
34 projecten in het Brussels Gewest via het EFRO-fonds. Kan
u me meedelen wie de verschillende projecten evalueert, en op
grond van welke criteria ? Welke eisen stelt de EU op het vlak
van de evaluatie ? Kan u me meedelen wat de doelstellingen zijn
voor elk project ?
Antwoord : Aangezien het om een materie gaat die onder de
bevoegdheden valt van mijn collega Evelyne Huytebroeck, ben ik
zo vrij het antwoord op deze vraag aan haar over te laten.
Question n° 411 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Évaluation des projets Feder.
Dans le cadre du programme 2007-2013, l'UE subsidie 34 projets
en Région bruxelloise via le fonds Feder. Je voudrais savoir
qui fait l’évaluation des différents projets. Selon quels critères ?
Quelles sont les exigences de l'UE en termes d’évaluation ? Pour
chacun des projets, je souhaite savoir quels sont les objectifs à
atteindre.
Réponse : Dans la mesure où le sujet relève des compétences
de ma collègue Evelyne Huytebroeck, je me permettrai de lui
laisser le soin de répondre à la question.
Vraag nr. 412 van de heer Dominiek Lootens-Stael d.d.
25 november 2011 (N.) :
De mededeling van het taalrapport 2010 en de aanhoudende
herbenoeming van een Franstalig waarnemend vice-gouverneur.
Op 22 september 2011 werd het mandaat van de waarnemend
vice-gouverneur van het administratief arrondissement Brussel-
Hoofdstad voor de zoveelste keer op rij hernieuwd voor een
pe riode van twee maanden.
Daarnaast stel ik opnieuw vast dat uw regering, naar jaarlijkse
gewoonte, tot op heden, naliet om het meest recente taalrapport,
dat van 2010, aan de parlementsleden mee te delen.
Bij gebrek aan mededeling van dit rapport, waarvan ik aanneem
dat het inmiddels wél werd opgesteld en verschenen is, zie
ik mij genoodzaakt om u, via deze schriftelijke vraag, te verzoeken,
naar de onverwijlde mededeling ervan.
De huidige waarnemende vice-gouverneur, tevens waarnemend
gouverneur, behoort in tegenstelling tot de vaste geplogenheden
Question n° 412 de M. Dominiek Lootens-Stael du 25 novembre
2011 (N.) :
La communication du rapport linguistique 2010 et la prolongation,
sans cesse renouvelée, de la désignation d'un vice-gouverneur
faisant fonction francophone.
Le 22 septembre 2011, le mandat du vice-gouverneur f.f. de
l'arrondissement administratif de Bruxelles-Capitale a été renouvelé
pour la énième fois consécutive pour une période de deux
mois.
En outre, je constate une nouvelle fois que, comme de coutume,
votre gouvernement a omis jusqu'ici de communiquer aux
députés le dernier rapport linguistique en date, celui de 2010.
Je suppose que ce rapport a effectivement été rédigé et publié
entre-temps, mais comme il ne nous a pas été communiqué, je me
vois contraint de vous demander, par le biais de cette question
écrite, de nous le communiquer sans délai.
Contrairement à la coutume bien établie en Région de Bruxelles-
Capitale, le vice-gouverneur f.f. actuel, également gouverneur f.f.,

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
47
binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, tot de Franstalige taalrol
in plaats van de Nederlandstalige taalrol. Dit is een uitermate
slecht signaal naar de Nederlandstalige bevolking van het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest toe, dat van aard is om wantrouwen te
wekken nopens een correcte toepassing van de taalwetgeving.
Ik had dan ook graag, naast de mededeling van het laatste taalrapport,
van u vernomen hoeveel schorsingen in welke gemeenten
en voor welke diensten door de waarnemend vice-gouverneur
werden uitgesproken in 2010 en hoe deze in verhouding staan tot
het aantal schorsingen die werden uitgesproken toen het ambt van
vice-gouverneur nog werd uitgeoefend door zijn Nederlandstalige
voorgangers.
Antwoord : Zoals ik al herhaaldelijk heb kunnen onderstrepen
en rekening houdend met de onzekerheid die er heerst omtrent
het lot dat de functies van gouverneur en vice-gouverneur van
het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad beschoren
zijn in het kader van de institutionele onderhandelingen, heeft de
Regering bij het vertrek van mijnheer de vice-gouverneur Hugo
Nijs op 1 oktober 2010 beslist om de uitoefening van zijn functies
tijdelijk toe te vertrouwen aan de persoon die de heer Nijs zelf aanduidde
om hem te vervangen tijdens zijn afwezigheid, namelijk de
heer Jean Clement.
Omdat de heer vice-gouverneur Hugo Nijs sinds mevrouw
Paulus du Châtelet op pensioen vertrok tegelijk de functie van
gouverneur en die van vice-gouverneur uitoefende, slaat deze
tijdelijke aanstelling tot op heden ook op de uitoefening van deze
twee functies.
Het verbaast me dan ook dat u deze beslissing beschouwt als
een verkeerd signaal in de richting van de Nederlandstaligen van
Brussels-Hoofdstad. Voor zover ik weet, heeft niemand zich er
druk over gemaakt dat een Nederlandstalige, namelijk de heer
Hugo Nijs, de functie van gouverneur waarneemt hoewel die is
voorbehouden aan een Franstalige.
Net zoals voor zijn voorganger geldt bij de heer Jean Clement,
die aangetoond heeft een grondige kennis van de beide landstalen
te bezitten, dat zijn loyauteit en integriteit niet in vraag kunnen
worden gesteld. Het verslag voor 2010 dat hij in het kader van de
uitoefening van zijn functie als vice-gouverneur heeft opgesteld,
toont op afdoende wijze aan dat hij zijn controletaak met de
nodige rigueur waarneemt.
Om u ervan te vergewissen, kan ik dan ook niet anders dan u te
verwijzen naar de verslagen van de vice-gouverneur die door de
vorige drager van deze functie opgesteld zijn. Deze verslagen zijn
te gepasten tijde aan het Parlement bezorgd.
appartient au rôle linguistique francophone, et non néerlandophone.
C'est là un signal extrêmement négatif à l'adresse de la
population néerlandophone de la Région de Bruxelles-Capitale,
de nature à susciter la méfiance quant à la bonne application de la
législation linguistique.
C'est pourquoi, outre la communication du dernier rapport
linguistique, je voudrais que vous m'indiquiez combien de suspensions,
dans quelles communes et pour quels services, le vicegouverneur
f.f. a prononcées en 2010, et comment ce chiffre a
évolué par rapport au nombre de suspensions prononcées lorsque
la fonction de vice-gouverneur était encore exercée par ses prédécesseurs
néerlandophones.
Réponse : Comme j'ai déjà eu l'occasion de le souligner à
diverses reprises, compte tenu de l'incertitude planant sur le sort
réservé aux fonctions de gouverneur et de vice-gouverneur de l'arrondissement
administratif de Bruxelles-Capitale dans le cadre des
négociations institutionnelles, le Gouvernement a décidé, lors du
départ à la retraite de M. le vice-gouverneur Hugo Nijs, le 1 er octobre
2010, de confier temporairement l'exercice de ses fonctions
à la personne que M. Nijs lui-même désignait pour le remplacer
pendant ses absences, à savoir M. Jean Clement.
M. le vice-gouverneur Hugo Nijs exerçant, depuis le départ à la
pension de Mme Paulus du Châtelet, à la fois les fonctions de gouverneur
et de vice-gouverneur, cette désignation temporaire couvre,
elle-aussi, jusqu'à présent l'exercice de ces deux fonctions.
Je m'étonne, dès lors, que vous considériez que cette décision
constitue un mauvais signal pour la population néerlandophone
de Bruxelles-Capitale. Que je sache, personne ne s'est ému de ce
qu'un néerlandophone, en l'occurrence M. Hugo Nijs, assure les
fonctions de Gouverneur pourtant réservée à un francophone.
Tout comme celles de son prédécesseur, la loyauté et la probité
de M. Jean Clement, qui justifie de la connaissance approfondie
des deux langues nationales, ne peuvent pas être mises en doute.
Le rapport 2010 qu'il a rédigé, dans le cadre de l'exercice de ses
fonctions de vice-gouverneur, établit à suffisance qu'il exerce sa
mission de contrôle avec toute la rigueur requise.
Je ne peux que vous inviter, pour vous en convaincre, à vous
reporter aux rapports du vice-gouverneur rédigés par le précédent
titulaire de la fonction, rapports qui ont tous été transmis, en temps
utiles, au Parlement.
Vraag nr. 417 van mevr. Caroline Persoons d.d. 15 december
2011 (Fr.) :
Subsidies van het Gewest aan amateursportclubs.
Een besluit van 23 juni 2011 van de Brusselse regering kent
subsidies toe aan verschillende amateursportclubs voor sportinfrastructuur
voor de jeugd.
Question n° 417 de Mme Caroline Persoons du 15 décembre
2011 (Fr.) :
Le subventionnement par la Région des clubs sportifs amateurs.
Un arrêté du 23 juin 2011 du gouvernement bruxellois octroie
des subsides à divers clubs sportifs amateurs pour des infrastructures
sportives pour les jeunes.

48
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
De subsidies worden toegekend via de gemeenten voor projecten
die door de amateurclubs ingediend worden.
Les subsides sont octroyés via les communes à la suite de projets
introduits par les clubs amateurs.
Compte tenu de ce qui précède, le Ministre-Président pourraitil
m'indiquer :
1. Welke bedragen zijn er toegekend aan elk van de 19 gemeenten
krachtens dit besluit ?
2. Hoeveel clubs en welke krijgen die subsidies ? Graag een lijst
van die clubs per gemeente, met telkens het bedrag van de
subsidie ?
3. Wat zijn de criteria voor het verkrijgen van de subsidies ?
4. Moeten de clubs officieel gevestigd zijn in een van de
19 gemeenten en er hun activiteiten uitoefenen om recht te
hebben op die subsidies ?
Antwoord : Het achtbare lid vindt in bijgevoegde lijst de
gewenste informatie met betrekking tot haar subvragen 1 en 2.
Met het oog op de selectie richten wij ieder jaar een projectoproep
aan de sportclubs. De dossiers worden geval per geval
onderzocht door een stuurcomité. In dit comité zetelen vertegenwoordigers
van de Minister-President en van de minister voor
Externe Betrekkingen, alsook experts en leden van het College
van de Cocof en van de VGC, die bevoegd zijn voor sport.
De clubs moeten hun hoofdzetel gevestigd hebben in één van
de 19 gemeenten van het Gewest. Hun activiteiten mogen zij evenwel
daarbuiten uitoefenen. Bij gebrek aan voldoende beschikbare
ruimte bevinden meer en meer sportvoorzieningen zich immers
buiten het Gewest.
1. Quels sont les montants alloués dans le cadre de cet arrêté à
chacune des dix-neuf communes ?
2. Combien de clubs et lesquels bénéficient de ces subsides ?
Pourriez-vous me lister ces clubs, par commune en précisant
pour chacun d'eux le montant du subside octroyé ?
3. Quels sont les critères pour l'obtention de tels subsides ?
4. Les clubs doivent-ils être officiellement établis dans une des
dix-neuf communes et y exercer leurs activités pour bénéficier
de tels subsides ?
Réponse : L'honorable membre trouvera dans la liste ci-jointe
les informations demandées à ses sous-questions 1 et 2.
Pour ce qui est de la sélection, un appel à projets est lancé chaque
année vers les clubs sportifs et un comité de pilotage analyse
les dossiers au cas par cas. Ce comité est composé des représentants
du Ministre-Président, du ministre en charge des Relations
extérieures ainsi que d'experts, membres du Collège de la Cocof
et de la VGC, compétents pour le sport.
En ce qui concerne les clubs, leur siège social doit être établi
dans l'une des 19 communes de la Région, leurs activités peuvent
par contre être exercées en dehors. En effet, de plus en plus
d'infrastructures sportives sont situées en dehors de la Région qui
n'offre plus assez d'espace disponible.
De projectoproep voor de subsidies 2011 is momenteel aan de Pour les subsides 2011, l'appel à projets est en cours.
gang.
Overzicht subsidies 2010 per gemeente
–
Aperçu subsides 2010 par commune
Nr. Gemeente Sportclub Activiteit Bedrag
– – – – –
N° Commune Club sportif Activité Montant
1 Anderlecht Anderlecht Black Eagles Voetbal/Football 3.750
2 Anderlecht Anderlecht Tennis Tennis 15.455
3 Anderlecht BC École P1 Anderlecht Basket 6.300
4 Anderlecht Be Tennis School Tennis 4.500
5 Anderlecht Bon Air Sport Voetbal/Football 15.300
6 Anderlecht Boxing Club Anderlecht Boksen/Boxe 1.500
7 Anderlecht Brussels Volley Volleyball 80.000
8 Anderlecht Cercle de tir anderlechtois Schieten/Tir 900
9 Anderlecht Cercle Royal Sportif du Personnel communal d'Anderlecht Tennis 2.700
11 Anderlecht FC Anderlecht Milan Voetbal/Football 11.250
12 Anderlecht Grand Slam Tennis 10.000
13 Anderlecht Maison des Jeunes Futsal 2.000
14 Anderlecht Royal Anderlecht Basket 12.600
15 Anderlecht Royal Cureghem Sportief Wielrennen/Cyclisme 4.329
16 Anderlecht Royal Hockey Club Bauduoin Hockey 15.000
17 Anderlecht Royal Olympia Korfbal Korfbal/Balle au panier 1.000
18 Anderlecht Royal Sporting Hockey Club Amicale Anderlecht Hockey 6.750
19 Anderlecht Zita Kyotei Oosterse vechtsport/
Arts martiaux 15.000
Totaal gemeente Anderlecht/Total commune Anderlecht 208.334

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
49
20 Brussel/Bruxelles Ban Sen Juku Aikido 15.763
21 Brussel/Bruxelles Brussels Athletic Atletiek/Athlétisme 80.000
22 Brussel/Bruxelles Bruxelles Royal Yacht Club Zeilen/Voile 9.900
23 Brussel/Bruxelles Cercle d'escrime européen de Bruxelles Schermen/Escrime 5.000
24 Brussel/Bruxelles Cercle Postscolaire 23 Basket 2.500
25 Brussel/Bruxelles Circusatelier Zonder Handen Circusatelier/
Atelier du Cirque 7.457
26 Brussel/Bruxelles
(Neder-over-Heembeek) École des Jeunes Étoile de Bruxelles Voetbal/Football 20.000
27 Brussel/Bruxelles
(Neder-over-Heembeek) FC Black Star Voetbal/Football 7.000
28 Brussel/Bruxelles
(Laken/Laeken) Iris Ladies Soccer School Voetbal/Football 4.500
29 Brussel/Bruxelles
(Laken/Laeken) Judo Club Budo Judo 8.850
30 Brussel/Bruxelles RAS Maccabi Bruxelles Voetbal/Football 14.400
31 Brussel/Bruxelles Royal IV Brussels Basket 50.000
32 Brussel/Bruxelles
(Laken/Laeken) Royal Excelsior Sport's Club Atletiek/Athlétisme 17.500
33 Brussel/Bruxelles ULB Lutte Vechtsport/Lutte 8.000
34 Brussel/Bruxelles
(Neder-over-Heembeek) Union Nautique de Bruxelles Watersport/Sport nautique 1.950
Totaal stad Brussel/Total ville Bruxelles 252.820
35 Elsene/Ixelles Barbar X-Elles Volley 3.850
36 Elsene/Ixelles Boxing Club Esquive Ixelloise Boksen/Boxe 14.500
37 Elsene/Ixelles CTT Royal ALPA Ixelles Bruxelles Tafeltennis/
Tennis de table 13.000
38 Elsene/Ixelles Royal Ixelles Auderghem Athlétisme Club Atletiek/Athlétisme 5.000
39 Elsene/Ixelles Stade Ucclois Rugby 4.500
Totaal gemeente Elsene/Total commune Ixelles 40.850
41 Etterbeek C. Aikido Club Aikido 7.000
42 Etterbeek FC Saint-Michel Voetbal/Football 24.300
44 Etterbeek Royal Racing Club Etterbeek Voetbal/Football 18.900
43 Etterbeek Royal UAAE-Basket Basket 6.150
Totaal gemeente Etterbeek/Total commune Etterbeek 56.350
45 Evere AS Schaerbeek Futsal 6.750
46 Evere Beltoy Lutte Vechtsport/Lutte 4.000
47 Evere Brussels University Rugby Club (BUC) Rugby 5.500
48 Evere Everse Dino's Basket 3.654
49 Evere Green Life Evere Tennis Club Tennis 4.200
50 Evere KC Shitokai Evere Oosterse vechtsport/
Arts martiaux 2.200
51 Evere RFC Evere Voetbal/Football 16.200
52 Evere Stade Everois RC Voetbal/Football 12.000
Totaal gemeente Evere/Total commune Evere 54.504
53 Ganshoren FC Ganshoren Voetbal/Football 6.750
54 Ganshoren Ganshoren Roller Club Roller 1.000
55 Ganshoren Royal Charles Quint Tennis Club Tennis 15.000
Totaal gemeente Ganshoren/Total commune Ganshoren 22.750
56 Jette Arc en Ciel CTT Tafeltennis/
Tennis de table 3.850
57 Jette Evolution Academy Basket 28.000
58 Jette Fire Gym Fitness 4.000
59 Jette Futsal Jette Futsal 6.000
60 Jette Gym Dance Molenbeek 2004 Gym 3.300
61 Jette Judo Ryu Sportopolis Judo 2.750
62 Jette Royal Scup Dieleghem Voetbal/Football 21.000
63 Jette Royal Set Jet Fleur Bleue Tafeltennis/
Tennis de table 1.500
64 Jette Tempogym Jette Gym 6.500

50
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
65 Jette Venus Gym Club Ganshoren Gym 7.500
66 Jette V.S.V. Ritterklub Voetbal/Football 25.000
Totaal gemeente Jette/Total commune Jette 109.400
67 Koekelberg Bario Boxing Club 1000 Boksen/Boxe 9.593
68 Koekelberg Boulderbrock Klimmen/Escalade 4.950
69 Koekelberg Brussels Boxing Academy (BBA) Boksen/Boxe 18.320
70 Koekelberg Brussels Brazilian Jiu Jitsu Academy (BBJJA) Jiu Jitsu 12.156
71 Koekelberg Buurtsport Brussel Multi 17.400
Totaal gemeente Koekelberg/Total commune Koekelberg 62.419
72 Oudergem/Auderghem Club haltéophile de la Forêt de Soignes Gewichtheffen/
Halthérophilie 1.200
73 Oudergem/Auderghem Espace Volley Bruxelles (BEVC) Volleyball 8.250
74 Oudergem/Auderghem Gym Phenix Gym 14.550
75 Oudergem/Auderghem Kobelco Auderghem TT Tafeltennis/
Tennis de table 5.800
76 Oudergem/Auderghem Royale Union Auderghem Voetbal/Football 10.500
Totaal gemeente Oudergem/Total commune Auderghem 40.300
77 Schaarbeek/Schaerbeek Belgium International Allstyle Freedom Taekwondo 5.400
78 Schaarbeek/Schaerbeek Best of the Best Muay Time Oosterse vechtsport/
Arts martiaux 6.800
79 Schaarbeek/Schaerbeek BOAS (Be Optimal in Action @ Sport) Zwemsport/Natation 1.000
80 Schaarbeek/Schaerbeek Brussels Aquatic Synchro Swimming Zwemsport/Natation 5.900
81 Schaarbeek/Schaerbeek Brussels Tigers American Football 3.000
82 Schaarbeek/Schaerbeek Entente bruxelloise de Judo Judo 30.000
83 Schaarbeek/Schaerbeek FC Kosova Schaerbeek Voetbal/Football 6.000
84 Schaarbeek/Schaerbeek Gymnika Gym 7.000
85 Schaarbeek/Schaerbeek Judo Royal Crossing Club Schaerbeek Judo 16.000
86 Schaarbeek/Schaerbeek Kituru Avia Schaerbeek Rugby Club Rugby 16.200
87 Schaarbeek/Schaerbeek Mondial Sport Boksen/Boxe 17.000
88 Schaarbeek/Schaerbeek Racing Club Schaerbeek Voetbal/Football 11.250
89 Schaarbeek/Schaerbeek Royal Canter LC Schaerbeek Basket 8.100
90 Schaarbeek/Schaerbeek Royal Cercle Athlétique de Schaerbeek Atletiek/Athlétisme 5.000
91 Schaarbeek/Schaerbeek RUSAS Voetbal/Football 21.000
92 Schaarbeek/Schaerbeek Union Boxing Club Boksen/Boxe 6.000
93 Schaarbeek/Schaerbeek Vision Futsal 3.750
Totaal gemeente Schaarbeek/Total commune Schaerbeek 169.400
94 Sint-Agatha-Berchem/
Berchem-Sainte-Agathe Phenix Volley Brussels Volley 2.300
Totaal gemeente Sint-Agatha-Berchem/
Total commune Berchem-Sainte-Agathe 2.300
95 Sint-Gillis/Saint-Gilles Besace STL Saint-Gilles + BMW 21 Tafeltennis/
Tennis de table 700
96 Sint-Gillis/Saint-Gilles École des Jeunes de la Royale Union St-Gilloise Voetbal/Football 20.000
97 Sint-Gillis/Saint-Gilles Innovasport BC Badminton 1.900
98 Sint-Gillis/Saint-Gilles Jeugd Sport België/Jeunesse Sportive Belgique Taekwondo 1.950
99 Sint-Gillis/Saint-Gilles Judo Jiu Jitsu Club St-Gilles Judo 1.800
100 Sint-Gillis/Saint-Gilles L'Ancienne de Saint-Gilles Gym 6.500
101 Sint-Gillis/Saint-Gilles La Nage St-Gilles Zwemsport/Natation 9.500
Totaal gemeente Sint-Gillis/Total commune Saint-Gilles 42.350
102 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean Academy Tiger Club Taekwondo 3.900
103 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean Atlemo Atletiek/Athlétisme 3.083
104 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean BC Foyer Molenbeek Basket 3.820
105 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean FC Jeunesse Molenbeek Voetbal/Football 10.800

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
51
106 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean FRIS (Friends & Scream United) Multi 5.020
107 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean KC Shuto Molenbeek Oosterse vechtsport/
Arts martiaux 2.250
108 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean La Rainette (CNMR) Zwemsport/Natation 4.300
109 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean Lutte contre l'exclusion sociale à Molenbeek Basket 12.000
110 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean Molenbeek Sport Omnisports 12.000
111 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean Picnic Sport Futsal 750
112 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean Royal Anciens 13 BC Basket 4.500
113 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean Royal Daring Tennis Hockey Club Hockey 9.750
114 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean Savio Molenbeek Minivoetbal/Mini foot 2.500
115 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean Shidokan Kick Boxing Karate Belgium Boksen/Boxe 6.300
116 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean Sport en Spel Tennis 7.000
117 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean Tennis Club Le Chalet Tennis 5.400
118 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean Wushu Impuls Belgium Wushu 3.250
119 Sint-Jans-Molenbeek/
Molenbeek-Saint-Jean Zwemclub Atlantis Brussel Zwemsport/Natation 6.000
Totaal gemeente Sint-Jans-Molenbeek/
Total commune Molenbeek-Saint-Jean 102.623
120 Sint-Joost-ten-Noode/
Saint-Josse-ten-Node AP-S Oasis Bruxelles Zaalvoetbal/
Football en salle 3.000
121 Sint-Joost-ten-Noode/
Saint-Josse-ten-Node Inser'Action Zwemsport/Natation 11.500
Totaal gemeente Sint-Joost-ten-Noode/
Total commune Saint-Josse-ten-Node 14.500
122 St-Lambrechts-Woluwe/
Woluwe-Saint-Lambert Caissa Woluwe Schaken/Échecs 1.800
123 St-Lambrechts-Woluwe/
Woluwe-Saint-Lambert Europa Gym Gym 20.700
124 St-Lambrechts-Woluwe/
Woluwe-Saint-Lambert Evolution Verticale Klimsport/Escalade 5.000
125 St-Lambrechts-Woluwe/
Woluwe-Saint-Lambert Gunners Leopold Club de Woluwe Football 5.250
126 St-Lambrechts-Woluwe/
Woluwe-Saint-Lambert La Rasante Hockey St Lambert Hockey 13.600
127 St-Lambrechts-Woluwe/
Woluwe-Saint-Lambert Royal Brussels Poseidon Zwemsport/Natation 16.200
128 St-Lambrechts-Woluwe/
Woluwe-Saint-Lambert Royal Linthout Basket Club Basket 8.100
129 St-Lambrechts-Woluwe/
Woluwe-Saint-Lambert Royal White Star Atletiek/Athlétisme 16.500
130 St-Lambrechts-Woluwe/
Woluwe-Saint-Lambert TREMP.2000 Gym 5.300
131 St-Lambrechts-Woluwe/
Woluwe-Saint-Lambert United Basket Woluwe (Blue Devils) Basket 8.100
132 St-Lambrechts-Woluwe/
Woluwe-Saint-Lambert Wolutoetsers Volley 250
Totaal gemeente Sint-Lambrechts-Woluwe/
Total commune Woluwe-Saint-Lambert 100.800
131 Sint-Pieters-Woluwe/
Woluwe-Saint-Pierre Cercle de Natation Sportcity Woluwe Zwemsport/Natation 6.000

52
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
132 Sint-Pieters-Woluwe/
Woluwe-Saint-Pierre Royal Olympic Football Club Stockel Voetbal/Football 30.000
133 Sint-Pieters-Woluwe/
Woluwe-Saint-Pierre Royal Oree THB Tennis 5.800
Totaal gemeente Sint-Pieters-Woluwe/
Total commune Woluwe-Saint-Pierre 41.800
134 Ukkel/Uccle Ecole de Tennis du Royal Racing Tennis 5.000
136 Ukkel/Uccle Royal Racing Club de Bruxelles Hockey/Tennis 26.100
137 Ukkel/Uccle Royal Uccle Sport THC Tennis 14.000
138 Ukkel/Uccle Royal Uccle Sport THC Hockey 17.250
139 Ukkel/Uccle Smash Academy Tennis 16.200
Totaal gemeente Ukkel/Total commune Uccle 78.550
140 Vorst/Forest Association Sportive St-Augustin Basket 12.600
141 Vorst/Forest Cercle Sportif la Forestoise Athletisme Atletiek/Athlétisme 11.050
142 Vorst/Forest FC Forest Voetbal/Football 16.200
143 Vorst/Forest Medina Sport Forest Minivoetbal/Mini foot 5.250
144 Vorst/Forest Rapid Forest TT Tafeltennis/
Tennis de table 700
145 Vorst/Forest Rugby Club de Forest Rugby 8.100
146 Vorst/Forest The Black Devils Basketbalclub Vorst Basket 3.850
Totaal gemeente Vorst/Total commune Forest 57.750
147 Watermaal-Bosvoorde/
Watermael-Boitsfort ASA St-Hubert-Boitsfort Basket 6.000
148 Watermaal-Bosvoorde/
Watermael-Boitsfort Boitsfort Rugby Club Rugby 24.400
149 Watermaal-Bosvoorde/
Watermael-Boitsfort Jiga Sport Academy Judo 4.000
150 Watermaal-Bosvoorde/
Watermael-Boitsfort Racing Club de Bruxelles Triathlon Triathlon 2.800
151 Watermaal-Bosvoorde/
Watermael-Boitsfort Royal Racing Club de Boitsfort Voetbal/Football 16.500
Totaal gemeente Watermaal-Bosvoorde/
Total commune Watermael-Boitsfort 53.700
Algemeen totaal/Total général 1.511.500
Vraag nr. 418 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 21 december
2011 (Fr.) :
Onderhouds- en/of renovatiekosten voor het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest in het kader van de terbeschikkingstelling van
het Domein Latour de Freins door het OCMW van de Stad
Brussel.
Het OCMW van de Stad Brussel, de eigenaar van het Domein
Latour de Freins, stelt dit door middel van erfpachtovereenkomst
ter beschikking van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, dat in
ruil daarvoor de onderhouds- en renovatiekosten betaalt voor het
gehele eigendom, zowel de gebouwen als het park.
Question n° 418 de M. Emmanuel De Bock du 21 décembre
2011 (Fr.) :
Les coûts d'entretien et/ou de rénovation engagés par la
Région de Bruxelles-Capitale dans le cadre de la mise à disposition
par le centre public d'aide sociale de la ville de Bruxelles du
Domaine Latour de Freins.
Le centre public d’aide sociale de la ville de Bruxelles, propriétaire
du Domaine de Latour de Freins, met ce domaine, par bail
emphytéotique, à disposition de la Région de Bruxelles-Capitale,
à charge pour celle-ci d’assumer les coûts d’entretien et/ou de
rénovation de l'ensemble de la propriété, bâtiments et parc.
M. le Ministre-Président pourrait-il me faire savoir :
1. Welk bedrag is bepaald met de begroting van de Grondregie
voor het onderhoud en/of de renovatie van voornoemd domein
van 2008 tot 2011 ?
1. Quel a été le montant des coûts d’entretien et/ou de rénovation
à charge du budget de la Régie foncière du Domaine de Latour
de Freins de 2008 à 2011 ?

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
53
2. Welke onderhouds- en/of renovatiewerken werden precies
uitgevoerd in 2008, 2009 en 2010door de Grondregie (precieze
aard en kostprijs van elk ervan) ?
3. Zijn al die werken gebeurd met de voorafgaande toestemming
van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en
Landschappen ?
4. Zo niet, wat is de aard en de kostprijs van de werken waarvoor
dat niet het geval was ?
5. Voor hoeveel dossiers inzake werken aan voornoemd domein is
thans een regularisatieprocedure aan de gang bij de KCML ?
Antwoord :
1. Hoeveel bedragen de kosten voor onderhoud en/of renovatie
ten laste van de begroting van de Grondregie aan het Domein
Latour de Freins tussen 2008 en 2011 ?
De uitgaven werden samengebracht in 4 afzonderlijke posten
(cf. tabel 1).
2. Welke onderhouds- en renovatiewerken werden door de
Grondregie precies uitgevoerd in 2008, 2009 en 2010 in het
Domein Latour de Freins, met telkens de vermelding van de
precieze aard en kost ?
De gegevens met het jaar van uitvoering, de juiste benaming
en de kost incl. BTW van de renovatie- en aanpassingswerken
tussen 2008 en 2010 staan vermeld in de bijgaande tabel 2.
3. Of de onderhouds- en renovatiewerken in het Domein
Latour de Freins zijn uitgevoerd met voorafgaande toestemming
van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en
Landschappen ?
4. Indien niet, van welke aard zijn dan de werken die niet zijn
uitgevoerd met voorafgaande toestemming van de Koninklijke
Commissie voor Monumenten en Landschappen en voor welke
bedragen ?
5. Hoeveel dossiers zijn vandaag uitgevoerd in het Domein
Latour de Freins die eventueel in aanmerking komen voor een
regulariseringsprocedure door de Koninklijke Commissie voor
Monumenten en Landschappen ?
Voor slechts een klein deel van de werken die zijn uitgevoerd in
het Domein Latour de Freins leek de voorafgaande toestemming
van de KCML vereist te zijn.
Derhalve heeft de Grondregie onmiddellijk gereageerd met de
indiening van een globale regulariseringsaanvraag voor de betrokken
werken.
Deze aanvraag ligt momenteel ter onderzoek.
2. Quels travaux d’entretien et/ou de rénovation ont exactement
été réalisés en 2008, 2009 et 2010 par la Régie foncière au
Domaine de Latour de Freins avec pour chacun d’eux, outre
leur nature exacte, leur coût exact ?
3. Si les travaux d’entretien et/ou de rénovation ont tous été entrepris
au Domaine de Latour de Freins avec l’accord préalable de
la Commission royale des Monuments et Sites ?
4. Dans la négative, quelle est la nature des travaux qui n’ont pas
été entrepris avec l’accord préalable de la Commission des
Monuments et Sites et pour quels montants ?
5. Quel est le nombre actuel des dossiers de travaux entrepris
au Domaine de Latour de Freins qui feraient, éventuellement,
l’objet d’une procédure de régularisation de la part de la
Commission des Monuments et Sites ?
Réponse :
1. Quel a été le montant des dépenses d’entretien et/ou de rénovation
à charge du budget de la Régie foncière du Domaine de
Latour de Freins de 2008 à 2011 ?
Les dépenses ont été regroupées en 4 postes séparés (voir
tableau 1).
2. Quels travaux d’entretien et/ou de rénovation ont exactement
été réalisés en 2008, 2009 et 2010 par la Régie foncière au
Domaine de Latour de Freins avec, pour chacun d’eux, outre
leur nature exacte, leur coût exact ?
Un tableau reprenant l’année d’exécution, le libellé exact et le
coût TVAC des travaux de rénovation et d’adaptation effectués
entre 2008 et 2010 figure dans le tableau 2 également en
annexe.
3. Si les travaux d'entretien et/ou de rénovation ont tous été entrepris
au Domaine de Latour de Freins avec l'accord préalable de
la Commission royale des Monuments et Sites ?
4. Dans la négative, quelle est la nature des travaux qui n'ont pas
été entrepris avec l'accord préalable de la Commission royale
des Monuments et Sites et pour quels montants ?
5. Quel est le nombre actuel des dossiers travaux entrepris au
Domaine de Latour de Freins qui feraient, éventuellement,
l'objet d'une procédure de régularisation de la part de la Commission
royale des Monuments et Sites ?
Seule une petite partie des travaux réalisés au Domaine de
Latour de freins nécessitaient un accord préalable de la CRMS.
Dès lors, la Régie foncière a réagi immédiatement en introduisant
une demande globale de régularisation des travaux concernés.
Cette demande est en cours d'instruction.

54
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Tabel 1
2008
Tableau 1
2008
Posten
Bedrag incl. BTW
Postes
Montant TVAC
Diverse renovatie- en aanpassingswerken 348.456,79 €
Algemeen onderhoud en schoonmaak 69.014,21 €
Veiligheid, toegangscontrole, telefonie 30.728,71 €
Beheer van het park 5.313,41 €
Totaal 453.513,12 €
2009
Travaux divers de rénovation et d'adaptation 348.456,79 €
Entretien général et nettoyage 69.014,21 €
Sécurité, contrôle d'accès, téléphonie 30.728,71 €
Gestion du parc 5.313,41 €
Total 453.513,12 €
2009
Posten
Bedrag incl. BTW
Postes
Montant TVAC
Diverse renovatie- en aanpassingswerken 319.509,34 €
Algemeen onderhoud en schoonmaak 95.216,01 €
Veiligheid, toegangscontrole, telefonie 48.689,62 €
Beheer van het park 72.169,97 €
Totaal 535.584,94 €
2010
Travaux divers de rénovation et d'adaptation 319.509,34 €
Entretien général et nettoyage 95.216,01 €
Sécurité, contrôle d'accès, téléphonie 48.689,62 €
Gestion du parc 72.169,97 €
Total 535.584,94 €
2010
Posten
Bedrag incl. BTW
Postes
Montant TVAC
Diverse renovatie- en aanpassingswerken 417.005,63 €
Algemeen onderhoud en schoonmaak 114.450,08 €
Veiligheid, toegangscontrole, telefonie 128.952,87 €
Beheer van het park 49.934,28 €
Totaal 710.342,86 €
2011
Travaux divers de rénovation et d'adaptation 417.005,63 €
Entretien général et nettoyage 114.450,08 €
Sécurité, contrôle d'accès, téléphonie 128.952,87 €
Gestion du parc 49.934,28 €
Total 710.342,86 €
2011
Posten
Bedrag incl. BTW
Postes
Montant TVAC
Diverse renovatie- en aanpassingswerken 89.264,90 €
Algemeen onderhoud en schoonmaak 115.924,86 €
Veiligheid, toegangscontrole, telefonie 16.350,42 €
Beheer van het park 32.464,30 €
Totaal 254.004,48 €
Tabel 2 – Onderwerp van de werken
Travaux divers de rénovation et d'adaptation 89.264,90 €
Entretien général et nettoyage 115.924,86 €
Sécurité, contrôle d'accès, téléphonie 16.350,42 €
Gestion du parc 32.464,30 €
Total 254.004,48 €
Tableau 2 – Objet des travaux
Datum Bedrag met btw
– –
Date Montant TVAC
Aanbrengen van witte aluminium blinden aan de conciërgewoning (slaapkamer rechtsachter) 2008 909,07
Pose d'un volet en aluminium blanc à la maison du concierge (chambre à coucher arrière droite)
Schilderwerken aan verschillende deuren tussen bureaus, vergaderzalen en de gang + deur lift op het gelijkvloers 2008 4.169,68
Travaux de peinture sur diverses portes entre bureaux, salles de réunion et couloir + porte ascenseur au rez-de-chaussée
Aanbrengen van een rad op het toegangsportaal 2008 246,24
Pose d'une roue sur le portail d'entrée
2008
Uitvoering van boringen met het oog op de komende installatie van de ariconditioning op het gelijkvloers, 1 e verdieping
en 2 e verdieping van het gebouw 2008 12.536,86
Exécution des forages en fonction de la future installation de l'air conditionné au rez, 1 er étage et 2 e étage du bâtiment

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
55
Verscheidene timmerwerkzaamheden voor de ventilatie in de bestaande kozijnen met het oog op de komende installatie
van de airconditioning 2008 5.716,02
Divers travaux de menuiserie pour la réalisation de ventilation dans les châssis existants en fonction de la future installation
de l'air conditionné
Boringen op twee plaatsen doorheen de betonplaat van de wegenis aan de achterzijde om het probleem met de opzwelling
op te lossen 2008 2.006,17
Sondages sur deux endroits à travers la dalle en béton des voiries côté arrière pour solutionner le problème de gonflement.
2 rolgordijnen en 2 matte folies op de ramen van de keuken (zaal van de onderzoekers) op het gelijkvloers 2008 397,73
2 stores enrouleurs et 2 films mat sur vitrages cuisine (salle des chercheurs) au rez.
Toemetselen van de openingen rond de buizen van de airconditioning die in het gebouw werd geïnstalleerd 2008 4.368,31
Fermeture et enduisage des ouvertures autour des tyauteries de l'air conditionné installé au bâtiment
Diverse schilderwerken aan de raamkozijnen (= supplement) van de 11 ventilatieroosters voor de airco, van een deur,
van een wand en een sokkel; schilderwerken aan het plafond van van de zaal « Pasteur » op de tweede verdieping 2008 2.548,97
Travaux divers de peinture aux châssis (= supplément) des 11 grilles de ventilation pour l'airco, d'une porte, d'une paroi et
d'un socle; mise en peinture du plafond de la salle « Pasteur » au 2 e étage
Renovatie van het terras aan de achterzijde van de eerste verdieping 2008 48.368,87
Rénovation de la terrasse arrière au 1 er étage
Renovatie van het terras aan de achterzijde van de eerste verdieping 2008 39.586,63
Rénovation de la terrasse arrière au 1 er étage
Renovatie van het terras aan de achterzijde van de eerste verdieping 2008 7.102,55
Rénovation de la terrasse arrière au 1 er étage
Schoonmaak van alle dakgoten rond het gebouw 2008 4.085,47
Nettoyage de la totalité des corniches autour du bâtiment
Ontwortelen en verzagen van 2 bomen (pad naar het vroegere tennisterrein) 2008 1.597,20
Dessouchage et débitage de 2 arbres (chemin vers l'ancien terrain de tennis)
Nieuw kozijn voor het ventilatierooster (rechts) van het lokaal ter hoogte van de archieven van het IWOIB verdieping –1
(rechtervleugel) 2008 435,52
Nouveau châssis pour grille de ventilation (droite) du local à hauteur des archives IRSIB niveau –1 (aile droite)
Herstel van het bestaande pad ter hoogte van het vroegere tennisterrein 2008 0,00
Revaloriser le sentier existant à hauteur de l'ancien terrain de tennis
8 verluchtingsroosters. Deuren badkamers en WC van alle appartementen op de tweede verdieping; bijkomend verluchtingsrooster
deur airco rechtervleugel verdieping –1; aanpassing 4 kozijnen met polycarbonaatplaatjes linkervleugel verdieping –1 2008 865,15
8 grilles de ventil. portes salles de bains et WC de tous les apparts au 2 e étage; grille de ventil. supplémentaire porte
airco aile droite niveau –1; adaptation 4 châssis avec plaques polycarbonates aile gauche au niveau –1
Sleuf en 10 kijkputten voor de data-bekabeling tussen het hoofdgebouw en de conciërgewoning van het domein 2008 7.118,20
Tranchée et 10 chambres de visite pour le câblage data entre le bâtiment principal et la conciergerie du domaine
Aanpassing 77 gewelfdelen en de metalen structuren (steun), schilderwerk aan de plafonds (gewelf) en de bovendrempels
van het achterterras op het gelijkvloers 2008 20.727,25
Réagréage entre 77 voûtes et les structures métalliques (support), mise en peinture des plafonds (voûtes) et des linteaux
de la terrasse arrière au rez-de-chaussée
Schilderwerken aan muren en plafonds, radiators, deuren na herstelling en stucwerk in de hal + bijgebouw linkervleugel
eerste verdieping van het gebouw 2008 3.307,39
Travaux de peinture des murs et plafonds, radiateurs, portes après réparations et plafonnages dans le hall + annexe aile
gauche au niveau –1 du bâtiment
Levering en plaatsing klimaatregeling 2008 19.662,50
Livraison et placement climatisation
Inrichting vroegere toegang en trottoir 2008 61.715,25
Aménagement ancienne entrée et trottoir
Inrichting vroegere toegang en trottoir 2008 5.124,35
Aménagement ancienne entrée et trottoir
Inrichting vroegere toegang en trottoir 2008 3.509,00
Aménagement ancienne entrée et trottoir

56
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Inrichting vroegere toegang en trottoir 2008 10.393,09
Aménagement ancienne entrée et trottoir
Schilderwerken aan de 5 ramen van de hal (linkervleugel op verdieping –1 van het gebouw) 2009 482,56
Travaux de peinture des 5 fenêtres dans le hall (aile gauche au niveau –1 du bâtiment
Vervanging van het tapijt door een laminaatparket in de 4 appartementen op de verdieping –1 van de linkervleugel van
het gebouw 2009 9.734,35
Remplacement du tapis par un parquet en laminé dans les 4 appartements au niveau –1 aile gauche du bâtiment
Schilderwerken aan muren, plafons, radiatoren, ramen en kasten, dichtmetselen van een deuropening in het bureau
« Bruspace » (bureau 0.25 van dhr. Xavier Dehan) op het gelijkvloers van het gebouw 2009 4.570,09
Travaux de peinture des murs, du plafond, radiateur, portes, fenêtres et armoires, fermeture de 1 baie de porte dans le bureau
« Bruspace » (bureau 0.25 de M. Xavier Dehan) au rez-de-chaussée du bâtiment
Schilderwerken aan muren, plafons, radiatoren, ramen in het bureau « Analyse » (bureau 0.38) op het gelijkvloers van
het gebouw 2009 1.020,32
Travaux de peinture des murs, du plafond, radiateur, fenêtre dans le bureau « Analyse » (bureau 0.38) au rez du bâtiment
Dichtmetselen van 5 deuropeningen en schilderwerken aan de wapenschilden en de houten wanden in bureau 0.26
« Ishango », het bureau 0.30 van Mevr. Ch. Schepens, het bureau 0.31 van Mevr. L. Declercq op het gelijkvloers van
het gebouw 2009 3.577,75
Fermeture de 5 baies de porte et mise en peinture des armories et parois en bois dans le bureau 0.26 « Ishango »,
le bureau 0.30 de Mme Ch. Schepens, le bureau 0.31 de Mme L. Declercq au rez du bâtiment
Plaatsing van linoleum in bureau 1.01 achteraan de linkerkant van de gevel (toekomstig bureau van mevr. Ch. Schepens)
op verd. +1 van het gebouw 2009 682,88
Pose d'un lino dans le bureau 1.01 au bout du côté gauche sur façade (futur bureau de Mme Ch. Schepens) au niv. +1
du bâtiment
Geluidsisolatie 2 deuren met bovenlicht (bur. 0.25 van dhr. Xavier Dehan en bureau 0.26 « Assistant ») op het gelijkvloers
van het gebouw. 2009 1.072,65
Insonorisation 2 portes et leurs impostes (bur. 0.25 de M. Xavier Dehan et bureau 0.26 « Assistant ») au rez du bâtiment.
Heraanleg van de afvoer van de dampkap in de technische ruimten op iedere verdieping en installatie van een nieuwe
dampkap in het « Huis der Onderzoekers » en een extractiebox/ventilator op zolder 2009 23.958,71
Refaire les canalisations de la hotte dans les cages technique des divers niveaux et l’installation d’une nouvelle hotte
dans la cuisine « Maison des chercheurs » et une boîte d’extraction/ventilateur dans le grenier
Supplementen voor de grotere doorsnede van de sleuven en van de doormeter van de buizen + aanpassing van de dampkap,
ventilator en installatie van een brandblusser + veiligheidsluik in functie van de nieuwe keukenuitrusting van het
« Huis der Onderzoekers » op het gelijkvloers. 2009 2.979,03
Suppléments pour augmentation sections des gaines et diamètres des tuyaux + adaptation de la hotte, ventilateur et
l'installation d'extincteur + clapet de securité en fonction du nouvel équipage de la cuisine « Maison des chercheurs » au rez.
Supplementen ontstaan door de grotere doorsnede van de sleuven en van de doormeter van de buizen bij de installatie van
de nieuwe dampkap in de keuken van het « Huis der onderzoekers » 2009 1.538,20
Suppléments survenus pour l'augmentation des sections des gaines et diamètres des tuyaux relatifs à l’installation de
la nouvelle hotte de la cuisine « Maison des chercheurs »
Herstelling van het toegangshek tot het domein dmv. De vervanging van twee raderen, plaatsing van twee assen en
aanpassing van de twee deuren 2009 823,36
Réparation de la grille d’entrée du domaine par changement des deux roues, placement de deux axes et ajustage des
deux portes
Regularisering: Schilderwerken en supplementen gevraagd tijdens de werf : in het vroegere bureau van Mevr. Chantal
Schepens (lokaal 0.30), het bureau van Mevr. M. Tumer (lokaal 0.26), de centrale hal achteraan (lokaal 0.28), het bureau
van Mevr. Declercq (lokaal 0.31), het analysekantoor (lokaal 0.38) op het gelijkvloers. 2009 7.792,10
Régularisation: Travaux de peinture et suppléments demandés au cours du chantier: dans l’ancien bureau de Mme Chantal
Schepens (local 0.30), le bureau de Mme M. Tumer (local 0.26), le hall central arrière (local 0.28), le bureau de
Mme Declercq (local 0.31), le bureau analyse (local 0.38) au rez.
Vervanging van het zinkwerk in de dakgoot met het oog op de renovatie van het terras op de eerste verdieping 2009 6.293,88
Remplacement zingueries de la corniche dans le cadre de la rénovation de la terrasse au 1 er étage
Plaatsing van 23 natuurstenen drempels met het oog op de renovatie van het terras op de eerste verdieping 2009 6.566,49
Pose de 23 seuils en pierre bleue dans le cadre de la rénovation de la terrasse au 1 er étage
2009

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
57
Sleuf en 6 kijkputten voor elektrische bekabeling tussen een bestaande kijkput en de toekomstige bijenstal in het beton
van het vroegere tennisterrein van het domein 2009 4.805,88
Tranchée et 6 chambres de visite pour câblage électrique entre une chambre de visite existante et le futur rucher au béton
de l’ancien terrain de tennis du domaine
Verwezenlijking van een bijenstal op het vroegere tennisterrein van het gebouw 2009 34.251,99
La réalisation d’un rucher sur le vieux terrain de tennis du bâtiment
Verwezenlijking van een bijenstal op het vroegere tennisterrein van het gebouw 2009 33.467,85
La réalisation d’un rucher sur le vieux terrain de tennis du bâtiment
Verwezenlijking van een bijenstal op het vroegere tennisterrein van het gebouw 2009 47,84
La réalisation d’un rucher sur le vieux terrain de tennis du bâtiment
Herstel van het bestaande pad ter hoogte van het vroegere tennisterrein 2009 20.244,05
Revaloriser le sentier existant à hauteur de l'ancien terrain de tennis
Systematische schilderwerken aan raamkozijnen, kapvensters en daklijsten aan de voorgevel + portaal (toegangspoort) –
Fase 1 2009 12.329,74
La mise en peinture systématique des châssis de fenêtre, des lucarnes et des corniches de la façade avant + porche
(porte d'entrée) – Phase 1
Systematische schilderwerken aan raamkozijnen, kapvensters en daklijsten aan de voorgevel + portaal (toegangspoort) –
Fase 1 2009 11.580,11
La mise en peinture systématique des châssis de fenêtre, des lucarnes et des corniches de la façade avant + porche
(porte d'entrée) – Phase 1
Systematische schilderwerken aan raamkozijnen, kapvensters en daklijsten aan de voorgevel + portaal (toegangspoort) –
Fase 1 2009 4.455,28
La mise en peinture systématique des châssis de fenêtre, des lucarnes et des corniches de la façade avant + porche
(porte d'entrée) – Phase 1
Systematische schilderwerken aan raamkozijnen, kapvensters en daklijsten aan de gevel van de rechtervleugel + bijgebouw
(= onder andere toiletten) – Fase 2 2009 3.895,33
La mise en peinture systématique des châssis de fenêtre, des lucarnes et des corniches de la façade aile droite + annexe
(= entre autres toilettes) – Phase 2
Systematische schilderwerken aan raamkozijnen, kapvensters en daklijsten aan de gevel van de rechtervleugel + bijgebouw
(= onder andere toiletten) – Fase 2 2009 7.597,53
La mise en peinture systématique des châssis de fenêtre, des lucarnes et des corniches de la façade aile droite + annexe
(= entre autres toilettes) – Phase 2
Systematische schilderwerken aan raamkozijnen, kapvensters en daklijsten aan de gevel van de rechtervleugel + bijgebouw
(= onder andere toiletten) – Fase 2 2009 4.172,29
La mise en peinture systématique des châssis de fenêtre, des lucarnes et des corniches de la façade aile droite + annexe
(= entre autres toilettes) – Phase 2
Systematische schilderwerken aan raamkozijnen, kapvensters en daklijsten aan de gevel van de linkervleugel + bijgebouw
(= onder andere conciergewoning, bibliotheek) – Fase 3 2009 1.934,31
La mise en peinture systématique des châssis de fenêtre, des lucarnes et des corniches de la façade aile gauche + annexe
(= entre autres conciergerie, bibliothèque) – Phase 3
Systematische schilderwerken aan raamkozijnen, kapvensters en daklijsten aan de gevel van de linkervleugel + bijgebouw
(= onder andere conciergewoning, bibliotheek) – Fase 3 2009 5.523,54
La mise en peinture systématique des châssis de fenêtre, des lucarnes et des corniches de la façade aile gauche + annexe
(= entre autres conciergerie, bibliothèque) – Phase 3
Systematische schilderwerken aan raamkozijnen, kapvensters en daklijsten aan de gevel van de linkervleugel + bijgebouw
(= onder andere conciergewoning, bibliotheek) – Fase 3 2009 4.080,59
La mise en peinture systématique des châssis de fenêtre, des lucarnes et des corniches de la façade aile gauche + annexe
(= entre autres conciergerie, bibliothèque) – Phase 3
Systematische schilderwerken aan raamkozijnen, kapvensters en daklijsten aan de achtergevel – Fase 4 2009 19.493,32
La mise en peinture systématique des châssis de fenêtre, des lucarnes et des corniches de la façade arrière – Phase 4
Systematische schilderwerken aan raamkozijnen, kapvensters en daklijsten aan de achtergevel – Fase 4 2009 1.961,41
La mise en peinture systématique des châssis de fenêtre, des lucarnes et des corniches de la façade arrière – Phase 4
Regularisering : Aanpassing en afleiding van 2 ventilatiesleuven van het ene dakvenster naar het andere verderop op
dezelfde zolder omwille van de extractie van de nieuwe dampkap in de keuken op het gelijkvloers van het « Huis van de
Onderzoekers » 2009 5.243,81
Régularisation : Modification et déviation de 2 gaines de ventilation d'une lucarne à une autre lucarne plus loin au même
grenier, en fonction de l'extraction de la nouvelle hotte dans la cuisine au rez-de-chaussée « Maison des Chercheurs »

58
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Dringende herstelling, nieuw verlaagd plafond en schilderwerken plafond en muur achter de server RIB-IRISNET in
het lokaal –1.38 (server) op verdieping –1 2009 672,11
Réparation en urgence, nouveau faux-plafond et mise en peinture plafond et mur derrière le server RIB-IRISNET
dans le local –1.38 (server ) au niveau –1
Uitgraven van een compostgat voor de opslag van grasmaaisel en uithalen van een bestaand compostgat (achter het
siermassief van rhododendrons) 2009 1.958,31
Creusement d’un trou à compost pour le stockage des déchets de gazons et vidange d’un trou existant
(derrière le massif ornemental des rhododendrons)
Aanbrengen van een soepele aansluiting rond de badkuip van de badkamer in appartement nr. 3 op de 2 e verdieping 2009 121,16
Faire un joint souple autour de la baignoire de la salle de bains de l’appartement n° 3 au 2 e étage
Regularisering : Twee boringen doorheen de vloer van de zalen « Pasteur » en « Solvay », gelegen op de 2 e verdieping
in dienst van een stabiliteitsstudie 2009 2.353,14
Régularisation : Deux sondages à travers le plancher des salles « Pasteur » et « Solvay », situées au 2 e étage, en fonction
d’une étude de stabilité
Waterdichtheidswerken aan de trappen langs de hoofdgevel van het gebouw (linkertrap) 2010 45.941,97
Travaux d'étanchéité des escaliers en façade principale du bâtiment (escalier gauche)
Waterdichtheidswerken aan de trappen langs de hoofdgevel van het gebouw (linkertrap) 2010 20.980,15
Travaux d'étanchéité des escaliers en façade principale du bâtiment (escalier gauche)
Waterdichtheidswerken aan de trappen langs de hoofdgevel van het gebouw (linkertrap) 2010 2.364,65
Travaux d'étanchéité des escaliers en façade principale du bâtiment (escalier gauche)
Waterdichtheidswerken aan de trappen langs de hoofdgevel van het gebouw (linkertrap) : 1/2 vertinning van de waterafvoer
en stuttung + 1/2 blindering) 2010 3.105,34
Travaux d'étanchéité des escaliers en façade principale du bâtiment (escalier gauche): voir 1/2 étainement réseau
d'égouttage et soutènement + 1/2 blindage)
Vervanging van de klinkers door nieuwe identieke natuurstenen in de context van de waterdichtheidswerken aan
de linkertrap van de voorgevel 2010 4.756,52
Remplacement des pavés récupérés par des nouveaux en pierre naturelle à l’identique dans le cadre de la finition des
travaux d’étanchéité de l’escalier gauche sur la façade avant du bâtiment
Waterdichtheidswerken aan de trappen langs de hoofdgevel van het gebouw (rechtertrap) 2010 13.041,77
Travaux d'étanchéité des escaliers en façade principale du bâtiment (escalier droit)
Waterdichtheidswerken aan de trappen langs de hoofdgevel van het gebouw (rechtertrap) 2010 41.025,47
Travaux d'étanchéité des escaliers en façade principale du bâtiment (escalier droit)
Waterdichtheidswerken aan de trappen langs de hoofdgevel van het gebouw (rechtertrap) 2010 9.617,46
Travaux d'étanchéité des escaliers en façade principale du bâtiment (escalier droit)
Waterdichtheidswerken aan de trappen langs de hoofdgevel van het gebouw (rechtertrap) 2010 2.342,94
Travaux d'étanchéité des escaliers en façade principale du bâtiment (escalier droit)
Waterdichtheidswerken aan de trappen langs de hoofdgevel van het gebouw (linkertrap); 1/2 vertinning van de waterafvoer
en stuttung + 1/2 blindering) 2010 3.105,34
Travaux d'étanchéité des escaliers en façade principale du bâtiment (escalier gauche); voir 1/2 étainement réseau
d'égouttage et soutènement + 1/2 blindage)
Reiniging van alle dakgoten rond het gebouw 2010 3.779,21
Nettoyage de la totalité des corniches autour du bâtiment
Afbraak van de metalen hut en van het beton tussen de beboste helling en de wegen aan de rechterkant van het hoofdgebouw
en ter hoogte van de gascabine 2010 1.183,14
Démolition du chalet métallique et du béton entre le talus verger et les voiries côté droite du bâtiment principal et à hauteur
de la cabine au gaz
Schilderwerken gevraagd voor het centrale onthaal en de salons (localen 0.34/0.35/0.36/0.47/0.48/0.49/0.50) + schilderwerken
aan de twee wanden met inbouwkasten in de zaal « Prigogine » (lokaal 0.27) en de zaal « Lemaître » (0.29) 2010 12.686,41
Travaux de peinture demandés à faire dans l'accueil central et salons (locaux 0.34/0.35/0.36/0.47/0.48/0.49/0.50) + la mise
en peinture des deux parois avec armoires encastrées de la salle « Prigogine » (local 0.27) et de la salle « Lemaître » (0.29)
2010

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
59
Regularisering : gevraagde schilderwerken en supplementen (« communicatie » lokaal 0.37, « sensibilisering »
lokaal 0.33, « Europa » lokaal 0.32, het bureau van dhr. Kestemont lokaal 0.31, deur lokaal 0.25 en deur lokaal 0.26,
het plafond badkamers appartement 1 op verdieping –1 lokaal 1.26, rond venster op zolder, retouche plafond gang IWOIB) 2010 3.389,67
Régularisation : travaux de peinture et suppléments demandés (« communication » local 0.37, « sensibilisation » local 0.33,
« Europe » local 0.32, le bureau de « M. Kestemont » local 0.31, porte local 0.25 et porte local 0.26, le plafond salle de
bains appart, 1 au niveau –1 local 1.26, l’œil-de-bœuf au grenier, retouche plafond couloir IRSIB)
Regularisering : gevraagde schilderwerken en supplementen (« communicatie » lokaal 0.37, « sensibilisering »
lokaal 0.33, « Europa » lokaal 0.32, het bureau van dhr. Kestemont lokaal 0.31, deur lokaal 0.25 en deur lokaal 0.26,
het plafond badkamers appartement 1 op verdieping –1 lokaal 1.26, rond venster op zolder, retouche plafond gang IWOIB) 2010 2.067,77
Régularisation : travaux de peinture et suppléments demandés (« communication » local 0.37, « sensibilisation » local 0.33,
« Europe » local 0.32, le bureau de « M. Kestemont » local 0.31, porte local 0.25 et porte local 0.26, le plafond salle de
bains appart, 1 au niveau –1 local 1.26, l’œil-de-bœuf au grenier, retouche plafond couloir IRSIB)
Regularisering : gevraagde schilderwerken en supplementen (« communicatie » lokaal 0.37, « sensibilisering »
lokaal 0.33, « Europa » lokaal 0.32, het bureau van dhr. Kestemont lokaal 0.31, deur lokaal 0.25 en deur lokaal 0.26,
het plafond badkamers appartement 1 op verdieping –1 lokaal 1.26, rond venster op zolder, retouche plafond gang IWOIB) 2010 554,86
Régularisation : travaux de peinture et suppléments demandés (« communication » local 0.37, « sensibilisation » local 0.33,
« Europe » local 0.32, le bureau de « M. Kestemont » local 0.31, porte local 0.25 et porte local 0.26, le plafond salle de
bains appart, 1 au niveau –1 local 1.26, l’œil-de-bœuf au grenier, retouche plafond couloir IRSIB)
Gevraagde aanpassingswerken aan het onderzoekersrestaurant : verplaatsing van de kasten in de vestiaire (lokaal 0.16)
van het gelijkvloers, bekleding van de muur met aluminium en plaatsing van drie consoles voor de toekomstige bar 2010 6.259,86
Travaux de modification demandés à faire dans le restaurant « chercheurs » : déplacement des armoires du vestiaire
(local 0.16) du rez-de-chaussée, habillage en tôles alu du mur et la pose de trois consoles pour le futur bar
2010 375,06
Gevraagde aanpassingswerken aan het onderzoekersrestaurant in de linkervleugel van het gelijkvloers : de vestiaire,
het bureau van Mevr. Casalini, de centrale eetzaal met twee overlopen, het bureau op de overloop van Dhr. Fichefet,
het sas naar de beide achterzalen, het voorraadlokaal en het vaatwaslokaal, de beide zalen achteraan 2010 16.849,31
Travaux de peinture demandés à faire dans le restaurant « chercheurs » aile gauche du rez-de-chaussée : le vestiaire,
le bureau de Mme Casalini, le réfectoire central avec deux paliers, le bureau au palier de M. Fichefet, le sas vers
les deux salles arrière, les locaux « réserve » et « lave-vaisselle », les deux salles du fond
Uitvoering van dakisolatie + OSB + zoldervloer (rechtervleugel) 2010 34.215,97
La réalisation d'une isolation de toiture + OSB + plancher dans le grenier (aile droite)
Uitvoering van dakisolatie + OSB + zoldervloer (rechtervleugel) 2010 14.536,93
La réalisation d'une isolation de toiture + OSB + plancher dans le grenier (aile droite)
Uitvoering van dakisolatie + OSB + zoldervloer (rechtervleugel) 2010 3.099,34
La réalisation d'une isolation de toiture + OSB + plancher dans le grenier (aile droite)
Regularisering : gepresteerde overuren voor speciale uitsparingen bij de uitvoering van dakisolatie + OSB + zoldervloer
(rechtervleugel) 2010 14.785,30
Régularisation : des heures prestées en extra suite aux découpes spéciales lors de la réalisation d'une isolation de toiture
+ OSB + plancher dans le grenier (aile droite)
Uitvoering van dakisolatie + OSB + zoldervloer (centraal) 2010 8.162,55
La réalisation d'une isolation de toiture + OSB + plancher dans le grenier (central)
Uitvoering van dakisolatie + OSB + zoldervloer (centraal) 2010 6.080,30
La réalisation d'une isolation de toiture + OSB + plancher dans le grenier (central)
Regularisering : gepresteerde overuren voor speciale uitsparingen bij de uitvoering van dakisolatie + OSB + zoldervloer
(centrale zolder) 2010 8.277,51
Régularisation : des heures prestées en extra suite aux découpes spéciales lors de la réalisation d'une isolation de toiture
+ OSB + plancher dans le grenier (grenier central)
2010 216,61
Uitvoering van dakisolatie + OSB + zoldervloer (linkervleugel) 2010 45.168,30
La réalisation d'une isolation de toiture + OSB + plancher dans le grenier (aile gauche)
Regularisering : gepresteerde overuren voor speciale uitsparingen bij de uitvoering van dakisolatie + OSB + zoldervloer
(linkervleugel) 2010 20.292,84
Régularisation : des heures prestées en extra suite aux découpes spéciales lors de la réalisation d'une isolation de toiture
+ OSB + plancher dans le grenier (aile gauche)

60
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Herstelling van gaten in de vroegere vestiaire in de hal (lokaal 0.16) van het onderzoekersrestaurant (= regularisering) en
plaatsing van een luikgrendel in het omhulsel van de dampkap en 2 m² plint (lokaal 05.11) 2010 418,72
Reparation des trous de l'ancien vestiaire dans le hall (local 0.16) du restaurant « Chercheurs » (= régularisation) et
pose d'une trapillon dans le caisson de la hotte et 2 m² de plinthes (local 05.11)
Aanpassing van de onthaaldesk op het gelijkvloers, bevestiging van latjes voor 6 schuifdeuren en afregeling van de
deur naar de vergaderzaal op de eerste verdieping van de rechtervleugel « IWOIB » 2010 3.051,84
Adaptation du comptoir de « l’accueil » au rez, fixation lattes de suspension de 6 portes coulissantes et réglage de
la porte de salle de réunion au 1 er étage aile droite « IRSIB »
Regularisering : gespresteerde uren voor diverse interventies (cfr. diverse schilderwerken binnen en buiten) op vraag
van de administratie 2010 3.195,82
Régularisation : des heures prestées relatives aux diverses interventions (cf. divers travaux de peinture extérieures et
intérieures) suite à la demande de l'Administration
Regularisering : systematische schilderwerken aan alle rooster-, plaat- en traliewerk van de vier gevels, alsook de aan
de leuningen van de 3 trappen, aan de 14 bliksemafleiders, de 3 ventilatiegewelven, de 6 kleine ventilatieschouwen in het dak,
de hechtingen en de dolfijnen van de 6 waterafvoerpijpen, de 2 branddozen en de ankers aan de buitenzijde van het gebouw. 2010 7.387,64
Régularisation : la mise en peinture systématique de tous les treillis, plaquettes et grilles des quatre façades ainsi que
les rampes des 3 escaliers, des 14 paratonnerres, les 3 chapelles de ventilation, des 6 petites cheminées de ventilation en
toiture, des attaches et dauphins des 6 descentes d’eau, des 2 boîtiers incendie et des ancres à l’extérieure du bâtiment.
Vervanging van het wegdek van de inrijlaan en aanpassingen aan het toegangshek van het domein aks gevolg van de
aanlegwerken van mozaïekklinkers en de trapeziumvorminge vervorming van de zware gietijzeren hekken 2010 1.291,68
Le remplacement du chemin de roulement et adaptations à la grille d'entrée du domaine suite aux travaux d'aménagement
en pavés mosaïque et la déformation trapézoïdale des grilles lourdes en fer forgé
Regularisering : dringende interventie voor een lek in het dak met doorsijpeling doorheen het plafond naar een slaapkamer
(lolaal 2.71) op de tweede verdieping van het gebouw 2010 89,04
Régularisation : intervention urgente pour une fuite en toiture avec ruissellement à travers le plafond d'une chambre
à coucher (local 2.71) au 2 e étage du bâtiment
Regularisering van het zandstralen en coaten van de witte natuurstaan van de bloembak (vroegere fontein beschadigd
door de vorst) ter hoogte van de inrijlaan naar het domein. 2010 3.527,15
Régularisation du ravalement et protection des pierres blanches du bac de fleurs (ancienne fontaine attaquée par le gel)
à hauteur de l’allée du domaine
Bijkomende aanpassingen om de goede werking van het toegangshek tot het domein te herstellen (cfr. aanlegwerken van
mozaïekklinkers) 2010 1.836,78
Adaptations supplémentaires relatives à la mise en bon état de fonctionnement de la grille d'entrée du domaine
(voir les travaux d'aménagement en pavés mosaïque)
Twee toegangshellingen naar het terras van het gelijkvloers (toegang centrale dubbele deur en deur onderzoekersrestaurant) 2010 1.164,38
Deux rampes d'accès sur la terrasse du rez-de-chaussée (entrée double porte centrale et porte réfectoire « Chercheurs »)
Systematische schilderwerken aan de muren vóór de ondergrondse noodtoegangen en de garage (+ plafond) en ter hoogte
van de 3 buitentrappen en aan alle rioolplaten, alle straatkolken, de gascabine, een elektriciteitskast en het toegangshek
tot het domein 2010 15.045,60
La mise en peinture systématique des murs devant les entrées de secours sous-sol et le garage (+ plafond) et à hauteur des
3 escaliers extérieurs du bâtiment et de toutes les plaques d'égout, de tous les avaloirs, de la cabine de gaz, d’une armoire
électrique et de la grille d’entrée du domaine
Regulariseringen : bevestiging van vertikale latten ter versteviging van het glijmechanisme van de 6 glazen schuifduren
en regeling van de deur van de vergaderruimte op de eerste verdieping van de rechtervleugel « IWOIB » 2010 578,99
Régularisations : fixation de lattes verticales pour le renforcement des maintiens des guides de 6 portes en verre coulissantes
et le réglage de la porte de salle de réunion au 1 er étage aile droite « IRSIB »
2010 489,75
Regularieringen : vervanging van het werkblad van het onthaal aan de receptie (lokaal nr. 0.49) op het gelijkvloers 2010 907,74
Régularisations : remplacement du plan de travail de l’accueil à la réception (local n° 0.49) au rez-de-chaussée
Uitvoering van een toegangshelling tot de zaal « Solvay » en twee toegangshellingen tot de zaal « Pasteur »
(om de beide zalen toegankelijk te maken voor gehandicapte bezoekers) op de tweede verdieping van het gebouw 2010 1.530,65
La réalisation d’une rampe d'accès à l’entrée de la salle « Solvay » et de deux rampes d’accès à l’entrée de la salle
« Pasteur » (pour rendre les deux salles accessibles aux visiteurs handicapés) au 2 e étage du bâtiment
Regulariering : aanbrengen van een egaline op de plaats van de vroegere deurmat met het oog op de toekomstige
« logomat RIB » aan de ingang op het gelijkvloers van het gebouw 2010 474,76
Régularisation : la réalisation d'une égaline à l'endroit de l'ancien paillasson pour le futur « logomat RIB » au rez à l'entrée
du bâtiment

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
61
Twee boringen op de achterkoer van het gebouw voor een voorontwerp en een aanvraag voor een stedenbouwkundige
vergunning met het oog op de renovatie van dit deel (via BETC) 2010 182,87
Deux sondages à la cour arrière du bâtiment en fonction d’un avant-projet et d’une demande de permis d’urbanisme
pour la rénovation de celle-ci (via BETC)
Twee boringen op de achterkoer van het gebouw voor een voorontwerp en een aanvraag voor een stedenbouwkundige
vergunning met het oog op de renovatie van dit deel (via BETC) 2010 280,67
Deux sondages à la cour arrière du bâtiment en fonction d’un avant-projet et d’une demande de permis d’urbanisme
pour la rénovation de celle-ci (via BETC)
Aanbrengen van een soepele voeg rond alle baden en douches in de badkamers van de 4 appartementen en
van de conciërgewoning op de verdieping +2 en van de 4 appartementen op de verdieping –1 van het gebouw 2010 887,86
Faire un joint souple autour de toutes les baignoires et douches des salles de bains de 4 appartements et
de la conciergerie au niveau +2 et de 4 appartements au niveau –1 du bâtiment
Regularisering : herstelling van een schakelaar in de badkamer (lokaal –1.22) van het apartement nr. 3 op verdieping –1
(linkervleugel) van het gebouw 2010 155,85
Régularisation : dépannage d'un interrupteur dans la salle de bains (local –1.22) de l'appartement n° 3 au niveau –1
(aile gauche) du bâtiment
Regularisering : schilderwerken aan het sas naar de parking op verdieping –1 2010 833,19
Régularisation : la mise en peinture du sas vers le parking au niveau –1
Levering en plaatsing van de klimaatregeling 2010 10.644,37
Livraison et placement climatisation
Inrichting van de vroegere toegang en van het trottoir 2010 71.039,12
Aménagement ancienne entrée et trottoir
Minister belast met Financiën,
Begroting, Openbaar Ambt en
Externe Betrekkingen
Vraag nr. 125 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 16 september
2011 (Fr.) :
Financiering van de Brusselse schuld.
Op 22 augustus 2011 heeft het federale Schuldagentschap
2,5 miljard EUR aan obligaties binnengehaald.
De rente op 10 jaar bedraagt 3,88 % tegenover 4,27 % bij de
vorige emissie. Voor een geleend bedrag van 835 miljoen EUR
zou de federale regering tien jaar lang ongeveer 3,25 miljoen EUR
per jaar besparen.
Heeft het Brussels Gewest eveneens geprofiteerd van de verbetering
van de financieringsvoorwaarden die de afgelopen 2 weken
dankzij de interventie van de ECB tot stand kwam ?
Kan de minister de kenmerken (bedrag, looptijd, rente …)
meedelen van de leningen die in 2008, 2009 en 2010 werden
aangegaan ?
Antwoord : Als bijlage (*) vindt u de tabellen met betrekking
tot alle afgesloten leningen in 2009, 2010 en 2011 met hun kenmerken
(looptijd, rentevoet, IRS-marge, bedrag).
(*) (De tabellen zullen niet gepubliceerd worden, maar blijven ter
beschikking voor raadpleging op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
Ministre chargé des Finances,
du Budget, de la Fonction publique et
des Relations extérieures
Question n° 125 de M. Emmanuel De Bock du 16 septembre
2011 (Fr.) :
Le financement de la dette bruxelloise.
L'agence fédérale de la dette a levé pour 2,5 milliards EUR
d'obligations ce lundi 22 août 2011.
Le taux de l'émission à 10 ans a atteint 3,88 % contre 4,27 %
lors de la précédente émission. Pour 835 millions EUR empruntés,
le gouvernement fédéral économiserait environ 3,25 millions EUR
par an pendant 10 ans.
Je souhaiterais savoir si la Région bruxelloise a également
profité de l’amélioration des conditions de financement ces 2 dernières
semaines grâce à l’intervention de la BCE.
Le ministre peut-il transmettre les caractéristiques des emprunts
effectués en 2008, 2009 et 2010 (montant, durée, taux, …) ?
Réponse : Vous trouverez ci-joint (*) les tableaux relatifs à tous
les emprunts contractés en 2009, 2010 et 2011 avec leurs caractéristiques
(durée, taux, marge sur IRS, montant).
(*) (Les tableaux ne seront pas publiés mais resteront disponibles
pour consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)

62
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Samengevat heeft het Gewest consolidaties uitgevoerd ten
bedrage van 969,25 miljoen EUR in 2009 voor een gemiddelde
looptijd van 10 jaar met een gemiddelde kredietmarge op een
gemiddeld IRS van 92,5 basispunten; in 2010, 450 miljoen EUR
consolidaties voor een gemiddelde looptijd van 13,9 jaar en een
gemiddelde kredietmarge op een gemiddeld IRS van 48,5 basispunten;
in 2011, voor 595 miljoen EUR consolidaties voor een
gemiddelde looptijd van 8,2 jaar en een gemiddelde kredietmarge
van 91,9 basispunten.
De gemiddelde kost van de schuld 2009 bedroeg 3,32 %; de
gemiddelde kost 2010 was 3,55 % en de gemiddelde kost 2011
zal 3,43 % bedragen. Het resultaat voor 2011 is opvallend gelet op
de erg lange (8 jaar) looptijd van de portefeuille. De looptijd van
de portefeuille voor de federale schuld is 4,5 jaar. De gemiddelde
kredietmarge op de rechtstreekse schuld zal in 2011 58 basispunten
bedragen; de kredietmarge buiten beschouwing latend zal de
gemiddelde kost voor 2011 dus : 3,43 % min 58 basispunten, hetzij
2,85 % bedragen. De huidige IRS die overeenstemt met dezelfde
looptijd is vandaag 2,75 % Dit betkent dat het Gewest voor wat
zijn kost van de schuld betreft en de kredietmarge buiten beschouwing
latend, slechts 10 basispunten hoger zit dan de marktrente,
terwijl de rentecurve op haar laagst staat sinds 50 jaar.
De leningen afgesloten tegen een vaste rentevoet tussen juni
2011 en september 2011 bevinden zich op niveaus die zich situeren
tussen 3,84 % en 4,50 %, kredietmarge inbegrepen. De rente
van 4,50 % is hoger dan die voor het Federale niveau omdat deze
lening een looptijd heeft van 23 jaar; het verschil tussen de vaste
rentevoet op 10 jaar IRS en de vaste rentevoet op 23 jaar IRS
bedroeg in augustus 2011 49 basispunten.
Er dient tevens op gewezen dat het gemiddeld verschil op de
consolidaties 2011 tussen de OLO’s en onze financieringsrentes
slechts 7,3 basispunten bedraagt, terwijl de federale Staat een
betere rating geniet (AA+ voor het federale, AA voor het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest) en dat de federale Staat bovendien via de
OLO’s gebruik maakt van een secundaire markt, wat de liquiditeit
verhoogt.
En résumé, la Région a effectué des consolidations pour
969,25 millions EUR en 2009 pour une durée moyenne des
emprunts de 10 ans avec une marge moyenne de crédit sur IRS
moyenne de 92,5 points de base; pour 2010, 450 millions de
consolidations pour une durée moyenne de 13,9 ans et une marge
moyenne de crédit sur IRS de 48,5 points de base; pour 2011,
595 millions EUR de consolidations pour une durée moyenne de
8,2 ans et une marge moyenne de crédit de 91,9 points de base.
Le coût moyen de la dette 2009 a été de 3,32 %; le coût moyen
2010 a été de 3,55 % et le coût moyen 2011 sera de 3,43 %. Ce
résultat 2011 est remarquable au regard de la duration (8 ans)
extrêmement longue du portefeuille. La duration du portefeuille de
la dette du Fédéral est de l’ordre de 4,5 ans. La marge moyenne de
crédit en 2011 sur la dette directe sera de 58 points de base; hors
marge de crédit, le coût moyen 2011 sera donc de 3,43 % moins
58 points de base soit 2,85 %. L’IRS actuel correspondant à la
même duration est aujourd’hui à 2,75 %. La Région au niveau du
coût de la dette hors marge de crédit est donc seulement 10 points
de base plus haut que le taux du marché alors que la courbe des
taux est au plus bas depuis 50 ans.
Les emprunts conclus à taux fixe entre juin 2011 et septembre
2011 se situent à des nivaux compris entre 3,84 % et 4,50 %,
marge de crédit incluse. Le taux de 4,50 % est plus haut que celui
du Fédéral sur 10 ans, car cet emprunt a une durée de 23 ans; le
différentiel entre le taux fixe 10 ans IRS et le taux fixe 23 ans IRS
était en août 2011 de l’ordre de 49 points de base.
Il faut aussi signaler que le différentiel moyen sur les consolidations
2011 entre les OLO et nos taux de financements est seulement
de 7,3 points de base alors que l’État fédéral a un meilleur
rating que nous (AA+ pour le Fédéral et AA pour la Région de
Bruxelles-Capitale) et alors que le Fédéral via les OLO a un marché
secondaire qui augmente la liquidité.
Vraag nr. 137 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kosten voor de publicaties verschenen in 2011.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor
de ION's en voor andere organen waarop u toezicht uitoefent, het
aantal en de totale kosten (redactie, uitgave, drukkosten …) voor
de publicaties (studies, jaarverslagen, prospectussen, folders …)
die zijn verschenen of die nog zullen verschijnen in 2011 (in
deze tijd van het jaar, zijn de beslissingen voor publicaties die in
december al genomen en al begroot).
Voor elke publicatie, had ik graag beknopte informatie over de
inhoud, het volume, de oplage, de verspreiding en de kosten voor
die verspreiding.
Aanvullend antwoord : In aanvulling op mijn voorlopig
ant woord op de schriftelijke vraag nr. 137 van het geachte
Question n° 137 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des publications éditées en 2011.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou autres
institutions sur lesquels vous exercez une tutelle, je souhaite
connaître le nombre et le coût total (rédaction, édition, impression
…) des publications produites (étude, rapport annuel, prospectus,
folder …) ou à produire encore en 2011 (à ce stade de
l'année, les décisions relatives à des publications qui sortiraient de
presse en décembre sont déjà prises et budgétisées).
Pour chaque publication, je souhaite disposer d’un bref descriptif
détaillant le contenu de la publication, son volume, le nombre
d’exemplaires produits, son public-cible, sa diffusion ainsi que
les coûts liés à cette diffusion.
Réponse complémentaire : En complément à ma réponse
pro vis oire à la question écrite n° 137 de l'honorable député, je

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
63
Parlementslid, kan ik volgende elementen met betrekking tot de
Externe Betrekkingen meedelen :
The Brussels Globe (4 nummers)
Inhoud : Belangrijkste initiatieven van de Directie Externe
Betrekkingen
Aantal exemplaren : 1.500
Aantal bladzijden : 4
Doelgroep : Institutioneel publiek (regios en partnersteden, regionale
kantoren, Europese Unie, enz.)
Verspreiding : Verzending per post, regionale portaalsite, intranet
Ministerie Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Kosten (gekoppeld aan die verspreiding) : (4.868,80 EUR x 4) =
19.475,20 EUR
Folder Xiè Xiè Shanghai
Inhoud : Bekendmaking van de tentoonstelling Xiè Xiè Shanghai
Aantal exemplaren : 4.000
Aantal bladzijden : 2
Doelgroep : B2B, scholen en universiteiten, Chinese gemeenschap,
EU, breed Brussels publiek
Verspreiding : Salon ondernemen.be, partners van het Gewest
Kosten (gekoppeld aan die verspreiding) : 1.259,80 EUR
Brochure Xiè Xiè Shanghai
Inhoud : Gedetailleerde aankondiging van de tentoonstelling Xiè
Xiè Shanghai
Aantal exemplaren : 11.000
Aantal bladzijden : 12
Doelgroep : B2B, scholen en universiteiten, Chinese gemeenschap,
EU, breed Brussels publiek
Verspreiding : Salon ondernemen.be, partners van het Gewest
Kosten (gekoppeld aan die verspreiding) : 3.832,30 EUR
Folder Building Brasilia
Inhoud : Aankondiging van de tentoonstelling Building Brasilia
Aantal exemplaren : 7.500
Aantal bladzijden : 1
Doelgroep : Publiek Europalia, architecten, breed Brussels
publiek
Verspreiding : Verdeling ministerie Brussels Hoofdstedelijk
Gewest, ter beschikking stelling BIP en verschillende plaatsen
van Europalia
Kosten (gekoppeld aan die verspreiding) : 472,00 EUR
peux vous transmettre les éléments suivant en ce qui concerne les
Relations extérieures:
The Brussels Globe (4 numéros)
Contenu : Actualité marquante de la Direction des Relations
extérieures
Nombre d'exemplaires : 1.500
Nombre de pages : 4
Public cible : Public institutionnel (régions et villes partenaires,
bureaux régionaux, Union européenne, etc.)
Diffusion : Envois postaux, site portail régional, intranet Ministère
Région Bruxelles-Capitale
Coûts (liés à cette diffusion) : (4.868,80 EUR x 4) =
19.475,20 EUR
Feuillet Xiè Xiè Shanghai
Contenu : Annonce de l'exposition Xiè Xiè Shanghai
Nombre d'exemplaires : 4.000
Nombre de pages : 2
Public cible : B2B, écoles et universités, communauté chinoise,
UE, grand public bruxellois
Diffusion : Salon entreprendre.be, partenaires de la Région
Coûts (liés à cette diffusion) : 1.259,80 EUR
Brochure Xiè Xiè Shanghai
Contenu : Annonce descriptive détaillée de l'exposition Xiè Xiè
Shanghai
Nombre d'exemplaires : 11.000
Nombre de pages : 12
Public cible : B2B, écoles et universités, communauté chinoise,
UE, grand public bruxellois
Diffusion : Salon entreprendre.be, partenaires de la Région
Coûts (liés à cette diffusion) : 3.832,30 EUR
Feuillet Building Brasilia
Contenu : Annonce de l'exposition Building Brasilia
Nombre d'exemplaires : 7.500
Nombre de pages : 1
Public cible : Public d'Europalia, architectes, grand public bruxellois
Diffusion : Distribution Ministère Région Bruxelles-Capitale,
mise à disposition BIP et différents lieux d'Europalia
Coûts (liés à cette diffusion) : 472,00 EUR
Vraag nr. 146 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 19 januari
2012 (Fr.) :
Geraamde bedrag van 10 miljoen EUR boetes voor niet naleven
van het vliegen boven Brussel.
Ik zou graag vernemen of het Gewest het geraamd bedrag van
10 miljoen EUR boetes wegens het niet naleven van het vliegen
boven Brussel heeft ingevorderd. Kan u me zeggen hoever het
staat met de procedure voor het invorderen van dat geld ?
Question n° 146 de Mme Françoise Schepmans du 19 janvier
2012 (Fr.) :
Le budget de 10 millions EUR d'amendes estimé pour le nonrespect
du survol de Bruxelles.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais savoir si
la Région a procédé à la récupération du montant de 10 millions
EUR d'amendes estimé pour le non-respect du survol de Bruxelles.
Pourriez-vous me dire où en est la procédure de récupération de
ces fonds ?

64
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Antwoord : In antwoord op haar vraag, kan ik de geachte
volksvertegenwoordiger de volgende gegevens meedelen.
Na overleg tussen het kabinet van de minister bevoegd voor
Leefmilieu en mijn eigen kabinet, heeft Brussel Leefmilieu een
eerste pakket van 24 dossiers geselecteerd en overgemaakt aan het
Bestuur Gewestelijke Fiscaliteit, bevoegd om dwangbevelen uit te
vaardigen. Hierbij werd voorgesteld om voor dit eerste pakket, dat
een bedrag van 1,6 miljoen EUR onbetaalde boetes vertegenwoordigt,
de dwangbevelprocedure op te starten.
De nodige dwangbevelen hiertoe werden alvast voorbereid
door mijn diensten en zijn zo goed als verzendensklaar.
Een nota dienaangaande aan de Brusselse hoofdstedelijke
regering is in voorbereiding. Zodra de regering ermee zal hebben
ingestemd, wordt de procedure tot gedwongen inning aangevat.
Réponse : En réponse à sa question, je peux communiquer à
l’honorable membre les éléments suivants.
Après une concertation entre le cabinet de la ministre de l’Environnement
et mon cabinet, Bruxelles Environnement a sélectionné
et communiqué à l'administration de la Fiscalité régionale,
compétente pour décerner les contraintes en la matière, un premier
paquet de 24 dossiers, représentant un total de 1,6 million EUR
d'amendes impayées, pour lesquels il a été proposé de démarrer
une procédure de recouvrement.
Les contraintes nécessaires ont d’ores et déjà été préparées par
mes services et sont prêtes à être activées.
Une note au gouvernement bruxellois à cet effet est en préparation.
Dès que le gouvernement aura donné son aval, la procédure
de recouvrement sera entamée.
Minister belast met Leefmilieu,
Energie en Waterbeleid,
Stadsvernieuwing,
Brandbestrijding en
Dringende Medische Hulp en Huisvesting
Vraag nr. 384 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 16 december
2011 (Fr.) :
Samenstelling van uw delegatie naar de internationale klimaatconferentie
in Durban.
Graag de volledige lijst van de deelnemers die u vergezeld
hebben naar de internationale klimaatconferentie in Durban. Kan
u die gegevens preciseren volgens aantal leden van uw kabinet met
hun respectieve functies, de leden van uw administratie, de vertegenwoordigers
van de NGO's en de sociale partners ? Hoeveel is
in totaal uitgegeven voor de verplaatsing van die delegatie naar
Zuid-Afrika ? Hoeveel is betaald door uw kabinet en hoeveel door
de bevoegde administratie(s) ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
De geaccrediteerde leden van de Belgische delegatie voor de
conferentie van de Verenigde Naties over klimaatverandering in
Durban waren :
Heads of delegation : Minister Evelyne HUYTEBROECK / Peter
WITTOECK
Kabinet Magnette : Minister Paul MAGNETTE (of vervanger),
Philippe DETHEUX, Tineke SONCK
Kabinet Henry : Minister Philippe HENRY, Dominique PERRIN,
Pierre CASTELAIN
Ministre chargée de l'Environnement,
de l'Énergie et de la Politique de l'Eau,
de la Rénovation urbaine,
de la Lutte contre l'Incendie et
l'Aide médicale urgente et du Loge ment
Question n° 384 de Mme Françoise Schepmans du 16 décembre
2011 (Fr.) :
La composition de votre délégation à la conférence internationale
sur le climat à Durban.
Afin de pouvoir compléter mon information, je souhaiterais
prendre connaissance de la liste complète de la délégation qui
vous a accompagnée lors de la conférence internationale sur le
climat à Durban. Pourriez-vous préciser ces données en incluant
notamment le nombre de membres de votre cabinet ainsi que
leurs fonctions respectives, les membres de l’administration, les
représentants des ONG ou encore des partenaires sociaux ? Je souhaiterais
également obtenir le coût total qui a été déboursé pour le
déplacement de cette délégation en Afrique du Sud, pourriez-vous
ventiler les données en spécifiant les montants pris en charge par
votre cabinet ainsi que ceux qui l’ont été par la ou les administrations
compétentes ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Les membres accrédités de la délégation belge à la Conférence
des Nations unies sur les changements climatiques de Durban sont
les suivants :
Heads of delegation : Ministre Evelyne HUYTEBROECK / Peter
WITTOECK
Cabinet Magnette : Ministre Paul MAGNETTE (ou remplaçant),
Philippe DETHEUX, Tineke SONCK
Cabinet Henry : Ministre Philippe HENRY, Dominique PERRIN,
Pierre CASTELAIN

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
65
Kabinet Schauvliege : Minister Joke SCHAUVLIEGE, Katrien
PARTYKA, Diane VERSTRAETEN
Kabinet Huytebroeck : Mikaël ANGÉ, Pascal DEVOS
Kabinet Demotte : Lara KOTLAR
Ambassade Zuid-Afrika : Johan MARICOU (ambassadeur)
Ambassade Pretoria : Tim VAN ANDERLECHT (attaché)
Consul : Raymond NAZAR
Buitenlandse Zaken : Ulrik LENAERTS, Jozef BUYS, Davy
ADAM
Federaal Parlement : Eric JADOT, Kristof CALVO, Willem-
Frederik SCHILTZ
Vlaams Gewest : David MAENAUT
FOD Leefmilieu : Etienne HANNON, Nathalie BOUCQUEY,
Geert FREMOUT, Yannick GHELEN, Olivier KASSI, Benjamin
DENIS, Sarah KUEN, Samuel BUYS, Sophie CLOSSON,
Kelly HERTENWEG
FOD Financiën : Abdélilah TOUIJAR
FOD Mobiliteit : Walter MILLE
FRDO : Marc DEPOORTERE
BELSPO : Martine VANDERSTRAETEN
VITO : Dieter CUYPERS, Tom DAUWE, Karla SCHOETERS
LNE : Vicky NOENS, Pieter LOGGHE, Ruth DECLERCK, Griet
VERBEKE
AWAC : Stéphane NICOLAS, André GUNS, Fanny MERTZ,
Marc PALLEMAERTS
Leefmilieu Brussel : Julien GUILLAUME
IPCC : Jean-Pascal van YPERSELE
Stakeholders
Vice-voorzitster FRDO : Anne PANNEELS
VBO : Anne DEFOURNY, Isabelle CALLENS
FGTB : Daniel VAN DAELE, Sébastien STORME
ACV : Bert DE WEL
CES : Judith KIRTON-DARLING
WWF : Jan VANDERMOSTEN, Jason ANDERSON
ETOPIA : Jean-Michel JAVAUX, Julien VANDEBURIE
IEW : Cécile DE SCHOUTHEETE
BBL : Mathias BIENSTMAN
Greenpeace : An LAMBRECHTS
OXFAM : Brigitte GLOIRE, Saar VAN HAUWERMEIREN
11.11.11. : Jean-Pierre DE LEENER
NCOS : Véronique RIGOT
Vlaamse Jeugdraad : Heidi DE LANGHE
Er moet worden opgemerkt dat niet alle geaccrediteerde leden
aan de conferentie hebben deelgenomen.
Onder de 53 officiële leden van de delegatie (federale overheid,
gewesten, ambassades, …) waren er vier vertegenwoordigers van
het Brussels Gewest. Behalve ikzelf, mijn woordvoerder en mijn
adjunct-directeur was ook de attaché van Leefmilieu Brussel die
met deze materie is belast aanwezig.
Wij beschikken niet over informatie betreffende de kosten van
de aanwezigheid van de Belgische delegatie in Durban. Wat mijn
aanwezigheid en die van de vertegenwoordigers van mijn kabinet
betreft, is er een aanvraag tot terugbetaling van een bedrag van
4.892,02 EUR ingediend bij Leefmilieu Brussel. Het betreft de ter
plaatse gemaakte kosten en de vliegtuigtickets Brussel-Durban in
economyclass. Voor de deskundige van Leefmilieu Brussel is er
een aanvraag tot terugbetaling van 2.107 euro ingediend.
Cabinet Schauvliege : Ministre Joke SCHAUVLIEGE, Katrien
PARTYKA, Diane VERSTRAETEN
Cabinet Huytebroeck : Mikaël ANGÉ, Pascal DEVOS
Cabinet Demotte : Lara KOTLAR
Ambassade Afrique du Sud : Johan MARICOU (ambassadeur)
Ambassade Pretoria : Tim VAN ANDERLECHT (attaché)
Consul : Raymond NAZAR
Affaires étrangères : Ulrik LENAERTS, Jozef BUYS, Davy
ADAM
Parlement fédéral : Eric JADOT, Kristof CALVO, Willem-
Frederik SCHILTZ
Région flamande : David MAENAUT
SPF Environnement : Etienne HANNON, Nathalie BOUCQUEY,
Geert FREMOUT, Yannick GHELEN, Olivier KASSI, Benjamin
DENIS, Sarah KUEN, Samuel BUYS, Sophie CLOSSON,
Kelly HERTENWEG
SPF Finances : Abdélilah TOUIJAR
SPF Mobilité : Walter MILLE
CFDD : Marc DEPOORTERE
BELSPO : Martine VANDERSTRAETEN
VITO : Dieter CUYPERS, Tom DAUWE, Karla SCHOETERS
LNE : Vicky NOENS, Pieter LOGGHE, Ruth DECLERCK, Griet
VERBEKE
AWAC : Stéphane NICOLAS, André GUNS, Fanny MERTZ,
Marc PALLEMAERTS
Bruxelles Environnement : Julien GUILLAUME
IPCC : Jean-Pascal van YPERSELE
Stakeholders
Vice-présidente CFDD : Anne PANNEELS
FEB : Anne DEFOURNY, Isabelle CALLENS
FGTB : Daniel VAN DAELE, Sébastien STORME
ACV : Bert DE WEL
CES : Judith KIRTON-DARLING
WWF : Jan VANDERMOSTEN, Jason ANDERSON
ETOPIA : Jean-Michel JAVAUX, Julien VANDEBURIE
IEW : Cécile DE SCHOUTHEETE
BBL : Mathias BIENSTMAN
Greenpeace : An LAMBRECHTS
OXFAM : Brigitte GLOIRE, Saar VAN HAUWERMEIREN
11.11.11. : Jean-Pierre DE LEENER
CNCD : Véronique RIGOT
Vlaamse Jeugdraad : Heidi DE LANGHE
Il convient de préciser que tous les membres accrédités n'ont
pas participé à la conférence.
Parmi les 53 officiels de la délégation (fédéral, Régions, ambassades
…), on identifie quatre représentants de la Région bruxelloise.
Outre moi-même, mon porte-parole et mon directeur-adjoint,
était également présent l'attaché de Bruxelles Environnement en
charge de ces matières.
Nous ne disposons pas des informations relatives aux coûts liés
à la présence de la délégation belge à Durban. Pour ce qui concerne
ma présence ainsi que celle des représentants de mon cabinet,
une demande de remboursement d'un montant de 4.892,02 EUR
a été introduite auprès de Bruxelles Environnement pour couvrir
les frais générés sur place, ainsi que les billets d'avion Bruxelles-
Durban en classe économique. Pour ce qui concerne l'expert de
Bruxelles Environnement, une demande de remboursement de
2.107 EUR a été introduite.

66
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 385 van mevr. Anne-Charlotte d'Ursel d.d. 20 december
2011 (Fr.) :
Kosten voor het dossier voor de deelneming van het Brussels
Gewest aan de Green Capital Award.
Ik zou u aan de tand willen voelen over de verantwoording
van de kosten voor deelneming aan de supraregionale instanties
– BA 01.004.08.02.1211 van programma 4 van opdracht 1 van
de uitgaven van de administratieve begroting van het Brusselse
Instituut voor Milieubeheer. Tijdens de begrotingsbespreking werd
gezegd dat die BA met 80.000 EUR gestegen was tot 277.000 EUR
vastleggingskredieten voor 2011 om een dossier te « concipiëren »
voor de deelneming van het Gewest aan de Green Capital Award.
De volgende punten werden echter niet gepreciseerd.
– Wat wordt precies verstaan onder het concipiëren van een dossier
?
– Hoe worden die vastleggingskredieten voor het concipiëren
van het dossier verdeeld ?
– Zijn daarbij studiebureaus betrokken ? Zo ja, welke en hoeveel
is betaald voor de opdrachten die zij uitgevoerd hebben ?
– Zijn er bij het concipiëren van het dossier oproepen tot projecten
gedaan of expertiseopdrachten door vzw's uitgevoerd ? Zo
ja, door welke vzw's en hoeveel is betaald voor de opdrachten
of projecten die zij uitgevoerd hebben ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Ter voorbereiding van het kandidaatsdossier heeft Leefmilieu
Brussel in de loop van het eerste semester van 2011 een haalbaarheidsstudie
laten uitvoeren om op basis van de selectiecriteria van
de Europese Commissie de positie van Brussel te evalueren ten
opzichte van een reeks andere steden. Daarnaast werd er voor de
voorbereiding van de uitwerking van de eerste fase van het dossier
een deskundigengroep samengesteld en uitgenodigd op een
workshop waar de resultaten van de haalbaarheidsstudie werden
voorgesteld alsook pistes om het kandidaatsdossier te versterken.
De groep was samengesteld uit deskundigen uit verschillende
besturen, verenigingen, universiteiten, … De overheidsopdracht
voor de haalbaarheidsstudie en de organisatie van de workshop
voorafgaand aan de eerste fase werd toegekend aan het studiebureau
IDEA Consult voor een bedrag van 39.083 EUR.
Het in oktober 2011 ingediende kandidaatsdossier werd intern
voorbereid door de eigen medewerkers van Leefmilieu Brussel.
Tot slot werd er eind 2011 een drieledige overheidsopdracht
toegekend voor de begeleiding van de lobbying en de communicatie
betreffende de kandidatuur van het Gewest tot aan de beslissing
betreffende de finalisten in maart 2012 en tot aan de eindbeslissing
betreffende de laureaat in juni 2012. De eerste twee delen werden
toegekend aan Groep C voor een totaalbedrag van 81.312 EUR.
Het derde deel werd toegekend aan VO Communication sa voor
een bedrag van 60.000 EUR. Het tweede en derde deel zijn onder
voorbehoud van de aanwijzing van Brussel als finalist in maart
2012.
Question n° 385 de Mme Anne-Charlotte d'Ursel du 20 décembre
2011 (Fr.) :
Les frais de conception du dossier de la Région bruxelloise
pour la participation au « Green Capital Award ».
Je souhaiterais vous questionner concernant la justification
relative aux frais de participation aux instances suprarégionales
– AB 01.004.08.02.1211 du programme 4 de la mission 1 des
dépenses du budget administratif de l'Institut bruxellois pour la
Gestion de l'environnement. Pour rappel, lors de l'examen budgétaire,
il avait été avancé que cet AB avait crû de 50.000 EUR
jusqu’à 277.000 EUR en crédits d’engagement pour 2011 afin
de permettre la « conception » du dossier de participation de la
Région au « Green Capital Award ». Cependant, il n’avait pas été
précisé les points suivants :
– Que recouvre précisément la « conception » du dossier ?
– Comment se répartissent précisément ces crédits d’engagement
couverts par la conception du dossier ?
– La conception du dossier a-t-elle impliqué des bureaux d'études
? Si oui, quels étaient ces bureaux d’études et quel fut le
montant des frais relatifs aux missions de ceux-ci ?
– La conception du dossier a-t-elle impliqué des appels à projets
ou des missions d’expertise d’ASBL ? Si oui, quelles étaient
ces ASBL et quel fut le montant des frais relatifs aux missions
ou appels à projets de celles-ci ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
En préparation du dossier de candidature, Bruxelles
Environnement a fait réaliser dans le courant du premier semestre
de 2011 une étude de faisabilité visant à évaluer, sur base des critères
de sélection utilisés par la Commission européenne, le positionnement
de Bruxelles par rapport à une série d’autres villes. De
plus, en préparation de l’élaboration du dossier phase 1, un groupe
d’experts a été constitué et invité à un workshop où les résultats de
l’étude de faisabilité ont été présentés et des pistes pour renforcer
le dossier de candidature ont été dégagées. Le groupe a été composé
d’experts venant d’autres administrations, d’associations,
d’universités … Le marché public pour l’étude de faisabilité et
l’organisation du workshop préalablement à la « phase 1 », a été
attribué au bureau d’études IDEA Consult, pour un montant de
39.083 EUR.
Le dossier de candidature déposé en octobre 2011 a été préparé
en interne et a mobilisé les ressources propres à Bruxelles
Environnement.
Enfin, un marché public en trois lots a été attribué fin 2011
pour une mission d’accompagnement des aspects de lobbying et
de communication de la candidature de la Région d’ici à la décision
concernant les villes finalistes en mars 2012, et jusqu’à la
désignation finale du lauréat en juin 2012. Les deux premiers lots
ont été attribués à Groep C, pour un montant total de 81.312 EUR;
le troisième lot a été attribué à VO Communication sa pour un
montant de 60.000 EUR. Les deuxième et troisième lots sont
conditionnels au cas où Bruxelles serait finaliste en mars 2012.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
67
Voor de samenstelling van het dossier zijn er geen projectoproepen
of deskundigenopdrachten van vzw’s geweest.
La conception du dossier n’a pas impliqué d’appels à projets ou
de missions d’expertise d’ASBL.
Vraag nr. 386 van mevr. Anne-Charlotte d'Ursel d.d. 20 december
2011 (Fr.) :
Schadevergoeding van derden naar aanleiding van daden
van ambtenaren van de waterdiensten.
In het kader van de begroting voor het beleid inzake waterproductie,
watervoorziening, de zuivering van het afvalwater,
is de schadevergoeding aan derden ingevolge handelingen van
ambtenaren tijdens hun opdracht aanzienlijk gestegen tussen de
vatsleggingskredieten in de initiële begroting 2011 en de initiële
begroting 2012, te weten van 154.000 EUR tot 2 miljoen EUR.
– Bij welke geschillen was het ministerie of de ambtenaren van
de administratieve en technische diensten voor de productie, de
voorziening en de zuivering van water betrokken in 2009, 2010
en 2011 ?
– Wat waren de bedragen van de schadevergoedingen in verband
met die geschillen ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Wat de geschillen betreft waarbij het ministerie of ambtenaren
van de administratieve en technische productie- en waterzuiveringsdiensten
betrokken waren en die voor de jaren 2009, 2010 en
2011 zijn vastgesteld, kan ik u meedelen dat in 2011 slechts twee
geschillen werden behandeld.
Het eerste geschil had betrekking op de regeling van een
schadevergoeding ten gevolge van overstromingen in een kelderverdieping
veroorzaakt door een rechtstreekse verbinding met een
rioleringscollector. Het gebouw waar de overstroming plaatsvond,
was eigendom van de patrimoniumvennootschap WATHALL,
gelegen aan de Hallepoort in Sint-Gillis. De rechtstreekse verbinding
van het gebouw met de collector werd uitgevoerd in het kader
van deel twee van de tweede fase van de plaatsing van de collector
van Sint-Gillis en blijkt in juli 2004, juli 2005 en juli 2006 de oorzaak
te zijn geweest van overstromingen in de kelderverdieping
van het betroffen gebouw. De vennootschap WATHALL heeft
aan de Directie Waterbeheer gevraagd om voor de opgelopen
schade te betalen, alsook voor de plaatsing van een noodsysteem
voor de opvang van water dat WATHALL op eigen initiatief heeft
laten installeren om op eventuele toekomstige overstromingen te
anticiperen. Op 22 mei 2007 heeft de Directie Waterbeheer het
dossier « WATHALL » aan de verzekeringsmaatschappij van aannemer
Denys, ADD nv, bezorgd. Op 3 mei 2008 heeft ADD nv
aan het Gewest meegedeeld dat ze niet zou tussenkomen voor de
opgelopen schade omdat die niet zou worden gedekt door de werfverzekering
en de tienjarige aansprakelijkheid. Het Ministerie van
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft derhalve de discussies in
verband met de terugbetaling van de door WATHALL opgelopen
schade hervat. Onlangs hebben de verschillende partijen een minnelijke
regeling getroffen voor een forfaitaire schadevergoeding
van 90.797,05 EUR.
Question n° 386 de Mme Anne-Charlotte d'Ursel du 20 décembre
2011 (Fr.) :
Les indemnisations de tiers à la suite d'actes causés par des
fonctionnaires des services de production, distribution et épuration
des eaux.
Dans le cadre du budget relatif à la politique en matière de production,
de distribution et d’épuration des eaux, l'indemnisation de
tiers à la suite d’actes causés par des fonctionnaires en mission a
connu une croissance considérable entre les crédits d’engagement
de l'initial 2011 et de l’initial 2012, passant de 154.000 EUR à
2 millions EUR. Je souhaiterais donc connaître :
– Quels sont les litiges qui ont impliqué le ministère ou des
fonctionnaires des services administratifs et techniques de
production, distribution et épuration des eaux relevées pour les
années 2009, 2010 et 2011 ?
– Quels sont les montants des indemnisations liées à ces litiges
respectifs ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
En ce qui concerne les litiges qui ont impliqué le ministère
ou des fonctionnaires des services administratifs et techniques de
production et d’épuration des eaux et qui ont été relevés pour les
années 2009, 2010 et 2011, je peux vous informer que seuls deux
litiges ont été traités en 2011.
Le premier litige concernait le règlement de dommages dus à
des inondations en sous-sol causées par un raccordement direct
à un collecteur d’égouts, immeuble appartenant à la société
patrimoniale « WATHALL », situé Porte de Hal à Saint-Gilles.
Cette connexion directe de l’immeuble concerné au collecteur
qui a été exécutée dans le cadre des travaux de pose du collecteur
de Saint-Gilles dans sa phase 2 – partie 2, semble avoir été à
l’origine d’inondations dans le sous-sol du bâtiment concerné en
juillet 2004, juillet 2005 et juillet 2006, pour lesquelles la société
WATHALL demandait à la Direction de l'Eau, le 25 septembre
2006, le remboursement des dommages subis, ainsi que le remboursement
d'un système de collecte d’eau de secours placé à
l’initiative de WATHALL pour anticiper d’éventuelles inondations
futures. Le 22 mai 2007, la Direction de l’Eau transmettait le dossier
WATHALL à l'assureur de l’entrepreneur Denys, la société
ADD NV. Le 3 mai 2008, cette dernière a informé la Région qu’elle
n’interviendrait pas pour les dommages réclamés en raison du
fait que ceux-ci ne seraient pas couverts par l’assurance chantier
et la garantie décennale. Le ministère de la Région de Bruxelles-
Capitale reprit dès lors les discussions quant aux remboursements
des dommages subis par WATHALL. Un arrangement à l’amiable
a récemment été conclu entre parties pour une indemnité forfaitaire
et transactionnelle de 90.797,05 EUR.

68
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Het tweede geschil heeft betrekking op de vennootschap
AUDEMO, waarvan het gebouw gelegen in de P. Heymanslaan in
Sint-Lambrechts-Woluwe is ondergelopen naar aanleiding van een
zwaar onweer in juli 1997 dat een overstroming van de collector
van Woluwe heeft veroorzaakt, terwijl het onweersbekken van de
Roodebeek nog in opbouw was. Na een deskundigenonderzoek
dat van 1998 tot 2004 heeft plaatsgevonden, heeft de rechtbank
van eerste aanleg op 18 september 2007 een eerste vonnis uitgesproken
en daarbij de eis van de vennootschap om volgende
redenen afgewezen :
– het was niet bewezen dat het rioleringsnet, zoals het toen
bestond, een tekortkoming vertoonde;
– niets liet toe om te beweren dat het Gewest een fout heeft
begaan door het onweersbekken niet vroeger te laten bouwen.
Het arrest van het hof van beroep van 10 maart 2010 heeft
het vonnis van de rechtbank van eerste aanleg nietig verklaard
en het Gewest ertoe veroordeeld de vennootschap AUDEMO nv
een schadevergoeding voor een bedrag van 38.549,23 EUR uit te
betalen.
S’agissant du deuxième litige, celui-ci concerne la société
AUDEMO qui, suite à un violent orage en juillet 1997, a été
victime d’un débordement du collecteur de la Woluwe qui a provoqué
des inondations en son bâtiment situé avenue P. Heymans à
Woluwe-Saint-Lambert, alors que le bassin d’orage de Roodebeek
était alors en construction. Après une expertise menée de 1998 à
2004, un premier jugement du tribunal de 1 re instance rendu le
18 septembre 2007, débouta la société AUDEMO notamment en
raison du fait :
– qu’il n’était pas établi que le réseau d’égouttage, tel qu’existant,
était affecté d’un vice;
– que rien ne permettait d’affirmer que la Région ait commis une
faute en n’ayant pas fait construire plus tôt le bassin d’orage.
L’arrêt de la cour d’appel du 10 mars 2010 mit à néant le jugement
du tribunal de 1 re instance et condamna la Région à payer une
indemnité à la société AUDEMO SA. Le montant d’indemnisation
payé s’est élevé à 38.549,23 EUR.
Vraag nr. 387 van mevr. Bianca Debaets d.d. 20 december
2011 (N.) :
Het aantal klachten over muziekgerelateerde geluidsoverlast.
In navolging van mijn schriftelijke vraag nr. 172 betreffende
muziekgerelateerde geluidsoverlast had ik graag vernomen :
1. Welk percentage van de klachten die door het BIM in 2010
behandeld werden, houdt verband met elektronisch versterkte
muziek ? Zou u het aantal klachten in verband met muziekgerelateerde
geluidsoverlast ook in absolute cijfers kunnen uitdrukken
?
2. Kunt u deze cijfers opsplitsen naargelang de bron die de
muziekgerelateerde geluidshinder veroorzaakt (horecazaken,
woningen, vrijetijdsactiviteiten zoals festivals, …) ?
3. Hoeveel van de klachten die bij het BIM in 2010 binnenliepen,
leidden ertoe dat beambten van het BIM ter plaatse metingen/
controles gingen uitvoeren ?
4. Hoeveel van de klachten die bij het BIM in 2010 binnenliepen,
resulteerden in de opmaak van een proces-verbaal of een
andere vorm van juridische vervolging ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
In 2010 zijn er bij de afdeling Milieupolitie en Bodem van
Leefmilieu Brussel 399 klachten ingediend.
283 van die klachten (70,9 %) hadden betrekking op geluidoverlast,
waarvan 62 gevallen (15,5 %) veroorzaakt door muziek
(hoofdzakelijk versterkte muziek).
Question n° 387 de Mme Bianca Debaets du 20 décembre 2011
(N.) :
Le nombre de plaintes relatives aux nuisances sonores liées
à la musique.
À l'instar de ma question écrite n° 172 relative aux nuisances
sonores liées à la musique, je voudrais poser les questions suivantes
:
1. Quel pourcentage des plaintes traitées par l'IBGE en 2010
concerne-t-il la musique amplifiée électroniquement ? Pouvezvous
exprimer en chiffres absolus le nombre de plaintes relatives
aux nuisances sonores liées à la musique ?
2. Pouvez-vous ventiler ces chiffres en fonction de la source des
nuisances sonores liées à la musique (horeca, particuliers, activités
de loisirs telles que festivals, …) ?
3. Combien des plaintes adressées à l'IBGE en 2010 ont-elles
amené des fonctionnaires de l'IBGE à effectuer des mesures/
contrôles sur place ?
4. Combien des plaintes adressées à l'IBGE en 2010 ont-elles
donné lieu à un procès-verbal ou une autre forme de poursuites
juridiques ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
En 2010, 399 plaintes ont été introduites auprès de la division
Police de l’environnement et Sol de Bruxelles Environnement.
283 (70,9 %) de ces plaintes concernaient des nuisances
sonores, dont 62 (15,5 %) étaient engendrées par de la musique
(principalement amplifiée).

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
69
De oorzaken van die 62 klachten waren :
– horeca-uitbatingen : 69,4 %;
– vrijetijdssector (discotheken, feestzalen, sportzalen, …) :
19,4 %;
– naastliggende woningen : 6,5 %;
– schoolinrichtingen of private binnenplaatsen : 4,7 %.
In 2010 had 1 klacht betrekking op een openluchtevenement
(concert, festival, sportevenement, …).
Voor 44 van deze 62 klachten zijn er ter plaatse geluidsmetingen
uitgevoerd. Voor de overige dossiers kon er nog geen inbreuk
worden vastgesteld (weinig voorkomende of onregelmatige overlast,
moeilijke samenwerking met de klager om de metingen uit
te voeren, …).
Leefmilieu Brussel hanteert geen systematisch repressiebeleid
met processen-verbaal in het geval van vastgestelde inbreuken,
maar tracht de overtreders te sensibiliseren, te informeren en op te
voeden door middel van waarschuwingen, herinneringen en zelfs
ingebrekestellingen.
Voor 19 van de 44 dossiers zijn er dergelijke brieven verstuurd.
Voor 3 van de 44 dossiers is er minstens een proces-verbaal opgesteld.
Op dit ogenblik zijn 38 van de 62 klachten afgesloten omdat :
– de klacht werd ingetrokken (17), bijvoorbeeld omdat de klager
is verhuisd, de overlast is verdwenen, de klager niet kon worden
gevonden om ter plaatse metingen uit te voeren etc.;
– er geen inbreuk werd vastgesteld tijdens de geluidsmetingen
(12);
– de inbreuk is gestopt na de tussenkomst van Leefmilieu
Brussel (6);
– de activiteiten aan de basis van de overlast zijn opgehouden
na de tussenkomst van Leefmilieu Brussel (3) zonder dat
Leefmilieu Brussel de stopzetting van die activiteiten had
bevolen.
La cause de ces 62 plaintes est la suivante :
– établissements Horeca : 69,4 %;
– secteur des loisirs (discothèques, salles de fêtes, salles de
sport …) : 19,4 %;
– logement voisin des plaignants : 6,5 %;
– établissements « scolaires » ou cours particuliers : 4,7 %.
En 2010, une seule plainte a concerné un événement organisé
en plein air (concert, festival, événement sportif …).
Des mesures de bruit ont été réalisées sur place pour 44 de ces
62 plaintes. Pour les autres dossiers, la présence d’une infraction
n’a pas encore pu être établie (fréquence des événements faible
ou aléatoire, collaboration difficile des plaignants pour réaliser les
mesures …).
Bruxelles Environnement ne pratique pas une politique de
répression systématique des infractions constatées au moyen de
procès-verbaux mais tente de sensibiliser, informer, éduquer les
contrevenants au moyen de courriers d’avertissement, de rappel,
voire de mise en demeure.
19 de ces 44 dossiers ont fait l’objet de ce type de courriers et
3 de ces 44 dossiers ont fait l’objet d’au moins un procès-verbal.
À ce jour, 38 des 62 plaintes sont clôturées car :
– la plainte a été retirée (17), par exemple lorsque le plaignant
a déménagé, que la nuisance a disparu ou que l’on n’a pas pu
joindre le plaignant pour réaliser des mesures chez lui, etc.;
– aucune infraction n’a été constatée lors des mesures de
bruit (12);
– l’infraction a cessé suite à l’intervention de Bruxelles Environnement
(6);
– les activités à l’origine des nuisances sonores ont cessé après
intervention de Bruxelles Environnement (3) sans pour autant
que Bruxelles Environnement ait ordonné l’arrêt de ces activités.
Vraag nr. 388 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Kostprijs van de woningen die de GOMB heeft gebouwd te
Brussel.
Kan de minister mij voor elke sedert 2008 aangenomen bouwproject
de volgende gegevens meedelen :
– de ligging van het project;
– het aantal gebouwde appartementen met 1, 2, 3 en 4 kamers;
– het aantal opgetrokken m²;
Question n° 388 de M. Emmanuel De Bock du 27 décembre
2011 (Fr.) :
Le coût des logements à Bruxelles créés par la SDRB.
La ministre pourrait-elle me donner pour chacune des dernières
opérations immobilières menées et réceptionnées depuis 2008 :
– la localisation du projet;
– le nombre d’appartements 1, 2, 3, 4 chambres construits;
– le nombre de m² construits;

70
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– de totale kostprijs van het project;
– het percentage meerkost in verband met de start van het project;
– de operator die het uiteindelijk beheer ervan waarneemt en het
gekozen type zakelijk recht (herverkoop, erfpacht, …) voor het
beheer ervan;
– de voorwaarden voor de overdracht van eigendom en de gevraagde
prijs (regel, heffingen, duur tussen 27 en 99 jaar …);
– de kost van de onroerende belastingen.
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de gevraagde informatie mee voor elke sinds 2008 gevoerde en
opgeleverde onroerende handeling :
In de bijlage (*) is een tabel gevoegd met informatie over :
(*) (De bijlage zal niet gepubliceerd worden, maar blijft ter
beschikking voor raadpleging op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
– de lokalisatie van het project;
– het aantal gebouwde appartementen met 1, 2, 3, 4 slaapkamers;
– het aantal gerealiseerde m²;
– de totale kostprijs van het project.
Wat de volgende vragen betreft :
– het percentage meerkosten in vergelijking met de opstart van
het project;
– de operator die in fine instaat voor het beheer en voor het gekozen
type zakelijk recht (doorverkoop, erfpacht, …);
– de voorwaarden voor de overdracht van eigendom en de
gevraagde prijs (canon, heffingen, duur van 27 tot 99 jaar …);
– de kostprijs van de grondbelasting.
Onderstaande elementen geven een antwoord op deze vragen.
De realisering en de verkoop van deze onroerende handelingen
gebeurden in overeenstemming met de bepalingen van het besluit
van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 1 juni 2006 betreffende
de toekenning van subsidies voor de stadsvernieuwingsopdracht
van de GOMB.
De door de GOMB gevoerde onroerende handelingen hebben
allemaal als doel om de verwerving door kopers-bewoners te
bevorderen. De maximale nettoverkoopprijs van deze woningen
bedraagt momenteel 1.200,00 EUR per m², btw niet inbegrepen.
– le coût total du projet;
– le pourcentage de surcoût par rapport au lancement du projet;
– l’opérateur qui en assume in fine la gestion et le type de droit
réel choisi (reventes, emphytéose, …) pour en assumer la gestion;
– les conditions de transfert de propriétés et le prix demandé
(canon, redevances, durée entre 27 et 99 ans);
– le coût des taxes foncières.
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les informations demandées pour chacune des
opérations immobilières menées et réceptionnées depuis 2008 :
Il trouvera en annexe (*), sous forme de tableau, les informations
relatives à :
(*) (L'annexe ne sera pas publiée mais restera disponible pour
consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)
– la localisation du projet;
– le nombre d’appartements 1, 2, 3, 4 chambres construits;
– le nombre de m² construits;
– le coût total du projet.
Pour ce qui est des questions relatives :
– au pourcentage de surcoût par rapport au lancement du projet;
– à l’opérateur qui en assume in fine la gestion et le type de droit
réel choisi (revente, emphytéose …) pour en assumer la gestion;
– aux conditions de transfert de propriétés et au prix demandé
(canon, redevances, durée entre 27 et 99 ans …);
– au coût des taxes foncières.
Je tiens à préciser les éléments suivants qui répondent à ces
questions.
La réalisation et la vente de ces opérations se sont faites
conformément aux dispositions de l’arrêté du gouvernement de la
Région de Bruxelles-Capitale du 1 er juin 2006 relatif à l’octroi de
subsides pour la mission de rénovation urbaine de la SDRB.
Les opérations menées par la SDRB sont toutes destinées
à promouvoir l’acquisition par des propriétaires occupants. Le
prix maximum de vente de ces logements est aujourd’hui de
1.200,00 EUR le m² net hors frais et TVA.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
71
Indien woningen na een verkoopperiode van zes maanden niet
verkocht zijn, dan kunnen ze door kopers-investeerders verworven
worden.
Deze kopers-investeerders kunnen de woningen dan verhuren
tegen een prijs die maximaal 6,5 % van de betoelaagde verkoopprijs
bedraagt (aktekosten, btw en registratie inbegrepen).
Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal kopersbewoners
en kopers-investeerders.
Nadat de appartementen gebouwd en verkocht zijn, komen
ze onder het beheer van de gezamenlijke appartementskopers te
staan.
Deze onroerende handelingen worden ofwel in partnerschap
met de marktsector, ofwel via een promotieopdracht gevoerd. Ze
hebben nooit tot meerkosten geleid.
Si les logements n’ont trouvé aucun acquéreur occupant après
une période de mise en vente de six mois, ils peuvent être vendus
à des acquéreurs investisseurs.
Ces derniers pourront les louer à un loyer plafonné à 6,5 % du
prix de vente subsidié (frais d’acte, TVA et enregistrement inclus).
Le décompte des acquéreurs habitants et des acquéreurs investisseurs
figure ci-dessous.
Les immeubles une fois réalisés et les appartements vendus
sont donc gérés par la copropriété des acquéreurs.
Ces opérations sont menées soit en partenariat avec le privé,
soit sous le régime du marché de promotion. Elles n’ont fait l’objet
d’aucun surcoût.
Operaties Basisakte Investeerders Bewoners % bewoners
– – – – –
Opérations Acte de base Investisseurs Habitants % habitants
Groene hond/Chien vert 07/03/08 2 59 96,7 %
Arnold Sohiestraat/Rue Arnold Sohie 04/06/08 0 34 100,0 %
De Bonne – Birmingham 24/10/08 4 53 93,0 %
Zuid-Zweden/Midi-Suède 18/05/09 0 30 100,0 %
Stenen-Kruisstraat (kavel 2)/
Rue de la Croix de Pierre (lot 2) 29/05/09 0 21 100,0 %
Dépôt « De Lijn » 04/06/09 29 118 80,3 %
Plateau Bervoets 11/09/09 24 210 89,7 %
Raes – De Merten – Jette (kavel 26)/(lot 26) 21/09/09 1 37 97,4 %
Raes – De Merten (kavel 9)/(lot 9) 21/09/09 0 14 100,0 %
Raes – De Merten (huizen 2 tot 8)/
(maisons 2 à 8) 21/09/09 0 7 100,0 %
Raes – Jette (huizen 27 tot 33)/
(maisons 27 à 33) 21/09/09 0 7 100,0 %
Raes – Lecharlier – De Merten (kavel 1)/
(lot 1) 21/09/09 0 11 100,0 %
Tivoli 10 18/03/11 0 11 100,0 %
60 612 9,8 %
Vraag nr. 389 van mevr. Anne-Charlotte d'Ursel d.d. 28 december
2012 (Fr.) :
Door buitenlandse verwerkers gebruikte methodologie in de
milieubeleidsovereenkomst betreffende de afgedankte voertuigen
voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Op grond van artikel 21, § 3 (blz. 29) van de milieubeleidsovereenkomst
betreffende afgedankte voertuigen voor het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest kan een erkend centrum of een Belgische
verwerker een beroep doen op een buitenlandse verwerker als
die laatste een audit heeft ondergaan zoals omschreven is in
artikel 22, § 1, van de Overeenkomst. In dat geval moet de buitenlandse
verwerker met name jaarlijks aan een onafhankelijk
studiebureau dat aangewezen is door de piloot-vzw de gegevens
bezorgen inzake de evacuatie van de uitgaande stromen, op grond
van de methodologie die in 2007 ontwikkeld werd tussen het
Gewest en het beheersorganisme.
Question n° 389 de Mme Anne-Charlotte d'Ursel du 28 décembre
2011 (Fr.) :
La méthodologie employée par les opérateurs étrangers dans
la Convention environnementale relative aux véhicules hors
d'usage pour la Région de Bruxelles-Capitale.
L’article 21, § 3 (p. 29) de la Convention environnementale
relative aux véhicules hors d’usage pour la Région de Bruxelles-
Capitale stipule qu’un centre agréé ou un opérateur de traitement
belge peut faire appel à un opérateur étranger si ce dernier s’est
fait auditer comme il est décrit à l’article 22, § 1, de la Convention,
en l’occurrence l’opérateur étranger doit notamment communiquer
tous les ans à un bureau d’études indépendant désigné par
l’ASBL de pilotage les données relatives à l’évacuation des flux
sortants sur la base de la méthodologie développée en 2007 entre
la Région et l’organisme de gestion.

72
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– Welke methodologie is in 2007 uitgewerkt tussen het Gewest
en het beheersorganisme ?
– Waarvoor staat de term « beherende instantie », aangezien deze
term niet voorkomt in voornoemde overeenkomst ?
– Heeft de piloot-vzw een speciale lijst met de buitenlandse verwerkers
op wie de Brusselse erkende centra en verwerkers een
beroep hebben gedaan ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
De sinds 2007 ontwikkelde methodologie die door de buitenlandse
operatoren gebruikt wordt, is gebaseerd op de beschikking
van de Europese Commissie van 1 april 2005 tot vaststelling van
nadere voorschriften betreffende de bewaking van de streefcijfers
inzake hergebruik/terugwinning en hergebruik/recycling zoals
vastgesteld bij richtlijn 2000/53/EG van het Europees Parlement
en de Raad betreffende autowrakken. De drie Gewesten werden
hierbij betrokken en werken samen aan de opvolging en de analyse
van de resultaten.
Onder beheersorganisme wordt verstaan : de beheers-vzw die
belast is met het toezicht op de goede uitvoering van de milieuovereenkomst.
Betreffende het bijhouden van een speciaal register van buitenlandse
operatoren moet er worden opgemerkt dat alle buitenlandse
shredders bekend zijn en geïdentificeerd zijn door de beheersvzw.
– Quelle est la méthodologie développée en 2007 entre la Région
et l’organisme de gestion ?
– Que recouvre « l’organisme de gestion » étant donné que ce
terme ne se retrouve pas dans le lexique de la Convention
VHU ?
– L’ASBL de pilotage a-t-elle un répertoire spécial des opérateurs
étrangers à qui ont fait appel les centres agréés et opérateurs de
traitement bruxellois ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
La méthodologie employée par les opérateurs étrangers, développée
depuis 2007, a été établie sur base de la décision de la
Commission du 1 er avril 2005 établissant les modalités nécessaires
au contrôle du respect des objectifs fixés en matière de
réutilisation/valorisation et de réutilisation/recyclage par la directive
2000/53/CE du Parlement européen et du Conseil relative
aux véhicules hors d'usage. Les trois Régions ont été associées et
collaborent au suivi et à l’analyse des résultats.
On entend par organisme de gestion l’ASBL de pilotage chargée
de veiller à la bonne exécution de la convention environnementale.
En ce qui concerne la tenue d'un répertoire spécial des opérateurs
étrangers, il faut signaler que tous les broyeurs étrangers sont
connus et identifiés par l’ASBL de pilotage.
Vraag nr. 390 van mevr. Anne-Charlotte d'Ursel d.d. 28 december
2011 (Fr.) :
Eendimensionaal begrip hergebruik van de componenten in
de milieubeleidsovereenkomst betreffende de afgedankte voertuigen
voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Krachtens de artikelen 31 en 34 van de milieubeleidsovereenkomst
betreffende afgedankte voertuigen voor het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest is het begrip hergebruik van de componenten
en de vloeistoffen van afgedankte voertuigen van toepassing
op elke operatie waarbij de componenten en de vloeistoffen van
afgedankte voertuigen dienen voor hetzelfde gebruik als datgene
waarvoor zij werden bedacht.
– Hebben het Gewest en de federaties die betrokken zijn bij de
Overeenkomst voorzien in procedures voor het geval van een
bewerking waardoor de componenten of de vloeistoffen van
afgedankte voertuigen dienen voor een verschillend gebruik
dan datgene waarvoor zij ontworpen waren ?
– Ressorteren die procedures onrechtstreeks onder de
Overeenkomst of ressorteren zij onder een andere Brusselse
regelgeving ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Question n° 390 de Mme Anne-Charlotte d'Ursel du 28 décembre
2011 (Fr.) :
La notion unidimensionnelle de réutilisation des composants
dans la Convention environnementale relative aux véhicules
hors d'usage pour la Région de Bruxelles-Capitale.
Les articles 31 et 34 (pp. 6 et 7) de la Convention environnementale
relative aux véhicules hors d’usage pour la Région
de Bruxelles-Capitale stipulent que la notion de réutilisation des
composants et des fluides des véhicules hors d’usage tel qu’entendue
dans la convention implique toute opération par laquelle les
composants ou les fluides de véhicules hors d’usage servent au
même usage que celui pour lequel ils ont été conçus.
– La Région et les fédérations impliquées dans la Convention
ont-elles prévu des procédures dans le cas d’opération par
laquelle les composants ou les fluides de véhicules hors d’usage
servent à un usage différent que celui pour lequel ils ont été
conçus ?
– Ces procédures sont-elles couvertes indirectement par la
Convention ou bien font-elle l’objet d’une autre réglementation
bruxelloise ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
73
De beheers-vzw kan geen controle uitoefenen op de onderdelen
die uit de voertuigen zijn gehaald vooraleer ze naar een erkend
verwerkingscentrum worden gebracht. Het beheer van de onderdelen
en van de stromen die afkomstig zijn van de ontmanteling in
de erkende verwerkingscentra, worden geregeld door de geldende
reglementen en meer bepaald door het beleid inzake gevaarlijke
stromen die in speciaal daartoe voorziene erkende centra moeten
worden verwerkt. Deze informatie is in het jaarverslag van de
beheers-vzw te vinden.
In het kader van zijn algemene controleopdrachten kan
Leefmilieu Brussel een controle uitoefenen op deze onderdelen.
In de praktijk blijft dit echter moeilijk.
Een groot deel van de onderdelen en de vloeistoffen die in het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest uit afgedankte voertuigen worden
gehaald, worden hergebruikt. Voor de overige weggehaalde
onderdelen en vloeistoffen, controleert Leefmilieu Brussel de
ver wij deringsattesten en dus de bestemming van de afvalstoffen.
In de wetgeving is bepaald dat gevaarlijke afvalstoffen moeten
worden verwijderd door een erkende ophaler van gevaarlijke
afvalstoffen.
Het gebruik van de onderdelen en vloeistoffen is geregeld in
de procedures die zijn voorzien in het kader van het besluit van
15 april 2004 (regels voor het bezit, het vervoer, de zuivering en
de ontmanteling van afgedankte voertuigen, alsook regels voor de
werking van de verwerkingscentra). De gevaarlijke afvalstoffen
zijn onderworpen aan de procedures die zijn voorzien in de wetgeving
betreffende de gevaarlijke afvalstoffen.
L’ASBL de pilotage ne peut exercer de contrôle sur les composants
qui ont été retirés des véhicules avant d’être acheminés
dans un centre de traitement agréé. Par contre, la gestion des
compo sants et des flux issus du démantèlement dans les centres
agréés, sont régis par les réglementations en vigueur et plus particulièrement
par la gestion des flux dangereux qui doivent être
traités dans des centres de traitement agréés pour le recyclage de
ce type de déchets. Ces informations font partie du rapport annuel
de l’ASBL de pilotage.
Dans le cadre de ses missions générales de contrôle, Bruxelles
Environnement peut exercer un contrôle sur ces composants, ce
qui en pratique reste difficile.
Une grosse partie des composants et des fluides retirés des
véhicules hors d’usage en Région bruxelloise sont réutilisés.
Concernant les autres composants et fluides retirés, Bruxelles
Environnement contrôle les attestations d’enlèvement et donc la
destination de ces déchets. La législation prévoit que les déchets
dangereux soient enlevés par un collecteur agréé de déchets dangereux.
L’utilisation de composants et fluides est soumise aux procédures
mises en place dans le cadre de l’arrêté du 15 avril 2004 (règles
liées à la détention, au transport, à la dépollution, au démontage
des véhicules hors d’usage ainsi que les règles de fonctionnement
des centres de traitement). Lorsqu’il s’agit de déchets dangereux,
ils sont soumis aux procédures prévues par la législation sur les
déchets dangereux.
Vraag nr. 391 van mevr. Anne-Charlotte d'Ursel d.d. 28 december
2011 (Fr.) :
Controle in geval van herbestemming vanuit een inontvangstnamepunt
dat niet erkend wordt in de milieubeleidsovereenkomst
betreffende de afgedankte voertuigen voor het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest.
Artikel 6, § 1, van de Milieubeleidsovereenkomst betreffende
afgedankte voertuigen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
stelt dat als het inontvangstnamepunt geen erkend centrum is, de
afgedankte voertuigen naar een erkend centrum worden overgebracht.
– Welke controle is ingesteld om zich te ervan te vergewissen dat
de afgedankte voertuigen effectief worden overgebracht naar
een erkend centrum, aangezien de bedoelde inontvangstnamepunten
geen erkende centra zijn ?
– Valt de opspoorbaarheid van deze controles onder de verantwoordelijkheid
van de piloot-vzw ?
– Hoe worden de voorziene sancties uitgevoerd ingeval de
voertuigen niet worden overgebracht indien het niet erkend
inontvangstnamepunt geen lid is van een van de federaties die
de Overeenkomst hebben ondertekend ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Question n° 391 de Mme Anne-Charlotte d'Ursel du 28 décembre
2011 (Fr.) :
Le contrôle des cas de redirection depuis un point de réception
non agréé dans la Convention environnementale relative aux
véhicules hors d'usage pour la Région de Bruxelles-Capitale.
L'article 6, § 1 (p. 14) de la Convention environnementale
relative aux véhicules hors d’usage pour la Région de Bruxelles-
Capitale stipule que si le point de réception n’est pas un centre
agréé, les véhicules hors d’usage repris sont transférés vers un
centre agréé.
– Étant donné que les points de réception évoqués ne sont pas des
centres agréés, quel contrôle a été mis en place pour s’assurer
de la redirection effective de véhicules hors d’usage repris vers
un centre agréé ?
– Le processus de traçabilité de ces contrôles et-il sous la responsabilité
de l’ASBL de pilotage ?
– Comment seront mises en place les sanctions prévues en cas de
non-transfert vers le centre agréé si le point de réception non
agréé n’est pas signataire par affiliation à une des fédérations
signataires à la Convention ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :

74
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
De beheers-vzw kent alleen de erkende centra, voor het merendeel
de dealers van de in België verkochte merken. Deze dealers in
voertuigen worden zelf streng gecontroleerd door hun invoerders,
die lid zijn van de vzw Febelauto. De beheers-vzw heeft geen zicht
op de « niet-erkende » centra. Hun controle valt onder de bevoegdheid
van de overheid.
In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn alle uitbaters van
een demonteercentrum voor afgedankte voertuigen en de vervoerders
geregistreerd. Bovendien beschikken alle demonteercentra
over een milieuvergunning van klasse IB. Om de drie maanden
moeten zij het register van inkomende en uitgaande voertuigen
aan Leefmilieu Brussel bezorgen. De bestemming van de afgedankte
voertuigen is dus bekend en wordt gecontroleerd.
Elk gedepollueerd en gedemonteerd voertuig wordt binnen de
zes maanden voor vernietiging naar een geregistreerd centrum
voor de vernietiging en recylage van afgedankte voertuigen
gebracht dat ertoe gemachtigd is een vernietigingsattest af te
geven, of naar een centrum dat in een ander gewest vergund is en
ertoe gemachtigd is een vernietigingsattest af te geven.
De beheers-vzw controleert de verwijderingen vanuit de
erkende centra.
De traceerbaarheid van de voertuigen is echter een federale
bevoegdheid. Op termijn zou die traceerbaarheid moeten worden
gegarandeerd door de Federale Overheidsdienst Mobiliteit via
het MOBIVIS-systeem (beheer van de inschrijving van alle voertuigen
in België), waaraan op dit ogenblik de laatste hand wordt
gelegd.
Het beheer van afgedankte voertuigen is geregeld in het besluit
van 15 april 2004. De niet-naleving van de bepalingen van het
besluit kan worden bestraft. Dit besluit is van toepassing op de
leden van de ondertekenende federaties én op de niet-leden.
Het besluit betreffende het beheer van afgedankte voertuigen
verplicht de houder van een afgedankt voertuig ertoe het voertuig
in te leveren op een van de volgende bestemmingen (artikel 7,
§ 2) :
– bij een kleinhandelaar die minstens de in artikel 8 gestelde
voorwaarden vervult,
– bij de exploitant van een geregistreerd demonteercentrum voor
afgedankte voertuigen,
– bij de exploitant van een geregistreerd demonteercentrum voor
afgedankte voertuigen dat ertoe gemachtigd is een vernietigingsattest
af te geven,
– bij de exploitant van een geregistreerd centrum voor de vernietiging
en recycling van afgedankte voertuigen dat ertoe
gemachtigd is een vernietigingsattest af te geven,
– of bij elk ander centrum dat in de andere Gewesten is vergund
en ertoe gemachtigd is een vernietigingsattest af te geven.
In het besluit betreffende afgedankte voertuigen is bepaald dat
elk gedepollueerd en gedemonteerd voertuig binnen maximaal zes
maanden voor vernietiging naar een geregistreerd centrum voor
de vernietiging en recylage van afgedankte voertuigen moet wor-
L’ASBL de pilotage ne connaît que les centres agréés qui sont
en grande majorité les concessionnaires des marques de véhicules
vendus en Belgique. Ces derniers sont eux-mêmes fortement
contrôlés par leurs importateurs, membres de l’ASBL Febelauto.
Les centres « non agréés » ne sont pas connus de l’ASBL de pilotage,
leur contrôle est du ressort des autorités.
En Région de Bruxelles-Capitale, tous les exploitants d’un
centre de démontage de véhicule hors d’usage (VHU) et les
transporteurs sont enregistrés. En outre, les centres de démontage
disposent tous d’un permis d’environnement de classe IB et sont
tenus d’envoyer trimestriellement à Bruxelles Environnement le
registre des véhicules entrant et sortant du centre. La destination
des VHU est donc connue et contrôlée.
Tout véhicule dépollué et démonté doit être envoyé pour destruction
dans un délai de six mois maximum à un centre enregistré
de destruction et de recyclage habilité à délivrer un certificat
de destruction. Le véhicule dépollué et démonté peut aussi être
envoyé dans un centre autorisé dans une autre Région et habilité à
délivrer un certificat de destruction.
L’ASBL de pilotage contrôle les évacuations depuis les centres
agréés.
Cependant la traçabilité des véhicules relève de la compétence
de l’État fédéral. La traçabilité devrait, à terme, être assurée par
le service fédéral de mobilité à travers l’application MOBIVIS
(gestion de l’immatriculation de tous les véhicules en Belgique)
actuellement en cours de finalisation.
La gestion des véhicules hors d’usage est réglementée par l’arrêté
du 15 avril 2004. Le non-respect des dispositions de cet arrêté
peut être sanctionné. Cet arrêté s’applique autant aux affiliés des
fédérations signataires qu’aux non-affiliés.
L’arrêté relatif aux véhicules hors d’usage oblige le détenteur à
remettre le véhicule hors d’usage à l’une des destinations suivantes
(article 7, § 2) :
– le détaillant qui répond au moins aux conditions de l’article 8,
– l’exploitant d’un centre enregistré de démontage de véhicules
hors d’usage,
– l’exploitant d’un centre enregistré de démontage de véhicules
hors d’usage et habilité à délivrer un certificat de destruction,
– l’exploitant d’un centre enregistré de destruction et de recyclage
de véhicules hors d’usage et habilité à délivrer un certificat
de destruction,
– tout centre autorisé dans les autres Régions et habilité à délivrer
un certificat de destruction.
L’arrêté relatif aux véhicules hors d’usage prévoit que tout
véhicule dépollué et démonté est envoyé pour destruction dans
un délai de 6 mois maximum à un centre enregistré de destruction
et de recyclage de véhicules hors d’usage habilité à délivrer un

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
75
den gebracht dat ertoe gemachtigd is een vernietigingsattest af te
geven of naar een centrum dat in de andere gewesten vergund is en
ertoe gemachtigd is een vernietigingsattest af te geven.
In het besluit betreffende afgedankte voertuigen is ook bepaald
dat er bij de inontvangstname van een afgedankt voertuig in een
centrum voor de vernietiging, onmiddellijk een inontvangstnamebewijs
moet worden afgeleverd en in een latere fase, met name
uiterlijk binnen 45 dagen, een « vernietigingsattest » aan de houder
of aan de laatste eigenaar van het ingeschreven voertuig, tenzij
het voertuig vergezeld gaat van het vernietigingsattest en afkomstig
is van een geregistreerd demonteercentrum voor afgedankte
voertuigen dat ertoe gemachtigd is een vernietigingsattest af te
geven. Als het vernietigingsattest onmiddellijk wordt afgegeven,
geldt dit tevens als inontvangstnamebewijs.
Kortom, elk afgedankt voertuig moet worden vernietigd in een
erkend centrum en tegen aflevering van een vernietigingscertificaat.
certificat de destruction ou à un centre autorisé dans les autres
Régions et habilité à délivrer un certificat de destruction.
L’arrêté relatif aux véhicules hors d’usage définit également
que la remise d’un véhicule hors d’usage dans un centre de destruction
doit donner lieu sur-le-champ à la délivrance d’une attestation
de dépôt; elle donne lieu ultérieurement, dans un délai de
45 jours au maximum, à la délivrance d’un « certificat de destruction
» au détenteur ou au dernier propriétaire du véhicule immatriculé,
à moins que le véhicule soit accompagné de son certificat de
destruction et provienne d’un centre enregistré de démontage de
véhicules hors d’usage et habilité à délivrer un certificat de destruction.
Si le certificat de destruction est délivré immédiatement,
celui-ci peut constituer l’attestation de dépôt.
En conclusion, chaque véhicule hors d’usage doit être détruit
dans un centre agréé et ceci contre un certificat de destruction.
Vraag nr. 392 van mevr. Anne-Charlotte d'Ursel d.d. 28 december
2011 (Fr.) :
Aard en controle van de bewustmakingsmaatregelen in de
milieubeleidsovereenkomst betreffende de afgedankte voertuigen
voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Artikel 11 van de Milieubeleidsovereenkomst betreffende
afgedankte voertuigen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
stelt dat de piloot-vzw de consumenten moet bewustmaken via
de eindverkopers en de tussenpersonen inzake het ophalen en het
verwerken van afgedankte voertuigen.
Question n° 392 de Mme Anne-Charlotte d'Ursel du 28 décembre
2011 (Fr.) :
La nature et le contrôle des mesures de sensibilisation dans
la Convention environnementale relative aux véhicules hors
d'usage pour la Région de Bruxelles-Capitale.
L'article 11 (140) et 20 (§ 79, § 2) de la Convention environnementale
relative aux véhicules hors d’usage pour la Région de
Bruxelles-Capitale prévoit que l’ASBL de pilotage sensibilisera
les consommateurs via les vendeurs finaux et les intermédiaires à
propos de la collecte et du traitement des véhicules hors d’usage.
Je souhaiterais savoir :
– Bestaat die verplichte bewustmaking enkel uit regelmatige
campagnes, of ook uit structurele bewustmakingsmaatregelen
?
– Verricht het BIM controle a posteriori om vast te stellen of
de tussenpersonen die maatregelen hebben uitgevoerd, naast a
priori controle van de campagnes bij de piloot-vzw ?
– Omvat deze verplichte bewustmaking maatregelen inzake het
verstrekken van een label ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Het beheerplan dat in de nabije toekomst door het beheersorganisme
zal moeten worden opgesteld, zal een preventie- en
sensibiliseringsplan omvatten. Deze plannen zijn bestemd voor de
doelgroep die bij het beheer van afgedankte voertuigen is betrokken.
De doelgroep is voornamelijk samengesteld uit beroepsmensen
die werkzaam zijn in de sector voor de herstelling en de
doorverkoop van tweedehandsvoertuigen. Op deze manier wordt
toegekomen aan de verplichting om deze doelgroep te sensibiliseren
rond het nut om afgedankte voertuigen naar erkende verwerkingscentra
af te voeren.
– Cette obligation de sensibilisation consiste-t-elle uniquement
en des campagnes régulières ou des mesures de sensibilisation
structurelles sont-elles comprises ?
– L’IBGE effectue-t-elle, outre un contrôle a priori des campagnes
auprès de l'ASBL de pilotage, un contrôle a posteriori
pour constater que les intermédiaires ont effectué ces mesures
?
– Des mesures relatives à la labellisation sont-elles incluses dans
le cadre de cette obligation de sensibilisation ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Le plan de gestion qui devra être rédigé dans un futur proche
par l’ASBL de pilotage comprendra un plan de prévention et de
sensibilisation du public « cible » concerné par la gestion des
VHU. Ce public cible est principalement constitué du secteur professionnel
du dépannage et de la revente de véhicules de seconde
main. Cette obligation de sensibilisation sera rencontrée de cette
manière et veillera à sensibiliser ce public à l’importance de diriger
les VHU vers les centres de traitement agréés.

76
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Elke informatie- of sensibiliseringscampagne wordt voorafgaandelijk
aan Leefmilieu Brussel meegedeeld die er zijn advies
over mag geven. Het beheersorganisme evalueert de campagnes
achteraf tijdens de raad van bestuur waarop Leefmilieu Brussel als
waarnemend lid aanwezig is.
Deze sensibiliseringsverplichting omvat geen acties met betrekking
tot het toekennen van labels.
Toute campagne d’information ou de sensibilisation est préalablement
communiquée à Bruxelles Environnement qui peut
donner son avis. L’évaluation a posteriori est réalisée par l’ASBL
de pilotage à son conseil d’administration auquel Bruxelles
Environnement assiste en tant qu’observateur.
Aucune mesure relative à la labellisation n'est incluse dans le
cadre de cette obligation de sensibilisation.
Vraag nr. 393 van mevr. Anne-Charlotte d'Ursel d.d. 28 december
2011 (Fr.) :
Aard en controle van de bewustmakingsmaatregelen in de
milieubeleidsovereenkomst betreffende de afgedankte voertuigen
voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Artikel 10 van de Milieubeleidsovereenkomst betreffende afgedankte
voertuigen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest stelt
dat elke categorie van de sector, binnen de in deze overeenkomst
bepaalde verplichtingen, maximale inspanningen zal leveren
om drie categorieën maatregelen te nemen : het ontwikkelen en
verbeteren van efficiënte methodes voor depollutie en demontage
of ontmanteling van afgedankte voertuigen; het stimuleren van
het hergebruik en van de recyclage van onderdelen en materialen
van afgedankte voertuigen; het ontwikkelen van technieken voor
recyclage en terugwinning van energie van het afval dat afkomstig
is van de verwerking van afgedankte voertuigen.
Question n° 393 de Mme Anne-Charlotte d'Ursel du 28 décembre
2011 (Fr.) :
Le contrôle des mesures d'efforts prévus dans la Convention
environnementale relative aux véhicules hors d'usage pour la
Région de Bruxelles-Capitale.
L’article 10 de la Convention environnementale relative aux
véhicules hors d’usage pour la Région de Bruxelles-Capitale
prévoit que chaque catégorie du secteur, dans le périmètre de
ses obligations définies dans la présente convention fera les plus
grands efforts possibles pour réaliser 3 catégories de mesures : le
développement et l’amélioration de méthodes efficaces de dépollution
et de démantèlement des véhicules hors d’usage, l'incitation
à la réutilisation et au recyclage des composants et matériaux et
le développement de techniques de recyclage et de récupération
d’énergie des déchets provenant des véhicules hors d’usage.
Je souhaiterais savoir :
– Is voorzien in een monitoring- en evaluatiesysteem voor controle
op voornoemde inspanningen ?
– Worden de resultaten van de evaluatie opgenomen in het jaarverslag
van de piloot-vzw ?
– Is de piloot-vzw of het BIM verantwoordelijk voor controle op
die categorieën inspanningen ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
In de milieuovereenkomst is de opstelling van een beheerplan
door de beheers-vzw vastgelegd. Een deel van dat beheerplan zal
handelen over de maatregelen van de beheers-vzw op het vlak van
hergebruik, recycling en nuttige toepassing. De inspanningen van
de beheers-vzw zullen dus in het licht van het beheerplan worden
geanalyseerd.
De resultaten van de beoordeling zullen in het jaarverslag van
de bestuurs-vzw worden opgenomen.
De controle op de inspanningen die elke categorie van de sector
moet leveren, is een taak van de bestuurs-vzw.
– Un système de monitoring et d’évaluation est-il prévu pour
assurer le contrôle des efforts fournis dans ces trois catégories
d’efforts ?
– Les résultats de l’évaluation seront-ils intégrés dans le rapport
annuel de l'ASBL de pilotage ?
– Est-ce l’ASBL de pilotage ou l’IBGE qui est responsable du
contrôle de ces catégories d’efforts ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
La convention environnementale prévoit la rédaction par
l’ASBL de pilotage d’un plan de gestion. Une partie de ce plan de
gestion comprendra les mesures prises par l’ASBL de pilotage en
matière de réutilisation, de recyclage et de valorisation. Les efforts
entrepris par l’ASBL de pilotage seront donc analysés à la lumière
du plan de gestion.
Les résultats de l’évaluation seront intégrés dans le rapport
annuel de l’ASBL de pilotage.
Le contrôle des efforts à réaliser par chaque catégorie du secteur
incombe à l'ASBL de pilotage.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
77
Vraag nr. 394 van mevr. Anne-Charlotte d'Ursel d.d. 28 december
2011 (Fr.) :
Methode voor de berekening van de verkoopwaarde van de
materialen in de milieubeleidsovereenkomst betreffende de afgedankte
voertuigen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Artikel 6, § 2, van de Milieubeleidsovereenkomst betreffende
afgedankte voertuigen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
stelt dat de verkoopwaarde minstens gelijk aan de gemiddelde
verkoopwaarde van het gewicht van de materialen waaruit de
afgedankte voertuigen bestaan, zoals in de loop van de laatste
twaalf maanden gedefinieerd door de schrootprijs E40 (beurs
van Rotterdam), de aluminiumprijs (London Metal Exchange)
en de prijs van platina, palladium en rodium (London Metal
Exchange).
– Hoe worden de vermelde tarieven gebruikt in de berekeningsmethode
van de verkoopwaarde tussen de vermelde tarieven ?
– In welke mate worden de tarieven voor andere materialen
– ferro en non-ferrometalen, Rare Earth Elements – die in
afgedankte voertuigen kunnen voorkomen, opgenomen bij de
algemene raming van de verkoopwaarde ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Het is niet erg waarschijnlijk dat de handelswaarde van een
voertuig lager is dan de gemiddelde waarde van het gewicht van
de materialen ervan. Mocht dit wel het geval zijn, dan komt het
aan de onafhankelijke deskundige toe om de koers te bepalen, in
functie van de op dat ogenblik geldende beursnotaties.
Question n° 394 de Mme Anne-Charlotte d'Ursel du 28 décembre
2011 (Fr.) :
La méthode de calcul de la valeur vénale des matériaux dans
la Convention environnementale relative aux véhicules hors
d'usage pour la Région de Bruxelles-Capitale.
L'article 6, § 2 (p. 16) de la Convention environnementale
relative aux véhicules hors d’usage pour la Région de Bruxelles-
Capitale stipule que la valeur vénale moyenne des matériaux des
véhicules hors d’usage est au moins égale à la valeur moyenne
du poids des matériaux constituant les véhicules hors d’usage
tel que défini au cours des douze derniers mois par le cours de
la ferraille E40 (Bourse de Rotterdam), le taux de l’aluminium
(London Metal Exchange) et le cours du platine, du palladium et
du rhodium (London Metal Exchange).
– Quelle pondération est opérée dans la méthode de calcul de la
valeur vénale entre les taux et cours respectivement mentionnés
?
– Dans quelle mesure sont intégrés dans l’appréciation globale
de la valeur vénale les cours d’autres matériaux – métaux ferreux
et non ferreux, Rare Earth Elements – succeptibles de se
trouver dans la composition des éléments des véhicules hors
d’usage ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Il est peu probable que la valeur vénale d’un véhicule soit
inférieure à la valeur moyenne du poids des matériaux. Au cas où
cela serait le cas, ce serait l’expert indépendant qui jugerait de la
pondération entre taux et cours et ce, en fonction, des cotations en
vigueur à cette date.
Vraag nr. 395 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 december
2011 (Fr.) :
Gebruik van stagiaires in uw ministerieel kabinet.
Professionele stages vormen een buitenkans voor mensen die
wensen werk te vinden : zij verwerven ervaring via het gebruik
van hun competenties en kennis én op het vlak van de menselijke
relaties. De ministeriële kabinetten kunnen dus een beslissende rol
spelen bij de opleiding van werkzoekenden en van mensen die hun
professionele vaardigheden wensen te vervolmaken.
Graag een antwoord op de volgende vragen voor 2009, 2010
en 2011 :
– Doet uw kabinet regelmatig een beroep op stagiaires ? Zo ja,
kan u me meedelen hoeveel ?
Question n° 395 de Mme Françoise Schepmans du 28 décembre
2011 (Fr.) :
L'emploi de stagiaires au sein de votre cabinet ministériel.
Les stages professionnels sont une opportunité de taille pour
les personnes qui souhaitent s’insérer dans le monde du travail et
ce, en acquérant une expérience sur le plan de la mise en œuvre
des compétences, de l’utilisation des connaissances mais aussi de
la gestion des relations humaines. À cet égard, les cabinets ministériels
peuvent jouer un rôle déterminant dans la formation des
chercheurs d’emploi mais aussi des personnes qui cherchent à se
perfectionner sur le plan des activités professionnelles.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais prendre
connaissance des réponses aux questions suivantes pour les années
2009, 2010 et 2011 :
– Votre cabinet ministériel fait-il régulièrement appel à des stagiaires
? Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer le
nombre de personnes concernées ?

78
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– Werden deze stagiaires betaald, wat was hun leeftijdsgroep en
hun administratieve status bij indiensttreding (werkzoekende,
loopbaanonderbreking, politiek verlof enz.) ?
– Hebben stage-ervaringen in uw kabinet geleid tot arbeidsovereenkomsten
voor onbepaalde duur ? Zo ja, voor hoeveel
personen ?
– Wat waren de voornaamste opdrachten die de stagiaires hebben
uitgevoerd ?
– Bestaan er overeenkomsten tussen uw ministerieel kabinet en
centra voor hogere opleiding om stages te organiseren ? Zo ja,
met welke instellingen ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Wij hebben geen stagiaires ontvangen in 2009, 2010 en 2011.
Wij hebben immers maar heel weinig kandidaturen ontvangen
en de gestelde kandidaturen beantwoordden niet aan onze verwachtingen.
Wij hebben daarom beslist om geen stagiaires te aanvaarden,
om te vermijden dat de stage teleurstellend of negatief zou zijn,
zowel voor de stagiaire als voor het kabinet.
– Pourriez-vous compléter les données supra en indiquant si
les stagiaires ont été rémunérés et quels étaient leurs tranches
d’âge ainsi que leurs statuts administratifs respectifs lors des
entrées en fonction (par exemple demandeur d’emploi, pausecarrière,
congé politique, etc. ?
– Est-ce que des expériences de stages au sein de votre cabinet
ont conduit à des recrutements sur la base d’un contrat à durée
indéterminée ? Le cas échéant, pourriez-vous me dire combien
de personnes étaient concernées ?
– Quelles sont les principales missions qui ont été remplies par
les stagiaires ?
– Existe-t-il des conventions entre votre cabinet ministériel et
des centres d’enseignement supérieur pour organiser ces offres
de stages ? Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer les
noms de ces établissements ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Nous n’avons pas accueilli de stagiaires en 2009, 2010 et
2011.
Nous n’avons, en effet, reçu que très peu de candidatures et
celles-ci ne correspondaient pas à nos attentes.
Nous avons donc préféré ne pas prendre de stagiaire pour éviter
que le stage soit décevant ou négatif, aussi bien pour le stagiaire
que pour le cabinet.
Vraag nr. 396 van mevr. Sophie Brouhon d.d. 16 januari 2012
(N.) :
De transparantie van de distributiekosten in de elektriciteitsfactuur.
Een studie van Frontier Econonics voor CREG uit maart
2011 berekende de distributiekosten in Brussel op 2,33 eurocent/
kWh. Diezelfde studie uitgevoerd in oktober 2011 spreekt van
5,51 eurocent/kWh. In een reactie over deze studies zegt Sibelga
dat alle cijfers foutief zijn. Deze studie vergelijkt de energieprijs
tussen de 3 Gewesten, maar gebruikt hiervoor slechts 3 distributienetbeheerders
: Siblga (Brussel), IEH (Charleroi) en Imewo
(Brugge-Gent). Deze studie werd wel overgenomen door l'Echo
van 27 oktober 2011.
Volgens de prijsgegevens van Electrabel Energy Plus betaalt de
consument in oktober 2011 8,8 eurocent/kWh. De distributiekost
is een onderdeel van de factuur van de leverancier en wordt elk
jaar vastgelegd door CREG en Sibelga. Volgens de gegevens van
Sibelga en CREG, ging het in 2010 over 6,17 eurocent/kWh, in
2011 over 6,44 eurocent/kWh. Het is onduidelijk waarom er een
verschil bestaat tussen de gegevens van Electrabel en Sibelga. In
het jaarverslag van Sibelga wordt enkel een jaarrekening gepubliceerd
en wordt op geen enkele manier meegedeeld welke diensten
geleverd worden (en in welke verhouding) voor de in de factuur
betaalde distributiekosten.
Vandaar mijn vragen :
1) Wat is de huidige distributiekost (dus zonder transmissiekost en
openbare heffingen) zoals doorgerekend in de energiefactuur
Question n° 396 de Mme Sophie Brouhon du 16 janvier 2012
(N.) :
La transparence des coûts de distribution sur la facture
d'électricité.
Une étude réalisée en mars 2011 par Frontier Economics
pour la CREG a évalué les coûts de distribution à Bruxelles à
2,33 cents/kWh. La même étude réalisée en octobre 2011 parle de
5,51 cents/kWh. Dans une réaction à ces études, Sibelga déclare
que tous les chiffres sont erronés. L'étude compare les prix de
l'énergie dans les trois Régions mais n'utilise à cette fin que 3 gestionnaires
de réseaux de distribution : Sibelga (Bruxelles), IEH
(Charleroi) et Imewo (Bruges-Gand). Cette étude a toutefois été
relayée par L'Écho du 27 octobre 2011.
D'après les données de prix d'Electrabel Energy Plus, en
octobre 2011 le consommateur paye 8,8 cents/kWh. Les coûts de
distribution constituent un élément de la facture du fournisseur et
ils sont fixés chaque année par la CREG et Sibelga. D'après les
données de la CREG et Sibelga, ils s'élevaient à 6,17 cents/kWh
en 2010 et à 6,44 cents/kWh en 2011. La raison de cette différence
entre les données d'Electrabel et de Sibelga n'est pas claire. Le
rapport annuel de Sibelga publie uniquement les comptes annuels
et n'indique en rien quels services sont fournis (et dans quelle
proportion) pour les coûts de distribution facturés.
Mes questions sont dès lors les suivantes :
1) Quels sont actuellement les coûts de distribution (donc hors
coûts de transport et redevances aux autorités publiques) comp-

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
79
van de consument ? Graag een eenduidig getal voor het jaar
2011, het type DC-klant (3.500 kWh/jaar waarvan 1.900 nachttarief)
en inclusief BTW.
2) Hoe verklaart u de grote verschillen in de verschillende publicaties
over de distributiekosten in Brussel ? Deze gegevens
variëren tussen 2,33 (Frontier Economics, CREG) en 8,8
(Electrabel). Wat is uw standpunt ten opzichte van de resultaten
van Frontier Economics voor CREG met betrekking tot de
Brusselse distributiekostprijs en voorgesteld en gepubliceerd
door CREG ?
3) Waarom wordt in de intergewestelijke vergelijking van distributiekosten
door CREG uitgegaan van de distributienetbeheerder
IEH en Imewo ? Waarom wordt niet vergeleken met de
gemiddelde distributiekostprijs ?
4) Welke maatregelen heeft u genomen om de energiefactuur
transparanter te maken ? Welke maatregelen om de verschillende
componenten, waaronder de distributiekost, transparanter
te maken en te communiceren ?
5) Welk percentage van de distributiekost in de elektriciteitsfactuur
van de consument wordt gebruikt voor de openbare
dienstverplichtingen ? Welk percentage voor de openbare verlichting
?
6) Wat zijn de totale inkomsten van Sibelga uit de distributiekosten
in de energiefactuur van de consument ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
In antwoord op uw vragen vindt u hieronder de informatie
waarover ik beschik. Ik wil er echter aan herinneren dat de
gewesten op dit ogenblik niet bevoegd zijn op tarifair vlak. De
antwoorden die ik hieronder geef, zijn dan ook onder voorbehoud,
aangezien dit nog altijd een federale bevoegdheid is.
Betreffende de huidige distributiekosten : de bedragen op de
energiefactuur van de consument worden berekend volgens de
tarieftabellen die de CREG heeft goedgekeurd voor de regulatoire
periode 2009-2012 en op basis van de ramingen van de netbeheerder.
Voor een type DC-klant (3.500 kWh/jaar) geeft de berekening
van het jaarbedrag van de distributietarieven het volgende resultaat
:
Distributietarief Sibelga (10/2011)
tabilisés sur la facture énergétique du consommateur ? Merci
de nous fournir un chiffre clair pour l'année 2011, pour le client
type Dc (3.500 kWh/an dont 1.900 au tarif de nuit) et TVAC.
2) Comment expliquez-vous les différences importantes entre
les diverses publications pour ce qui est des coûts de distribution
à Bruxelles ? Ces données varient entre 2,33 (Frontier
Economics, CREG) et 8,8 (Electrabel). Quelle est votre position
au sujet des résultats relatifs aux coûts de distribution à
Bruxelles obtenus par Frontiers Economics, et présentés et
publiés par la CREG ?
3) Pourquoi la comparaison interrégionale des coûts de distribution
réalisée par la CREG part-elle des gestionnaires de réseau
de distribution IEH et Imewo ? Pourquoi ne compare-t-on pas
avec les coûts de distribution moyens ?
4) Quelles mesures avez-vous prises afin de rendre la facture
énergétique plus transparente ? Quelles mesures avez-vous prises
afin de rendre les différents éléments, notamment les coûts
de distribution, plus transparents et afin de les communiquer de
façon plus transparente ?
5) Quel pourcentage des coûts de distribution figurant sur la facture
énergétique du consommateur utilise-t-on pour l'obligation
de service public ? Quel pourcentage aux fins de l'éclairage
public ?
6) Quelles sont les recettes totales que Sibelga tire des coûts de
distribution figurant sur la facture énergétique du consommateur
?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Vous trouverez ci-dessous les informations dont je dispose en
réponse à vos questions mais je rappelle qu’en matière tarifaire,
les Régions ne sont pas compétentes à ce jour. Les réponses données
ci-dessous sont dès lors transmises sous toute réserve, dans
la mesure où il s’agit toujours jusqu’à présent d’une compétence
fédérale.
En ce qui concerne le coût actuel de distribution, les montants
repris sur les factures d’énergie des clients sont calculés suivant
les grilles tarifaires approuvées par la CREG pour la période
régulatoire 2009-2012 et sur base des prévisions du gestionnaire
de réseau.
Pour un client type DC (3.500 kWh/an), le calcul du montant
annuel des tarifs de distribution donne le résultat suivant :
Tarif distribution Sibelga (10/2011)
Totaal gebruik
Meetactiviteit
Openbare dienstverplichtingen
Compensatie netverliezen
Lasten niet-gekapitaliseerde pensioenen
Systeembeheer
Wegenisretributie
Totaal distributiekosten Sibelga
inclusief 21% btw
153,32 EUR
8,48 EUR
37,59 EUR
14,81 EUR
19,32 EUR
8,55 EUR
21,07 EUR
263,14 EUR
318,40 EUR
Total utilisation
Activité de mesure
Missions de service public
Compensation des pertes réseau
Charges des pensions non capitalisées
Gestion du système
Voirie
Total coûts de distribution Sibelga
incl 21% tva
153,32 EUR
8,48 EUR
37,59 EUR
14,81 EUR
19,32 EUR
8,55 EUR
21,07 EUR
263,14 EUR
318,40 EUR

80
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Betreffende de verschillen tussen de distributiekosten in
verschillende publicaties : dit toont aan dat deze vergelijkingen
moeilijk te maken zijn en dat deze publicaties met een kritisch oog
moeten worden gelezen.
De twee studies van Frontier Economics die in 2011 (maart
en oktober) werden gepubliceerd, hebben betrekking op dezelfde
gegevens van 2010. De CREG heeft geen verklaring gegeven voor
deze verschillen of fouten.
Concernant les différences entre les coûts de distribution
publiés par différentes publications, ceci montre que ces comparaisons
sont difficiles à faire et qu’il y a lieu de faire une lecture
critique de ces publications.
Les deux études de Frontier Economics publiées en 2011 (mars
et octobre) ont trait aux mêmes données de 2010. La CREG n’a
pas expliqué l’origine des différences ou erreurs.
Studiemaart2011/Étudemars2011
Studieoktober2011/Étudeoctobre2011/
Bron/Source:http://www.creg.be/pdf/NewsOnly/111026Pres_Frontier_EconomicsInternational_Energy_Price_Study.pdf

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
81
Betreffende de keuze van netbeheerders voor de vergelijking
met het Vlaams en het Waals Gewest : de CREG en Frontier
Economics verantwoorden deze keuze voor IEH en Imewo niet.
Er moet worden opgemerkt dat het gaat om de belangrijkste
distributienetbeheerders van de twee andere Gewesten. Hun kosten
liggen echter lager dan het gewestelijke gemiddelde van deze
Gewesten.
Betreffende de transparantie van de energiefactuur: eerst en
vooral moet erop worden gewezen dat de verschillende componenten
en de structuur van de energiefactuur tot het bevoegdheidsdomein
van de federale administratie behoren.
Dit gezegd zijnde, een gedetailleerde weergave van de distributiekosten
op de energiefactuur zou zonder enige twijfel de
leesbaarheid van de factuur aanzienlijk verminderen voor het
merendeel van de consumenten. Voor de distributiekosten alleen al
zouden er op de factuur immers acht lijnen nodig zijn (en omwille
van de goede logica zouden de overige posten van de factuur met
evenveel details moeten worden vermeld. Dit zou de factuur volledig
onbegrijpelijk maken).
Betreffende het percentage van de elektriciteitfactuur gebruikt
voor de openbare dienstverplichtingen en meer bepaald voor de
openbare verlichting : de jaarfactuur van een type DC-klant met
een 9 kVA-aansluiting bij leverancier Electrabel (Energy+-tarief)
bedroeg in november 2011 794,42 EUR (inclusief btw).
De distributiekosten bedroegen 318,40 EUR (40 %), waarvan
45,48 EUR voor het tarief « openbare dienstverplichtingen »
(ODV), hetzij 5,7 %.
Op het vlak van belastingen en heffingen betaalde deze klant
nog eens 16,70 EUR voor het recht « artikel 26 » (financiering
van de ODV).
De openbare dienstverplichtingen kostten hem dus op jaarbasis
62,18 EUR, hetzij 7,8 %.
Voor de openbare verlichting betaalde deze klant 30,55 EUR,
hetzij 3,8 % van zijn totaalfactuur.
Betreffende de inkomsten van Sibelga uit de distributiekosten :
de enige informatie waarover ik beschik, is afkomstig uit het jaarverslag
2010 van Sibelga :
Pour ce qui concerne le choix des gestionnaires de réseau qui
sont comparés en Région flamande et en Région wallonne, la
CREG et Frontier Economics ne justifient pas leur décision de
retenir IEH et Imewo.
Il faut noter qu’il s’agit des plus importants gestionnaires de
réseau de distribution des deux Régions, mais leurs coûts sont
inférieurs à la moyenne régionale de ces Régions.
Votre question relative à la transparence des factures d’énergie
appelle la réponse suivante. Tout d’abord, il convient de rappeler
que les éléments et la structure des factures des tarifs d’énergie
sont du ressort de l’administration fédérale.
Sur le fond, l’imposition d’un détail complet des différents postes
qui composent le coût de distribution sur les factures d’énergie
aurait comme conséquence évidente de diminuer fortement la
lisibilité de celles-ci pour la majorité des consommateurs. Pour le
seul coût de distribution, huit lignes seraient nécessaires pour différencier
les différents composants (et il faudrait en bonne logique
offrir le même niveau de détail pour les autres postes de la facture
ce qui rendrait cette dernière tout à fait illisible).
En ce qui concerne le pourcentage de la facture électrique
dédié aux obligations de service public et à l’éclairage public en
particulier, les données sont les suivantes. La facture annuelle
d’un client type DC avec un raccordement 9 kVA auprès du fournisseur
Electrabel (tarif Energy+) s’élevait en novembre 2011 à
794,42 EUR (TVA incluse).
Les coûts de distribution s’élevaient à 318,40 EUR (40 %) dont
45,48 EUR au titre du tarif « missions de service public » (MSP),
soit 5,7 %.
Parmi les taxes et surcharges, ce client payait également
16,70 EUR au titre du droit article 26 (financement des MSP).
Les obligations de service public lui ont coûté annuellement
62,18 EUR, soit 7,8 %.
Le coût de l’éclairage public supporté par ce client est de
30,55 EUR, soit 3,8 % de sa facture totale.
S’agissant des revenus de Sibelga liés aux coûts de distribution,
les seuls éléments de réponse disponibles sont issus du rapport
annuel 2010 de Sibelga :
Facturatie aan de energieleveranciers (€)
Facturation aux fournisseurs d'énergie (€) 2010 2009 2008
Grid fee elektriciteit / Grid fee électricité 204.199.074,42 185.961.871,36 179.366.891,77
Grid fee gas / Grid fee gaz 117.169.542,85 106.289.872,61 106.563.955,92

82
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Minister belast
met Openbare Werken en Vervoer
Vraag nr. 517 van de heer Philippe Close d.d. 12 juli 2011
(Fr.) :
Sluiting van de Bruynstraat door de burgemeester van
Vilvoorde.
De burgemeester van Vilvoorde heeft onlangs paaltjes laten
plaatsen om de toegang tot de Bruynstraat in Neder-Over-
Heembeek te blokkeren.
Deze eenzijdige beslissing doet een aantal problemen rijzen.
Ten eerste moeten de inwoners van Neder-Over-Heembeek kilometers
omrijden wanneer ze naar Vilvoorde en/of de ring moeten.
De boerderij Nos Pilifs is overigens een van de slachtoffers van
die beslissing, aangezien de vaste klanten moeten omrijden.
Die beslissing stelt natuurlijk het overleg tussen de Gewesten
aan de orde.
Ministre chargée
des Travaux publics et des Transports
Question n° 517 de M. Philippe Close du 12 juillet 2011 (Fr.) :
La fermeture de la rue Bruyn par le bourgmestre de
Vilvorde.
Le bourgmestre de Vilvorde a récemment fait installer des
potelets pour empêcher l’accès de la rue Bruyn à Neder-Over-
Heembeek.
Cette décision unilatérale pose un certain nombre de problèmes.
Premièrement, elle oblige les habitants de Neder-Over-
Heembeek à faire des kilomètres de déviation pour se rendre à
Vilvorde et/ou accéder au Ring. La Ferme Nos Pilifs est, par
ailleurs, une des victimes collatérales de la fermeture puisque ses
clients habituels doivent emprunter une série de détours pour pouvoir
espérer atteindre le magasin.
Enfin, cet événement pose évidemment la question de la
concertation entre les Régions.
Madame la Ministre :
– Heeft de burgemeester van Vilvoorde overleg gepleegd met het
Gewest alvorens de paaltjes in de Bruynstraat te laten plaatsen
?
– De gemeente Vilvoorde heeft borden « verboden in te rijden »
zonder voorafgaande toestemming geplaatst op Brussels grondgebied.
Hebt u gereageerd ? Zo neen, bent u van plan te reageren
?
– De sluiting van de Bruynstraat blokkeert de toegang van de
Brusselaars tot de ring. Hebt u contact opgenomen met uw
Vlaamse collega om een alternatieve oplossing te vinden ?
Antwoord : De Bruynstraat is een gemeenteweg, die bijgevolg
ook onder de bevoegdheid van de Stad Brussel valt.
Verkeersmaatregelen die ingesteld worden op gemeentewegen
zijn geen gewestbevoegdheid, en de Stad Vilvoorde dient voor
dergelijke ingrepen dan ook geen contact op te nemen met het
Brussels Gewest, maar wel met de betrokken wegbeheerder, in
casu de Stad Brussel.
Wat de plaatsing van verkeersborden op Brussels grondgebied
betreft, heb ik geen weet van de plaatsing van dergelijke borden
op gewestwegen.
Wat uw laatste vraag betreft, moet ik zeggen dat ze mij enigszins
verwondert, want u geeft hierbij aan dat de Bruynstraat, die
een lokale weg is en dus in principe enkel plaatselijk verkeer moet
hebben, als sluipweg zou moeten mogen worden gebruikt om de
Ring te bereiken.
Rekening houdend met de woonprojecten die net in deze straat
lopende zijn of voorzien worden, en met het feit dat hier ook een
gewestelijke fietsroute passeert, lijkt een dergelijk concept mij
niet aangewezen en zou dit verkeer doorheen deze straat moeten
ontraden worden om via het hoofdwegennet naar de Ring toe
geleid te worden.
– Est-ce que le bourgmestre de Vilvorde a consulté la Région
avant d’installer les potelets rue Bruyn ?
– La commune de Vilvorde a posé des panneaux d’interdiction de
voirie sur le territoire bruxellois sans autorisation préalable.
Avez-vous réagi ? Si non, comptez-vous le faire ?
– La fermeture de la rue Bruyn limite l’accès des Bruxellois au
Ring. Avez-vous pris contact avec votre homologue flamande
pour trouver une alternative ?
Réponse : La rue Bruyn est une rue communale, qui relève
donc de la compétence de la Ville de Bruxelles.
Les mesures de circulation qui sont établies sur les voiries communales
ne constituent pas une compétence régionale, et la Ville de
Vilvorde ne doit pas prendre contact avec la Région de Bruxelles-
Capitale pour de telles interventions, mais avec le gestionnaire de
voirie concerné, en l’occurrence la Ville de Bruxelles.
En ce qui concerne le placement de panneaux de signalisation
sur le territoire de Bruxelles, je n’ai pas connaissance du placement
de tels panneaux sur les voiries régionales.
Pour répondre à votre dernière question, je dois vous dire
qu’elle me surprend quelque peu, car vous y annoncez que la rue
Bruyn, qui est une voirie secondaire et qui ne doit accueillir en
principe que le trafic secondaire, devrait pouvoir être empruntée
comme transit afin de rejoindre le Ring.
En tenant compte des projets de logements qui sont en cours ou
qui sont prévus dans cette rue et compte tenu du fait qu’un itinéraire
cyclable régional traverse également cette rue, un tel concept
ne me semble pas indiqué. Il convient de privilégier le réseau
routier principal à cette rue pour rejoindre le Ring.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
83
Ondertussen zijn de paaltjes ook weggehaald omdat het sluipverkeer
dat ze moesten tegenhouden is verdwenen.
Entre-temps, les poteaux ont également été enlevés, car la circulation
de transit que ceux-ci devaient enrayer a disparu.
Vraag nr. 559 van mevr. Brigitte De Pauw d.d. 21 september
2011 (N.) :
De vergoeding die de MIVB vraagt bij evenementen.
Bij evenementen wordt de normale dienstregeling en reisweg
soms omgelegd. Trams worden vervangen door bussen of bussen
volgen een andere route. Hiervoor rekent de MIVB een kost aan.
– Op welke basis wordt deze kostprijs berekend ?
– Op welke basis kan hiervan afgeweken worden ?
– Kan de minister volgend overzicht geven :
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement
per jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente
Anderlecht ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement per
jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de Stad Brussel ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement per
jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente Elsene ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement
per jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente
Etterbeek ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement per
jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente Evere ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement
per jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente
Ganshoren ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement per
jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente Jette ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement
per jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente
Koekelberg ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement
per jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente
Oudergem ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement
per jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente
Schaarbeek ?
Question n° 559 de Mme Brigitte De Pauw du 21 septembre
2011 (N.) :
L'indemnité demandée par la STIB à l'occasion d'événements.
Lors de certains événements, l'horaire et le trajet normaux sont
parfois modifiés. Les trams sont remplacés par des bus, ou les
bus empruntent un autre trajet. La STIB facture un coût pour ce
service.
– Sur quelle base ce coût est-il calculé ?
– Sur quelle base peut-on y déroger ?
– La ministre peut-elle fournir les relevés suivants :
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune d'Anderlecht, et ce pour 2008, 2009
et 2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la Ville de Bruxelles, et ce pour 2008, 2009 et
2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune d'Ixelles, et ce pour 2008, 2009 et
2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune d'Etterbeek, et ce pour 2008, 2009 et
2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune d'Evere, et ce pour 2008, 2009 et
2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune de Ganshoren, et ce pour 2008, 2009
et 2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune de Jette, et ce pour 2008, 2009 et
2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune de Koekelberg, et ce pour 2008, 2009
et 2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune d'Auderghem, et ce pour 2008, 2009
et 2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune de Schaerbeek, et ce pour 2008, 2009
et 2010 ?

84
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement
per jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente Sint-
Agatha-Berchem ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement
per jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente Sint-
Gillis ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement per
jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente Sint-Jans-
Molenbeek ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement per
jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente Sint-Joostten-Node
?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement
per jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente Sint-
Lambrechts-Woluwe ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement
per jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente Sint-
Pieters-Woluwe ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement per
jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente Ukkel ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement per
jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente Vorst ?
- De vergoedingen aan de MIVB betaald per evenement per
jaar voor 2008, 2009 en 2010 door de gemeente Watermaal-
Bosvoorde ?
Antwoord : De MIVB baseert zich op artikel 15 van haar
beheerscontract dat stelt dat de kosten van verstoringen van haar
net ten laste zijn van de verantwoordelijke van de verstoring van
haar lijnen.
Het gevraagde bedrag dient om de kosten te compenseren die
het evenement veroorzaakt, meer bepaald het aanbrengen van
voorlopige signalisatie, bewegwijzering van de omleiding voor
de bestuurders, aanwezigheid van superviserend personeel als dat
nodig is en het administratieve beheer van het dossier.
Zoals eerder reeds werd verduidelijkt factureert de MIVB aan
de verantwoordelijke van de verstoring. Het gaat in vele gevallen
om privébedrijven of particulieren. Wat de gemeenten betreft heeft
de MIVB in 2008 voor in totaal 27.464 EUR gefactureerd. In 2009
was dat 20.291 EUR en in 2010 18.276 EUR.
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune de Berchem-Sainte-Agathe, et ce
pour 2008, 2009 et 2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune de Saint-Gilles, et ce pour 2008, 2009
et 2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune de Molenbeek-Saint-Jean, et ce pour
2008, 2009 et 2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune de Saint-Josse-ten-Noode, et ce pour
2008, 2009 et 2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune de Woluwe-Saint-Lambert, et ce pour
2008, 2009 et 2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune de Woluwe-Saint-Pierre, et ce pour
2008, 2009 et 2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune d'Uccle, et ce pour 2008, 2009 et
2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune de Forest, et ce pour 2008, 2009 et
2010 ?
- Les indemnités versées, par événement et par année, à la
STIB par la commune de Watermael-Boitsfort, et ce pour
2008, 2009 et 2010 ?
Réponse : La STIB s’appuie sur l’article 15 de son contrat
de gestion, qui stipule que les frais liés aux perturbations de son
réseau sont à charge du responsable de la perturbation de ses
lignes.
Le montant réclamé vise à compenser les frais directement
mis en œuvre par l’événement, en particulier l’installation d’une
signalétique provisoire, le fléchage de la déviation à l’intention
des conducteurs, la présence de personnel de supervision lorsque
cela s’avère nécessaire ainsi que la gestion administrative du dossier
proprement dit.
Comme précisé ci-avant, la STIB facture au responsable de
la perturbation. Il s’agit dans nombreux cas de firmes privées
ou de particuliers. Pour ce qui est des communes proprement
dites, pour l’année 2008, la STIB a facturé au total un montant de
27.464 EUR. En 2009, ce montant était de 20.291 EUR et en 2010
de 18.276 EUR.
Bedragen gefactureerd aan de gemeenten voor verstoring van het net
–
Montants facturés aux communes pour les perturbations du réseau
2008 2009 2010 TOTAL
Anderlecht 3.975 3.975 0 7.949
Oudergem / Auderghem 1.112 0 0 1.112
Sint-Agatha-Berchem / Berchem-Ste-Agathe 1.265 1.380 1.210 3.856

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
85
Evere 0 0 1.050 1.050
Vorst / Forest 920 920 920 2.761
Ganshoren 988 629 1.259 2.876
Jette 3.650 3.650 3.650 10.949
Sint-Jans-Molenbeek / Molenbeek-St-Jean 0 0 436 436
Schaarbeek/Schaerbeek 3.682 2.539 3.091 9.312
Sint-Joost-ten-Noode / St-Josse-ten-Noode 1.022 0 825 1.847
Ukkel / Uccle 7.454 5.125 5.131 17.710
Watermaal-Bosvoorde / Watermael-Boitsfort 1.279 1.381 704 3.364
Sint-Lambrechts-Woluwe / Woluwe-St-Lambert 1.500 0 0 1.500
Sint-Pieters-Woluwe / Woluwe-St-Pierre 617 691 0 1.309
Totaal / Total 27.464 20.291 18.276 66.032
Ter vervollediging is het nuttig te vermelden dat het beheerscontract
van de MIVB voorziet dat niet-winstgevende evenementen
zoals niet-commerciële stoeten, feesten of evenementen niet
het voorwerp uitmaken van een factuur. Hoewel de begunstigden
van deze maatregel over het algemeen kleine buurtvzw’s zijn die
anders hun budgetlasten aanzienlijk zouden zien toenemen, kunnen
ook gemeenten hiervan genieten als ze zulke evenementen
organiseren. Zo nam de MIVB in de periode 2008-2010 een
bedrag van 26.510 EUR voor haar rekening, een bedrag dat anders
aan de gemeenten zou gefactureerd geweest zijn.
En complément, il y a lieu de préciser que le contrat de gestion
de la STIB prévoit que les événements non lucratifs de type
cortèges, festivités ou événements non commerciaux ne font pas
l’objet d’une facturation. Si les bénéficiaires en sont généralement
de petites ASBL de quartier, qui voient ainsi leur budget allégé
de cette charge, les communes en sont également bénéficiaires
lorsqu’elles sont les organisatrices de tels événements. Ainsi, sur
la période de 2008 à 2010, un montant de 26.510 EUR qui autrefois
aurait été facturé aux communes a été pris en charge par la
STIB et la Région.
Vraag nr. 560 van de heer Philippe Pivin d.d. 21 september
2011 (Fr.) :
Wegdek van de Frans Gasthuislaan in de zone van de tramlijn.
De Josse Goffinlaan is volledig gerenoveerd. Die werken lijken
goed uitgevoerd te zijn en hebben in elk geval de hinder van de
tram op die laan sterk verminderd.
De Frans Gasthuislaan, een verlengstuk van die laan richting de
basiliek van Koekelberg, heeft dat « geluk » niet gehad.
Omwonenden hebben schade in hun woningen (barsten in de
muur) als gevolg van de doorgang van de tram op die laan. En dan
spreek ik nog niet over de geluidshinder.
Wetende dat er speciaal asfalt bestaat tegen onder andere de
geluidshinder van trams, lijkt het opportuun om het begonnen
werk voort te zetten en de as « Goffin-Frans Gasthuis » op korte
termijn in zijn totaliteit te renoveren. Vaak wordt het asfalt op de
laan opgelapt, maar een volledige renovatie van de weg zou als
een meer verantwoorde investering beschouwd kunnen worden.
Question n° 560 de M. Philippe Pivin du 21 septembre 2011
(Fr.) :
Le revêtement de l'avenue de l'Hôpital français composé des
voies de tram.
Vous savez que l'avenue Josse Goffin a été complètement rénovée.
Ces travaux semblent avoir été réalisés de bonne façon et ont,
en tous les cas, permis de réduire fortement les nuisances liées au
passage du tram dans cette avenue.
Cependant, l’avenue de l’Hôpital français, continuité de cette
voirie en direction de la Basilique de Koekelberg, n’a pas eu cette
« chance ».
Il apparaît que des riverains connaissent des détériorations dans
leur immeuble (fissures dans les murs) en conséquence du passage
du tram dans cette avenue et ce en outre des nuisances sonores.
Sachant que des asphaltes spécifiques permettent de combattre
les nuisances, notamment sonores, dues aux passages de trams, il
paraît opportun de pouvoir poursuivre le travail entamé et considérer
que cet axe « Goffin-Hôpital français » puisse être rénové à
court terme, dans sa globalité. En effet, alors qu’un travail de raccommodage
de l’asphalte de l’avenue est régulièrement constaté,
une rénovation complète de la voirie pourrait être un meilleur
calcul en termes d’investissements responsables.
Dès lors :
1. Bent u op de hoogte van schade in de woningen als gevolg van
de doorgang van de tram op de Frans Gasthuislaan ?
1. Avez-vous été informée de ces dégradations dans des immeubles
riverains liées au passage du tram dans l’avenue de l’Hôpital
français ?

86
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
2. Zou een speciaal wegdek zoals op de Josse Goffinlaan voordelen
bieden op het vlak van de trillingen veroorzaakt door de
tram ?
3. Wordt er op korte termijn nagedacht over een renovatie van
de Frans Gasthuislaan met speciaal asfalt op de plaatsen met
tramsporen ?
Antwoord : De heraanleg van de Josse Goffinlaan in het begin
van de jaren 2000 werd uitgevoerd door Mobiel Brussel in het
kader van de overname van deze voormalige gemeenteweg door
het Gewest.
Tussen 2002 en 2011 heeft de MIVB 17 vragen gekregen van
bewoners betreffende de slechte staat van het wegdek van de Frans
Gasthuislaan. In 10 gevallen vermelden de bewoners trillingen in
hun huis. In geen enkel geval hebben de klagers echter schade aan
hun huizen vermeld. Bij elke vraag is de MIVB ter plaatse gegaan
om herstellingen uit te voeren als dat mogelijk was.
Een gelijkaardige procedure als voor de Josse Goffinlaan kon
ook gevolgd worden voor de Frans Gasthuislaan, maar de gemeente
Koekelberg heeft indertijd niet willen ingaan op de vraag om het
beheer van deze laan naar het gewest over te dragen.
Belangrijk op te merken is echter dat bij de heraanleg van de
Goffinlaan de sporen niet vervangen werden, omdat ze nog in te
goede staat waren om een dergelijke ingreep te verantwoorden.
Dit betekent concreet dat er geen enkele specifieke maatregel
genomen is om trillingen of geluid in te perken op deze laan.
Vandaag stelt de MIVB echter vast dat zowel de sporen van de
Goffinlaan als van de Frans Gasthuislaan versleten zijn. De vervanging
er van is voorzien vanaf volgend jaar, waarbij de werken
op de Frans Gasthuislaan het meest dringend zijn.
Het spreekt voor zich dat er bij de vervanging gebruik zal
worden gemaakt van de modernste technieken om geluids- en trillingshinder
te beperken, dit op basis van een studie die door een
gespecialiseerd studiebureau zal uitgevoerd worden.
2. Un revêtement spécifique de la voirie tel qu’utilisé dans
l’avenue Josse Goffin, apporterait-il des avantages quant aux
vibrations liées au passage du tram ?
3. Une rénovation de l’avenue de l’Hôpital français avec l’intégration
d’un asphalte spécifique sur la zone d’implantation des
voies de tram est-elle envisagée prochainement ?
Réponse : Le réaménagement de l’avenue Josse Goffin début
des années 2000 a été réalisé par Bruxelles-Mobilité dans le
cadre de l’acquisition de cette ancienne voirie communale par la
Région.
Entre 2002 et 2011, la STIB a reçu 17 demandes au total de
riverains concernant le mauvais état de la voirie de l’avenue
de l’Hôpital français. Dans 10 cas, les gens ont fait mention de
vibrations dans leur maison. Dans aucun cas, les plaignants n’ont
fait mention de dégâts aux immeubles. Suite à chaque demande,
la STIB s’est rendue sur place pour faire des réparations si cela
s’avérait possible.
Une procédure similaire à celle mise en œuvre à l’avenue Josse
Goffin pouvait également être appliquée à l’avenue de l’Hôpital
français mais, à l’époque, la commune de Koekelberg n’a pas
accepté la proposition de transférer la gestion de cette avenue à
la Région.
Il est important de souligner que les rails n’ont pas été replacés
lors du réaménagement de l’avenue Goffin étant donné qu’ils
étaient encore en bon état et ne nécessitaient donc pas ce type
d’intervention.
Concrètement, cela signifie qu’aucune mesure spécifique n’a
été prise sur cette avenue pour réduire les vibrations ou le bruit.
Aujourd’hui, la STIB a constaté que les rails de l’avenue
Goffin et de l’Hôpital français étaient usés. Leur remplacement
est prévu dès le début de l’année prochaine, les travaux à réaliser
avenue de l’Hôpital français étant les plus urgents.
Il va de soi que lors du remplacement, les techniques les plus
modernes permettant de limiter le bruit et les vibrations seront
utilisées. Ceci se fera sur la base d’une étude menée par un bureau
d’étude spécialisé.
Vraag nr. 571 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 29 september
2011 (Fr.) :
De mobiliteitsproblematiek voor de tijdelijke concertzaal in
Thurn & Taxis.
In afwachting van de eventuele aanpassing van zaal 12 van de
Heizel en, op langere termijn, de heel grote evenementenzaal waarvan
sprake in het Neoproject, moeten we het stellen met het project
Music Stadium Indoor, een mobiele concertzaal voor 12.500 toeschouwers
die tijdelijk op de site van Thurn & Taxis zal komen.
Het bestuur van de stad Brussel heeft de nodige vergunningen
afgeleverd en er is al een eerste concert gepland op 13 oktober.
Men mag dus heel wat aankomend en vertrekkend volk verwachten
tijdens muziekevenementen en, bijgevolg, heel wat verkeer-
Question n° 571 de Mme Françoise Schepmans du 29 septembre
2011 (Fr.) :
La problématique de la mobilité pour la salle de concerts
temporaire à Tour et Taxis.
En attendant l'éventuelle adaptation du palais 12 du Heysel et,
à plus long terme, la très grande salle de spectacle prévue dans le
projet Néo, voici venu le projet du Music Stadium Indoor : une
salle de concert mobile de 12.500 personnes qui sera installée
temporairement sur le site de Tour et Taxis.
Les autorités de la Ville de Bruxelles ont accordé les autorisations
nécessaires et il est déjà prévu un premier concert le
13 octobre. Cette situation générale induit l’hypothèse d’une
demande importante en transport les jours des festivités musicales

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
87
sproblemen. Om mijn informatie te vervolledigen, had ik graag
geweten of er eventueel overleg is geweest tussen uw diensten,
het gemeentebestuur en de eigenaars van de zaal teneinde een
bijzonder mobiliteitsplan vast te stellen. Tot welke besluiten is
men gekomen ? Is de MIVB van plan bijzondere maatregelen te
treffen ?
Antwoord : De organisatoren van Music Stadium Indoor hebben
geen contact gehad met de directie Beleid van Mobiel Brussel
om een mobiliteitsplan op te stellen.
Ze namen wel contact op met de MIVB, en toonden zich bereid
om samen te werken. De MIVB stelde voor om de prijs van de
verplaatsing met het openbaar vervoer op te nemen in de prijs
van het toegangsticket. Aangezien de ticketverkoop voor de eerste
concerten reeds van start gegaan was op het moment van deze
contacten, was dit echter niet realiseerbaar.
Intussen heeft het college van burgemeester en schepenen van
de Stad Brussel de toestemming voor de mobiele concertzaal op
Thurn & Taxis eind september ingetrokken.
et, partant, il se présente le risque de problèmes de circulation.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais savoir s’il a
été éventuellement organisé des concertations entre vos services,
les autorités communales et les propriétaires de la salle de concert
pour définir un plan de mobilité particulier ? Quelles conclusions
ont été établies ? La STIB a-t-elle déjà retenu de mettre en œuvre
un dispositif spécial ?
Réponse : Les organisateurs de Music Stadium Indoor n’ont
pas eu de contacts avec la Direction Stratégie de Bruxelles
Mobilité en vue d’établir un plan de mobilité.
Par contre, ils ont contacté la STIB et se sont montrés disposés
à collaborer. La STIB a proposé d’intégrer le prix du déplacement
en transports publics dans le prix du ticket d’entrée. La vente de
tickets pour les premiers concerts ayant déjà débutée au moment
de ces contacts, cela n’était toutefois pas possible.
Entre-temps, le collège des bourgmestre et échevins de la Ville
de Bruxelles a annulé fin septembre l’autorisation pour la salle de
concerts mobile sur le site de Tours et Taxis.
Vraag nr. 586 van mevr. Greet Van Linter d.d. 20 oktober 2011
(N.) :
De premies voor elektrische fietsen.
Sinds 1 oktober geeft de Stad Brussel een premie voor de aankoop
van een elektrische fiets of een elektrische aanpassingskit
voor een fiets. Met de premie wil de Stad het gebruik van een
praktisch en milieuvriendelijk vervoermiddel promoten.
1. Kadert dit initiatief van de Stad in de bredere mobiliteitsvisie
van de minister ?
2. Wordt het initiatief op een of andere manier (financieel of
andere) ondersteund door het College ?
3. Heeft u zicht op het aantal aanvragen voor premies tijdens de
eerste weken na de opstart ?
Antwoord : De premie voor de aanschaf van een elektrische
fiets is inderdaad een initiatief van de Stad Brussel. Er werd door
de Stad 25.000 EUR uitgetrokken voor deze actie, waarbij telkens
25 % van de aankoopprijs wordt gesubsidieerd. Aangezien de
aankoopprijs van een elektrische fiets tussen de 1.000 EUR en de
3.000 EUR schommelt, kunnen hiermee een 500-tal mensen een
duwtje in de rug krijgen voor de aankoop.
1. Om de Gewestelijke doelstellingen voor het verminderen
van de uitstoot te halen, worden initiatieven genomen die de
mensen ertoe moeten aanzetten om het juiste vervoermiddel
te kiezen in functie van de verplaatsing. De maatregelen gaan
uit van de volgende volgorde in de keuzes : in eerste instantie
en afhankelijk van de af te leggen afstand : stappen, fiets of
Villo, elektrische fiets of Villo, openbaar vervoer, deelauto’s en
vervolgens de minst vervuilende privéwagens. In die zin past
het initiatief dus in de nieuwe mobiliteitsvisie.
Question n° 586 de Mme Greet Van Linter du 20 octobre 2011
(N.) :
Les primes pour vélos électriques.
Depuis le 1 er octobre, la Ville de Bruxelles accorde une prime
à l'achat d'un vélo électrique ou d'un kit électrique à apposer sur
un vélo traditionnel. Avec cette prime, la Ville souhaite faire la
promotion d'un moyen de transport pratique et écologique.
1. Cette initiative de la Ville s'inscrit-elle dans la vision plus large
du ministre en matière de mobilité ?
2. Le Collège soutient-il d'une manière ou d'une autre (financière
ou autre) cette initiative ?
3. Avez-vous connaissance du nombre de demandes de prime
introduites au cours des premières semaines après le lancement
de cette action ?
Réponse : La prime à l’achat d’un vélo électrique est effectivement
une initiative de la Ville de Bruxelles. Celle-ci a prévu
un montant de 25.000 EUR pour cette action, avec l’octroi d’un
subside de 25 % du prix d’achat dans chaque cas. Vu que le prix
d’achat d’un vélo électrique varie entre 1.000 EUR et 3.000 EUR,
environ 500 personnes pourront bénéficier de ce coup de pouce au
moment de leur achat.
1. En vue d’atteindre les objectifs de réduction des émissions, des
initiatives sont prises pour inciter les gens à opter pour le mode
de transport adéquat en fonction du déplacement. Les mesures
sont basées sur l’ordre des choix : en première instance et en
fonction de la distance à parcourir : marcher, vélo ou Villo, vélo
électrique ou Villo, transports publics, voitures partagées et
ensuite les voitures privées les moins polluantes. Dans ce sens,
l’initiative s’inscrit donc dans la nouvelle vision de mobilité.

88
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
2. Het Gewest geeft geen steun aan de stad voor haar actie.
3. Voor deze vraag moet u zich richten aan schepen Christian
Ceux, initiatiefnemer van de
2. La Région n’octroie pas de soutien à la Ville pour l’action
qu’elle mène.
3. Pour cette question, vous devriez vous adresser à l’échevin
Christian Ceux, initiateur de l’action à la Ville de Bruxelles.
Vraag nr. 587 van mevr. Greet Van Linter d.d. 20 oktober 2011
(N.) :
De achteruitgang van Brussel als aantrekkelijke zakenstad.
Uit een recent rapport van European Cities Monitor blijkt dat
Brussel terrein prijsgeeft in de rangschikking van aantrekkelijke
zakensteden in Europa. Brussel zakt van de vierde naar de zesde
plaats. Vooral de zwakke mobiliteit wordt door Europese bedrijven
als een groot probleem ervaren.
1. Is de minister zich bewust van het probleem ? Hoe zal de
negatieve trend worden gekeerd ? Op welke termijn ? Welke
budgetten worden hiervoor vrijgemaakt ?
2. Behalve de mobiliteitsknoop heeft ook het minder goede
zakenklimaat gezorgd voor de terugval. Welke stappen worden
gezet om het ondernemingsklimaat aantrekkelijker te maken ?
Binnen welke termijn moeten deze maatregelen vruchten
afwerpen ?
Antwoord : Mobiliteit is inderdaad van cruciaal belang voor
Brussel. Het beleid vastgelegd in het Iris 2-plan en de door mij
in het begin van deze legislatuur uitgewerkte meerjarenplannen
dient te worden voortgezet en versneld toegepast : het stappen, het
fietsen, het openbaar vervoer bevorderen; een bijzondere aandacht
besteden aan de kwaliteit van de openbare ruimten; de intermodaliteit,
de multimodaliteit en de flexibele diensten (deelauto’s,
collectieve taxi’s, …) ontwikkelen; het verkeersbeheer verbeteren;
vorm geven aan een geharmoniseerd parkeerbeleid; het goederenvervoer
beter organiseren, …
Aanzienlijke budgettaire middelen zijn noodzakelijk om het Iris
2-plan uit te voeren. De bijkomende behoeften worden geraamd
op gemiddeld 258 miljoen EUR per jaar tot 2018. Mogelijke
nieuwe financieringskanalen worden momenteel onderzocht :
rekeningrijden, PPS, …
Voor een antwoord op vraag 2 dient u zicht te richten tot mijn
collega’s binnen de Brusselse Regering, en in het bijzonder minister
Benoît Cerexhe.
Question n° 587 de Mme Greet Van Linter du 20 octobre 2011
(N.) :
Le recul de Bruxelles en tant que ville d'affaires attractive.
Un récent rapport du European Cities Monitor révèle que
Bruxelles perd du terrain au classement des villes d'affaires
attractives en Europe. Bruxelles recule de la 4 e à la 6 e place. C'est
surtout la piètre mobilité qui pose un problème majeur aux entreprises
européennes.
1. La ministre a-t-elle conscience du problème ? Comment
inversera-t-on la tendance négative ? Dans quel délai ? Quels
budgets sont-ils dégagés à cette fin ?
2. Outre l'aspect mobilité, le climat moins favorable pour les
entreprises a également contribué au recul. Quelles mesures
prend-on afin de rendre le climat plus favorable aux entreprises
? Dans quel délai ces mesures doivent-elles porter leurs
fruits ?
Réponse : La mobilité est en effet un enjeu crucial pour
Bruxelles. Nous devons poursuivre et accélérer les politiques
prévues dans le plan Iris2 ainsi que dans les plans pluriannuels
que j’ai élaborés en début de législature : développer la marche,
le vélo, les transports publics; réserver une attention particulière
à la qualité des espaces publics; développer l’intermodalité, la
multimodalité et les services flexibles (voitures partagées, taxis
collectifs, …); améliorer la gestion du trafic; mettre en place une
politique de stationnement harmonisée; mieux organiser le transport
de marchandises, …
Des budgets considérables seront nécessaires pour mettre en
œuvre le plan Iris2. Les besoins supplémentaires sont estimés
en moyenne à 258 millions EUR par an jusqu’à 2018. Des pistes
de financement nouvelles sont à l’étude : tarification routière,
PPP, …
Pour une réponse à la deuxième question, veuillez-vous adresser
à mes collègues au sein du gouvernement bruxellois, en particulier
au ministre Benoît Cerexhe.
Vraag nr. 590 van de heer André du Bus de Warnaffe d.d.
25 oktober 2011 (Fr.) :
Bezoek van de portaalsite van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest.
Kunt u me de volgende gegevens bezorgen :
Question n° 590 de M. André du Bus de Warnaffe du 25 octobre
2011 (Fr.) :
La fréquentation du portail de la Région de Bruxelles-
Capitale.
Auriez-vous l’amabilité de me communiquer les renseignements
qui suivent :

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
89
Sinds de nieuwe portaalsite van het Gewest online is :
– Hoeveel keren werd de portaalsite bezocht ?
– Is het mogelijk om een gedetailleerde evaluatie per categorie
van informatie te krijgen ?
– Hoeveel keren werd meer bepaald de subrubriek Verkeersinfo
van de rubriek Mobiliteit & Transport bezocht ?
– Wat is de penetratiegraad van de internetsite en de aangeboden
diensten binnen de bevolking ?
– Hoe evolueren deze gegevens ?
– Hoe wordt de internetsite gepromoot bij de burgers ?
Is het mogelijk om te preciseren hoe de informatie over de
mobiliteit in de toekomst zal evolueren ?
Zal die informatie binnenkort geraadpleegd kunnen worden
met een smartphone ?
Antwoord :
1. Ingesloten vindt u de evolutie van de bezoekerscijfers per
maand sinds het on line zetten van de nieuwe gewestelijke portaalsite.
Depuis la mise en service du nouveau portail internet de la
Région :
– Quelle est l'évaluation quantitative de la fréquentation du portail
?
– Est-il possible d’obtenir une évaluation détaillée par catégorie
d’information ?
– Quelle est, en particulier, la mesure de fréquentation des infotrafics
de la rubrique « Mobilité et Transports » ?
– Quelle est la mesure du taux de pénétration du site et des services
qui y sont proposés au sein de la population ?
– Quelle est l’évolution de ces données ?
– Comment la promotion du site est-elle assurée auprès des
citoyens ?
Est-il possible de nous voir préciser quelles sont les prochaines
évolutions qui seront apportées à l'offre d’information relative à
la mobilité ?
Ces informations seront-elles disponibles prochainement à
partir d’un smartphone ?
Réponse :
1. Ci-dessous, vous trouverez l’évolution du nombre de visiteurs
par mois depuis la mise en ligne du nouveau portail régional.
Maart 2011 :
April 2011 :
Mei 2011 :
Juni 2011 :
Juli 2011 :
Augustus 2011 :
September 2011 :
Oktober 2011 :
74.244 unieke bezoekers
53.246 unieke bezoekers
60.485 unieke bezoekers
52.725 unieke bezoekers
44.932 unieke bezoekers
51.411 unieke bezoekers
70.304 unieke bezoekers
71.207 unieke bezoekers
Mars 2011 :
Avril 2011 :
Mai 2011 :
Juin 2011 :
Juillet 2011 :
Août 2011 :
Septembre 2011 :
Octobre 2011 :
74.244 visiteurs
53.246 visiteurs
60.485 visiteurs
52.725 visiteurs
44.932 visiteurs
51.411 visiteurs
70.304 visiteurs
71.207 visiteurs
De initiële daling van de bezoekercijfers is vrij normaal bij het
on line zetten van een nieuwe site.
a) Het gaat om een nieuwe technologie.
b) Google heeft een 6-tal maanden nodig om alle nieuwe pagina’s
te indexeren.
c) Google heeft op het moment van het on line zetten van de
nieuwe portal zijn algoritmes veranderd en is veel strenger
geworden.
d) Tijdens de zomermaanden is er natuurlijk altijd een lichte
daling van de bezoekercijfers.
2. In onderstaande tabel vindt u een opsplitsing van de bezoekerscijfers
over dezelfde periode per hoofdrubriek en per taal.
La baisse initiale du nombre de visiteurs est assez normale
lorsqu’un nouveau site est mis en ligne.
a) Il s’agit d’une nouvelle technologie.
b) Google a eu besoin de 6 mois pour indexer toutes les nouvelles
pages.
c) Au moment de la mise en ligne du nouveau portail, Google a
changé ses algorithmes et est devenu beaucoup plus strict.
d) Durant les mois d’été, on constate évidemment une légère
baisse du nombre de visites.
2. Dans le tableau ci-dessous, vous trouverez une division des
statistiques de visites sur la même période par rubrique principale
et par langue.

90
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Thema FR NL Engels
– – – –
Thème FR NL Anglais
Wonen in Brussel / Vivre à Bruxelles 183.746 50.731 38.228
Cultuur en toerisme / Culture et Tourisme 79.894 22.594 29.625
Mobiliteit en transport / Mobilité et Transport 30.019 9.754 12.728
Werken en ondernemen / Travailler et entreprendre 168.262 49.950 48.310
Onderwijs en vorming / Enseignement et formation 40.493 9.155 14.311
Over het Gewest / À propos de la Région 305.258 115.888 56.992
Premies en subsidies / Primes et subsides 8.800 2.378 404
Online diensten / Services en ligne 38.482 11.328 8.436
Totaal / Total 854.954 271.778 209.034
3. Voor www.mobielbrussel.irisnet.be kwamen volgend aantal
bezoekers via « Verkeersinfo » binnen.
Maart 2011 : 218
April 2011 : 206
Mei 2011 : 247
Juni 2011 : 254
Juli 2011 : 214
Aug 2011 : 300
Sept 2011 : 756
Okt. 2011 : 320
Voor www.bruxellesmobilite.irisnet.be kwamen volgend aantal
bezoekers via « Info-trafic » binnen.
Maart 2011 : 934
April 2011 : 742
Mei 2011 : 766
Juni 2011 : 546
Juli 2011 : 426
Aug 2011 : 517
Sept 2011 : 915
Okt. 2011 : 458
4. Geografische opkomstcijfers :
3. Ci-dessous le nombre d’utilisateurs du site www.mobielbrussel.irisnet.be
via « Verkeersinfo ».
Mars 2011 : 218
Avril 2011 : 206
Mai 2011 : 247
Juin 2011 : 254
Juillet 2011 : 214
Août 2011 : 300
Sept. 2011 : 756
Oct. 2011 : 320
Ci-dessous le nombre d’utilisateurs du site www.bruxellesmobilite.irisnet.be
via « Info-trafic ».
Mars 2011 : 934
Avril 2011 : 742
Mai 2011 : 766
Juin 2011 : 546
Juillet 2011 : 426
Août 2011 : 517
Sept. 2011 : 915
Oct. 2011 : 458
4. Taux de fréquentation géographique
Opkomst per land / Fréquentation par pays Totaal / Total 603 318
België / Belgique 475.749 79 %
Frankrijk / France 29.598 5 %
Nederland / Pays-Bas 9.865 2 %
Duitsland / Allemagne 8.878 1 %
Verenigd Koninkrijk / Royaume-Uni 7.999 1 %
Andere / Autres 71.229 12 %
Opkomst in België / Fréquentation en Belgique Totaal / Total 475.749
Brussels Hoofdstedelijk Gewest /
Région de Bruxelles-Capitale 358.719 75 %
Andere / Autres 117.030 25 %
4b) Aantal gebruikers van IRISbox, het elektronisch loket van
het Brussels Gewest, belangrijke online dienst van het Brusselse
Gewest.
Parallel met de andere cijfers hebben we dezelfde periode
genomen.
4b) Taux de pénétration d’IRISbox, le guichet électronique
de la Région Bruxelloise, service en ligne phare de la Région
Bruxelloise.
Parallèlement aux autres statistiques nous avons pris cette
même période.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
91
In totaal zijn dat voor IRISbox om en bij de 30.000 unieke
gebruikers.
Au total, il s’agit approximativement de 30.000 usagers uniques
pour IRISbox.
Maart 2011 :
April 2011 :
Mei 2011 :
Juni 2011 :
Juli 2011 :
Aug 2011 :
Sept 2011 :
Okt. 2011 :
1.233 unieke aanvragen
918 unieke aanvragen
1.170 unieke aanvragen
1.161 unieke aanvragen
1.045 unieke aanvragen
1.249 unieke aanvragen
1.609 unieke aanvragen
1.539 unieke aanvragen
Mars 2011 : 1.233 demandes uniques
Avril 2011 : 918 demandes uniques
Mai 2011 : 1.170 demandes uniques
Juin 2011 : 1.161 demandes uniques
Juillet 2011 : 1.045 demandes uniques
Août 2011 : 1.249 demandes uniques
Septembre 2011 : 1.609 demandes uniques
Octobre 2011 : 1.539 demandes uniques
5. Verschillende acties werden ondernomen voor de promotie
van de nieuwe portaalsite :
1. Referrals : we hebben contact opgenomen met de belangrijkste
sites die dienen door te linken naar de portaalsite en omgekeerd.
We sturen hen een mailtje om hen de taak te vergemakkelijken.
We nemen telefonisch contact met hen op wanneer er
geen reactie komt op de mail (telefonische rappels).
2. Het CIBG heeft zijn Katern 32 volledig gewijd aan de regionale
portaalsite : verdeling op de Jaarlijkse Conferentie van het
CIBG op 9 december 2011.
3. Promotie via social media : de regionale portaalsite heeft een
Facebook-pagina « Région Bruxelles-Capitale – Brussels
Hoofdstedelijk Gewest ».
4. Persconferentie op 24 februari 2011 voorstelling van nieuwe
portaalsite aan de pers.
5. PR : regelmatig persberichten rond nieuwe rubrieken.
6. Investeren in Search Engine Optimization/Search Engine
Marketing : consulting 2011, uitvoering 2012.
7. Samenwerking met externe partners, creëren van win wins
zoals met resto.be, Clear Channel, agenda.be (2012).
8. m.brussel.irisnet.be in 2012.
6. Een nieuwe release van het portaal Mobiliteit is gepland in
2012.
Een mobiele versie met informatie over de mobiliteit zal in de
loop van 2012 beschikbaar zijn.
7. Een voorstudie van m.bruxelles.irisnet.be zal nog in 2011
gelanceerd worden.
De realisatie van een mobiele versie van het gewestelijk portaal
is gepland in (het eerste semester van) 2012.
5. Différentes actions ont été entreprises pour la promotion du
nouveau site portail :
1. Références : nous avons contacté les sites les plus importants
qui doivent renvoyer au site de portail et vice versa. Nous leur
envoyons un e-mail afin de leur faciliter la tâche. Nous les
contactons par téléphone si nous n’avons pas de réaction à l’email
(rappels téléphoniques).
2. Le CIRB a consacré l’entièreté de son Cahier 32 au site portail
régional : répartition de la Conférence annuelle du CIRB le
9 décembre 2011.
3. Promotion via les média sociaux : le site portail régional a
une page Facebook « Région Bruxelles-Capitale – Brussels
Hoofdstedelijk Gewest ».
4. Conférence de presse le 24 février 2011 : présentation du nouveau
site portail à la presse.
5. PR : communiqués de presse réguliers à propos de nouvelles
rubriques.
6. Investissement dans Search Engine Optimization/Search
Engine Marketing : consulting 2011, exécution 2012.
7. Créer une collaboration avec des partenaires externes de win
wins, comme par exemple resto.be, Clear Channel, agenda.be
(2012).
8. m.bruxelles.irisnet.be en 2012.
6. Une nouvelle release du portail Mobilité est planifiée pour
2012.
Une version mobile reprenant les informations sur la mobilité
sera disponible dans le courant de 2012.
7. Une pré-étude m.bruxelles.irisnet.be sera encore lancée en
2011.
La réalisation d’une version mobile du portail régional est prévue
pour (le premier semestre) 2012.
Vraag nr. 591 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 3 november
2011 (Fr.) :
Diefstal van metaal bij de MIVB.
Momenteel stijgt de prijs van metalen aanzienlijk op de markten.
Een van de gevolgen daarvan is een parallelle stijging van
Question n° 591 de Mme Françoise Schepmans du 3 novembre
2011 (Fr.) :
Les vols de métaux à la STIB.
On assiste actuellement à une hausse importante du cours des
métaux sur les marchés. Une des conséquences de cette situation

92
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
de diefstal van metaal, onder andere koper van de kabels, bij de
vervoersmaatschappijen in Europa. Kan u me zeggen of de MIVB
te lijden heeft gehad van dat verschijnsel in 2010 en in 2011. Kan
u me een raming geven van de diefstallen en de schade tijdens
voornoemde jaren ?
Antwoord : De MIVB heeft de afgelopen jaren gelukkig weinig
te maken gehad met diefstal van metalen. In 2010 waren er twee
gevallen voor een waarde van 6.297 EUR en in 2011 één geval
voor een waarde van 5.565 EUR.
est l'augmentation parallèle du vol de métaux notamment le cuivre
des câbles, au sein des sociétés de transports en Europe. Je souhaiterais
savoir si la STIB a été affectée par ce type de phénomène en
2010 et en 2011. Pourriez-vous me préciser quelle a été l’estimation
des vols et des dégâts causés lesdites années ?
Réponse : Au cours des dernières années, la STIB a été heureusement
peu confrontée à des faits de vol de métaux. En 2010,
2 cas ont été constatés pour une valeur de 6.297 EUR et, en 2011,
un seul cas a été constaté pour une valeur de 5.565 EUR.
Vraag nr. 597 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 oktober
2011 (Fr.) :
Parkeerplaatsen voor de voertuigen van het personeel van
de MIVB.
Worden er parkeerplaatsen ter beschikking gesteld voor de
voertuigen van het personeel van de MIVB ? Zo ja, graag de lijst
van die plaatsen en het aantal parkeerplaatsen. Zijn die parkeerplaatsen
eigendom van de MIVB of worden die gehuurd ?
Antwoord : De MIVB stelt de volgende parkeerplaatsen ter
beschikking aan haar personeel :
– site Jacques Brel : 150
– site Delta : 30
– site Demets/Centrale Werkplaats : 84
– site Haren : 580
– site Elsene : 88
– site Royal Atrium : 45
– site Schaarbeek : 45
– site Manhattan : 2
De twee parkeerplaatsen op de site Manhattan zijn geen eigendom
van de MIVB. De MIVB huurt deze twee plaatsen. De parking
op de site Delta is eigendom van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest.
Op de sites Belgrado, Edingen, Koningslaan en Woluwe zijn er
geen parkeerplaatsen beschikbaar voor het personeel.
Question n° 597 de Mme Françoise Schepmans du 28 octobre
2011 (Fr.) :
Les parkings disponibles pour les véhicules des employés de
la STIB.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais savoir
s'il existe des parkings mis à disposition pour les véhicules des
employés de la STIB. Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer
la liste de ces lieux ainsi que le nombre de places concernées
? Pouvez-également me préciser si lesdits parkings sont la
propriété de la STIB ou s’ils sont loués ?
Réponse : La STIB met à la disposition de son personnel les
places de parking suivantes :
– site Jacques Brel : 150
– site Delta : 30
– site Demets/Usine Centrale : 84
– site Haren : 580
– site Ixelles : 88
– site Atrium (rue Royale) : 45
– site Schaerbeek : 45
– site Manhattan : 2
Les deux places de parking situées sur le site de Manhattan
ne sont pas la propriété de la STIB. La STIB loue ces 2 emplacements.
Le parking situé sur le site de Delta est la propriété de la
Région de Bruxelles-Capitale.
Il n’y a pas de places de parking pour le personnel sur les sites
de Belgrade, Rue d’Enghien, avenue du Roi et Woluwe.
Vraag nr. 599 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 oktober
2011 (Fr.) :
Sponsoring door de MIVB.
Om mijn informatie te vervolledigen, zou ik graag weten hoe
groot de sponsoringbudgetten van de MIVB voor 2009, 2010 en
2011 zijn. Kunt u me tevens voor elk jaar een lijst van de door de
openbare operator gesponsorde evenementen bezorgen, alsook de
desbetreffende bedragen ?
Antwoord : De MIVB doet niet aan sponsoring in de strikte
zin van het woord, in die mate dat ze geen financiële hulp verleent
als dusdanig voor reclamedoeleinden voor een evenement of een
sportieve of culturele activiteit.
Question n° 599 de Mme Françoise Schepmans du 28 octobre
2011 (Fr.) :
Les actions de sponsoring par la STIB.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais savoir
quels ont été les budgets de sponsoring de la STIB lors des années
2009, 2010 et 2011. Pourriez-vous également me communiquer
pour chacune desdites années, la liste des événements qui ont
reçu le soutien de l’opérateur public ainsi que les montants y
afférents ?
Réponse : La STIB ne pratique pas à proprement parler de
sponsoring, dans la mesure où elle n’accorde pas comme telle
d’aide financière à des fins publicitaires à un événement ou une
action sportive ou culturelle.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
93
In het kader van de promotie van het openbaar vervoer op het
grondgebied van het Brussels Gewest, zet ze zich wel in voor een
reeks partnerschappen, onder meer met organisatoren van evenementen.
Het gaat hierbij steeds over ruilovereenkomsten.
Cependant, dans le cadre de la promotion des transports publics
sur le territoire de la Région bruxelloise, la STIB s’investit dans
une série de partenariats, entre autres avec des organisateurs
d’événements. Il s’agit ici toujours de contrats d’échange.
Vraag nr. 601 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 oktober
2011 (Fr.) :
Verkoop van vervoerkaarten via SMS.
Reizigers kunnen zich al verschillende jaren via sms'en vervoerkaarten
bij de maatschappij De Lijn aanschaffen. Om mijn
informatie te vervolledigen, had ik graag geweten of de MIVB
zo'n systeem al heeft uitgetest en eventueel al een beslissing heeft
genomen om het in het Brussels Gewest in te voeren.
Antwoord : De verkoop van tickets per sms zoals De Lijn doet,
steunt op het principe van de visuele controle door de chauffeur
van de sms als bewijs van betaling. Omdat het MIVB-net deels
afgesloten is met toegangspoortjes aan de ingangen van stations,
kan zo’n systeem niet in overweging genomen worden.
De fabrikanten en de operatoren van telefonie werken echter
aan de ontwikkeling van gsm’s die contactloze technologie integreren,
NFC genaamd, die toelaat om onder meer te communiceren
met ontwaarders zoals die gebruik door de MOBIB-kaart. Op
netten zoals dat van Nice in Frankrijk is deze technologie reeds
beschikbaar en stellen operatoren dergelijke formules voor. De
MIVB heeft ook contacten met de Belgische operatoren die op
deze ontwikkelingen mikken.
Deze nieuwe technologie kan ook onderzocht worden in het
kader van Belgian Mobility Card (BMC), waar alle Belgische
openbaarvervoersmaatschappijen in vertegenwoordigd zijn.
Question n° 601 de Mme Françoise Schepmans du 28 octobre
2011 (Fr.) :
La vente de tickets de transport par SMS.
La compagnie De Lijn vend depuis plusieurs années des tickets
via le téléphone portable des usagers et le système des SMS. Afin
de compléter mon information, je souhaiterais savoir si un tel
dispositif a déjà été testé par la STIB et si une décision a éventuellement
déjà été prise pour son instauration en Région bruxelloise.
Réponse : La vente de tickets par SMS telle que pratiquée par
De Lijn repose sur le contrôle visuel par le chauffeur du SMS de
confirmation d’achat. Dans la mesure où le réseau de la STIB est
équipé de portillons aux entrées des stations, un tel système ne
peut être envisagé.
Par contre, les fabricants et les opérateurs de téléphonie travaillent
sur le développement des GSM intégrant la technologie du
« sans contact » appelée NFC qui permet entre autres de communiquer
avec les valideurs tels que ceux utilisés par la carte MOBIB.
Des réseaux de transports en commun comme ceux de Nice en
France sont déjà ouverts à cette technologie où les opérateurs de
téléphonie proposent de telles formules. La STIB est également en
contact avec les opérateurs belges de téléphonie qui planchent sur
de tels développements.
Cette nouvelle technologie peut être étudiée dans le cadre de
la Belgian Mobility Card (BMC), où l’ensemble des réseaux de
transports en commun belges sont représentés.
Vraag nr. 609 van de heer Vincent De Wolf d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Aankondiging van een metro om de 2,5 minuut vanaf april
2012.
Vanaf 1 april 2012 zouden de MIVB-reizigers een hogere
frequentie krijgen op de lijnen 1 en 2 van de Brusselse metro. Zij
zouden dan maar 2,5 minuut moeten wachten in plaats van een
huidige theoretische wachttijd van 6 minuten.
In dat verband wens ik u de volgende vragen te stellen :
– Welke maatregelen zijn genomen om die nieuwe frequentie
mogelijk te maken ?
– Hoe staat het met de aanwerving van personeel ? Hoe zal die
verlopen ?
– Hoe worden de arbeidsregeling intern gereorganiseerd en hoe
worden arbeidsprestaties van het personeel op die lijn geregeld
?
Question n° 609 de M. Vincent De Wolf du 10 novembre 2011
(Fr.) :
Annonce d'un métro toutes les 2 minutes 30 dès avril 2012.
À partir du 1 er avril 2012, les usagers de la STIB devraient
bénéficier d’une cadence plus rapide sur les lignes 1 et 2 du métro
bruxellois. Ceux-ci ne devraient, ainsi, plus attendre que 2 minutes
30 une nouvelle rame dès lors que le délai d’attente théorique
est, aujourd’hui, de 6 minutes.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Quelles sont les mesures mises en place en vue de permettre
cette nouvelle cadence ?
– Qu’en est-il précisément du recrutement de personnel ?
Comment celui-ci va-t-il s’opérer ?
– Qu’en est-il précisément de la réorganisation interne de l’emploi
du temps et des prestations du personnel principalement
affecté à ces lignes ?

94
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– Welke problemen worden verwacht als gevolg van de nietautomatisering
van de lijn? Welke maatregelen worden genomen
om daar iets aan te doen ?
– Welke begeleidende maatregelen worden genomen voor de
MIVB-reizigers opdat die bijdragen tot de nieuwe frequentie ?
Antwoord : De versterking van het metronet betreft de lijnen 1
en 5, zijnde de noordoostas van het net. Op het gemeenschappelijke
deel van deze lijnen, tussen Merode en Weststation, zullen de
doorkomsttijden tijdens de spits veranderen naar 2 minuten 30 in
plaats van de huidige 3 minuten. De doorkomsttijden op de antennes
van deze lijnen gaan van 6 naar 5 minuten tijdens de spits. De
doorkomsttijden op lijn 2 veranderen niet.
Deze nieuwe cadans wordt mogelijk gemaakt door de 6 nieuwe
boa-metrostellen die de MIVB momenteel in dienst stelt. Deze
bijkomende stellen worden bestuurd door bestuurders die hiervoor
werden aangeworven en van wie de opleiding eindigt. Het aantal
bijkomende te verzekeren diensten is vastgesteld en heeft geleid
tot een berekening van het aantal voltijds equivalenten dat nodig
is om ze te verzekeren. Deze nieuwe medewerkers zullen net als
hun collega-metrobestuurders toegewezen worden aan de ritdiensten
volgens de bestaande regels voor toewijzing van diensten. Er
is dus geen wijziging in het tijdsgebruik van de bestuurders die
toegewezen zijn aan de metrolijnen.
Het huidige metrosysteem, vooral de signalisatie, is er technisch
op voorzien om te kunnen functioneren met een gestabiliseerde
doorkomsttijd van 2 minuten 30. De verhoging van de
frequentie die zal gerealiseerd worden gebruikt dus het huidige
metrosysteem met al zijn technische mogelijkheden.
De automatisering van de metro op lijnen 1 en 5 moet de capaciteitsproblemen
oplossen die deze lijnen nu al kennen. In afwachting
van deze automatisering verhoogt de MIVB dus vanaf april
reeds de capaciteit op deze lijnen met 20 % door de frequentie te
doen stijgen naar een metro om de 2 minuten 30.
Voor de begeleiding van haar klanten bij deze nieuwe exploitatiefrequentie
op lijnen 1 en 5 voert de MIVB momenteel sensibiliseringsacties
op het terrein om klanten hun bijdrage duidelijk te
maken aan een goede regelmaat van de metro.
De reizigers worden tijdens deze campagne herinnerd aan drie
elementaire regels : verspreid u over de hele lengte van het perron,
laat reizigers eerst afstappen voor u zelf opstapt en stap niet op na
het geluidssignaal.
– Quels seront les inconvénients attendus en l’absence d’automatisation
de la ligne ? Quelles sont les mesures décidées en vue
d’y répondre ?
– Quelles seront les mesures d’accompagnement des usagers
de la STIB afin, pour ceux-ci, de contribuer à cette nouvelle
cadence ?
Réponse : L'augmentation de l'offre métro concerne les lignes 1
et 5, soit l'axe Est-Ouest du réseau. Sur le tronçon commun de ces
lignes, c'est-à-dire entre les stations Mérode et Gare de l'Ouest,
l'intervalle de passage aux heures de pointe passera effectivement
à 2 minutes et demi au lieu des 3 minutes actuelles. L'intervalle
de passage sur les antennes de ces lignes passera de 6 minutes à
5 minutes aux heures de pointe. Les fréquences de passage sur la
ligne 2 ne sont pas modifiées.
Cette nouvelle cadence est rendue possible par les 6 nouveaux
trains boas que la STIB achève de mettre en service. Ces trains
supplémentaires seront conduit par du personnel de conduite qui a
été engagé à cet effet et dont la formation se termine. Le nombre
de services supplémentaires à assurer est établi et a conduit au
calcul du nombre d'équivalents temps-plein nécessaires pour les
assurer. Ces nouveaux agents seront affectés comme tous leurs
collègues conducteurs métro aux services de conduite des trains
suivant les règles existantes d'habillage des services. Il n'y a donc
pas de changement dans l'emploi du temps des conducteurs affectés
aux lignes métro.
Le système métro actuel, principalement la signalisation, a été
techniquement dimensionné pour fonctionner avec un intervalle
de passage stabilisé de 2 minutes et demi. L'augmentation de la
fréquence des passages qui sera réalisée utilise donc le système
métro actuel dans toutes ses possibilités techniques.
L’automatisation du métro des lignes 1 et 5 doit permettre de
résoudre les problèmes de capacité qui touchent actuellement ces
lignes. En attendant l’automatisation, la STIB augmentera la capacité
de ces lignes 1 et 5 de 20 % en augmentant la fréquence des
métros, qui passeront toutes les 2 minutes 30.
Pour l'accompagnement de ses clients à la nouvelle fréquence
d'exploitation de la paire de lignes 1-5, la STIB met actuellement
en place des actions de terrain de sensibilisation de la clientèle à
sa contribution à la bonne régularité du métro.
Durant cette campagne, trois règles élémentaires sont rappelées
aux voyageurs : répartissez-vous sur toute la longueur du quai,
laissez d’abord descendre les voyageurs avant de monter dans le
métro et n’embarquez pas lorsque le signal sonore retentit.
Vraag nr. 615 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 18 november
2011 (Fr.) :
De door de MIVB opgestelde processen-verbaal.
Volgens een dagblad zouden er bijna 14.000 overtredingen in
10 maanden vastgesteld zijn voor het hinderen van trams en bussen
sinds het begin van het jaar in het Brussels Gewest.
Question n° 615 de Mme Françoise Schepmans du 18 novembre
2011 (Fr.) :
Procès verbaux délivrés par la STIB.
Selon une information publiée dans un quotidien, près de
14.000 infractions auraient été relevées en 10 mois pour entrave
à la circulation des trams et des bus depuis le début de l'année en
Région de Bruxelles-Capitale.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
95
De MIVB zou effectief 13.951 processen-verbaal opgesteld
hebben tegen de automobilisten die hun wagen geparkeerd hadden
of gereden hadden op de strook voorbehouden voor trams en
bussen.
Die overtredingen hebben als gevolg dat trams en bussen niet
zo snel meer kunnen rijden. De reissnelheid van ongeveer 16 kilometer
per uur vermindert dus volgens de verklaringen van een
woordvoerder van de MIVB.
Het is een goede zaak dat de automobilisten die lak hebben
aan de voorbehouden stroken voor het openbaar vervoer, gestraft
worden en dat het openbaar vervoer de middelen krijgt om zijn
regelmaat te verbeteren.
Die informatie geeft echter geen reëel beeld van die maatregelen
op het vlak van de vastgestelde verbetering van de reissnelheid,
noch de werkelijke return van die overtredingen op
financieel vlak.
Kunt u in dat verband de volgende vragen beantwoorden :
– Wat is het deel van de pv's die tot een inning geleid hebben ?
– Wat is de termijn voor de betaling van de boete ?
– Wat is het percentage van de werkelijk uitgevoerde betalingen
voor de ongeveer 14.000 pv's ?
– In geval van niet-betaling binnen de termijn, wordt dan een
invorderingsprocedure gestart ?
Antwoord : De MIVB is enkel bevoegd voor het vaststellen
van inbreuken op de wegcode door middel van het opmaken van
een proces-verbaal. De beslissing tot het al dan niet vervolgen van
deze inbreuken en het bepalen van de boete behoort tot de exclusieve
bevoegdheid van het parket. Ook de inning van de boetes
behoort niet tot de bevoegdheid van de MIVB.
La STIB aurait effectivement rédigé 13.951 procès verbaux
aux automobilistes qui auraient stationné leur véhicule ou circulé
sur un site propre réservé aux trams et aux bus.
Ces infractions ont pour conséquence de ralentir la progression
de bus et trams et donc de diminuer la vitesse commerciale, qui
tourne autour des 16 kilomètres par heure suivant une déclaration
de la porte-parole de la STIB.
On ne peut qu’applaudir ces initiatives de pénaliser les automobilistes
non respectueux des couloirs réservés aux transports
publics et donner aux transports publics les moyens d’améliorer
leur régularité.
Cette information ne donne toutefois pas l'impact réel de ces
mesures en termes d’amélioration constatée de la vitesse commerciale
ni davantage le réel retour de ces infractions sur le plan
financier.
Madame la ministre voudra-t-elle apporter les précisions suivantes
:
– Quelle est la proportion de PV qui a réellement donné lieu à
perception ?
– Quel est le délai fixé pour le paiement de l’amende ?
– Des quelques 14.000 procès verbaux dressés, quel est le pourcentage
de paiements qui a été réellement effectué ?
– En cas de non-paiement dans les délais, une procédure de
recouvrement est-elle mise en place ?
Réponse : La STIB est uniquement compétente en matière de
constatation d’infractions au code de la route, ce qu’elle réalise en
dressant un procès-verbal. La décision de poursuivre ou non ces
infractions et la détermination de l’amende relèvent exclusivement
de la compétence du parquet. La perception des amendes ne fait
également pas partie des compétences de la STIB.
Vraag nr. 617 van de heer Vincent De Wolf d.d. 18 november
2011 (Fr.) :
Vergoedingen en voordelen verbonden aan de functies van
voorzitter en ondervoorzitter van de MIVB.
Ik heb vragen over de functies van voorzitter en ondervoorzitter
van de MIVB.
In het bijzonder met betrekking tot de jaren 2010 en 2011 op de
datum van uw antwoord.
– Welke vergoedingen en bezoldigingen krijgen de personen die
deze functies bekleden ?
– Welke voordelen in natura krijgt de voorzitter ? En de ondervoorzitter
?
Question n° 617 de M. Vincent De Wolf du 18 novembre 2011
(Fr.) :
Défraiements et avantages relatifs aux fonctions de président
et vice-président de la STIB.
Ma question porte sur les fonctions de président et de viceprésident
du conseil d’administration et du conseil de gestion de
la STIB.
Au sujet de celles-ci, je souhaiterais vous poser les questions
suivantes quant aux années 2010 et, à la date de votre réponse,
2011 :
– Quels sont les défraiements ou rémunérations des personnes
occupant ces fonctions ?
– Quels sont les avantages en nature découlant de la fonction de
président ? Qu’en est-il de ceux découlant de la fonction de
vice-président ?

96
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– Welk materieel dat eigendom is van de MIVB krijgt de voorzitter
ter beschikking ? En de ondervoorzitter ?
– Wat is het bedrag van de onkostennota's en andere kosten van
dezelfde aard voor de representatieopdrachten van de voorzitter
? En voor de ondervoorzitter ?
Antwoord : De Brusselse Hoofdstedelijke Regering bepaalde de
vergoeding van de leden van de Raad van Bestuur van de MIVB en
van diens Voorzitter en Ondervoorzitter bij Regeringsbesluit van
26 november 2009. De bedragen van deze vergoedingen zijn :
– voor de vergoeding : 12.400 EUR per jaar, jaarlijks geïndexeerd,
of een huidige vergoeding van 17.847,02 EUR/jaar;
– voor de zitpenning : 184,42 EUR per zitting.
De vergoeding en de zitpenningen worden geïndexeerd conform
het indexeringsmechanisme, zoals toegepast op de vergoedingen
van het MIVB-personeel.
De voorzitster van de raad van bestuur kan gebruik maken van
een kantoor in de hoofdzetel van de onderneming. Dit kantoor is
uitgerust met meubilair, een draagbare telefoon en een computer.
Er worden geen andere voordelen in natura ter beschikking gesteld
van de voorzitster. Er worden geen voordelen ter beschikking
gesteld van de vice-voorzitter.
De voorzitster van de raad van bestuur beschikt over een jaarlijks
budget van 6.000 EUR bedoeld om de representatiekosten
te dekken die ze zou nodig hebben bij de uitoefening van haar
mandaat, representatiekosten van de MIVB in het buitenland niet
inbegrepen. Er wordt in dat verband geen budget toegekend aan
de vice-voorzitter.
– Quel est le matériel, propriété de la STIB, mis à disposition de
la personne occupant la fonction de président ? Qu’en est-il du
matériel mis à disposition du vice-président ?
– Quel est le montant des notes de frais et autres frais de même
nature relatifs aux missions de représentation de la personne
occupant la fonction de président ? Qu’en est-il de ces mêmes
frais relatifs aux missions de représentation de la personne
occupant la fonction de vice-président ?
Réponse : Le gouvernement de la Région Bruxelles-Capitale a
déterminé la rémunération des membres du conseil d’administration
de la STIB, de son président et son vice-président par l’arrêté
gouvernemental du 26 novembre 2009. Les montants de ces rémunérations
sont les suivantes :
– pour la rémunération : 12.400 EUR par an indexés annuellement,
soit une rémunération actuelle de 17.847,02 EUR/an;
– pour le jeton de présence : 184,42 EUR par séance.
La rémunération et les jetons de présence visés sont indexés
conformément au mécanisme d'indexation applicable aux rémunérations
du personnel de la STIB.
La présidente du conseil d'administration peut disposer d'un
bureau au siège social de la société. Ce bureau est équipé de meubles,
d'un téléphone portable et d'un ordinateur. Il n'y a pas d'autre
avantage en nature mis à disposition de la présidente. Il n'y a pas
d'avantage mis à la disposition du vice-président.
La présidente du conseil d'administration dispose annuellement
d'un budget de 6.000 EUR destiné à couvrir les frais de représentation
qu'elle aurait à exposer dans l'exercice de son mandat, des
frais de représentation de la STIB à l'étranger non compris. Il n'est
pas octroyé de budget au vice-président à cet égard.
Vraag nr. 619 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Energieboekhouding.
Graag vernam ik, voor de ministeries, voor de ION's en voor
de andere organen waarop u toezicht uitoefent, of er een « energieboekhouding
» wordt bijgehouden ? Zo ja, sedert wanneer ? Zo
niet, waarom niet ?
Voor elke instelling, had ik graag vernomen hoeveel personeel
daarvoor wordt ingezet.
Graag had ik ook geweten welke impact die energieboekhouding
sedert 2008 heeft gehad op het energieverbruik van de
gebouwen in kwestie.
Antwoord : MIVB
Sinds de maand maart 2007 werd een energieboekhouding
ingevoerd voor het geheel van de gebouwen van de MIVB, op
basis van de maandelijkse gegevens van de tellers (elektriciteit,
gas en water).
Question n° 619 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Comptabilité énergétique.
Pour les ministères, OIP ou autres institutions sur lesquels vous
exercez une tutelle, je souhaite savoir si une comptabilité énergétique
a été mise en place. Si oui, depuis quand ? Si ce n’est pas le
cas, pourquoi ?
Je souhaite également connaître, pour chaque institution, le
nombre de fonctionnaires affectés à cette tâche.
Enfin, je souhaite connaître l’effet de cette comptabilité énergétique
sur la consommation des bâtiments en question depuis
2008.
Réponse : STIB
Depuis le mois de mars 2007 une comptabilité énergétique a
été mise en place pour l’ensemble des bâtiments de la STIB sur
base des relevés de compteur mensuels (électricité, gaz et eau).

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
97
Momenteel is een 1/2 VTE belast met de opvolging van deze
energieboekhouding.
Deze energieboekhouding heeft toegelaten :
– verschillende sensibiliseringsacties voor rationeel energieverbruik
op te zetten die geleid hebben tot besparingen van 7 %
tot 20 %;
– afwijkend verbruik detecteren;
– dienst doen als basis voor de bepaling van een investeringsstrategie
op vlak van energie voor gebouwen en stations.
Mobiel Brussel
De schriftelijke vraag is een kwestie van de Grondregie en
wordt beantwoord door Minister-President Charles Picqué.
Haven van Brussel
De Energieboekhouding van de Haven is een controle-instrument
voor energiezorg dat het energie- en waterverbruik van onze
gebouwen in beeld brengt en analyseert.
Onze Energieboekhouding is gebaseerd op een regelmatige
registratie, analyse en rapportage van het elektriciteits-, brandstofen
waterverbruik.
– Gas
De haven van Brussel verwarmt zijn gebouwen met aardgas.
Er worden geen fossiele brandstoffen gebruikt voor onze energieopwekking.
Maandelijks gasverbruik in kWh op basis van factuur wordt
omgerekend naar het verbruik in GJ gekoppeld aan een verwerkingspakket
van de energieleverancier. Deze informatie wordt
opgevolgd door de verantwoordelijke van het ecodynamisch
dossier. Vanaf maart 2011 worden de meterstanden maandelijks
gecontroleerd om afwijkende verbruiken sneller op te sporen en
vermits 2010 een stijging inhield zullen de graaddagen vanaf 2012
mee in verrekening worden gebracht om ons energieverbruik nog
kritischer op te volgen.
– Elektriciteit
Verbruik opvolgen op basis van maandelijkse afrekeningsfacturen.
De Haven ontvangt maandelijks een factuur met vermelding
van meterstanden zodat deze gegevens worden ingevoerd in de
Excel-file voor registratie van de maandelijkse meteropnames.
De hoofdelektrieker houdt de maandelijkse evolutie en het dag/
nachtverbruik bij en geeft dit door aan de verantwoordelijke van
het ecodynamisch dossier.
Voor de sociale zetel wordt er een jaarlijks evolutie van het
elektriciteitsverbruik in kWh opgemaakt.
– Water
Jaarlijks waterverbruik wordt bijgehouden aan de hand van
facturen. Voor de sociale zetel kijkt de verantwoordelijke voor het
Actuellement 1/2 ETP est en charge du suivi de cette comptabilité
énergétique.
Cette comptabilité énergétique a permis de :
– mettre en place diverses actions de sensibilisation à l’utilisation
rationnelle de l’énergie engendrant des réductions de 7 % à
20 %;
– détecter des dérives de consommation;
– servir de base à la définition d’une stratégie d’investissement
en matière d’énergie pour les bâtiments et stations.
Bruxelles Mobilité
La question relève de la Régie foncière et il y sera répondu par
le Ministre-Président Charles Picqué.
Port de Bruxelles
La comptabilité énergétique est un instrument de contrôle pour
les économies d’énergie qui donne un aperçu de et analyse la
consommation d’énergie et d’eau de nos bâtiments.
Notre comptabilité énergétique est basée sur un enregistrement
régulier, une analyse et le compte rendu de la consommation
d’électricité, de carburant et d’eau.
– Gaz
Le Port de Bruxelles chauffe ses bâtiments au gaz naturel.
Aucun carburant fossile n’est utilisé pour notre production d’énergie.
La consommation mensuelle de gaz en kWh sur la base de factures
est convertie en consommation en GJ assortie d’un pack de
traitement du fournisseur d’électricité. Le responsable du dossier
éco-dynamique assure un suivi de cette information. Depuis mars
2011, les chiffres du compteur sont contrôlés chaque mois afin de
repérer plus rapidement les consommations anormales et, étant
donné qu’une augmentation est survenue en 2010, les degrés-jours
seront pris en compte à partir de 2012 pour assurer un suivi encore
plus critique de notre consommation d’énergie.
– Électricité
Suivi de la consommation sur la base de factures de régularisation
mensuelles.
Le Port reçoit chaque mois une facture reprenant les relevés de
compteur de sorte que ces données sont insérées dans le fichier
Excel pour l’enregistrement des relevés de compteur mensuels.
Le chef des électriciens tient à jour l’évolution mensuelle et la
consommation de jour/nuit et transmet ces informations au responsable
du dossier éco-dynamique.
Pour le siège social, une évolution annuelle de la consommation
d’énergie en kWh est établie.
– Eau
La consommation d’eau annuelle est tenue à jour à l’aide des
factures. En ce qui concerne le siège social, le responsable vérifie

98
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
ecodynamisch label de facturen na bij de boekhoudkundige dienst
en maakt een evolutiegrafiek op.
CIBG
Het CIBG heeft een Green IT actieplan uitgevoerd en zal in
2012, in dit kader, rekening houden met het systeem van de energetische
boekhouding.
Het CIBG heeft immers zijn eigen datacenter ontwikkeld met
het oog op het herbergen van de serverzalen van de gewestelijke
en plaatselijke instellingen die het wensen. Een specifieke studie
naar de energiebesparingen werd in dit kader uitgevoerd alsook de
identificatie van de energetische kosten van de serverzaal.
De herbergingskosten worden immers verdeeld over de verschillende
partners die aan dit project deelnemen.
les factures pour le label éco-dynamique auprès du service de
comptabilité et réalise un graphique d’évolution.
CIRB
Le CIRB a mis en place un plan d'action Green IT, et dans ce
cadre, en 2012, il intégrera le système de comptabilité énergétique.
Cependant, le CIRB a développé son Data center en vue d'héberger
les salles machines des institutions régionales et locales
qui le souhaitent. Une étude spécifique au niveau des économies
d'énergie a été faite dans ce cadre et une identification particulière
des coûts énergétiques est réalisée pour cette salle.
En effet, les coûts d'hébergement sont répartis entre les différents
partenaires qui participent à ce projet.
Vraag nr. 620 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Aantal en kosten voor de dienstreizen van het personeel van
de gewestelijke overheidsinstellingen onder uw toezicht.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor de
ION's en voor alle andere gewestelijke organen waarop u toezicht
uitoefent, het aantal en de kosten voor de dienstreizen in 2010 en
2011.
Voor elk daarvan, had ik graag informatie gehad over de
bestemming, de duur, de kostprijs voor de overheid, het doel, het
aantal afgereisde personeelsleden en de voornaamste reden.
Antwoord : Kabinet
In antwoord op de vraag van het geachte parlementslid kan ik
volgende gegevens verstrekken.
In 2010 heb ik volgende dienstreis gemaakt :
– La Coronia (Spanje) van 12 februari tot 15 februari. Ik was hier
vergezeld door één lid van het kabinet. Deze missie behelsde
de deelname aan de informele Ministerraad over transport en
mobiliteit in het kader van het Europees Voorzitterschap van
Spanje en ter voorbereiding van het Europees Voorzitterschap
van België.
In 2011 werden er 3 dienstreizen gemaakt :
– De eerste ging naar Sevilla van 22 tot 25 maart. Dit in het kader
van het congres Velocity. Ik was vergezeld door de adviseur
Fietsbeleid.
– Van 7 tot 15 april heb ik het 59 ste Wereldcongres van de UITP
– de Internationale Unie Van Openbaar Vervoer – in Dubai
bijgewoond. Ik was vergezeld door twee kabinetsleden : de
adjunct-kabinetschef voor het Gewest en de adviseur MIVB.
Question n° 620 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Nombre et coûts des déplacements des agents des institutions
régionales publiques sous votre responsabilité.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou toute
autre institution à caractère régional sur lesquels vous exercez une
tutelle, je souhaite connaître le nombre et le coût des déplacements
effectués en 2010 et 2011.
Pour chaque déplacement, je souhaite connaître la destination,
la durée, le coût à charge des pouvoirs publics, l’objet du déplacement,
le nombre d’agents y participant ainsi que la motivation
principale justifiant ce déplacement.
Réponse : Cabinet
En réponse à la question de l’honorable membre, je peux fournir
les données suivantes.
En 2010, j’ai effectué le déplacement suivant :
– La Corogne (Espagne) du 12 février au 15 février. J’étais
accompagnée par un membre du Cabinet. Cette mission comprenait
la participation au Conseil des ministres informel des
Transports et de la Mobilité dans le cadre de la Présidence
européenne de l’Espagne et en préparation de la Présidence
européenne de la Belgique.
En 2011, trois déplacements étaient au programme :
– Le premier s’est déroulé à Séville du 22 au 25 mars. Il était
organisé dans la cadre du congrès Velocity. J’étais accompagnée
par le conseiller de la politique cyclable.
– Du 7 au 15 avril, j’ai assisté au 59 e congrès mondial de l’UITP
– l’Union internationale des Transports publics – à Dubaï.
J’étais accompagnée par deux membres du cabinet : le chef de
cabinet adjoint pour la Région et le conseiller STIB.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
99
– Van 24 september tot 1 oktober heb ik het Wereldcongres van
de Wegen in Mexico bijgewoond : ik was vergezeld door twee
kabinetsleden : de kabinetschef en de adviseur mobiliteit.
MIVB
Het is niet realistisch in het kader van een parlementaire vraag
een exhaustieve inventaris op te maken van alle verplaatsingen die
personeelsleden van de MIVB afwerkten voor 2010 en 2011.
De buitenlandse opdrachten in het kader van congressen, studiereizen,
partnerschappen of overheidsopdrachten voor diensten
vertegenwoordigden een globaal bedrag van :
– 414.817,54 EUR en 2010
– 293.237,55 EUR en 2011
98 % van de opdrachten werden uitgevoerd in Europa. Hun
gemiddelde duur bedroeg 1 tot 2 dagen en het betrof het vaakst
één persoon. De gemiddelde duur van opdrachten buiten Europa
bedroeg 3 tot 5 dagen.
In een bedrijf als de MIVB, dat engineering en studieprestaties
verkoopt (in tegenstelling tot bijvoorbeeld een administratie),
leveren deze verplaatsingen inkomsten op.
Haven van Brussel
2010
– Du 24 septembre au 1 er octobre, j’ai assisté au Congrès mondial
de la Route à Mexico. J’étais accompagnée par deux membres
du cabinet : le chef de cabinet et le conseiller de la mobilité.
STIB
Il n’est pas réaliste dans le cadre d’une question parlementaire
de dresser un inventaire exhaustif des déplacements effectués par
membres du personnel de la STIB pour 2010 et 2011.
Les missions à l’étranger dans le cadre de congrès, voyages
d’étude, partenariats ou marchés de services ont représenté un
montant global de:
– 414.817,54 EUR en 2010
– 293.237,55 EUR en 2011
98 % des missions sont effectuées en Europe. Leur durée
moyenne est d’1 à 2 jours et occupe le plus souvent une seule
personne. La durée moyenne des missions hors Europe est de 3
à 5 jours.
Dans une entreprise comme la STIB, laquelle vend de l'engineering
et des prestations d'études (contrairement par exemple à
une administration), ces déplacements à l'étranger génèrent des
recettes.
Port de Bruxelles
2010
Bestemming Aantal dagen Bedrag Betreft Aantal Motivering
– – – – – –
Destination Nbr de jours Montant Objet Nbr Motivation
Ajaccio (FR) 2 dagen 934 EUR Algemene vergadering 1 De Haven is bestuurder van het AIVP
van AIVP
Ajaccio (FR) 2 jours 934 EUR Assemblée générale 1 Le Port est administrateur de l’AIVP
de l’AIVP
Barcelona (ES) 1 dag 388 EUR Algemene vergadering 1 Werken van FERRMED zijn van belang
van FERRMED
voor de Haven van Brussel
Barcelone (ES) 1 jour 388 EUR Assemblée générale de 1 Intérêt pour le Port de Bruxelles des tra-
FERRMED.
vaux de FERRMED
Buenos Aires (AR 15 dagen 2.784 EUR Conferencie AIVP De Haven is bestuurder van het AIVP
Buenos Aires (AR) 15 jours 2.784 EUR Conférence AIVP le Port est administrateur de l’AIVP
Liverpool (UK) 4 dagen 1.234,73 EUR Algemene vergadering De Haven is lid van PIANC
van PIANC
Liverpool (UK) 4 jours 1.234,73 EUR Assemblée générale Le Port est membre de PIANC
du PIANC
Oslo (NO) 2 dagen 563,87 EUR Werkgroep PIANC 1 De Haven is lid van PIANC
(kleine en middelgrote
containers)
Oslo (NO) 2 jours 563,87 EUR Groupe de travail PIANC 1 Le Port est membre de PIANC
(conteneurs de petites et
moyennes taille)
Straatsburg (FR) en Bale (CH) 3 dagen 5.679 EUR Studiereis van de RvB 4 Begeleiding van RvB
Strasbourg (FR) et Bâle (CH) 3 jours 5.679 EUR Voyage d’étude du CA 4 Accompagnement du CA

100
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
2011
Bestemming Aantal dagen Bedrag Betreft Aantal Motivering
– – – – – –
Destination Nbr de jours Montant Objet Nbr Motivation
Berlijn (DE) 2 dagen 176,70 EUR Algemene vergadering 1 De Haven is lid van de FEPI
van de FEPI.
Berlin (DE) 2 jours 176,70 EUR Assemblée générale 1 Le Port est membre de la FEPI
de la FEPI
Berlijn (DE) 5 dagen 2.175,19 EUR Algemene vergadering 1 De Haven is lid van PIANC
van PIANC
Berlin (DE) 5 jours 2.175,19 EUR Assemblée générale de 1 Le Port est membre de PIANC
PIANC
Bordeaux (FR) 3 dagen 8.063 EUR Ontmoetingen AIVP, 7 Begeleiding van RvB en nut van de werstudiereis
van de RvB
ken
Bordeaux (FR) 3 jours 8.063 EUR Rencontres AIVP, 7 Accompagnement du CA et pertinence des
voyage d’étude du CA
travaux
Boedapest (HU) 3 dagen 74,70 EUR Uitvoerend Comité van 1
de FEPI
Budapest (HU) 3 jours 74,70 € Comité exécutif de 1
la FEPI
Kigali & Goma 4 dagen 2.149,12 EUR Economische missie van 1 In het kader van het bestaand partnerschap
Minister Cerexhe
tussen de Haven van Brussel en ONATRA,
de opdracht tot deskundigenonderzoek om
het waterverkeer op het Kivu weer op gang
te brengen
Kigali & Goma 4 jours 2.149,12 EUR Mission économique 1 Dans le cadre du partenariat existant entre
du Ministre Cerexhe
le Port de Bruxelles et l’ONATRA, mission
d’expertise pour relancer le trafic
fluvial sur le lac Kivu
Marseille (FR) 2 dagen 804,20 EUR Werkgroep PIANC 4 De Haven is lid van PIANC
(kleine en middelgrote
containers)
Marseille (FR) 2 jours 804,20 EUR Groupe de travail PIANC 4 Le Port est membre de PIANC
(conteneurs de petites et
moyennes taille)
Parijs (FR) 2 dagen 2.375 EUR Economische missie met 5 De Haven is lid van de BHG
de Brusselse Havengemeenschap
Paris (FR) 2 jours 2.375 EUR Mission économique 5 Le Port est membre de la CPB
avec la Communauté
portuaire bruxelloise
Parijs (FR) 1 dag 250 EUR RvB van AIVP 1 De Haven is bestuurder van AIVP
Paris (FR) 1 jour 250 EUR CA de l’AIVP 1 Le Port est administrateur de l’AIVP
Mobiel Brussel
De vraag dient beantwoord te worden door de diensten van de
secretaris-generaal van het MBHG.
CIBG
Bruxelles Mobilité
La question relève des services du secrétaire général du MRBC.
CIRB
Bestemming Aantal dagen Bedrag Betreft Aantal Motivering
– – – – – –
Destination Nbr de jours Montant Objet Nbr Motivation
Paris 1 dag 602,72 EUR Workshop 2 Technologisch benchmarking
Cloud Computing
Paris 1 jour 602,72 EUR Workshop 2 Benchmarking technologique
Cloud Computing
Monte-Carlo 2 dagen 595,69 EUR Deelname aan congres 1 Voorstellen van de 3D-oplossingen van
IMAGINA over de 3D-
Urbis
cartografie
Monte-Carlo 2 jours 595,69 EUR Participation au congrès 1 Présentation solutions 3D de Urbis
au IMAGINA sur
la Cartographie 3D

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
101
Berlin 4 dagen 913,99 EUR Congres Educa on line 1 Voorstellen van het Multimediaplan en
deelname aan een interactieve workshop
Berlin 4 jours 913,99 EUR Congrès Educa on line 1 Présentation Plan multimédia et participation
à un workshop interactif
Sophia Antipolis 1 dag 496,62 EUR Workshop Eurocities 1 Programma Europees kader
Sophia Antipolis 1 jour 496,62 EUR Workshop Eurocities 1 Programme-cadre européen
Canberra 5 dagen 887,63 EUR Uitnodiging Gastspreker 1 Voorstellen van gewestelijke informaticaop
Futur Gov congress
oplossingen
Canberra 5 jours 887,63 EUR Invitation Orateur au 1 Présentation des solutions régionales in-
Futur Gov. congress
informatiques
Vraag nr. 621 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kosten voor de publicaties verschenen in 2011.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor
de ION's en voor andere organen waarop u toezicht uitoefent, het
aantal en de totale kosten (redactie, uitgave, drukkosten …) voor
de publicaties (studies, jaarverslagen, prospectussen, folders …)
die zijn verschenen of die nog zullen verschijnen in 2011 (in
deze tijd van het jaar, zijn de beslissingen voor publicaties die in
december al genomen en al begroot).
Voor elke publicatie, had ik graag beknopte informatie over de
inhoud, het volume, de oplage, de verspreiding en de kosten voor
die verspreiding.
Antwoord : Kabinet
1. Investeringsplan Openbare werken 2011
Informatie over de verschillende werken en studies die in
2011 opgestart werden of verder afgewerkt werden ten behoeve
van de openbare werken in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Specifieke vakinformatie bestemd voor gemeenten, gemeentemandatarissen,
directeurs van Mobiel Brussel, andere kabinetten
en nutsbedrijven.
Technisch :
– 102 pagina’s
– Aantal exemplaren : 300 exemplaren
– Kostprijs : ontwerp, editie en uitvoering intern door Mobiel
Brussel. Kosten geschat op 1 200 EUR : papier en arbeidstijd
– Verspreiding : via het kabinet
2. Beleidsplan Taxi’s « Taxi naar de toekomst » 2011-2014
Beschrijving van de beleidsplannen van het beleid met betrekking
tot de Brusselse taxi's. Informatie bestemd voor de verschillende
overheden in de eerste plaats regering, parlementsleden
en lokale overheden van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Voorts : federale overheid en overheden uit andere gewesten,
administraties Brussels Hoofdstedelijk Gewest en aanverwante
Question n° 621 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des publications éditées en 2011.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou autres
institutions sur lesquels vous exercez une tutelle, je souhaite
connaître le nombre et le coût total (rédaction, édition, impression
…) des publications produites (étude, rapport annuel, prospectus,
folder …) ou à produire encore en 2011 (à ce stade de
l'année, les décisions relatives à des publications qui sortiraient de
presse en décembre sont déjà prises et budgétisées).
Pour chaque publication, je souhaite disposer d’un bref descriptif
détaillant le contenu de la publication, son volume, le nombre
d’exemplaires produits, son public-cible, sa diffusion ainsi que
les coûts liés à cette diffusion.
Réponse : Cabinet
1. Plan d’investissement des Travaux publics 2011
Informations sur les différents travaux et études qui ont été lancés
ou poursuivis en 2011 au profit des travaux publics en Région
de Bruxelles-Capitale. Informations professionnelles spécifiques
à l’attention des communes, mandataires communaux, directeurs
de Bruxelles Mobilité, d’autres cabinets et entreprises d’utilité
publique.
D’un point de vue technique :
– 102 pages
– Nombre d’exemplaires : 300
– Coût : projet, édition et exécution en interne par Bruxelles
Mobilité. Les coûts sont estimés à 1.200 EUR : papier et temps
de travail
– Diffusion : par le biais du cabinet
2. Plan stratégique des Taxis « Un taxi pour l’avenir » 2011-
2014
Description des plans stratégiques de la politique relative aux
taxis bruxellois. Informations à l’attention des différentes autorités
et, en premier lieu, le gouvernement, les parlementaires et les
autorités locales de la Région de Bruxelles-Capitale. En deuxième
lieu : les autorités fédérales et les autorités des autres Régions,
administrations de la Région de Bruxelles-Capitale et les orga-

102
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
organisaties, beleidsmakers in sector van openbare werken en
vervoer en belangrijke spelers uit de taxiwereld.
Technisch :
– 54 pagina’s
– Aantal exemplaren : 1.000 exemplaren in NL en 4.000 exemplaren
in FR
– Kostprijs : Ontwerp : 3.684,45 EUR; Editie of uitvoering :
7.865 EUR. Totale kostprijs : 11.549,45 EUR (incl. BTW)
– Verspreiding : via het kabinet
MIVB
Het is niet realistisch in het kader van een parlementaire vraag
een exhaustieve inventaris op te maken van alle publicaties van
de MIVB, net als van de budgetten die opgenomen zijn in de werkingsbudgetten
van de verschillende diensten van de MIVB.
Ter illustratie kan ik wel zeggen dat de MIVB grosso modo
drie types publicaties heeft. Het gaat om folders/leaflets, plannen
en brochures. Die zijn vooral bedoeld voor reizigers. De drukkosten
bedragen gemiddeld tussen de 800 EUR en de 3.000 EUR,
afhankelijk van het aantal exemplaren. Ze zijn vooral bedoeld
om de klanten van de MIVB te informeren. In 2011 werden alle
publicaties, op een deel van het jaarverslag na, intern bij de MIVB
gemaakt. De kosten (behalve druk) zijn dus bijna altijd geïntegreerd
in de werkingsbudgetten.
Mobiel Brussel
Overzicht van de publicaties van het bestuur Mobiel Brussel –
BUV in 2011, op artikel 17.001.08.10.12.11 (bevoegdheden van
mevr. B. Grouwels). De kosten voor de brochures met betrekking
tot de corporate communication (in geel) van Mobiel Brussel zijn
betaald voor 50 % op het artikel van B. Grouwels en voor 50 %
op het artikel van Bruno De Lille.
1. Activiteitenverslag van Mobiel Brussel
– Doelpubliek : partners en groot publiek
– Volume : A3 open formaat, A4 gesloten formaat, 20 pagina’s
– Lay-out en druk : 15.000 EUR
– Hoeveelheid : 2.000 FR – 1.200 NL – 500 UK
– Verspreiding : intern + partners via post + stands
2. Presentatiebrochure Mobiel Brussel (Voorstelling van de activiteiten
van het bestuur + contacten)
– Doelpubliek : partners en groot publiek
– Volume : driedelig
– Lay-out en druk : 500 EUR
– Hoeveelheid : 2.000
– Verspreiding : intern + post + stands
3. Brochure tram 9 (voorstelling van het project tram 9 aan de
omwonenden in voorbereiding op het openbaar onderzoek)
– Doelpubliek : omwonenden van het project
nisations apparentées, les responsables politiques dans le secteur
des travaux publics et des transports et les principaux acteurs du
secteur des taxis.
D’un point de vue technique :
– 54 pages
– Nombre d’exemplaires : 1.000 exemplaires en NL et
4.000 exemplaires en FR
– Coût : Projet : 3.684,45 EUR; Edition ou réalisation : 7.865 EUR
Coût total: 11.549,45 EUR (TVAC).
– Diffusion : par le biais du cabinet
STIB
Il n’est pas réaliste dans le cadre d’une question parlementaire
de dresser un inventaire exhaustif de l’ensemble des publications
de la STIB, tout comme les budgets repris dans les budgets de
fonctionnement des différents services de la STIB.
À titre d’exemple, je peux vous dire que la STIB a grosso modo
trois types de publications. Il s’agit des prospectus/dépliants, plans et
brochures. Celles-ci sont surtout destinées aux voyageurs. Les frais
d’impression s’élèvent en moyenne entre 800 EUR et 3.000 EUR,
selon le nombre d’exemplaires. Elles visent principalement à informer
les clients de la STIB. En 2011, toutes les publications ont été
réalisées en interne au sein de la STIB à l’exception d’une partie du
rapport annuel. Les frais (excepté l’impression) sont donc presque
toujours intégrés dans les budgets de fonctionnement.
Bruxelles Mobilité
Aperçu des publications 2011 de l’administration Bruxelles
Mobilité – AED sur l’article 17.001.08.12.12.11 (compétences de
Mme B. Grouwels). Les brochures relatives à la communication
corporate (en jaune) de Bruxelles Mobilité sont payées 50 % sur
l’article de B. Grouwels et 50 % sur celui de Bruno De Lille.
1. Rapport d’activité de Bruxelles Mobilité
– Public cible : partenaires et grand public
– Volume : A3 format ouvert, A4 format fermé, 20 pages
– Mise en page et impression : 15.000 EUR.
– Quantité : 2000 FR – 1200 NL – 500 UK
– Diffusion : en interne + partenaires via courrier + stands.
2. Plaquette de présentation Bruxelles Mobilité (présentation des
activités de l’administration + contacts)
– Public cible : partenaires et grand public
– Volume : triptyque
– Mise en page et impression : 500 EUR
– Quantité : 2.000
– Diffusion : en interne + courrier + stands
3. Brochure tram 9 (présentation du projet tram 9 aux riverains en
préparation à l’enquête publique)
– Public cible : riverains du projet.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
103
– Volume : A3, open formaat, A5, gesloten formaat
– Lay-out en druk : 7.000 EUR
– Hoeveelheid : 40.000
– Huis-aan-huisverspreiding in de gemeenten Jette en
Ganshoren : 3.000 EUR
4. Werffolders of uitnodigingen inwijdingen/infosessies
– Doelpubliek : omwonenden van de werf of het project
– Volume : A4, in 3 gevouwd, of A5
– Hoeveelheid : ongeveer 2.000 per werf
– Lay-out : intern
– Druk : 5.000 EUR voor het hele jaar 2011 – het grootste deel
van het drukwerk wordt intern uitgevoerd (fotokopieën)
– Verspreiding : 5.000 EUR voor het hele jaar 2011 – de verspreiding
wordt grotendeels verzorgd door de aannemers of
de ambtenaren
5. Fietsplan (Gewestelijk fietsbeleidsplan)
– Doelpubliek : partners en specialisten
– Volume : A4-formaat, 80 pagina’s
– Druk : 5.500 EUR
– Hoeveelheid : 600 exemplaren bovenop de exemplaren
geproduceerd door het Kabinet De Lille voor gebruik door
het Kabinet Grouwels
– Verspreiding : via het Kabinet
6. Infoblad « taxi Iris service »
– Doelpubliek : sector: chauffeurs + exploitanten
– 4 pagina’s in A4-formaat, gesloten, A3-formaat, open
– 2 versies FR/NL – vierkleurige druk, recto verso
– Oplage : 3.500 FR – 500 NL
– Grafisch ontwerp + lay-out + druk : 4.674 EUR incl. btw.
– Verspreiding : administratie
7. Jaarverslag 2010
– Doelpubliek : kabinet, administratie
– Oplage : 100 exemplaren
– Lay-out + druk : 9.535 EUR incl. btw
8. Brochure info loketten
– Doelpubliek : taxisector, publiek aan de loketten
– Brochure de 4 pagina’s, gesloten formaat 10,5 x 21; open
formaat 21 x 21.
– Lay-out + druk : 1.536 EUR incl. btw
Haven van Brussel
Jaarverslag 2010 :
– Inhoud : activiteitenverslag 2010
– Kostprijs : 9.431, 25 EUR
– Oplage : 1.000 exemplaren
– Doelpubliek : aandeelhouders, klanten, institutionele en sectorale
partners
– Volume : A3 format ouvert, A5 format fermé.
– Mise en page et impression : 7.000 EUR.
– Quantité : 40.000.
– Distribution toute-boîte communes de Jette et Ganshoren :
3.000 EUR.
4. Dépliants chantiers ou invitations inaugurations/séances information
– Public cible : riverains du chantier ou du projet
– Volume : A4 pliés en 3 ou A5
– Quantité : environ 2.000 par chantier
– Mise en page en interne
– Impression : 5.000 EUR pour toute l’année 2011 – majorité
des impressions effectuées en interne (photocopies)
– Diffusion : 5.000 EUR pour toute l’année 2011 – majorité
des diffusions effectuées via entrepreneurs ou fonctionnaires
5. Plan vélo (Plan régional de politique cyclable)
– Public cible : partenaires et spécialistes
– Volume : format A4, 80 pages
– Impression 5.500 EUR
– Quantité : 600 exemplaires supplémentaires à ceux produits
par le Cabinet De Lille pour usage du Cabinet Grouwels
– Diffusion : via le cabinet
6. Bulletin d’information « taxi Iris service »
– Public cible : secteur : chauffeurs + exploitants
– 4 pages au format A4 fermé, A3 ouvert
– 2 versions FR/NL – impression recto/verso quadrichromie
– Tirage : 3.500 FR – 500 NL
– Conception graphique + mise en page + impression :
4.674 EUR TVAC
– Diffusion : Administration
7. Rapport annuel 2010
– Public cible : cabinet, administration
– Tirage : 100 exemplaires.
– Mise en page + impression : 9.535 EUR TVAC.
8. Brochure info guichets
– Public cible : secteur taxi, public guichets
– Brochure de 4 pages, format fermé 10,5 x 21; format ouvert
21 x 21
– Mise en page + impression : 1.536 EUR TVAC
Port de Bruxelles
Rapport annuel 2010 :
– Contenu : rapport d’activité 2010
– Coûts : 9431,25 EUR
– Tirage : 1.000 exemplaires
– Public cible : actionnaires, clients, partenaires institutionnels et
sectoriels

104
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Memorandum :
Mémorandum :
– Inhoud : 11 te bevorderen acties in het kader van de opstelling
van het Gewestelijk Plan voor duurzame ontwikkeling (GPDO)
en van de wijziging van het GBP
– Kostprijs : 6.227,50 EUR
– Oplage : 5.000 exemplaren
– Doelgroep : aandeelhouders, klanten, institutionele en sectorale
partners
CIBG
In 2011 heeft het Centrum voor Informatica voor het Brussels
Gewest drie specifieke publicaties uitgegeven.
I. In het kader van haar informatieopdracht (doelgroep: het
grote publiek), met name door de publicatie van katernen waarbij
een balans wordt opgemaakt van de evolutie van de technologieën,
hebben wij een Katern 32 gepubliceerd « Het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest online » : 1997, 2004, 2007 en later : van
de statische site naar het netwerktijdperk.
Het katern telt 44 pagina’s en werd in 600 exemplaren gedrukt
(400 FR & 200 NL).
Het werd uitgedeeld op 9 december 2011 op de Jaarlijkse
Conferentie 2001 bij een doelgroep bestaande uit openbare en
private leidinggevenden.
Andere verspreiding: gemeenten, MBHG, de Brusselse regering,
het Parlement, de publicatie op www.cibg.irisnet.be.
II. Het jaarverslag 2010 van het Centrum voor Informatica voor
het Brussels Gewest 2010
« Het CIBG en IRISteam, een duo ten dienste van de gewestelijke
informatica ».
Het Jaarverslag telt 54 pagina’s, werd gedrukt in 370 exemplaren
(250 FR & 120 NL).
Verspreiding : 200 FR + 80 NL + publicatie op www.cibg.
irisnet.be (tab Publicaties), overhandigd aan de klanten van CIBG
en van het IRISteam.
III. IRISnet Brochure
Een kort argumentarium werd opgesteld om zo veel mogelijk
potentiële inschrijvers (telecomoperatoren en integratoren) te overtuigen
om in te schrijven op de Overheidsopdracht IRISnet 2.
Een kleine brochure in het Engels werd gepubliceerd (doel :
Europese operatoren en integratoren).
Het werkje telt 12 pagina’s en werd in 200 exemplaren gedrukt
(English only).
Totale kostprijs I. + II. + III. = 6.694 EUR.
– Contenu : 11 actions à promouvoir dans le cadre de l’élaboration
du Plan régional de Développement durable (PRDD) et de
la modification du PRAS
– Coûts : 6.227,50 EUR
– Tirage : 5.000 exemplaires
– Public cible : actionnaires, clients, partenaires institutionnels et
sectoriels
CIRB
En 2011, le Centre d'Informatique pour la Région bruxelloise a
édité trois publications spécifiques.
I. Dans le cadre de sa mission d'information (cible : grand
public), notamment par la publication de Cahiers faisant le point
sur l'évolution des technologies, nous avons publié un Cahier 32
« La Région de Bruxelles-Capitale en ligne » : 1997, 2004, 2011
et après : du site statique à l'ère des réseaux.
Le cahier compte 44 pages, a été imprimé à 600 exemplaires
(400 FR & 200 NL).
Il a été distribué le 9 décembre 2011 à la Conférence Annuelle
2011 auprès d'un public cible de responsables publics et privés.
Diffusion autre : communes, MRBC, le Gouvernement bruxellois,
le Parlement + publication sur www.cirb.irisnet.be.
II. Le Rapport annuel 2010 du Centre d'Informatique pour la
Région Bruxelloise 2010.
« CIRB et IRISteam un duo au service de l'informatique régionale
».
Le Rapport Annuel compte 54 pages, a été imprimé à 370 exemplaires
(250 FR & 120 NL).
Diffusion : 200 FR + 80 NL + publication sur www.cirb.irisnet.
be (tab Publications), remis aux clients du CIRB et de IRISteam.
III. Brochure IRISnet
Un argumentaire a été rédigé afin de convaincre le plus de
soumissionnaires potentiels (opérateurs télécom & intégrateurs)
de soumettre pour le Marché IRISnet 2.
Une petite brochure en anglais a été éditée (cible : opérateurs
et intégrateurs européens).
Le petit fascicule compte 12 pages, a été imprimé à 200 exemplaires
(English only).
Coût total I. + II. +III = 6.694 EUR

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
105
Vraag nr. 622 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kostprijs van de persconferenties de jongste drie jaar.
Graag vernam ik de kostprijs van de verschillende persconferenties
die de minister de jongste drie jaar heeft gegeven, met
voor elk ervan, de kosten die zijn gedragen door het kabinet en
door het bestuur.
Graag ontving ik ook de lijst van de persreizen die zijn georganiseerd
door het ministerie in diezelfde periode, met vermelding
van de titel en hoedanigheid van de personen die mee afgereisd
zijn en de duur van elke persreis.
Antwoord : 2009
Question n° 622 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des conférences de presse ces trois dernières années.
Je souhaite connaître le coût des différentes conférences de
presse données par la ministre au cours de ces trois dernières
années en distinguant pour chacune les frais assumés par le cabinet
de ceux imputés à l'administration.
Je souhaite également disposer de la liste des voyages de presse
organisés par la ministre sur cette même période en mentionnant
les titres et qualités des participants ainsi que la durée du déplacement.
Réponse : 2009
Wat ? Wanneer ? Waar ? Varia ?
– – – –
Quoi ? Quand ? Où ? Varia ?
Lancering van de Week van Vervoering 11/09/2009 Mundo-B (het huis voor duurzame ont- Persconferentie samen met kabinet van
wikkeling), Edinburgstraat 26,
Bruno De Lille
1050 Brussel
Lancement de la Semaine de Mobilité 11/09/2009 Mundo-B (la maison pour le dévelop- Conférence de presse avec le cabinet de
pement durable), rue d’Edinbourg 26, Bruno De Lille
1050 Bruxelles
Persconferentie 5.000 ste klant Cambio 10/11/2009 Kabinet
Conférence de presse 5.000 e client Cambio 10/11/2009 Cabinet
Inhuldiging standbeeld op het Flageyplein 09/12/2009 Flageyplein Praktische organisatie van deze persconferentie
gebeurde door Mobiel Brussel
Inauguration de la statue à la Place Flagey 09/12/2009 Place Flagey Organisation pratique de cette conférence
de presse assurée par Bruxelles Mobilité
Inhuldiging nieuwe busbaan in Watermaal- 15/12/2009 Keymplein in Watermaal-Bosvoorde Praktische organisatie van deze persconfe-
Bosvoorde
rentie gebeurde door Mobiel Brussel
Inauguration nouveau site propre pour bus à 15/12/2009 Place Keym à Watermael-Boitsfort Organisation pratique de cette conférence
Watermael-Boitsfort
de presse assurée par Bruxelles Mobilité
2010
Wat ? Wanneer ? Waar ? Varia ?
– – – –
Quoi ? Quand ? Où ? Varia ?
Planten van eerste zilverlinde in Tervurenlaan 25/01/2010 Tervurenlaan Praktische organisatie van deze persconfe
rentie gebeurde door Mobiel Brussel
Plantation du premier tilleul argenté à l’avenue 25/01/2010 Avenue de Tervueren Organisation pratique de cette conférence
de Tervueren.
de presse assurée par Bruxelles Mobilité
Start Vlaams-Brussels ministerieel overleg 03/02/2010 Errerahuis Persconferentie samen met Vlaams minisinterregionale
mobiliteit
ter Hilde Crevits
Début de la concertation ministérielle flamande- 03/02/2010 Maison Errera Conférence de presse avec la ministre flabruxelloise
relative à la mobilité interrégionale
mande Hilde Crevits
Voorstelling beleidsnota openbare werken 2010 26/02/2010 Kabinet
door minister Grouwels
Présentation de la note politique travaux publics 26/02/2010 Cabinet
2010 par la ministre Grouwels
Einde van de saneringswerken op de Carcoke-site 23/04/2010 Carcoke-site Praktische organisatie Haven van Brussel
Fin des travaux d’assainissement sur le site 23/04/2010 Site Carcoke Organisation pratique Port de Bruxelles
Carcoke
Verlenging van het IRISnet-contract 26/04/2010 Hoofdzetel CIBG Praktische organisatie CIBG
Prolongement du contrat IRISnet 26/04/2010 Siège CIRB Organisation pratique CIRB
Inhuldiging vernieuwde Gallaitstraat in 09/06/2010 GC De Kriekelaar Praktische organisatie van deze persconfe-
Schaarbeek
rentie gebeurde door Mobiel Brussel
Inauguration de la rue Gallait rénovée à 09/06/2010 GC De Kriekelaar Organisation pratique de cette conférence
Schaerbeek
de presse assurée par Bruxelles Mobilité
Voorstelling beleidsplan 2010-2014 rond 29/06/2010 Kabinet
Openbare Werken en Vervoer
Présentation plan stratégique 2010-2014 29/06/2010 Cabinet
Travaux Publics et Transports

106
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Feestelijke inhuldiging vernieuwde Tervurenlaan 07/07/2010 Tervurenlaan Praktische organisatie van deze persconferentie
gebeurde door Mobiel Brussel
Inauguration officielle de l’avenue de Tervueren 07/07/2010 Avenue de Tervueren Organisation pratique de cette conférence
rénovée
de presse assurée par Bruxelles Mobilité
Einde werkzaamheden aan de rotonde aan 03/09/2010 Rotonde aan de begraafplaats van Elsene Praktische organisatie van deze persconfede
begraafplaats van Elsene
rentie gebeurde door Mobiel Brussel
Fin des travaux à la rotonde du cimetière d’Ixelles 03/09/2010 Rotonde du cimetière d’Ixelles Organisation pratique de cette conférence
de presse assurée par Bruxelles Mobilité
Werfbezoek aan metrostation Kruidtuin 08/09/2010 Nieuwe ingang metrostation Kruidtuin, Praktische organisatie van deze persconfeingang
Financiëntoren
rentie gebeurde door Mobiel Brussel
(kant : Kruidtuinlaan)
Visite des chantiers à la station métro Botanique 08/09/2010 Nouvelle entrée métro Botanique, Organisation pratique de cette conférence
entrée Tour des Finances
de presse assurée par Bruxelles Mobilité
(côté avenue Botanique)
Lancering van de Week van Vervoering 13/09/2010 Kabinet Staatssecretaris De Lille Persconferentie samen met staatssecretaris
Bruno De Lille
Lancement de la Semaine de la Mobilité 13/09/2010 Cabinet Secrétaire d’Etat Bruno De Lille Conférence de presse avec le secrétaire
d’Etat Bruno De Lille
Inhuldiging fietsdoorsteek aan Generaal 17/09/2010 Fietspunt VUB/ULB, Triomflaan 40 Praktische organisatie van deze persconfe-
Jacqueslaan in 1050 Brussel rentie gebeurde door Mobiel Brussel
Inauguration de la traversée cyclable du boule- 17/09/2010 Point Vélo VUB/ULB, avenue du Organisation pratique de cette conférence
vard Général Jacques Triomphe 40 à 1050 Bruxelles de presse assurée par Bruxelles Mobilité
Voorstelling beleidsplan 2010-2014 van de 05/10/2010 Zeilschool (BRYC), Vilvoordsesteenweg 1, Praktische organisatie Haven van Brussel
Haven van Brussel.
1020 Brussel
Présentation plan stratégique 2010-2014 du 05/10/2010 Ecole de Voile (BRYC), chaussée Organisation pratique Port de Bruxelles
Port de Bruxelles
de Vilvorde 1, 1020 Bruxelles
Opening Cambio-standplaats Sint-Lazarus 06/10/2010 Cambio-standplaats Sint-Lazarus
Ouverture Station Cambio Saint-Lazare 06/10/2010 Station Cambio à Saint-Lazare
Voorstelling nieuwe visuele identiteit van de 29/10/2010 Taxistandplaats aan het Centraal Station Praktische organisatie van deze persconfe-
Brusselse taxi's
rentie gebeurde door Mobiel Brussel
Présentation de la nouvelle identité visuelle 29/10/2010 Emplacement de taxi à la Gare Centrale Organisation pratique de cette conférence
des taxis bruxellois
de presse assurée par Bruxelles Mobilité
Inhuldiging kijktentoonstelling heraanleg 24/11/10 Kijktentoonstelling Elsensesteenweg 103/ Praktische organisatie van deze persconfe-
Elsensesteenweg Ultime Atome rentie gebeurde door Mobiel Brussel
Inauguration de l’exposition sur le réaménage- 24/11/10 Exposition chaussée d’Ixelles 103/ Organisation pratique de cette conférence
ment de la chaussée d’Ixelles Ultime Atome de presse assurée par Bruxelles Mobilité
Inhuldiging nieuwe ingang metrostation Kruid- 29/11/10 Metrostation Kruidtuin Praktische organisatie van deze persconfetuin
rentie gebeurde door Mobiel Brussel
Inauguration de la nouvelle entrée de 29/11/10 Station Métro Botanique Organisation pratique de cette conférence
la station métro Botanique
de presse assurée par Bruxelles Mobilité
Voorstelling vernieuwde plannen heraanleg 08/12/10 Dexia Tower (33 ste verdieping), Praktische organisatie van deze persconfe-
Rogierplein
Rogierplein 11, 1210 Sint-Joost-ten-Node rentie gebeurde door Mobiel Brussel
Présentation des nouveaux plans pour le 08/12/10 Dexia Tower (33 e étage), Organisation pratique de cette conférence
réaménagement de la place Rogier Place Rogier 11, 1210 Saint-Josse-ten- de presse assurée par Bruxelles Mobilité
Noode
2011
Persconferenties/Conférences de presse
Wat ? Wanneer ? Waar ? Varia ?
– – – –
Quoi ? Quand ? Où ? Varia ?
Voorstelling investeringsplan openbare werken 15/02/2011 Kabinet
2011
Présentation du plan d’investissement des 15/02/2011 Cabinet
travaux publics 2011
Voorstelling beleidsplan taxi’s 23/02/2011 Kabinet
Présentation du plan stratégique des taxis 23/02/2011 Cabinet
Stand van zaken werken aan Gentsesteenweg : 05/04/2011 Gentsesteenweg in Molenbeek Praktische organisatie van deze persconfepersbezoek
met minister Grouwels
rentie gebeurde door Mobiel Brussel
État des lieux des travaux à la chaussée de Gand : 05/04/2011 Chaussée de Gand à Molenbeek Organisation pratique de cette conférence
visite de presse avec la ministre Grouwels
de presse assurée par Bruxelles Mobilité
Inhuldiging nieuwe liften metrostation Kraainem 31/05/2011 Inkomhal metrostation Kraainem Praktische organisatie van deze persconfe-
(Wezembeeklaan)
rentie gebeurde door Mobiel Brussel
Inauguration des nouveaux ascenseurs de la 31/05/2011 Hall d’entrée de la station de métro de Organisation pratique de cette conférence
station de métro de Craainhem Craainhem (avenue de Wezembeek) de presse assurée par Bruxelles Mobilité
Lancering van de Week van Vervoering 08/09/2011 Kabinet Staatssecretaris De Lille Persconferentie samen met staatssecretaris
Bruno De Lille

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
107
Lancement de la Semaine de la Mobilité 08/09/2011 Cabinet du secrétaire d’État De Lille Conférence de presse avec le secrétaire
d’État Bruno De Lille
Lancering meetcampagne efficiëntie zuiverende 08/09/2011 Leopold II-tunnel, ter hoogte van station
materialen in Leopold II-tunnel
Simonis
Lancement de la campagne de mesure de l’effi- 08/09/2011 Tunnel Léopold II, à hauteur de la station
cacité des matériaux dépolluants dans le tunnel
Simonis
Léopold II
Viering van 10-jarig bestaan van Autoloze Zondag 18/09/2011 Uitgang van het Centraal Station Praktische organisatie van deze persconferentie
gebeurde door Mobiel Brussel
Célélbration des 10 ans d’existence du Dimanche 18/09/2011 Sortie de la Gare Centrale Organisation pratique de cette conférence
Sans Voiture
de presse assurée par Bruxelles Mobilité
Voorstelling van het vernieuwde viaduct na 28/10/11 Op de esplanade in de Reyerslaan,
de Reyers-Meisertunnel
aan de uitgang van het premetrostation
Diamant (richting Kerselarenlaan)
Présentation du viaduc Reyers-Meiser rénové 28/10/11 Sur l’esplanade du boulevard Reyers,
à l’entrée de la station de pré-métro
Diamant (direction avenue des Cerisiers)
Persreizen/Voyages de presse
Wat ? Wanneer ? Waar ? Varia ?
– – – –
Quoi ? Quand ? Où ? Varia ?
Daguitstap met een aantal journalisten naar 08/02/2011 Amsterdam Thema is « De Schijf van 5 », een methode
treinstation van Amsterdam
om de kwaliteit van treinstation te meten.
Media die meegingen : één journalist voor
Radio 2 en Brussel Deze Week en 2 journalisten
voor TV Brussel
Excursion d’un jour avec quelques journalistes 08/02/2011 Amsterdam Le thème était « Cercle de Cinq » qui est
à la gare ferroviaire d’Amsterdam
une méthode pour mesurer la qualité d’une
gare ferroviaire. Les média qui nous ont
accompagnés : un journaliste de Radio 2 et
de Brussel Deze Week et deux journalistes
de TV Brussel
Bezoek aan de haven van Parijs 4-5/10/11 Parijs Verschillende media : Brussel deze Week,
TV-Brussel, De Tijd, La Libre Belgique,
Télé Bruxelles en Het Laatste Nieuws
Visite du Port de Paris 4-5/10/11 Paris Différents média : Brussel deze Week,
TV-Brussel, De Tijd, La Libre Belgique,
Télé Bruxelles et Het Laatste Nieuws
Vraag nr. 623 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Aantal teksten (hoofdartikel, voorwoord, inleiding …) ondertekend
door de minister de jongste drie jaar in het kader van
openbaar verspreide documenten.
Graag ontving ik, voor de jongste drie jaar, de lijst en de aard
(voorwoord, nawoord …) van de door de minister ondertekende
teksten die openbaar zijn verspreid of verschenen.
Voor elk ervan, vernam ik graag meer informatie over de
ondertekening (hoedanigheid, naam en voornaam, foto …).
Antwoord :
1. Beleidsplannen
Fietsplan « Brussel schakelt een versnelling hoger » (2011)
– Voorwoord samen met staatssecretaris De Lille
– Vermelding naam + voornaam en titel + bevoegdheid (minister
bevoegd voor openbare werken en vervoer)
Question n° 623 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Nombre de textes (éditos, avant-propos, préfaces …) signés
par la ministre ces trois dernières années dans le cadre de documents
diffusés publiquement.
Durant ces trois dernières années, je souhaite connaître la
liste et la nature (préface, conclusion …) des textes signés par la
ministre qui ont fait l’objet d’une publication et d’une diffusion
publique.
Pour chaque texte, je souhaite qu’on précise le type de signature
utilisée (compétence, nom et prénom, photographie …).
Réponse :
1. Plans stratégiques
Plan Vélo « Bruxelles passe à la vitesse supérieure » (2011)
– Avant-propos avec le secrétaire d’État De Lille
– Mention du nom + prénom et titre + compétence (ministre en
charge des Travaux publics et des Transports)

108
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Beleidsplan « Openbare werken en Vervoer » (2010)
– Voorwoord
– Vermelding naam + voornaam en titel (minister)
Beleidsplan « Haven van Brussel » (2010)
– Voorwoord
– Vermelding naam + voornaam en titel (minister)
Beleidsplan « Taxi naar de toekomst » (2011)
– Voorwoord
– Vermelding naam + voornaam en titel (minister)
2. Investeringsplannen
Investeringsplan « Openbare werken 2010 » (2010)
– Voorwoord
– Vermelding naam + voornaam en titel + bevoegdheid (Brussels
minister van openbare werken en vervoer)
Investeringsplan « Openbare werken 2011 » (2011)
– Voorwoord
– Vermelding naam + voornaam en titel + bevoegdheid (Brussels
minister van openbare werken en vervoer)
3. Informatiefolders
Folder voor groot publiek « “Onze diensten helpen u op weg »
van Mobiel Brussel
– Vermelding titel + bevoegdheid (Brussels minister van openbare
werken en vervoer) op achterflap
Folder voor mandaathouders « IRISnet2 : Samen bouwen aan
de toekomst van Brussel » van CIBG
– Voorwoord
– Vermelding naam + voornaam en titel + bevoegdheid (Brussels
minister voor informatica)
Plan stratégique « Travaux Publics et Transports » (2010)
– Avant-propos
– Mention du nom + prénom et titre (ministre)
Plan stratégique « Port de Bruxelles » (2010)
– Avant-propos
– Mention du nom + prénom et titre (ministre)
Plan stratégique « Un taxi pour l’avenir » (2011)
– Avant-propos
– Mention du nom + prénom et titre
2. Plans d’investissements
Plan d’investissements « Travaux Publics 2010 » (2010)
– Avant-propos
– Mention du nom + prénom et titre + compétence (ministre
bruxelloise des Travaux publics et des Transports)
Plan d’investissements « Travaux Publics 2011 » (2011)
– Avant-propos
– Mention du nom + prénom et titre + compétence (ministre
bruxelloise des Travaux publics et des Transports)
3. Dépliants d’information
Dépliant à l’attention du grand public « Au service de vos routes
» de Bruxelles Mobilité
– Mention du titre + de la compétence (ministre bruxelloise des
Travaux Publics et des Transports) au verso
Dépliant à l’attention des mandataires « IRISnet 2 : « be part of
the future of Brussels » » du CIRB
– Préface
– Mention du nom + prénom et titre + compétence (ministre
bruxelloise en charge de l’Informatique)
Vraag nr. 624 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kosten voor studies en consultancy in 2010 en 2011.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor de
ION's en voor alle andere gewestelijke organen waarop u toezicht
uitoefent, het aantal en de kosten voor de studies en consultancy
(van welke aard dan ook) waartoe in 2010 en 2011 opdracht is
gegeven.
Voor elk daarvan, had ik graag beknopte informatie over de
inhoud, de auteurs en de desbetreffende kosten.
Graag vernam ik voor elke studie/consultancy welke overheidsopdracht
werd uitgeschreven.
Question n° 624 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des études et frais de consultance en 2010 et 2011.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou toute
autre institution à caractère régional sur lesquels vous exercez
une tutelle, je souhaite connaître le nombre et le coût des études
et autres consultances (de toute nature) qui ont été commanditées
en 2010 et 2011.
Pour chacune d’entre elles, je souhaite disposer d’un bref descriptif,
des auteurs ainsi que des coûts y afférents.
Enfin, je souhaite savoir, pour chaque étude/consultance, quel
type de marché public a été passé.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
109
Antwoord : Kabinet
Alle aanvragen voor consultancy en studies gebeurden via de
respectieve administraties en zijn vervat in onderstaande antwoorden
:
MIVB
Het boekhoudsysteem van de MIVB geeft de kosten van haar
activiteiten (bijvoorbeeld onderhoud rollend materieel), projecten
(bijvoorbeeld project fusie magazijnen) en investeringen (bijvoorbeeld
een nieuwe stelplaats) weer. De doelstelling ervan is niet
om op een algemene en statistische manier analyses uit te voeren
over hoe en waar er beroep werd gedaan op een specifieke groep
derden (consultants) die een deel van of een hele activiteit, project
of investering realiseerden.
U vindt hierbij het algemeen overzicht van de geïdentificeerde
bedrijven, met een korte beschrijving. Het globale bedrag van
deze opdrachten bedroeg in 2010 9,03 miljoen EUR en in 2011
7,9 miljoen EUR (tot 17 november 2011). De contractuele bepalingen
die betrekking hebben tot de individuele opdrachten horen
niet tot het publieke domein.
Réponse : Cabinet
Toutes les demandes de consultance et d’études se sont faites
par le biais des administrations respectives et sont reprises dans
les réponses ci-dessous.
STIB
L’objectif des systèmes comptables de la STIB est de déterminer
les coûts des activités (par exemple l’entretien du matériel roulant),
des projets (par exemple le projet de fusion des magasins et
sous magasins) et des investissements (par exemple : un nouveau
dépôt). Il n’est pas de justifier ou d’analyser de manière globale
et statistique le recours ou non à un type particulier de tiers (les
consultants) pour réaliser tout ou partie de chaque activité, investissement
ou projet.
Vous trouverez ci-joint un aperçu général des entreprises
identifiées ainsi qu’un bref descriptif. Le montant global de ces
consultances était de 9,03 millions EUR en 2010 et de 7,9 millions
EUR en 2011 (jusqu’au 17 novembre 2011). Les dispositions
contractuelles concernant les consultances individuelles ne font
pas partie du domaine public.
Consultance 2010
BERENSCHOT
BERENSCHOT
BEVAC CONSULTING ENGINEERS NV
SAP BELGIUM
VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSEL
D2S INTERNATIONAL
REAL DOLMEN NV
QUINTESSENCE CONSULTING NV
RATP DEVELOPPEMENT 3 RGS
SOGETI BELGIUM
MDRt SPRL
ENTHOVEN ASSOCIATES
BvD-it Services
ARTHUR D.LITTLE BENELUX 2RG
CONSEIL EN INFORMATIQUE ET TRA
DEVOTEAM BELGIUM SA
DELOITTE CONSULTING
CTAC ENTERPRISE TECHNOLOGY
APRICO CONSULTANTS NV
STORK ESCI N.V.
SPIRTECH
BIZZDEV
LINK CONSULTING
Consultance corporate governance
Consultance analyse des compétences
Consultance classification ouvrier
Consultance corporate governance
Consultance fonction de Direction
Consultance fonction IT
Consultance Phoenix
Consultance Pulsar
Consultance signalisation Metro
Consultance TAMSI
Consultance VICOM
Consultance SAP
Consultance SAP /OT
Consultance SAP/disponibilité SEC
Consultance bus hybride
Consultance vibration
Consultance IRIS
HRM dans la pratique
Consultance Pulsar
Consultance incident management
Consultance IT
Consultance BOGIES BUM
Consultance lay-out T4000
Consultance SAP FIA HELP DESK
Consultance divers
CONSULTANT CLAIRE /SAE
Consultance billetique
Consultance MOBIB
Consultance scanning MR
Consultance sécurité IT
Consultance reengineering INFRA
Consultance portail
Consultance SAP/PM
Consultance sortie voiture
Consultance masterplan DT
Consultance MOBIB
Consultance MOBIB
Consultance MOBIB

110
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
ITS GROUP BENELUX SPRL
Consultance MOBIB
ALTER & GO CONSEIL
Consultance BUT
DELAWARE CONSULTING SPRL
Consultance MOBIUS
Consultance SAP/ REAL ESTATE
Consultance scanning MR
ALTI NV
Consultance SAP/ CRM
SAP/PM GMAO Serv. électrique
BLUESPHERE 2 RGS
Consultance autorisation BU
Consultance DBA
Consultance paperless
Consultance SAP HR
Consultance SAP/BW
Consultance SYBER
QUEST SOFTWARE INTERNATIONAL
Consultance QUEST
MÖBIUS
Consultance MOBIUS
PERSOLIS SPRL
Consultance HR
BSB BELGIUM
Consultance GMA INFRA
Consultance SAP / BPC
Consultance SAP MOBIB
CONSULTATION SAP FIA
PRICEWATERHOUSECOOPERS
Consultance recette automatisée
Consultance SAP MOBIB
IRIS SOLUTIONS & EXPERTS SA
Consultance documentum
TPF-UTILITIES
Consultance Consommation électrique
TECHNUM-TRACTEBEL ENGINEERING
Consultance dépôt BREL
Consultance dépôt TRAM
Consultance dépôt VANDERMEEREN
Consultance mobilité
Consultance signalisation ROGIER
Consultation socio-écologique
REALDOLMEN I Z ZENNEVELD
Consultance IRIS
DL&M sprl
Consultance complexe sportif
ALTER & GO FORMATION
Consultance BUT
CAPGEMINI BELGIUM
Consultance incident management
Consultance MOBIB
Consultant project SyReM
COSMOPOL SPRL
Consultance sécurité BUM
VAN DIJK INFORMATION CONSULTAN
Consultance LINK
MIELABELO SPRL
Consultance incident management
Consultance MOBIB
Consultance incident management/SYREM
Consultance incident management/PHOENIX
Consultance incident management/SESAME
Consultance incident management/MOBIB
Consultance incident management/Atelier
CTAC SQUARE
Consultance SAP/PM
IBM BELGIUM
Consultance architect. IT
J. BURNAY CONSULTING SPRL Consultance MOBIB
ALAMO H.R.CONSULTING
Consultance HR gestion des effectifs
AXL & TRAX
Consultance maintenance SAP autorisation HR
Consultance Autorisations SAP Security Program
GALAXIA I.S.E.
Consultance VIE PRIVEE
i ENLIGHT GCV
Consultance architect. MS.DOT
CERTIFER
Consultance Pulsar
SAGA CONSULTING
Consultance DOT.NET
ASSEMBLICS NV
Consultance MOBIB
Consultance 2011
BERENSCHOT
BEVAC CONSULTING ENGINEERS NV
Consultance classification ouvrier
Consultance corporate governance
Consultance PHOENIX
Consultance PULSAR
Consultance sécurité signalisation tram

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
111
SAP BELGIUM
VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSEL
D2S INTERNATIONAL
REAL DOLMEN NV
RATP DEVELOPPEMENT 3 RGS
MDRt SPRL
AON CONSULTING BELGIUM
BvD-it Services
ARTHUR D.LITTLE BENELUX 2RG
RHI BELGIUM – ROBERT HALF INTE
CONSEIL EN INFORMATIQUE ET TRA
DEVOTEAM BELGIUM SA
CTAC ENTERPRISE TECHNOLOGY
STORK ESCI NV
SPIRTECH
BIZZDEV
ITS GROUP BENELUX SPRL
DELAWARE CONSULTING SPRL
ALTI NV
BLUESPHERE 2 RGS
MÖBIUS
PERSOLIS SPRL
BSB BELGIUM
PRICEWATERHOUSECOOPERS
IRIS SOLUTIONS & EXPERTS SA
TPF-UTILITIES
TECHNUM-TRACTEBEL ENGINEERING
SIGNIFIANCE sarl
PIT-ADVISOR
CAPGEMINI BELGIUM
VAN DIJK INFORMATION CONSULTAN
MIELABELO SPRL
CTAC SQUARE
Consultance sésame 2
Consultance TAMSI
Consultance VICOM
Consultance SAP
Consultance récup. énergie
Consultance vibration
Consultance documentum
Consultance e-commerce
Consultance IRIS 3
Consultance MOBIB
IRIS dynamic reporting
Consultance PULSAR
Consultance BOGIES BUM
Consultance pensions
Consultance SAP FIA
Consultance structuration du pôle technique
Consultance organisation DRH
Consultant CLAIRE /SITI
Consultance MOBIB
Consultance scanning MR
Corporate plant maintenance
Consultance masterplan DT
Consultance MOBIB
Consultance MOBIB
Consultance MOBIB
Consultance MOBIUS
Consultance SAP/ real estate
Consultance scanning MR
Consultance java dans le cadre SAP CRM et documentum
Consultance SAP BW
Consultance SAP CRM
Consultance SAP CRM Up grade SAP 3,5
SAP/PM GMAO Serv Electrique
Consultance SAP BI BW
Consultance SAP HR
Consultance site internet & intranet
Consultance MOBIUS
Consultance HR
Consultance SAP / BPC
Consultance SAP FI/LOG
Consultance SAP MOBIB
Corporate plant maintenance
Consultance recette automatisée
Consultance documentum
Consultance CSC électricité
Consultance dépôt TRAM
Consultance dépôt VANDERMEEREN
Consultance des transports
Consultance PHOENIX
Consultance SAP FIA
Consultance DOT.NET
Consultance BAM
Consultance MOBIB
Consultance PHOENIX
Consultance PULSAR
Consultance SESAME
Consultant project SyReM
Consultance DHR RE THINK
Consultance BAM
Consultance MOBIB
Consultance PHOENIX
Consultance SYREM
Consultant BAM
Consultance SAP/PM

112
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Corporate plant maintenance
AXL & TRAX
Consultance SAP
Consultance maintenance SAP autorisation HR
Consultance SAP
Consultance Autorisations SAP Security Program
Maintenance autorisation SAP
GALAXIA ISE
Consultance MOBIB vie privée
i ENLIGHT GCV
Consultance architect. MS.DOT
CERTIFER
Consultance PULSAR
SAGA CONSULTING
Consultance DOT.NET
ASSEMBLICS NV
Consultance MOBIB
TAKTIK Consultance BUB 2011
Consultance PMO
SOA PEOPLE SA
Consultance HELP DESK
Consultance REDWOOD
PILGRIM SUPPORT Consultance BUB 2011
EMPACT
Consultance exploitation bus
SOMACO MANAGEMENT & CONSULTING
Consultance MOBIUS
ASTRAYA MANAGEMENT CONSULTING
consultancy safety management
IKOS CONSULTING
Consultance MOBIB
Consultance PULSAR
Wat uw andere vragen betreft :
– De MIVB respecteert de reglementering betreffende de overheidsopdrachten.
– Het is voor ons onmogelijk de precieze omschrijvingen van
elk factuur te geven. Dat zou een heel groot aantal consultaties
vergen van duizenden boekhoudstukken en zelfs van alle
betrokken contracten.
Mobiel Brussel
Haalbaarheidstudie van de parking gesitueerd onder Spiegelplein
– vastlegging 22 september 2011 – 21.067,99 EUR.
Stabiliteitstudie van de taluds van de Terhulpsesteenweeg –
vastlegging 29 juni 2011 – 63.413,68 EUR.
Juridische bijstand bij het in werking stellen van de PPS – vastlegging
20 december 2010 – 190.000,00 EUR.
Financiële consultancy voor de PPS Leopold II – vastlegging
28 april 2011 – 211.750,00 EUR.
Verwerking van de canevas ter inspectie en de technische
bijstand voor de inspectie van bruggen en tunnels vastlegging
28 april 2011 – 302.746,84 EUR.
Studie van diverse uitvoeringswerken aan bruggen, bruggetjes,
enz. – bijkomende vastlegging – 10 december 2010 –
50.000,00 EUR.
Studie van de overdekking van de Gulden Vlieslaan – bijkomende
vastlegging – 14 februari 2011 – 166.175,64 EUR.
Diagnosestudie van de tunnels binnen BHG – bijkomende vastlegging
voor PPS Leopold II; einde 2010 – 729.630,00 EUR.
« Audit van de telecominfrastructuur binnen het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest », voor een bedrag van 51.618,60 EUR aan
de firma OPTIMIT (Mechelen).
Quant à vos autres souhaits d’information :
– La STIB respecte la réglementation marché public.
– Il nous est impossible de fournir les intitulés précis de chaque
facturation car cela induirait un travail énorme de consultation
de milliers de pièces comptables et même de chacun des
contrats associés.
Bruxelles Mobilité
Étude de faisabilité financière du parking sous la place du
Miroir – engagement 22 septembre 2011 – 21.067,99 EUR.
Étude de stabilité des talus de la chaussée de la Hulpe – engagement
29 juin 2011 – 63.413,68 EUR.
Assistance juridique pour la mise en place de PPP – engagement
20 décembre 2010 – 190.000,00 EUR.
Assistance financière pour le PPP Léopold II – engagement
28 avril 2011 – 211.750,00 EUR.
Encodage des canevas d'inspection et assistance technique
pour l'inspection des ouvrages d'art – engagement 13 juillet 2011
– 302.746,84 EUR.
Études de travaux divers sur les ponceaux, les ponts, etc. – engagement
complémentaire 10 décembre 2010 – 50.000,00 EUR.
Étude de la couverture de l'avenue de la Toison d'Or – engagement
complémentaire le 14 février 2011 – 166.175,64 EUR.
Études de diagnostic des tunnels de la RBC – engagement complémentaire
pour le PPP Léopold II; fin 2010 – 729.630,00 EUR.
« Audit de l’infrastructure télécom de la RBC » – pour un montant
de 51.618,60 EUR à la firme OPTIMIT (Malines).

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
113
Stabiliteit studie en veiligheidsdiagnose van de bomen en
Opleiding en technische bijstand door Arboriconseil (eerste vernieuwing
in november 2010 en tweede vernieuwing in november
2011) : 240.000 EUR/jaar.
Uitvoeringswerken van telededectie door Eurosense (eerste
vernieuwing in 2011) : 300.000 EUR/jaar.
Quantity survey door SET (eerste vernieuwing in 2010) :
90.000 EUR/jaar.
De bacteriële ondermijning van de kastanjeboom door CRAW
Gembloux (ULg) (duur 3 jaar; einde studie september 2011) :
70.000 EUR/jaar.
Conventie van de studie ter vernieuwing van de beukelaars op
de Lorrainedreef (vervolg) door CRAW Gembloux (ULg) et VUB
(duur 3 jaar; einde voorzien februari 2013) : 70.000 EUR/jaar.
Beheer bomen plan door Aliwen (duur 3 jaar einde voorzien
voor januari 2014) : 25.000 EUR/jaar.
Parkeerplan – vastlegging – 101.012,37 EUR in 2010.
Car-Sharing – vastlegging – 24.101,60 EUR in 2011.
Rekeningrijden – vastlegging – 65.016,00 EUR in 2011.
Beheerscontract MIVB – vastlegging – 119.548,00 EUR in
2010.
Thurn en Taxi’s – vastlegging – 199.964,60 EUR in 2010.
Beheerscontract MIVB – Fase 3 – vastlegging – 60.464,00 EUR
in 2011.
Barometer MIVB – vastlegging – 226.591,26 EUR in 2011.
Evaluatie van de verplaatsingen MIVB – Voordeelstarieven –
vastlegging – 129.603,10 EUR in 2011.
Meiser bijakte 3 – vastlegging – 45.284,25 EUR in 2011.
Beheerscontract MIVB bijakte – vastlegging – 18.150,00 EUR
in 2011.
Thurn en taxi’s bijakte – vastlegging – 8.518,40 EUR in 2011.
« Entreprise architectuur » voor het Mobiliteitscentrum – Cap
Gemini – 463.553,30 EUR en 2010.
Ondersteuning en coördinatie aan de drie Gewesten in het
kader van de Belgische deelname aan het Europese project Easy
Way – Technum – Tractebel Engineering – 85.910 EUR en 2010
et 66.742 EUR en 2011.
Intern Interventie- en veiligheidsplan van de wegentunnels –
Egis Mobilité – 119.632,70 EUR.
Étude de stabilité et de diagnostic de dangerosité des arbres -
Formation et assistance technique par Arboriconseil (1 re reconduction
en novembre 2010 et 2 e en novembre 2011) : 240.000 EUR/
an.
Travaux de télédétection par Eurosense (1 re reconduction en
2011) : 300.000 EUR/an.
Quantity survey par SET (1 re reconduction en 2010) :
90.000 EUR/an.
Le dépérissement bactérien du marronnier, recherche de solutions
par CRAW Gembloux (ULg) (durée 3 ans, fin de l’étude
septembre 2011) : 70.000 EUR/an.
Convention relative à l'étude du renouvellement des hêtres
pourpres de la drève de Lorraine (suite) par CRAW Gembloux
(ULg) et ULB (durée 3 ans, fin prévue pour février 2013) :
70.000 EUR/an.
Plan de Gestion des arbres par Aliwen (durée 3 ans, fin prévue
pour janvier 2014) : 25.000 EUR/an.
Plan de stationnement – engagement – 101.012,37 EUR en
2010.
Car-Sharing – engagement – 24.101,60 EUR en 2011.
Péage électronique – engagement – 65.016,00 EUR en 2011.
Contrat de gestion STIB – engagement – 119.548,00 EUR en
2010.
Tour et Taxis – engagement – 199.964,60 EUR en 2010.
Contrat de gestion STIB – Phase 3 – engagement –
60.464,00 EUR en 2011.
Baromètre STIB – engagement – 226.591,26 EUR en 2011.
Evaluation déplacements STIB – Tarifs préférentiels – engagement
– 129.603,10 EUR en 2011.
Meiser avenant 3 – engagement – 45.284,25 EUR en 2011.
Contrat de gestion STIB avenant – engagement – 18.150,00 EUR
en 2011.
Tour et Taxis avenant – engagement – 8.518,40 EUR en 2011.
Architecture d’entreprise pour le Centre de Mobilité – Cap
Gemini – 463.553,30 EUR en 2010.
Assistance et coordination pour les trois Régions dans le cadre
de la participation belge au projet européen EasyWay – Technum
– Tractebel Engineering – 85.910 EUR en 2010 et 66.742 EUR
en 2011.
Plan Interne d’intervention et de sécurité des tunnels routiers –
Egis Mobilité – 119.632,70 EUR.

114
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Haven van Brussel
Port de Bruxelles
Formulering Leverancier Beschrijving 2010 Haven 2011 Haven Soort overheidsopdracht
– – – – – –
Libellé Fournisseur Descriptif 2010 Port 2011 Port Type de marché
Transport Expert Essenciel In het kader van het beheerscontract met 26.200,00 EUR 26.200,00 EUR Onderhandelingshet
Gewest en het actieplan van de HvB.
procedure zonder
De bedoeling is het vervoer per water en per
bekendmaking
spoor te bevorderen, alsook de intermodaliteit
Expert transport Essencial Dans le cadre du contrat de gestion avec la 26.200,00 EUR 26.200,00 EUR Procédure négociée sans
Région ainsi que dans le plan d'actions du PdB.
publicité
Le but est d'encourager le transport par
la voie d’eau et le rail, ainsi que l’intermodalité
Havenarchitect Arter De opstelling van architecturale projecten 25.500,00 EUR 25.500,00 EUR Onderhandelingsbetreffende
de haveninfrastructuur en hun
procedure zonder
integratie in het stedelijk weefsel
bekendmaking
Architecte portuaire Arter L’élaboration des projets architecturaux relatifs 5.500,00 EUR 25.500,00 EUR Procédure négociée sans
aux infrastructures portuaires et à leur intégra-
publicité
tion dans le tissu urbain
Studieopdracht Technum- De exacte inplanting en de kenmerken van 20.700,00 EUR 20.700,00 EUR Onderhandelings-
Schaarbeek Vorming Tractebel de haven en de logistiek zoals wordt ver- procedure zonder
Engineering wacht in het kader van het richtschema. bekendmaking
De Haven van Brussel moet over een duidelijk
bestemmingsplan beschikken voor de site, met
name gebaseerd op een marktonderzoek
Étude de marché Technum- Préciser l’implantation exacte et les caractéris- 20.700,00 EUR 20.700,00 EUR Procédure négociée sans
Schaerbeek formation Tractebel tiques du pôle portuaire et logistique telles publicité
Engineering qu’attendues dans le cadre du schéma directeur.
Le Port de Bruxelles doit disposer d’un projet
précis d’affectation du site, basé notamment
sur une analyse du marché
Economische haalbaar- ECSA-VUB Het vervoer van wagens per bak bestuderen 21.282,62 EUR – Onderhandelingsheidsstudie
Roll on-Roll alsook de ontwikkeling van een dergelijk procedure zonder
off fluvial verkeer voor de Brusselse tweedehandswagens bekendmaking
naar Afrika via Antwerpen
Étude de faisabilité ECSA – VUB Étudier la possibilité du transport de voitures 21.282,62 EUR – Procédure négociée sans
économique Roll on-Roll par barge et de développer un tel trafic pour publicité
off fluvial
les voitures d’occasion bruxelloises vers
l’Afrique via Anvers
Studie over de technische Tractebel De technische en financiële verplichtingen en 13.715,00 EUR fase 3 Onderhandelingsimpact
van de eventuele gevolgen van het project voor de verplaat- procedure zonder
verplaatsing van de sing van de containerterminal in de voorhaven fases 1 & 2 16.810,00 EUR bekendmaking
containerterminal
in detail bespreken in het kader van de werken
van het richtschema van Schaarbeek Vorming
Étude sur l'impact tech- Tractebel Détailler les contraintes et les conséquences 13.715,00 EUR phase 3 Procédure négociée sans
nique du déplacement techniques et financières liées au projet de publicité
éventuel du terminal à déplacement du terminal à conteneurs de phases 1 & 2 16.810,00 EUR
conteneurs
l’avant-port dans le cadre des travaux du
schéma directeur de Schaerbeek-Formation
Sociaal-economische ECSA-VUB De sociaal-economische impact van het 40.500,00 EUR 13.500,00 EUR Onderhandelingsstudie
van een eventuele project voor de verplaatsing van de container- procedure zonder
verplaatsing van de terminal in de voorhaven in detail bespreken in bekendmaking
containerterminal
het kader van de werken van het richtschema
van Schaarbeek Vorming
Étude socio-économique ECSA-VUB Détailler les impacts socio-économiques liés 40.500,00 EUR 13.500,00 EUR Procédure négociée sans
déplacement éventuel du au projet de déplacement du terminal à conte- publicité
terminal à conteneurs
neurs de l’avant-port dans le cadre des
travaux du schéma directeur de Schaerbeek-
Formation
Stedenbouwkundige Cooparch De stedelijke impact van het project voor 10.640,00 EUR 10.640,00 EUR Onderhandelingsstudie
over de eventuele de verplaatsing van de containerterminal in de procedure zonder
verplaatsing van de voorhaven in detail bespreken in het kader bekendmaking
containerterminal
van de werken van het richtschema van
Schaarbeek Vorming

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
115
Étude urbanistique Cooparch Détailler les impacts urbanistiques liés au 10.640,00 EUR 10.640,00 EUR Procédure négociée sans
déplacement éventuel projet de déplacement du terminal à conteneurs publicité
Terminal à conteneurs
de l’avant-port dans le cadre des travaux du
schéma directeur de Schaerbeek-Formation.
Invoering van een Stratec De technische en economische mogelijkheid Onderhandelings-
TGV-Fret-verbinding op bestuderen van een spoorverbinding met hoge procedure zonder
de site Schaarbeek- snelheid voor het vervoer van goederen op bekendmaking
Vorming
de site Schaarbeek Vorming
Mise en place d'une Stratec Étudier la possibilité technique et économique Procédure négociée avec
liaison TGV-Fret sur le de créer une liaison ferroviaire à grande publicité
site de Schaerbeek-
vitesse pour le transport de marchandises sur
Formation
le site de Schaerbeek-Formation
Sociaal-economisch Observatorium Op basis van een enquête bij de bedrijven 24.976,13 EUR Overeenkomst
gewicht van de bedrijven van de gevestigd in de havenzone, het belang
gevestigd op de site van Werkgelegen- analyseren van deze bedrijven inzake werk
de Haven van Brussel heid – Actiris gelegenheid en toekomstperspectieven voor
de laaggeschoolde Brusselaars alsook de
intentie tot delocalisatie evalueren
Poids socio-économique Observatoire Sur la base d'une enquête auprès des entre- 24.976,13 EUR Convention
des entreprises implantées de l'emploi prises implantées dans la zone portuaire,
sur le site du Port de – Actiris analyser l'importance qu'elles revêtent en
Bruxelles
termes d'emploi et les perspectives de débouchés
pour les Bruxellois peu qualifiés ainsi
qu'évaluer les intentions de délocalisation
Schatting van de Landmeter Schatting waarde van terrein 1.635 EUR – Onderhandelingswaarde
van het ESSO- Marc Grillet procedure zonder
terrein – actualisering
bekendmaking
Estimation valeur du Géomètre Estimation valeur de terrain 1.635 EUR – Procédure négociée sans
terrain ESSO – Marc Grillet publicité
actualisation
Schatting van de waarde Landmeter Schatting waarde van de terreinen 2.650 EUR – Onderhandelings
van de terreinen gelegen Marc Grillet procedure zonder
aan Biestebroeckdok
bekendmaking
Estimation valeur des Géomètre Estimation valeur de terrains 2.650 EUR – Procédure négociée sans
terrains sis Bassin de Marc Grillet publicité
Biestebroeck
Schatting van de waarde Landmeter Schatting waarde van de terreinen 12.750 EUR – Onderhandelingsvan
de terreinen in de Guibert de procedure zonder
Voorhaven Crombrugghe bekendmaking
Estimation valeur de Géomètre Estimation valeur de terrains 12.750 EUR – Procédure négociée sans
terrains à l'avant-port Guibert de publicité
Crombrugghe
Schatting van de waarde Landmeter Schatting waarde van terrein 10.865 EUR – Onderhandelingsvan
het terrein Guibert de procedure zonder
creosoterings-werkplaats Crombrugghe bekendmaking
Estimation valeur du Géomètre Estimation valeur de terrain 10.865 EUR – Procédure négociée sans
terrain Chantier de Guibert de publicité
Créosotage
Crombrugghe
Schatting van de waarde Landmeter Schatting waarde van het gebouw 1.335 EUR – Onderhandelingsvan
het TRW-gebouw Marc Grillet procedure zonder
bekendmaking
Estimation valeur du Géomètre Estimation valeur de bâtiment 1.335 EUR – Procédure négociée sans
bâtiment TRW Marc Grillet publicité
Schatting van de waarde Landmeter Schatting waarde van de gebouwen 28.500 EUR Onderhandelingsvan
de gebouwen van het Marc Grillet procedure zonder
TIR-Centrum
bekendmaking
Estimation valeur des Géomètre Estimation valeur de bâtiments 28.500 EUR Procédure négociée sans
bâtiments de Centre TIR Marc Grillet publicité
Schatting van de waarde Landmeter Schatting waarde van terrein 2.136 EUR Onderhandelingsvan
het terrein Interoof Marc Grillet procedure zonder
bekendmaking
Estimation valeur du Géomètre Estimation valeur de terrain 2.136 EUR Procédure négociée sans
terrain Interoof Marc Grillet publicité

116
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Schatting van de waarde Landmeter Schatting waarde van het gebouw 1.120 EUR Onderhandelingsvan
het gebouw Animatie- Marc Grillet procedure zonder
centrum voor talen
bekendmaking
Estimation valeur du Géomètre Estimation valeur de bâtiment 1.120 EUR Procédure négociée sans
bâtiment Centre d'anima- Marc Grillet publicité
tion en Langues
Mobiliteitsstudie terrein Tritel De impact van het ontwikkelingsproject Onderhandelingsvan
8,6 ha naast het inschatten inzake mobiliteit en geluidsoverlast procedure zonder
TIR-Centrum
bekendmaking
Étude mobilité terrain Tritel Estimer les impacts du projet de développe- Procédure négociée sans
de 8,6 ha adjacent au ment en matière de mobilité et les nuisances publicité
Centre TIR
sonores
Studie over passagiers- ESCA Sociaaleconomisch haalbaarheidsstudie van 51.750 EUR Onderhandelingsterminal
de passagiersterminal procedure zonder
bekendmaking
Étude terminal à passager ESCA Étude de faissabilité socio-économique 51.750 EUR Procédure négociée sans
du terminal à passager
publicité
Advocaten Excelia Raadpleging van advocaten 177.363 EUR 151.637 EUR Onderhandelings-
De Backer
procedure zonder
bekendmaking
Avocats Excelia Consultation d'avocats 177.363 EUR 151.637 EUR Procédure négociée sans
De Backer
publicité
Energetische Audit 3 E Engineering Energetische audit over de Zetel van de Haven 27.586 EUR Onderhandelingsprocedure
zonder
bekendmaking
Audit énergétique 3E Engineering Audit énergétique sur le siège du Port 27.586 EUR Procédure négociée sans
publicité
Actualisering Masterplan Cooparch Onderhandelings
tegen 2030 VUB ECSA procedure zonder
bekendmaking
Actualisation master Cooparch Procédure négociée sans
plan horizon 2030 VUB ECSA publicité
Publiek-Private Partner- Gogoplex Analyse van de haalbaarheid van een publiek 1.365 EUR Onderhandelingsschap
Maatschappelijke privaat partnerschap voor de uitbreiding van procedure zonder
zetel de maatschappelijke zetel bekendmaking
Patenariat public-privé Gogoplex Analyse de la faisabilité d'un partenariat 1.365 EUR Procédure négociée sans
siège social public-privé sur l'extension siège social publicité
SEC-analyse Deloitte Analyse van sec 95 in financieel opzicht van 25.400 EUR Onderhandelings-
Haven van Brussel
procedure zonder
bekendmaking
Analyse SEC 95 Deloitte Analyse du sec 95 au point de vue financier 25.400 EUR Procédure négociée sans
du Port de Bruxelles
publicité
Publiek-Private partner- Gogoplex Analyse van de haalbaarheid van een publiek 3.510 EUR Onderhandelingsschap
– Huis van private partnerschap voor het huis van de haven procedure zonder
de Haven
bekendmaking
Patenariat public-privé Gogoplex Analyse de la faisabilité d'un partenariat public 3.510 EUR Procédure négociée sans
Maison du Port privé pour la Maison du Port publicité
Bodemstudie Ecorem Bodemonderzoek voor de sanering 28.648 EUR 20.354 EUR Onderhandelingsprocedure
zonder
bekendmaking
Etude de sol Ecorem Analyse de sol avant assainissement 28.648 EUR 20.354 EUR Procédure négociée sans
publicité
Totaal excl. BTW
Total HTVA
423.656,09 EUR 369.411,80 EUR
423.656,09 EUR 369.411,80 EUR

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
117
CIBG
Beschrijving opdracht Firma Bedrag
– – –
Description marché Firme Montant
Analyse Mobiele versie voor portaal www.brussel.irisnet.be Walking Men 27.000 EUR
Analyse version mobile pour portail www.brussel.irisnet.be
Walking Men
Advies voor het beheer van ruwbouwwerken voor uitbreiding van serverzaal ICON Belgium 67.000 EUR
Consultance pour la gestion des travaux de gros oeuvre extension salle serveur
ICON Belgium
Advies nemen van portaal BHG en website cibg.be als referentie Web Solution Way 7.260 EUR
Consultance référencement web du portail RBC et site web cirb.be
Web Solution Way
Workshop Bentley Fiber Bentley 4.763 EUR
Workshop Bentley Fiber
Bentley
Consultancy Assyst ticketing system Axios 12.705 EUR
Consultancy Assyst ticketing system
Axios
Consultancy ICT beleidsplan : opstelling Consensa 6.500 EUR
Consultancy plan de politique TIC : écriture
Consensa
Technisch en economisch advies voor Irisnet2
1A conseil,
Mission Critical, Division 191.000 EUR
Consultance technique et économique pour Irisnet2
1A conseil,
Mission Critical, Division
Fiscaal advies op BTW Deloitte 11.500 EUR
Consultance fiscale sur la TVA
Deloitte
Totaal / Total 2011
Studie balans carbon Climact 11.610 EUR
Étude bilan carbone
Climact
Tevredenheidsenquete Personeel MAS 16.531 EUR
Enquête de satisfaction du personnel
MAS
Grafische vormgeving van het nieuwe BHG-portaal Walking Men 31.250 EUR
Graphisme du nouveau portail RBC
Walking Men
Audit RRN voor verbinding irisnet en verbinding RRN Dimension Data 32.361 EUR
Audit RRN pour connexion irisnet et lien RRN
Dimension Data
Technisch en economisch advies voor Irisnet2
1A conseil,
Mission Critical, Division 141.000 EUR
Consultance technique et économique pour Irisnet2
1A conseil,
Mission Critical, Division
Fiscaal advies op BTW Deloitte 44.500 EUR
Consultance fiscale sur la TVA
Deloitte
Totaal / Total 2010
277.252 EUR
Vraag nr. 628 van de heer Vincent De Wolf d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Bijdrage van het Gewest in het kader van tijdelijke versterkingen
van de MIVB wegens bijzondere evenementen.
Artikel 14 van het beheerscontract van de MIVB betreffende
het aanbod tijdens evenementen en de voorlopige versterkingen,
maakt gewag van de nood aan medewerking van de MIVB bij
grote Brusselse evenementen. Zo moet de MIVB een proactieve
houding aannemen ten aanzien van de organisatoren en potentiële
klanten, zodat ze de reflex aankweken gebruik te maken van het
openbaar vervoer om zich naar evenementen te begeven. Dat
gebeurt met name door ze, indien nodig, te helpen bij het opstellen
van een vervoerplan.
Question n° 628 de M. Vincent De Wolf du 30 novembre 2011
(Fr.) :
Contribution de la Région dans le cadre de renforcements
provisoires de la STIB en raison d'événements particuliers.
L’article 14 du contrat de gestion de la STIB, relatif à l’offre
événementielle et aux renforcements provisoires, fait état de la
nécessité pour la STIB de s'inscrire dans une dynamique de partenariat
avec les grands événements bruxellois. Ainsi il lui revient
d’avoir une attitude proactive vis-à-vis des organisateurs et clients
potentiels en vue de créer le réflexe d’utilisation des transports
publics pour se rendre aux événements organisés par ceux-ci. La
STIB les aide notamment à concevoir, lorsque nécessaire, un plan
de déplacements pour leurs événements.

118
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Bij elk groot evenement, beoordeelt de MIVB vooraf de nodige
versterkingen van het aanbod, alsook de mogelijke extra kosten
en ontvangsten. Als er meer extra ontvangsten dan kosten zijn,
organiseert de MIVB de nodige versterkingen om de bijzondere
en voorspelbare toevloed van klanten op te vangen. Als de extra
kosten hoger zijn dan de ontvangsten, onderhandelt de MIVB met
de organisatoren van het evenement een overeenkomst waarin zij
hen voorstelt het verschil te betalen.
Als het Gewest dat passend acht, draagt het bij in de kosten
ten belope van maximum 40 %. In dat geval draagt de MIVB
bij aan het aanbod ten belope van een kwart van de gewestelijke
bijdrage.
Inzake dat laatste gegeven, wilde ik u de volgende vragen
stellen :
– Hoeveel maal heeft het Gewest in 2010 en 2011 bijgedragen
aan de kosten voor de nodige versterkingen bij dergelijke evenementen
?
– Wat is het totaalbedrag van de bijdrage van het Gewest voor elk
van die jaren ?
– Welke evenementen hebben een dergelijke bijdrage verantwoord
in 2011 ?
Antwoord : In 2010 kwam het Gewest 4 keer tussen in de
kosten die verband houden met versterkingen van het aanbod. In
2011 was dat 5 keer.
De globale bedragen van deze interventies zijn 23.123 EUR in
2010 en 39.023 EUR in 2011.
De evenementen die in 2011 een tussenkomst kregen zijn de
volgende : Brussels Jazz Marathon, Euroferia, Jam In Jette, Nuit
Blanche en Museum Night Fever.
Pour chaque grand événement, la STIB évalue a priori les renforts
d’offre nécessaires, les coûts supplémentaires et les recettes
commerciales qui pourraient être générées. Lorsque la balance
entre les recettes et les coûts supplémentaires est positive, la STIB
organise les renforcements nécessaires pour répondre à l’afflux
particulier et prévisible de clientèle. Lorsque la balance entre les
recettes et les coûts supplémentaires est négative, la STIB négocie
avec les organisateurs de l’événement une convention dans
laquelle elle leur propose la prise en charge de la différence.
Lorsqu’elle le juge opportun, la Région contribue à cette prise
en charge, à concurrence d'un maximum de 40 %. Dans ce cas, la
STIB contribue à l’offre à concurrence du quart de la contribution
régionale.
Au sujet de ce dernier élément, je souhaiterais vous poser les
questions suivantes :
– En 2010 et 2011, à combien d’occasions la Région a-t-elle
contribué à la prise en charge du coût des renforcements rendus
nécessaires par de tels événements ?
– Quel est le montant global, pour chacune de ces années, d’intervention
de la Région ?
– En 2011, quels sont les événements ayant justifié une telle
intervention ?
Réponse : En 2010, la Région est intervenue à 4 reprises et
en 2011 à 5 reprises dans la prise en charge de coûts liés à des
renforcements de l’offre.
Les montants globaux de ces interventions s’élèvent à
23.213 EUR en 2010 et 39.023 EUR en 2011.
Les événements ayant justifié une intervention en 2011 sont les
suivants : Brussels Jazz Marathon, Euroferia, Jam In Jette, Nuit
Blanche et Museum Night Fever.
Vraag nr. 630 van de heer Vincent De Wolf d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Vereenvoudiging van de beheersinstanties van de MIVB.
In artikel 8 van het huidige beheerscontract van de MIVB
betreffende het openbaar statuut en het bestuur van de MIVB
wordt aangekondigd dat het Gewest zal starten met denkwerk over
de vereenvoudiging van de beheerinstanties, teneinde ze doeltreffender
te maken.
Question n° 630 de M. Vincent De Wolf du 30 novembre 2011
(Fr.) :
Simplification des organes de gestion de la STIB.
L’article 8 de l’actuel contrat de gestion de la STIB, relatif au
statut public et à la gouvernance de la STIB, annonçait « la Région
engagera une réflexion sur la simplification des organes de gestion
dans un souci d’efficacité ».
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Wat zijn de conclusies van het aangekondigde denkwerk inzake
vereenvoudiging ?
– Welke elementen gaan worden uitgevoerd en voor welke is de
uitvoering al aan de gang ?
– Welke gevolgen zal dat denkwerk hebben voor het volgend
beheerscontract ?
– Quelles ont été les conclusions de la réflexion annoncée quant
à cette simplification ?
– Quels ont été les éléments de mise en œuvre de cette réflexion ?
Quels sont ceux en cours de réalisation ?
– Quelles conséquences aura cette réflexion dans le cadre du
prochain contrat de gestion ?

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
119
Antwoord : In het kader van de uitvoering van het huidig
beheerscontract 2007-2011 is er geen reflectie geweest over de
vereenvoudiging van de beheersorganen.
In het kader van de voorbereiding van het nieuwe beheerscontract
2012-2016 vindt deze reflectie op mijn aandringen wel
plaats.
Réponse : Dans le cadre de l’exécution du contrat de gestion
actuel 2007-2011, il n’y a pas eu de réflexion au sujet de la simplification
des organes de gestion.
J’ai cependant insisté pour que cette réflexion ait lieu dans le
cadre de la préparation du nouveau contrat de gestion 2012-2016.
Vraag nr. 631 van de heer Vincent De Wolf d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Strategisch comité « op hoog niveau ».
In artikel 6 van het beheerscontract van de MIVB wordt
gewezen op het bestaan van een strategisch comité dat bestaat uit
8 leden die samen met experts zorgen voor de coördinatie van de
acties en studies van het Gewest en de MIVB. Het Gewest wordt
daarin vertegenwoordigd door de directeur-generaal van het BUV,
2 andere leden van het bestuur en 1 kabinetslid van de minister
belast met Openbaar Vervoer. De MIVB wordt vertegenwoordigd
door haar algemene directie en 2 directieleden. Het voorzitterschap
komt beurtelings toe aan de bestuurder-directeur-generaal
van de MIVB, voor de onpare jaren, en aan de directeur-generaal
van het BUV voor de pare jaren. Dit comité komt ten minste
tweemaal per jaar samen en beslist bij consensus. Als er geen
consensus bereikt wordt, beslist de minister belast met Openbaar
Vervoer over de geschilpunten.
Ter zake wilde ik het volgende vragen :
– Hoeveel keer is dit strategisch comité bijeengekomen in
2011 ?
– Wat waren de « geschilpunten » in dat jaar, en welk percentage
vertegenwoordigen zij in het totaal aantal punten dat het strategisch
comité behandelde ?
– Welke beslissingen hebt u zelf genomen, aangezien u moet
beslissen over geschilpunten ?
Antwoord : In 2011 is het strategisch comité, bestaande uit een
twaalftal personen die de drie partijen vertegenwoordigen waaruit
het comité bestaat, drie keer samengekomen, op 11 februari,
13 mei en 24 oktober.
Het comité heeft de verwachte vraag, transregionale lijnen, de
commerciële snelheid, infrastructuurprojecten, de roltrappen in de
metrostations, de automatische metro, de aandrijving van de bussen
en de strategie op vlak van stelplaatsen behandeld.
Geen enkel punt werd formeel geïdentificeerd als « betwistbaar
» en bovendien is er geen enkele uitvoerende beslissing
genomen tijdens deze vergaderingen. Het overleg binnen het strategisch
comité werd gewijd aan de uitwisseling van informatie en
gemeenschappelijk denkwerk.
Question n° 631 de M. Vincent De Wolf du 30 novembre 2011
(Fr.) :
Comité stratégie dit « à haut niveau ».
Le contrat de gestion de la STIB (article 6) relève l’existence,
en matière de coordination des actions et études de la Région et
de la STIB, d’un comité stratégique à haut niveau composé de
8 membres accompagnés d’experts. La Région y est représentée
par le directeur général de l'AED, 2 autres membres de l'administration
et 1 membre du cabinet du ministre chargé des Transports
publics. La STIB est représentée par sa direction générale et
2 membres de sa direction. La présidence revient alternativement
à l’administrateur-directeur général de la STIB, pour les années
impaires, et au directeur général de l’AED, pour les années paires.
Ce comité se réunit au moins 2 fois par an et décide au consensus.
Si ce consensus n’est pas atteint, le ministre chargé des Transports
publics tranche les points litigieux.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– En 2011, combien de fois s’est réuni ce comité stratégique ?
– Quels ont été, pour cette année, les points dits litigieux ? Quel
est le pourcentage de ceux-ci au regard du nombre total de
points traités par le comité stratégique ?
– Quels ont été les décisions prises par vous-même, dès lors qu’il
vous revient de trancher les points dits litigieux ?
Réponse : En 2011, le comité stratégique s’est réuni trois
fois, le 11 février, le 13 mai et le 24 octobre, en présence d’une
douzaine de personnes représentant les trois parties composant le
comité.
Le comité a notamment traité de la prévision de la demande,
des lignes transrégionales, de la vitesse commerciale, de projets
d’infrastructure, des escalators des stations métro, du métro automatique,
de la motorisation des bus et de la stratégie dépôts.
Aucun point n’a été formellement identifié comme « litigieux »
et, d’ailleurs, aucune décision exécutoire n’a été prise pendant ces
réunions. Les délibérations au sein du comité stratégique ont été
consacrées à l’information mutuelle et à la réflexion commune.

120
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 634 van de heer Vincent De Wolf d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Oproepzuilen in de stations.
Mijn vraag heeft betrekking op de oproepzuilen in de stations,
de zogenaamde « totempalen ». Artikel 30 van de beheersovereenkomst
met de MIVB betreffende de veiligheid van de reizigers en
van het personeel bepaalt dat er, met toepassing van de beslissing
van de regering van 29 juni 2006, 80 dergelijke zuilen zouden
worden geïnstalleerd.
Graag ontving ik in dat verband een antwoord op de volgende
vragen :
– Hoeveel van die zuilen staan er vandaag in de stations van de
MIVB ?
– In welke stations zijn er geen, met name wegens werken die er
worden uitgevoerd ?
– Hoe vaak zijn die oproepzuilen gebruikt in 2010 en 2011 ?
– Hoe vaak is de politie of de interne veiligheidsdienst van de
MIVB moeten uitrukken na een oproep via die zuilen ?
Antwoord : De metro- en premetrostations tellen momenteel
80 infozuilen.
Momenteel staat er vanwege werkzaamheden geen infozuilen
in de stations Rogier, Schuman en Lemonnier.
In 2011 (tot eind november) telde de MIVB 5.857 oproepen.
De MIVB beschikt niet over de exacte cijfers van 2010 omdat toen
een nieuw informaticasysteem werd ingevoerd (voordien werden
de cijfers manueel bijgehouden). De grootte-orde van het aantal
oproepen in 2010 is wel hetzelfde als in 2011.
Van al deze oproepen zijn er slechts 3 procent oproepen om
hulp en 0,006 procent die leidden tot het oproepen van de veiligheidsdienst
van de MIVB.
De MIVB beschikt niet over valabele cijfers van het aantal tussenkomsten
van de politie. Reizigers kunnen overigens de politie
rechtstreeks oproepen via het noodnummer 101 of het nummer
van de federale metropolitie dat in alle stations ophangt.
Question n° 634 de M. Vincent De Wolf du 30 novembre 2011
(Fr.) :
Bornes d'appel en stations.
Ma question est relative aux bornes d'appel en stations, également
appelées « totems ». L'article 30 du contrat de gestion de
la STIB, relatif à la sécurité des clients et du personnel, prévoit
en application de la décision du gouvernement du 29 juin 2006
l'installation de 80 bornes de ce type.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Combien de bornes de ce type équipent aujourd’hui les stations
de la STIB ?
– Quelles sont les éventuelles stations qui en sont dépourvues,
notamment en raison de chantiers ?
– Quel est le taux d’utilisation de ces bornes en 2010 et 2011 ?
– À combien d’occasions celles-ci ont justifié l’intervention d’un
corps de sécurité policier ou interne à la STIB ?
Réponse : Les stations de métro et de pré-métro comptent
actuellement 80 bornes d’appel.
Suite aux chantiers, il n’y a actuellement aucune borne d’appel
dans les stations Rogier, Schuman et Lemonnier.
En 2011 (jusqu’à fin novembre), la STIB a comptabilisé
5.857 appels. La STIB ne dispose pas de chiffres exacts pour 2010,
parce qu’un nouveau système informatique a été introduit (auparavant,
les chiffres étaient collectés manuellement). L’ordre de grandeur
du nombre d’appels en 2010 est le même que pour 2011.
Sur l’ensemble de ces appels, il y a seulement 3 % d’appels à
l’aide et 0,006 % qui ont mené à un appel au service de sécurité
de la STIB.
La STIB ne dispose pas de chiffres valables du nombre d’interventions
de la police. Les voyageurs peuvent d’ailleurs appeler
directement la police via le numéro d’urgence 101 ou le numéro
de la police fédérale du métro, qui est affiché dans toutes les
stations.
Vraag nr. 635 van de heer Vincent De Wolf d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Evolutie van het personeel bij de Haven van Brussel.
In de marge van de begrotingsbesprekingen, heb ik vragen over
de evolutie van het personeel van de Haven van Brussel.
In dat verband, zou ik graag de volgende vragen willen stellen
:
– Hoeveel voltijdsequivalenten zijn er momenteel aan de slag bij
die ION ?
Question n° 635 de M. Vincent De Wolf du 30 novembre 2011
(Fr.) :
Évolution du personnel du Port de Bruxelles.
En marge des discussions budgétaires, je m'interroge quant à
l’évolution du personnel au sein du Port de Bruxelles.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Quel est le nombre actuel d’équivatents temps plein au sein de
cet OIP ?

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
121
– Hoe ziet de evolutie van het personeelsbestand eruit voor de
jongste drie kalenderjaren ?
– Hoe ziet de stijging of daling eruit van de VTE's voor de jaren
2009, 2010 en 2011 ?
– Welke redenen verklaren die opwaartse of neerwaartse evolutie,
desgevallend per activiteitssector ?
Antwoord : In de bijlage zijn de cijfers opgenomen met
betrekking tot het personeelsbestand van de Haven van Brussel
uitgedrukt in voltijds equivalenten, vastgesteld op 1 januari van
het jaar 2009 tot het jaar 2011 alsook een projectie van het personeelsbestand
op 1 januari 2012.
In de tabel wordt het ledenregister vergeleken met haar voltijdse
equivalenten, dit teneinde een globaler beeld te geven van de
personeelsbewegingen in de loop van de observatieperiode.
Uit deze tabel blijkt dat het personeel van de Haven van
Brussels amper varieert, voornamelijk doordat er vervangingen
zijn van de personeelsleden die genieten van een of andere vorm
van prestatiereductie of van een onderbreking van de beroepsloopbaan.
Voor het overige, is het nuttig te vermelden dat 5 statutaire
beambten van de Haven van Brussel momenteel verlof hebben
gekregen om een stage uit te oefenen in een andere administratie,
wat op termijn zou kunnen leiden tot een lichte afbouw van het
personeel.
Ik hoop dat de cijfers uit bijgevoegd tabel een antwoord bieden
op uw vraag omtrent het personeel van de Haven van Brussel.
– Quelle est l’évolution du personnel de celui-ci au cours des
trois dernières années civiles ?
– Quelle est ainsi la progression ou régression en ETP pour les
années 2009, 2010 et 2011 ?
– Quels éléments peuvent justifier la hausse ou la baisse de cette
évolution, le cas échéant par secteur d’activité ?
Réponse : Ci-joint les chiffres relatifs aux effectifs du Port de
Bruxelles exprimés en équivalents temps plein sont repris, arrêtés
au 1 er janvier des années 2009 à 2011, ainsi qu’une projection des
effectifs au 1 er janvier 2012.
Afin de fournir une vision plus globale des mouvements de
personnel durant la période considérée, un tableau comparatif des
effectifs et de leurs équivalents temps plein est repris au registre.
Il ressort de ce tableau que les effectifs du Port de Bruxelles
ne connaissent que de très faibles variations, dues essentiellement
aux remplacements de membres du personnel bénéficiant de l’une
ou l’autre forme de réduction de prestations ou d’interruption de
la carrière professionnelle.
Pour le surplus, il est utile de mentionner le fait que 5 agents
statutaires du Port de Bruxelles bénéficient actuellement d’un
congé pour effectuer un stage dans une autre administration, ce qui
pourrait à terme entraîner une légère réduction des effectifs.
J’espère que les chiffres repris dans le tableau ci-joint seront
de nature à répondre à votre demande d’informations quant aux
effectifs du Port de Bruxelles.
Overzicht van het personeelsbestand 2009-2012
–
Récapitulatif des effectifs 2009-2012
Januari 2009 Januari 2010 Januari 2011 Januari 2012
Personeel Personeel Personeel Personeel Personeel Personeel Personeel Personeel
opgenomen uitgedrukt in opgenomen uitgedrukt in opgenomen uitgedrukt in opgenomen uitgedrukt in
in personeels- Voltijds in personeels- Voltijds in personeels- Voltijds in personeels- Voltijds
Niveau register Equivalenten register Equivalenten register Equivalenten register Equivalenten
– – – – – – – – –
Niveau Janvier 2009 Effectifs Janvier 2010 Effectifs Janvier 2011 Effectifs Janvier 2012 Effectifs
Effectifs repris exprimés en Effectifs repris exprimés en Effectifs repris exprimés en Effectifs repris exprimés en
au registre équivalents au registre équivalents au registre équivalents au registre équivalents
du personnel temps plein du personnel temps plein du personnel temps plein du personnel temps plein
A 28 26,1 29 26,1 28 25,1 29 26,8
B 18 16 17 16 18 16,8 17 15,8
C 32 27,2 33 29,1 34 29,4 33 27,6
D 47 41,3 46 39,6 49 42,9 47 41,9
E 9 8,5 9 7,5 9 7,5 9 7,5
Totaal / Total 134 119,1 134 118,3 138 121,7 135 119,6

122
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 637 van de heer Vincent De Wolf d.d. 5 december
2011 (Fr.) :
Dienstmededeling voor het personeel van de MIVB over contacten
met de pers.
In de pers is onlangs gewag gemaakt van het bestaan van een
dienstmededeling van de directie van de MIVB aan het personeel
van de MIVB. Daarin worden de regels bepaald die moeten worden
gevolgd voor elk contact met de pers, en krijgt elke werknemer
blijkbaar het verbod om zich in de pers te uiten over hun
onderneming.
Van de kant van de vakbond is protest gerezen over een aanslag
op de vrijheid van meningsuiting.
Question n° 637 de M. Vincent De Wolf du 5 décembre 2011
(Fr.) :
Note de service au personnel de la STIB quant aux contacts
avec la presse.
La presse a récemment fait état de l’existence d’une note de
service adressée à son personnel par la direction de la STIB.
Celle-ci établit les règles à suivre pour tout contact avec la presse
et interdit, dès lors semble-t-il, à tout travailleur de s’exprimer visà-vis
de celle-ci au sujet de leur entreprise.
Des voix se sont fait entendre, côté syndical, dénonçant une
atteinte à la liberté d’expression. À ce sujet, je souhaiterais vous
poser les questions suivantes :
Te zake wilde ik u het volgende vragen :
– Bevestigt u dat een dergelijke dienstmededeling bestaat ? Wat
is de precieze inhoud ervan ?
– Hebt u de vakbondsafgevaardigden gehoord ter zake ?
– Hebt u bijzondere aanbevelingen of richtlijnen ter zake verwoord
?
– Is deze mededeling in overeenstemming met het huidige
beheerscontract van de MIVB ?
Antwoord : Zoals de meeste grote bedrijven beschikt de MIVB
over een centrale communicatiedienst. Die houdt zich bezig met
de persrelaties.
Deze dienst heeft recent inderdaad een memo gestuurd naar de
managers van het bedrijf om de medewerkers eraan te herinneren
dat enkel de bevoegde personen zich in naam van het bedrijf en na
overleg met de persdienst mogen uitspreken.
Deze regel geldt in de meeste bedrijven en heeft tot doel juiste,
complete, coherente en gecontroleerde informatie te verspreiden.
Hij behoedt de medewerkers bovendien van mogelijk misbruik
door een bepaald deel van de pers.
Het spreekt voor zich dat de vrije meningsuiting, gegarandeerd
door artikel 19 van de grondwet, een kostbare waarde heeft voor
de MIVB en dat op grond van deze waarde de MIVB-medewerkers
uiteraard het recht hebben zich ten persoonlijke titel te uiten binnen
en buiten het bedrijf.
Voor zover de gegeven informatie correct, volledig en objectief
is, heeft deze vrije meningsuiting toch bepaalde grenzen.
Medewerkers die over vertrouwelijke informatie beschikken
betreffende studies, projecten, technische processen, financiële
gegevens, als zodanig gekwalificeerde documenten, persoonlijke
gegevens, enz. mogen deze informatie niet bekendmaken.
De ethische en deontologische code van de MIVB, goedgekeurd
door de beheersorganen van het bedrijf, voorziet bovendien
dat de medewerkers zich moeten onthouden van elke verklaring
die schade kan toebrengen aan het imago van het bedrijf.
– Confirmez-vous l’existence d’une telle note de service ? Quelle
est sa teneur précise ?
– Avez-vous entendu les représentants syndicaux à ce sujet ?
– Avez-vous formulé des recommandations ou directives particulières
à ce sujet ?
– Qu’en est-il de la conformité de cette note avec l’actuel contrat
de gestion de la STIB ?
Réponse : Comme la plupart des grandes entreprises la STIB
dispose d’un service de communication centralisé. Celui-ci est
notamment chargé des relations avec la presse.
Ce service a en effet récemment adressé un mémo aux managers
de l’entreprise afin de rappeler aux collaborateurs que seules
les personnes habilitées peuvent s’exprimer au nom de l’entreprise
et après concertation avec le service de presse.
Cette règle en vigueur dans la plupart des entreprises a pour
objectif d’assurer la diffusion d’une information exacte, complète,
cohérente et maîtrisée. Elle préserve en outre les collaborateurs
des abus que peut commettre une certaine presse.
Il va de soi que la liberté d’expression garantie par l’article 19
de la Constitution est une valeur chère à la STIB et qu’en vertu de
celle-ci, les collaborateurs ont bien entendu le droit de s’exprimer
à titre personnel au sein et à l’extérieur de l’entreprise.
Pour autant que l’information donnée soit correcte, complète
et objective, cette liberté d’expression s’accompagne de certaines
limites.
Les collaborateurs qui détiennent des informations confidentielles
portant sur des études, projets, procédés techniques,
données financières, documents qualifiés comme tels, données à
caractère personnel, etc. sont censés ne pas les divulguer.
Par ailleurs, le Code d’éthique et de déontologie de la STIB,
approuvé par les organes de gestion de l’entreprise, prévoit que
les collaborateurs doivent s’abstenir de toute déclaration pouvant
porter atteinte à l’image de l’entreprise.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
123
Vraag nr. 639 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 5 december
2011 (Fr.) :
Tools voor het bewaren van de computergegevens bij het
Ministerie van het Brussels Gewest.
Informaticatools zijn vandaag de voornaamste hulpbronnen
voor het werk, zowel in de privésector als bij de overheid. Elke
dag worden duizenden administratieve en handelsdocumenten in
ons Gewest gecreëerd, en al die digitale gegevens moeten worden
bewaard. Als een computer of een server defect raken, kan dat
ertoe leiden dat belangrijke informatie verloren gaat. Men moet
dus zorgen voor adequate en performante middelen om die informatie
veilig te stellen. Om mijn informatie te vervolledigen, had
ik graag geweten welke maatregelen er bij het Ministerie van het
Brussels Gewest zijn genomen om alle computergegevens veilig te
stellen in geval van defect of vernieling van informaticatools. Is er
een bijzonder budget voorzien om zogenaamde back-ups te maken
en hoeveel personeelsleden worden daarvoor ingeschakeld ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid volgend antwoord
mee te delen :
In antwoord op de parlementaire vraag over de bewaring van
gegevens en de instrumenten voor gegevensbescherming, kan de
nota op verschillende manieren worden begrepen : back-up (curatief
in geval van een ramp), redundantie (preventief in geval van
een panne) en veiligheid (preventief in geval van een aanval).
Samenvattend kunnen we stellen dat de meerderheid van de
servers voor hun gegevens, applicaties en zelfs hun OS beschermd
over een back-up beschikken; zoals ook alle Windows-servers
door een antivirus en een update betreffende de kwetsbaarheden,
en alle servers zijn tegen de buitenwereld beschermd (Firewall).
Op het niveau van de redundantie kan virtualisatie deze rol spelen,
maar dat heeft enkel betrekking op Windows, voor de Unix
rekenen we op dubbele elektrische voeding, SAN access en netwerktoegang.
Hieronder enige informatie over de drie hoofdlijnen van de
gegevensbescherming :
Back-up van de servers van het MBHG :
– Back-upsysteem : Networker (Schijven en cassettes) en Evault
(online back-up op schijven)
– Capaciteit in volume : Networker 24 TB en Evault 5 TB
– Capaciteit in debiet : Networker 120 Mb/sec, Evault +100 Mb/
sec
– Bewaring van de back-ups : 2 à 3 weken voor Networker,
2 weken voor Evault
– Frequentie van de back-up : Full in het weekend, incremental
van maandag tot donderdag.
– Aantal bewaarde servers : 100/140 in Networker en 25/140 in
Evault
– Volume van de bewaarde gegevens : 14 TB in Networker en
1,5 in Evault
Question n° 639 de Mme Françoise Schepmans du 5 décembre
2011 (Fr.) :
Les outils de sauvegarde des données informatiques auprès
du ministère régional bruxellois.
L’outil informatique est aujourd'hui le principal support de
travail des sociétés privées comme des administrations publiques.
Chaque jour, des milliers de documents administratifs et commerciaux
sont ainsi créés dans notre Région et il se pose la question de
la sauvegarde de ces données numériques. En effet, la panne d’un
ordinateur ou d’un serveur pourrait engendrer la perte d’informations
capitales et il importe de se doter d’outils de sauvegarde
adéquats et performants. Afin de compléter mon information, je
souhaiterais savoir quelles sont les mesures qui ont été prises
auprès du ministère régional bruxellois pour protéger l’ensemble
des données informatiques en cas de panne ou de destruction des
outils informatiques. Un budget particulier est-il consacré aux
opérations dites de « backup » et combien de personnes sont affectées
à ce type de mission ?
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre
les éléments de réponse suivants :
En réponse à la question parlementaire sur la sauvegarde des
données et les outils de protection des données, la note peut être
comprise de différentes manières : backup (curatif en cas de désastre),
redondance (préventif en cas de panne) et sécurité (préventif
en cas d'attaque).
En résumé, la plupart des serveurs sont sauvegardés pour leurs
données, leurs applications et même leurs OS; de même que tous
les serveurs Windows sont protégés par un antivirus et update relatifs
aux vulnérabilités, et tous les serveurs ont un niveau de protection
(Firewall) par rapport à l'extérieur. Au niveau redondance, la
virtualisation pourrait jouer ce rôle, mais cela ne concerne que les
Windows, pour les Unix nous comptons sur les doubles alimentations
électriques, accès SAN et accès réseau.
Voici quelques informations sur les trois axes de la protection
des données :
Backup des serveurs MRBC :
– Système de backup : Networker (disques et cassettes) et Evault
(backup online sur disques)
– Capacité en volume : Networker 24 TB et Evault 5 TB
– Capacité en débit : Networker 120 Mb/sec, Evault +100 Mb/
sec
– Rétention des backups : 2 à 3 semaines pour Networker,
2 semaines Evault
– Fréquence de backup : Full le week-end et incremental du lundi
au jeudi
– Nombre de serveurs sauvegardés : 100/140 en Networker et
25/140 en Evault
– Volume de données sauvegardées : 14 TB en Networker et
1,5 en Evault

124
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– Aanvangsinvestering : 50 kEUR in 2009 voor Networker,
kEUR voor Evault
– Investering support : 15 kEUR/jaar voor Networker, kEUR
voor Evault
– Investering upgrade : 30 kEUR in 2011 voor Networker +
23 kEUR in licenties Evault
– Investering future : kEUR voor Evault
Redundantie van de servers van het MBHG :
– Redundantiesysteem : Virtualisatie VMware, Data center van
het CIBG, machines dubbele voeding, SAN in Raid
– Aantal gevirtualiseerde servers : 85/95 in Windows, 5/92 in
Linux en 2/92 in Solaris
– Aanvangsinvestering : Infrastructuur VMWare in 2007
25 KEUR, SAN in 2010 100 kEUR
– Investering support : 15 kEUR/jaar VMware + HW, 5 kEUR/
jaar SAN
– Investering upgrade: Infrastructuur VMware in 2010 50 kEUR
en in 2011 100 kEUR, SAN in 2011 50 kEUR
– Investering future : 20 kEUR Infrastructuur VMware, SAN
50 kEUR
Veiligheid van de servers van het MBHG :
– Redundantiesystemen : FW, Proxy filter, Antivirus, toegang via
authentificatie, encryptie van gegevens, update van de OS
– Aantal betrokken servers : 140 servers
– Aanvangsinvestering : FW en Proxy in 2008 15 KEUR,
Antivirus kEUR, update OS kEUR
– Investering support : FW-Proxy kEUR/jaar
– Investering upgrade : FW en Proxy in 2011 25 KEUR
– Investering future : kEUR.
De gegevensbescherming heeft niet enkel betrekking op de
servers maar eventueel ook op de PC’s, in het bijzonder op de
gearchiveerde e-mails op de computer die verloren gaan.
Zoals men kan zien gaat alle aandacht in de IT-systemen naar
de gegevens, hun bescherming mag men nooit uit het oog verliezen
en dat vraagt om een langetermijnstrategie en investeringen.
Wat betreft ressources : bij het MBHG zijn deze taken verdeeld
over een aantal personen met een totale werklast van ± 1 VTE.
– Investissement de départ : 50 kEUR en 2009 pour Networker,
kEUR pour Evault
– Investissement support : 15 kEUR/an pour Networker, kEUR
pour Evault
– Investissement upgrade : 30 kEUR en 2011 pour Networker +
23 kEUR en licences Evault
– Investissement futur : kEUR pour Evault
Redondance des serveurs MRBC :
– Système de redondance : Virtualisation VMware, Data center
du CIRB, machines double alimentation, SAN en Raid
– Nombre de serveurs virtualisés : 85/95 en Windows, 5/92 en
Linux et 2/92 en Solaris
– Investissement de départ : Infrastructure VMWare en 2007
25 KEUR, SAN en 2010 100 kEUR
– Investissement support : 15 kEUR/an VMware + HW, 5 kEUR/
an SAN
– Investissement upgrade : Infrastructure VMware en 2010
50 kEUR et en 2011 100 kEUR, SAN en 2011 50 kEUR
– Investissement futur : 20 kEUR Infrastructure VMware, SAN
50 kEUR
Sécurité des serveurs MRBC :
– Systèmes de redondance : FW, Proxy filter, Antivirus, accès par
authentification, encryptage de données, update des OS
– Serveurs impactés : 140 serveurs
– Investissement de départ : FW et Proxy en 2008 15 KEUR,
Antivirus kEUR, update OS kEUR
– Investissement support : FW-Proxy kEUR/an
– Investissement upgrade : FW et Proxy en 2011 25 KEUR
– Investissement futur : kEUR
La protection des données ne concerne pas seulement les serveurs
mais cela pourrait aussi être au niveau des PC, notamment
les e-mails archivés sur ordinateur qui se perdent.
Comme on le voit, finalement les données sont le centre de
toutes les attentions dans les systèmes IT, leur protection doit être
constamment à l'esprit, cela demande de la stratégie à long terme
et de l'investissement.
Concernant les ressources : au MRBC les tâches sont réparties
entre plusieurs personnes. La charge totale de travail est de
± 1 ETP.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
125
Vraag nr. 642 van mevr. Isabelle Molenberg d.d. 9 december
2011 (Fr.) :
Verlichting van de Brand Whitlocklaan.
Verscheidene straatlantaarns op de Brand Whitlocklaan zijn al
maanden helemaal of gedeeltelijk defect.
Die verlichting is absoluut noodzakelijk op een drukke weg als
het vroeg donker wordt in de winter.
– Hoe kan die situatie verklaard worden ?
– Welke maatregelen worden genomen om dat te verhelpen en
binnen welke termijn ?
– Hoe verloopt de controle op de goede werking van de verlichting
op de gewestwegen en hoe vaak ?
Antwoord : De defecten aan de openbare verlichting van de
Brand Whitlocklaan waren te wijten aan kapotte lampen en aan
defecten van de voedingskabels.
Het opzoeken van de defecte voedingskabels heeft enige tijd in
beslag genomen. Deze defecten situeerden zich in een voedingscabine
van het Reyerscomplex.
De defecte lampen werden onmiddellijk vervangen. Tevens
werd er ook overgegaan tot een volledige vervanging van alle
andere lampen van de Brand Whitlocklaan (globaal onderhoud).
Het globaal onderhoud van de verlichting van een wegas
gebeurt in functie van de verwachte levensduur van de lampen
(om de 2 à 3 jaar).
Trimestrieel worden er door de cel Openbare Verlichting van
de directie Beheer en Onderhoud van de gewestwegen nachtelijke
controles uitgevoerd van alle verlichtingsinstallaties langs de
gewestwegen.
Tevens wordt er tussengekomen voor de vervanging van één of
meerdere lampen nadat dit werd gemeld aan de nachtdienst van het
bestuur (Mobiris) die 24 uur op 24 beschikbaar is (02/204.22.86).
Question n° 642 de Mme Isabelle Molenberg du 9 décembre
2011 (Fr.) :
Éclairage du boulevard Brand Whitlock.
Cela fait des mois et des mois que plusieurs lampadaires situés
au boulevard Brand Whitlock sont, soit totalement, soit partiellement
défectueux.
L’allongement des périodes d’obscurité en hiver rend cet
éclairage tout à fait nécessaire sur un axe qui est par ailleurs fort
fréquenté.
– Je voudrais dès lors savoir ce qui explique cette situation.
– Quelles mesures ont été prises pour remédier à ce constat et
dans quel délai seront-elles mises en œuvre ?
– Par ailleurs, comment s’organise le contrôle du bon fonctionnement
de l’éclairage sur les axes régionaux et à quelle
fréquence ?
Réponse : L’éclairage public défectueux au boulevard Brand
Whitlock était dû aux lampadaires cassés et aux câbles d’alimentation
défectueux.
Trouver les câbles d’alimentation défectueux a pris pas mal de
temps. Ces défaillances se situaient dans une cabine d’alimentation
du complexe Reyers.
Les lampadaires défectueux ont tout de suite été remplacés. En
outre, il a été procédé au remplacement de tous les autres lampadaires
du boulevard Brand Whitlock (entretien global).
L’entretien global de l’éclairage d’un axe routier se fait en
fonction de la durée de vie prévue des lampadaires (tous les 2 à
3 ans).
Tous les trimestres, la cellule Éclairage public de la direction
Gestion et Entretien des Voiries régionales effectue des contrôles
nocturnes de toutes les installations le long des voiries régionales.
En outre, une intervention est réalisée pour le remplacement
d’un ou de plusieurs lampadaires après que ceci a été communiqué
au service de nuit de l’administration (Mobiris) disponible 24h sur
24 (02/204.22.86).
Vraag nr. 643 van de heer Vincent De Wolf d.d. 9 december
2011 (Fr.) :
Commerciële huurcontracten betreffende het MIVB-net.
Vele (pre)metrostations van de MIVB bieden onderdak aan
kleine handelszaken, meestal buurtwinkels. De commerciële huurcontracten
van de Brusselse openbaarvervoermaatschappij geven
dus aanzienlijke inkomsten.
Onlangs heb ik vernomen dat voor verscheidene handelszaken
het huurcontract niet zou worden verlengd omdat de MIVB ver-
Question n° 643 de M. Vincent De Wolf du 9 décembre 2011
(Fr.) :
Baux commerciaux relatifs au réseau de la STIB.
Nombre de stations de métro et de pré-métro de la STIB
hébergent des petits commerces, le plus généralement dits de
proximité. Les baux commerciaux conclus par la société des transports
publics bruxellois représentent ainsi une rentrée financière
substantielle.
J’ai été récemment informé que divers commerces ne verraient
guère leur convention de bail être reconduite, la STIB préférant

126
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
kiest haar commerciële ruimtes voor te behouden aan merken die
al aanwezig zijn.
réserver ses espaces commerciaux pour des enseignes déjà présentes
sur le réseau.
À ce sujet, je vous poserais les questions suivantes :
– Hoeveel commerciële ruimtes worden verhuurd in het MIVBnet
? Zal dat aantal toenemen in 2012 of in de komende
jaren ?
– Hoeveel aflopende commerciële huurcontracten wenst de
MIVB niet te verlengen ? Welke redenen werden daarvoor
gegeven ?
– Welke commerciële strategie hanteert de MIVB bij het kiezen
van de huurders van die ruimtes ? Is er sprake van enige voorkeur
voor bepaalde merken ?
– Hebt u richtlijnen of aanbevelingen gedaan ter bescherming
van de activiteiten van kleine KMO's of zelfstandigen in het
kader van de toekenning van de commerciële huurcontracten
?
– Hoe zijn de inkomsten uit die huurcontracten geëvolueerd tussen
2008 en 2011 ?
Antwoord : Er zijn momenteel ongeveer 130 handelszaken
aanwezig in het Brusselse metronet, goed voor een bezetting van
11.000 vierkante meter. Het doel is het aantal handelszaken te
verdubbelen op het metronet, wetende dat zij enerzijds een toegevoegde
waarde zijn op het traject van de klant en anderzijds dat de
aanwezigheid van handelszaken werk creëert.
Bij het aflopen van een contract van Metro Store Company,
ontmoet de entiteit van de MIVB die het beheer van deze activiteiten
verzekert de handelaar om hem een contract met domaniale
concessie voor te stellen.
Het kan zijn dat contracten niet vernieuwd worden als het
metrostation waar de zaak zich bevindt voorwerp uitmaakt van
een grondige renovatie of als de handelaar zijn contractuele
verplichtingen niet is nagekomen. Dit aantal is globaal gezien
marginaal.
De keuze van handelzaken in de metro gebeurt volgens de
volgende criteria :
– niet meer dan 45 % handelaars in voeding om onze klanten
geen imago te geven gericht te zijn op één product;
– geen kannibalisme tussen commerciële activiteiten in hetzelfde
station;
– de aanwezigheid van bepaalde handelszaken in de onmiddellijke
buurt van het station;
– de beschikbaarheid in m² : bepaalde handelszaken of activiteiten
hebben nood aan heel wat ruimte;
– de toegevoegde waarde van de ene of andere handelszaak op
het traject van de klant omdat ze door hun aanwezigheid het
leven van de klant vergemakkelijken;
– het imago dat dankzij de aanwezigheid van handelszaken weerspiegelt
wordt en dat het imago van de MIVB moet versterken.
De klanten moeten de handelszaken beschouwen als kwaliteitsvol;
– Quel est le nombre d’espaces commerciaux mis en location sur
le réseau de la STIB ? Ce chiffre connaîtra-t-il une évolution en
2012 ou dans les prochaines années ?
– Quel est le nombre de baux commerciaux, arrivant à échéance,
que la STIB a choisi de ne pas reconduire ? Quels ont été ou
seront les motifs invoqués à l'appui de ce choix ?
– Qu’en est-il de la stratégie commerciale de la STIB dans la
sélection des locataires de ses espaces ? Existe-t-il une préférence
pour certaines enseignes ?
– Avez-vous émis des directives ou des recommandations visant
à protéger l’activité de petites PME ou d’indépendants dans le
cadre de l’attribution des baux commerciaux ?
– Quelle est enfin l’évolution des rentrées financières générées
par ces baux entre 2008 et 2011 ?
Réponse : Environ 130 commerces sont actuellement présents
au sein du réseau métro de Bruxelles et occupent 11.000 m² de
surface. L’idée est d’arriver à doubler le nombre de commerces
au sein du réseau métro sachant que d’une part ceux-ci constituent
une valeur ajoutée au parcours du client et que d’autre part la présence
de ces commerces est créatrice d’emploi.
A priori, à l’échéance d’un contrat Metro Store Company,
l’entité de la STIB qui assure la gestion de cette activité rencontre
le commerçant pour lui proposer un contrat de concession domaniale.
Il se peut que des contrats ne soient pas reconduits si la station
de métro où il se trouve va faire l’objet d'une rénovation profonde
ou si le commerçant n’a pas respecté ses engagements contractuels.
Ce nombre est globalement marginal.
Le choix des commerces présents dans le métro s’effectue sur
la base des critères suivants :
– pas plus de 45 % de commerce de food afin de ne pas donner à
notre clientèle une image trop mono-produit;
– pas de cannibalisme entre les activités commerciales présentes
au sein d’une même station;
– la présence de certaines enseignes déjà présentes aux abords
immédiats des stations;
– la disponibilité en m² : certaines enseignes ou type d’activité
nécessitent une emprise au sol importante;
– la valeur ajoutée donnée par telle ou telle enseigne du parcours
du client parce que par leur présence elles facilitent vraiment la
vie des clients;
– l’image qui transparaît à travers la présence des enseignes et
qui doit venir renforcer l’image de la STIB. Les enseignes
doivent être perçues par la clientèle comme étant de qualité;

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
127
– het rendement per m² wetende dat het de combinatie is van verschillende
handelszaken die de aantrekkelijkheid van de metro
kan bevorderen;
– als een ruimte leeg staat (bezettingsgraad is momenteel 98,5 %)
wordt een oproep tot kandidaten gelanceerd (zie momenteel de
website van Metro Store Company voor station Rogier). Alle
voorstellen worden geanalyseerd, kwaliteit van de projecten,
productgamma, imago, valorisering van afgestane m².
Wat betreft de bescherming van zelfstandigen of KMO’s kan
ik u verwijzen naar een mondelinge vraag die uw collega Brigitte
De Pauw in mei stelde in de commissie. In feite worden heel wat
filialen van grote ketens in de metrostations uitgebaat door kleine
zelfstandigen, als franchisenemer.
Metro Store Company heeft ook in het verleden geen cijfergegevens
over inkomsten, voorziene inkomsten of financiële doelstellingen
gepubliceerd. Deze commerciële activiteiten zijn niet
opgenomen in de opdrachten van de MIVB als openbare dienst en
vallen onder het intern beheer van de MIVB.
– le rendement du m² concédé tout en sachant que c’est la combinaison
de diverses enseignes qui peut promouvoir l’attractivité
du mode de transport métro;
– lorsqu’un emplacement est vide (taux de remplissage actuel
98,5 %) un appel à candidature est lancé (voir actuellement sur
le site Metro Store Company pour la station Rogier). Toutes
les propositions sont analysées, qualité des projets, gamme de
produits, image de marque, valorisation des m² concédés.
En ce qui concerne la protection des petites PME ou indépendants,
je vous renvoie à la question orale que votre collègue
Brigitte De Pauw a posée en mai en commission. En fait, bon
nombre de filiales de grandes chaînes présentes dans les stations
de métro sont exploitées par de petits indépendants, comme franchisés.
Metro Store Company n’a pas publié dans le passé de données
chiffrées concernant les recettes, les recettes attendues ou les
objectifs financiers. Ces activités commerciales ne relèvent pas
des missions de service public de la STIB et relèvent donc de la
gestion interne de la STIB.
Vraag nr. 646 van de heer Arnaud Pinxteren d.d. 12 december
2011 (Fr.) :
Voorzieningen aan de Van Praetbrug.
Al te vaak worden de vangrails aan de Van Praetbrug op de
proef gesteld en zelfs vernietigd omdat autobestuurders de controle
over hun voertuig verliezen vooral bij het verlaten van de
tunnel in de richting van de A12.
Question n° 646 de M. Arnaud Pinxteren du 12 décembre 2011
(Fr.) :
Les aménagements du Pont Van Praet.
Trop régulièrement les rambardes du Pont Van Praet sont sollicitées,
voire détruites, à la suite de la perte de contrôle de véhicules
en particulier à la sortie du tunnel en direction de l’A12.
Pourriez-vous m’indiquer :
– Is er in het kader van de onderzoeken op het ogenblik van de
heraanleg van de brug een evaluatie gemaakt van de gevaren
van de site ?
– Bestaan er in het kader van die onderzoeken statistieken over
het aantal ongevallen en gewonde en overleden slachtoffers
gedurende de jongste vijftien jaar, in het bijzonder over het
aantal voertuigen dat over de vangrails onder de brug terechtgekomen
is ter hoogte van het kanaal ?
– Zijn er specifieke voorzieningen aangebracht om de oorzaken
van die ongevallen te verhelpen ?
– Beschikt u in voorkomend geval over bijgewerkte statistieken
?
Antwoord : De ongevallen worden vastgesteld door de wegpolitie
en de lokale politiezones.
Eventuele ongevalschade wordt hersteld door de directie
Beheer en Onderhoud van de Wegen. Deze dienst is belast met
wegenwerken en als dusdanig niet geroepen om ongevallenstatistieken
bij te houden.
– Si dans le cadre des études réalisées lors du récent réaménagement
du Pont, une évaluation de la dangerosité du site avait été
réalisée ?
– Si dans le cadre de ces études, des statistiques relatives au
nombre d’accidents recensés ainsi que le nombre des victimes,
blessées ou décédées ces 15 dernières années à la suite de ces
accidents étaient disponibles, en particulier le nombre de véhicules
ayant franchi les barrières de sécurité pour atterrir sous le
Pont, au niveau du Canal ?
– Si des aménagements publics spécifiques avaient été réalisés en
fonction des causes identifiées de ces accidents ?
– Le cas échéant, si vous disposez desdites statistiques actualisées
depuis ?
Réponse : Les accidents sont constatés par la police de la route
et par les zones de police locale.
Les éventuels dégâts d’accidents sont réparés par la direction
Gestion et Entretien des Voiries. En tant que service de travaux
cette direction n’a pas vocation à tenir des statistiques sur les
accidents.

128
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Na de volledige herstelling van het kunstwerk in de zomer van
2001, werden de voetpaden verbreed om er een fietspad op aan
te leggen.
Wat er ook van zij, een automobilist die zich houdt aan de snelheidsbeperking
van 50 km/u die geldt in de agglomeratie, loopt
op die plaats geen enkel risico om de controle over zijn voertuig
te verliezen.
De weinige ongevallen die er gebeurden, vonden plaats in
staduitwaartse richting, 's nachts en/of het weekend, wat doet denken
dat er andere oorzaken in het spel zijn (overdreven snelheid,
alcohol, verdovende middelen, …).
Uit het verslag van het BIVV dat momenteel wordt opgesteld
blijkt dat voor 2008 en 2009 de Van Praetlaan (voor de brug) en
de Vilvoordsesteenweg enerzijds geïnventariseerd zijn als assen
waarbij minstens 10 lichamelijke ongevallen op het kruispunt
hebben plaatsgevonden en anderzijds als kritieke kruispunt waarbij
minstens 4 lichamelijke ongevallen op kruispunten hebben
plaatsgevonden.
Hetzij voor de verkeersassen :
– 2008
- Vilvoordsesteenweg : 12 lichamelijke ongevallen
- Van Praetlaan : 11 lichamelijke ongevallen
– 2009
- 15 ongevallen Vilvoordsesteenweg
Hetzij voor de kruispunten : 2008 : Vilvoordsesteenweg – Van
Praetlaan : 5 ongevallen.
Er werden twee dodelijke ongevallen vastgesteld in 2008, één
op de Jules Van Praetlaan om 16u15 in februari, een andere op de
Van Praetbrug om 5u50 in de maand juni. In het eerste geval was
een overdreven snelheid de oorzaak. In het tweede geval gaat het
om een motorrijder, als enige verantwoordelijke voor het ongeval
(details van de omstandigheden gekend op basis van het oorspronkelijk
proces-verbaal).
Er dient opgemerkt te worden dat een repressieve radar geplaatst
werd op de Van Praetlaan (ter hoogte van de Araucarialaan) en dat
een preventieve rader in dezelfde laan geplaatst werd, ter hoogte
van de Japanse toren
Tot slot, aangezien de meerderheid van de ongevallen niet
plaatsvinden op de Van Praetbrug, mogen de Van Praetlaan en de
Vilvoordsesteenweg beschouwd worden als ongevallenzones. Ook
al is het menselijk gedrag verantwoordelijk voor de geïnventariseerde
ongevallen, dit betekent niet dat deze zone niet bestudeerd
moet worden zodat men misschien meer structurele oplossingen
kan vinden in termen van aanleg.
Depuis la complète remise en état de l’ouvrage en été 2001, les
trottoirs ont été élargis afin d’y aménager une piste cyclable.
Quoi qu’il en soit, pour un automobiliste tenu de circuler à
50 km/h en agglomération l’endroit ne présente strictement aucun
risque de perte de contrôle de son véhicule.
Les quelques accidents constatés se sont produits en sortie
ville, de nuit et/ou le week-end, ce qui prête à penser que d’autres
causes (excès de vitesse, alcool, stupéfiants, …) doivent être
incriminées.
Il appert du rapport en cours de rédaction à l’IBSR que pour
les années 2008 et 2009, l’avenue Van Praet (avant le pont) et
la chaussée de Vilvorde sont recensées d’une part dans les axes
ayant subi au moins 10 accidents corporels en carrefour et d’autre
part dans les carrefours critiques ayant subi au moins 4 accidents
corporels en carrefour.
Soit pour les axes routiers :
– 2008
- chaussée de Vilvorde : 12 accidents corporels
- avenue Van Praet : 11 accidents corporels
– 2009
- 15 accidents chaussée de Vilvorde.
Soit pour les carrefours : 2008 : chaussée de Vilvorde-avenue
Van Praet : 5 accidents.
On déplore deux accident mortels en 2008, l’un avenue Jules
Van Praet à 16h15 en février, l’autre sur le pont Van Praet à 05h50
au mois de juin. Dans le premier cas, la vitesse excessive est en
cause. Dans le second cas, il s’agit d’un conducteur de moto, seul
en cause (détail des circonstances inconnu sur base du pv initial).
Il faut signaler qu’un radar répressif a été placé avenue Jules
Van Praet (à hauteur de l’avenue de l’Araucaria) et qu’un radar
préventif est placé dans la même avenue, à hauteur de la tour
japonaise.
En conclusion, si les accidents ne se produisent pas en majorité
sur le Pont Van Praet, l’avenue Van Praet et la chaussée de
Vilvorde peuvent être considérées comme des zones à concentration
d’accidents. Si le comportement humain est en cause dans
les accidents recensés, il n’en reste pas moins que la zone mérite
d’être étudiée afin de dégager peut-être des solutions plus structurelles
en termes d’aménagement.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
129
Vraag nr. 647 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 12 december
2011 (Fr.) :
Zelfmoorden van reizigers van het openbaar vervoer.
Kan de minister me, voor 2008, 2009 en 2010, de cijfers meedelen
van het aantal zelfmoorden waarbij een MIVB-voertuig
betrokken was ?
Zijn er specifieke preventiemaatregelen genomen ?
Welke financiële middelen zijn daarvoor uitgetrokken voor
2008, 2009 en 2010 ?
Antwoord : Het beleid van de MIVB voor wat betreft zelfdoding
is om de grootste discretie aan de dag te leggen, ten einde
andere potentiële kandidaten niet aan te zetten een fatale daad te
stellen in haar infrastructuur. Ze heeft dus niet de gewoonte hier
cijfers over bekend te maken.
De MIVB beschikt trouwens ook niet over volledige informatie.
Het is het politionele en gerechtelijke onderzoek dat uitmaakt
of het gaat om een ongeval of een zelfdoding.
In het kader van de automatisering van metro zullen er perrondeuren
op de perrons geplaatst worden. Dit zou in de toekomst een
element kunnen vormen ter preventie van zelfmoord.
Wat betreft de preventie van zelfdoding biedt de installatie van
perrondeuren geen absolute veiligheidsgarantie. De aanwezigheid
van deze deuren vermijdt dat mensen zich op de sporen kunnen
werpen vanop het perron, maar kunnen niet vermijden dat ze
springen vanop een brug of een passerelle, zoals het geval is in
verschillende stations op het Brusselse net.
Nog wat preventie betreft mikt de MIVB vooral op sensisbilisering
van zijn stationspersoneel. Er wordt gevraagd aan medewerkers
om aandachtig te zijn voor elk verdacht gedrag. Deze
medewerkers aarzelen trouwens niet om tussen te komen in dit
geval.
Question n° 647 de M. Emmanuel De Bock du 12 décembre
2011 (Fr.) :
Les suicides d'usagers des transports publics bruxellois.
La ministre peut-elle me donner les chiffres pour 2008, 2009
et 2010 concernant le nombre de suicides impliquant un véhicule
de la STIB ?
La ministre a-t-elle développé des mesures de prévention spécifiques
?
Quels sont les moyens financiers qu’elle y réserve pour l’année
2008, 2009 et 2010 ?
Réponse : En matière de suicides, la politique de la STIB est
d’adopter la plus grande discrétion, afin de ne pas inciter d’autres
candidats à poser un geste fatal dans ces infrastructures. Elle n'a
donc pas pour habitude de divulguer publiquement des chiffres.
Par ailleurs, la STIB ne dispose pas de toutes les informations.
C’est en effet l’enquête policière ou judiciaire qui détermine s’il
s’agit d’un suicide ou d’un accident.
Dans le cadre de l’automatisation du métro, des portes palières
seront placées sur les quais. Ceci pourrait constituer un élément de
prévention contre le suicide.
En ce qui concerne la prévention des suicides, l’installation de
portes palières ne constitue cependant pas une garantie de sécurité
absolue. Si la présence des portes évite que des gens ne se jettent
sur les voies depuis les quais, elle n’empêche nullement ceux-ci de
sauter depuis un pont ou une passerelle, comme il en existe dans
plusieurs stations du réseau bruxellois.
En ce qui concerne la prévention, la STIB table surtout sur la
sensibilisation de son personnel présent en station. Il est demandé
aux agents d’être attentifs à tout comportement suspect. Ceux-ci
n’hésitent d’ailleurs pas à intervenir le cas échéant.
Vraag nr. 648 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 12 december
2011 (Fr.) :
Ongevallen van MIVB-voertuigen en voetgangers.
Elke maand horen we dat MIVB-voertuigen betrokken zijn bij
ongevallen met voetgangers.
Kan de minister me, voor 2008, 2009 en 2010, informatie
verschaffen over :
– Het aantal gewonden en doden in 2008, 2009 en 2010 bij een
ongeval met een tram/metro/bus ?
– De specifieke preventiemaatregelen die zijn genomen ?
– De steun die verleend is aan de slachtoffers en de chauffeurs ?
Question n° 648 de M. Emmanuel De Bock du 12 décembre
2011 (Fr.) :
Les accidents de véhicules de la STIB avec des piétons.
On apprend tous les mois que des véhicules de la STIB sont
impliqués malgré eux dans des accidents avec ces piétons.
La ministre peut-elle me donner les chiffres pour 2008, 2009
et 2010 concernant :
– le nombre de blessés et de morts en 2008, 2009, 2010 lors d’un
accident avec un tram/métro/bus ?
– Quelles actions spécifiques ont été menées pour réduire ces
accidents ?
– Des actions de soutien aux victimes et conducteurs sont-elles
menées ?

130
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Antwoord :
Réponse :
Ongevallen
voetgangers Aantal gewonden Aantal doden
– – –
Accidents Nbre de blessés Nbre de décédés
piétons
2008 2009 2010 2011 2008 2009 2010 2011
Tram 60 51 38 53 3 4 3 1
Bus 25 27 38 39 0 0 0 0
Pre metro/
Prémétro 0 0 0 1 0 1 0 0
Metro/Métro 3 2 1 7 4 2 3 1
Totaal/Total 88 80 77 100 7 7 6 2
Met voetgangers worden hier mensen bedoeld die geen gebruik
maken van een ander vervoermiddel (auto, fiets, enz.). Voor wat
de metro betreft gaat het dus niet om voetgangers in de strikte zin
van het woord. De dodelijke ongevallen in de metro zijn ofwel
mensen die zich vrijwillig op de sporen hebben begeven (om
welke reden dan ook, maar voornamelijk vermoedelijke zelfmoord)
ofwel mensen die een hartstilstand kregen (geen verband
met de metro). Bij de gewonden in de metro gaat het of om vermoedelijke
mislukte zelfdodingen of om « gewone » ongevallen
zoals valpartijen.
Deze cijfers moeten uiteraard afgezet worden tegen de forse
stijging van het aantal reizigers. Tussen 2008 en 2011 steeg het
aantal reizigers dat de MIVB vervoerde met 15 procent van tot
286,1 miljoen tot 329 miljoen reizigers.
Om het aantal ongevallen te verminderen heeft de MIVB een
waaier aan acties. Zo voert de MIVB jaarlijks sensibiliseringscampagnes
op vlak van veiligheid. Zo zal er ook dit jaar opnieuw
een campagne gewijd worden aan de voorrang van de tram. In
2011 waren er reeds campagnes die de gebruikers van de metro
herinnerden aan een reeks elementaire regels die de veiligheid
verzekeren (zoals bijvoorbeeld de deuren niet blokkeren of in/
uitstappen tijdens het geluidssignaal) en die wezen op het gevaar
van de ruimte tussen perron en metrostel.
Het is echter evident dat de MIVB meer doet dan enkel sensibiliseren.
Zoals reeds eerder werd geantwoord aan verschillende
van uw collega’s verbetert de MIVB ook de infrastructuur. Dat
is vooral nodig daar waar de tram in eigen bedding rijdt en meer
in het bijzonder aan haltes en op kruispunten. Daar moeten voetgangers
gekanaliseerd en geleid worden langs veilige oversteekplaatsen
(met onder meer hekken, chicanes, grondmarkeringen en
panelen of signalisatie die wijst op gevaar). Ook voor het busnet
wordt aandacht besteed aan de aanleg van busbanen en duidelijke
signalisatie.
Daarnaast sensibiliseert de MIVB haar bestuurders ook permanent
voor een defensief rijgedrag zowel voor bus als tram. Uit
ongevallenanalyses blijkt helaas dat de voornaamste hoofdoorzaak
van ongevallen met voetgangers vooral de onoplettendheid van de
voetgangers blijft. Een van de oorzaken is bijvoorbeeld het toenemende
gebruik van mp3-spelers en hoofdtelefoons.
Le mot « piéton » comprend ici les personnes n’utilisant pas
d’autre moyen de transport (voiture, vélo …). En ce qui concerne
le métro, le terme « piéton » n’est donc pas utilisé dans le sens
strict du terme. Les accidents mortels survenus dans le métro
concernent soit des personnes qui ont volontairement été sur les
voies (pour diverses raisons, mais principalement lors de suicides),
soit des personnes ayant été victimes d’un arrêt cardiaque
(sans aucun rapport avec le métro). Concernant les personnes
blessées dans le métro, il s’agit de tentatives de suicide n’ayant
pas abouti ou d’accidents comme des chutes.
La forte augmentation du nombre de voyageurs doit bien
entendu être prise en compte dans la lecture de ces chiffres. Entre
2008 et 2011, le nombre de personnes transportées par la STIB a
augmenté de 15 %, passant de 286,1 millions à 329 millions de
voyageurs.
Pour diminuer le nombre d’accidents, la STIB a mis en place
toute une série d’actions. Chaque année, la STIB mène des campagnes
de sensibilisation ayant pour thème la sécurité. Cette année,
une campagne sera consacrée à la priorité du tram. En 2011, des
campagnes destinées aux utilisateurs du métro rappelaient une
série de règles élémentaires pour assurer la sécurité (comme par
exemple, ne pas bloquer les portes, ne pas monter/ou descendre
du véhicule lorsque le signal sonore retentit). Les campagnes attiraient
également l’attention sur l’espace entre le quai et la rame
de métro.
Il va de soi que la STIB va plus loin que la sensibilisation.
Comme déjà expliqué à plusieurs de vos collègues, la STIB améliore
aussi l’infrastructure. Ceci est surtout nécessaire lorsque le
tram roule en site propre et, plus particulièrement, aux arrêts et aux
carrefours. À ces endroits, les piétons doivent être canalisés et dirigés
le long de passages pour piétons sécurisés (notamment grâce à
des barrières, des chicanes, des marquages au sol et des panneaux
ou signalisations indiquant le danger. Au niveau du réseau de bus,
une attention particulière est aussi portée à l’aménagement de
bandes de bus et d’une signalisation claire.
Par ailleurs, la STIB sensibilise en permanence également
ses chauffeurs à une conduite douce. D’après les analyses des
accidents, il apparaît malheureusement que la cause principale
des accidents avec piétons reste l’inattention des piétons. Une
des causes est par exemple l’augmentation de l’utilisation des
lecteurs mp3 et d’écouteurs.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
131
Wat uw laatste vraag betreft kan ik u verwijzen naar het antwoord
op schriftelijke vraag nr. 633 van uw collega Vincent De
Wolf.
En ce qui concerne votre dernière question, je vous renvoie à
la réponse formulée à la question écrite n° 633 de votre collègue
Vincent De Wolf.
Vraag nr. 649 van de heer Herman Mennekens d.d. 15 december
2011 (N.) :
Het onderhoud van straatkolken langs gewestwegen.
Het valt me op dat tal van rioolkolken langs gewestwegen
slecht onderhouden en verstopt zijn. Bij hevige regenval leidt
dit ertoe dat het regenwater de ondergrondse rioleringen niet kan
bereiken. Daardoor komen dan heuse plassen of beken tot stand op
de openbare weg, met alle risico’s van dien voor het wegverkeer.
Graag had ik dan ook vernomen hoe het onderhoud van dergelijke
straatkolken gebeurt. Op welke manier wordt dit georganiseerd
? Zijn er versterkte onderhoudsinterventies bij noodweer en/
of stelselmatige verstoppingen ? Hoe wordt dit bepaald ? Welke
systematiek wordt in dergelijke gevallen gehanteerd ? Wordt dit
alles geïnventariseerd ?
Antwoord : Mijn bestuur dat bevoegd is voor de wegen, is wel
degelijk verantwoordelijk voor de rijbanen en hun aanhorigheden,
waaronder de straatkolken.
Het schoonmaken en ontstoppen van deze straatkolken, is
evenwel de taak van het gewestelijk agentschap voor de netheid
(Net Brussel).
Daar de Openbare Netheid behoort tot de bevoegdheden van
mijn collega de heer Emir Kir, heb ik uw vraag naar hem doorverwezen.
Van zodra ik over de bijkomende elementen van antwoord
beschik, zal ik deze aan u overmaken.
Question n° 649 de M. Herman Mennekens du 15 décembre
2011 (N.) :
L'entretien des avaloirs le long des voiries régionales.
Je suis frappé de voir que les bouches d'égout situées le long
des voiries régionales sont mal entretenues et bouchées. En cas
de fortes pluies, l'eau ne peut dès lors pas rejoindre les égouts
souterrains. Par conséquent, de grandes flaques et des ruisseaux
se forment sur la voie publique, avec tous les risques que cela
implique pour la circulation.
Je voudrais dès lors savoir comment se déroule l'entretien
de ces avaloirs. De quelle manière est-il organisé ? Y a-t-il des
interventions d'entretien renforcées en cas de fortes précipitations
et/ou d'obstructions systématiques ? Comment en décide-t-on ?
Quelle méthode utilise-t-on dans pareils cas ? Tout cela est-il
inventorié ?
Réponse : Mon administration des voiries est bien responsable
pour la chaussée et ses accessoires dont font partie les avaloirs.
Cependant, leur nettoyage et débouchage sont confiés à
l’Agence régionale pour la Propreté (Bruxelles-Propreté).
Vu que la Propreté Publique fait partie des attributions de mon
collègue M. Emir Kir, je lui ai adressé votre demande.
Je vous transmettrai les éléments de réponse complémentaires
dès qu’ils me parviendront.
Vraag nr. 650 van de heer Vincent De Wolf d.d. 15 december
2011 (Fr.) :
Toekenning van een bijdrage voor de terugbetaling van de
leningen aangegaan voor de uitvoering van de werken van de
NMBS-holding voor de haven van Brussel.
Tijdens zijn vergadering van 10 november 2011 heeft de
Brusselse Ministerraad ingestemd met het ontwerp van besluit
voor de toekenning van een bijdrage van 150.000 EUR aan de
nv SPV voor de terugbetaling van de leningen aangegaan voor de
uitvoering van de werken van de NMBS-holding voor de haven
van Brussel.
De nv SPV Brussels Port (nr. 889.172.472) heeft als maatschappelijk
doel spoorinfrastructuurwerken uit te voeren of te
laten uitvoeren in de ruimste zin in de haven van Brussel in het
kader van het prefinancieringscontract gesloten tussen de federale
Staat, het Brussels Gewest, de NMBS-holding en Infrabel.
Question n° 650 de M. Vincent De Wolf du 15 décembre 2011
(Fr.) :
Octroi d'une subvention contribuant au remboursement des
emprunts souscrits pour l'exécution des travaux de la SNCB
Holding en faveur du Port de Bruxelles.
En sa réunion du 10 novembre 2011, le conseil des ministres
bruxellois a marqué accord au projet d’arrêté octroyant une subvention
de 150.000 EUR à la SA SPV pour contribuer au remboursement
des emprunts souscrits pour l’exécution des travaux de la
SNCB Holding en faveur du Port de Bruxelles.
La SA SPV Brussels Port (n° 889.172.472) a pour objet social
de « réaliser ou faire réaliser des travaux d’infrastructure ferroviaire
au sens le plus large dans le Port de Bruxelles dans le cadre
du contrat de préfinancement conclu par l’État fédéral, la Région
bruxelloise, la SNCB Holding et (…) Infrabel ».

132
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
De jongste balans van die maatschappij wijst erop dat de rentelast
voor 2010 122.480,27 EUR bedroeg. Die zijn gecompenseerd
door het Brussels Gewest.
Le dernier bilan de cette société indique que la charge des intérêts
pour l’année 2010 a été de 122.480,27 EUR; lesquels ont été
compensés par la Région de Bruxelles-Capitale.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Welke projecten zijn er in het kader van de operaties van de
nv SPV Brussels Port uitgevoerd of welke worden nog uitgevoerd
door de NMBS-holding ten gunste van de haven van
Brussel ?
– Waarom is de gewestelijke compensatie met 22,5 % gestegen
?
– Hoe worden de prefinancieringen van de projecten contractueel
geregeld tussen de federale Staat, het Brussels Gewest, de
NMBS-holding en Infrabel ?
Antwoord : Op 5 december 2006 werd een overeenkomst
ondertekend door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Federale
overheid, Infrabel en de NMBS-Holding betreffende de prefinanciering
van de spoorwerken in de Voorhaven van de Haven van
Brussel.
In dit kader werden de volgende werken uitgevoerd :
– Vernieuwen van de sporenbundel in de voorhaven van Brussel :
augustus 2007-februari 2008.
– Vernieuwen van de spooroverweg op de Vilvoordelaan :
november 2007.
– Vernieuwen van sporenbundel en sporen op de publieke kade :
2008-2009.
– Realisatie van een spoorterminal voor containers in de voorhaven
als bijkomende uitrusting van de containerterminal naast
de verbrandingsoven : april 2011-februari 2012.
Deze werken werden uitgevoerd via een lening van 5 miljoen
EUR, geprefinancierd door de NMBS-Holding die hiervoor
een financiëel vehikel, de nv SPV, heeft opgericht. De overeenkomst
voorziet dat het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gedurende
5 jaar jaarlijks 150.000 EUR betaalt aan de nv SPV als interest
van deze lening. De eerste schijf van 150.000 EUR werd betaald
in 2007 en de laatste schijf werd budgettair vastgelegd naar aanleiding
van de regeringsbeslissing van november 2011 waarnaar u
verwijst in uw vraag.
– Quels sont, dans le cadre des opérations de la SA SPV Brussels
Port, les projets réalisés et en cours d’exécution par la SNCB
Holding en faveur du Port de Bruxelles ?
– Quels éléments justifient une hausse de la compensation régionale
de 22,5 % ?
– Quels sont les mécanismes de préfinancement des projets tels
que contractuellement arrêtés entre l’État fédéral, la Région
bruxelloise, la SNCB Holding et Infrabel ?
Réponse : Le 5 décembre 2006, une convention a été signée par
la Région de Bruxelles-Capitale, les autorités fédérales, Infrabel
et la SNCB Holding concernant le préfinancement des travaux
ferroviaires à l’avant-port du Port de Bruxelles.
Les travaux suivants ont été exécutés dans ce cadre :
– Rénovation du faisceau de voies à l’avant-port de Bruxelles :
août 2007-février 2008.
– Rénovation du passage à niveau de l’avenue de Vilvorde :
novembre 2007.
– Rénovation du faisceau de voies et des voies sur le quai public :
2008-2009.
– Réalisation d’un terminal ferroviaire pour conteneurs dans
l’avant-port qui est un équipement complémentaire au terminal
à conteneurs à côté de l’incinérateur : avril 2011-février 2012.
Ces travaux ont été exécutés par le biais d’un emprunt de
5 millions EUR, préfinancés par la SNCB Holding qui a créé à cet
effet un véhicule financier, la SA SPV. La convention prévoit que
la Région de Bruxelles-Capitale rembourse chaque année durant
une période de 5 ans 150.000 EUR d’intérêts de cet emprunt à
la SA SPV. La première tranche de 150.000 EUR a été versée en
2007 et la dernière tranche a été engagée budgétairement suite à
la décision du gouvernement de novembre 2011 à laquelle vous
faites référence dans votre question.
Vraag nr. 654 van mevr. Elke Roex d.d. 22 december 2011
(N.) :
Een aanlegplaats aan Cercle des Régates de Bruxelles.
Vandaag kunnen boten tijdelijk aanleggen in Anderlecht ter
hoogte van de Aakaai 100. Dit is op ongeveer 1 km wandelafstand
van Cercle des Régates en het gelijknamige terras en restaurant.
Deze afstand is niet altijd – bij werken aan de sluis bijvoorbeeld
– en niet voor iedereen – voor 65-plussers bijvoorbeeld – even
eenvoudig te overbruggen. De aanlegplaats ligt namelijk op de
rechteroever, de roeiclub op de linkeroever.
Question n° 654 de Mme Elke Roex du 22 décembre 2011
(N.) :
Un quai au Cercle des Régates de Bruxelles.
Actuellement, à Anderlecht, les bateaux peuvent provisoirement
accoster à hauteur du 100, quai d'Aa, à environ 1 km à pied
du Cercle des Régates, et du restaurant et de la terrasse du même
nom. Parcourir cette distance, en cas de travaux à l'écluse ou pour
les plus de 65 ans, par exemple, n'est pas toujours aussi aisé pour
tous. En effet, le quai se situe sur la rive droite, et le club d'aviron
sur la rive gauche.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
133
Daarom mijn vragen :
– Bestaat er vandaag mogelijkheid om met een boot aan te meren
aan de oever van Cercle des Régates ? Is dit een officiële aanlegplaats
?
– Werd de constructie van een aanlegplaats aan Cercle des
Régates overwogen ? Wat waren de conclusies van deze overwegingen
?
– Wat is de planning voor de eventuele bouw van een aanlegplaats
op deze locatie ?
Antwoord : Tot voor kort was het mogelijk om veilig aan te
meren met een boot langer dan 20 meter, praktisch loodrecht op
de Cercle des Régates, tegenover hun parking. Toerboten hebben
meermaals gebruik gemaakt van deze plaats. Deze plaats was
echter niet goed beveiligd. Er is inderdaad geen kade, maar wel
een versterkte oever.
Door de verbreding van de spoorbrug (werken voor het GEN),
kan deze plaats niet langer gebruikt worden als aanlegplaats. Om
dit gebrek te verhelpen, heeft de Haven van Brussel beloofd om
een helling voor tewaterlating aan te leggen, net tegenover de
Cercle des Régates, als aanlegkade voor de boten die langer dan
20 meter zijn. Hiervoor moeten nog 2 tot 3 meerpalen geplaatst
worden op het horizontale gedeelde van de helling.
Het plaatsen van meerpalen is opgenomen in de planning van
de werken die de Haven moet uitvoeren. In principe zou de helling
boten moeten kunnen ontvangen ten vroegste vanaf juni 2012. Wat
de kleinere boten betreft, zoals de plezierboten, is de aanlegsteiger
die de Cercle des Régates gebruikt om haar eigen boten te water te
laten, op dit moment voldoende uitgerust.
Naast de bovenvermelde voorzieningen, kan men nog steeds
aanleggen op de versterkte oever.
D'où mes questions :
– Est-il actuellement possible pour un bateau d'accoster le long
de la rive du Cercle des Régates ? Ce quai est-il officiel ?
– La construction d'un quai au Cercle des Régates a-t-elle été
prise en considération ? Quelles ont été les conclusions de cette
réflexion ?
– Quel est le calendrier de l'éventuelle construction d'un quai à
cet endroit ?
Réponse : Il existait jusqu'il y a peu une possibilité d'amarrer,
en toute sécurité, un bateau de plus de 20 mètres pratiquement au
droit du Cercle des Régates, en face de leur parking. Des bateaux
de randonnée ont utilisé plusieurs fois cet endroit. Il n'était cependant
pas bien sécurisé : il n'y a effectivement pas de quai, mais
bien une rive aménagée.
À cause de l'élargissement du pont de chemin de fer (des travaux
pour le RER), l'endroit ne peut déjà plus être utilisé comme
lieu d'amarrage. Afin d'anticiper ce handicap, le Port de Bruxelles
avait promis d'aménager la rampe de mise à l'eau, située face
au Cercle des Régates, en quai d'amarrage pour des bateaux de
plus de 20 mètres. Pour ce faire, il faut encore placer 2 à 3 bittes
d'amarrage sur la partie horizontale de la rampe.
Le placement des bittes est repris dans le planning des travaux
à effectuer par le Port. En principe, la rampe pourrait accueillir
des bateaux à partir de juin 2012, au plus tôt. En ce qui concerne
les plus petits bateaux, comme ceux de plaisance, l'embarcadère
que le Cercle des Régates utilise pour mettre ses propres bateaux
à l'eau est actuellement jugé suffisant.
La rive aménagée, en dehors des infrastructures reprises ci-dessus,
permet toujours des amarrages d'opportunité.
Vraag nr. 656 van de heer Vincent De Wolf d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Sanering van de verontreinigde bodems van de Haven van
Brussel.
Op 24 november jongstleden heeft de ministerraad beslist
om een bijzondere dotatie van 660.000 EUR te verlenen aan de
Gewestelijke Vennootschap van de Haven van Brussel voor de
sanering van verontreinigde bodems voor het jaar 2011.
In dat verband wens ik u de volgende vragen te stellen :
– Dekt de bijzondere dotatie alle uitgaven die in 2011 voor de
sanering van de betrokken verontreinigde bodems werden
gedaan ?
– Werden tijdens vorige begrotingsjaren gewestelijke begrotingsmiddelen
uitgetrokken voor de sanering van de bodems ?
Zullen er extra begrotingsmiddelen moeten worden uitgetrokken
in de komende begrotingsjaren ?
– Wat is de aard van de verontreiniging ? Welke middelen worden
ingezet om de bodems te saneren ?
Question n° 656 de M. Vincent De Wolf du 27 décembre 2011
(Fr.) :
Assainissement des terrains pollués du Port de Bruxelles.
En sa réunion du 24 novembre dernier, le Conseil des ministres
a décidé une dotation spéciale de 660.000 EUR en faveur de la
Société régionale du Port de Bruxelles pour l’assainissement des
terrains pollués pour l’année 2011.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Le montant ici alloué au titre d’une dotation spéciale recouvret-il
le montant total, pour l’année 2011, des dépenses liées à
l’assainissement des terrains pollués concernés ?
– La dépollution de ces mêmes terrains a-t-elle fait l’objet de
moyens budgétaires régionaux lors d’exercices précédents ?
Devront-ils faire l’objet de moyens supplémentaires lors des
exercices à venir ?
– Quelle est la nature de la pollution de ces terrains ? Quels sont
les moyens déployés en vue de leur assainissement ?

134
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– Welke activiteiten hebben geleid tot de verontreiniging van die
bodems ? Dragen de bedrijven of vennootschappen waarvan
de activiteiten eventueel tot die verontreiniging zouden hebben
geleid, bij tot de noodzakelijke middelen voor de bodemsanering
of hebben ze dat al gedaan ? Zo ja, in welke mate en
volgens welke overeenkomsten of verordeningen ?
– Heeft de Gewestelijke Vennootschap van de Haven van Brussel
een overheidsopdracht georganiseerd voor de sanering van de
betrokken bodems ? Zo ja, wat is de aard van de overheidsopdracht
? Aan welk bedrijf/welke bedrijven werd de opdracht
gegund ?
– Wat is ten slotte het tijdschema voor de saneringswerken ?
Antwoord : De antwoorden op uw vragen bevinden zich voornamelijk
in onderstaande tabel (*).
Ik geef u hierbij een aantal bijkomende verduidelijkingen :
De tabel geeft weer dat de 660.000 EUR van de middelen uit
2011 onvoldoende zullen zijn om de volledige sanering van de
vier betrokken terreinen te bekomen aangezien het nodige budget
hiervoor geschat wordt op 1.125.000 EUR. Het saldo van de zuiveringskosten
zou gedekt moeten kunnen worden door de bijkomende
middelen in 2012, waarvan het bedrag ook werd voorzien
op 660.000 EUR.
Het budget van 430.000 EUR waarvan sprake in het geval van
het voormalig terrein van IMOCO heeft enkel betrekking op het
beheer van de risico’s te wijten aan verontreiniging ontdekt op het
terrein waarvan geen verantwoordelijke kan aangeduid worden :
teer, PAK’s (polycyclische aromatische koolwaterstoffen), kwik.
De verwijdering van eenmalige verontreinigingen veroorzaakt
door de opeenvolgende exploitanten, ANPI en A-First, zal eveneens
gebeuren door de Haven van Brussel maar ten koste van de
vervuilers, volgens het principe van « de vervuiler betaalt ». In dit
geval gaat het om stookolie en witte benzine gebruikt als brandstof
bij brandproeven van deze brandscholen.
Momenteel wordt met behulp van een gerechtelijk onderzoek
bepaald hoeveel de bijdrage van de vorige exploitanten zal bedragen
bij de sanering.
De verontreiniging waarbij andere terreinen ook getroffen worden
zijn eveneens verontreinigingen gepleegd door onbekenden of
door faillietverklaarde of ontbonden bedrijven, vermeld in de tabel.
(*) (De tabel zal niet gepubliceerd worden, maar blijft ter
beschikking voor raadpleging op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
– Quelles sont les activités ayant contribué à la pollution de ces
terrains ? Les éventuelles entreprises ou sociétés dont les activités
auraient contribué à cette pollution sont-elles ou ont-elles
été contributrices des moyens nécessaires à l’assainissement
des sols ? Si oui, à quelle hauteur et selon quelles conventions
ou réglementations ?
– La Société régionale du Port de Bruxelles a-t-elle lancé un
marché public dans le cadre des opérations d’assainissement
des terrains concernés ? Si oui, quelle a été la nature de ce
marché public ? Quelles sont la ou les sociétés ayant emporté
ce marché ?
– Quel est, enfin, le calendrier d’assainissement de ces terrains
?
Réponse : Les réponses aux vos questions se trouvent pour la
plupart dans le tableau ci-joint (*).
Je vous donne quelques précisions complémentaires :
Le tableau montre que les 660.000 EUR des moyens 2011
seront insuffisants pour couvrir la dépollution complète des quatre
terrains concernés puisque le budget nécessaire pour cela est
estimé à 1.125.000 EUR. Le solde des coûts de dépollution devrait
pouvoir être couvert par les moyens supplémentaires de 2012,
dont le montant a également été prévu à 660.000 EUR.
Le budget de 430.000 EUR dont il est question dans le cas du
terrain ex-IMOCO ne concerne que la gestion des risques dus aux
pollutions orphelines découvertes sur le terrain qu’aucune responsabilité
ne peut être indiqué : goudrons, HAP (Hydrocarbures
Aromatiques Polycycliques), mercure.
L’élimination des pollutions uniques générées par les exploitants
successifs, ANPI et A-First, sera également effectuée par le
Port de Bruxelles mais aux frais des pollueurs, suivant le principe
du pollueur-payeur. Il s’agit dans ce cas de mazout de chauffage
et d’essence blanche employée comme combustible lors des essais
de feux de ces écoles du feu.
Le montant de la contribution des anciens exploitants à l’assainissement
est en cours de détermination par voie d’expertise
judiciaire.
Les pollutions affectant les autres terrains sont toutes des pollutions
orphelines car elles sont le fait de responsables inconnus ou
de sociétés faillies ou dissoutes, mentionnées dans le tableau.
(*) (Le tableau ne sera pas publié mais restera disponible pour
consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)
Vraag nr. 659 van de heer Didier Gosuin d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Deelname van de limousinesector aan het ad hoc adviescomité.
Uw bestuur is van plan het adviescomité nieuw leven in te blazen
wat de verhuurdiensten van voertuigen met chauffeur betreft.
Question n° 659 de M. Didier Gosuin du 27 décembre 2011
(Fr.) :
Participation du secteur limousine au comité consultatif ad
hoc.
Votre administration a l’intention de relancer le comité consultatif
pour ce qui concerne le service de location avec chauffeur. Ce

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
135
Deze sector bestaat hoofdzakelijk uit kleine KMO's, maar lijkt
onvoldoende georganiseerd om zijn belangen te verdedigen.
Kan de minister de balans opmaken in deze sector ? Hoeveel en
welke organisaties vertegenwoordigen de sector ?
Wat is de minister van plan te ondernemen, ingeval de sector
onvoldoende vertegenwoordigd zou worden, om te komen tot een
efficiënte en representatieve dialoog in het adviescomité ?
Begin oktober zou uw bestuur alle exploitanten bij brief een
termijn van 7 dagen hebben gegeven om mee te delen of ze wensen
dan wel in staat zijn deel te nemen aan het adviescomité.
Antwoord : Het Regionaal Comité van Advies voor de taxi's
en de verhuurde voertuigen met chauffeur is geregeld door het
Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende
de samenstelling, de werking en de opdrachten van het Comité,
gewijzigd bij het besluit van 1 september 2011.
Het wijzigingsbesluit van 1 september 2011 beoogt alle actoren
van de taxisector te verenigen, alsook bepaalde verenigingen die
de belangen van de limousinesector verdedigen.
De taxi- en limousinechauffeurs worden voortaan vertegenwoordigd
door de vakbonden. De belangen van de exploitanten
worden verdedigd door de beroepsverenigingen die uit ten minstens
50 aangesloten exploitanten bestaan. Daarnaast zijn er ook
twee afgevaardigden van de telefooncentrales.
Het staat iedere instelling vrij te vragen om deel uit te maken
van het Comité van Advies, en het Bestuur controleert of de kandidaat-leden
beantwoorden aan de criteria neergelegd in het besluit
van 16 november 1995, gewijzigd op 1 september 2011.
Daarnaast is er ook een afgevaardigde van het Sociaal Fonds
voor de taxiondernemingen en de diensten voor de verhuur van
voertuigen met chauffeur alsook een afgevaardigde van de erkende
nationale beroepsfederaties voor de taxidiensten en diensten
voor verhuur van voertuigen met chauffeur, vertegenwoordigd in
de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de KMO.
In dit comité van advies zitten er ook een afgevaardigde van
het gebruikscomité van de taxi’s van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest; een afgevaardigde van de FED.Ho.Re.CA Brussel; een
afgevaardigde van de vzw Brussels Hotel Association (BHA); een
afgevaardigde van de MIVB; één of meerdere deskundigen in het
kader van een thema voorzien op de dagorde van de vergadering.
Het comité werd dus uitgebreid tot andere leden, maar zijn
werking werd niet gewijzigd. Het gaat dus altijd om adviezen die
overgemaakt zijn aan de minister.
Het nieuw comité van advies heeft voor het eerst op 29 november
2011 plaatsgevonden in mijn aanwezigheid. Dit beoogde
onder andere de nieuwe samenstelling van het adviescomité te
officialiseren.
Zoals steeds het geval geweest is sinds de oprichting van dit
comité van advies, heeft geen afgevaardigde van de limousines
gevolg gegeven aan de oproeping.
secteur est essentiellement constitué de petites PME mais ne paraît
pas être structuré en organisation de défense et de représentation.
La ministre peut-elle faire le point dans ce secteur ? Combien
y a-t-il d’organisations représentant le secteur ? Quelles sontelles
?
Au cas où ce secteur serait insuffisamment représenté qu’est-ce
que la ministre compte entreprendre pour que le dialogue au sein
du comité consultatif soit efficace et représentatif ?
Votre administration a, semble-t-il, écrit, début octobre, à tous
les exploitants en leur donnant un délai de 7 jours pour signifier
leur intention ou leur capacité de vouloir siéger au sein du comité
consultatif.
Réponse : Le Comité consultatif régional des taxis et des
voitures de location avec chauffeur est régi par l’arrêté du GRBC
16 novembre 1995 fixant la composition, le fonctionnement et
les attributions du comité, modifié par l’arrêté du 1 er septembre
2011.
L’arrêté modificatif du 1 er septembre 2011 vise à réunir tous les
acteurs du secteur des taxis, ainsi que certaines associations qui
défendent les intérêts du secteur des limousines.
Les chauffeurs de taxi et de limousines sont désormais représentés
par les syndicats. Les intérêts des exploitants seront défendus
par les organismes professionnels comptabilisant au moins
50 exploitants affiliés. En outre, deux délégués des centraux
téléphoniques sont également inclus par cet arrêté.
Tout organisme est libre de demander à intégrer le Comité
consultatif, et l’Administration vérifie si les candidats membres
répondent aux critères fixés par l’arrêté du Gouvernement de
1995, modifié le 1 er septembre 2011.
En outre, on compte également un délégué du Fonds social des
entreprises de taxis et des services de location de voitures avec
chauffeur ainsi qu’un délégué des associations professionnelles
reconnues au niveau fédéral pour les services de taxis et les services
de location de voiture avec chauffeur, représentés dans le
Conseil supérieur des Indépendants et des PME.
Sont également inclus dans le comité consultatif : un délégué du
comité d'utilisateurs des taxis de la Région de Bruxelles-Capitale,
un représentant de la FED. Ho.Re.Ca Bruxelles; un représentant
de l'ASBL Brussels Hotel Association (BHA), un représentant de
la STIB, un ou plusieurs experts dans le cadre d'un thème prévu à
l'ordre du jour de la réunion.
Le comité a donc été élargi à d’autres membres mais son mode
de fonctionnement n’a pas été modifié. Il s’agit donc toujours
d’avis transmis au cabinet de Mme la ministre.
Le nouveau Comité consultatif s’est tenu pour la première
fois le 29 novembre 2011 en présence de moi-même. Celui-ci
visait notamment à officialiser la nouvelle composition du comité
consultatif.
Comme cela a toujours été le cas depuis la création du comité
consultatif, aucun représentant des limousines ne s’est présenté à
la convocation.

136
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
De sector van de limousines toont dus geen interesse voor de
discussies die binnen het comité van advies worden gevoerd.
Le secteur limousine ne manifeste donc aucun intérêt pour les
débats qui se déroulent au comité consultatif.
Vraag nr. 660 van mevr. Caroline Persoons d.d. 28 december
2011 (Fr.) :
MIVB – Departement Veiligheid en Controle.
Veiligheid op het MIVB-net komt regelmatig aan bod in de
actualiteit en bij de parlementaire werkzaamheden.
Sedert enkele jaren werkt de MIVB diverse maatregelen uit
met het oog op de veiligheid van de gebruikers en het personeel
van de MIVB. Het gaat onder meer om de uitbouw van een netwerk
van stewards, samenwerking met de politiediensten, maar
ook met verschillende verenigingen die hun nut hebben bewezen
op het vlak van preventie en veiligheid.
De MIVB werkt bijvoorbeeld al vele jaren samen met de vzw
« Carrefour des Jeunes africains ».
Op 30 mei 2011 stuurde de MIVB deze vereniging een brief die
ondertekend was door de adjunct-directeur-generaal, met uitleg
over de reorganisatie van het departement Veiligheid en Controle
(overname van verantwoordelijkheid door nieuwe adjunctdirecteur).
In die brief staat « er komt geen verandering in onze samenwerking
met u ».
Kan u mij meedelen :
1. Waaruit bestaat die « samenwerking » ? Wat verwacht de
MIVB ervan ? Hoe verloopt ze ? Op grond van welke aanvragen,
evaluatie, follow-up ?
2. Aan wie was die brief gericht ?
3. Tot enkele jaren geleden sloot de MIVB een jaarlijkse overeenkomst
met voornoemde vzw. Blijkbaar is dat niet langer
het geval, wat een gedeeltelijke verklaring zou kunnen vormen
voor het toenemend aantal gewelddaden op het MIVB-net
tijdens de laatste jaren. Bovendien doet het gebrek aan een
overeenkomst juridische vragen rijzen inzake de veiligheid als
de MIVB een beroep doet op die vzw.
Heeft de MIVB andere overeenkomsten gesloten ? Zo ja,
met welke verenigingen en welke voorwaarden ? Wordt gepland
een nieuwe overeenkomst te sluiten met de vzw « Carrefour des
Jeunes africains » ?
Antwoord : Deze brief werd in het algemeen verstuurd naar
alle huidige en potentiële partners van de MIVB op vlak van
veiligheid, in het kader van de reorganisatie van het departement
Security, teneinde de continuïteit van de dienst te verzekeren.
Question n° 660 de Mme Caroline Persoons du 28 décembre
2011 (Fr.) :
STIB – Département Sûreté et Contrôle.
La question de la sécurité sur le réseau STIB revient régulièrement
tant dans l’actualité qu’au niveau des travaux parlementaires.
Depuis quelques années, la STIB a développé des mesures pour
veiller à la sécurité des usagers et du personnel de la STIB. Ces
mesures sont diverses et visent, entre autres, la mise en place d’un
réseau de stewards, la collaboration avec les services de police
mais aussi des partenariats avec différentes associations qui ont
montré leur apport en termes de prévention et d’intervention.
Ces collaborations avec des associations, telle l’ASBL
« Carrefour des Jeunes africains » se poursuivent depuis de nombreuses
années.
En effet, le 30 mai 2011, la STIB envoyait un courrier à cette
association, courrier signé par le directeur général adjoint, pour
expliquer la réorganisation du département Sûreté et Contrôle
(reprise des responsabilités par un nouveau directeur adjoint).
Ce courrier précise « notre collaboration avec vous ne change
pas ».
L’honorable ministre peut-elle m’indiquer :
1. En quoi consiste exactement cette « collaboration » ? Qu’attend
la STIB de cette collaboration ? Comment cette collaboration
est-elle construite ? Quelles attentes ? Quelles demandes ?
Quelle évaluation ? Quel suivi ?
2. À qui ce courrier a-t-il été envoyé ?
3. Jusqu’il y a quelques années, la STIB passait une convention
annuelle avec l’ASBL « Carrefour des Jeunes africains ». Il
semble que ce ne soit plus le cas, ce qui peut, peut-être, en partie
expliquer l’augmentation des faits de violence sur le réseau
STIB, ces dernières années. De plus, le fait qu’il n’y ait plus de
convention pose des questions juridiques de sécurité lors des
interventions pour lesquelles l’ASBL est appelée par la STIB.
La STIB a-t-elle conclu d’autres conventions ? Si oui, avec
quelles associations et à quelles conditions ? La conclusion d’une
nouvelle convention est-elle prévue avec l’ASBL « Carrefour des
Jeunes africains » ?
Réponse : Ce courrier a été envoyé de manière générale à tous
les partenaires actuels et potentiels de la STIB en matière de sécurité
dans le cadre de la réorganisation du département Security afin
d’assurer la continuité du service.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
137
De vzw Carrefour Jeunes africains staat op de lijst van
gekwalificeerde leveranciers op vlak van preventieprojecten. In
dat verband maakte ze deel uit van de potentiële partners van de
MIVB op dat vlak.
De projecten die de MIVB heeft in samenwerking met het
verenigingsleven en lokale actoren worden ingevoerd op basis
van een offerte-aanvraag. De gekwalificeerde organisaties worden
gecontacteerd op basis van hun vakgebied en hun actieterrein.
Er is momenteel geen samenwerking tussen de MIVB en de
vzw Carrefour Jeunes africains. Bijgevolg wordt hun ook geen
enkele tussenkomst gevraagd.
Deze vzw is trouwens op de hoogte van deze situatie.
L’ASBL Carrefour Jeunes africains figure sur la liste de fournisseurs
qualifiés en matière de projet de prévention. À ce titre,
elle fait partie des partenaires potentiels de la STIB en la matière.
Les projets menés par la STIB en collaboration avec le secteur
associatif et des acteurs locaux sont mis en place sur base d’un
appel d’offres. Les organismes qualifiés sont contactés en fonction
de leur domaine de compétence et de leur champ d’action.
Il n’y a pas actuellement de collaboration en cours entre la
STIB et cette l’ASBL Carrefour Jeunes africains. En conséquence
aucune intervention ne leur est demandée.
Cette ASBL est d’ailleurs au courant de cette situation.
Vraag nr. 673 van mevr. Anne-Charlotte d'Ursel d.d. 19 ja nuari
2012 (Fr.) :
Het protocol voor de behandeling van de afgedankte voertuigen
van de MIVB.
Op dit ogenblik keurt het Parlement een reeks milieuovereenkomsten
goed. Graag stelde ik enkele vragen over de manier
waarop de MIVB een problematiek beheert die in voormelde
overeenkomsten aan bod komt, te weten de problematiek van de
afgedankte voertuigen.
Het toepassingsgebied van de milieuovereenkomst betreffende
de afgedankte voertuigen sluit de voertuigen voor openbaar
vervoer uit, aangezien artikel 3 van de overeenkomst bepaalt dat
het begrip voertuig, zoals dat gebruikt wordt in huidige overeenkomst,
alleen slaat op voertuigen die behoren tot categorie M1 of
N1 en die beschreven zijn in richtlijn 70/156/EG van 6 februari
1970 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van
de lidstaten betreffende de goedkeuring van motorvoertuigen en
aanhangwagens daarvan.
Het rollend materieel van de MIVB valt evenwel niet in
categorie M1 of N1 zoals vastgesteld in de rangschikking van
de internationale categorieën van motorvoertuigen opgenomen
in bijlage 1 van richtlijn 70/156/EG. De autobussen vallen onder
categorie M3 en de tramstellen en de metrostellen vallen niet
binnen het toepassingsgebied van de richtlijn, aangezien artikel 1
ervan de voertuigen die zich op rails verplaatsen specifiek uitsluit.
Het toepassingsgebied van de overeenkomst is gebaseerd op richtlijn
2000/53/EEG en bijgevolg op die uitsluiting.
De voertuigen die het rollend materieel vormen van de MIVB
vallen dus niet onder de milieuovereenkomst betreffende de afgedankte
voertuigen van 2011 (noch onder die van 2008). De vraag
rijst dus op welke regelgevende basis de diensten van de MIVB
zich baseren voor de procedures betreffende de behandeling van
de afgedankte voertuigen van die maatschappij.
In considerans 4 van de richtlijn 2002/64/EG van 26 oktober
2005 betreffende de typegoedkeuring van motorvoertuigen inzake
herbruikbaarheid, recycleerbaarheid en mogelijke nuttige toepassing,
en tot wijziging van de richtlijn 70/156/EG van de Raad staat
dat de regeling voor de terugname, waarin voorzien in de richtlijn,
in een nabije toekomst zou worden uitgebreid tot alle categorieën
Question n° 673 de Mme Anne-Charlotte d'Ursel du 19 janvier
2012 (Fr.) :
Le protocole de traitement des véhicules hors d'usage de la
STIB.
À l’heure où vient d’être votée l’adoption d’une série de
conventions environnementales par le Parlement, je souhaiterais
vous interroger sur la façon dont la STIB gère un domaine qui a
fait l’objet d’une de ces conventions, en l’occurrence la problématique
des véhicules hors d’usage.
Le champ d’application de la convention environnementale
relative aux véhicules hors d’usage exclut de son champ d’application
les véhicules de transports en commun puisque l’article 3
de la convention précise que le terme véhicule tel qu’utilisé dans la
présente convention désigne les véhicules appartenant à la catégorie
M1 ou N1 et décrits dans la directive 70/156/CEE du 6 février
1970 sur d’adaptation réciproque des législations en vigueur dans
les différents États membres en matière d’homologation des véhicules
à moteur et de leur attelage.
Hors, le matériel roulant de la STIB ne rentre pas dans les
catégories M1 ou N1 telles que spécifiées dans la classification des
catégories internationales des véhicules figurant à l’annexe 1 de la
directive 70/156/CEE spécifiée. Les autobus relevant de la catégorie
M3, et les trams et métros sont exclus du champ d’application
de la Directive puisque l’article 1 de celle-ci mentionne l’exclusion
spécifique des véhicules se déplaçant sur les rails. Précisons
d’emblée que la directive 2000/53/CE a bien sûr inspiré le champ
d’application de la Convention, et par là même cette exclusion.
Si le champ des véhicules composant le matériel roulant de la
STIB n’est pas couvert par la convention environnementale VHU
de 2011 (tout comme celle de 2008), la question est de savoir
quelle est la base réglementaire utilisée par les services de la
STIB pour assurer des protocoles de traitement de ses véhicules
hors d’usage.
Le considérant 4 de la directive 2005/64/CE du 26 octobre
2005 concernant la réception par type des véhicules à moteur au
regard des possibilités de leur réutilisation, de leur recyclage et
de leur valorisation, et modifiant la directive 70/156/CEE mentionnait
que le système de réception tel que prévu par la Directive
serait étendu dans un proche avenir à toutes les catégories de

138
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
van voertuigen. Dat hoofdstuk is evenwel dode letter gebleven
en er bestaat op dit ogenblik geen enkele specifieke Europese
regelgeving in verband met de procedures voor de behandeling
van afgedankte voertuigen die niet ressorteren onder de richtlijn
betreffende de afgedankte voertuigen (in casu de bussen, trams,
treinen, …) en de Europese en nationale studies die voormelde
kwestie onder de loep nemen worden geconfronteerd met grote
problemen wegens het gebrek aan een echt kader en aan protocollen
inzake informatie en traceerbaarheid.
Op gewestelijk vlak bestaat er, naast de overeenkomst betreffende
de afgedankte voertuigen die niet van toepassing is op dit
geval, geen enkel regelgevend instrument. De problematiek wordt
dus beheerd door de MIVB. In dat verband had ik graag geweten
hoe de zaken precies liggen want, los van artikel 60 van de
beheersovereenkomst dat bepaalt dat de MIVB bijdraagt tot de
grote milieudoelstellingen van het Gewest, waaronder de doelstelling
om het afvalvolume te verminderen, vindt men nergens een
spoor van beleid van de MIVB op dat vlak; de verslagen betreffende
het rollend materieel gaan systematisch enkel en alleen over
het aankoop- en onderhoudsbeleid.
Graag ontving ik dan ook een antwoord op de volgende vragen
:
– Welke procedures zijn er voor de behandeling van de afgedankte
voertuigen van de MIVB ?
– Op welke regelgevende basis zijn die precies gebaseerd ?
– Welke methodes, normen en nationale of internationale databanken
worden er gebruikt wat betreft de traceerbaarheid van
de afgedankte voertuigen van de MIVB en hun gevaarlijkste
onderdelen die specifieke industriële recyclagedeskundigheid
vereisen ?
– Bestaat er een jaarverslag met de resultaten van het beleid van
de MIVB inzake afgedankte voertuigen ?
– Werkt de MIVB samen met het BIM of de FOD Mobiliteit en
Vervoer wat die problematiek betreft ?
– Heeft de MIVB overeenkomsten gesloten met de verschillende
Belgische of Europese sectorale federaties die gespecialiseerd
zijn in de behandeling van afgedankte voertuigen en de behandeling
van afgedankte voertuigen van het openbaar vervoer ?
Zo ja, welke overeenkomsten betreft het dan ?
Antwoord : Wat betreft de protocollen voor de verwerking
van afgedankte voertuigen van de MIVB, worden de afgedankte
voertuigen (trams, bussen, en dienstvoertuigen) overgebracht
naar een centrum voor vernietiging en recycling en dit, wanneer
alle herbruikbare onderdelen (elektronisch materieel, bougies …)
eruit werden gehaald en wanneer alle gevaarlijke stoffen werden
verwijderd (gebruikte olie, …). Dit centrum voor vernietiging en
recycling van afgedankte voertuigen, geregistreerd in het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest, is bevoegd om een vernietigingscertificaat
(type C) af te leveren. Dit centrum is een erkend expert voor de
verwerking van afgedankte trams en bussen.
Ter informatie : de meeste dienstvoertuigen zijn in leasing en
de banden die niet worden gerecupereerd door de leverancier gaan
naar het filiaal « Recytyre ».
véhicules. Dans les faits le chapitre n’a pas évolué et il n’existe
actuellement aucune réglementation européenne spécifiquement
consacrée aux protocoles de traitement de véhicules hors d’usage
non couverts par la Directive VHU (en l’occurrence les autobus,
trams, trains, etc.) et les études européennes et nationales qui traitent
de ce sujet se trouvent face à de grandes difficultés compte
tenu de l’absence de véritable cadre et de protocoles d’informations
et de traçabilité.
Au niveau régional, à côté de la Convention VHU inapplicable
à ce cas-ci, il n’existe pas d’autres instruments réglementaires.
De facto, cette question est gérée par la STIB. Sur ce point, je
souhaiterais connaître ce qu’il en est précisément car, mis à part
l’article 60 du contrat de gestion qui mentionne que la STIB
contribue aux grands objectifs environnementaux de la Région
parmi lesquels réduire le volume des déchets, on ne trouve de trace
nulle part de la politique de la STIB en la matière, les rapports
relatifs au matériel roulant traitant systématiquement de la seule
politique d’acquisition et d’entretien.
Mes questions sont les suivantes :
– Quels sont les protocoles de traitement des véhicules hors
d’usage de la STIB ?
– Sur quelles bases réglementaires resposent-ils précisément ?
– Quelles sont les méthodologies, les normes et bases de données
nationales ou internationales utilisées pour traiter la traçabilité
des véhicules hors d’usage de la STIB et de leur composants les
plus dangereux nécessitant une expertise de recyclage industrielle
encadrée ?
– Existe-t-il un rapport annuel détaillant les résultats de la politique
de la STIB en matière de VHU ?
– La STIB travaille-t-elle en collaboration avec l’IBGE ou le SPF
Mobilité et Transports sur cette question ?
– La STIB a-t-elle des conventions avec les différentes fédérations
sectorielles belges ou européennes composant le circuit
de traitement des VHU spécialisées dans le démantèlement
et le traitement des VHU de transports en commun ? Si oui,
quelles sont ces conventions ?
Réponse : Concernant les protocoles de traitement des véhicules
hors d’usage de la STIB, les véhicules (trams, bus et véhicules
de service) hors d’usage sont transportés vers un centre de
destruction et de recyclage et ce, lorsque toutes les pièces pouvant
être réutilisées (matériel électronique, boggies …) ont été retirées
et lorsque toutes les substances dangereuses ont été vidées (huile
usagée …). Ce centre de destruction et de recyclage de véhicules
hors d'usage, enregistré en Région de Bruxelles-Capitale, est
habilité à délivrer un certificat de destruction (type C). Ce centre
est un expert reconnu pour le traitement des trams et des bus hors
d’usage.
Pour votre complément d’information, la plupart des véhicules
de service sont en leasing et les pneus non repris par le fournisseur
suivent la filière « Recytyre ».

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
139
Er bestaat geen reglementaire basis.
De gevaarlijke stoffen worden verwijderd door het gekwalificeerd
personeel van de MIVB en komen terecht in de vervoersketen
gevaarlijke afvalstoffen van de MIVB. Het ophalen gebeurt via
een erkende collector voor gevaarlijke afvalstoffen in het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest.
Er bestaat geen jaarlijks verslag waarin de resultaten van het
MIVB-beleid inzake de afgedankte voertuigen uitgebreid worden
weergegeven.
De MIVB werkt niet samen met het BIM of de FOD Mobiliteit
en Vervoer wat betreft deze vraag.
Tot slot zijn er geen overeenkomsten met de verschillende
federaties.
Aucune base réglementaire n’est en vigueur.
Les substances dangereuses sont retirées par le personnel qualifié
de la STIB et entrent dans le circuit des déchets dangereux de
la STIB. La collecte se fait via un collecteur de déchets dangereux
agréé en Région Bruxelles-Capitale.
Il n’existe pas de rapport annuel détaillant les résultats de la
politique de la STIB en matière de VHU.
La STIB ne travaille pas en collaboration avec l’IBGE ou le
SPF mobilité et transport sur cette question.
Enfin, il n’a pas de conventions avec les différentes fédérations.
Minister belast met Tewerkstelling,
Economie, Buitenlandse Handel en
Wetenschappelijk Onderzoek
Vraag nr. 566 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 oktober
2011 (Fr.) :
Ministeriële delegatie in Azië in oktober 2011.
Wat was de samenstelling van uw delegatie tijdens de economische
missie in Azië in oktober 2011 en wat is de algemene kost
voor die reis ? Graag een opsplitsing van de uitgaven volgens
kabinet, Export Brussel, BAO en andere overheidsorganen.
Antwoord : Gelieve de schriftelijke vraag nr. 559 van de heer
Serge Patoul te raadplegen, die op 14 december bij het Parlement
werd ingediend.
Ministre chargé de l'Emploi,
de l'Économie, du Commerce extérieur et
de la Recherche scientifique
Question n° 566 de Mme Françoise Schepmans du 28 octobre
2011 (Fr.) :
La délégation ministérielle en mission en Asie au mois d'octobre
2011.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais obtenir la
composition de votre délégation lors de la mission économique
menée en Asie en ce mois d’octobre 2011, ainsi que le coût global
de ce séjour. Pourriez-vous ventiler les dépenses selon qu’elles ont
été prises en charge par votre cabinet, Bruxelles Export, l'ABE ou
tout autre organisme public ?
Réponse : Je vous prie de vous référer à la question écrite
n° 559 de M. Serge Patoul, transmise au Parlement le 14 décembre.
Vraag nr. 580 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
De bestrijding van voedselverspilling.
In het kader van een Europees partnership voert het BIM thans
een actie ter bestrijding van de voedselverspilling die vaak wordt
vastgesteld in de kantines van kinderdagverblijven, scholen of
bedrijven.
Kan u me zeggen of soortgelijke acties thans plaatsvinden in de
kantines van de overheden die onder uw toezicht ressorteren ?
Question n° 580 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
La lutte contre le gaspillage alimentaire.
Dans le cadre d’un partenariat européen, l'IBG mène actuellement
une opération visant à réduire le gaspillage alimentaire
que l’on constate fréquemment dans les cantines des crèches, des
écoles ou encore dans les entreprises.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais savoir si
des démarches similaires sont actuellement menées dans les cantines
des opérateurs publics qui relèvent de votre tutelle.

140
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Antwoord : Actiris
Réponse : Actiris
Actiris is zich ervan bewust dat het volume voedselafval teruggedrongen
moet worden.
Het restaurantteam maakt trouwens deel uit van het GreenCookproject,
dat de Leefmilieu Brussel samen met het BioForum leidt.
Het project beoogt minder voedselverspilling op dagelijkse basis.
Om dit te bereiken hebben we enkele acties op touw gezet :
– In samenwerking met de Leefmilieu Brussel nemen we deel
aan de Europese week van de Afvalvermindering. In het kader
van deze week worden in het restaurant onze campagnes
omtrent afvalvermindering in de kijker gezet.
– Gans deze week en de volgende week maken we onze klanten
bewust van het fenomeen voedselverspilling. We vragen hen
om de verschillende soorten voedselafval die op hun bord
achterblijven te wegen, namelijk soep, vlees, zetmeelhoudende
producten en groenten. Zo kunnen we na afloop het percentage
verspilling per productgroep berekenen en hier de nodige acties
ter verbetering aan koppelen.
– De saladbar in de selfservice wordt per gewicht betaald. Dit
spoort de klant aan om niet méér op zijn bord te scheppen dan
hij zal eten.
– Onze kok en zijn ploeg letten er zeer op om producten die nog
gebruikt kunnen worden in de verschillende recepten te recupereren,
steeds met naleving van de regels voor voedselhygiëne.
– De verantwoordelijke van het departement en de keukenchef
volgen hieromtrent opleidingen die het BioForum en de
Leefmilieu Brussel in het kader van het GreenCook-project
organiseren.
Innoviris
Het domein van Latour de Freins, beheerd door de vzw
Research in Brussels (RIB), biedt een restauratiedienst aan voor
twee verenigingen (EIIL en RIB), Innoviris en twee KMO's
(Ovizio en Euromedim), wat neerkomt op 25 couverts per dag
(buiten evenementen).
Verschillende maatregelen werden nu al weer bijna twee jaar
geleden ingevoerd om voedselverspilling vanuit ethische en economische
bekommernis tegen te gaan.
– Invoering van een beleid van reservering van maaltijden :
- Het menu wordt de week ervoor opgesteld en verzonden, de
mensen die in de kantine wensen te eten, moeten verplicht
reserveren. Het exacte aantal gereserveerde maaltijden
wordt dan bereid.
- Zonder reservatie kunnen de mensen enkel bestellen wat er
beschikbaar is (te laat geannuleerde reservatie, sandwich of
soep).
- Sandwiches en salades worden op vraag bereid.
Actiris est sensibilisé à la réduction du volume des déchets
alimentaires.
L’équipe du restaurant fait ainsi partie du projet « Greencook »
mené par Bruxelles environnement en collaboration avec le
Bioforum. L’objectif visé est la diminution du gaspillage alimentaire
au quotidien.
Pour ce faire, voici nos actions :
– Nous participons à la Semaine européenne de la réduction des
déchets en collaboration avec Bruxelles Environnement. À
cette occasion l’espace restaurant est devenu le lieu d’exposition
des campagnes de réduction des déchets.
– Tout au long de cette semaine et la semaine suivante, nous
conscientisons nos clients sur le phénomène du gaspillage
alimentaire. Ils sont invités à contribuer à la pesée de leur
« retour sur assiette », répartie par catégories d’aliments :
potage, viande, féculents et légumes. À l’issue de cette action,
nous pourrons ainsi calculer le pourcentage de gaspillage par
produits, et entamer ainsi les actions correctives, si nécessaire.
– Le salad’bar est en self service et se paie au poids, ce qui incite
le client à ne se servir que la quantité qu’il va manger.
– Notre chef et son équipe sont très attentifs à la récupération
de produits réutilisables dans des recettes différentes, toujours
dans le respect des règles d’hygiène alimentaire.
– Notre responsable du département et le chef de cuisine se rendent
aux formations sur le sujet, données par le Bioforum et
Bruxelles Environnement, dans le cadre du projet Greencook.
Innoviris
Le domaine de Latour de Freins, géré par l'ASBL Research
in Brussels (RIB), propose un service de restauration pour deux
associations (EIIL et RIB), INNOVIRIS et deux PME (Ovizio
et Euromedim), soit environ 25 couverts par jour (hors évènements).
Plusieurs mesures ont été mises en place depuis bientôt deux
ans pour réduire le gaspillage alimentaire, tant par souci éthique
qu’économique.
– Mise en place d’une politique de réservation des plats :
- Le menu est établi et envoyé la semaine précédente, les
personnes souhaitant manger à la cantine doivent obligatoirement
réserver. C’est le nombre exact de repas réservés qui
sera préparé.
- Sans réservation, les personnes peuvent uniquement commander
ce qui est disponible (réservation annulée trop tard,
sandwich ou soupe).
- Les sandwiches et salades sont faits à la demande.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
141
– Verbinding tussen de traiteurdienst voor de evenementen en de
kantine :
- In de mate van het mogelijke wordt er verbinding gemaakt
tussen de gebruikte voedingsmiddelen voor de catering van
evenementen en de kantine, om de aanzienlijke verspilling
met betrekking tot buffetten bijvoorbeeld te beperken.
– Investering in een professionele diepvriezer:
- RIB heeft in een professionele diepvriezer geïnvesteerd.
Hierdoor kunnen voedingsmiddelen efficiënter bewaard
worden.
Al deze maatregelen blijven uiteraard onderworpen aan de
hygiëne- en veiligheidsvoorschriften die van kracht zijn.
De andere instellingen waarvoor ik bevoegd ben, houden geen
bedrijfkantines open.
– Liens entre le service traiteur pour les événements et la cantine
:
- Dans la mesure du possible, un lien est fait entre les aliments
utilisés pour le catering des événements et la cantine,
ceci afin de limiter les pertes importantes liées aux buffets
par exemple.
– Investissement dans un surgélateur professionnel :
- RIB a investi dans un surgélateur professionnel. Ceci permet
une gestion beaucoup plus efficace des denrées.
Toutes ces mesures restent bien entendu conditionnées aux
règles d’hygiène et de sécurité en vigueur.
En ce qui concerne les autres institutions dont j'ai la tutelle,
celles-ci ne gèrent pas de cantines d'entreprises.
Vraag nr. 583 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Gebruik van tankkaarten door Brussels Export.
Beschikken sommige personeelsleden van Brussels Export
over tankkaarten ? Zo ja, om hoeveel personen gaat het, hoeveel
kaarten zijn er aan hen toegewezen en welke middelen zijn daartoe
uitgetrokken op de begrotingen 2009 en 2010 ?
Antwoord : Op dit moment heeft Brussel Invest & Export nog
een « euro Shell card » die tot in juni 2012 geldig is.
Question n° 583 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
L'usage de cartes essence au sein de Bruxelles Export.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais savoir si
certains membres du personnel de Bruxelles Export bénéficient de
cartes essence. Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer le
nombre de bénéficiaires, le nombre de cartes y afférentes ainsi que
les volumes budgétaires concernés en 2009 et en 2010 ?
Réponse : En ce moment Bruxelles Invest&Export a encore
une « euro Shell card » qui est valable jusqu’en juin 2012.
Vraag nr. 585 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Gebruik van tankkaarten door Actiris.
Beschikken sommige personeelsleden van Actiris over tankkaarten
? Zo ja, om hoeveel personen gaat het, hoeveel kaarten
zijn er aan hen toegewezen en welke middelen zijn daartoe uitgetrokken
op de begrotingen 2009 en 2010 ?
Antwoord : 2 benzinekaarten zijn ter beschikking van de directeur-generaal
en de adjunct-directeur-generaal van Actiris.
De benzinekaart van de directeur-generaal wordt echter niet
meer gebruikt, aangezien een elektrische dienstwagen ter beschikking
staat voor de directeur-generaal.
De gecumuleerde jaarlijkse uitgave van de 2 kaarten bedroeg
ongeveer 2.200 EUR.
Question n° 585 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
L'usage des cartes essence au sein de l'opérateur Actiris.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais savoir si
certains membres du personnel de l’opérateur Actiris bénéficient
de cartes essence. Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer
le nombre de bénéficiaires, le nombre de cartes y afférentes ainsi
que les volumes budgétaires concernés en 2009 et en 2010 ?
Réponse : 2 cartes d’essence sont à disposition pour les voitures
de service du directeur général et du directeur général adjoint
d’Actiris.
Toutefois, la carte d’essence du directeur général est devenue
inopérante, Actiris ayant acquis une voiture de service électrique.
La dépense annuelle cumulée des 2 cartes était de 2.200 EUR
environ.

142
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 586 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Gebruik van tankkaarten door het IWOIB.
Beschikken sommige personeelsleden van het IWOIB over
tankkaarten ? Zo ja, om hoeveel personen gaat het, hoeveel kaarten
zijn er aan hen toegewezen en welke middelen zijn daartoe
uitgetrokken op de begrotingen 2009 en 2010 ?
Antwoord : Innoviris beschikt noch over een autovloot noch
over tankkaarten.
Question n° 586 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
L'usage de cartes essence au sein de l'IRSIB.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais savoir si
certains membres du personnel de l'IRSIB bénéficient de cartes
essence. Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer le nombre
de bénéficiaires, le nombre de cartes y afférentes ainsi que les
volumes budgétaires concernés en 2009 et en 2010 ?
Réponse : Innoviris ne dispose ni de flotte automobile ni de
carte essence.
Vraag nr. 588 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Gevolgen van de toestand in Libië voor de Brusselse buitenlandse
handel.
Gelet op de politieke verwikkelingen van de jongste maanden
in Libië, zou ik willen weten of u kennis hebt van de gevolgen
van die toestand voor de Brusselse buitenlandse handel. Welke
uitwisselingen hebben wij vandaag nog met dat land, wat zijn de
sleutelsectoren en wat is het gevolg van de oorlog voor de handelsactiviteiten
met ons Gewest ?
Antwoord : De handelsstromen naar Libië werden tijdens de
oorlog vrijwel volledig onderbroken. Het land is op dit ogenblik
begonnen met de heropbouw na een dictatuur van tientallen jaren
en een maandenlange oorlog.
In het verleden waren het vooral consultanten, ingenieursbureaus,
bouwfirma’s, architecten en handelaars in voedingswaren
die aanwezig waren op de trouwens sterk gesloten Libische
markt.
Voor de oorlog hadden 138 Brusselse bedrijven uit de gegevensbank
van de Brusselse exporteurs aangegeven minstens eenmaal
naar Libië te hebben uitgevoerd.
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is in Libië vertegenwoordigd
door een tri-regionaal handelsbureau gevestigd binnen de
ambassade van België, onder leiding van een lokale medewerker
van Flanders Investment and Trade. Het bureau is tijdens
de oorlog gesloten. Het zal binnenkort heropend worden, nu de
Belgische ambassade terug open is.
Gezien de enorme behoeften met betrekking tot de wederopbouw,
de ontwikkeling van een vrije markteconomie en de olie- en
gasrijkdom, is het land potentieel een koopkrachtige klant voor
bedrijven uit de hoger vermelde sectoren.
Question n° 588 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
L'impact de la situation en Libye sur le commerce extérieur
bruxellois.
Eu égard aux événements politiques qui se sont déroulés
ces derniers mois en Libye, je souhaiterais savoir si vous avez
connaissance d’un impact de cette situation sur le commerce
extérieur bruxellois. Concrètement, que représentent nos échanges
actuels avec ce pays, quels sont les secteurs clés et quelle a été la
conséquence de la guerre sur les activités commerciales en lien
avec notre Région ?
Réponse : Les échanges commerciaux avec la Libye ont été
pratiquement entièrement interrompus. Après une dictature de plusieurs
dizaines d’années et une guerre qui a duré plusieurs mois, le
pays a actuellement entamé la reconstruction.
Auparavant, c’étaient surtout des consultants, les bureaux
d’ingénieurs, les entreprises de construction, les architectes et
les négociants de produits alimentaires qui étaient présents sur le
marché libyen, par ailleurs fortement fermé.
Avant la guerre, 138 entreprises bruxelloises reprises dans la
base de données avaient déclaré avoir exporté au moins une fois
vers la Libye.
La Région de Bruxelles-Capitale est représentée en Libye par
un bureau commercial trirégional, sis au sein de l’ambassade belge,
sous la direction d’un collaborateur local de Flanders Investment
and Trade. Le bureau a été fermé pendant la guerre. Il sera rouvert
sous peu, depuis la réouverture de l’ambassade belge.
Vu les énormes besoins de la reconstruction, la mise sur pied
d’une économie de marché libre et la richesse en gisements de
pétrole et de gaz, le pays peut être d'un grand intérêt pour les
entreprises bruxelloises relevant de ces secteurs.
Vraag nr. 589 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Gevolgen van de overstromingen in Thailand voor de
Brusselse buitenlandse handel.
Gelet op de grote overstromingen in Thailand van de jongste
weken, zou ik willen weten of u kennis hebt van de gevolgen
Question n° 589 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
L'impact des inondations en Thaïlande sur le commerce
extérieur bruxellois.
Eu égard aux inondations importantes qui ont eu lieu ces
dernières semaines en Thaïlande, je souhaiterais savoir si vous

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
143
van die toestand voor de Brusselse buitenlandse handel. Welke
uitwisselingen hebben wij vandaag nog met dat land, wat zijn de
sleutelsectoren en wat is het gevolg van de oorlog voor de handelsactiviteiten
met ons Gewest ?
Antwoord : De Brusselse export naar Thailand vertegenwoordigde
in 2010 1.860.900 EUR of 0,3 % van de Belgische
goederenexport naar dat land. Het gaat vooral om chocolade en
materiaal voor de fotografie- en bioscoopsector.
Thailand is de 72 ste klant van het Brussels Gewest.
Gedurende de 8 eerste maanden van 2011 heeft het Brussels
Gewest een exportcijfer gerealiseerd dat vergelijkbaar is met die
van het hele jaar 2009 en dat iets onder dat van 2010 lag.
Goederenexport (BNB)
2011 (8 maanden) : 1.510.300 EUR
2010 : 1.860.900 EUR
2009 : 1.577.200 EUR
Wegens het lage niveau van de goederenexport is het moeilijk
om conclusies te trekken uit de cijfers, want de potentiële invloed
op het totaal van een specifieke bestelling van een afzonderlijke
firma kan niet worden uitgesloten.
De jaarlijkse statistieken van 2011 zijn nog niet beschikbaar
en het is ook onmogelijk om de impact van de overstromingen
in te schatten. Daarvoor moeten we wachten op de publicatie van
recentere cijfers.
avez connaissance d’un impact de cette situation sur le commerce
extérieur bruxellois. Concrètement, que représentent nos échanges
actuels avec ce pays, quels sont les secteurs clés et quelle a été la
conséquence des inondations sur les activités commerciales en
lien avec notre Région ?
Réponse : Les exportations bruxelloises vers la Thaïlande
représentaient en 2010 1.860.900 EUR ou 0,3 % des exportations
belges de marchandises vers ce pays. Il s’agit notamment de chocolats
et de matériel pour le secteur de la photographie et de la
cinématographie.
La Thaïlande est le 72 e client de la Région bruxelloise.
Pendant les 8 premiers mois de 2011, la Région bruxelloise a
réalisé un chiffre à l’export comparable à celui de toute l’année
2009 et qui était légèrement inférieur à celui de 2010.
Exportations de biens (BNB)
2011 (8 mois) : 1.510.300 EUR
2010 : 1.860.900 EUR
2009 : 1.577.200 EUR
Vu le niveau peu élevé de nos exportations de marchandises,
il est difficile de tirer des conclusions des chiffres, car l’influence
potentielle sur le total d’une commande précise d’une société
individuelle ne peut être exclue.
Les statistiques annuelles de 2011 ne sont pas encore disponibles,
aussi est-il impossible d'évaluer l'impact des inondations.
Pour ce faire, il faudra attendre la publication de chiffres plus
récents.
Vraag nr. 590 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Vestiging van de firma China Asia United Group in België.
In de pers is gemeld dat de firma China Asia United Group zich
in België gaat vestigen, meer bepaald in het Brussels Gewest. Dat
werd aangekondigd in het kader van uw bezoek aan China. Kan u
me zeggen of u al een idee heeft over het aantal jobs dat tot stand
kan komen ? Hebben al contacten met Actiris plaatsgevonden om
de aanwerving van geschoold personeel te bevorderen ?
Antwoord : Tijdens de recente Prinselijke Missie naar China
heeft het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en meer in het bijzonder
Brussel Invest & Export een Memorandum of Understanding met
China Asia United Group ondertekend. Die overeenkomst is het
resultaat van een werk van lange adem dat de cel buitenlandse
investeringen van Brussel Invest & Export al sinds enkele jaren
uitvoert in China.
Volgens die overeenkomst gaat dit bedrijf, gespecialiseerd in
de productie van zeeproducten en dat 20 % van de Chinese markt
inneemt, kunnen genieten van logistieke en administratieve steun
Question n° 590 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
L'installation de la société China Asia United Group en
Belgique.
La presse a rapporté l'information selon laquelle la société
China Asia United Group s’installera en Belgique et, plus particulièrement,
en Région bruxelloise. Cette annonce a eu lieu dans
le cadre de votre mission en Chine. Afin de compléter mon information,
je souhaiterais savoir si vous avez déjà une estimation du
nombre d’emplois qui pourraient être créés. Des contacts ont-ils
déjà eu lieu avec Actiris pour favoriser l’embauche de personnel
qualifié ?
Réponse : Lors de la récente Mission princière en Chine, la
Région de Bruxelles-Capitale, et plus particulièrement Bruxelles
Invest & Export, a signé un Memorandum of Understanding avec
China Asia United Group. Cet accord est le fruit d’un travail de
long terme que la cellule investissements étrangers de Bruxelles
Invest & export mène en Chine depuis quelques années déjà.
Selon cet accord, cette entreprise spécialisée en production de
produits de la mer et qui occupe 20 % du marché chinois va pouvoir
bénéficier de l'appui logistique et administratif des pouvoirs

144
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
van de Brusselse overheid voor de vestiging van een handelsfiliaal
voor de distributie van zijn producten op de Europese markt.
Feitelijk zal het bedrijf zijn intrek nemen in het innovatiecentrum
Tweebeek die ter beschikking staat van buitenlandse
investeerders die zich in ons gewest willen vestigen. Het bedrijf
zal eveneens kunnen genieten van de ondersteuning van Brussel
Invest & Export. Die ondersteuning bestaat uit wettelijke, juridische
en fiscale hulp en ook hulp betreffende de wetgeving op het
vlak van arbeidskaarten.
Over het algemeen, wanneer een buitenlands bedrijf zich in het
Brussels Gewest vestigt maakt het eerst gebruik van personeel dat
afkomstig is uit het moederbedrijf om de structuur op te zetten.
Vervolgens doet het meestal een beroep op plaatselijke werknemers
om zich gemakkelijker in het sociaaleconomische weefsel
te integreren.
In dit stadium kan men niet uitweiden over de strategie van
dit bedrijf op het vlak van Human resources. Niettemin zal het
bedrijf, eens het zich in het Gewest heeft gevestigd, zoals elk
ander Brussels bedrijf, een beroep kunnen doen op de diensten
van Actiris voor de uitbreiding van zijn plaatselijke personeel. En
overeenkomstig het beleid dat mij toebehoort, zal ik erop toezien
dat China Asia United Group van deze diensten van Actiris geniet.
Actiris is in het bijzonder belast met het kenbaar maken van zijn
rekruteringsdiensten bij de onderneming tijdens haar incubatieperiode
om haar bevoorrechte partner te worden wanneer ze tot
uitbreiding beslist.
publics bruxellois pour l’implantation d’une filiale commerciale
destinée à distribuer ses produits sur le marché européen.
Dans les faits, l’entreprise va occuper l’incubateur de Tweebeek
qui est mis à la disposition des investisseurs étrangers désirant
s’installer dans notre Région. Elle bénéficiera également du support
offert par Bruxelles Invest & Export. Ce support se traduit par
de l’aide en matière légale, fiscale et juridique ainsi qu’au niveau
de la législation en matière de permis de travail.
De manière générale, quand une entreprise étrangère s’installe
en Région bruxelloise, elle utilise, dans un premier temps, du
personnel venant de la maison mère afin de mettre en place la
structure. Par la suite, elle fait généralement appel à de la maind’œuvre
locale afin de s’intégrer plus facilement dans le tissu
socio-économique.
À ce stade il est difficile de prévoir la stratégie en matière de
ressources humaines de cette entreprise. Néanmoins, l’entreprise
une fois installée dans la Région pourra, comme toute autre entreprise
bruxelloise, faire appel aux services d'Actiris lorsqu’elle
cherchera à accroître son personnel local. Et conformément à la
politique qui est la mienne, je reste attentif à ce que China Asia
United Group bénéficie desdits services d'Actiris. En particulier,
Actiris est chargé de faire connaître ses services de recrutement
auprès de l'entreprise durant sa période d'incubation afin d'être son
partenaire privilégié lorsqu'elle décide de s'étendre.
Vraag nr. 603 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Promotie van fietsgebruik bij Actiris.
De Brusselse Regering bevordert al verscheidene jaren zachte
mobiliteit via verscheidene programma's ter ondersteuning van het
fietsgebruik. Ter zake wens ik te weten of bijzondere maatregelen
zijn getroffen bij Actiris ter ondersteuning van de medewerkers die
zich per fiets naar het werk begeven. Is bijvoorbeeld voorzien in
fietsparkings, douches of een systeem van aankooppremies ?
Antwoord : Actiris heeft sinds meer dan 3 jaar een privé
parkeerplaats ter beschikking voor 20 fietsen en een 5-tal bromfietsen.
Een 10-tal parkeerplaatsen staan ook ter beschikking van
het personeel van enkele gedecentraliseerde agentschappen van
Actiris.
De interventie van Actiris voor de personeelsleden die zich
per fiets verplaatsen tussen hun verblijfplaats en de arbeidsplaats
bedraagt 15 eurocent per km en betreft ongeveer 30 personen.
Question n° 603 de Mme Françoise Schepmans du 10 novembre
2011 (Fr.) :
La promotion de l'usage du vélo au sein d'Actiris.
Depuis plusieurs années, le gouvernement bruxellois promeut
la mobilité douce par différents programmes de soutien à l’usage
du vélo. À cet égard, je souhaiterais savoir si des mesures particulières
ont été prises auprès d'Actiris pour soutenir les collaborateurs
qui se rendent en bicyclette au travail. Est-il par exemple
prévu des parkings pour vélos, des douches ou encore un système
de primes à l’achat ?
Réponse : Actiris a réservé depuis plus de 3 ans au sein de son
siège principal un emplacement de parking privé pour 20 vélos et
5 motocyclettes.
Une dizaine d’emplacements pour vélos sont également disponibles
pour le personnel dans quelques agences décentralisées
d’Actiris.
L’intervention d’Actiris pour les agents utilisant le vélo comme
moyen de transport du domicile vers le lieu de travail est de
15 eurocents par km et concerne une trentaine d’agents.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
145
Vraag nr. 606 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Energieboekhouding.
Graag vernam ik, voor de ministeries, voor de ION's en voor
de andere organen waarop u toezicht uitoefent, of er een « energieboekhouding
» wordt bijgehouden ? Zo ja, sedert wanneer ? Zo
niet, waarom niet ?
Voor elke instelling, had ik graag vernomen hoeveel personeel
daarvoor wordt ingezet.
Graag had ik ook geweten welke impact die energieboekhouding
sedert 2008 heeft gehad op het energieverbruik van de
gebouwen in kwestie.
Antwoord : BAO
Het BAO heeft geen energieboekhouding.
Het is noch eigenaar noch beheerder van gebouwen.
GIMB
Als bedrijf met het label « ecodynamische onderneming » volgt
de GIMB regelmatig, en dit sinds 2008, de evolutie van haar energieverbruik
op. De inzameling van gegevens wordt gedaan door
een werknemer, lid van de milieucel van onze onderneming.
MBHG
De administratie Economie en Werkgelegenheid is één van de
administraties die het ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest vormen.
De Grondregie heeft de antwoordelementen medegedeeld voor
het ganse ministerie aan de heer staatssecretaris Bruno de Lille,
bevoegd voor het Openbaar Ambt.
Met het oog op coherentie, verwijst de administratie Economie
en Werkgelegenheid naar informatie medegedeeld door de
Grondregie.
ESR
Tot in mei 2009 was de Economische en Sociale Raad in de
WTC gevestigd, in de kantoorruimten beheerd door de Grondregie
van het MBHG. De kosten van de lasten, met inbegrip van de
kosten voor verwarming en elektriciteit, werden gefactureerd aan
de Raad zonder verdere uitleg omtrent het bedrag betreffende het
energieverbruik.
Sinds mei 2009 is de ESR in een apart gebouw ondergebracht,
zodat de kosten omtrent het water-, gas- en elektriciteitsverbruik
geanalyseerd kunnen worden om dit verbruik zo laag mogelijk te
houden. Een ambtenaar is belast met deze opdracht.
GOMB
De energieboekhouding met opmetingen en opvolgingen van
het gas- en elektriciteitsverbruik wordt sinds 1995 uitgevoerd voor
de gebouwen van de GOMB gelegen op de site Gosset.
Question n° 606 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Comptabilité énergétique.
Pour les ministères, OIP ou autres institutions sur lesquels vous
exercez une tutelle, je souhaite savoir si une comptabilité énergétique
a été mise en place. Si oui, depuis quand ? Si ce n’est pas le
cas, pourquoi ?
Je souhaite également connaître, pour chaque institution, le
nombre de fonctionnaires affectés à cette tâche.
Enfin, je souhaite connaître l’effet de cette comptabilité énergétique
sur la consommation des bâtiments en question depuis
2008.
Réponse : ABE
L’ABE n’utilise pas de comptabilité énergétique.
Elle n’est ni propriétaire, ni gestionnaire de bâtiments.
SRIB
En tant que société pourvue du label « entreprise écodynamique
», la SRIB suit régulièrement, depuis 2008, l’évolution de ses
consommations énergétiques. La collecte des données est effectuée
par une employée membre de la cellule environnementale de
notre société.
MRBC
L’administration de l’Économie et de l’Emploi est l’une des
administrations formant le ministère de la Région de Bruxelles-
Capitale.
La Régie foncière a communiqué les éléments de réponse pour
l’entièreté du ministère à M. le secrétaire d’État Bruno de Lille,
chargé de la fonction publique.
Dans un souci de cohérence, l’administration de l’Économie
et de l’Emploi se réfère aux informations transmises par la Régie
foncière.
CES
Jusqu’en mai 2009, le Conseil économique et social était
installé au WTC, dans des locaux gérés par la Régie foncière du
MRBC. Le coût des charges, en ce compris les frais de chauffage
et d’électricité, était facturé au Conseil sans précision du montant
relatif à la consommation énergétique.
Depuis mai 2009, le CES est installé dans un bâtiment particulier,
ce qui permet d’évaluer le coût de la consommation en eau,
gaz et électricité et de veiller à ce que cette consommation soit la
plus basse possible. Un agent est chargé de cette mission.
SDRB
La comptabilité énergétique avec relevés et suivis des consommations
de gaz et d’électricité est effectuée depuis 1995 pour les
bâtiments de la SDRB situés sur le site Gosset.

146
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Twee ambtenaren houden zich met deze taak bezig :
– De beheerder van het gebouw die maandelijkse opmetingen
doet en de uitvoering van de onderhouds- of herstelwerkzaamheden
garandeert.
– De milieuverantwoordelijke die de analyse van het verbruik
garandeert, alsook de verwezenlijking van de acties voorzien
in het milieuprogramma van de GOMB in het kader van het
label « Ecodynamische onderneming ».
Deze energieboekhouding is geïntegreerd in de globale milieuanalyse
van de GOMB sinds 2001, de datum waarop de GOMB het
charter « Ecodynamische onderneming » heeft getekend en de eerste
ster van het label « Ecodynamische onderneming » heeft gekregen.
Globaal gezien zijn de gevolgen van deze energieboekhouding
positief aangezien de opmeting van het verbruik en de grondige
analyse ervan het mogelijk maakt om potentiële besparingen te
identificeren en de gepaste maatregelen in te voeren, maatregelen
die ervoor gezorgd hebben om het verbruik van de GOMB de
voorbije jaren onder controle te houden of te beperken.
De gegevens « energie, gas en elektriciteit », afkomstig van het
laatste vernieuwingsdossier 2007-2009 van het label « ecodynamische
onderneming » zijn beschikbaar in tabel- en grafiekvorm
die op synthetische wijze de inspanningen van de GOMB illustreren
om haar energieverbruik zo goed mogelijk te beheersen.
De opmetingen inzake gas- en elektriciteitsverbruik van de
jaren 2010 en 2011 worden op dit ogenblik geanalyseerd.
Actiris
Actiris beschikt op heden niet over een « energieboekhouding
» als dusdanig.
Er worden wel bepaalde overzichtstabellen bijgehouden inzake
de consumptie van mazout en dergelijke maar deze worden nog niet
daadwerkelijk aangewend in het kader van vergelijkende studies.
Momenteel volgt een agent bij Actiris een opleiding bij het
BIM met de bedoeling in de loop van 2012 een systeem op te
zetten dat inzake elektriciteit, isolatie, chauffage, airco, ventilatie,
enzovoort, zal toelaten de consumptie en de uitgaven te analyseren
en te vergelijken om uiteindelijk te komen tot een reeks besparingen
op het vlak van energie.
In januari 2012 wordt een adviseur voor duurzaam beheer
aangeworven, alsook een architect die voor een stuk zal werken
aan energiemateries.
Alzo kan men stellen dat vanaf 2012 er binnen ACTIRIS
2,5 VTE zullen werken op het vlak van duurzaam beheer.
Innoviris
Geen enkele procedure voor energieboekhouding wordt voor
Innoviris ingevoerd.
Atrium
U vindt de antwoordelementen in de bijlage. De bijlage zal niet
gepubliceerd worden, maar blijft ter beschikking voor raadpleging
op de Griffie of via de website van het Parlement.
Deux fonctionnaires sont affectés à cette tâche :
– Le gestionnaire du bâtiment qui effectue les relevés mensuels
et assure l’exécution de travaux d’entretien ou de réparation.
– Le responsable environnement qui assure l’analyse des
consommations et la réalisation des actions prévues dans le
programme environnemental de la SDRB dans le cadre du label
« Entreprise écodynamique ».
Cette comptabilité énergétique est intégrée à l’analyse environnementale
globale de la SDRB depuis 2001, date à laquelle
celle-ci a signé la charte « Entreprise écodynamique » et a reçu la
première étoile du label « Entreprise écodynamique ».
Globalement, les effets de cette comptabilité énergétique sont
positifs car le relevé des consommations et leur analyse approfondie
permettent de cerner les économies potentielles et de mettre en
place les mesures adéquates, mesures qui ont permis de maîtriser
ou de réduire les consommations de la SDRB au cours des dernières
années.
Les données « Énergie : gaz et électricité » extraites du dernier
dossier de renouvellement 2007-2009 du label « Entreprise écodynamique
» sont disponibles sous forme de tableaux et de graphiques
qui illustrent de manière synthétique les efforts de la SDRB
afin de maîtriser au mieux sa consommation d’énergie.
Les relevés des consommations de gaz et d’électricité des
années 2010 et 2011 sont en cours d’analyse.
Actiris
Actiris ne dispose pas actuellement d’une « comptabilité énergétique
» en tant que telle.
Certains tableaux d’aperçu sont toutefois conservés en matière
de consommation de mazout et autres, mais ils ne sont pas encore
réellement utilisés dans le cadre d’études comparatives.
Un agent chez Actiris suit en ce moment une formation à
l’IBGE dans le but de mettre sur pied un système dans le courant
de 2012 permettant d’analyser la consommation et les dépenses en
matière d’électricité, de chauffage, d’airco, de ventilation, etc. et
de les comparer afin de réaliser une série d’économies sur le plan
énergétique.
En janvier 2012, un conseiller pour la gestion durable sera
engagé ainsi qu’un architecte qui travaillera notamment aux
matières énergétiques.
On peut donc en conclure qu’à partir de 2012, 2,5 ETP travailleront
au sein d'Actiris sur la gestion durable.
Innoviris
Aucune procédure de comptabilité énergétique n'est mise en
place pour Innoviris.
Atrium
Vous trouverez les éléments de réponse en annexe. L'annexe
ne sera pas publiée mais restera disponible pour consultation au
Greffe ou via le site du Parlement.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
147
Vraag nr. 607 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Aantal en kosten voor de dienstreizen van het personeel van
de gewestelijke overheidsinstellingen onder uw toezicht.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor de
ION's en voor alle andere gewestelijke organen waarop u toezicht
uitoefent, het aantal en de kosten voor de dienstreizen in 2010 en
2011.
Voor elk daarvan, had ik graag informatie gehad over de
bestemming, de duur, de kostprijs voor de overheid, het doel, het
aantal afgereisde personeelsleden en de voornaamste reden.
Antwoord : Ik heb eer aan het geachte lid de volgende elementen
mee te delen :
MBHG
Het bestuur Economie en Werkgelegenheid is een van de
besturen die deel uitmaken van het ministerie van het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest.
De directie van Buitenlandse Betrekkingen heeft de antwoorden
voor het gehele Ministerie aan de heer staatssecretaris Bruno
de Lille, die bevoegd is voor openbaar ambt, meegedeeld.
Vanuit een bekommernis van coherentie beroept het bestuur
Economie en Werkgelegenheid zich op de inlichtingen doorgegeven
door Buitenlandse Betrekkingen.
ESR
In 2010 hebben de leidende ambtenaren en personeelsleden
van de ESR verplaatsingen per trein ondernomen om ofwel aan
vergaderingen bij de ESR van het Waals Gewest deel te nemen of
om een colloquium in Antwerpen bij te wonen; het totaalbedrag
kwam op 177,7 EUR.
In 2011 werden er verplaatsingen ondernomen om naar de
Waalse ESR te gaan of om colloquia in Namen, Charleroi of
Leuven bij te wonen, voor een kostprijs van 513,45 EUR.
GOMB
Er moet een onderscheid gemaakt worden tussen de verplaatsingen
tussen de woonplaats en de werkplek en de dienstverplaatsingen.
Voor de verplaatsingen tussen de woonplaats en de werkplek,
werden in 2010 de volgende bedragen door de GOMB betaald :
– fietsvergoeding : 1.372,33 EUR
– MIVB (100 % ten laste van de GOMB) : 33.033,36 EUR
– NMBS (100 % ten laste van de GOMB) : 12.348,58 EUR
– DE LIJN (68 % ten laste van de GOMB) : 272,46 EUR
Question n° 607 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Nombre et coûts des déplacements des agents des institutions
régionales publiques sous votre responsabilité.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou toute
autre institution à caractère régional sur lesquels vous exercez une
tutelle, je souhaite connaître le nombre et le coût des déplacements
effectués en 2010 et 2011.
Pour chaque déplacement, je souhaite connaître la destination,
la durée, le coût à charge des pouvoirs publics, l’objet du déplacement,
le nombre d’agents y participant ainsi que la motivation
principale justifiant ce déplacement.
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre
les éléments suivants:
MRBC
L’administration de l’Économie et de l’Emploi est l’une des
administrations formant le ministère de la Région de Bruxelles-
Capitale.
La direction des Relations extérieures a communiqué les éléments
de réponse pour l’entièreté du ministère à M. le secrétaire
d’État Bruno de Lille, chargé de la fonction publique.
Dans un souci de cohérence, l’administration de l’Économie
et de l’Emploi se réfère aux informations transmises par les
Relations extérieures.
CES
En 2010, les fonctionnaires dirigeants et des membres du
personnel du CES ont effectué des déplacements en train soit
pour participer à des réunions au CES de la Région wallonne soit
pour assister à un colloque à Anvers; le coût total s’est élevé à
177,7 EUR.
En 2011, des déplacements ont été effectués pour se rendre au
CES wallon ou pour assister à des colloques à Namur, Charleroi
ou Louvain, pour un coût de 513,45 EUR.
SDRB
Il faut faire la distinction entre les déplacements entre le domicile
et le lieu de travail et les déplacements de service.
Pour les déplacements entre le domicile et le lieu de travail, les
montants suivants ont été payés par la SDRB en 2010 :
– indemnité vélo : 1.372,33 EUR
– STIB (100 % à charge de la SDRB) : 33.033,36 EUR
– SNCB (100 % à charge de la SDRB) : 12.348,58 EUR
– DE LIJN (68 % à charge de la SDRB) : 272,46 EUR

148
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Kabinet Cerexhe
Cabinet Cerexhe
U vindt de antwoorden in de tabel in bijlage (*).
BAO
U vindt de antwoorden in de tabel in bijlage (*).
GIMB
De GIMB werkt met eigen middelen, waardoor de verplaatsingen
van het personeel geen kosten teweegbrengen voor de
overheden.
Innoviris
U vindt de antwoorden in de tabel in bijlage (*).
Actiris
U vindt de antwoorden in de tabel in bijlage (*).
Atrium
U vindt de antwoorden in de tabel in bijlage (*).
(*) (De bijlagen zullen niet gepubliceerd worden, maar blijven ter
beschikking voor raadpleging op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
Vous trouverez les éléments de réponses dans le tableau en
annexe (*).
ABE
Vous trouverez les éléments de réponses dans le tableau en
annexe (*).
SRIB
La SRIB travaillant sur fonds propres, les déplacements de
notre personnel n’engendrent aucun coût à charge des pouvoirs
publics (*).
Innoviris
Vous trouverez les éléments de réponses dans le tableau en
annexe (*).
Actiris
Vous trouverez les éléments de réponses dans le tableau en
annexe (*).
Atrium
Vous trouverez les éléments de réponses dans le tableau en
annexe (*).
(*) (Les annexes ne seront pas publiées mais resteront disponibles
pour consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)
Vraag nr. 608 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kosten voor de publicaties verschenen in 2011.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor
de ION's en voor andere organen waarop u toezicht uitoefent, het
aantal en de totale kosten (redactie, uitgave, drukkosten …) voor
de publicaties (studies, jaarverslagen, prospectussen, folders …)
die zijn verschenen of die nog zullen verschijnen in 2011 (in
deze tijd van het jaar, zijn de beslissingen voor publicaties die in
december al genomen en al begroot).
Voor elke publicatie, had ik graag beknopte informatie over de
inhoud, het volume, de oplage, de verspreiding en de kosten voor
die verspreiding.
Antwoord : Kabinet
Ik heb de eer aan het geachte lid mee te delen dat mijn kabinet
geen enkele publicatie in het jaar 2011 heeft aangevraagd.
Actiris
Voor Actiris vindt u de kosten voor publicatie in bijlage (*).
Question n° 608 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des publications éditées en 2011.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou autres
institutions sur lesquels vous exercez une tutelle, je souhaite
connaître le nombre et le coût total (rédaction, édition, impression
…) des publications produites (étude, rapport annuel, prospectus,
folder …) ou à produire encore en 2011 (à ce stade de
l'année, les décisions relatives à des publications qui sortiraient de
presse en décembre sont déjà prises et budgétisées).
Pour chaque publication, je souhaite disposer d’un bref descriptif
détaillant le contenu de la publication, son volume, le nombre
d’exemplaires produits, son public-cible, sa diffusion ainsi que
les coûts liés à cette diffusion.
Réponse : Cabinet
J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre que mon
cabinet n'a commandé aucune publication durant l'année 2011.
Actiris
Pour Actiris, vous trouverez le coût des publications en
annexe (*).

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
149
MBHG
De Dienst Buitenlandse Handel en Buitenlandse Investeringen
van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (sinds
juni 2011 Brussel Invest & Export genaamd) heeft in 2011 vier
brochures gepubliceerd. U vindt hierna de gedetailleerde weergave
van de kosten :
Het actieplan 2011
– Brochure in keerdruk FR-NL van 76 pagina's in A5-formaat
- Inhoud : presentatie van de collectieve activiteiten van het
jaar en van andere diensten, waaronder de gegevens van
de handelsattachés en de data van hun aanwezigheid in
Brussel
- Doelpubliek : Brusselse uitvoerende bedrijven en bedrijven
die van plan kunnen zijn om uit te voeren
- Uitgegeven in 14.000 exemplaren
- Prijs : 12.841,57 EUR BTW inbegrepen
- Verspreiding : gepersonaliseerde verzending naar de contacten
van de databank (kostprijs : 1034,55 EUR BTW
inbegrepen voor het sorteren en 4.798,66 EUR voor de kosten
van postzegels); inlage in het tijdschrift Entreprendre/
Dynamiek van BECI (gratis), netwerk BizzBox (betalend
jaarlijks partnerschap voor 15.550 EUR BTW inbegrepen)
Het actieplan 2012
– Brochure in keerdruk FR-NL van 80 pagina's in A5-formaat
- Inhoud : presentatie van de collectieve activiteiten van het
jaar en van de andere diensten, waaronder de gegevens van
de handelsattachés en de data van hun aanwezigheid in
Brussel
- Doelpubliek : Brusselse uitvoerende bedrijven en bedrijven
die van plan kunnen zijn om uit te voeren
- Uitgegeven in 24.000 exemplaren
- Prijs : 20.543,86 EUR BTW inbegrepen (sorteerkosten
inbegrepen)
- Verspreiding : gepersonaliseerde verzending naar de contacten
van de databank (geraamde kostprijs : 5.000 EUR voor
de kosten voor postzegels); inlage in het tijdschrift Trends
FR en Trends NL voor de geabonneerden Brussel – Brabant,
januari 2012 (kostprijs : 12.356 EUR BTW inbegrepen),
netwerk BizzBox (betalend jaarlijks partnerschap voor
15.550 EUR BTW inbegrepen)
De nieuwe corporate brochure van Brussel Invest & Export
– Brochure van 8 pagina's uitgegeven in drie taalversies :
Frans (16.000 exemplaren), Nederlands (5.000 exemplaren) en
Engels (3.000 exemplaren)
MRBC
Le service du Commerce extérieur et des Investissements
étrangers du ministère de la Région de Bruxelles-Capitale (appelé
Bruxelles Invest & Export depuis juin 2011) a publié quatre brochures
en 2011. Vous en trouverez ci-dessous le détail des coûts:
Le plan d’actions 2011
– Brochure en format tête-bêche FR-NL de 76 pages en format
A5.
- Contenu : présentation des actions collectives de l’année et
des autres services, dont les coordonnées des attachés commerciaux
et les dates de leur présence à Bruxelles
- Public cible : entreprises bruxelloises exportatrices et potentiellement
exportatrices
- Éditée en 14.000 exemplaires
- Prix : 12.841,57 EUR TVAC
- Diffusion : envoi personnalisé aux contacts de la base de
données (coût : 1034,55 EUR TVAC pour le routage et
4.798,66 EUR pour les frais de timbres); encartage dans
le magazine Entreprendre/Dynamiek de BECI (gratuité),
réseau BizzBox (partenariat annuel payant pour 15.550
euros TVAC)
Le plan d’actions 2012
– Brochure en format tête-bêche FR-NL de 80 pages en format
A5.
- Contenu : présentation des actions collectives de l’année et
des autres services, dont les coordonnées des attachés commerciaux
et les dates de leur présence à Bruxelles
- Public cible : entreprises bruxelloises exportatrices et potentiellement
exportatrices
- Éditée en 24.000 exemplaires
- Prix : 20.543,86 EUR TVAC (frais de routage compris)
- Diffusion : envoi personnalisé aux contacts de la base de
données (coût estimé : 5.000 EUR pour les frais de timbres);
encartage pour les abonnés Bruxelles – Brabant du
magazine Trends FR et Trends NL en janvier 2012 (coût :
12.356 EUR TVAC), réseau BizzBox (partenariat annuel
payant pour 15.550 EUR TVAC)
La nouvelle brochure corporate de Bruxelles Invest & Export
– Brochure de 8 pages éditée en trois versions de langue : français
(16.000 exemplaires), néerlandais (5.000 exemplaires) et
anglais (3.000 exemplaires)

150
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
- Inhoud : presentatie van de diensten van Brussel Invest &
Export
- Prijs : 7.334,45 EUR BTW inbegrepen
- Doelpubliek : Brusselse uitvoerende bedrijven en bedrijven
die van plan kunnen zijn om uit te voeren; buitenlandse
bedrijven en delegaties
- Verspreiding : gepersonaliseerde verzending naar de contacten
van de databank met het actieplan 2012; inlage in het
tijdschrift Entreprendre/Dynamiek van BECI van december
2011 (kostprijs : 3.751 EUR BTW inbegrepen), netwerk
BizzBox (betalend jaarlijks partnerschap voor 15.550 EUR
BTW inbegrepen)
Een nieuwe uitgave van de Pocket Guide Invest in Brussels
(Engelse versie)
– Brochure van 72 pagina's opgesteld in het Engels (1.000 exemplaren),
- Inhoud : presentatie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
en van de argumenten om buitenlandse investeerders aan te
trekken
- Doelpubliek : buitenlandse ondernemingen die interesse
hebben om in Brussel te investeren en officiële buitenlandse
delegaties
- Prijs : 2.822,93 EUR BTW inbegrepen
De directie conceptie en coördinatie van het ministerie van
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft in 2011 vijf brochures
gepubliceerd. Hierna vindt u de gedetailleerde weergave van de
kosten :
Activiteitenverslag 2010 van het Bestuur Economie en
Werkgelegenheid : Activiteitenverslag over de verschillende diensten
van het Bestuur Economie en Werkgelegenheid
– 210mmx210mm / 35 p. FR – 35 p. NL
– 550 exemplaren
– Totale kostprijs publicatie : 7.023,08 EUR
– Doelpubliek : Personeel van het Bestuur Economie en
Werkgelegenheid en van het Ministerie, kabinetten, partners,
Brusselse burgers
– Verspreiding : Interne / Externe (postverzending)
– Kostprijs verspreiding : 300 EUR via het Economaat
U bent biohandelaar. Wat zijn uw verplichtingen ? : Folder die
de regelgeving uit de doeken doet met betrekking tot verkoop,
productie, voorbereiding, opslag en invoer van bio-producten
– Amerikaans formaat 4 luiken FR-NL
– 1.000 exemplaren
– Totale kostprijs publicatie : 1.602,25 EUR
- Contenu : présentation des services de Bruxelles Invest &
Export
- Prix : 7.334,45 EUR TVAC
- Public cible : entreprises bruxelloises exportatrices et potentiellement
exportatrices; entreprises et délégations étrangères
- Diffusion : envoi personnalisé aux contacts de la base de
données avec le plan d’actions 2012; encartage dans le
magazine Entreprendre/Dynamiek de BECI de décembre
2011 (coût : 3.751 EUR TVAC), réseau BizzBox (partenariat
annuel payant pour 15.550 EUR TVAC)
Une nouvelle édition du Pocket Guide Invest in Brussels (version
anglaise)
– Brochure de 72 pages éditée en anglais (1.000 exemplaires)
- Contenu : présentation de la Région de Bruxelles-Capitale
et des arguments destinés à attirer les investisseurs étrangers
- Public cible : entreprises étrangères intéressées à investir à
Bruxelles et délégations étrangères officielles
- Prix : 2.822,93 EUR TVAC
La direction conception et coordination du ministère de la
Région de Bruxelles-Capitale a publié cinq brochures en 2011.
Vous en trouverez ci-dessous le détail des coûts :
Rapport d'activités 2010 de l'administration de l'Économie et
de l'Emploi : Rapport d’activités sur les différents services de
l’administration de l’économie et de l’emploi
– 210mmx210mm / 35 p. FR – 35 p. NL
– 550 exemplaires
– Coût total publication : 7.023,08 EUR
– Public cible : Personnel de l'administration de l'Économie et de
l'Emploi et du ministère, cabinets, partenaires, citoyens bruxellois
– Diffusion : Interne / Externe (envoi postal)
– Coût diffusion : 300 EUR via l’Économat
Vous êtes commerçant bio. Quelles sont vos obligations ? :
Dépliant expliquant la réglementation concernant la vente, la production,
la préparation, le stockage et l'importation de produits bio
– format américain 4 volets FR-NL
– 1.000 exemplaires
– Coût total publication : 1.602,25 EUR

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
151
– Doelpubliek : Verkopers van biologische producten gevestigd
in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
– Verspreiding : Handmatige verspreiding aan de biohandelaren
op 20 markten en in een vijftigtal kleine winkels, verspreiding
tijdens het Feest van het Leefmilieu, …
– Kostprijs verspreiding : 0 EUR in externe kosten
Biedt u juridische raad aan ondernemers ? Het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest ondersteunt uw tussenkomsten : Folder
voor juridisch consulenten over de steun bij consultancy voor de
KMO's en de toekomstige Brusselse ondernemers (ordonnantie
van 13 december 2007)
– Amerikaans formaat / 3 luiken / 1 FR-versie en 1 NL-versie
– 6.050 exemplaren in het Frans / 3.050 exemplaren in het
Nederlands
– Totale kostprijs publicatie : 2.899,24 EUR
– Doelpubliek : Juridisch consulenten
– Verspreiding : Door de balie van Brussel : postzending naar de
Brusselse advocaten
– Kostprijs verspreiding : 0 EUR (levering aan de balie)
Brucefo. Brussels Centrum voor Voedingsmiddelenexpertise :
Brochure over de diensten van voedingsmiddelenexpertise van het
gewestelijk laboratorium Brucefo
– 250mmx175mm / 32 p. / FR – NL – EN
– 3.500 exemplaren
– Totale kostprijs publicatie : 2.432,70 EUR
– Doelpubliek : Prospecten, partners en klant van Brucefo
– Verspreiding : Tijdens de inhuldiging van het nieuwe gebouw
in december (gerichte verzending voorzien in 2012)
– Kost verspreiding : 0 EUR
De toegankelijkheid van uw zaak wordt door werken gehinderd
? U kunt tot 4.000 EUR steun bekomen om uw middelen
te ondersteunen of om uw uitgaven te kunnen trotseren:
Informatiefiche over de steun tijdens een periode van werken
op de openbare weg voor Brusselse KMO's (ordonnantie van
13 december 2007 – Herdruk)
– A5 / 2 luiken FR-NL
– 1.500 exemplaren
– Totale kostprijs publicatie : 386,90 EUR
– Doelpubliek : Brusselse KMO's en partners
– Verspreiding : tijdens het Salon Ondernemen, tijdens ontmoetingen
met de KMO's, door de partners, op vraag via de website
www.premieskmo.be
– Public cible : Vendeurs de produits biologiques établis dans la
Région de Bruxelles-Capitale
– Diffusion : Remis en mains propres aux commerçants bio dans
20 marchés et dans une cinquantaine de petits magasins, diffusion
lors de la Fête de l'Environnement, …
– Coût diffusion : 0 EUR en coûts externes
Vous proposez des conseils juridiques aux entrepreneurs ? La
Région de Bruxelles-Capitale soutient vos interventions : Dépliant
sur l'aide à la consultance pour les PME et les futurs entrepreneurs
bruxellois (ordonnance du 13 décembre 2007), à destination des
conseillers juridiques
– format américain / 3 volets / 1 version FR et 1 version NL
– 6.050 exemplaires en français / 3.050 exemplaires en néerlandais
– Coût total publication : 2.899,24 EUR
– Public cible : Conseillers juridiques
– Diffusion : Par le barreau de Bruxelles : envoi postal aux avocats
bruxellois
– Coût diffusion : 0 EUR (livraison au barreau)
Brucefo. Centre bruxellois d'expertise alimentaire : Brochure
sur les services d'expertise alimentaire du laboratoire régional
Brucefo.
– 250mmx175mm / 32 p. / FR – NL – EN
– 3.500 exemplaires
– Coût total publication : 2.432,70 EUR
– Public cible : Prospects, partenaires et clients de Brucefo
– Diffusion : Lors de l'inauguration du nouveau bâtiment en
décembre (envoi ciblé prévu en 2012)
– Coût diffusion : 0 EUR
L'accessibilité de votre établissement est perturbée par des
travaux ? Vous pouvez obtenir jusqu'à 4.000 EUR d'aides pour
conforter votre trésorerie ou faire face à vos charges : Fiche d'information
sur l'aide en période de travaux sur la voie publique
pour les PME bruxelloises (ordonnance du 13 décembre 2007 –
Réimpression
– A5 / 2 volets FR-NL
– 1.500 exemplaires
– Coût total publication : 386,90 EUR
– Public cible : PME bruxelloise et partenaires
– Diffusion : lors du Salon Entreprendre, lors de rendez-vous
avec les PME, par les partenaires, sur demande via le site internet
ww.primespme.be

152
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
GOMB
SDRB
5 publicaties werden voor het jaar 2011 voortgebracht :
– Het activiteitenverslag 2010 in Franse versie, gedrukt met
een oplage van 1.200 exemplaren en met 600 exemplaren
in Nederlandstalige versie. De productiekost bedraagt
13.071 EUR voor een A4-formaat van 28 pagina's. Het
beoogde publiek is de ondernemerswereld en de overheden. De
kostprijs voor zijn verspreiding bedraagt 300 EUR.
– Het bundeltje voor het Lavoisier-gebouw met een oplage van
1.000 exemplaren. De kostprijs van dit bundeltje bedraagt
2.164 EUR voor een A3-formaat. De kostprijs in verband met
zijn verspreiding is gratis. Het doelpubliek is dat van de ondernemingen.
– Het bundeltje voor de promotie van woningen « Jette Village »
met een oplage van 500 exemplaren in een A3-formaat. De
kostprijs voor zijn verspreiding is gratis. Het beoogde publiek
is dat van kopers van woningen.
– « Een woning op plan kopen », « un achat sur plan » in
Nederlandstalige versie kreeg een oplage van 500 exemplaren.
De kostprijs van zijn verspreiding bedraagt 2.651 EUR in een
A4-formaat van 44 pagina's. Het beoogde publiek is dat van
de kopers van woningen. De kostprijs van de verspreiding is
gratis.
– Het observatorium voor kantoren kreeg een oplage van
2.500 exemplaren. De productiekost bedraagt 3.192 EUR voor
een A4-formaat van 24 pagina's. Het beoogde publiek is dat
van ondernemingen. De kostprijs voor verspreiding bedraagt
400 EUR.
GIMB
In 2011 bedroeg de totale kostprijs voor het opstellen en
afdrukken van het jaarverslag 2010, 51.338,00 EUR. De vormgeving
en het drukken van informatieve folders werden op
398,33 EUR becijferd.
ESR
De Economische en Sociale Raad voor het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest heeft in de loop van 2011 de volgende
mediakanalen gepubliceerd :
– Het jaarlijkse activiteitenverslag 2010 : 150 exemplaren gericht
aan de leden van de Regering, aan de Voorzitter van het Parlement
van het BHG, aan de leden van de ESR, verschillende organen
die erin zetelen, aan de voorzitters en leidende ambtenaren van
de andere Europese, federale, Waalse en Vlaamse economische
en sociale raden, alsook aan de verschillende studiediensten
zoals het CRISP of DULBEA – Kostprijs : 6.560,76 EUR.
– Het blad van de Raad dat verslag over de actualiteit van de
ESR uitbrengt, stelt een dossier voor en ook de lijst van adviezen
die sinds de voorgaande publicatie zijn uitgevaardigd, een
interview van de spreker die een van de Debatten van de Raad
(tien maal per jaar georganiseerd) heeft voorgesteld. Dit blad
verschijnt drie maal per jaar, met een oplage van 700 exemplaren
die gericht zijn aan de leden van de ESR en aan organen die
erin zetelen, aan de leden van de Regering en ook de kabinet-
5 publications ont été produites pour l’année 2011 :
– Le rapport d’activités 2010 en version française, tiré à
1.200 exemplaires et en version néerlandaise à 600 exemplaires.
Le coût de production est de 13.071 EUR pour un
format A4 de 28 pages. Le public visé est le monde de l’entreprise
et des pouvoirs publics. Le coût lié à sa diffusion est de
300 EUR.
– La plaquette pour l’immeuble Lavoisier tirée à 1.000 exemplaires.
Le coût de cette plaquette est de 2.164 EUR pour un format
A3. Le coût lié à sa diffusion est gratuit. Le public cible est le
public des entreprises.
– La plaquette pour la promotion de logements « Jette Village »
tirée à 500 exemplaires sous un format 3. Le coût lié à sa diffusion
est gratuit. Le public visé est le public des acquéreurs de
logements.
– « Een woning op plan kopen », « Un achat sur plan » en version
néerlandaise a été tire en 500 exemplaires. Le coût de sa
diffusion est de 2.651 EUR sous un format A4 de 44 pages. Le
public visé est le public des acquéreurs de logements. Le coût
de la diffusion est gratuit.
– L’observatoire des bureaux a été tiré en 2.500 exemplaires. Le
coût de production est de 3.192 EUR pour un format A4 de
24 pages. Le public visé est le public des entreprises. Le coût
de la diffusion est de 400 EUR.
SRIB
En 2011, le coût total de rédaction et d’impression du rapport
annuel 2010 a coûté 51.338,00 EUR. La conception et l’impression
de dépliants informatifs se sont chiffrées à 398,33 EUR.
CES
Le Conseil économique et social de la Région de Bruxelles-
Capitale a, au cours de 2011, publié :
– Le rapport annuel d’activités 2010 : 150 exemplaires adressés
aux membres du Gouvernement, au Président du Parlement de
la RBC, aux membres du CES, des différents organes qui y
siègent, aux présidents et fonctionnaires dirigeants des autres
conseils économiques et sociaux européen, fédéral, wallon
et flamand ainsi qu’à différents services d’études tels que le
CRISP ou DULBEA – Coût : 6.560,76 EUR.
– Le journal du Conseil qui évoque l’actualité du CES, propose
un dossier ainsi que la liste des avis émis depuis la précédente
publication, une interview du conférencier qui a présenté un
des Débats du Conseil (organisés dix fois par an). Ce journal
paraît trois fois par an, à raison de 700 exemplaires qui sont
adressés aux membres du CES et des organes qui y siègent, aux
membres du Gouvernement ainsi que les chefs de cabinet, attachés
de presse, aux présidents des partis politiques, aux mem-

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
153
chefs, persattachés, aan de voorzitters van de politieke partijen,
aan de leden van het Brussels Parlement, aan de voorzitters en
fractievoorzitters van Kamer en Senaat, aan de burgemeesters
en schepenen van de 19 gemeenten, aan de leidende ambtenaren
van het ministerie en van de instellingen van openbaar
nut van het BHG, aan de universiteiten en hogescholen, aan
de studiediensten, aan de ondernemingen van Brussel en van
Brabant, aan de journalisten – Kostprijs : 8.027,73 EUR.
– De uitnodigingskaarten voor het Colloquium van 15 juni 2011 :
2.000 exemplaren gericht aan de leden van de ESR en van de
verschillende organen die erin zetelen, aan de leden van de
Brusselse, Waalse en Vlaamse Regeringen, aan de voorzitters
van de politieke partijen, aan de leden van het Brussels
Parlement, aan de voorzitters en de fractievoorzitters van
Kamer en Senaat, aan de leidende ambtenaren van het ministerie
en van de instellingen van openbaar nut van het BHG,
aan de universiteiten en hogescholen, aan de sprekers van de
Debatten van de Raad, aan de ondernemingen van Brussel en
van Brabant – Kostprijs : 1.401,8 EUR.
– De brochure met de Handelingen van het Colloquium van
15 juni 2011 : 700 exemplaren overgemaakt aan de leden van
de Regering, aan de sprekers, aan de deelnemers van het colloquium,
aan de leden van de ESR en van de verschillende
organen die erin zetelen – Kostprijs : 5.396,12 EUR.
– De wenskaarten : 600 exemplaren gericht aan de leden van
de ESR en van verschillende organen die erin zetelen, aan de
leden van de Brusselse Regering, aan de leden van het Brussels
Parlement en aan de leidende ambtenaren van het Ministerie en
van de instellingen van openbaar nut van het BHG – Kostprijs :
957,09 EUR.
BAO
Wat het BAO betreft, vindt u de kostprijs van de publicaties
in bijlage (*).
Innoviris
In 2011 werden er twee publicaties door Innoviris uitgevoerd :
Jaarlijks activiteitenverslag Innoviris
– Kostprijs : 7.375,89 EUR
– Inhoud : Activiteitenverslag 2010 FR-NL
– Volume : 49p FR / 49p NL
– Aantal exemplaren : 150
– Doelpubliek : Parlement en overheden, begunstigden (Brusselse
ondernemingen en onderzoekers)
– Verspreiding : Hoofdzakelijk elektronisch (750 verzendingen)
en 150 papieren exemplaren
– Kostprijs van de verspreiding : 335,5 EUR
Tweetalige folder
– Kostprijs : 572,4 EUR
bres du Parlement bruxellois, aux présidents et chefs de groupe
de la Chambre et du Sénat, aux bourgmestres et échevins des
19 communes, aux fonctionnaires dirigeants du ministère et des
organismes d’intérêt public de la RBC, aux universités et hautes
écoles, aux services d’études, aux entreprises de Bruxelles
et du Brabant, aux journalistes – Coût : 8.027,73 EUR.
– Les cartons d’invitation au Colloque du 15 juin 2011 :
2.000 exemplaires adressés aux membres du CES et des différents
organes qui y siègent, aux membres des Gouvernement
bruxellois, wallon et flamand, aux présidents des partis politiques,
aux membres du Parlement bruxellois, aux présidents et
chefs de groupe de la Chambre et du Sénat, aux fonctionnaires
dirigeants du Ministère et des organismes d’intérêt public de la
RBC, aux universités et hautes écoles, aux conférenciers des
Débats du Conseil, aux entreprises de Bruxelles et du Brabant
– Coût : 1.401,8 EUR.
– La brochure des Actes du Colloque du 15 juin 2011 : 700 exemplaires
transmis aux membres du Gouvernement bruxellois, aux
orateurs, aux participants au colloque, aux membres du CES et
des différents organes qui y siègent – Coût : 5.396,12 EUR.
– Les cartes de vœux : 600 exemplaires adressés aux membres
du CES et des différents organes qui y siègent, aux membres
du Gouvernement bruxellois, aux membres du Parlement
bruxellois et aux fonctionnaires dirigeants du Ministère et des
organismes d’intérêt public de la RBC – Coût : 957,09 EUR.
ABE
Pour l'ABE, vous trouverez le coût des publications en
annexe (*).
Innoviris
En 2011, deux publications ont été effectuées par Innoviris :
Rapport annuel d'activités Innoviris
– Coût : 7.375,89 EUR
– Contenu : Rapport d'activités 2010 FR-NL
– Volume : 49p FR / 49p NL
– Nombre d'exemplaires : 150
– Public cible : Parlement, et autorités publiques, bénéficiaires
(entreprises et chercheurs bruxellois)
– Diffusion : Majoritairement électronique (750 envois) et
150 exemplaires papier
– Coût de la diffusion : 335,5 EUR
Dépliant bilingue
– Coût : 572,4 EUR

154
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– Inhoud : Uitleg over de opdrachten van Innoviris, folder uit te
reiken tijdens beurzen en salons
– Volume : Folder A4 recto verso
– Aantal exemplaren : 1.000
– Doelpubliek : Brusselse Ondernemingen en onderzoekers
– Verspreiding : handmatige verspreiding
– Kostprijs van de verspreiding : 0 EUR
Atrium
Voor Atrium vindt u de kosten van de publicaties in bijlage
(*).
(*) (De bijlagen zullen niet gepubliceerd worden, maar blijven ter
beschikking voor raadpleging op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
– Contenu : Explication des missions d'Innoviris et à remettre
lors des foires et salons
– Volume : Dépliant A4 recto verso
– Nombre d'exemplaires : 1.000
– Public cible : Entreprises et chercheurs bruxellois
– Diffusion : à remettre en mains propres
– Coût de la diffusion : 0 EUR
Atrium
Pour Atrium, vous trouverez le coût des publications en
annexe (*).
(*) (Les annexes ne seront pas publiées mais resteront disponibles
pour consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)
Vraag nr. 609 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kostprijs van de persconferenties de jongste drie jaar.
Graag vernam ik de kostprijs van de verschillende persconferenties
die de minister de jongste drie jaar heeft gegeven, met
voor elk ervan, de kosten die zijn gedragen door het kabinet en
door het bestuur.
Graag ontving ik ook de lijst van de persreizen die zijn georganiseerd
door het ministerie in diezelfde periode, met vermelding
van de titel en hoedanigheid van de personen die mee afgereisd
zijn en de duur van elke persreis.
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid te melden dat de
door mijn kabinet georganiseerde persconferenties, geen spe ciale
kosten met zich meebrengen. De cel Communicatie van mijn
kabinet heeft trouwens geen speciaal budget voor de organisatie
van persconferenties. Deze worden voornamelijk op mijn kabinet
georganiseerd, bij BIP, of in de lokalen die ons ter beschikking
worden gesteld.
Ik informeer het geachte lid over het feit dat we de aanwezige
journalisten gewoonlijk water, koffie, frisdrank en fruitsap
aanbieden en, in functie van het uur waarop de persconferentie
georganiseerd wordt, koekjes en/of chips en/of belegde broodjes
die onmiddellijk op het kabinet worden klaargemaakt.
Er is geen andere kost voor het kabinet dan deze dranken en
lichte maaltijden, als we natuurlijk de kosten van de fotokopies
van het persdossier en de telefoonkosten verbonden aan de telefonische
contacten tussen de cel Communicatie en de uitgenodigde
(aanwezig of niet) journalisten buiten beschouwing laten.
Ik heb eveneens de gewoonte om één keer per jaar mijn wensen
over te maken aan enkele aanwezige journalisten en dit in een
Brussels restaurant.
Question n° 609 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des conférences de presse ces trois dernières années.
Je souhaite connaître le coût des différentes conférences de
presse données par le ministre au cours de ces trois dernières
années en distinguant pour chacune les frais assumés par le cabinet
de ceux imputés à l'administration.
Je souhaite également disposer de la liste des voyages de presse
organisés par le ministre sur cette même période en mentionnant
les titres et qualités des participants ainsi que la durée du déplacement.
Réponse : J'ai l'honneur d'informer l'honorable membre que les
conférences de presse organisées par mon cabinet n'occasionnent
pas de frais particuliers. La cellule Communication de mon cabinet
ne dispose par ailleurs d'aucun budget spécifiquement dédié
à l'organisation de conférences de presse. Celles-ci se tiennent
généralement à mon cabinet, au BIP, ou dans des locaux mis gracieusement
à notre disposition.
J'informe l'honorable membre qu'il est de tradition d'offrir aux
journalistes présents l'eau, le café, des sodas, du jus d'orange, et,
en fonction de l'heure à laquelle est organisée la conférence de
presse, des biscuits, et/ou des chips et/ou des sandwiches directement
préparés au cabinet.
Il n'y a d'autre coût pour le cabinet que ces boissons et collations,
si l'on excepte évidemment les frais de photocopie engendrés
par la reproduction du dossier de presse et les frais de téléphonie
liés aux communications téléphoniques passées entre la Cellule
Communication et les journalistes invités (présents ou non).
J'ai également coutume, une fois l'an, de présenter mes vœux
à quelques journalistes invités, et ce dans le cadre d'un restaurant
bruxellois.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
155
Ik meld eveneens aan het geachte lid dat ik de afgelopen
drie jaar geen persreis heb georganiseerd, als onder « persreis »
een verplaatsing verstaan wordt naar het buitenland speciaal
georganiseerd voor de pers om informatieve en communicatieve
doeleinden.
Voor wat betreft de economische zendingen in het buitenland,
is het politiek gepast om op de verzoeken van de journalisten in
te gaan en/of deze laatsten te stimuleren om de kwaliteit van het
werk van Brussels Invest & Export in het geheel van zijn opdrachten
te waarderen, zowel in België als in het buitenland.
Tijdens de verstreken periode werden op de volgende missies
vertegenwoordigers van de pers uitgenodigd :
– Prinselijke zending naar Marokko (2 journalisten)
– Economische zending naar het salon CEBIT van Hannover
(3 journalisten)
– Gewestelijke economische zending naar China en Brusselse
dagen in Shanghai (3 journalisten)
– Gewestelijke economische zending naar Kinshasa (3 journalisten)
– Gewestelijke economische zending naar het oosten van Congo
en Rwanda (2 journalisten)
– Prinselijke zending naar Rusland (3 journalisten)
– Prinselijke zending naar de VS (3 journalisten)
– Prinselijke zending naar China (2 journalisten)
J'informe également l'honorable membre que je n'ai organisé
sur ces trois dernières années aucun voyage de presse, si l'on
entend par « voyage de presse » un déplacement à l'étranger spécialement
organisé pour la presse à des fins de communication et
d'information.
Pour ce qui concerne plus précisément les missions économiques
à l'étranger, il est de bonne politique de répondre aux
sollicitations de journalistes et/ou d'inviter ces derniers à apprécier
la qualité du travail effectué par Bruxelles Invest & Export dans
l'ensemble de ses missions, en Belgique comme à l'étranger.
Sur la période écoulée, les missions suivantes ont fait l'objet
d'invitations à des représentants de la presse :
– Mission princière au Maroc (2 journalistes)
– Mission économique au salon CEBIT d'Hannovre (3 journalistes)
– Mission économique régionale Chine et Journées Bruxelloises
à Shanghai (3 journalistes)
– Mission économique régionale à Kinshasa (3 journalistes)
– Mission économique régionale dans l'est du Congo et le
Rwanda (2 journalistes)
– Mission princière en Russie (3 journalistes)
– Mission princière aux USA (3 journalistes)
– Mission princière en Chine (2 journalistes)
Vraag nr. 610 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Aantal teksten (hoofdartikel, voorwoord, inleiding …) ondertekend
door de minister de jongste drie jaar in het kader van
openbaar verspreide documenten.
Graag ontving ik, voor de jongste drie jaar, de lijst en de aard
(voorwoord, nawoord …) van de door de minister ondertekende
teksten die openbaar zijn verspreid of verschenen.
Voor elk ervan, vernam ik graag meer informatie over de
ondertekening (hoedanigheid, naam en voornaam, foto …).
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid te melden dat ik de
Brusselse wetgeving met betrekking tot de verkiezingsuitgaven
en de controle van regeringsmededelingen strikt volg. Elk hoofdartikel,
voorwoord en/of inleiding in een publicatie die komt van
een organisatie/vereniging die geheel of gedeeltelijk gefinancierd
wordt door het Brussels Gewest, moet daarom voorgelegd worden
voor voorafgaand akkoord bij het Controlecollege voor verkiezingsuitgaven
van het Brussels gewestelijk Parlement.
Question n° 610 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Nombre de textes (éditos, avant-propos, préfaces …) signés
par le ministre ces trois dernières années dans le cadre de documents
diffusés publiquement.
Durant ces trois dernières années, je souhaite connaître la
liste et la nature (préface, conclusion …) des textes signés par le
ministre qui ont fait l’objet d’une publication et d’une diffusion
publique.
Pour chaque texte, je souhaite qu’on précise le type de signature
utilisée (compétence, nom et prénom, photographie …).
Réponse : J'ai l'honneur d'informer l'honorable membre que
je respecte scrupuleusement la législation bruxelloise relative
aux dépenses électorales et au contrôle des communications gouvernementales.
Tout édito, avant-propos et/ou préface dans une
publication émanant d'une organisation/association financée en
tout ou en partie par la Région bruxelloise, doit donc l'objet d'une
présentation pour accord préalable auprès du Collège de Contrôle
des Dépenses électorales du Parlement régional bruxellois.
In dit kader heb ik de eer het geachte lid mee te delen dat ik tijdens
de drie laatste jaren bij dit College vragen voor toelating van
Dans ce cadre, j'ai l'honneur d'informer l'honorable membre
que sur les trois dernières années j'ai soumis auprès de ce Collège

156
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
publicatie voor de volgende teksten heb ingediend (hoofdartikels,
voorwoord, inleidingen) :
– « Anders naar de winkel » : brief ondertekend door minister
Cerexhe en staatssecretaris voor Mobiliteit Bruno Delille,
waarin aan de partnerhandelaars het reilen en zeilen van deze
actie uit de doeken wordt gedaan. Een actie die mikt op de fiets
voor verplaatsingen naar de handelswijken.
– Voorwoord van de heruitgave van « Brussels European gateway
to key markets », met vermelding van de naam, voornaam
en titel van de minister.
– Editoriaal van het adresboekje voor ondernemers in moeilijkheden,
met vermelding van de naam, voornaam en titel van de
minister.
des demandes d'autorisation de publication pour les textes (éditos,
préfaces, avant-propos) suivants :
– « Shopping autrement » : courrier co-signé par le ministre
Cerexhe et le secrétaire d'État à la Mobilité Bruno Delille,
expliquant aux commerçants partenaires de l'opération les
tenants et aboutissants de cette action qui vise à favoriser le
vélo dans les déplacements vers les quartiers commerçants.
– Préface de la réédition du « Brussels European gateway to key
markets », avec mention du nom, prénom et titre du ministre.
– Éditorial du « Carnet d'adresses pour entrepreneurs en difficulté
», avec mention du nom, prénom et titre du ministre.
Vraag nr. 611 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kosten voor studies en consultancy in 2010 en 2011.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor de
ION's en voor alle andere gewestelijke organen waarop u toezicht
uitoefent, het aantal en de kosten voor de studies en consultancy
(van welke aard dan ook) waartoe in 2010 en 2011 opdracht is
gegeven.
Voor elk daarvan, had ik graag beknopte informatie over de
inhoud, de auteurs en de desbetreffende kosten.
Graag vernam ik voor elke studie/consultancy welke overheidsopdracht
werd uitgeschreven.
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid de volgende informatie
mede te delen :
Kabinet
Mijn kabinet heeft geen onderzoek en/of consultancy besteld
in 2010 en 2011.
BAO
Wat het BAO betreft, vindt u de kosten van consultancy in
bijlage (*).
Actiris
Wat Actiris betreft, vindt u de kosten van consultancy in bijlage
(*).
GOMB
Voor de GOMB vindt u de kosten van consultancy in bijlage
(*).
GIMB
De GIMB heeft in 2010 en 2011 geen studies aangevraagd en
doet geen beroep op consultancy.
Question n° 611 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des études et frais de consultance en 2010 et 2011.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou toute
autre institution à caractère régional sur lesquels vous exercez
une tutelle, je souhaite connaître le nombre et le coût des études
et autres consultances (de toute nature) qui ont été commanditées
en 2010 et 2011.
Pour chacune d’entre elles, je souhaite disposer d’un bref descriptif,
des auteurs ainsi que des coûts y afférents.
Enfin, je souhaite savoir, pour chaque étude/consultance, quel
type de marché public a été passé.
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre
les éléments suivants :
Cabinet
Mon cabinet n'a commandité aucune étude et/ou consultance
en 2010 et 2011.
ABE
En ce qui concerne l'ABE, vous trouverez les coûts de consultance
en annexe (*).
Actiris
En ce qui concerne Actiris, vous trouverez les coûts de consultance
en annexe (*).
SDRB
En ce qui concerne la SDRB, vous trouverez les coûts de
consultance en annexe (*).
SRIB
La SRIB n’a pas commandé d’études en 2010 et 2011 et ne fait
pas appel à de la consultance.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
157
ESR
De Economische en Sociale Raad van het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest heeft in 2011 één studie besteld (geen
voor het jaar 2010).
Deze studie is bedoeld om de kwantitatieve behoeften van
kleine ondernemingen met industrieel karakter te bepalen – activiteiten
ter ondersteuning van de stad – om zo te anticiperen op
hun harmonieuze ontwikkeling om bij te dragen tot de duurzame
werking van de stad.
Als gevolg van een onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking,
werd de verwezenlijking van deze studie toevertrouwd
aan het bedrijf Bruno Bianchet CVBA. De kosten ervan bedragen
33.800 EUR inclusief btw.
De Economische en Sociale Raad van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest heeft eveneens een beroep gedaan op 1 consulent in 2011
(geen in 2010) om het energieprestatiecertificaat van zijn gebouw
te verkrijgen, gelegen op de Bischoffsheimlaan 26 te 1000
Brussel.
Als gevolg van een onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking,
werd deze opdracht toevertrouwd aan T4M (studiebureau
gespecialiseerd in de energieprestatie van gebouwen) voor een
bedrag van 3.285,15 EUR btw inbegrepen.
Innoviris
Gelieve in bijlage (*) een samenvattende tabel te vinden van de
uitgaven betreffende deze rubrieken voor de jaren 2010 en 2011.
Rekening houdend met de bedragen, zijn de contracten gesloten
door Innoviris via onderhandelingsprocedure gebeurd. Innoviris
maakt momenteel een analyse met als doel de dienstenleveranciers
opnieuw te laten concurreren overeenkomstig de wetgeving
betreffende de openbare aanbestedingen.
Atrium
Wat het Atrium betreft, vindt u de kosten van consultancy in
bijlage (*).
(*) (De bijlagen zullen niet gepubliceerd worden, maar blijven ter
beschikking voor raadpleging op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
CES
Le Conseil économique et social de la Région de Bruxelles-
Capitale a commandité 1 étude en 2011 (aucune pour l'année
2010).
Celle-ci vise à définir les besoins en termes quantitatifs des
petites entreprises à caractère industriel – activités de support à la
ville – afin d'anticiper leur développement harmonieux de manière
à contribuer au fonctionnement durable de la ville.
Suite à une procédure négociée sans publicité, la réalisation de
cette étude a été confiée à la société Bruno Bianchet SCRI. Son
coût s'élève à 33.800 EUR TVAC.
Le Conseil économique et social de la Région de Bruxelles-
Capitale a également fait appel à 1 consultant en 2011 (aucun en
2010) afin de réaliser la certification énergétique de son bâtiment,
situé Boulevard Bischoffsheim, 26 à 1000 Bruxelles.
Suite à une procédure négociée sans publicité, cette mission a
été confiée à T4M (bureau d'étude spécialisé dans la performance
énergétique des bâtiments) pour un montant de 3.285,15 EUR
TVAC.
Innoviris
Veuillez trouver en annexe (*) un tableau récapitulatif des
dépenses relatives à ces rubriques pour les années 2010 et 2011.
Compte tenu des montants, les marchés passés par Innoviris
l'ont été par procédure négociée. Innoviris procède actuellement
à une analyse en vue de remettre en concurrence ses fournisseurs
de services conformément à la législation relative aux marchés
publics.
Atrium
En ce qui concerne Atrium, vous trouverez les coûts de consultance
en annexe (*).
(*) (Les annexes ne seront pas publiées mais resteront disponibles
pour consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)
Vraag nr. 612 van de heer Dominiek Lootens-Stael d.d.
25 november 2011 (N.) :
De aanwerving van personeel bij de Gewestelijke Werkgelegen
heidsinspectie.
De Brusselse regering heeft bij besluit van 6 oktober 2011
beslist om 5 contractuele beambten aan te werven voor uitzonderlijke
en tijdelijke behoeften in het kader van de regularisatieprocedure;
en dit voor een periode van 18 maanden.
Graag had ik geweten hoeveel van deze 5 personen over de
vereiste tweetaligheidsattesten beschikken.
Question n° 612 de M. Dominiek Lootens-Stael du 25 novembre
2011 (N.) :
Le recrutement de personnel à l'Inspection régionale de
l'emploi.
Par arrêté du 6 octobre 2011, le gouvernement bruxellois a
décidé d'engager 5 agents contractuels dans le cadre des besoins
exceptionnels et temporaires liés à la procédure de régularisation,
et ce pour une période de 18 mois.
Je voudrais savoir combien de ces 5 personnes disposent des
brevets linguistiques requis.

158
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Welk budget wordt hiervoor uitgetrokken ?
Antwoord : Ik kan u niet meedelen of de vijf contractuele personeelsleden
die eerstdaags bij de gewestelijke tewerkstellingsinspectie
in dienst genomen zullen worden een tweetaligheidsattest
hebben. Inderdaad, de wervingsprocedure is nog steeds aan de
gang en er zijn nog geen kandidaten gekozen.
Hoe dan ook werd dit attest niet gevraagd aan de kandidaten
wegens niet verplicht.
Dit gezegd zijnde geven de meeste kandidaten blijk van voldoende
(of nog beter) functionele kennis van de tweede taal.
Ik kan hier nog aan toevoegen dat de inspectie, in haar dagelijkse
werking, voldoende aandacht schenkt aan de tweetaligheid
van haar interventieploegen op het terrein.
Het voorziene budget is 40.000 EUR per jaar voor elk van de
vier assistenten B1 en 38.000 EUR voor de adjunct C1.
Quel budget affecte-t-on à cette fin ?
Réponse : Je ne suis pas en mesure de vous faire savoir si les
cinq agents contractuels qui vont être prochainement engagés à
l’inspection régionale de l’emploi disposent d’une attestation de
bilinguisme. En effet, la procédure de recrutement est toujours en
cours et le choix des candidats n’a pas encore été opéré.
La possession de cette attestation n’a pas été exigée des candidats,
car elle ne revêt aucun caractère obligatoire.
Ceci étant rappelé, la plupart des postulants font état d’une
connaissance fonctionnelle suffisante (ou meilleure encore) de la
seconde langue.
Je puis ajouter que, dans son fonctionnement quotidien, l’inspection
est attentive à conférer un bilinguisme suffisant à ses
équipes d’intervention sur le terrain.
Le budget prévu est de 40.000 EUR par an pour chacun des
quatre assistants B1 et de 38.000 EUR pour l’adjoint C1.
Vraag nr. 614 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
De mogelijke delokalisatie van Jet Airways.
De Indische maatschappij Jet Airways heeft de mogelijkheid
aangekondigd van een delokalisatie van haar activiteiten
naar Parijs of Amsterdam. Heeft u informatie over het aantal
Brusselaars die daar werken en heeft die maatschappij steun
gekregen van het Gewest om haar activiteiten te ontwikkelen ?
Volgt uw kabinet het dossier op en wordt er onderhandeld met de
vertegenwoordigers van de maatschappij ?
Antwoord : De Indiase luchtvaartmaatschappij Jet Airways,
gevestigd in Zaventem, in het Vlaams Gewest, gebruikt de
Brusselse luchthaven als haar belangrijkste Europese hub voor
haar vluchten tussen India en de Verenigde Staten.
1. De Belgische activiteiten van deze firma zijn evenwel beperkt
tot supervisie, met een per soneelsbestand van 40 personen,
van wie er 8 in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wonen.
Bij de leveranciers zou een eventueel vertrek van de firma
echter sterke voelbaar zijn. Vol gens Jet Airways blijkt uit de
statistieken van de luchthaven dat de firma gezorgd heeft voor
600 à 700 nieuwe arbeidsplaatsen en goed is voor 1.800 à
2.100 onrechtstreekse arbeids plaatsen.
2. Daar Jet Airways in het Vlaams Gewest is gevestigd, heeft de
firma geen financiële steun van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest ontvangen voor het ontwikkelen van haar activi teiten.
De firma sloot echter wel een partnerschapsovereenkomst op
het vlak van promotie met Brussel Invest & Export, met als
doel zakenlieden die via Brussel vliegen, aan te moedigen de
troeven van ons Gewest te ontdekken tijdens een bezoek.
3. Mijn diensten onderhouden via Brussel Invest & Export
regelmatige contacten met de bedrijfsleiding van Jet Airways
en hebben deze ervan verzekerd dat ik indien nodig volledig
Question n° 614 de Mme Françoise Schepmans du 25 novembre
2011 (Fr.) :
Le scénario de la délocalisation de la société Jet Airways.
La société indienne Jet Airways a annoncé la possibilité d’une
délocalisation de ses activités vers Paris ou Amsterdam. Je souhaiterais
savoir si vous disposez d’informations sur le nombre de
Bruxellois qui sont employés par cette société, et pouvez-vous
me dire si cette dernière a bénéficié d’aides régionales pour le
développement de ses activités ? Votre cabinet suit-il ce dossier et
des pourparlers sont-ils en cours avec les représentants de ladite
entreprise ?
Réponse : La compagnie aérienne indienne Jet Airways est
établie à Zaventem, en Région flamande. Elle utilise l’aéroport de
Bruxelles comme hub européen principalement pour ses vols entre
l’Inde et les États-Unis.
1. Ses activités en Belgique se limitent néanmoins à de la supervision.
Son staff est composé de 40 personnes, dont 8 habitent
en Région bruxelloise. Mais c’est du côté des fournisseurs que
l’impact d’un départ éventuel de la société se ferait ressentir le
plus fortement. Selon Jet Airways, des statistiques de l’aéroport
démontrent que la société est à l’origine de la création de 600
à 700 emplois directs et de 1.800 à 2.100 emplois indirects.
2. Jet Airways étant localisée en Région flamande, elle n’a bénéficié
d’aucune aide financière de la Région bruxelloise pour
le développement de ses activités. Par contre un accord de
partenariat promotionnel a été signé avec Bruxelles Invest &
Export, dans le but d’inciter les hommes d’affaires en transit à
Bruxelles à y faire une escale pour découvrir les atouts de notre
Région.
3. Mes services, via Bruxelles Invest & Export, sont en contacts
réguliers avec les dirigeants de cette entreprise et les ont
assurés de toute ma disponibilité si nécessaire. Cependant la

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
159
ter beschikking sta. Een eventuele verhuizing naar Parijs of
Amsterdam hangt evenwel af van interne strategische overwegingen,
zoals een eventuele alliantie met Skyteam, waarop wij
geen invloed hebben.
Ten slotte heeft de bedrijfsleider ons gemeld dat nog geen
beslissing genomen is en dat zelfs indien voor een delokalisatie
gekozen zou worden, dit niet automatisch betekent dat de vluchten
naar Brussel stopgezet worden.
relocalisation éventuelle sur Paris ou Amsterdam dépend de
considérations stratégiques internes, telles qu’un ralliement
éventuel au groupement Skyteam, sur lesquelles nous n’avons
pas d’influence.
Enfin, le responsable de l’entreprise nous a indiqué qu’aucune
décision n’avait encore été prise et que si l’option d’une délocalisation
était choisie, cela ne signifierait pas pour autant l’arrêt des
vols sur Bruxelles.
Vraag nr. 615 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Opdracht uitgeschreven door Actiris.
Actiris heeft een opdracht uitgeschreven om een privéfirma te
vragen haar ontwerp van beheerscontract op te stellen.
Waarom wordt een opdracht die tot de kerntaken van dit orgaan
behoort uitbesteed aan een privéfirma en waarom heeft Actiris niet
het nodige personeel en de interne kennis om het kader van haar
eigen activiteiten zelf te bepalen ?
Antwoord : Aangezien de formulering van de vraag verwarring
kan scheppen, wil ik verwijzen naar artikel 7bis van de
Ordonnantie van 18 januari 2001 houdende organisatie en werking
van de Brusselse Gewestelijke Dienst voor Arbeidsbemiddeling.
Dit artikel verduidelijkt in § 1 : « De bijzondere regels en voorwaarden
op grond waarvan de Dienst de hem door deze ordonnantie
toevertrouwde opdrachten uitvoert, worden vastgelegd in
een beheerscontract gesloten tussen de Regering en de Dienst,
vertegenwoordigd door zijn beheerscomité. ».
De volgende paragraaf preciseert nadien waar het over gaat:
doelstellingen, taken, middelen, niet-financiële engagementen van
de regering, engagementen van de Dienst, uitvoerings- en opvolgingsmodaliteiten.
In verband hiermee zou men dus in geen geval kunnen spreken
over « privatisering » van een « opdracht die raakt aan de kern van
de bevoegdheden » van Actiris en al zeker niet om te verhelpen
aan een tekortkoming in de middelen van de dienst.
Het beheerscontract is een conventioneel instrument dat wederzijdse
verplichtingen bevat, afgesloten na onderhandeling tussen
partijen en dat op soms zeer technische noties betrekking heeft.
Het lijkt daarom verstandig om beroep te doen op de deskundigheid
van een derde die met de vereiste neutraliteit een even
scherpe als noodzakelijke bijstand kan geven. Een dergelijke hulp
werd nuttig bevonden en gewaardeerd bij het afsluiten van het
huidige contract. Daarom wordt er dit keer opnieuw een beroep
op gedaan, met de bijkomende opdracht om mee te helpen aan de
evaluatie van het verstreken contract.
Het gaat dus niet over een opdracht die aanbesteed is door de
Dienst, maar door de twee partijen : Actiris en het ministerie van
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest hebben via de aankondiging
van opdracht nr. 28/2011-Actiris, gepubliceerd in het Bulletin der
Aanbestedingen op 23 september 2011 (ref. 2011-520937), een
beroep gedaan op een consultancy-bedrijf.
Question n° 615 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Marché lancé par Actiris.
Actiris a lancé un marché visant à faire appel à une firme privée
pour élaborer son projet de contrat de gestion.
Pourriez-vous m'expliquer pourquoi cette mission qui touche
au cœur des compétences de cet organisme est privatisée et comment
Actiris n'a pas le personnel et les compétences en interne
pour gérer ce qui définira le cadre même de son activité ?
Réponse : La formulation de la question pouvant porter à
confusion, je me permets de vous renvoyer à l'article 7bis de
l'ordonnance du 18 janvier 2001 portant organisation et fonctionnement
de l'Office régional bruxellois de l'Emploi.
Cet article précise en son § 1 : « Les règles et conditions spéciales
selon lesquelles l'Office exerce les missions qui lui sont
confiées par la présente ordonnance sont arrêtées dans un contrat
de gestion conclu entre le gouvernement et l'Office, représenté par
son comité de gestion. ».
Le paragraphe suivant précise ensuite de quoi il s'agit : objectifs,
tâches, moyens, engagements non financiers du gouvernement,
engagements de l'Office, modalités de mise en oeuvre et
de suivi.
On ne saurait donc en aucun cas parler à ce propos de « privatisation
» d'une « mission qui touche au cœur des compétences »
d'Actiris, et certainement pas pour pallier une carence des moyens
de l'Office.
Le contrat de gestion est un instrument conventionnel porteur
d'obligations réciproques, conclu après une négociation entre parties,
et portant sur des notions parfois très techniques.
Il paraît donc judicieux de recourir à l'expertise d'un tiers pouvant
exercer avec toute la neutralité requise une assistance aussi
pointue que nécessaire. Une telle aide avait été utile et appréciée
lors de la passation du contrat actuel. C'est pourquoi il y est fait à
nouveau appel cette fois-ci, avec la mission supplémentaire d'aider
à l'évaluation du contrat échu.
Il ne s'agit donc pas d'un marché lancé par l'Office, mais
bien par les deux parties : Actiris et le ministère de la Région de
Bruxelles-Capitale ont fait appel à une firme de consultance via
l’avis de marché N° 28/2011-Actiris, publié au Bulletin des adjudications
le 23 septembre 2011 (réf. 2011-520937).

160
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Price Waterhouse Coopers en Deloitte hebben op de offerteaanvraag
geantwoord.
Na de evaluatie van de kandidaatsdossiers werd de opdracht
toegewezen aan Price Waterhouse Coopers.
Op 21 november 2011 is de consultant van start gegaan met
de opdracht voor de opmaak van een nieuw beheerscontract, dat
normaal op het einde van het eerste trimester van 2012 moet klaar
zijn.
PricewaterhouseCoopers et Deloitte ont répondu à l’appel
d’offres.
Après évaluation des dossiers de candidature, le marché a été
attribué à PricewaterhouseCoopers.
Le consultant a commencé ses travaux le 21 novembre 2011 en
vue de l’élaboration du nouveau contrat de gestion, dont la conclusion
est prévue à la fin du premier trimestre 2012.
Vraag nr. 616 van de heer Vincent De Wolf d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Voertuigenpark van het Brussels Agentschap voor de Onderneming
(BAO).
Ik heb vragen over het voertuigenpark van het Brussels
Agentschap voor de Onderneming (BAO).
Graag ontving ik in dat verband een antwoord op de volgende
vragen :
– Over hoeveel voertuigen beschikt het BAO ?
– Van welk merk en met welk vermogen ? Quid met de CO 2 -
uitstoot ?
– Waarvoor dienen die voertuigen exact ?
Antwoord : Over hoeveel voertuigen beschikt het BAO?
14 voertuigen
Wat is het merk en het vermogen van deze wagens ? Wat kunnen
we zeggen over de CO 2 -uitstoot van deze wagens ?
– Mercedes Classe B – 109 PK – 139 g/km
– BMW 318 Touring – 136 PK – 139 g/km
Question n° 616 de M. Vincent De Wolf du 30 novembre 2011
(Fr.) :
Parc automobile de l'Agence bruxelloise pour l'Entreprise
(ABE).
Je m’interroge quant à l’état du parc automobile de l’Agence
bruxelloise pour l’Entreprise (ABE).
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– De combien de véhicules automobiles dispose l’ABE ?
– Quelles sont les marques et puissances de ces véhicules ?
Qu’en est-il, par ailleurs, des taux d’émission de CO 2 de ceuxci
?
– Qu’en est-il, enfin, des affectations précises de ces véhicules ?
Réponse : De combien de véhicules automobiles dispose
l’ABE ?
14 véhicules
Quelles sont les marques et les puissances de ces voitures ?
Qu’en est-il des taux d’émission de CO 2 de ceux-ci ?
– Mercedes Classe B – 109CH – 139 g/km
– BMW 318 Touring – 136pCH – 139 g/km
– BMW X1 xDrive – 136 PK – 164 g CO 2
– BMW X1 xDrive – 136 pk – 164 g CO 2
– BMW X3 – 150 PK – 191 g CO 2
– BMW X3 – 150CH – 191 g CO 2
– FORD SMAX –140 PK – 169 g CO 2
– Seat Ibiza Ecomotive – 80 PK – 99 g/km
– FORD SMAX – 140 CH – 169 g CO 2
– Seat Ibiza Ecomotive – 80 CH – 99 g/km
– Smart For TWO – 33 Kw – 87 g CO 2
– Smart For TWO – 33 Kw – 87 g CO 2
– VW Sharan – 115 PK – 172 g CO 2
– VW New Passat Variant – 140 PK – 135 g
– VW Sharan – 115 CH – 172 g CO 2
– VW New Passat Variant – 140 CH – 135 g
– VW Passat – 105 PK – 135 g CO 2
– VW Touran – 140 PK – 156 g/km
– VW Passat – 105 CH – 135 g CO 2
– VW Touran – 140 CH – 156 g/km

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
161
– Ford Galaxy – 92 kW – 166 g CO 2
– Ford Galaxy – 92 kw – 166 g CO 2
– Audi A4 – 100 kW – 149 g CO 2
Waarvoor worden deze wagens precies gebruikt ?
Deze voertuigen zijn bestemd voor functies met verantwoordelijkheden
als kaderlid en verplichtingen voor regelmatige verplaatsingen.
– Audi A4 – 100 kw – 149 g CO 2
Qu’en est-il des affectations précises de ces véhicules ?
Ces véhicules sont affectés à des fonctions ayant des responsabilités
d’encadrement et des obligations régulières de déplacement.
Vraag nr. 617 van de heer Vincent De Wolf d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Evolutie van het personeel bij Actiris.
In de marge van de begrotingsbesprekingen, heb ik vragen over
de evolutie van het personeel bij Actiris.
In dat verband, zou ik graag de volgende vragen willen stellen
:
– Hoeveel voltijdsequivalenten zijn er momenteel aan de slag bij
die ION ?
– Hoe ziet de evolutie van het personeelsbestand eruit voor de
jongste drie kalenderjaren ?
– Hoe ziet de stijging of daling van de VTE's eruit voor de jaren
2009, 2010 en 2011 ?
– Welke redenen verklaren die opwaartse of neerwaartse evolutie,
desgevallend per activiteitssector ?
Antwoord : Hoeveel VTE’s telt momenteel deze ION ?
Op 30 november 2011 telt Actiris 749,8 VTE's.
Hoe evolueerde het personeel van deze instelling de laatste
3 kalenderjaren ? Hoe sterk is de vooruitgang of achteruitgang van
het aantal VTE’s in 2009, 2010 et 2011 ?
Jaar Gemiddelde Gemiddelde aantal
VTE
fysieke personen
2009 698,58 836
2010 720,74 846
30/11/2011 750,88 881
Welke elementen rechtvaardigen de stijging of daling van deze
evolutie, eventueel per activiteitensector ?
De stijging van het aantal personeelsleden is te wijten aan de
aanwervingen die door het Beheerscomité werden toegestaan in
het kader van de uitvoering van het Beheerscontract 2006-2011
ter versterking van de operationele diensten van Actiris en voor
de voltooiing van de decentralisatie van de diensten aan de werkzoekenden.
Question n° 617 de M. Vincent De Wolf du 30 novembre 2011
(Fr.) :
Évolution du personnel d'Actiris.
En marge des discussions budgétaires, je m’interroge quant à
l'évolution du personnel au sein d'Actiris.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Quel est le nombre actuel d’équivalents temps plein au sein de
cet OIP ?
– Quelle est l’évolution du personnel de celui-ci au cours des
trois dernières années civiles ?
– Quelle est ainsi la progression ou régression en ETP pour les
années 2009, 2010 et 2011 ?
– Quels éléments peuvent justifier la hausse ou la baisse de cette
évolution, le cas échéant par secteur d’activité ?
Réponse : Quel est le nombre actuel d’équivalents temps plein
au sein de cet OIP ?
Au 30 novembre 2011 Actiris compte 749,8 ETP
Quelle est l’évolution du personnel de celui-ci au cours des
trois dernières années civiles ? Quelle est ainsi la progression ou
régression en ETP pour les années 2009, 2010 et 2011 ?
Année Moyenne Moyenne
ETP personnes physiques
2009 698,58 836
2010 720,74 846
30/11/2011 750,88 881
Quels éléments peuvent justifier la hausse ou la baisse de cette
évolution, le cas échéant par secteur d’activités ?
La progression des effectifs en personnel s’explique par les
engagements autorisés par le comité de gestion dans le cadre de la
mise en œuvre du contrat de gestion 2006-2011 pour le renforcement
des services opérationnels d’Actiris et pour l’achèvement de
la décentralisation des services aux chercheurs d’emploi.

162
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 618 van de heer Vincent De Wolf d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Evolutie van het personeel bij het Instituut ter Bevordering
van het Wetenschappelijk Onderzoek en de Innovatie van
Brussel (IWOIB-Innoviris).
In de marge van de begrotingsbesprekingen, heb ik vragen
over de evolutie van het personeel bij het Instituut ter Bevordering
van het Wetenschappelijk Onderzoek en de Innovatie van Brussel
(IWOIB-Innoviris).
In dat verband, zou ik graag de volgende vragen willen stellen :
– Hoeveel voltijdsequivalenten zijn er momenteel aan de slag bij
die ION ?
– Hoe ziet de evolutie van het personeelsbestand eruit voor de
jongste drie kalenderjaren ?
– Hoe ziet de stijging of daling eruit van de VTE's voor de jaren
2009, 2010 en 2011 ?
– Welke redenen verklaren die opwaartse of neerwaartse evolutie,
desgevallend per activiteitssector ?
Antwoord : Op 31 december 2009, bedroeg dit aantal 24 FTE
(24 personen voltijds).
Op 31 december 2010, bedroeg dit aantal 24,8 FTE (25 personen
waarvan 1 aan 80 %).
Het aantal voltijdse equivalenten op 16 december 2011 bedraagt:
24,20 FTE (25 personen waarvan 2 aan 80 % en 1 aan 60 %).
De evolutie van het personeel tussen 31 december 2009 en
16 december 2011 kan als volgt uitgelegd worden : 1 persoon
werd naar het MBHG overgeplaatst door intergewestelijke mobiliteit,
3 personen hebben ervoor gekozen om hun prestaties te
verminderen (2 aan 80 % en 1 aan 60 %), het informaticabeheer
werd extern geplaatst via de vzw Iristeam, de cel Europa werd
versterkt door de aanwerving van een bijkomende attaché en de
wetenschappelijke directie werd versterkt door de aanwerving van
2 bijkomende wetenschappelijke consulenten.
We moeten opmerken dat het organieke kader van het IWOIB
voorziet in een 29-tal medewerkers en dat het instituut momenteel
overgaat tot statutaire aanwervingen met het oog op het verzekeren
van een duurzaam beheer van de opdrachten die haar zijn
toevertrouwd en dat er momenteel een aanstellingsprocedure voor
gemandateerde leidende ambtenaren lopende is.
Question n° 618 de M. Vincent De Wolf du 30 novembre 2011
(Fr.) :
Évolution du personnel de l'Institut d'Encouragement de la
Recherche Scientifique et de l'Innovation de Bruxelles (IRSIB
– Innoviris).
En marge des discussions budgétaires, je m’interroge quant à
l'évolution du personnel au sein de l'Institut d'Encouragement de
la Recherche Scientifique et de l'Innovation de Bruxelles (IRSIB
– Innoviris).
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Quel est le nombre actuel d'équivalents temps plein au sein de
cet OIP ?
– Quelle est l’évolution du personnel de celui-ci au cours des
trois dernières années civiles ?
– Quelle est ainsi la progression ou régression en ETP pour les
années 2009, 2010 et 2011 ?
– Quels éléments peuvent justifier la hausse ou la baisse de cette
évolution, le cas échéant par secteur d’activité ?
Réponse : Au 31 décembre 2009, ce nombre s'élevait à 24 ETP
(24 personnes à temps plein).
Au 31 décembre 2010, ce nombre s'élevait à 24,8 ETP (25 personnes
dont 1 à 80 %).
Le nombre d'équivalents temps plein en date du 16 décembre
2011 est de : 24,20 ETP (25 personnes dont 2 à 80 % et 1 à
60 %).
L'évolution du personnel entre le 31 décembre 2009 et le
16 décembre 2011 s'explique comme suit : 1 personne a été transférée
au MRBC par mobilité intrarégionale, 3 personnes ont choisi
de réduire leurs prestations (2 à 80 % et 1 à 60 %), la gestion informatique
a été externalisée par recours à l'ASBL Iristeam, la cellule
Europe a été renforcée par l'engagement d'un attaché supplémentaire
et la direction scientifique a été renforcée par l'engagement
de 2 conseillers scientifiques supplémentaires.
Notons que le cadre organique de l'IRSIB prévoit un nombre
d'agents de 29 et que l'institut procède actuellement à des recrutements
statutaires en vue d'assurer une gestion durable des missions
qui lui sont confiées et qu'une procédure de désignation de fonctionnaires
dirigeants mandataires est également en cours.
Vraag nr. 619 van de heer Vincent De Wolf d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Evolutie van het personeel bij de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij
van Brussel (GOMB).
In de marge van de begrotingsbesprekingen, heb ik vragen
over de evolutie van het personeel bij de Gewestelijke
Ontwikkelingsmaatschappij van Brussel (GOMB).
Question n° 619 de M. Vincent De Wolf du 30 novembre 2011
(Fr.) :
Évolution du personnel de la Société de développement pour
la Région de Bruxelles-Capitale (SDRB).
En marge des discussions budgétaires, je m’interroge quant à
l'évolution du personnel au sein de la Société de développement
pour la Région de Bruxelles-Capitale (SDRB).

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
163
In dat verband, zou ik graag de volgende vragen willen stellen
:
– Hoeveel voltijdsequivalenten zijn er momenteel aan de slag bij
die ION ?
– Hoe ziet de evolutie van het personeelsbestand eruit voor de
jongste drie kalenderjaren ?
– Hoe ziet de stijging of daling eruit van de VTE's voor de jaren
2009, 2010 en 2011 ?
– Welke redenen verklaren die opwaartse of neerwaartse evolutie,
desgevallend per activiteitssector ?
Antwoord : In 2011, VTE = 124,47
Evolutie van het personeel :
In 2009, VTE = 123,38
In 2010, VTE = 124,86
De evolutie van het personeel van de GOMB is over de jaren
heen vrij stabiel gebleven. Dit valt te verklaren door de beperkte
wijzigingen in de roosters van het personeel en door het feit dat het
aantal aanvragen van loopbaanonderbreking in de afgelopen drie
jaar vrijwel identiek is gebleven.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Quel est le nombre actuel d'équivalents temps plein au sein de
cet OIP ?
– Quelle est l’évolution du personnel de celui-ci au cours des
trois dernières années civiles ?
– Quelle est ainsi la progression ou régression en ETP pour les
années 2009, 2010 et 2011 ?
– Quels éléments peuvent justifier la hausse ou la baisse de cette
évolution, le cas échéant par secteur d’activité ?
Réponse : En 2011, ETP = 124,47
Évolution du personnel :
– En 2009, ETP = 123,38
– En 2010, ETP = 124,86
L'évolution du personnel à la SDRB est relativement stable
dans le temps. Cela s’explique par les faibles changements d’horaires
du personnel ou encore par un nombre de demandes d’interruption
de carrière pratiquement identique au cours de ces trois
dernières années.
Vraag nr. 620 van de heer Vincent De Wolf d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Evolutie van het personeel bij de Gewestelijke Investeringsmaatschappij
van Brussel (GIMB).
In de marge van de begrotingsbesprekingen, heb ik vragen
over de evolutie van het personeel bij de Gewestelijke
Investeringsmaatschappij van Brussel (GIMB).
In dat verband, zou ik graag de volgende vragen willen stellen
:
– Hoeveel voltijdsequivalenten zijn er momenteel aan de slag bij
die ION ?
– Hoe ziet de evolutie van het personeelsbestand eruit voor de
jongste drie kalenderjaren ?
– Hoe ziet de stijging of daling eruit van de VTE's voor de jaren
2009, 2010 en 2011 ?
– Welke redenen verklaren die opwaartse of neerwaartse evolutie,
desgevallend per activiteitssector ?
Antwoord : In 2011: 21,2 VTE
Evolutie van het personeel :
In 2009 : 21,7 VTE
In 2010 : 22,9 VTE
Question n° 620 de M. Vincent De Wolf du 30 novembre 2011
(Fr.) :
Évolution du personnel de la Société Régionale d'Investissement
de Bruxelles (SRIB).
En marge des discussions budgétaires, je m’interroge quant à
l'évolution du personnel au sein de la Société Régionale d'Investissement
de Bruxelles (SRIB).
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Quel est le nombre actuel d'équivalents temps plein au sein de
cet OIP ?
– Quelle est l’évolution du personnel de celui-ci au cours des
trois dernières années civiles ?
– Quelle est ainsi la progression ou régression en ETP pour les
années 2009, 2010 et 2011 ?
– Quels éléments peuvent justifier la hausse ou la baisse de cette
évolution, le cas échéant par secteur d’activité ?
Réponse : En 2011 : 21,2 ETP
Évolution du personnel :
En 2009 : 21,7 ETP
En 2010 : 22,9 ETP

164
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
De evolutie van het personeel van de GOMB is over de jaren
heen vrij stabiel gebleven. Dit valt te verklaren door de beperkte
wijzigingen in de roosters van het personeel en door het feit dat het
aantal aanvragen van loopbaanonderbreking in de afgelopen drie
jaar vrijwel identiek is gebleven.
L'évolution du personnel à la SRIB est relativement stable dans
le temps. Cela s’explique par les faibles changements d’horaires
du personnel ou encore par un nombre de demandes d’interruption
de carrière pratiquement identique au cours de ces trois dernières
années.
Vraag nr. 621 van de heer Vincent De Wolf d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Evolutie van het personeel bij het Brussels Agentschap voor
de Onderneming.
In de marge van de begrotingsbesprekingen, heb ik vragen over
de evolutie van het personeel bij het Brussels Agentschap voor de
Onderneming.
In dat verband, zou ik graag de volgende vragen willen stellen
:
– Hoeveel voltijdsequivalenten zijn er momenteel aan de slag bij
die ION ?
– Hoe ziet de evolutie van het personeelsbestand eruit voor de
jongste drie kalenderjaren ?
– Hoe ziet de stijging of daling eruit van de VTE's voor de jaren
2009, 2010 en 2011 ?
– Welke redenen verklaren die opwaartse of neerwaartse evolutie,
desgevallend per activiteitssector ?
Antwoord :
2008 : 51,6 VTE
2009 : 51,34 VTE
2010 : 50,4 VTE
Het Agentschap kende de voorbije drie jaren geen waarneembare
personeelsevolutie. Het aantal posten en functies blijft
constant. De ontslagen of vrijwillige vertrekken kunnen echter
het aantal VTE per kalenderjaar licht beïnvloeden. De aanwervingsprocedures
kunnen soms lang zijn en bepaalde betrekkingen
kunnen verschillende maanden vacant blijven in de periode dat er
een vervanger gezocht wordt.
In 2011 was er een reorganisatie van de diensten : bepaalde
functies werden geschrapt, andere werden gecreëerd op voor het
Agentschap meer strategische plaatsen. In dit kader gaat het enkel
om een herbestemming van posten, zonder dat het personeelsbestand
toeneemt.
Question n° 621 de M. Vincent De Wolf du 30 novembre 2011
(Fr.) :
Évolution du personnel de l'Agence bruxelloise pour l'Entreprise
(ABE).
En marge des discussions budgétaires, je m’interroge quant
à l'évolution du personnel au sein de l'Agence bruxelloise pour
l'Entreprise (ABE).
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Quel est le nombre actuel d'équivalents temps plein au sein de
cet OIP ?
– Quelle est l’évolution du personnel de celui-ci au cours des
trois dernières années civiles ?
– Quelle est ainsi la progression ou régression en ETP pour les
années 2009, 2010 et 2011 ?
– Quels éléments peuvent justifier la hausse ou la baisse de cette
évolution, le cas échéant par secteur d’activité ?
Réponse :
2008 : 51,6 ETP
2009 : 51,34 ETP
2010 : 50,4 ETP
L’Agence ne note pas d’évolution sensible de son personnel
au cours de ces trois dernières années. Le nombre de postes et
de fonctions reste constant. Cependant, les licenciements ou les
départs volontaires peuvent légèrement influencer le nombre
d’ETP par année civile. Les procédures de recrutement peuvent
à certains moments être longues et certains postes peuvent rester
vacants plusieurs mois durant le temps de trouver le remplaçant.
En 2011 a eu lieu une réorganisation des services : certaines
fonctions ont été abandonnées et d’autres ont été créées à des
endroits plus stratégiques pour l’Agence. Dans ce cadre, il s’agit
uniquement de réaffectation de postes de travail, sans croissance
au niveau du personnel.
Vraag nr. 622 van mevr. Zakia Khattabi d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Het domein Latour de Freins.
Het domein Latour de Freins, dat door Research in Brussels
beheerd wordt, huisvest verschillende actoren inzake onderzoek
en biedt ook seminariezalen en woningen aan voor de « mobiele »
onderzoekers. Graag een overzicht van het tewerkgestelde perso-
Question n° 622 de Mme Zakia Khattabi du 30 novembre 2011
(Fr.) :
Le Domaine Latour de Freins.
Le Domaine Latour de Freins, géré par Research in Brussels,
héberge différents acteurs en matière de recherche, et propose également
des salles de séminaires, ainsi que des logements pour des
chercheurs « mobiles ». Pourriez-vous me détailler le personnel

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
165
neel voor het beheer en de administratie van het domein (aantal,
functies). Welke bedragen zijn er in 2009, 2010 en 2011 besteed
aan die opdracht (personeelskosten, werkingskosten) en wat hebben
de activiteiten in die jaren opgebracht ? Welke activiteiten
zijn er georganiseerd in het kader van het beheer van het domein
de jongste drie jaar (aantal en nationaliteit van de onderzoekers,
aantal en soort evenementen) ?
Antwoord : Op dit ogenblik bestaat het personeel tewerkgesteld
voor het beheer en de administratie van het domein uit
5 VTE's (1 receptioniste, 2 bewakers-chauffeurs-tuinmannen, een
eerste kok en 1 keukenhulp). Hieraan wordt 0,4 VTE toegevoegd
van de administratieve en financiële assistente van de vereniging
en 0,3 VTE van de directeur.
Bedragen voor het beheer van het domein van 2009 tot 2011
De personeelskosten voor het beheer van het domein bedroegen
:
– 2009 : 389.735,67 EUR
– 2010 : 248.469,52 EUR
– 2011 : 204.184,48 EUR (niet afgesloten)
Het is onmogelijk om de werkingskosten tussen de verschillende
activiteiten van RIB te detailleren (domein, sensibilisering
en promotie).
Ter info, de werkingskosten voor de ganse vereniging zijn :
– 2010 : 1.374.750 EUR
– 2011 : 1.073.121 EUR
– 2012 : 740.844 EUR
Opbrengsten uit het verschaffen van logement aan actoren
inzake onderzoek en de verhuur van zalen in 2009, 2010 en 2011
1. Verhuur van kantoren :
– 2009 : 183.808,07 EUR
– 2010 : 212.619,53 EUR
– 2011 : 203.233,99 EUR (niet afgesloten)
2. Verhuur van zalen :
– 2009 : 43.862,24 EUR
– 2010 : 79.919,96 EUR
– 2011 : 71.869,47 EUR (niet afgesloten)
3. Catering :
– 2009 : 19.029,58 EUR
– 2010 : 23.969,28 EUR
– 2011 : 21.561,00 EUR (niet afgesloten)
4. Logement :
– 2009 : 43 verschillende huurders – 49.429,71 EUR (1 Algerijn,
4 Duitsers, 3 Canadezen, 22 Fransen, 1 Georgiër, 6 Indiërs,
1 Israëliër, 2 Polen, 1 Rus, 1 Slovaak, 1 Oekraïner)
employé pour la gestion et l'administration du domaine (nombre
de postes, fonctions) ? Pourriez-vous également m’indiquer les
montants consacrés en 2009, 2010 et 2011 à cette mission (frais de
personnel, frais de fonctionnement), ainsi que les recettes générées
par les activités pour ces mêmes années ? En outre, je souhaiterais
connaître l’activité déployée dans le cadre de la gestion du domaine
ces trois dernières années (nombre et nationalité des chercheurs
accueillis, nombre et types d’événements).
Réponse : À l’heure actuelle, le personnel employé pour la
gestion et l’administration du domaine est composé de 5 ETP
(1 réceptionniste, 2 gardiens-chauffeurs-jardiniers, 1 chef de
cuisine et 1 commis de cuisine). À ceci s’ajoute 0,4 ETP de l’assistante
administrative et financière de l’association et 0,3 ETP
du directeur.
Montants consacrés à la gestion du domaine de 2009 à 2011
Les frais de personnel liés à l’exploitation du domaine ont été
de :
– 2009 : 389.735,67 EUR
– 2010 : 248.469,52 EUR
– 2011 : 204.184,48 EUR (non clôturé)
Il est impossible de détailler les frais de fonctionnement entre
les différentes activités de RIB (domaine, sensibilisation et promotion).
Pour info, les frais de fonctionnement pour toute l’association
sont de :
– 2010 : 1.374.750 EUR
– 2011 : 1.073.121 EUR
– 2012 : 740.844 EUR
Recettes générées par l'hébergement des acteurs en matière de
recherche et les locations de salles en 2009, 2010 et 2011
1. Location de bureaux :
– 2009 : 183.808,07 EUR
– 2010 : 212.619,53 EUR
– 2011 : 203.233,99 EUR (non clôturé)
2. Location de salles :
– 2009 : 43.862,24 EUR
– 2010 : 79.919,96 EUR
– 2011 : 71.869,47 EUR (non clôturé)
3. Catering :
– 2009 : 19.029,58 EUR
– 2010 : 23.969,28 EUR
– 2011 : 21.561,00 EUR (non clôturé)
4. Logement :
– 2009 :43 locataires différents – 49.429,71 EUR (1 algérien,
4 allemands, 3 canadiens, 22 français, 1 géorgien, 6 indiens,
1 israélien, 2 polonais, 1 russe, 1 slovaque, 1 ukrainien)

166
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– 2010 : 20 verschillende huurders – 37.911,07 EUR (2 Belgen,
1 Bulgaar, 4 Canadezen, 1 Tsjech, 1 Spanjaard, 3 Fransen,
1 Georgiër, 1 IJslander, 1 Indiër, 1 Keniaan, 1 Mexicaan,
2 Congolezen, 1 Rus)
– 2011 : 18 verschillende huurders – 26.258,47 EUR (niet-afgesloten)
+ stopzetting van de verhuur van flats (1 Canadees,
1 Chinees, 1 Fransman, 1 Israëliër, 2 Georgiër, 1 Hongaar,
2 Indiërs, 1 Iraniër, 1 Keniaan, 1 Pool, 1 Congolees,
5 Oekraïner)
Aantal en type evenementen georganiseerd in 2009, 2010 en
2011 wat betreft de verhuur van zalen
– 2009 : 21 evenementen, waarvan 2 ter bevordering van
de wetenschappen, 10 werkvergaderingen, 8 seminaries en
1 workshop. Opgelet, onze regelmatige klanten worden maandelijks
gefactureerd, 1 werkvergadering kan overeenkomen met
de bezetting van 20 verschillende zalen. Sommige seminaries
(Solvay) bezetten 4 zalen gedurende twee weken, 1 seminarie
kan dus overeenkomen met 40 terbeschikkingstellingen van
zalen
– 2010 : 63 evenementen, waarvan 4 ter bevordering van de
wetenschappen, 20 werkgroepen, 32 seminaries en 8 workshops
– 2011 : 351 terbeschikkingstellingen van zalen, waarvan 2 evenementen
ter bevordering van de wetenschappen, 28 werkvergaderingen,
22 seminaries en 11 workshops.
– 2010 : 20 locataires différents – 37.911,07 EUR (2 belges,
1 bulgare, 4 canadiens, 1 tchèque, 1 espagnol, 3 français,
1 géorgien, 1 islandais, 1 indien, 1 kényan, 1 mexicain,
2 congolais, 1 russe)
– 2011 : 18 locataires différents – 26.258,47 EUR (non-clôturé)
+ arrêt de la location des flats (1 canadien, 1 chinois,
1 français, 1 israélien, 2 géorgiens, 1 hongrois, 2 indiens,
1 iranien, 1 kényan, 1 polonais, 1 congolais, 5 ukrainiens)
Nombre et type d'événements organisés en 2009, 2010 et 2011
au niveau des locations de salles
– 2009 : 21 événements, dont 2 d’éveil aux sciences, 10 réunions
de travail, 8 séminaires et 1 workshop. Attention, nos clients
réguliers sont facturés par mois, aussi 1 réunion de travail peut
correspondre à 20 occupations de salles différentes. Certains
séminaires (Solvay) occupent 4 salles pendant deux semaines,
1 séminaire peut donc correspondre à 40 mises à disposition de
salles
– 2010 : 63 événements, dont 4 d’éveil aux sciences, 20 groupes
de travail, 32 séminaires et 8 workshops
– 2011 : 351 mises à disposition de salles, dont 2 événements
d’éveil aux sciences, 28 réunions de travail, 22 séminaires et
11 workshops.
Vraag nr. 623 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Werkzoekenden in opleiding.
Iedere maand vermeldt het maandelijkse rapport van Actiris dat
enkele duizenden werkzoekenden in opleiding zijn.
1. Wat is het aantal jongeren in opleiding per maand voor de jaren
2008, 2009 en 2010 ?
2. Wat is het totaal aantal werkzoekenden in opleiding voor 2008,
2009 en 2010, wetende dat een opleiding langer dan een maand
kan duren en dat sommige werkzoekenden verschillende opleidingen
in de loop van een jaar volgen ?
3. Hoeveel Franstalige werkzoekenden hebben de opleidingen
gevolgd in 2008, 2009 en 2010 ?
4. Naar welke organen zijn die doorgestuurd voor hun opleiding ?
Hoeveel werkzoekenden zijn door Actiris doorgestuurd naar
een opleiding waarvoor de VGC en de Cocof bevoegd zijn ?
Antwoord : Sta mij eerst en vooral toe te herhalen dat de
gemeenschapsinstellingen, hetzij de FGC en de VGC in het
Brussels Gewest, bevoegd zijn voor de beroepsopleidingen. Deze
instellingen moeten dus de officiële gegevens inzake de beroepsopleiding
opstellen. In het kader van het inschakelingstraject van
Question n° 623 de M. Emmanuel De Bock du 30 novembre
2011 (Fr.) :
Les demandeurs d'emploi en formation.
Chaque mois, le rapport mensuel d’Actiris mentionne le nombre
de plusieurs milliers de demandeurs d’emploi en formation.
1. Pouvez-vous me donner pour chacun des mois de l'année 2008,
2009 et 2010 le nombre de jeunes en formation ?
2. Pouvez-vous me donner pour les années 2008, 2009 et 2010 le
nombre de demandeurs d’emploi en formation au total, sachant
qu’une formation peut s’étendre sur plusieurs mois et que
certains demandeurs suivent plusieurs formations au cours de
l’année.
3. Combien de demandeur d’emploi francophones ont suivi les
formations en 2008, 2009 et 2010 ?
4. Vers quels organismes ont-ils été orientés pour leur formation ?
Pouvez-vous me donner le nombre de demandeurs d’emploi
qui ont été orientés par Actiris vers une formation dépendant
de la VGC et de la Cocof ?
Réponse : Tout d'abord, permettez-moi de rappeler que la
compétence de la formation professionnelle relève des institutions
communautaires, soit de la Cocof et de la VGC en Région bruxelloise.
Ces institutions sont donc chargées de produire les données
officielles en matière de formation professionnelle. Néanmoins

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
167
de werkzoekenden heeft Actiris echter een partnership met de
verschillende opleidingsorganisaties ontwikkeld. Op deze manier
wordt Actiris door zijn partners op de hoogte gehouden van de
WZ in opleiding. Op basis van de overdracht van deze informatie
is het mogelijk een schatting te maken van het aantal WZ in
beroepsopleiding.
Kunt u mij voor elke maand in 2008, 2009 en 2010 het aantal
jongeren in opleiding geven ?
De onderstaande tabel geeft de maandelijkse evolutie weer van
de werkzoekenden die op het einde van elke maand bij Actiris zijn
ingeschreven in een categorie gelinkt aan beroepsopleidingen. Het
gaat om een momentopname op het einde van de maand op basis
van de informatie die de opleidingspartners hebben doorgegeven.
Er moet worden opgemerkt dat heel korte opleidingen niet in deze
statistieken worden opgenomen. Deze statistieken zijn eveneens
afhankelijk van de snelheid waarmee de partners de informatie
doorgeven.
Voor 2010 is er een maandelijks gemiddelde van ongeveer
4.000 WZ in opleiding. Over het hele jaar genomen, komt dit
overeen met iets meer dan 11.000 verschillende WZ, waarvan ¼
jonger dan 25 jaar is.
dans le cadre du parcours d’insertion des demandeurs d’emploi,
Actiris a développé un partenariat avec les différents organismes
chargés de la formation. Ainsi, Actiris est informé par ces partenaires
des DE qui entrent en formation. Sur base de la transmission
de ces informations, il est possible d’estimer les DE en formation
professionnelle.
Pouvez-vous me donner pour chacun des mois de l’année 2008,
2009 et 2010 le nombre de jeunes en formation ?
Le tableau suivant donne l’évolution mensuelle des demandeurs
d’emploi inscrits auprès d’Actiris à la fin de chaque mois dans une
catégorie liée à la formation professionnelle. Il s’agit d’une photographie
établie en fin de mois sur base des informations transmises
par les partenaires de formation. Il est à noter que si la formation
est très courte, elle ne sera pas reprise dans ces statistiques. Cette
statistique est également dépendante de la rapidité avec laquelle
l’information est transmise par les partenaires.
Pour 2010, on enregistre une moyenne mensuelle d'un peu
moins de 4.000 DE en formation. Globalement, sur l’ensemble de
l’année cela représente un peu plus de 11.000 DE distincts dont ¼
ont moins de 25 ans.
Tabel 1 / Tableau 1
Aantal werkzoekenden in opleiding (op basis van de categorie op het einde van de maand) – totaal – jongeren – 2008-2009-2010
–
Nombre de demandeurs d’emploi en formation (sur base de la catégorie en fin de mois) – total – jeunes – 2008-2009-2010
2008 2009 2010
Totaal – 25 jaar % Totaal – 25 jaar % Totaal – 25 jaar %
Total – 25 ans % Total – 25 ans % Total – 25 ans %
Januari / Janvier 2.960 664 22,4 3.303 935 28,3 3.649 916 25,1
Februari / Février 3.357 775 23,1 3.416 878 25,7 3.862 912 23,6
Maart / Mars 3.487 779 22,3 3.557 848 23,8 4.051 893 22,0
April / Avril 3.514 763 21,7 3.629 851 23,4 4.148 894 21,6
Mei / Mai 3.563 762 21,4 3.550 809 22,8 4.124 890 21,6
Juni / Juin 2.691 571 21,2 3.067 746 24,3 3.416 728 21,3
Juli / Juillet 2.184 466 21,3 2.332 559 24,0 2.522 475 18,8
Augustus / Août 1.884 387 20,5 2.208 476 21,6 2.490 459 18,4
September / Septembre 2.921 621 21,3 3.491 761 21,8 3.791 718 18,9
Oktober / Octobre 3.272 743 22,7 4.066 856 21,1 4.270 850 19,9
November / Novembre 3.573 911 25,5 4.371 1.041 23,8 4.418 913 20,7
December / Décembre 3.306 912 27,6 3.455 886 25,6 4.132 979 23,7
Maandelijks gem. /
Moyenne mensuelle 3.059 696 22,8 3.370 804 23,8 3.739 802 21,5
Verschillende WZ /
DE distincts 9.180 2.391 26,0 10.093 2.685 26,6 11.366 2.820 24,8
Bron : Actiris, berekeningen Brussels Observatorium voor de
Werkgelegenheid.
Opmerking : het gaat om het aantal personen die op het einde
van de maand ingeschreven zijn in een categorie gelinkt aan
beroepsopleidingen.
Kunt u mij voor 2008, 2009 en 2010 het totale aantal werkzoekenden
in opleiding geven ?
Source : Actiris, Calculs Observatoire bruxellois de l’Emploi.
Note : il s’agit du nombre de personnes inscrites en fin de mois
dans une catégorie liée à la formation professionnelle.
Pouvez-vous me donner pour les années 2008, 2009 et 2010 le
nombre total de demandeurs d’emploi en formation ?

168
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Onderstaande tabel werd opgemaakt op basis van de opleidingsacties
die door de verschillende partners van Actiris werden
doorgegeven (voornamelijk via het NWP). Via deze informatiestromen
is het mogelijk een schatting te maken van het aantal WZ
die ingeschreven zijn bij Actiris en die een beroepsopleiding zijn
begonnen in 2008, 2009 en 2010. De aantallen liggen hoger dan
in de vorige tabel aangezien hier het geheel aan opleidingen in
aanmerking komt, ongeacht de duur.
Tabel 2
Aantal verschillende werkzoekenden die in 2008, 2009 en 2010
een beroepsopleiding zijn gestart –
totaal en jongeren (op basis van de opleidingsacties)
Totaal 2008 2009 2010
Verschillende WZ 11.327 12.620 12.821
Verschillende WZ
(< 25 jaar) 2.518 2.782 2.759
% 22,2 22,0 21,5
Bron : Actiris, berekeningen Brussels Observatorium voor de
Werkgelegenheid.
Opmerking : het gaat om het aantal personen die bij Actiris
zijn ingeschreven en die in de loop van 2008, 2009 en 2010 een
beroepsopleiding zijn gestart.
Hoeveel Franstalige werkzoekenden hebben in 2008, 2009 en
2010 een opleiding gevolgd ?
Actiris maakt geen statistieken op van de niet-werkende werkzoekenden
(NWWZ) volgens taalrol. Om administratieve redenen
is het echter wel mogelijk de NWWZ in te delen volgens de taal
van het dossier waarin deze laatste zich hebben ingeschreven. Het
gaat hier dus om de taal waarin deze NWWZ met Actiris wensen
te communiceren.
Hieronder vindt u het aantal NWWZ terug waarvan het dossier
in het Frans is opgemaakt en die in de loop van 2008, 2009 en
2010 een opleiding zijn gestart.
Tabel 3
Aantal verschillende werkzoekenden waarvan het dossier
in het Frans is opgemaakt en die in de loop van 2008, 2009 en
2010 een beroepsopleiding zijn gestart – totaal en –25 jaar
Taal van het
dossier – FR 2008 2009 2010
Verschillende WZ 10.478 11.736 11.832
Verschillende WZ
(< 25 jaar) 2.282 2.501 2.440
% 21,8 21,3 20,6
Bron : Actiris, berekeningen Brussels Observatorium voor de
Werkgelegenheid.
Opmerking : het gaat om het aantal personen die bij Actiris
zijn ingeschreven en die in de loop van 2008, 2009 en 2010 een
beroepsopleiding zijn gestart.
Le tableau suivant est produit sur base des actions de formation
transmises par les différents partenaires d’Actiris (transmises
essentiellement via le RPE). Via ces flux d’information, il est possible
d’estimer le nombre de DE inscrits auprès d’Actiris et qui ont
débuté une formation professionnelle au cours des années 2008,
2009 et 2010. Les chiffres sont plus élevés que dans le tableau
précédent dans la mesure où ici l’ensemble des formations sont
prises en compte indépendamment de leur durée.
Tableau 2
Nombre de demandeurs d’emploi distincts ayant débuté une formation
professionnelle en 2008, en 2009 et en 2010 –
total et jeunes (sur la base des actions de formation)
Total 2008 2009 2010
DE distincts 11.327 12.620 12.821
DE distincts
(< 25 ans) 2.518 2.782 2.759
% 22,2 22,0 21,5
Source : Actiris, Calculs Observatoire bruxellois de l’Emploi.
Note : il s’agit du nombre de personnes inscrites auprès d’Actiris
dont une action de formation professionnelle a débuté au cours
de l’année 2008, 2009 et 2010.
Combien de demandeurs d’emploi francophones ont suivi les
formations en 2008, 2009 et 2010 ?
Actiris ne produit pas de statistiques concernant les demandeurs
d’emploi inoccupés (DEI) selon le régime linguistique.
Néanmoins, à des fins de gestion administrative, il est possible
de répartir les DEI selon la langue de dossier dans laquelle ces
derniers sont inscrits. Il s’agit donc bien de la langue dans laquelle
ces DEI ont choisi de communiquer avec Actiris.
Vous trouverez ci-dessous le nombre de DEI dont la langue du
dossier est le français ayant débuté une formation au cours des
années 2008, 2009 et 2010.
Tableau 3
Nombre de demandeurs d’emploi distincts dont la langue du dossier
est le français ayant débuté une formation professionnelle en
2008, en 2009 et en 2010 – total et < 25 ans
Langue du
dossier – FR 2008 2009 2010
DE distincts 10.478 11.736 11.832
DE distincts
(< 25 ans) 2.282 2.501 2.440
% 21,8 21,3 20,6
Source : Actiris, Calculs Observatoire bruxellois de l’Emploi.
Note : il s’agit du nombre de personnes inscrites auprès d’Actiris
dont une action de formation professionnelle a débuté au cours
de l’année 2008, 2009 et 2010.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
169
Naar welke organisatie werden zij doorverwezen voor hun
opleiding (VGC-FGC) ?
De twee onderstaande tabellen geven de gegevens weer wat
betreft de werkzoekenden die een beroepsopleiding zijn gestart en
waarvoor het mogelijk was om op basis van een opleidingscode
te achterhalen of de opleidingsinstellingen van de VGC of van
de FGC afhangen. Er moet worden opgemerkt dat de gegevens
kunnen verschillen van die die afkomstig zijn van de opleidingsorganisaties
aangezien de methodes niet noodzakelijk dezelfde zijn.
Er kunnen bijvoorbeeld verschillen ontstaan door zich te baseren
op de opleidingen die in 2010 zijn gestart of op het geheel van
stagairs in opleiding in 2010 (onafhankelijk van de startdatum van
de opleiding). De verschillen kunnen eveneens te wijten zijn aan
de overdrachttermijn of aan de betroffen werkgebieden.
Tabel 4
Aantal verschillende werkzoekenden die in de loop van 2008,
2009 en 2010 een opleiding bij een Franstalige operator
zijn gestart – totaal en < 25 jaar
Fr. operatoren 2008 2009 2010
Verschillende WZ 8.645 10.031 10.039
Verschillende WZ
(< 25 jaar) 1.905 2.107 2.074
% 22,0 21,0 20,7
Bron : Actiris, berekeningen Brussels Observatorium voor de
Werkgelegenheid.
Opmerking : het gaat om het aantal personen die bij Actiris
zijn ingeschreven en die in de loop van 2008, 2009 en 2010 een
beroepsopleiding zijn gestart.
De FR/NL-operatoren werden bepaald op basis van de opleidingscode.
Tabel 5
Aantal verschillende werkzoekenden die in de loop van 2008,
2009 en 2010 een beroepsopleiding bij een Nederlandstalige operator
zijn gestart – totaal en < 25 jaar
Nl operatoren 2008 2009 2010
Verschillende WZ 1.935 1.938 2.209
Verschillende WZ
(< 25 jaar) 453 489 535
% 23,4 25,2 24,2
Bron : Actiris, berekeningen Brussels Observatorium voor de
Werkgelegenheid.
Opmerking : het gaat om het aantal personen die bij Actiris
zijn ingeschreven en die in de loop van 2008, 2009 en 2010 een
beroepsopleiding zijn gestart.
De FR/NL-operatoren werden bepaald op basis van de opleidingscode.
Vers quels organismes ont-ils été orientés pour leur formation
(VGC-COCOF) ?
Les deux tableaux suivants répartissent les données sur les
demandeurs d’emploi ayant débuté une formation professionnelle
et pour lesquels il a été possible de déterminer sur base du code de
la formation qu’elle dépendait de la VGC ou de la COCOF. Il est à
souligner que les données peuvent différer de celles produites par
les organismes de formation dans la mesure où les méthodologies
peuvent ne pas être identiques. Par exemple : des différences peuvent
intervenir en se basant soit sur les formations ayant débuté
en 2010 soit sur l’ensemble des stagiaires en formation en 2010
(indépendamment de la date d’entrée en formation). Des différences
peuvent également être liées au délai de transmission ou aux
champs couverts.
Tableau 4
Nombre de demandeurs d’emploi distincts ayant débuté
une formation professionnelle en 2008, en 2009 et en 2010
auprès d’un opérateur francophone – total et < 25 ans
Opérateurs Fr 2008 2009 2010
DE distincts 8.645 10.031 10.039
DE distincts
(< 25 ans) 1.905 2.107 2.074
% 22,0 21,0 20,7
Source : Actiris, Calculs Observatoire bruxellois de l’Emploi.
Note : il s’agit du nombre de personnes inscrites auprès d’Actiris
dont une action de formation professionnelle a débuté au cours
de l’année 2008, 2009 et 2010.
Les opérateurs fr-nl ont été déterminés sur la base du code de
la formation.
Tableau 5
Nombre de demandeurs d’emploi distincts ayant débuté une formation
professionnelle en 2008, en 2009 et en 2010 auprès d’un
opérateur néerlandophone – total et < 25 ans
Opérateurs Nl 2008 2009 2010
DE distincts 1.935 1.938 2.209
DE distincts
(< 25 ans) 453 489 535
% 23,4 25,2 24,2
Source : Actiris, Calculs Observatoire bruxellois de l’Emploi.
Note : il s’agit du nombre de personnes inscrites auprès d’Actiris
dont une action de formation professionnelle a débuté au cours
de l’année 2008, 2009 et 2010.
Les opérateurs fr-nl ont été déterminés sur la base du code de
la formation.

170
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 624 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
De gesubsidieerde contractuelen.
Op het totale aantal geco's die thans in het kader van het werkgelegenheidsbeleid
gesubsidieerd worden, is ongeveer 10 % geen
Brusselaar.
1. Hoeveel geco's wonen in Vlaanderen en hoeveel in Wallonië ?
2. Hoeveel van die geco's wonen in Vlaanderen en hoeveel ervan
zijn Nederlandstalig of Franstalig ?
3. Hoeveel van die geco's wonen in Wallonië en hoeveel ervan
zijn Nederlandstalig of Franstalig ?
4. Op hoeveel wordt de kostprijs voor die geco's geraamd ?
5. Volgens uw verklaringen in de commissie voor economie
zouden in het kader van de bestrijding van de werkloosheid
evenveel jonge Brusselaars soortgelijke maatregelen genieten
in Vlaanderen en Wallonië (APE aan Waalse kant). Hoeveel
jonge Brusselaars hebben een soortgelijk contract dat betaald
wordt in het kader van het Vlaamse of Waalse beleid tegen de
werkloosheid ?
Antwoord : Vragen 1, 2, 3 : zie onderstaande tabel.
Vraag 4 : 15.500.135 EUR
Vraag 5 : Mijn administratie beschikt niet over dit soort
informatie. Het beheer van de plannen ter terugdringing van de
werkloosheid is immers een gewestelijke materie. Ik vraag dus
aan het geachte lid om zich te wenden tot de bevoegde ministers
in Vlaanderen en Wallonië om een antwoord op deze vraag te
krijgen.
Vragen 1, 2, 3
Aantal geco's woonachtig te Vlaanderen en Wallonië
tewerkgesteld op 1 november 2011
Question n° 624 de M. Emmanuel De Bock du 30 novembre
2011 (Fr.) :
Les ACS.
Sur le nombre total des ACS actuellement subventionnés par
la politique de l'emploi, 10 % environ d'entre eux ne sont pas
bruxellois.
1. Pouvez-vous me donner le nombre d’ACS qui habitent en
Flandre et le nombre d’ACS qui habitent en Wallonie ?
2. Pouvez-vous, plus précisément, m’indiquer combien il y a
d’ACS respectivement francophones et néerlandophones habitant
en Flandre ?
3. Pouvez-vous, plus précisément, m’indiquer combien il y a
d’ACS respectivement francophones et néerlandphones habitant
en Wallonie ?
4. À combien le coût de ces ACS est-il estimé ?
5. En matière de résorption du chômage, d’après vos déclarations
en commission des Affaires économiques, autant de jeunes
bruxellois bénéficieraient de mesures identiques auprès des
systèmes mis en place par la Flandre et la Wallonie (APE côté
wallon). Pouvez-vous me donner le nombre de jeunes bruxellois
qui bénéficient d’un tel contrat équivalent ACS mais payé
par la politique de résorption du chômage wallon et flamand ?
Réponse : Questions 1, 2, 3 : voir le tableau ci-dessous.
Question 4 : 15.500.135 EUR
Question 5 : Mon administration ne dispose pas de ce type d'information.
La gestion des plans de résorption du chômage est en
effet une matière régionalisée. Je recommande donc à l’honorable
membre de s'adresser aux ministres compétents en Flandre et en
Wallonie pour obtenir une réponse à cette question.
Questions 1, 2, 3
Nombre d'ACS habitant en Flandre et en Wallonie
occupés au 1 er novembre 2011
GECO
Totaal
ACS
Total
Vlaanderen 597
Wallonië 510
TOTAAL 1.107
Flandre 597
Wallonie 510
TOTAL 1.107
Vraag nr. 626 van mevr. Sfia Bouarfa d.d. 8 december 2011
(Fr.) :
De vestiging van supermarkten.
Ondanks de hevige economische crisis breiden de supermarkten
regelmatig uit in ons Gewest. Hoewel zij de consumenten een
ruime keuze bieden, zijn de werkomstandigheden er doorgaans
Question n° 626 de Mme Sfia Bouarfa du 8 décembre 2011
(Fr.) :
Les implantations de grandes surfaces.
Dans notre Région, les grandes surfaces connaissent un développement
régulier malgré la crise économique criante. Si la
grande distribution offre un choix certain aux consommateurs, il

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
171
moeilijk. Bovendien hebben zij een grote weerslag op hun economische,
sociale en stedelijke omgeving, en worden de buurtbewoners
vaak niet geraadpleegd alvorens zij zich ergens vestigen.
Op vrijdag 25 november vond in de Dansaertwijk een betoging
plaats waarbij herinnerd werd aan dat laatste punt. De inwoners
verenigden zich in het collectief « Sauce Tartare » en protesteerden
met steun van de Brusselse raad voor het Leefmilieu (Bral)
tegen het vertrek van twee plaatselijke handelszaken.
Het Gewest heeft immers een bouwvergunning verstrekt voor
een supermarkt van 500 m², die in de plaats komt van een kapperszaak
en een restaurant in de Visverkopersstraat. Dat restaurant
was belangrijk voor de buurt, want het was al 40 jaar in handen
van dezelfde familie.
De toename van het aantal supermarkten in ons Gewest
bedreigt al te vaak de commerciële mix én een bepaalde manier
van leven. Vele inwoners hebben vragen over de centrale plaats
die groothandels innemen in bij de ontwikkeling van de handel,
zonder daarom blijk te geven van ziekelijke nostalgie.
– Kan u ons zeggen waarom, zoals het collectief « Sauce
Tartare » beweert, de twee geranten slechts vijf dagen hebben
gekregen om hun zaak te ontruimen ? Heeft het Gewest
alternatieve handelsruimtes gevonden, of een oplossing die alle
partijen past ?
– Wordt overleg met de handelaars, verenigingen en bewoners
voor de installatie van supermarkten opgenomen in de
opdrachten van het toekomstige Brussels Agentschap voor de
Handel ?
– Niemand ontkent het belang van de handel in de gewestelijke
economie. Hier gaat het echter over de noodzakelijke dialoog
met de plaatselijke actoren, in de eerste plaats de buurtbewoners,
die hun wijk sterk zien veranderen als er een supermarkt
komt. Bestaan er tools voor dialoog en overleg, of hebben ze
bestaan op bijvoorbeeld een ad hoc basis ?
– Kan u meedelen hoeveel hangende aanvragen voor bouwvergunningen
betrekking hebben op supermarkten ?
– Tot slot, welke middelen gaan uw diensten en het toekomstige
Brussels Agentschap voor de Handel aanwenden om de commerciële
diversiteit te beschermen en te versterken ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid de volgende elementen
mede te delen :
Wat specifiek de stedenbouwkundige aspecten van het dossier
betreft en het beroep dat bij het Gewest werd ingesteld door de NV
Van Gestel & Co immobiliën, nodig ik u uit om u met uw vraag te
wenden tot de staatssecretaris die bevoegd is voor stedenbouw.
Wat de situatie van de zaakvoerders van de oude handelszaken
betreft : de diensten van Atrium staan te hunner beschikking om
ze te helpen bij het vinden van nieuwe plaatsen die aangepast zijn
aan hun wensen.
demeure que les conditions de travail y sont en général difficiles.
Les grandes surfaces ont en outre des effets importants sur leur
environnement économique, social et urbain, sans que les habitants
soient bien souvent consultés en amont de leur implantation.
Une manifestation vendredi 25 novembre dans le quartier
Dansaert rappelle ce dernier point. Des habitants, réunis dans le
collectif « Sauce Tartare » et soutenus par le Conseil bruxellois
pour l’environnement (Bral), ont protesté contre le départ de deux
commerces locaux.
En effet, la Région a accordé un permis de construire à une
grande surface de 500 m² en lieu et place d’un salon de coiffure et
d’un restaurant rue des Poissonniers. Ce dernier restaurant constituait
l’une des âmes du quartier, puisque tenu par la même famille
depuis 40 ans.
La multiplication des grandes surfaces dans notre Région
menace trop souvent non seulement la mixité commerciale mais
aussi un certain mode de vie. Loin de faire preuve d’une nostalgie
maladive, beaucoup d’habitants s’interrogent sur la centralité trop
souvent accordée à la grande distribution dans le développement
du commerce.
– Pouvez-vous nous dire pourquoi, tel que l’avance le collectif
« Sauce Tartare », les deux gérants n’ont eu que cinq jours pour
évacuer leur magasin ? La Région a-t-elle pu leur trouver des
locaux commerciaux alternatifs ou une solution convenant à
toutes les parties ?
– La future Agence bruxelloise du Commerce verra-t-elle incluse
dans ses missions la concertation avec le tissu commerçant et
associatif local et les habitants, préalablement aux implantations
de grandes surfaces ?
– Nul ne nie ici l’importance du commerce dans l’économie
régionale. Ce qui est mis ici en question, c’est le dialogue
nécessaire avec les acteurs locaux et en premier lieu les habitants,
qui voient leurs quartiers fortement changer quand une
grande surface s'enracine. Des outils de dialogue et de concertation
existent-ils ou ont-ils existé, sur une base ad hoc par
exemple ?
– Par ailleurs, pourriez-vous nous communiquer le nombre de
demandes de permis de construire en attente et qui concernent
des grandes surfaces ?
– Enfin, quelles sont les pistes que vos services et la future
Agence bruxelloise pour le Commerce comptent mettre en
œuvre pour sauvegarder et vivifier la diversité commerciale ?
Réponse : J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre
les éléments suivants :
En ce qui concerne spécifiquement les aspects urbanistiques du
dossier et le recours introduit auprès de la Région par la SA Van
Gestel & Co immobiliën, je vous invite à adresser votre question
au secrétaire d'Etat en charge de l'Urbanisme.
Concernant la situation des gérants des anciens commerces : les
services d'Atrium sont à leur disposition pour les aider à trouver de
nouvelles localisations adaptées à leurs souhaits.

172
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Wat het overleg met het lokale verenigingsweefsel en de inwoners
voor de inplanting van grootwarenhuizen betreft : ik vestig
uw aandacht eerst op de noodzakelijke naleving van vrijheid
van handel en het eigendomsrecht. Het toekomstige Gewestelijk
Handelsagentschap, zoals Atrium momenteel, zullen trouwens een
reeks van instrumenten ontwikkelen met het oog op het zo goed
mogelijk vaststellen van de vragen van winkeliers in de verschillende
handelswijken. Er worden dan ook regelmatig enquêtes bij
klanten en inwoners van handelswijken uitgevoerd. Deze enquêtes
maken het mogelijk om de noden vast te stellen en het prospectiewerk
van Atrium in functie van de vastgestelde vragen vorm
te geven.
Wat tot slot het aantal bouwvergunningen met betrekking tot
de grootwarenhuizen betreft : de stedenbouwkundige vergunningen
behoren tot de gemeentelijke bevoegdheden. In het kader van
de federale wetgeving met betrekking tot de handelsvestigingen
is voorzien dat de projecten van handelsvestiging met een netto
handelsoppervlakte groter dan 400 m² aan een vergunning worden
onderworpen die door het college van burgemeester en schepenen
van de gemeente waar de beoogde handelsvestiging zal uitgebaat
worden, wordt uitgereikt. Indien het project van handelsvestiging
een netto handelsoppervlakte van meer dan 1.000 m² vertegenwoordigt,
maakt de burgemeester of de gedelegeerd ambtenaar de
vraag binnen de vijf dagen van de uitreiking van het indieningsbewijs
aan het secretariaat van het Nationaal Sociaal-Economisch
Comité voor Distributie over. Voor het jaar 2011 blijkt dat op
datum van 19 december enkel 12 dossiers het voorwerp van een
dergelijke vraag voor vergunning in Brussel hebben uitgemaakt op
een totaal van, 381 dossiers voor het ganse land.
Concernant la concertation avec le tissu associatif local et les
habitants pour l'implantation de grandes surfaces : j'attire d'abord
votre attention sur le respect nécessaire de la liberté de commerce
et le droit de propriété. Par ailleurs, la future Agence régionale du
Commerce, tout comme le fait Atrium actuellement, développera
une série d'outils en vue de cerner au mieux les demandes des
chalands dans les différents quartiers commerçants. Des enquêtes
sont ainsi réalisées régulièrement auprès des clients et habitants
des quartiers commerçants. Ces enquêtes permettent d'identifier
les besoins et d'axer le travail de prospection d'Atrium en fonction
des demandes identifiées.
Concernant enfin le nombre de permis de construire concernant
les grandes surfaces : les permis d'urbanisme sont du ressort de
l'autorité communale. Par ailleurs, dans le cadre de la législation
fédérale relative aux implantations commerciales, il est prévu que
les projets d'implantations commerciales d'une surface commerciale
nette supérieure à 400 m² soient soumis à une autorisation
délivrée par le collège des bourgmestre et échevins de la commune
où l'implantation commerciale projetée sera exploitée. Si le projet
d'implantation commerciale présente une surface commerciale
nette supérieure à 1.000 m², le bourgmestre ou le fonctionnaire
délégué transmet la demande dans les cinq jours de la délivrance
de l'attestation de dépôt au secrétariat du Comité socio-économique
national pour la Distribution. Pour l'année 2011, en date du
19 décembre, il apparaît que seuls 12 dossiers ont fait l'objet d'une
telle demande de permis à Bruxelles sur un total, à l'échelle belge,
de 381 dossiers.
Vraag nr. 628 van mevr. Anne-Charlotte d'Ursel d.d. 9 december
2011 (Fr.) :
Subsidie aan een vzw voor motortesten van elektrische voertuigen.
In de pers werd aandacht besteed aan uw subsidie aan de vzw
Culture et Communication een sensibiliseringsproject bestaande
uit het testen van het prototype van het elektrische voertuig I-Care,
een voertuig dat op termijn mikt op de markt van het stedelijk en
randstedelijk transport.
In een persbericht van uw kabinet wordt uitgelegd dat die vzw
al vele jaren bezig is met de sensibilisering voor milieuproblematieken
en zich toelegt op de organisatie van een nieuwe rally
« Europe Electric Tour 2012 ».
De stichter van de vzw zou zijn voertuig op de markt willen
brengen en een bedrijf oprichten met een tiental personeelsleden.
Dat bedrijf zou zich kunnen vestigen in de prioritaire interventiezone
in Brussel.
Het voertuig zelf is het resultaat van samenwerking tussen een
producent van documentaires, VITO, de universiteit van Gent
en Bergen, een architect en designer, Trans Energy Foundation,
Quickit Studio, IDM Automotion en JAGA Radiator Factory. De
verantwoordelijke van het project is echter op zoek naar financiële
partners en bestuurders. De financiële behoefte voor de technische
Question n° 628 de Mme Anne-Charlotte d'Ursel du 9 décembre
2011 (Fr.) :
Le subventionnement d'une ASBL pour des tests de motorisation
de véhicules électriques.
La presse a relayé le fait que vous avez accordé une subvention
de 30.000 EUR à l’ASBL Culture et Communication pour un
projet de sensibilisation qui consisterait à opérer des tests de motorisation
sur le prototype du véhicule électrique I-Care, véhicule
visant à terme le marché du transport urbain et périurbain.
Dans un communiqué de votre cabinet, il est expliqué que
cette ASBL se focalise depuis de nombreuses années sur la sensibilisation
aux problèmes environnementaux et se concentre sur
l’organisation d’un nouveau rallye qui s’intitulera « L’Europe
Electric Tour 2012 ».
La volonté du fondateur de l'ASBL est de commercialiser son
véhicule et de créer une entreprise susceptible d’employer une
dizaine de personnes. Cette entreprise pourrait s’installer dans la
Zone d'intervention prioritaire à Bruxelles.
Le véhicule en lui-même est le fruit d’une collaboration entre
un producteur de documentaire, VITO, l’Université de Gand et de
Mons, un architecte et designer, Trans Energy Foundation, Quickit
Studio, IDM Automation et JAGA Radiator Factory. Or, le responsable
du projet est à la recherche de partenaires financiers et de
gestion, le besoin financier pour le développement technique du

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
173
ontwikkeling van het prototype wordt op 600.000 EUR geraamd
terwijl de ronde van Europa ongeveer 400.000 EUR zou kosten. Er
zouden een marktonderzoek en een financieel plan klaar zijn voor
een lokale productie op kleine schaal, wat past in de bedoelingen
van de stichter van de vzw die ik reeds beschreven heb.
prototype est estimé à 600.000 EUR tandis que le tour d’Europe
avoisine les 400.000 EUR. Une étude de marché et un plan financier
auraient été établis pour une production locale à petite échelle,
laquelle s’inscrit dans les propos du fondateur de l’ASBL que j’ai
relevés précédemment.
Je souhaiterais dans ce cadre, obtenir plusieurs précisions sur
différents points :
– Is over die beslissing vooraf overlegd met de staatssecretaris
voor mobiliteit, aangezien hij de coördinator binnen de regering
is voor de strategie inzake elektrische mobiliteit ?
– Zo ja, hoe past het project dan in bovenvermelde strategie ?
Hoe sluit het aan bij de andere initiatieven op het vlak van
financiële steun aan de ontwikkeling van de elektromobiliteit
in het Gewest, zoals het initiatief Zen Car, gesteund door de
GIMB ?
– Heeft de regering zich beperkt tot een subsidie van de motortesten
? Wat is er van de bewering dat het bedrijf zich zou
vestigen in de prioritaire interventiezone in Brussel ? Steunt u
die gang van zaken ?
Antwoord : Het project I-Care is een initiatief van de vzw
Cultures et Communications. Dit is een veelzijdig project dat uit
3 fazen bestaat. De eerste fase van technische ontwikkeling, in
2011, bestaat onder andere uit prototyping en het testen van motoren.
De « Europe Electric Tour » is de tweede fase van het project
waarvan de doelstelling er niet alleen in bestaat om de bevolking
voor de milieuproblemen te sensibiliseren en het voertuig te testen,
maar ook om het orderboekje te vullen. De 3 e fase van het
project bestaat uit de productie van het voertuig die, wanneer de
bestellingen binnen komen, in Brussel zou moeten plaatsvinden
(zie vraag 3).
De toegewezen subsidie financiert een gedeelte van de eerste
fase, meer bepaald die voor onderzoek en technische ontwikkeling.
Het testen van de motor van het voertuig neemt hier een
centrale plaats in. Dit impliceert de aankoop van het materiaal, de
proeven op circuit (te Zolder), de optimalisering van de elektrificatie
van het voertuig, de upgrade van de programmering van de
regelaar en het op punt stellen van de boordcomputer.
In dit stadium werd dit project in overweging genomen zoals
elke andere subsidieaanvraag voor industrieel onderzoek, er was
dan ook geen reden om overleg met de minister of staatssecretaris
voor mobiliteit te plegen.
Wat de vestiging van de toekomstige onderneming in de PIZ
betreft, wenst de stichter van de vzw zijn elektrisch voertuig echt
te benutten. Hiervoor zoekt hij momenteel mogelijkheden voor
zijn vestiging. Een vestiging in de PIZ wordt serieus in overweging
genomen.
Wat het Zen Car-initiatief betreft, dit is een dienst voor het
delen van elektrische wagens die aan ondernemingen en particulieren
wordt aangeboden. Het gaat hier dus in de eerste plaats om
een dienst, een economische activiteit die een dubbele doelstelling
van ecologie en innoverende mobiliteit voorstaat. Daarbovenop
is de Zen Car uitgerust met een motor die uit Italië komt, die
kenmerken heeft die grondig verschillen van het prototype van de
I-Care (bijvoorbeeld : de I-Care levert duidelijk grotere prestaties
– Cette décision a-t-elle fait l’objet d’une concertation préalable
avec le secrétaire d’État à la mobilité étant donné qu'il est le
coordinateur au sein du gouvernement pour la stratégie des
mobilités électriques ?
– Le cas échéant comment ce projet s’inscrit-il dans ladite stratégie
? Et comment s’articule-t-il avec les autres initiatives de
soutien financier au développement d’applications d’électromobilité
en Région bruxelloise, telle que l’initiative Zen Car
soutenue par la SRIB ?
– Le gouvernement s’est-il limité strictement à une subvention
des tests de motorisation ? Qu’en est-il de l’affirmation comme
quoi l’entreprise pourrait s'établir dans la Zone d’intervention
prioritaire à Bruxelles ? Soutenez-vous cette démarche ?
Réponse : Le projet I-Care est une initiative de l'ASBL
Cultures et Communications. C'est un projet multiple qui consiste
en 3 phases. La première phase de développement technique, en
2011, consiste entre autres dans le prototypage et dans des tests de
motorisation. Le « Europe Electric Tour » est la deuxième phase
du projet dont l'objectif est non seulement de sensibiliser la population
aux problèmes environnementaux et de tester le véhicule
mais aussi de remplir le carnet de commandes. La 3 e phase du
projet est la production du véhicule qui, si les commandes arrivent,
devrait se faire à Bruxelles (voir question 3).
Le subside octroyé finance une partie de la première phase,
notamment celle de la recherche et du développement technique.
Il a pour objet spécifique la réalisation de tests de motorisation du
véhicule. Ceci implique l'achat du matériel, les essais sur circuit (à
Zolder), l'optimisation de l'électrification du véhicule, l'upgrade de
la programmation du régulateur et la mise au point d'un ordinateur
de bord.
À ce stade, ce projet a été pris en considération comme
toute autre demande de subside de recherche industrielle, il n'y
avait donc pas lieu d'avoir une concertation avec le Ministre ou
Secrétaire d'État à la mobilité.
En ce qui concerne l'implantation de la future entreprise dans la
ZIP, le fondateur de l'ASBL désire réellement valoriser son véhicule
électrique. Pour ce faire, il cherche actuellement des opportunités
au niveau de son implantation. Une implantation dans la ZIP
est sérieusement envisagée.
Quant à l'initiative Zen Car, c'est un service de partage de
voitures électriques proposé aux entreprises et aux particuliers.
Il s'agit donc avant tout d'un service, d'une activité économique
qui a aussi un double objectif d'écologie et de mobilité innovante.
En plus de cela, la Zen Car est équipée d'un moteur qui provient
d'Italie, qui a des caractéristiques très différentes par rapport au
prototype de l'I-Care (par exemple : l'I-Care aura des performances
nettement supérieures en autonomie, 300 km par rapport à

174
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
wat autonomie betreft, 300 km in verhouding tot 120 km en functioneert
niet enkel op batterijen, maar ook op zonne-energie). Het
gaat dus om twee zeer verschillende projecten, met verschillende
doelstellingen en kenmerken. Dat is ook de reden waarom de
toenadering tussen de twee niet automatisch tot stand gekomen is,
maar in de toekomst tot stand zou kunnen komen, de dag dat de
productie van het voertuig I-Care in Brussel zou plaatsvinden.
120 km et fonctionne non seulement sur batteries mais aussi sur
l'énergie solaire). Il s'agit donc de deux projets très différents, avec
des objectifs et des caractéristiques différents. C'est pourquoi le
rapprochement entre les deux ne s'est pas fait automatiquement,
mais pourrait se faire dans l'avenir, le jour où la production du
véhicule I-Care se ferait à Bruxelles.
Vraag nr. 629 van de mevr. Françoise Schepmans d.d. 9 december
2011 (Fr.) :
Vermindering van het aantal verslagen op papier in de besturen.
Aangezien het aantal activiteitenverslagen en overzichten van
de verschillende gewestelijke besturen en instellingen van openbaar
nut alsmaar volumineuzer wordt, rijst de vraag of het aanzienlijke
verbruik van papier niet zou moeten worden teruggedrongen.
Graag had ik geweten of er ter zake specifieke maatregelen zijn
getroffen, in het bestuur voor Economie en Werkgelegenheid,
maar ook in de ION's waarop u toezicht uitoefent, om het papierverbruik
terug te dringen door gebruik te maken van andere verspreidingsmanieren,
zoals PDF- of Open Source-bestanden. Kunt
u me zeggen hoe een en ander is gegaan in 2009, 2010 en 2011 ?
Antwoord : BAO
Het jaarverslag van het BAO wordt sinds de editie 2009 uitsluitend
via elektronische weg verspreid.
GOMB
De GOMB publiceert regelmatig haar activiteitenverslagen
en de tijdschriften « observatorium van de kantoren » (gezamenlijke
opdracht met het ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest).
Het activiteitenverslag 2008 van de GOMB werd in 2009 met
een oplage van 2.000 exemplaren (124 pagina's) in tweetalige
versie gepubliceerd.
Het observatorium van de kantoren in 2009 kreeg een oplage
van 2.200 exemplaren (32 pagina's) in drietalige versie.
Het activiteitenverslag 2009 van de GOMB, gepubliceerd
in 2010, kreeg een oplage van 1.800 exemplaren (32 pagina's)
met een verdeling van 1.200 exemplaren in Franstalige versie en
600 exemplaren in Nederlandstalige versie.
Het observatorium van de kantoren in 2010 kreeg een oplage
van 2.500 exemplaren (32 pagina's) in drietalige versie.
Het activiteitenverslag 2010 van de GOMB, gepubliceerd in
2011, met een oplage van 1.800 exemplaren (32 pagina's) met
een verdeling van 1.200 exemplaren in Franstalige versie en
600 exemplaren in Nederlandstalige versie.
Het observatorium van de kantoren in 2011 kreeg een oplage
van 2.500 exemplaren (28 pagina's) in drietalige versie.
Question n° 629 de Mme Françoise Schepmans du 9 décembre
2011 (Fr.) :
La réduction du nombre de rapports papier dans les administrations.
Considérant que le nombre de rapports d’activités et de revues,
provenant des différentes administrations régionales et des organismes
d’intérêt public ne cessent d’augmenter en volume, il se
pose la question d’une réduction de la consommation importante
de papier. Je souhaiterais savoir si des mesures spécifiques ont
déjà été retenues à la fois au sein de l’administration de l’Économie
et de l’Emploi mais également au sein des OIP sur lesquels
vous exercez une tutelle pour réduire cette situation par des
moyens de diffusion, autres tels que par la voie informatique sur
des fichiers au format PDF ou Open Source. Pourriez-vous m’en
communiquer la nature pour les années 2009, 2010 et 2011 ?
Réponse : ABE
Le rapport annuel de l’ABE est diffusé, depuis celui de 2009,
exclusivement via voie électronique.
SDRB
La SDRB publie de manière régulière ses rapports d'activités et
les revues « observatoire des bureaux » (mission conjointe avec le
Ministère de la Région de Bruxelles-Capitale).
Le rapport d’activités 2008 de la SDRB publié en 2009 à
2.000 exemplaires (124 pages) en version bilingue.
L’observatoire des bureaux en 2009 a été tiré à 2.200 exemplaires
(32 pages) en version trilingue.
Le rapport d’activités 2009 de la SDRB publié en 2010 à
1.800 exemplaires (32 pages) qui se répartissent en 1.200 exemplaires
en version française et 600 exemplaires en version néerlandaise.
L’observatoire des bureaux en 2010 a été tiré à 2.500 exemplaires
(32 pages) en version trilingue.
Le rapport d’activités 2010 de la SDRB publié en 2011 à
1.800 exemplaires (32 pages) qui se répartissent en 1.200 exemplaires
en version française et 600 exemplaires en version néerlandaise.
L’observatoire des bureaux en 2011 a été tiré à 2.500 exemplaires
(28 pages) en version trilingue.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
175
Sindsdien werden er daadwerkelijk specifieke maatregelen
doorgevoerd om de papierconsumptie te verminderen. Zo valt er
te constateren :
Voor het activiteitenverslag :
– een vermindering van het aantal pagina's sinds 2009;
– een vermindering van het aantal kopieën en de vervanging van
de verspreiding van de volledige versie door een gecondenseerde
versie (4 pagina's).
Voor het activiteitenverslag en het Observatorium van de kantoren
:
– een systematische verspreiding in pdf-formaat op de website.
MBHG
Het bestuur Economie en Werkgelegenheid maakt jaarlijks
een activiteitenverslag op. In 2009, 2010 en 2011 werd dat in een
beperkte oplage in een papieren versie verspreid en de elektronische
versie is beschikbaar (op de portaalsite van het gewest, in
Pdf-formaat). Sinds de uitgave van 2009 werd een nieuwe formule
gehanteerd, zodat er 2 keer minder papier wordt gebruikt dan de
vorige jaren.
De bedoeling van dit jaarlijkse verslag is om de acties van
het bestuur Economie en Werkgelegenheid van het voorbije jaar
voor te stellen aan de Brusselse bedrijven en burgers. De papieren
versie van dit document valt in de smaak en vandaar dus de twee
verspreidingswijzen.
Het zou voordeliger zijn om het verslag enkel in elektronische
versie te verspreiden maar niet echt veel. Het grootste deel van de
productiekosten van het verslag hangt niet af van de druk maar
van andere posten.
Bovendien wordt het verslag op milieuvriendelijk papier
gedrukt (gerecycleerd / FSC).
Ook Brussels Invest and Export maakt een activiteitenverslag.
In 2009 en 2010 werd dat in elektronische versie gepubliceerd.
In 2011 heeft Brussels Invest and Export geen eigen verslag
gemaakt.
Er werden trouwens eveneens jaarverslagen geschreven over
de ordonnanties van 1 juli 1993, 1 april 2004 en 13 december 2007
over de steun aan bedrijven.
In 2009 en 2010 werden deze verslagen in een papieren versie
verspreid.
In 2011 werden deze documenten enkel elektronisch verstuurd
naar een beperkte doelgroep (op de website www.premieskmo.be,
in Pdf-formaat).
ESR
Het jaarlijkse activiteitenverslag van de Sociale en Economische
Raad werd gepubliceerd :
Depuis des mesures spécifiques ont effectivement été prises
pour réduire la consommation de papier. En effet, on peut constater
:
Pour le rapport d’activités :
– une réduction du nombre de pages depuis 2009;
– une réduction du nombre de copies et le remplacement de la
diffusion de la version complète par une version condensée
(4 pages).
Pour le rapport d'activités et l’Observatoire des bureaux :
– une diffusion systématique en version pdf sur le site web.
MRBC
En ce qui concerne l’administration de l’Économie et de l’Emploi,
un rapport d’activités annuel est réalisé. En 2009, 2010 et
2011, il fut diffusé en version papier dans un nombre très limité
d’exemplaires et en version électronique (sur le site-portail de la
Région, au format PDF). Depuis l’édition 2009, une formule plus
légère que les années précédentes, qui implique une utilisation de
papier plus de 2 fois moindre, a été adoptée.
L’objectif de ce rapport annuel est de présenter aux entreprises
et aux citoyens bruxellois les activités menées par l’administration
de l’Économie et de l’Emploi lors de l’année écoulée. La lecture
de ce type de document dans une version papier est appréciée,
d’où le double mode de diffusion.
Diffuser le rapport uniquement en version électronique serait
plus économique, mais pas de manière substantielle. En effet, la
majorité du coût de production du rapport n’est pas représentée par
l’impression mais par les autres postes.
En outre, le rapport est imprimé sur un papier respectueux de
l’environnement (recyclé / FSC).
De plus, Brussels Invest and Export réalise aussi un rapport
d’activités.
En 2009 et 2010, il a été publié en version électronique. En
2011, Brussels Invest and Export n’a pas réalisé de rapport annuel
propre.
Par ailleurs, des rapports annuels des ordonnances du 1 er juillet
1993, 1 er avril 2004 et 13 décembre 2007 sur les aides aux entreprises
sont également rédigés.
En 2009 et 2010, ces rapports étaient diffusés en version
papier.
En 2011, ces documents, au public cible restreint, ont été
diffusés de manière électronique uniquement (sur le site www.
primespme.be, au format PDF).
CES
Le rapport annuel d’activités du Conseil économique et social
a été publié :

176
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– in 2009 met een oplage van 551 exemplaren;
– in 2010 met een oplage van 150 exemplaren;
– in 2011 met een oplage van 150 exemplaren.
Dit document kan sinds 2008 eveneens in PDF-formaat geraadpleegd
worden. Een proefpublicatie in elektronisch formaat Open
source (adobe flash player) in 2010 werd niet verlengd omdat het
resultaat niet afdoend was.
GIMB
De GIMB nam het initiatief om zijn jaarverslag van 2010 in
twee delen te publiceren. Het eerste bestaat uit een algemene
voorstelling van de activiteiten van de Groep door middel van een
papieren verslag. Het tweede deel, dat gedetailleerde informatie
bevat, is op een USB-stick opgeslagen die het papieren verslag
vergezelt. Dit initiatief heeft als gevolg gehad dat de hoeveelheid
papier die noodzakelijk is voor de voorstelling van het verslag
aanzienlijk geslonken is. Zo zijn, ter vergelijking, de kosten voor
het drukken gedaald van 21.680 EUR naar 9.763 EUR tussen het
jaarverslag van 2009 en het jaarverslag van 2010. De GIMB wil
dit initiatief voor de komende jaren verderzetten.
Actiris
Sinds 2010 streeft Actiris ernaar om zijn papierverbruik terug
te dringen. Zo wordt de medewerkers gevraagd om e-mails, mededelingen
enz. niet meer stelselmatig af te drukken.
Met betrekking tot de publicaties van het jaarverslag van de
drie voorbije jaren vermelden we het volgende :
In 2009 is het jaarverslag van Actiris in elektronische en papieren
vorm verschenen :
– De papieren versie werd op 750 exemplaren gedrukt, waarvan
200 in het Nederlands en 550 in het Frans. Het werd met de
post onder meer naar de volksvertegenwoordigers, de voorzitters
van de 19 OCMW's, de Missions locales, de burgemeesters
en de schepenen van Tewerkstelling van het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest gestuurd. Daarnaast werd het jaarverslag
ook aan de VDAB, de Forem en verschillende partners uit
de socioprofessionele inschakelingssector bezorgd.
– De elektronische versie was te raadplegen via de website van
Actiris (rubriek « News »). Bovendien werd hierover een
perscommuniqué verzonden. Het personeel van Actiris kon het
elektronische jaarverslag ook op het intranet terugvinden.
In 2010 werd het jaarverslag niet afgedrukt en werd het uitsluitend
in elektronische vorm gepubliceerd. Het werd op de website
in de rubriek « Onze publicaties » geplaatst. Daarnaast werd het
jaarverslag gedurende 40 dagen na het verschijnen in de rubriek
« News » in de kijker gezet. Partners en andere bestemmelingen
kregen een brief om hen op de hoogte te brengen van het verschijnen
van het jaarverslag en de manieren om het te raadplegen. Er
werd ook uitgelegd dat uit ecologische overwegingen geen papieren
versie voorhanden was.
In 2011 overweegt Actiris een tussenoplossing. Op de website
zal een elektronische versie worden gepubliceerd evenals op het
intranet, voor de personeelsleden van Actiris. Er zal echter even-
– en 2009 à raison de 551 exemplaires;
– en 2010 à raison de 150 exemplaires;
– en 2011 à raison de 150 exemplaires.
Ce document est également consultable sous format PDF
depuis 2008. Un essai de publication sous format électronique
Open source (adobe flash player) en 2010 n’a pas été renouvelé,
le résultat n’étant pas concluant.
SRIB
La SRIB a pris l’initiative de publier son rapport annuel de
2010 en deux parties. La première consiste en une présentation
générale des activités du Groupe sur un rapport papier. La
seconde partie, qui contient des informations détaillées, est fixée
sur une clé USB adjointe au rapport papier. Cette démarche a eu
pour conséquence de diminuer considérablement la quantité de
papier nécessaire à la présentation du rapport. Ainsi, en termes de
comparaison, les frais d’impression sont passés de 21.680 EUR à
9.763 EUR entre le rapport annuel de 2009 et le rapport annuel de
2010. La SRIB a l’intention de poursuivre cette démarche pour les
années ultérieures.
Actiris
Depuis 2010, il y a au sein d'Actiris une volonté de réduire la
consommation de papier. Pour ce faire, les agents sont invités à ne
plus imprimer systématiquement les mails, communications, etc.
En ce qui concerne la publication du rapport annuel pour les
trois années précédentes :
En 2009, il a été publié sous forme électronique et papier :
– En support papier avec une impression à 750 exemplaires.
Respectivement 550 en français et 200 en néerlandais. Il a été
envoyé par voie postale, entre autres, aux députés, aux présidents
des 19 CPAS, aux Missions Locales, aux bourgmestres et
aux échevins de l’emploi de la Région de Bruxelles-Capitale.
Il a également été envoyé au VDAB, au Forem et à divers
partenaires actifs dans le secteur de l’insertion socioprofessionnelle.
– En support électronique, via le site internet d'Actiris (rubrique
News). Un communiqué de presse a d'ailleurs été envoyé à ce
sujet. Pour les agents d'Actiris, il était également disponible via
l'intranet.
En 2010, le rapport annuel n'a pas été imprimé, il était donc
exclusivement disponible sous format électronique. Il a été mis en
ligne sur le site internet dans la rubrique « nos publications » avec
une mise en évidence dans la rubrique « News » pendant 40 jours
après sa sortie. L'information de la sortie du rapport aux partenaires
et destinataires a été faite par courrier reprenant l'ensemble
des modalités de consultation et expliquant le choix et le souci
écologique de l'absence d'impression.
En 2011, Actiris envisage une solution intermédiaire, à savoir
une publication électronique via le site internet et intranet pour les
agents d'Actiris mais également une impression limitée. Force a

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
177
eens een beperkte oplage worden afgedrukt. We moeten immers
vaststellen dat niet iedereen het even gemakkelijk vindt om op het
scherm te lezen. Een aantal partners en bestemmelingen hadden
ons toch een papieren jaarverslag 2010 gevraagd en vonden het
jammer dat ze dit niet hebben gekregen omdat er geen gedrukte
exemplaren beschikbaar waren. Zoals in 2010 het geval was, zal
het jaarverslag 2011 per brief en op onze website worden aangekondigd.
Innoviris
Innoviris is erg bekommerd om de vermindering van het papierverbruik
en heeft in die zin de volgende initiatieven genomen:
installatie op alle computers van de personeelsleden van de functie
recto-verso voor elke afdruk, sensibilisering voor het gebruik van
scanner, eerder dan papieren kopieën, geïnformatiseerde opslag
van alle uitgaande en binnenkomende briefwisseling op basis van
scans, quasi uitsluitend verspreiding van het activiteitenverslag via
elektronische weg, vermindering van het aantal exemplaren van
gevraagde rapporten aan de begunstigden en uitnodiging om de
verslagen via elektronische weg in te dienen.
été de constater que la lecture sur écran n'est pas aisée pour tous
et qu’un certain nombre de partenaires et destinataires nous ont
en 2010 demandé une version papier du rapport et ont regretté de
ne pas pouvoir l’obtenir faute d'impression. Pour l'annonce de la
sortie du rapport, comme en 2010, elle se fera par courrier et via
notre site Internet.
Innoviris
Innoviris est très soucieux de la réduction de la consommation
de papier et a pris en ce sens les initiatives suivantes : installation
sur tous les ordinateurs des membres du personnel de la fonction
recto-verso pour toute impression, sensibilisation à l'utilisation du
scan plutôt que de la copie papier, enregistrement informatisé de
tout le courrier sortant et entrant sur la base de scans, diffusion du
rapport d'activités par voie électronique quasi exclusive, réduction
du nombre d'exemplaires de rapports demandés aux bénéficiaires
et invitation à introduire les rapports par voie électronique.
Vraag nr. 631 van de heer Vincent De Wolf d.d. 15 december
2011 (Fr.) :
Benoemingen van een directeur-generaal en een adjunct
directeur-generaal bij het IWOIB.
Het Belgisch Staatsblad heeft op 16 september 2011 de
oproep tot kandidaten gepubliceerd voor de betrekkingen van
directeur-generaal van rang A5 en adjunct directeur-generaal van
rang A4+ bij het Instituut ter bevordering van het Wetenschappelijk
Onderzoek en de Innovatie van Brussel (IWOIB).
In de oproep kon men het volgende lezen :
« Deze betrekkingen zijn tegelijkertijd opengesteld voor contractuele
en statutaire ambtenaren van de openbare diensten, evenals
voor personeelsleden van een parlementaire vergadering en voor
personeelsleden van de raden van de Gemeenschapscommissies.
Bovengenoemde ambtenaren en personeelsleden moeten ten
minste 12 jaar anciënniteit hebben op niveau A of beschikken
over tenminste 6 jaar leidinggevende ervaring. Leidinggevende
ervaring kan zowel ervaring zijn inzake het beheer in een overheidsdienst
of in een organisatie uit de privésector. ».
Question n° 631 de M. Vincent De Wolf du 15 décembre 2011
(Fr.) :
Nomination des emplois de directeur général et directeur
général adjoint de l'IRSIB.
Le Moniteur belge a vu publier, en date du 16 septembre 2011,
l’appel aux candidatures pour les emplois de directeur général
(A5) et de directeur général adjoint (A4+) de l’IRSIB, l’Institut de
la Recherche scientifique et de l’Innovation de Bruxelles.
L’appel précisait notamment :
« Chacun de ces emplois est ouvert simultanément aux agents
statutaires et aux membres du personnel contractuel ou assimilé
du service public, aux membres du personnel d'une assemblée
parlementaire et aux membres du personnel des Conseils des
commissions communautaires.
Les agents et membres du personnel susmentionnés doivent
être du niveau A et compter au moins douze années d'ancienneté
de niveau A ou bien disposer d'une expérience d’au moins six ans
dans une fonction dirigeante. Par expérience dans une fonction
dirigeante, on entend l'expérience en matière de gestion dans un
service public ou dans une organisation du secteur privé. ».
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Hoeveel kandidaatstellingen zijn er ingediend voor elk van die
betrekkingen ? Hoeveel ervan zijn ontvankelijk verklaard ?
– Wanneer zijn de selectie- en assesmentproeven en de interview
voor de selectiecommissie doorgegaan ? Wat waren de resultaten
? Welke adviezen heeft die commissie uitgebracht ?
– Wat is de kalender voor de aanstelling en de indiensttreding
van de kandidaten ?
– Combien de candidatures ont été déposées pour chacun de ces
emplois ? Parmi celles-ci, combien de candidatures ont été
déclarées recevables ?
– À quelles dates ont été opéréés les épreuves de sélection, d’assessment
et d’audition devant la commission de sélection ?
Quels sont les résultats de ces épreuves ? Qu’en est-il des avis
rendus par cette commission ?
– Quel est le calendrier décidé quant à la désignation et l’entrée
en fonction des nouveaux détenteurs de ces emplois ?

178
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Antwoord : Ik informeer u dat ik niet beschik over informatie
betreffende de voortgang van de selectieprocedure van de mandatarissen
voor Innoviris.
Het aantal voor elke functie ontvangen kandidaturen, de ontvankelijkheid
van deze kandidaturen, de data van de selectie-, assessment-
en verhoorproeven zijn elementen die de Selectiecommissie
enkel vrijgeeft op het einde van de procedure.
Om informatie te verkrijgen, raad ik u aan u te wenden tot de
staatssecretaris belast met het Openbaar Ambt die de voogdij heeft
over de selectiecommissies.
Réponse : Je vous informe que je ne dispose pas d'informations
relatives à l'état d'avancement de la procédure de sélection des
mandataires pour Innoviris.
Le nombre de candidatures reçues pour chaque emploi, la recevabilité
de ces candidatures, les dates des épreuves de sélection,
d'assessment et d'audition sont des éléments que la Commission de
sélection ne fournit qu'au terme de la procédure.
Afin d'obtenir des informations, je vous invite à vous adresser
au secrétaire d'État en charge de la Fonction publique qui a la
tutelle sur les commissions de sélection.
Vraag nr. 632 van de heer Vincent De Wolf d.d. 15 december
2011 (Fr.) :
Behoud van contractuele posten in het IWOIB om tegemoet te
komen aan de uitzonderlijke en tijdelijke personeelsbehoeften.
Tijdens zijn vergadering van 17 november 2011 heeft de
Brusselse ministerraad een besluit aangenomen dat het Instituut
ter bevordering van het Wetenschappelijk Onderzoek en de
Innovatie van Brussel toestaat 12 contractuele personeelsleden
aan te werven of in dienst te houden om tegemoet te komen aan
de uitzonderlijke en tijdelijke personeelsbehoeften.
Question n° 632 de M. Vincent De Wolf du 15 décembre 2011
(Fr.) :
Maintien de postes contractuels au sein de l'IRSIB en vue
de répondre à des besoins exceptionnels et temporaires en personnel.
En sa séance du 17 novembre dernier, le Conseil des ministres
bruxellois adoptait un arrêté autorisant l’Institut d’Encouragement
de la Recherche scientifique et de l’Innovation de Bruxelles « à
engager ou à maintenir en service 12 membres du personnel
contractuel en vue de répondre à des besoins exceptionnels et
temporaires en personnel ».
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Graag voor elk van die posten de titel van de functie, de graad
en de aard van de aanwervingsovereenkomst.
– Welke omstandigheden hebben voor elk van die posten bepaald
dat er uitzonderlijke en tijdelijke personeelsbehoeften bestaan ?
Wat zijn die behoeften precies ?
Antwoord : Wat zijn voor elk van de 12 posten, de titel van
de bezette functie, de graad, de aard van de aanwervingsovereenkomst
en de nood die de aanwerving of het behoud in dienst
rechtvaardigt ?
– Quels sont, pour chacun de ces postes, l’intitulé de la fonction
occupée, le grade ainsi que la nature de la convention d’engagement
?
– Quelles sont les circonstances, pour chacun de ces postes, ayant
permis de délibérer à l’existence de « besoins exceptionnels et
temporaires » ? Précisément, quels sont ces besoins ?
Réponse : Quels sont pour chacun des 12 postes l'intitulé de
la fonction occupée, le grade, la nature de la convention d'engagement
et le besoin justifiant l'engagement ou le maintien en
service ?
Titel van
de bezette functie Graad Aard van de aanwervingsovereenkomst Vastgestelde behoefte
– – – –
Intitulé de Grade Nature de la convention d'engagement Besoin rencontré
la fonction occupée
Jurist Attaché Arbeidsovereenkomst overeenkomstig De goede werking van de diensten van
de wet van 3 juli 1978
Innoviris garanderen in afwachting van een
statutaire bezetting van de functie
Juriste Attaché Contrat de travail conforme à la loi du Assurer le bon fonctionnement des services
3 juillet 1978 d'Innoviris dans l'attente d'une occupation
statutaire de l'emploi
Attaché van de cel Europa Attaché Arbeidsovereenkomst overeenkomstig
de wet van 3 juli 1978
Attaché auprès de la cellule Attaché Contrat de travail conforme à la loi du
Europe 3 juillet 1978

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
179
Attaché van de cel Europa Attaché Arbeidsovereenkomst overeenkomstig de
wet van 3 juli 1978
Attaché auprès de la cellule Attaché Contrat de travail conforme à la loi du
Europe 3 juillet 1978
Wetenschappelijk consulent Ingenieur Arbeidsovereenkomst overeenkomstig de
wet van 3 juli 1978
Conseiller scientifique Ingénieur Contrat de travail conforme à la loi du
3 juillet 1978
Wetenschappelijk consulent Ingenieur Arbeidsovereenkomst overeenkomstig de
wet van 3 juillet 1978
Conseiller scientifique Ingénieur Contrat de travail conforme à la loi du
3 juli 1978
Wetenschappelijk consulent Ingenieur Arbeidsovereenkomst overeenkomstig de
wet van 3 juli 1978
Conseiller scientifique Ingénieur Contrat de travail conforme à la loi du
3 juillet 1978
Wetenschappelijk consulent Ingenieur Arbeidsovereenkomst overeenkomstig de
wet van 3 juli 1978
Conseiller scientifique Ingénieur Contrat de travail conforme à la loi du
3 juillet 1978
Wetenschappelijk consulent Ingenieur Arbeidsovereenkomst overeenkomstig de
wet van 3 juli 1978
Conseiller scientifique Ingénieur Contrat de travail conforme à la loi du
3 juillet 1978
Administratief directeur Directeur Arbeidsovereenkomst overeenkomstig de
wet van 3 juli 1978
Directeur administratif Directeur Contrat de travail conforme à la loi du
3 juillet 1978
Secretariaat Assistent Arbeidsovereenkomst overeenkomstig de
wet van 3 juli 1978
Secrétariat Assistant Contrat de travail conforme à la loi du
3 juillet 1978
Boekhouding Assistent Arbeidsovereenkomst overeenkomstig de
wet van 3 juli 1978
Comptabilité Assistant Contrat de travail conforme à la loi du
3 juillet 1978
Boekhoudkundige controle Assistent Arbeidsovereenkomst overeenkomstig de
wet van 3 juli 1978
Contrôle comptable Assistant Contrat de travail conforme à la loi du
3 juillet 1978
Wat betreft de jobs voor de aanwervingsgraden van attaché,
ingenieur en assistent, en zoals vermeld in het antwoord op
vraag nr. 645 van de heer De Wolf, heeft Innoviris een procedure
opgestart om zijn statutaire kader in te vullen overeenkomstig de
aankondigingen door de regering van de vacante betrekkingen. In
afwachting moet de goede werking van de verschillende cellen
van Innoviris verzekerd worden door de tijdelijke contractuele
aanwervingen.
En ce qui concerne les emplois aux grades de recrutement d'attaché,
d'ingénieur et d'assistant, et comme indiqué dans la réponse
à la question n° 645 de M. De Wolf, Innoviris a entamé une procédure
visant à remplir son cadre statutaire conformément aux déclarations
par le gouvernement de vacances d'emploi. En attendant,
le bon fonctionnement des différentes cellules d'Innoviris doit être
assuré par des engagements contractuels temporaires.
Wat betreft de job van de graad van directeur gaat het om een
beslissing van de Regering van 4 juni 2009 tot tijdelijke aanwerving
van directiepersoneel met een opdracht van algemeen
belang in afwachting van de benoeming van de Directieraad van
En ce qui concerne l'emploi au grade de directeur, il s'agit d'une
décision du gouvernement du 4 juin 2009 visant à engager temporairement
du personnel de direction en mission d'intérêt général
dans l'attente de la mise en place du conseil de direction de l'IR-

180
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
L’intervention de la Région permet à ces écoles de bénéficier
d’entrées à prix réduits, d’une infrastructure d’accueil au Salon
ainsi que des explications fournies par les associations des jeuhet
IWOIB. Aangezien de procedure voor de benoeming van de
mandatarissen voor de functies van directeur-generaal en adjunctdirecteur-generaal
momenteel aan de gang is, zou deze situatie
binnenkort moeten veranderen door de herinvoering van de promotieprocedure
voor de functies van directeur van rang A3, opgeschort
op 4 juni 2009 wegens afwezigheid van de directieraad.
SIB. La procédure de désignation des mandataires aux emplois de
directeur général et directeur général adjoint étant actuellement en
cours, cette situation devrait également prendre fin prochainement
par la reprise de la procédure de promotion aux emplois de directeurs
de rang A 3 suspendue le 4 juin 2009 eu égard à l'absence de
conseil de direction.
Vraag nr. 633 van de heer Vincent De Wolf d.d. 15 december
2011 (Fr.) :
Subsidies in het kader van Agribex 2011.
Tijdens zijn vergadering van 10 november 2011 heeft
de Brusselse ministerraad ingestemd met de ontwerpen van
besluit tot toekenning van een subsidie van 30.000 euro aan
de vzw « Fédération belge de l'Équipement pour l'Agriculture,
l'Horticulture, l'Élevage et le Jardin » en een subsidie van
35.000 EUR aan de vzw « Association pour l'organisation des concours
généraux d'élevage ». Die subsidies lijken gegeven te zijn in
het kader van de internationale beurs Agribex 2011.
Question n° 633 de M. Vincent De Wolf du 15 décembre 2011
(Fr.) :
Subventions allouées dans le cadre du salon Agribex 2011.
En sa réunion du 10 novembre 2011, le Conseil des ministres
bruxellois a marqué accord aux projets d’arrêté visant l’octroi
d’une subvention de 30.000 EUR à l’ASBL « Fédération
belge de l'Équipement pour l’Agriculture, l’Horticulture, l’Élevage
et le Jardin » et d’une subvention de 35.000 EUR à l'ASBL
« Association pour l’organisation des concours généraux d’élevage
». Ces subventions semblent s’inscrire dans le cadre du salon
international Agribex 2011.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Welke projecten worden er precies gesteund in het kader van
die twee subsidies ?
– Wat zijn de andere subsidiërende overheden en welke andere
subsidies worden aan die vzw's gegeven ?
– Hoe verzorgen die vzw's de zichtbaarheid van het Gewest ?
– Wat is de verwachte economische return voor ons Gewest ?
– Zijn de begunstigde vzw's geldig bekendgemaakt in het
Staatsblad ?
Antwoord : Ik benadruk eerst en vooral dat ik slechts kan antwoorden
op de enige subsidie van 30.000 EUR toegekend aan de
vzw Fedagrim (De Belgische Federatie van de uitrusting voor de
Landbouw, de Tuinbouw, de Veeteelt en de Tuin).
De toekenning van een subsidie van 35.000 EUR aan de
vzw « Association pour l'organisation des concours généraux
d'élevage » was trouwens een beslissing van onze voormalige
minister van Begroting.
De acties ondersteund via de toekenning van de subsidie van
30.000 EUR aan de vzw Fedagrim zijn de volgende :
– Schoolbezoeken
De subsidie maakt een van commentaar voorzien bezoek mogelijk
voor meer dan 80 klassen van Brusselse scholen (± 1.700 leerlingen),
zowel Franstalige als Nederlandstalige scholen.
Dankzij de tussenkomst van het Gewest kunnen deze scholen
genieten van goedkopere toegangstickets, een onthaalinfrastructuur
op de beurs en uitleg van de verenigingen van Franstalige en
– Quels sont les projets précisément soutenus dans le cadre de
ces deux subventions ?
– Quels sont les autres pouvoirs subsidiant et autres subsides
alloués à ces ASBL ?
– Comment est assurée, par ces ASBL, la visibilité du soutien de
la Région bruxelloise ?
– Quelles sont les retombées économiques attendues, pour notre
Région, de ces subventions ?
– Les ASBL bénéficiaires sont-elles valablement publiées au
Moniteur belge ?
Réponse : Je vous précise tout d'abord ne pouvoir vous répondre
que sur la seule subvention de 30.000 EUR octroyée à l'ASBL
Fedagrim (Fédération belge de l'équipement pour l'agriculture,
l'horticulture, l'élevage et le jardin).
En effet, l'octroi d'un subside de 35.000 EUR à l'ASBL
« Association pour l'organisation des concours généraux d'élevage
» relevait d'une décision du ministre du Budget.
Les actions soutenues à travers l'octroi du subside de
30.000 EUR à l'ASBL Fedagrim sont les suivantes :
– Visites d’écoles
Le subside permet d’assurer une visite commentée pour plus de
80 classes des écoles bruxelloises (± 1.700 élèves). Ces écoles sont
tant francophones que néerlandophones.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
181
Vlaamse jonge landbouwers : APAQ-W (Agence Wallonne pour la
Promotion d'une Agriculture de Qualité) voor de Franstalige scholen
en de Plattelandsklassen voor de Nederlandstalige scholen.
– Mediatisering – affichecampagne
Traditioneel gezien, organiseert de beurs « Agribex » een
mediacampagne voor en tijdens de beurs. Om meer Brusselse
bezoekers aan te trekken, wordt de vzw gesteund in haar affichecampagne
in de Brusselse metro.
Ik kan u eveneens melden dat de vzw Fedagrim geen enkele
andere subsidie ontvangt voor de organisatie van de beurs
Agribex.
Wat de zichtbaarheid van de steun van het Gewest betreft, en
zoals voorzien in de besluiten omtrent de toekenning van facultatieve
subsidies en de overeenkomsten die hiermee gepaard gaan,
moet de begunstigde zich steeds ertoe verbinden het logo van
het Gewest en de vermelding « met de steun van het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest » goed zichtbaar te plakken.
Wat de economische gevolgen betreft, wens ik in de eerste
plaats te benadrukken dat deze beurs gefinancierd wordt via het
budget betreffende de promotie van de landbouw en de tuinbouw
in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Dat is trouwens de reden
waarom de subsidie enerzijds de sensibilisering beoogt van de
naar de stad getrokken jongeren voor de landbouw en anderzijds,
breder gezien, de Brusselaars wil lokken naar deze beurs met verschillende
aspecten.
Het belang van de economische gevolgen van deze evenementen
voor het Gewest en voor zijn handel, hoeft niet meer bewezen
te worden. In dit opzicht is het dan ook volledig zinvol om steun
te bieden aan de beurs Agribex, die meer dan 120.000 bezoekers
lokt.
Als conclusie deel ik u mede dat de vzw Fedagrim haar
verplichtingen volledig nakomt wat betreft de publicaties in het
Belgisch Staatsblad van de aktes betreffende haar werkelijke leven
(aanpassingen aan statuten, ontslagen, benoemingen, enz.).
nes agriculteurs francophones et flamands : APAQ-W (Agence
Wallonne pour la Promotion d'une Agriculture de Qualité) pour
les écoles francophones et Plattelandsklassen pour les classes
néerlandophones.
– Médiatisation – campagne d’affichage
Traditionnellement, le salon « Agribex » organise une campagne
de médiatisation avant et pendant le salon. Afin d’attirer
davantage de visiteurs bruxellois, l'ASBL est soutenue dans sa
campagne d’affichage dans le métro bruxellois.
Je peux également vous préciser que l'ASBL Fedagrim ne
reçoit aucun autre subside pour l'organisation du salon Agribex.
En ce qui concerne la visibilité du soutien de la Région, et
comme prévu dans les arrêtés d'octroi de subsides facultatifs et les
conventions qui les accompagnent, le bénéficiaire doit toujours
s’engager à apposer de façon visible le logo de la Région et la
mention « avec le soutien de la Région de Bruxelles-Capitale », ce
qui a été le cas sur les affiches placées dans le métro.
En ce qui concerne les retombées économiques, je souhaite
d'abord souligner que ce salon est financé sur le budget relatif
à la promotion de l'agriculture et de l'horticulture en Région de
Bruxelles-Capitale. C'est d'ailleurs pour cette raison que le subside
vise d'une part la sensibilisation des jeunes urbanisés à ce qu'est
l'agriculture et d'autre part plus largement à attirer les Bruxellois
dans ce Salon aux multiples facettes.
L'importance des retombées économiques des salons, congrès,
foires pour la Région et son commerce ne sont plus à démontrer. Et
dans une telle perspective, apporter un soutien au Salon Agribex,
qui attire plus de 120.000 visiteurs, prend ainsi tout son sens.
Pour conclure, je vous informe qu'à ma connaissance, l'ASBL
Fedagrim remplit correctement ses obligations en matière de
publications au Moniteur belge des actes relatifs à sa vie courante
(modifications aux statuts, démissions, nominations, etc.).
Vraag nr. 635 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Juridisch statuut van het restaurant « La Maison des
Chercheurs » van het Domein Latour de Freins.
Het OCMW van Brussel stelt het Domein Latour de Freins via
erfpacht ter beschikking van het Brussels Gewest dat instaat voor
de onderhoudskosten en/of de renovatiekosten voor het geheel van
de eigendom, gebouw en park.
Het hoofdgebouw van het Domein Latour de Freins heeft een
restaurant « La Maison des Chercheurs » dat dagelijks het personeel
en de genodigden van de instellingen en kantoren op het
domein ontvangt.
De vzw « Research in Brussels » beheert het restaurant.
Question n° 635 de M. Emmanuel De Bock du 27 décembre
2011 (Fr.) :
Le statut juridique du restaurant « La Maison des Chercheurs »
du Domaine Latour de Freins.
Le centre public d’aide sociale de la ville de Bruxelles met le
Domaine de Latour de Freins, par bail emphythéotique, à disposition
de la Région de Bruxelles-Capitale, à charge pour celle-ci
d’assumer les coûts d’entretien et/ou de rénovation de l'ensemble
de la propriété, bâtiments et parc.
Le bâtiment principal du Domaine de Latour de Freins abrite un
restaurant, dénommé « La Maison des Chercheurs », qui accueille
quotidiennement le personnel et les invités des différentes institutions
et sociétés qui ont leurs bureaux audit Domaine.
C’est l’ASBL « Research in Brussels » qui gère ce restaurant.

182
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Monsieur le Ministre pourrait-il me faire savoir :
1. Wat is het juridisch statuut van het restaurant ?
2. Wat is voor de jaren 2008, 2009 en 2010 de winst of het verlies
van dat restaurant ?
3. Hoeveel personen zijn voltijds tewerkgesteld in dat restaurant
en wat is de jaarlijkse loonmassa in de begroting van de vzw
« Research in Brussels » voor het personeel van het restaurant
?
Antwoord : Binnen het domein « Latour de Freins » wordt
er een bedrijfsrestaurant uitgebaat genaamd « La Maison des
Chercheurs » door de vereniging Research in Brussels.
Deze dienst werd oorspronkelijk ingevoerd om de vestiging
van het IWOIB op de site mogelijk te maken.
Dit bedrijfsrestaurant heeft geen bijzonder juridisch statuut
aangezien het volledig deel uitmaakt van de activiteiten van de
vereniging Research in Brussels, zoals bepaald in haar statuten,
onder meer de onderbrenging van wetenschappelijke activiteiten.
Op dezelfde wijze als het onthaal, gaat het om een dienst verbonden
aan het onthaal van personeel belast met activiteiten betreffende
technologisch onderzoek en innovatie.
De infrastructuren en het personeel van het restaurant zijn
eveneens verantwoordelijk voor de catering bij evenementen die
op het domein plaatsvinden.
De omzet van het restaurant bedraagde 10.415,16 EUR in
2008, 19.029,58 EUR in 2009 en 23.969,28 EUR in 2010. Het
begrip winst of verlies van het bedrijfsrestaurant als dusdanig
heeft geen enkele betekenis aangezien zowel het personeel als de
voorraden eveneens verbonden zijn aan de tak « evenementen »
op het domein.
Er werken twee mensen voor het bedrijfsrestaurant en de catering
van evenementen. De loonmassa aan te rekenen op het budget
van de vereniging bedraagt, geïndexeerd, 97.065,67 EUR.
1. Quel est le statut juridique de ce restaurant ?
2. Quel est, pour l’exercice 2008, 2009 et 2010, le bénéfice ou la
perte réaliste par ce restaurant ?
3. Combien de personnes sont occupées à temps plein dans ce
restaurant et quelle est la masse salariale annuelle à imputer au
budget de l’ASBL « Research in Brussels » pour le personnel
affecté à ce restaurant ?
Réponse : Un restaurant d’entreprise dénommé « La Maison
des Chercheurs » est géré au sein du domaine « Latour de Freins »
par l’association Research In Brussels.
Ce service a, à l’origine, été mis en place afin de permettre
l’installation de l’IRSIB sur le site.
Ce restaurant d’entreprise n’a pas de statut juridique particulier
puisqu’il fait partie intégrante des activités de l’association
Research in Brussels, comme définis dans ses statuts, notamment
l’hébergement d’activités scientifiques. Au même titre que la
réception, il s’agit d’un service lié à l’accueil de personnel en
charge d’activités en lien avec la recherche et l’innovation technologique.
Les infrastructures et le personnel du restaurant sont également
en charge du catering des événements se déroulant au domaine.
Le chiffre d’affaire du restaurant est de 10.415,16 EUR
pour l’année 2008, 19.029,58 EUR pour l’année 2009 et de
23.969,28 EUR pour l’année 2010. La notion de perte ou de
bénéfice du restaurant d’entreprise en tant que tel n’a pas de sens,
puisque tant le personnel que les approvisionnements sont également
liés à la fonction « événements » au domaine.
Deux personnes travaillent pour le restaurant d’entreprise et
l’aspect catering des événements. La masse salariale à imputer au
budget de l’association est de 97.065,67 EUR indexés.
Vraag nr. 636 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Dubbel voordeel van een restaurant op de arbeidsplaats en
maaltijdcheques voor het personeel van de vzw « Research in
Brussels » en Innoviris, het vroegere IWOIB.
Ik heb horen zeggen dat de raad van beheer van de vzw
« Research in Brussels » maaltijdcheques van 6 EUR per gepresteerde
dag toekent aan het personeel terwijl dit reeds gebruik maakt
van de diensten van het restaurant « La Maison des Chercheurs »
op het domein Latour de Freins waar het werkt.
Aangezien het personeel de maaltijdcheques niet mag gebruiken
in dit restaurant, gaat het dus duidelijk om een dubbel voordeel.
Question n° 636 de M. Emmanuel De Bock du 27 décembre
2011 (Fr.) :
Le double avantage bénéfice d'un restaurant sur le lieu
de travail et de titres-repas accordé au personnel de l'ASBL
« Research in Brussels » et d'Innoviris, anciennement l'IRSIB.
Il me revient que le conseil d’administration de l’ASBL
« Research in Brussels » accorde des titres-repas d’une valeur
nominale de 6 EUR par jour presté à leur personnel alors que
celui-ci bénéficie déjà des services du restaurant « La Maison des
Chercheurs » du Domaine de Latour de Freins où il travaille.
Sachant que le personnel n’est pas autorisé à utiliser les titresrepas
perçus dans ce restaurant, il s’agit manifestement du bénéfice
d’un double avantage.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
183
Monsieur le Ministre pourrait-il me faire savoir :
1. Kan de minister dat bevestigen en wist hij daarvan ?
2. Sinds wanneer wordt die praktijk toegepast voor het personeel
van de voormelde instellingen ?
3. Op welke wettelijke basis steunen de raad van beheer van de
vzw « Research in Brussels » en de directie van Innoviris, het
vroegere IWOIB, om dat dubbel voordeel toe te kennen aan
hun personeel ?
4. Hoeveel bedroeg de totale kostprijs, zonder het aandeel van
het personeel, voor de maaltijdcheques voor het personeel van
de vzw « Research in Brussels » van 2008 tot 2011 en hoeveel
mensen hebben aldus voor elk bovenvermeld jaar die cheques
gekregen ?
5. Hoeveel bedroeg de totale kostprijs, zonder het aandeel van
het personeel, voor de maaltijdcheques voor het personeel van
Innoviris, het vroegere IWOIB, van 2008 tot 2011 en hoeveel
mensen hebben aldus voor elk bovenvermeld jaar die cheques
gekregen ?
Antwoord : De toekenning van maaltijdcheques aan werknemers
van een organisatie is het voorwerp van een specifieke
overeenkomst gesloten in het kader van artikel 19bis van het
Koninklijk Besluit van 28 november 1969 ter uitvoering van de
wet van 27 juni 1969, die de besluitwet herziet van 28 december
1944 betreffende de sociale zekerheid van de werknemers, vervangen
door het koninklijk besluit van 3 februari 1998 (Belgisch
Staatsblad van 19 februari 1998), zelf gewijzigd door het koninklijk
besluit van 18 januari 2003 (Belgisch Staatsblad van 6 maart
2003).
De werkgeversbijdrage in deze maaltijdcheques zou gelinkt
moeten zijn aan de prijs van een volledige maaltijd (klein voorgerecht
of soep, hoofdgerecht, dessert en drank).
De cumulatie bedrijfsrestaurant en maaltijdcheques is problematisch
wanneer de prijs van een volledige maaltijd voor de
werkgever lager ligt dan zijn bijdrage voor de maaltijdcheque. Het
is dan verboden om geld terug te geven op een maaltijdcheque als
betaalmiddel voor de maaltijd.
In het geval van « La Maison des Chercheurs » worden geen
maaltijdcheques aanvaard, er wordt dus geen geld teruggegeven
op een maaltijdcheque. Er is echter geen enkele verplichting voor
het personeel tewerkgesteld in het Domein « Latour de Freins »,
om zijn maaltijd te nuttigen in « La Maison des Chercheurs ».
Bovendien is de prijs voor een volledige maaltijd in « La
Maison des Chercheurs » 7 EUR. Deze prijs ligt dus hoog boven
de prijs van een bedrijfsmaaltijd van 4,91 EUR vastgelegd door de
RSZ, aangezien de maaltijdcheques een nominale waarde hebben
van 6 EUR waarvan 4,91 EUR ten laste van de werkgever.
De vereniging Research in Brussels respecteert dus de wetgeving
die van kracht is over de toekenning van maaltijdcheques.
De totale kost voor de toekenning van deze maaltijdcheques
gedurende de jaren 2008 (13 personnen), 2009 (17 person-
1. S'il confirme bien cette situation et s’il en avait connaissance
?
2. Depuis quelle date cette pratique est-elle en cours pour le personnel
des deux institutions citées ?
3. Sur quelles bases légales, le conseil d’administration de
l’ASBL « Research in Brussels » et la direction d’Innoviris,
anciennement l'IRSIB, s’appuient-ils pour concéder ce double
avantage aux membres de leur personnel respectif ?
4. Quel a été, quote-part du personnel déduite, le coût total des
titres-repas octroyés au personnel de l’ASBL « Research in
Brussels » de 2008 à 2011 et combien de personnes, pour chaque
année citée, ont ainsi bénéficié de ces titres ?
5. Quel a été, quote-part du personnel déduite, le coût total des
titres-repas octroyés au personnel d'Innoviris, anciennement
l’IRSIB, de 2008 à 2011 et combien de personnes, pour chaque
année citée, ont ainsi bénéficié de ces titres ?
Réponse : L’octroi de titres-repas aux employés d’une organisation
fait l’objet d’une convention spécifique conclue dans le
cadre de l’article 19bis de l’arrêté royal du 28 novembre 1969
pris en exécution de la loi du 27 juin 1969, révisant l’arrêté loi du
28 décembre 1944 concernant la sécurité sociale des travailleurs,
remplacé par l’arrêté royal du 3 février 1998 (Moniteur belge du
19 février 1998), lui-même modifié par l’arrêté royal du 18 janvier
2003 (Moniteur belge du 6 mars 2003).
L’intervention patronale dans ces chèques-repas doit-être liée
au prix coûtant d’un repas complet (petite entrée ou soupe, plat,
dessert et boisson).
Le cumul restaurant d’entreprise et chèques-repas est problématique
lorsque le prix d’un repas complet pour l’employeur est
inférieur à son intervention dans le chèque-repas. Il est alors interdit
de remettre la monnaie sur le titre-repas reçu comme paiement
du repas.
Dans le cas de la « Maison des Chercheurs », les titres-repas
ne sont pas acceptés, donc aucune monnaie n'est rendue sur un
titre-repas. Toutefois, il n’y a évidemment aucune obligation pour
le personnel employé au domaine « Latour de Freins » de prendre
son repas à la « Maison des Chercheurs ».
De plus, le prix pour un repas complet à la « Maison des
Chercheurs » est de 7 EUR. Ce prix est donc largement supérieur
au repas d’entreprise à prix coûtant fixé par l’ONSS à 4,91 EUR
dans notre cas, puisque nos titres-repas ont une valeur faciale de
6 EUR, dont 4,91 EUR à charge de l’employeur.
L’association Research In Brussels respecte donc bien la législation
en vigueur sur l’octroi de titres-repas.
Le coût total de l’octroi de ces titres-repas durant les années
2008 (13 personnes), 2009 (17 personnes), 2010 (19 personnes)

184
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
nen), 2010 (19 personnen) en 2011 (15 personnen) bedroeg
60.814,70 EUR ten laste van de vereniging.
Het personeel van Innoviris krijgt maaltijdcheques met een
nominale waarde van 7 EUR en dit in toepassing van het besluit
van de BHR van 30 juni 2011 tot wijziging van het besluit van
de Brusselse Hoofdstedelijke Executieve van 20 januari 1993 tot
organisatie van de toekenning van maaltijdcheques voor het personeel
van het MBHG en bepaalde instellingen van openbaar nut
onder het gezag of het toezicht van de Executieve.
De totale kost van de maaltijdcheques toegekend aan het personeel
van Innoviris van 2008 tot 2011 bedraagt 76.092,31 EUR.
Alle personeelsleden van Innoviris maken hiervan gebruik, met
andere woorden 24 personen op 31 december 2009, 26 op
31 december 2010 en 26 op 31 december 2011.
Indien dit nodig blijkt, voegen we hieraan toe dat indien de
maaltijd aan een prijs staat die even hoog of hoger is dan de prijs
bepaald door de RSZ, wat hier het geval is, de cumulatie toegelaten
is. In dit geval is de werknemer niet verplicht om zijn maaltijd
met een maaltijdcheque te betalen.
et 2011 (15 personnes) a été de 60.814,70 EUR à charge de l’association.
Le personnel d'Innoviris se voit accorder des chèques-repas
d'une valeur nominale de 7 EUR, et ceci en application de l'arrêté
du gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 30 juin
2011 modifiant l'arrêté de l'Exécutif de la Région de Bruxelles-
Capitale du 20 janvier 1993 organisant l'octroi de chèques-repas
au personnel du ministère de la Région de Bruxelles-Capitale et
de certains organismes d'intérêt public placés sous l'autorité ou le
contrôle de l'exécutif.
Le coût total des titres-repas octroyés au personnel d'Innoviris
de 2008 à 2011 s'élève à 76.092,31 EUR. L'ensemble du personnel
d'Innoviris en bénéficie, soit 24 personnes au 31 décembre 2009,
26 personnes au 31 décembre 2010 et 26 personnes au 31 décembre
2011.
Pour autant que de besoin, nous ajouterons que si le repas est
vendu à un prix égal ou supérieur au prix coûtant déterminé par
l'ONSS, ce qui est le cas en l'espèce, le cumul est autorisé. Dans
ce cas le travailleur n'est pas obligé de payer son repas au moyen
d'un chèque-repas.
Vraag nr. 637 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Onderhoudskosten van de kantoren op het Domein Latour
de Freins en de verhuring ervan door de vzw « Research in
Brussels ».
Het OCMW van Brussel, eigenaar van het Domein Latour
de Freins, stelt dit domein via erfpacht ter beschikking van het
Brussels Gewest dat instaat voor de onderhoudskosten en/of de
renovatiekosten voor het geheel van de eigendom, gebouw en
park.
Het hoofdgebouw van het Domein Latour de Freins telt verschillende
kantoorplateaus die de vzw « Research in Brussels »
verhuurt aan instellingen en bedrijven.
Question n° 637 de M. Emmanuel De Bock du 27 décembre
2011 (Fr.) :
Les coûts de l'entretien des bureaux du Domaine Latour
de Freins et leur mise en location par l'ASBL « Research in
Brussels ».
Le centre public d’aide sociale de la ville de Bruxelles, propriétaire
du Domaine de Latour de Freins, met ce Domaine, par bail
emphytéotique, à disposition de la Région de Bruxelles-Capitale,
à charge pour celle-ci d’assumer les coûts d’entretien et/ou de
rénovation de l’ensemble de la propriété, bâtiments et parc.
Le bâtiment principal du Domaine de Latour de Freins
compte plusieurs plateaux de bureaux que l’ASBL « Research in
Brussels » loue à des sociétés ou des institutions.
Monsieur le Ministre pourrait-il me faire savoir :
1. Hoeveel betaalt de vzw aan het OCMW voor de erfpacht ?
Over hoeveel jaar loopt die?
2. Hoeveel kantoorplateaus worden aldus verhuurd en voor welke
huurprijs ?
3. Wat is het totale bedrag van de huurprijzen geïnd door de vzw
« Research in Brussels » voor de verhuring van die kantoren in
2008, 2009 en 2010 ?
4. Wat is het totale bedrag van de onderhouds- en renovatiekosten
voor die bureaus ten laste van de begroting van de Grondregie
van 2008 tot 2011 ?
5. Indien er winst gemaakt is of verlies geleden is in 2008, 2009,
2010 en 2011 in de verhouding tussen geïnde huur en kosten,
hoeveel bedroeg die voor elk jaar in kwestie ?
1. Quel est le prix payé par l’ASBL au CPAS prévu dans le canon
emphythéotique ? Sur combien d’années porte ce bail ?
2. Combien de plateaux de bureaux sont ainsi loués et pour quel
loyer exactement ?
3. Quel est le montant total des loyers perçus par l’ASBL
« Research in Brussels » pour la location de ces plateaux de
bureaux en 2008, 2009 et 2010 ?
4. Quel est le montant total des coûts de l’entretien et de la rénovation
de ces plateaux de bureaux, à charge du budget de la
Régie foncière, de 2008 à 2011 ?
5. Si un bénéfice ou une perte a été réalisée en 2008, 2009, 2010
et 2011 entre les loyers perçus et les frais engagés et de quel
ordre est-il pour chacune des années citées ?

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
185
6. Hebben alle bedrijven en instellingen die daar huren een
rechtstreekse band met het wetenschappelijk onderzoek in het
Gewest ?
7. Zo niet, wat is de aard van de activiteiten van de instellingen of
bedrijven die geen rechtstreekse band hebben met het wetenschappelijk
onderzoek in het Gewest en om welke redenen
mochten zij een of meer kantoorplateaus huren op een domein
dat volgens de minister voor wetenschappelijk onderzoek enkel
mocht gebruikt worden voor het wetenschappelijk onderzoek
in ons Gewest ?
8. Zijn de huurprijzen verhoogd tussen de datum van oprichting
van de vzw « Research in Brussels » en vandaag en met hoeveel
?
9. Graag de volledige lijst van de bedrijven en vzw's die huren, de
gebruikte ruimte en het huurgeld dat zij betaald hebben voor de
jaren 2008 tot 2011.
Antwoord : De erfpacht met betrekking tot het domein « Latour
de Freins » voorziet in de jaarlijkse betaling van pacht ten bedrage
van 310.000 EUR. De verhoging hiervan wordt door het normale
indexcijfer van de consumptieprijzen vastgesteld zonder dat het
bedrag lager dan 310.000 EUR mag zijn.
Er worden vijf kantoorplateaus ter beschikking gesteld door de
vereniging aan het domein, voor een jaarlijkse respectieve prijs
van 1.999,99 EUR; 4.800 EUR; 14.157 EUR; 29.694,92 EUR en
161.650 EUR.
Het totale bedrag van de opbrengsten voor het ter beschikking
stellen van deze plateaus bedraagt 186.050 EUR voor 2008,
177.150 EUR voor 2009 en 209.685,97 EUR voor 2010.
Het totale bedrag aan onderhouds- en renovatiekosten van deze
plateaus tussen 2008 en 2011 ten laste van de Grondregie bedraagt
66.616,04 EUR BTW inbegrepen.
Alle ondernemingen hebben een rechtstreeks verband met de
sectoren van Onderzoek, Ontwikkeling en Innovatie. Het eenvoudige
feit dat ze in het Brussels Gewest kantoor houden, volstaat
om het rechtstreekse verband met het Brussels Gewest aan te
tonen.
Ovizio en Euromedim zijn werkzaam in de sector van het
technologisch onderzoek, innovIRIS is de gewestelijke actor die
belast is met het beheer van subsidies die aan de activiteiten van
het onderzoek worden toegekend, EIIL is een managementschool
die aan wetenschappelijke profielen gewijd is en ECSA (European
Corporate Security Association) is actief op het gebied van veiligheid
en dus van technologische innovatie.
Ze verduidelijken hun opdrachten als volgt : « To liaise and
to promote synergy with relevant Academic, Research, Scientific,
Public & Private Organizations and Associations ».
Er is nooit sprake van geweest om het domein uitsluitend aan
activiteiten van wetenschappelijk onderzoek in ons Gewest te wijden,
omdat de huurovereenkomst duidelijk stelt « activités internationales
à but scientifique ou similaire » (internationale activiteiten
met wetenschappelijk of gelijkaardig doel). Het domein is
6. Si toutes les sociétés et institutions locataires ont un lien
direct avec la recherche scientifique en Région de Bruxelles-
Capitale ?
7. Dans la négative, quelle est la nature des activités de la ou
des sociétés et institutions qui n’ont pas de lien direct avec
la recherche scientifique en Région de Bruxelles-Capitale et
pour quelles raisons a-t-elle ou ont-elles été autorisée(s) à
prendre un ou plusieurs plateaux de bureaux en location dans
un domaine que le ministre de la recherche scientifique a voulu
être exclusivement consacré à la recherche scientifique dans
notre Région ?
8. Si les loyers demandés à ces sociétés et institutions ont été revus
à la hausse entre la date de création de l’ASBL « Research in
Brussels » (RIB) et ce jour et de combien ?
9. La liste complète des sociétés, ASBL locataires, l’espace occupé
et le loyer payé par celles-ci pour les années 2008 à 2011 ?
Réponse : L’emphytéose relative au domaine « Latour de
Freins » prévoit le paiement d’un canon annuel de 310.000 EUR.
L’augmentation de celui-ci est fixée par l’indice normal des prix à
la consommation, sans qu’il puisse être inférieur à 310.000 EUR.
Cinq plateaux de bureaux sont mis à disposition par l’association
au domaine, pour un prix annuel respectif de 1.999,99 EUR;
4.800 EUR; 14.157 EUR; 29.694,92 EUR et 161.650 EUR.
Le montant total des rentrées liées à la mise à disposition de
ces plateaux est de 186.050 EUR pour 2008, de 177.150 EUR pour
2009 et 209.685,97 EUR pour 2010.
Le montant total des coûts d’entretien et de rénovation de ces
plateaux à charge de la Régie foncière entre 2008 et 2011 est de
66.616,04 EUR TVAC.
Toutes les sociétés ont un lien direct avec le secteur de la
recherche, du développement et de l’innovation. Le simple fait
qu’elles occupent des bureaux en Région bruxelloise suffit à
démontrer le lien direct avec la Région.
Ovizio et Euromedim travaillent dans le secteur de la recherche
technologique, Innoviris est l’acteur régional en charge de la
gestion des subventions accordées aux activités de recherche, EIIL
est une école de management destinée à des profils scientifiques et
ECSA (European Corporate Security Association) est actif dans le
domaine de la sécurité et donc de l’innovation technologique.
Leurs missions précisent notamment : « To liaise and to promote
synergy with relevant Academic, Research, Scientific, Public
& Private Organizations and Associations ».
Il n’a jamais été question de consacrer le domaine exclusivement
à des activités de recherche scientifique dans notre Région
puisque le bail précise « activités internationales à but scientifique
ou similaire ». Le domaine est un outil au service des acteurs
régionaux du secteur de la recherche et si cet outil peut aider à

186
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
een instrument dat ten dienste van de gewestelijke actoren van de
onderzoekssector staat en indien dit instrument kan helpen om,
meer bepaald, internationale synergieën aan deze actoren te bieden,
dan is dat positief voor ons Gewest.
De jaarlijkse prijzen van terbeschikkingstelling van kantoorruimte
werd tussen 2008 en 2011 aangepast :
– Verhoging van 1.200 EUR naar 1.999,99 EUR voor ECSA.
– Verhoging van 4.000 EUR naar 4.800 EUR voor EIIL.
– Vermindering van 18.000 EUR naar 14.157 EUR voor
Euromedim, wegens vermindering van de oppervlakte.
– Verhoging van 14.132,64 EUR naar 29.644,92 EUR voor
Ovizio wegens verhoging van de oppervlakte.
– De aan Innoviris gevraagde prijs is niet veranderd.
offrir des synergies, notamment internationales, à ces acteurs, ceci
est positif pour notre Région.
Les prix annuel de mise à disposition d’espaces de bureaux ont
été adaptés entre 2008 et 2011 :
– Augmentation de 1.200 EUR à 1.999,99 EUR pour ECSA.
– Augmentation de 4.000 EUR à 4.800 EUR pour EIIL.
– Diminution de 18.000 EUR à 14.157 EUR pour Euromedim car
diminution de la surface.
– Augmentation de 14.132,64 EUR à 29.644,92 EUR pour
Ovizio car augmentation de la surface.
– Le prix demandé à Innoviris n’a pas varié.
Huurder Huidige ruimte
Locataire Espace actuel 2008 2009 2010 2011
ECSA 47 m² 1.200,00 EUR 1.200,00 EUR 1.999,00 EUR 1.999,00 EUR
EIIL 16 m² 4.000,00 EUR 4.000,00 EUR 4.375,90 EUR 4.800,00 EUR
Euromedim 68 m² 18.000,00 EUR 18.000,00 EUR 27.527,44 EUR 14.157,00 EUR
IRSIB/Innoviris 385 m² 161.650,00 EUR 161.650,00 EUR 161.650,00 EUR 161.650,00 EUR
Ovizio 164 m² – – 14.132,64 EUR 29.644,92 EUR
Vraag nr. 638 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Aantal personeelsleden die ontslagen zijn of vrijwillig vertrokken
zijn bij de vzw « Research in Brussels » van 2008 tot
op heden.
Ik heb vernomen dat er meer dan 20 personeelsleden zijn ontslagen/vrijwillig
vertrokken bij de vzw « Research in Brussels »
sedert de oprichting ervan in 2008 tot nu.
Question n° 638 de M. Emmanuel De Bock du 27 décembre
2011 (Fr.) :
Le nombre de licenciements et/ou départs volontaires intervenus
dans le personnel de l'ASBL « Research in Brussels » de
2008 à nos jours.
Il me revient que l’ASBL « Research in Brussels » a connu plus
d'une vingtaine de licenciements et/ou départs volontaires dans
son personnel de sa création en 2008 à nos jours.
Monsieur le Ministre pourrait-il me faire savoir :
1. Hoeveel personeelsleden zijn precies ontslagen of vrijwillig
vertrokken sedert 2008 ?
2. Wat zijn de precieze redenen voor elk ontslag, alsook de
ontslagvergoedingen die de vzw daarbij heeft betaald wegens
contractbreuk (inclusief de voordelen in natura) ?
3. Hoeveel personeelsleden zijn thans nog tewerkgesteld bij
voornoemde vzw en wat is de jaarlijkse loonmassa die betaald
wordt uit de begroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
voor voornoemde vzw ?
4. Geeft het aanzienlijk aantal ontslagen/vrijwillige vertrekken
blijk van problemen bij het personeelsbeheer ? Welke maatregelen
worden of zijn genomen ter zake ?
1. Quel est le nombre exact des licenciements et des départs
volontaires intervenus depuis 2008 et jusqu’à ce jour dans le
personnel de l'ASBL « Research in Brussels » ?
2. Quelles sont les motifs exacts de chaque licenciement et les
indemnités de licenciement payées par l’ASBL « Research
in Brussels » pour rupture de contrat (avec les avantages en
nature) pour chacun de ces licenciements ?
3. Quel est le nombre de personnes actuellement encore occupées
par l'ASBL « Research in Brussels » (RIB) et quelle est la
masse salariale annuelle en personnel à charge du budget de la
Région de Bruxelles-Capitale de cette ASBL ?
4. Le nombre important de licenciements et/ou départs volontaires
reflète-t-il des problèmes de gestion du personnel ? Quelles
mesures compte-t-il prendre ou a-t-il prises à l’égard de celuici
?

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
187
Antwoord : Sinds haar oprichting zijn bij de vereniging RIB
vier personeelsleden vrijwillig vertrokken en vertrok er één persoon
doordat zijn overeenkomst voor onbepaalde duur afliep.
Eén personeelslid vertrok ook op pensioen, er waren twee
proefperiodes die niet voldeden en één persoon die niet meer is
komen opdagen.
Uiteindelijk heeft de vzw een einde gesteld aan zeven arbeidsovereenkomsten,
ofwel wegens redenen van economische herstructurering,
ofwel omdat de personen niet meer voldeden.
Het totale bedrag van vooropzeg en vergoedingen bedraagt
75.146,25 EUR.
De vereniging stelt vandaag negen personen voltijds te werk.
Het jaarlijkse budget voor salariskosten bedraagt momenteel
369.904,55 EUR.
Het aantal gevallen van vertrek houdt geen verband met een
slecht personeelsbeheer, wel integendeel. De mensen die vrijwillig
de vereniging verlaten hebben, hebben deze beslissing allemaal
genomen omdat ze elders een beter betaalde functie aangeboden
kregen.
Een overeenkomst voor bepaalde duur voor een specifieke
opdracht voorstellen of iemand ontslaan die niet voor een functie
voldoet tijdens zijn proefperiode getuigt van een goed personeelsbeleid.
Réponse : Depuis sa création, l'association RIB a enregistré
quatre départs volontaires et un départ dû à une fin de contrat à
durée déterminée.
Elle a également connu un départ à la retraite, deux périodes
d’essai non concluantes et une personne qui ne s’est plus présentée
à son poste.
Enfin, l'ASBL a mis fin à sept contrats de travail soit pour
raison de restructuration économique soit parce que les personnes
ne convenaient plus.
Le montant total des préavis et indemnités s'élève à
75.146,25 EUR.
L’association occupe aujourd’hui neuf personnes à temps plein.
Le budget annuel relatif aux coûts salariaux est actuellement de
369.904,55 EUR.
Le nombre de départs n’est pas à mettre en relation avec une
mauvaise gestion du personnel, bien au contraire. Les personnes
ayant quitté volontairement l’association ont toutes pris cette décision
car elles ont trouvé une fonction mieux rémunérée ailleurs.
Proposer un contrat à durée déterminée pour une mission
spécifique ou se séparer d’une personne ne convenant pas à la
fonction pendant sa période d’essai démontre une bonne gestion
du personnel.
Vraag nr. 639 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Afschrijving van het kapitaal van de vzw's « BIRDS » en
« BRAINS » in de jaarrekeningen van de vzw « Research in
Brussels ».
De vzw « Research in Brussels » is ontstaan uit de fusie van de
vzw's « BIRDS » en « BRAINS » in 2008.
In de jaarrekeningen van 2008 en 2009 gaat de Raad van
Bestuur van de vzw « Research in Brussels » (RIB) over tot de
afschrijving van het kapitaal van de twee voornoemde vzw's. In
2010 gebeurt dat niet langer.
Question n° 639 de M. Emmanuel De Bock du 27 décembre
2011 (Fr.) :
L'amortissement des fonds associatifs des ASBL « BIRDS »
et « BRAINS » dans les comptes annuels de l'ASBL « Research
in Brussels ».
L'ASBL « Research in Brussels » est née de la fusion en 2008
des ASBL « BIRDS » et « BRAINS ».
Dans les comptes annuels des exercices 2008 et 2009, le
conseil d’administration de l'ASBL « Research in Brussels » (RIB)
procède à l’amortissement des fonds associatifs des deux ASBL
fusionnées mais ne procède plus à cet amortissement en 2010.
Monsieur le Ministre pourrait-il me faire savoir :
1. Op welke wettelijke grondslagen heeft de raad van bestuur van
de vzw « Research in Brussels » zich gebaseerd om over te gaan
tot de afschrijving van het kapitaal van de vzw's « BIRDS » en
« BRAINS » in de jaarrekeningen van 2008, 2009 en 2010 ?
2. Welke budgettaire weerslag heeft het feit dat twee jaar te doen
en daarna niet meer ?
3. Moet uit deze handelswijze afgeleid worden dat het kapitaal
van de twee vzw's « BIRDS » en « BRAINS » definitief afgeschreven
is ?
1. Sur quelles bases légales le conseil d’administration de l’ASBL
« Research in Brussels » (RIB) s’est appuyé pour procéder à
l’amortissement des fonds associatifs des ASBL « BIRDS »
et « BRAINS » dans les comptes annuels des exercices 2008,
2009 et 2010 ?
2. Quelle est l’incidence budgétaire pour cette ASBL de procéder
durant deux exercices à cet amortissement pour ne plus y procéder
ensuite ?
3. S'il convient de déduire de cette manière d’agir que les fonds
associatifs des deux ASBL « BIRDS » et « BRAINS » ont été
définitivement amortis ?

188
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Antwoord : De vereniging « Research in Brussels » werd
opgericht om de activiteiten van de vzw « BIRDS » en de vzw
« BRAINS » over te nemen. Ze heeft de rechten en plichten
van deze overgenomen, inclusief de inboedel aangekocht door
de vorige verenigingen waarvan de waarde over meerdere jaren
afgeschreven was.
Daar de waarde van deze inboedel in het kapitaal van de
nieuwe vereniging moet zitten, werd beslist dat deze waarde de
fondsen van de vereniging zou vormen.
Hierop volgde een lange discussie, ook tussen boekhoudkundige
deskundigen en revisoren, over de verdere afschrijving van
de waarde van deze inboedel of niet.
De gewone algemene vergadering van 27 april 2011 heeft
beslist dat de fondsen van de vereniging niet afgeschreven moesten
worden en heeft gevraagd dat de jaarrekeningen van het boekjaar
2010 de nodige verbetering zou bevatten.
Er is geen budgettair gevolg, daar de betroffen inboedel door
de vorige verenigingen betaald werd. Het gaat enkel om het boekhoudkundige
spoor van activa behorende tot de vereniging.
Het is uiteraard ongepast om te besluiten dat de beslissing om
de fondsen van de vereniging niet meer af te schrijven, betekent
dat deze al afgeschreven zijn. Zolang deze inboedel niet verkocht
of van de lijst afgevoerd is, blijft deze binnen het kapitaal van de
vereniging en dus in de boekhoudkundige balans.
Réponse : L’association Research in Brussels a été créée pour
reprendre les activités de l’ASBL BIRDS et de l’AISBL BRAINS.
Elle a repris les droits et obligations de celles-ci, en ce compris
du mobilier acquis par les associations précédentes dont la valeur
était amortie sur plusieurs années.
La valeur de ce mobilier devant se trouver dans le patrimoine
de la nouvelle association, il a été décidé que cette valeur constituerait
le fonds associatif.
Une longue discussion, y compris entre experts-comptables
et réviseurs, s’en est suivie sur la question de la continuation de
l’amortissement de la valeur de ce mobilier ou pas.
L’assemblée générale ordinaire du 27 avril 2011 a décidé que
le fonds associatif de l’association ne devait pas être amorti et a
demandé que les comptes annuels de l’exercice 2010 reprennent
la correction nécessaire.
Il n’y a aucune incidence budgétaire, le mobilier concerné
ayant été payé par les associations précédentes. Il ne s’agit que de
la trace comptable d’actifs appartenant à l’association.
Il ne convient bien évidemment pas de conclure que la décision
de ne plus amortir les fonds associatifs signifie que ceux-ci ont été
amortis. Tant que ce mobilier n’est pas vendu ou déclassé, celuici
reste dans le patrimoine de l’association et donc dans le bilan
comptable.
Vraag nr. 640 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Niet naleving door de vzw « Research in Brussels » van de
verplichte indiening van de jaarrekeningen voor bekendmaking
binnen de wettelijk bepaalde termijn in 2008, 2009 en 2010.
Ik heb vernomen dat de vzw « Research in Brussels » in 2008,
2009 en 2010 niet heeft voldaan aan de verplichting voor vzw's
om binnen de wettelijk bepaalde termijn hun jaarrekeningen in te
dienen voor bekendmaking.
Question n° 640 de M. Emmanuel De Bock du 27 décembre
2011 (Fr.) :
Le non-respect par l'ASBL « Research in Brussels » en
2008, 2009 et 2010 de l'obligation faite aux ASBL de déposer,
dans les délais impartis par la loi, leurs comptes annuels pour
publication.
Il me revient que l'ASBL « Research in Brussels » n'a pas
satisfait en 2008, 2009 et 2010 à l’obligation faite aux associations
sans but lucratif de déposer, dans les délais impartis par la loi,
leurs comptes annuels pour publication.
Monsieur le Ministre pourrait-il me faire savoir :
1. Kan u bevestigen dat de vzw « Research in Brussels » niet heeft
voldaan aan die wettelijke verplichting voor de drie bedoelde
boekjaren ?
2. Is de situatie ondertussen in orde gebracht, en met hoeveel
vertraging voor elk bedoelt boekjaar ?
3. Om welke redenen heeft de betrokken vzw niet voldaan aan die
wettelijke verplichting voor de drie bedoelde jaren ?
4. Welke maatregelen plant hij te nemen ten aanzien van de raad
van bestuur van de vzw met betrekking tot deze kennelijke
tekortkoming in het beheer ?
1. S’il confirme bien que l’ASBL « Research in Brussels » n’a
pas satisfait à cette obligation légale pour les trois exercices
cités ?
2. Si la situation a été régularisée entre-temps et avec combien de
mois de retard pour chaque exercice cité ?
3. Pour quelles raisons l’ASBL « Research in Brussels » n’a-t-elle
pas satisfait à cette obligation légale pour les trois exercices
cités ?
4. Quelles mesures a-t-il prises ou compte-t-il prendre à l'égard
du conseil d’administration de « Research in Brussels » dans le
cadre de cette carence manifeste de gestion ?

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
189
Antwoord : Het is onjuist om te zeggen dat de vzw « Research
in Brussels » haar verplichtingen inzake de indiening van de jaarrekeningen
voor de drie genoemde boekjaren, niet heeft nageleefd.
Enkel de boekjaren 2008 en 2009 werden te laat ingediend.
Alles werd in het eerste semester 2011 geregulariseerd, met
dus een vertraging van 23 maanden voor de rekeningen 2008 en
11 maanden vertraging voor de rekeningen van 2009.
Het was de verantwoordelijkheid van de directeurs van de vereniging
om deze indiening te bewerkstelligen.
Dit is niet gebeurd daar de rekeningen 2008 en 2009 door de
huidige directeur werden ingediend, die sinds 24 maart 2011 in
functie is. De directeur en de administratieve directeur die hiervan
de oorzaak zijn, werken niet meer voor de vereniging.
De raad van bestuur van de vereniging werd niet in gebreke
gesteld voor deze nalatigheid aangezien de administratieve directeur
hem steeds heeft bevestigd dat alles in orde was.
Réponse : Il est incorrect de dire que l’ASBL « Research in
Brussels » n’a pas respecté ses obligations liées au dépôt des
comptes annuels pour les trois exercices cités. Le retard dans le
dépôt ne concerne que les exercices 2008 et 2009.
Tout a été régularisé au premier semestre 2011, soit avec
23 mois de retard pour les comptes 2008 et 11 mois de retard pour
les comptes 2009.
Il était de la responsabilité des directeurs de l’association de
faire effectuer ce dépôt.
Ceci n’a pas été fait, le dépôt des comptes 2008 et 2009 ayant
été effectué par le directeur actuel, en fonction depuis le 24 mars
2011. Le directeur et le directeur administratif en cause ne travaillent
plus pour l’association.
Le conseil d’administration de l’association n’est pas mis en
cause pour ce manquement puisque le directeur administratif lui a
toujours confirmé que tout était en ordre.
Vraag nr. 642 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Kosten voor het onderhoud van de zalen van het Domein
Latour de Freins en de verhuring ervan door de vzw « Research
in Brussels ».
Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van de
stad Brussel, eigenaar van het Domaine de Latour de Freins,
stelt dat domein via erfpacht ter beschikking van het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest, dat de onderhouds- en/of renovatiekosten
voor de gehele eigendom, gebouw en park, voor zijn rekening
moet nemen.
Het hoofdgebouw van het domein telt verschillende vergaderzalen
die door de vzw « Research in Brussels » tegen geringe
bedragen worden verhuurd aan verenigingen of instellingen die er
vergaderingen en/of seminaries organiseren.
Graag ontving ik een antwoord op de volgende vragen :
1. Hoeveel vergaderzalen worden er verhuurd en tegen welke
prijs exact ?
2. Hoeveel heeft de vzw Research in Brussels in totaal ontvangen
voor het verhuren van die vergaderzalen tussen 2008 en
2011 ?
3. Hoeveel hebben het onderhoud en/of de renovatie van die
zalen in totaal gekost aan de Grondregie of aan « Research in
Brussels » ?
4. Is er winst gemaakt of is er verlies gelden in 2008, 2009 en
2010 als men de huurinkomsten vergelijkt met de onkosten, en
hoe groot was die winst/dat verlies voor elk jaar ?
5. Is de huurprijs voor die vergaderzalen verhoogd tussen de
datum van oprichting van de vzw « Research in Brussels » en
de dag van vandaag, en met hoeveel ?
Question n° 642 de M. Emmanuel De Bock du 27 décembre
2011 (Fr.) :
Les coûts de l'entretien des salles de réunion du Domaine
Latour de Freins et leur mise en location par l'ASBL « Research
in Brussels ».
Le centre public d'aide sociale de la ville de Bruxelles, propriétaire
du Domaine de Latour de Freins met ce Domaine, par bail
emphytéotique, à disposition de la Région de Bruxelles-Capitale,
à charge pour celle-ci d’assumer les coût d’entretien et/ou de rénovation
de l’ensemble de la propriété, bâtiments et parc.
Le bâtiment principal du Domaine de Latour de Freins compte
plusieurs salles de réunion que l’ASBL « Research in Brussels »
loue, pour des sommes modiques, à des sociétés ou des institutions
pour des réunions et/ou des séminaires.
Monsieur le Ministre pourrait-il me faire savoir :
1. Combien de salles de réunion sont ainsi louées et pour quel
loyer exactement ?
2. Quel est le montant total des loyers perçus par l’ASBL
« Research in Brussels » (RIB) pour la location de ces salles de
réunion de 2008 à 2011 ?
3. Quel est le montant total des coûts de l’entretien et/ou de
la rénovation de ces salles de réunion, à charge du budget
de la Régie foncière et du budget de l’ASBL « Research in
Brussels », de 2008 à 2011 ?
4. Si un bénéfice ou une perte a été réalisée en 2008, 2009 et 2010
entre les loyers perçus et les frais engagés et de quel ordre est-il
pour chacune des années citées ?
5. Si la location demandée pour ces salles de réunion a été revue
à la hausse entre la date de création de l’ASBL « Research in
Brussels » et ce jour et de combien ?

190
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Antwoord : Het domein « Latour de Freins » biedt zes vergaderzalen
aan :
De prijzen voor de terbeschikkingstelling van de zalen zijn :
Lemaître 275,00 EUR btw niet inbegrepen / dag
Prigogine 275,00 EUR btw niet inbegrepen / dag
Pasteur 350,00 EUR btw niet inbegrepen / dag
Solvay 350,00 EUR btw niet inbegrepen / dag
Ishango 350,00 EUR btw niet inbegrepen / dag
Marie Curie 900,00 EUR btw niet inbegrepen / dag
De gewestelijke actoren van de sector O&O hebben een automatische
korting van 50 % op de prijs van de terbeschikkingstelling
van de vergaderzalen.
Het totaalbedrag ontvangen door de vereniging voor de
terbeschikkingstelling van de vergaderzalen, inclusief de catering,
bedroeg 48.758,24 EUR in 2008, 46.571,49 EUR in 2009,
80.024,31 EUR in 2010 en 87.373,66 EUR in 2011.
Het totaalbedrag voor de onderhouds- en renovatiekosten van
de vergaderzalen van het domein tussen 2008 en 2011 ten laste van
het budget van de Grondregie, bedroeg 66.616,04 EUR.
De prijs voor de terbeschikkingstelling van de zalen werd tussen
2008 en 2011 niet verhoogd.
Réponse : Le domaine « Latour de Freins » propose six salles
de réunion.
Les prix de mise à disposition des salles sont :
Lemaître 275,00 EUR HTVA / jour
Prigogine 275,00 EUR HTVA / jour
Pasteur 350,00 EUR HTVA / jour
Solvay 350,00 EUR HTVA / jour
Ishango 350,00 EUR HTVA / jour
Marie Curie 900,00 EUR HTVA / jour
Les acteurs régionaux du secteur R&D ont une remise automatique
de 50 % sur le prix de la mise à disposition des salles de
réunion.
Le montant total perçu par l’association pour des mises à disposition
de salles de réunion a été de, catering inclus, 48.758,24 EUR
en 2008, 46.571,49 EUR en 2009, 80.024,31 EUR en 2010 et
87.373,66 EUR en 2011.
Le montant total des coûts d’entretien et de rénovation des salles
de réunion du domaine, entre 2008 et 2011 à charge du budget
de la Régie foncière est 66.616,04 EUR.
Le prix de mise à disposition des salles n’a pas été revu à la
hausse entre 2008 et 2011.
Vraag nr. 643 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 21 december
2011 (Fr.) :
Onderhouds- en/of renovatiekosten voor het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest in het kader van de terbeschikkingstelling
van het Domein Latour de Freins door het OCMW van de
Stad Brussel.
Het OCMW van de Stad Brussel, de eigenaar van het Domein
Latour de Freins, stelt dit door middel van erfpachtovereenkomst
ter beschikking van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, dat in
ruil daarvoor de onderhouds- en renovatiekosten betaalt voor het
gehele eigendom, zowel de gebouwen als het park.
Question n° 643 de M. Emmanuel De Bock du 21 décembre
2011 (Fr.) :
Les coûts d'entretien et/ou de rénovation engagés par la
Région de Bruxelles-Capitale dans le cadre de la mise à disposition
par le centre public d'aide sociale de la ville de Bruxelles du
Domaine Latour de Freins.
Le centre public d’aide sociale de la ville de Bruxelles, propriétaire
du Domaine de Latour de Freins, met ce domaine, par bail
emphytéotique, à disposition de la Région de Bruxelles-Capitale,
à charge pour celle-ci d’assumer les coûts d’entretien et/ou de
rénovation de l'ensemble de la propriété, bâtiments et parc.
M. le Ministre pourrait-il me faire savoir :
1. Welk bedrag is bepaald met de begroting van de Grondregie
voor het onderhoud en/of de renovatie van voornoemd domein
van 2008 tot 2011 ?
2. Welke onderhouds- en/of renovatiewerken werden precies
uitgevoerd in 2008, 2009 en 2010door de Grondregie (precieze
aard en kostprijs van elk ervan) ?
3. Zijn al die werken gebeurd met de voorafgaande toestemming
van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en
Landschappen ?
4. Zo niet, wat is de aard en de kostprijs van de werken waarvoor
dat niet het geval was ?
1. Quel a été le montant des coûts d’entretien et/ou de rénovation
à charge du budget de la Régie foncière du Domaine de Latour
de Freins de 2008 à 2011 ?
2. Quels travaux d’entretien et/ou de rénovation ont exactement
été réalisés en 2008, 2009 et 2010 par la Régie foncière au
Domaine de Latour de Freins avec pour chacun d’eux, outre
leur nature exacte, leur coût exact ?
3. Si les travaux d’entretien et/ou de rénovation ont tous été entrepris
au Domaine de Latour de Freins avec l’accord préalable de
la Commission royale des Monuments et Sites ?
4. Dans la négative, quelle est la nature des travaux qui n’ont pas
été entrepris avec l’accord préalable de la Commission des
Monuments et Sites et pour quels montants ?

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
191
5. Voor hoeveel dossiers inzake werken aan voornoemd domein is
thans een regularisatieprocedure aan de gang bij de KCML ?
Antwoord : De uitgaven zijn in 4 gescheiden posten gegroepeerd
:
2008
5. Quel est le nombre actuel des dossiers de travaux entrepris
au Domaine de Latour de Freins qui feraient, éventuellement,
l’objet d’une procédure de régularisation de la part de la
Commission des Monuments et Sites ?
Réponse : Les dépenses ont été regroupées en 4 postes séparés
:
2008
Posten
Bedrag incl. BTW
Postes
Montant TVAC
Diverse renovatie- en aanpassingswerken 348.456,79 €
Algemeen onderhoud en schoonmaak 69.014,21 €
Veiligheid, toegangscontrole, telefonie 30.728,71 €
Beheer van het park 5.313,41 €
Totaal 453.513,12 €
2009
Travaux divers de rénovation et d'adaptation 348.456,79 €
Entretien général et nettoyage 69.014,21 €
Sécurité, contrôle d'accès, téléphonie 30.728,71 €
Gestion du parc 5.313,41 €
Total 453.513,12 €
2009
Posten
Bedrag incl. BTW
Postes
Montant TVAC
Diverse renovatie- en aanpassingswerken 319.509,34 €
Algemeen onderhoud en schoonmaak 95.216,01 €
Veiligheid, toegangscontrole, telefonie 48.689,62 €
Beheer van het park 72.169,97 €
Totaal 535.584,94 €
2010
Travaux divers de rénovation et d'adaptation 319.509,34 €
Entretien général et nettoyage 95.216,01 €
Sécurité, contrôle d'accès, téléphonie 48.689,62 €
Gestion du parc 72.169,97 €
Total 535.584,94 €
2010
Posten
Bedrag incl. BTW
Postes
Montant TVAC
Diverse renovatie- en aanpassingswerken 417.005,63 €
Algemeen onderhoud en schoonmaak 114.450,08 €
Veiligheid, toegangscontrole, telefonie 128.952,87 €
Beheer van het park 49.934,28 €
Totaal 710.342,86 €
2011
Travaux divers de rénovation et d'adaptation 417.005,63 €
Entretien général et nettoyage 114.450,08 €
Sécurité, contrôle d'accès, téléphonie 128.952,87 €
Gestion du parc 49.934,28 €
Total 710.342,86 €
2011
Posten
Bedrag incl. BTW
Postes
Montant TVAC
Diverse renovatie- en aanpassingswerken 89.264,90 €
Algemeen onderhoud en schoonmaak 115.924,86 €
Veiligheid, toegangscontrole, telefonie 16.350,42 €
Beheer van het park 32.464,30 €
Totaal 254.004,48 €
Travaux divers de rénovation et d'adaptation 89.264,90 €
Entretien général et nettoyage 115.924,86 €
Sécurité, contrôle d'accès, téléphonie 16.350,42 €
Gestion du parc 32.464,30 €
Total 254.004,48 €
Aspecten met betrekking tot de Koninklijke Commissie voor
Monumenten en Landschappen behoren tot de bevoegdheid van
mijn collega, Minister-President Charles Picqué.
Les aspects relatifs à la Commission royale des Monuments
et Sites sont du ressort de mon collègue, le Ministre-Président
Charles Picqué.

192
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 644 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 22 december
2011 (Fr.) :
Kosten voor het onderhoud van de appartementen en flats in
het Domein Latour de Freins en de verhuur ervan door de vzw
« Research in Brussels ».
Het OCMW van de Stad Brussel is eigenaar van het Domein
Latour de Freins en stelt dit via een erfpachthuurcontract ter
beschikking van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, dat de kosten
voor het onderhoud en/of de renovatie van het gehele eigendom,
zijnde de gebouwen en het park, op zich neemt.
Het hoofdgebouw van het Domein Latour de Freins telt
verscheidene appartementen en flats, die de vzw « Research in
Brussels » voor een bescheiden huurprijs verhuurt aan buitenlandse
onderzoekers die in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
komen werken.
Question n° 644 de M. Emmanuel De Bock du 22 décembre
2011 (Fr.) :
Les coûts de l'entretien des appartements et flats du Domaine
Latour de Freins et leur mise en location par l'ASBL « Research
in Brussels ».
Le centre public d’aide sociale de la ville de Bruxelles, propriétaire
du Domaine de Latour de Freins, met ce Domaine, par bail
emphytéotique, à disposition de la Région de Bruxelles-Capitale,
à charge pour celle-ci d’assumer les coûts d’entretien et/ou de
rénovation de l'ensemble de la propriété, bâtiments et parc.
Le bâtiment principal du Domaine de Latour de Freins
compte plusieurs appartements et flats que l'ASBL « Research in
Brussels » loue, pour des loyers modiques, à des chercheurs étrangers
venant travailler en Région de Bruxelles-Capitale.
Monsieur le Ministre pourrait-il me faire savoir :
1. Hoeveel appartementen en flats worden zo verhuurd en tegen
welke prijs ?
2. Op basis van welke criteria heeft de raad van bestuur van voornoemde
vzw de huurprijs bepaald ?
3. Wat is het totaal bedrag van de huur die de vzw heeft ontvangen
voor die appartementen en flats van 2008 tot 2011 ?
4. Welk bedrag is van 2008 tot 2011 betaald uit het budget van
de Grondregie voor het onderhoud en/of de renovatie van deze
appartementen en flats ?
5. Was de hele operatie winst- of verlieslatend tussen 2008 en
2011 en in welke mate ?
6. Welke juridische grondslag gebruikt de raad van bestuur van
de vzw om te huur of ter beschikking te stellen, en is zulks
duidelijk toegestaan in het huurcontract tussen het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest en het OCMW van de Stad Brussel
voor het Domein Latour de Freins ?
7. Zijn de huurprijzen verhoogd sedert de oprichting van de vzw
« Research in Brussels » en met hoeveel ?
Antwoord : Het domein « Latour de Freins » telt 4 appartementen
en 4 flats. Deze worden ter beschikking gesteld van niet-Brusselse
onderzoekers voor de periode van hun onderzoekscontract
binnen een erkende organisatie gevestigd binnen het Gewest.
De prijs voor de terbeschikkingstelling is 521,60 EUR/maand
voor een volledig appartement. Daar deze uitgerust zijn om twee
onderzoekers op te vangen, bedraagt de prijs voor een enkele
kamer in het appartement 493,30 EUR/maand.
De prijs voor de terbeschikkingstelling van een flat bedraagt
400,30 EUR/maand.
1. Combien d’appartements et de flats sont ainsi loués par l'ASBL
« Research in Brussels » et pour quel loyer exactement ?
2. Sur la base de quels critères le conseil d’aministration de
l’ASBL « Research in Brussels » a-t-il fixé le montant des
loyers demandés ?
3. Quel est le montant total des loyers perçus par l’ASBL
« Research in Brussels » pour la location de ces appartements
et flats de 2008 à 2011 ?
4. Quel est le montant total des coûts de l’entretien et/ou de la
rénovation de ces appartements et flats, à charge du budget de
la Régie foncière, de 2008 à 2011 ?
5. Si un bénéfice ou une perte a été réalisée de 2008 à 2011 entre
les loyers perçus et les frais engagés et de quel ordre est-il pour
chacune des années citées ?
6. Sur quelles bases légales le conseil d’administration de l'ASBL
« Research in Brussels » s’appuie-t-il pour procéder à ces
mises en location ou mises à disposition et, à cet égard, cette
mise en location ou à disposition est-elle clairement autorisée
dans le bail liant la Région de Bruxelles-Capitale et le centre
public d’aide sociale de la ville de Bruxelles pour le Domaine
de Latour de Freins ?
7. Si les loyers demandés aux chercheurs ont été revus à la hausse
entre la date de création de l'ASBL « Research in Brussels » et
ce jour et de combien ?
Réponse : Le domaine « Latour de Freins » compte quatre
appartements et quatre flats. Ceux-ci sont mis à disposition de
chercheurs non bruxellois durant le temps de leur contrat de
recherche au sein d’une organisation reconnue située sur le territoire
de la Région.
Le prix de la mise à disposition est de 521,60 EUR/mois pour
un appartement complet. Ceux-ci étant équipés pour pouvoir
accueillir deux chercheurs, le prix pour une seule chambre dans
l’appartement est de 493,30 EUR/mois.
Le prix de la mise à disposition d’un flat est de 400,30 EUR/
mois.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
193
De berekening van de prijs voor de terbeschikkingstelling
werd goedgekeurd door de bevoegde belastingsdiensten. Deze is
als volgt :
– De prijs voor de terbeschikkingstelling van een volledig appartement
werd vastgelegd op 1.000 EUR/maand inclusief btw en
500 EUR/ maand voor een kamer in een appartement of een
flat.
– Dit komt overeen met 943,40 EUR/maand exclusief btw voor
een appartement en 471,70 EUR/maand exclusief btw voor een
kamer in een appartement of een flat.
– Het gesubsidieerde gedeelte wordt berekend op basis van de
maandelijkse huur – (aantal overnachtingen * 15 EUR/nacht)
voor een appartement en van de maandelijkse huur – (aantal
overnachtingen * 12 EUR/nacht) voor een flat. De btw is uiteraard
0 % op dit gesubsidieerde gedeelte.
– Voor een appartement dat een volledige maand bezet wordt, is
de prijs voor de terbeschikkingstelling dus 521,60 EUR inclusief
btw voor een appartement, 493,30 EUR/maand inclusief
btw voor een kamer in een appartement en 400,30 EUR/maand
inclusief btw voor een flat.
Het totaalbedrag ontvangen door de vereniging voor de terbeschikkingstelling
van de logementen tussen 2008 en 2011 is
154.165,66 EUR.
Het totaalbedrag van de onderhouds- en renovatiekosten van de
logementen tussen 2008 en 2011 bedraagt 11.853,4 EUR inclusief
btw.
Het verschil is dus de kost van het logement van de onderzoekers
op het domein voor het Gewest tussen 2008 en 2011.
De opvang van buitenlandse onderzoekers op het domein
maakt deel uit van de opdrachten van de vereniging. Dit staat
beschreven in de erfpachtovereenkomst onder het begrip « internationale
wetenschappelijke activiteiten ». Het aanbod van logementen
is voor de vereniging een manier om haar maatschappelijk
doel te vervullen.
De prijs voor de terbeschikkingstelling is sinds 1 januari 2008
aangepast.
Voor een appartement is de prijs gestegen van 756,60 EUR/
maand inclusief btw naar 521,60 EUR/maand inclusief btw.
Voor een kamer in een appartement is de prijs van 338,30 EUR/
maand inclusief btw gestegen naar 493,30 EUR/maand inclusief
btw.
Voor een flat is de prijs gestegen van 366,60 EUR/maand inclusief
btw naar 400,30 EUR/maand inclusief btw.
Le calcul du prix de la mise à disposition a été validé par les
services de taxation compétents. Il est le suivant :
– Le prix de la mise à disposition d’un appartement complet a été
évalué à 1.000 EUR/mois TVAC et 500 EUR/mois pour une
chambre dans un appartement ou un flat.
– Ceci correspond à 943,40 EUR/mois HTVA pour un appartement
et 471,70 EUR/mois HTVA pour une chambre dans un
appartement ou un flat.
– La partie subventionnée est calculée sur base du loyer mensuel
– (nombre de nuitées * 15 EUR/nuitée) pour un appartement
et du loyer mensuel – (nombre de nuitées * 12 EUR/nuitée)
pour un flat. La TVA est bien entendu de 0 % sur cette partie
subventionnée.
– Donc, pour un appartement occupé un mois complet, le prix de
la mise à disposition est de 521,60 EUR TVAC pour un appartement,
de 493,30 EUR/mois TVAC pour une chambre dans un
appartement et de 400,30 EUR/mois TVAC pour un flat.
Le montant total perçu par l’association pour la mise à disposition
de logements entre 2008 et 2011 est de 154.165,66 EUR.
Le montant total des coûts liés à l’entretien et la rénovation des
logements entre 2008 et 2011 est de 11.853,41 EUR TVAC.
La différence représente donc le coût du logement de chercheurs
au domaine pour la Région entre 2008 et 2011.
L’accueil de chercheurs étrangers au domaine fait partie
intégrante des missions de l’association. Ceci est décrit dans le
bail emphytéotique sous le terme « activités scientifiques internationales
». L’offre de logement est un outil afin de permettre à
l’association de remplir son objet social.
Le prix de mise à disposition a été revu depuis le 1 er janvier
2008.
Pour un appartement, il est passé de 756,60 EUR/mois TVAC
à 521,60 EUR/mois TVAC.
Pour une chambre dans un appartement, il est passé de
338,30 EUR/mois TVAC à 493,30 EUR/mois TVAC.
Pour un flat, il est passé de 366,60 EUR/mois TVAC à
400,30 EUR/mois TVAC.
Vraag nr. 645 van de heer Vincent De Wolf d.d. 21 december
2011 (Fr.) :
Vacatures bij het IWOIB.
Tijdens zijn vergadering van 24 november 2011, heeft de
Brusselse Ministerraad verschillende betrekkingen in het Instituut
Question n° 645 de M. Vincent De Wolf du 21 décembre 2011
(Fr.) :
Déclarations de vacance au sein de l'IRSIB.
En sa réunion du 24 novembre dernier, le Conseil des ministres
bruxellois a déclaré vacants divers emplois du cadre linguistique

194
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
voor Wetenschappelijk Onderzoek en Innovatie van Brussel
(IWOIB) vacant verklaard.
Graag had ik een antwoord gekregen op de volgende vragen :
– Is er na die beslissing een oproep tot interne en/of externe kandidaatstellingen
gebeurd ? Zo ja, welke voorwaarden, criteria
en welk tijdschema is er vastgelegd ?
– Zijn er in dat kader benoemingen gedaan ?
– Zullen, na afloop van die procedures, de verschillende taalkaders
bij het IWOIB volledig zijn ? Zo niet, in welke betrekkingen
moet dan nog worden voorzien ?
Antwoord : Op 24 november 2011 heeft de Brusselse hoofdstedelijke
regering 5 vacante betrekkingen van ingenieurs en
3 betrekkingen van assistent in het Franse taalkader van het
IWOIB aangekondigd.
Deze betrekkingen zullen ingevuld worden na inzage in de
Brusselse beschikbare regionale lijsten. In dit kader is er een
raadpelging aan de gang van de Brusselse gewestelijke lijst van
ingenieurs AFB 11802 met het oog op de invulling van de vijf op
24 november 2011 vacant verklaarde betrekkingen van ingenieurs.
De sollicitatiegesprekken zullen de komende weken plaatsvinden
en de toelatingen tot stages de komende maanden, in functie van
de beschikbaarheid van de laureaten van de aanvullende proeven.
De aanstellingen zullen pas na de stages gebeuren.
De Brusselse gewestelijke lijst van assistenten AFB10803 zal
eveneens binnenkort geraadpleegd worden.
Op het einde van deze procedures zullen de betrekkingen van
de twee taalkaders ingevuld zijn.
français au sein de l'Institut d’Encouragement de la Recherche
scientifique et de l’Innovation de Bruxelles (IRSIB).
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Un appel à candidatures interne et/ou externe a-t-il suivi cette
décision ? Si oui, quels en sont les conditions, critères et calendriers
?
– Des nominations sont-elles intervenues dans ce cadre ?
– À l’issue de ces procédures, les différents cadres linguistiques
de l'IRSIB seront-ils complets ? À défaut, quels seront les
emplois non pourvus ?
Réponse : En date du 24 novembre 2011, le Gouvernement
de la Région de Bruxelles-Capitale a déclaré vacants 5 emplois
d'ingénieurs et 3 emplois d'assistants au cadre linguistique français
de l'IRSIB.
Ces emplois seront pourvus suite à la consultation des listes
régionales bruxelloises disponibles. Dans ce cadre, actuellement,
une consultation de la liste régionale bruxelloise d'ingénieurs
AFB11802 est en cours en vue de pourvoir les 5 emplois d'ingénieurs
déclarés vacants le 24 novembre 2011. Les entretiens auront
lieu dans les prochaines semaines et les admissions au stage dans
les prochains mois, en fonction de la disponibilité des lauréats
des épreuves complémentaires. Des nominations n'interviendront
qu'après réalisation des stages.
La liste régionale bruxelloise d'assistants AFB10803 sera également
consultée prochainement.
À l'issue de ces procédures, les emplois de recrutement des
deux cadres linguistiques seront occupés.
Vraag nr. 646 van de heer Vincent De Wolf d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Steun aan de winkeliers die het slachtoffer zijn van de rellen
in de Matongewijk.
Volgens de pers heeft het Brussels Gewest ongeveer 3.000 EUR
aan steun gegeven aan de winkeliers die het slachtoffer zijn van de
rellen in de Matongewijk. De gemeente Elsene heeft daartoe bijna
20.000 EUR vrijgemaakt.
Voorts heb ik vernomen dat de betrokken handelaarsverenigingen
zo'n symbolisch bedrag ten laste van het Brussels Gewest op
prijs stellen.
We moeten immers vaststellen dat dit bedrag zeer bescheiden
lijkt, gezien de omvang van de schade en het commerciële verlies
dat de handelaars hebben geleden wegens de onlusten en het vandalisme
die een hele week plaatshadden in de Matongewijk.
In dat verband wens ik u de volgende vragen te stellen :
Question n° 646 de M. Vincent De Wolf du 27 décembre 2011
(Fr.) :
Subvention de soutien aux commerçants victimes des émeutes
de Matonge.
La presse rapporte que la Région bruxelloise a alloué un montant
de quelque 3.000 EUR en soutien aux commerçants victimes
des émeutes de Matonge. La commune d’Ixelles a, quant à elle,
dégagé un montant de près de 20.000 EUR pour ce même objectif.
Il me revient, par ailleurs, que les associations de commerçants
concernées se sont émues d’un montant aussi symbolique, à
charge de la Région bruxelloise.
Force est, en effet, de constater que ce montant apparaît comme
anecdotique au vu de l’ampleur des dégâts et pertes commerciales
subies par les commerçants, en raison des troubles et actes de
vandalisme successifs qui ont caractérisé, une semaine durant, le
quartier de Matonge.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
195
– Bevestigt u het bedrag van de gewestelijke steun zoals meegedeeld
door de pers ?
– Werd er andere financiële steun verleend aan de winkeliers van
de Matongewijk ? Zo ja, welke ?
– Hoe werden die bedragen verdeeld ?
– Heeft het Brussels Gewest andere initiatieven opgezet om de
winkeliers te steunen ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid de volgende elementen
mede te delen :
De evenementen die in december 2011 in de handelswijk van
de Naamsepoort hebben plaatsgegrepen, hebben duidelijk een
impact op zijn commerciële dynamiek, maar ook op zijn imago
gehad. Daarom heeft het Brussels Gewest een tweesporenprogramma
voor interventie opgezet om de handelaars tegelijkertijd
onmiddellijk te hulp te komen met de mobilisatie van gewestelijke
instrumenten die een snelle bijstand kunnen opleveren, maar ook
op een in de tijd meer uitgesmeerde manier met als uiteindelijke
doel om het deze wijk mogelijk te maken om een globaal positief,
dynamisch en aantrekkelijk imago te herwinnen.
In de eerste plaats werden er, op onze vraag, verschillende
gewestelijke instrumenten gemobiliseerd om onmiddellijk verlichting
te brengen en hulp te bieden aan de handelaars die het slachtoffer
van vandalisme werden. Zo kunnen de handelaars een aanvraag
bij het Brussels Garantiefonds indienen waardoor ze toegang
tot krediet kunnen krijgen om de noodzakelijke herstellingswerkzaamheden
uit te voeren. Ook het Centrum voor Ondernemingen
in moeilijkheden, dat grotendeels door het Gewest gefinancierd
wordt, doet een duit in het zakje door zijn deskundigheid aan de
handelaars ter beschikking te stellen om ze in voorkomend geval
te helpen bij hun administratieve en juridische stappen.
Naast de initiatieven die in december en aan het begin van
de koopjes werden genomen dankzij gemeentelijke subsidies
aangevuld door een gewestelijk inbreng van 3.000,0 EUR, wordt
er trouwens een globaal actieplan voor het terug dynamisch
maken en het terug opbouwen van het imago van de wijk van de
Naamsepoort uitgewerkt. Dit plan dat door het gewestelijke organisme
Atrium wordt gestuurd, wordt in overleg met de gemeente
Elsene en de verenigingen van buurthandelaars uitgewerkt en wil
het stigma van de rellen uit de wereld helpen, als het gaat om de
algemene aantrekkelijkheid, de properheid van de openbare ruimte
en veiligheid, zowel voor de klanten als voor de handelaars. Dit
plan zal een reeks van maatregelen bevatten die over het gehele
jaar 2012 zullen worden gespreid en een subsidieaanvraag voor
dit plan zal binnenkort door de Gewestelijke Regering behandeld
worden.
Tot slot vestig ik uw aandacht op het feit dat er sinds meer dan
10 jaar een lokale antenne van Atrium bestaat in de wijk van de
Naamsepoort. De personeelskosten (manager, assistenten en stewards)
worden integraal door het Gewest ten laste genomen, dat
ook een jaarlijkse werkingssubsidie van 30.000,0 EUR aan deze
lokale antenne toekent. Dankzij dit instrument kon er een aanzienlijk
ondersteuningsprogramma voor handelaars uitgevoerd worden
binnen de dringende context van de rellen van december.
– Confirmez-vous le montant du soutien régional tel qu’annoncé
par la presse ?
– D’autres soutiens financiers ont-ils été alloués aux commerçants
de Matonge ? Lesquels ?
– Comment ont été répartis ces quelques montants ?
– D’autres initiatives régionales ont-elles été prises afin de venir
en soutien aux commerçants ?
Réponse : J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre
les éléments suivants :
Les événements survenus en décembre 2011 dans le quartier
commerçant de la Porte de Namur ont clairement eu un impact sur
sa dynamique commerciale, mais aussi sur son image. Pour cette
raison, la Région bruxelloise a mis en place un double programme
d'intervention afin de venir en aide aux commerçants, à la fois
de manière immédiate avec la mobilisation d'outils régionaux
capables d'apporter une assistance rapide, mais aussi de façon
plus étalée dans le temps avec pour objectif final de permettre à
ce quartier de se redonner une image globale positive, dynamique
et attractive.
En premier lieu, à notre demande, divers outils régionaux ont
été mobilisés pour apporter immédiatement une aide et un accompagnement
aux commerçants vandalisés. Le Fonds bruxellois de
Garantie peut ainsi être sollicité pour permettre aux commerçants
de bénéficier d'un accès au crédit pour opérer les travaux de
réparation nécessaires. De même, le Centre pour Entreprises en
Difficultés, financé largement par la Région, met son expertise à
disposition de ces commerçants pour les aider dans leurs démarches
administratives et juridiques le cas échéant.
Par ailleurs, au-delà des initiatives menées en décembre et
au début des soldes grâce aux subsides communaux complétés
par un apport régional de 3.000,0 EUR, un plan d'action global
de redynamisation et de repositionnement d'image du quartier
de la Porte de Namur est en cours d'élaboration. Ce plan, piloté
par l'organisme régional Atrium, est établi en concertation avec
la commune d'Ixelles et les associations de commerçants riveraines
et vise à effacer les stigmates des dernières émeutes en
termes d'attractivité générale, de propreté de l'espace public et de
sécurité tant pour les clients que pour les commerçants. Ce plan
comprendra une série de mesures étalées tout au long de l'année
2012 et une demande de subvention de ce plan passera sous peu
au Gouvernement régional.
Enfin, j'attire votre attention sur le fait qu'une antenne locale
d'Atrium existe dans le quartier de la Porte de Namur depuis
plus de 10 ans. Les frais de personnel (manager, assistants et
stewards) sont intégralement pris en charge par la Région, qui
accorde également une subvention de fonctionnement annuelle
de 30.000,0 EUR à cette antenne locale. Grâce à cet outil, un
important travail de soutien de commerçants a pu être mené dans
l'urgence durant les émeutes de décembre.

196
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 647 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 december
2011 (Fr.) :
De toepassing van de clausules inzake vertrouwelijkheid en
niet-concurrentie voor de personeelsleden van het BAO.
Een aantal overheidsoperatoren zetten zich vandaag in voor
de ontwikkeling en de competitiviteit van de Brusselse ondernemingen.
Dat is mogelijk dankzij het werk en de professionele
ingesteldheid van de tijdelijke en vast benoemde personeelsleden
die voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest aan de slag zijn. Om
mijn informatie te vervolledigen, had ik graag geweten of, wat het
BAO betreft, alle personeelsleden, zonder uitzondering, de clausules
inzake vertrouwelijkheid en niet-concurrentie moeten naleven.
Concreet : zijn er regels die verhinderen dat een persoon die
beroepsactiviteiten uitgeoefend naast zijn activiteiten bij het BAO,
terechtkomt in een situatie die tot een belangenconflict leidt ? Zo
ja, kunt u me zeggen of dergelijke gevallen zijn opgetekend in
2009, 2010 en 2011, alsook welke gevolgen daar eventueel aan
werden gegeven ?
Antwoord : Voor zover ik weet, is er geen belangenvermenging
geweest voor de jaren 2009, 2010 en 2011 en ook niet voor de
voorgaande jaren.
Question n° 647 de Mme Françoise Schepmans du 28 décembre
2011 (Fr.) :
L'application des clauses de confidentialité et de non-concurrence
pour les personnes qui travaillent au sein de l'ABE.
Un certain nombre d’opérateurs publics agissent aujourd’hui
en faveur du développement et de la compétitivité des entreprises
bruxelloises. Cette situation est rendue possible grâce au travail
et au professionnalisme des agents contractuels et statutaires
employés par la Région de Bruxelles-Capitale. Toutefois, afin de
compléter mon information, je souhaiterais savoir si dans le cas
de l'ABE, tous les membres du personnel et ce, sans exception,
sont tenus à des clauses de confidentialité et de non-concurrence.
Concrètement, existe-t-il des règles qui empêchent une personne
qui développe des activités professionnelles annexes à sa fonction
occupée auprès de l’ABE, de se trouver par exemple en situation
de conflit d’intérêt ? Le cas échéant, pourriez-vous me dire si des
cas litigieux ont été enregistrés en 2009, en 2010 et en 2011 ainsi
que les suites qui leur ont été éventuellement données ?
Réponse : À ma connaissance, il n'y a pas eu de conflit d'intérêt
avéré pour les années 2009, 2010 et 2011, ni d'ailleurs pour les
années antérieures.
Vraag nr. 648 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 december
2011 (Fr.) :
De toepassing van de clausules inzake vertrouwelijkheid en
niet concurrentie voor de personeelsleden van Innoviris.
Een aantal overheidsoperatoren zetten zich vandaag in voor
de ontwikkeling en de competitiviteit van de Brusselse ondernemingen.
Dat is mogelijk dankzij het werk en de professionele
ingesteldheid van de tijdelijke en vast benoemde personeelsleden
die voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest aan de slag zijn. Om
mijn informatie te vervolledigen, had ik graag geweten of, wat
Innoviris betreft, alle personeelsleden, zonder uitzondering, de
clausules inzake vertrouwelijkheid en niet-concurrentie moeten
naleven. Concreet : zijn er regels die verhinderen dat een persoon
die beroepsactiviteiten uitgeoefend naast zijn activiteiten bij
Innoviris, terechtkomt in een situatie die tot een belangenconflict
leidt ? Zo ja, kunt u me zeggen of dergelijke gevallen zijn
opgetekend in 2009, 2010 en 2011, alsook welke gevolgen daar
eventueel aan werden gegeven ?
Antwoord : Door het ondertekenen van hun arbeidsovereenkomst
engageren de personeelsleden van Innoviris zich formeel
tot geheimhouding over elke inlichting die hen tijdens de uitoefening
van hun functie, ongeacht de aard, zou worden meegedeeld.
De personeelsleden van Innoviris zijn bovendien onderworpen
aan de toepasselijke regels inzake de onverenigbaarheid en cumul
van beroepsactiviteiten vermeld in de artikels 317 en volgende
van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van
26 september 2002 houdende het administratief statuut en de
bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de instellingen van
openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Volgens deze artikels is elke cumul van beroepsactiviteiten
verboden, tenzij er door de leidende ambtenaren of door de minis-
Question n° 648 de Mme Françoise Schepmans du 28 décembre
2011 (Fr.) :
L'application des clauses de confidentialité et de non-concurrence
pour les personnes qui travaillent au sein d'Innoviris.
Un certain nombre d’opérateurs publics agissent aujourd’hui
en faveur du développement et de la compétitivité des entreprises
bruxelloises. Cette situation est rendue possible grâce au travail
et au professionnalisme des agents contractuels et statutaires
employés par la Région de Bruxelles-Capitale. Toutefois, afin de
compléter mon information, je souhaiterais savoir si dans le cas
d'Innoviris, tous les membres du personnel et ce, sans exception,
sont tenus à des clauses de confidentialité et de non-concurrence.
Concrètement, existe-t-il des règles qui empêchent une personne
qui développe des activités professionnelles annexes à sa fonction
occupée auprès d'Innoviris de se trouver par exemple en situation
de conflit d’intérêt ? Le cas échéant, pourriez-vous me dire si des
cas litigieux ont été enregistrés en 2009, en 2010 et en 2011 ainsi
que les suites qui leur ont été éventuellement données ?
Réponse : En signant leur contrat de travail, les membres du
personnel d'Innoviris s'engagent formellement à garder le secret
sur tout renseignement qui leur serait communiqué pendant l'exercice
de leurs fonctions, quelle qu'en soit la nature.
Les membres du personnel d'Innoviris sont en outre soumis
aux règles applicables en matière d'incompatibilité et de cumul
d'activités professionnelles mentionnées aux articles 317 et suivants
de l'arrêté du Gouvernement de la Région bruxelloise du
26 septembre 2002 portant le statut administratif et pécuniaire des
agents des organismes d’intérêt public de la Région de Bruxelles-
Capitale.
Selon ces articles, tout cumul d’activités professionnelles est
interdit à moins qu’une autorisation n'ait été accordée par les

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
197
ter die functioneel bevoegd is een toelating werd gegeven. De
toelatingen worden slechts gegeven indien de betrokken activiteit
de ambtenaar niet verhindert in de uitoefening van zijn taken of er
geen belangenconflicten door veroorzaakt worden en de activiteit
niet in strijd is met de waardigheid van zijn functie op straffe
van een disciplinaire sanctie. Deze toelating kan steeds door de
directeur-generaal en de adjunct-directeur-generaal worden ingetrokken.
Geen enkel geschil werd geregistreerd in 2009, 2010 en 2011.
fonctionnaires dirigeants ou par le ministre fonctionnellement
compétent. Les autorisations ne sont accordées que si l'activité
concernée n’empêche pas l'agent de remplir ses devoirs d’agent
ou n'engendre des conflits d’intérêt ou n’est pas en accord avec la
dignité de sa fonction sous peine de sanction disciplinaire. Cette
autorisation peut toujours être retirée par le directeur général et le
directeur général adjoint.
Aucun cas litigieux n'a été enregistré en 2009, 2010 et 2011.
Vraag nr. 649 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 december
2011 (Fr.) :
Gebruik van stagiaires in uw ministerieel kabinet.
Professionele stages vormen een buitenkans voor mensen die
wensen werk te vinden : zij verwerven ervaring via het gebruik
van hun competenties en kennis én op het vlak van de menselijke
relaties. De ministeriële kabinetten kunnen dus een beslissende rol
spelen bij de opleiding van werkzoekenden en van mensen die hun
professionele vaardigheden wensen te vervolmaken.
Question n° 649 de Mme Françoise Schepmans du 28 décembre
2011 (Fr.) :
L'emploi de stagiaires au sein de votre cabinet ministériel.
Les stages professionnels sont une opportunité de taille pour
les personnes qui souhaitent s’insérer dans le monde du travail et
ce, en acquérant une expérience sur le plan de la mise en œuvre
des compétences, de l’utilisation des connaissances mais aussi de
la gestion des relations humaines. À cet égard, les cabinets ministériels
peuvent jouer un rôle déterminant dans la formation des
chercheurs d’emploi mais aussi des personnes qui cherchent à se
perfectionner sur le plan des activités professionnelles.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais prendre
connaissance des réponses aux questions suivantes pour les années
2009, 2010 et 2011 :
– Doet uw kabinet regelmatig een beroep op stagiaires ? Zo ja,
kan u me meedelen hoeveel ?
– Werden deze stagiaires betaald, wat was hun leeftijdsgroep en
hun administratieve status bij indiensttreding (werkzoekende,
loopbaanonderbreking, politiek verlof enz.) ?
– Hebben stage-ervaringen in uw kabinet geleid tot arbeidsovereenkomsten
voor onbepaalde duur ? Zo ja, voor hoeveel
personen ?
– Wat waren de voornaamste opdrachten die de stagiaires hebben
uitgevoerd ?
– Bestaan er overeenkomsten tussen uw ministerieel kabinet en
centra voor hogere opleiding om stages te organiseren ? Zo ja,
met welke instellingen ?
Antwoord : Ik heb de eer om het geachte lid de volgende elementen
mede te delen :
Mijn kabinet doet geen beroep op stagiaires, maar krijgt en
onderzoekt aanvragen voor stage die hoofdzakelijk van studenten
komen in het kader van hun studies.
– Votre cabinet ministériel fait-il régulièrement appel à des stagiaires
? Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer le
nombre de personnes concernées ?
– Pourriez-vous compléter les données supra en indiquant si
les stagiaires ont été rémunérés et quels étaient leurs tranches
d’âge, ainsi que leurs statuts administratifs respectifs lors des
entrées en fonction (par exemple demandeur d’emploi, pausecarrière,
congé politique, etc. ?
– Est-ce que des expériences de stages au sein de votre cabinet
ont conduit à des recrutements sur la base d’un contrat à durée
indéterminée ? Le cas échéant, pourriez-vous me dire combien
de personnes étaient concernées ?
– Quelles sont les principales missions qui ont été remplies par
les stagiaires ?
– Existe-t-il des conventions entre votre cabinet ministériel et
des centres d’enseignement supérieur pour organiser ces offres
de stages ? Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer les
noms de ces établissements ?
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre
les éléments suivants :
Mon cabinet ne fait pas appel à des stagiaires mais reçoit et
examine des demandes de stages venant principalement d'étudiants
dans le cadre de leurs études.

198
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Deze aanvragen worden slechts aanvaard wanneer de inhoud
van de voorgestelde opdrachten overeenstemt met het programma
van de gevolgde studies.
In 2011 heeft het kabinet een stagiaire aanvaard die via het
EFPME in opleiding was. Dit experiment heeft niet tot een aanwerving
binnen het kabinet geleid.
Mijn kabinet heeft geen overeenkomsten met centra voor hoger
onderwijs.
Ces demandes ne sont acceptées que lorsque le contenu des
missions proposées correspond au programme des études effectuées.
En 2011, le cabinet a accueilli une stagiaire en formation via
l'EFPME. Cette expérience n'a pas conduit à un recrutement au
sein du cabinet.
Mon cabinet n'a pas de conventions avec des centres d'enseignement
supérieur.
Vraag nr. 654 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 19 januari
2012 (Fr.) :
Gebruik van biobrandstof door voertuigen van Innoviris.
Heeft Innoviris plannen voor het gebruik van biobrandstof door
haar voertuigen ? Zo ja, graag meer informatie.
Antwoord : Zoals geantwoord op uw vorige schriftelijke vraag,
beschikt Innoviris niet over een autovloot. Er werd dus geen
enkele plan omtrent het gebruik van biobrandstoffen ingevoerd.
Question n° 654 de Mme Françoise Schepmans du 19 janvier
2012 (Fr.) :
L'usage du biocarburant pour les véhicules de l'opérateur
Innoviris.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais savoir si
l’opérateur Innoviris a instauré un plan d’usage de biocarburant
pour les véhicules issus de son charroi. Le cas échéant, pourriezvous
me dire ce qu’il en est à ce sujet ?
Réponse : Comme signalé lors de votre précédente question
écrite, Innoviris ne dispose pas de flotte automobile donc aucun
plan d'usage de biocarburant n'a été mis en place.
Vraag nr. 660 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 19 januari
2012 (Fr.) :
Steun van het Gewest aan de gemeenten die het slachtoffer
werden van de recente onlusten aan de Naamse Poort.
Wat is de aard van de steun van het Gewest aan de gemeenten
die het slachtoffer werden van de recente onlusten aan de Naamse
Poort ? Hoe staat het met dat dossier ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid de volgende elementen
mede te delen :
De evenementen die in december 2011 in de handelswijk van
de Naamsepoort hebben plaatsgegrepen, hebben duidelijk een
impact gehad op zijn commerciële dynamiek, maar ook op zijn
imago. Gezien deze situatie is het Brussels Gewest op verschillende
niveaus tussengekomen.
In de eerste plaats werden er, op onze vraag, verschillende
gewestelijke instrumenten gemobiliseerd om onmiddellijk verlichting
te brengen en hulp te bieden aan de handelaars die het slachtoffer
van vandalisme werden. Zo kunnen de handelaars een aanvraag
bij het Brussels Garantiefonds indienen waardoor ze toegang
tot krediet kunnen krijgen om de noodzakelijke herstellingswerkzaamheden
uit te voeren. Ook het Centrum voor Ondernemingen
in moeilijkheden, dat grotendeels door het Gewest gefinancierd
wordt, doet een duit in het zakje door zijn deskundigheid aan de
handelaars ter beschikking te stellen om ze in voorkomend geval
te helpen bij hun administratieve en juridische stappen.
Question n° 660 de Mme Françoise Schepmans du 19 janvier
2012 (Fr.) :
Le soutien de la Région aux commerces touchés par les
récentes émeutes dans le quartier de la Porte de Namur.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais savoir
quelle est la nature des soutiens de la Région apportés aux commerçants
qui ont été les victimes des émeutes qui ont eu lieu dans
le quartier de la Porte de Namur ? Qu’en est-il de ce dossier ?
Réponse : J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre
les éléments suivants :
Les événements survenus en décembre 2011 dans le quartier
commerçant de la Porte de Namur ont clairement eu un impact
sur sa dynamique commerciale, mais aussi sur son image. Face à
cette situation, l'intervention de la Région bruxelloise s'est faite à
différents niveaux.
En premier lieu, à notre demande, divers outils régionaux ont
été mobilisés pour apporter immédiatement une aide et un accompagnement
aux commerçants vandalisés. Le Fonds bruxellois de
Garantie peut ainsi être sollicité pour permettre aux commerçants
de bénéficier d'un accès au crédit pour opérer les travaux de
réparation nécessaires. De même, le Centre pour Entreprises en
Difficultés, financé largement par la Région, met son expertise à
disposition de ces commerçants pour les aider dans leurs démarches
administratives et juridiques le cas échéant.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
199
Naast de initiatieven die in december en bij het begin van de
koopjes werden genomen dankzij gemeentelijke subsidies aangevuld
door een gewestelijk inbreng van 3.000,0 EUR, wordt er
trouwens een globaal actieplan voor het terug dynamisch maken
en het terug opbouwen van het imago van de wijk van de Naamse
Poort uitgewerkt. Dit plan dat door het gewestelijke organisme
Atrium wordt gestuurd, wordt in overleg met de gemeente Elsene
en de verenigingen van buurthandelaars uitgewerkt en wil het
stigma van de rellen uit de wereld helpen, als het gaat om de algemene
aantrekkelijkheid, de properheid van de openbare ruimte en
veiligheid, zowel voor de klanten als voor de handelaars.
Dit plan bevat een reeks van maatregelen die over het gehele
jaar 2012 zullen worden gespreid. Er worden veel animaties aangeboden
die rekening houden met de specifieke kenmerken van
de verschillende commerciële straten van de wijk. Een communicatie-
en begeleidingsplan werd bovendien opgesteld in het kader
van de werkzaamheden op de Elsensesteenweg, met het oog op
het informeren van de handelaars en de klanten over het verloop.
Er zal bovendien toegezien worden op het feit dat deze werkzaamheden
de belangrijke periodes voor de handelaars niet verstoren
(zoals de solden). Er werd ook een « task force » opgericht die de
overheidsinstellingen (gemeentelijke en gewestelijke) verenigt,
alsook de handelaars van de wijk.
Hoewel de gewestelijke instelling Atrium een deel van de
financiering van dit plan verzekert, zal er binnenkort een aanvraag
tot bijkomende subsidiëring bij de gewestelijke regering ingediend
worden.
Tot slot vestig ik uw aandacht op het feit dat er sinds meer dan
10 jaar een lokale antenne van Atrium bestaat in de wijk van de
Naamsepoort. De personeelskosten (manager, assistenten en stewards)
worden integraal door het Gewest ten laste genomen, dat
ook een jaarlijkse werkingssubsidie van 30.000,0 EUR aan deze
lokale antenne toekent. Dankzij dit instrument kon er een aanzienlijk
ondersteuningsprogramma voor handelaars uitgevoerd worden
binnen de dringende context van de rellen van december.
Par ailleurs, au-delà des initiatives menées en décembre et au
début des soldes grâce aux subsides communaux complétés par un
apport régional de 3.000,0 EUR, un premier plan d'action global
de redynamisation et de repositionnement d'image du quartier de
la Porte de Namur a été élaboré en concertation avec la commune
d'Ixelles et les associations de commerçants riveraines. Il vise à
effacer les stigmates des dernières émeutes en termes d'attractivité
générale, de propreté de l'espace public et de sécurité tant pour les
clients que pour les commerçants.
Ce plan comprend une série de mesures étalées tout au long
de l'année 2012. De nombreuses animations sont notamment
proposées, tenant compte des spécificités des différentes artères
commerciales composant le quartier. Un plan de communication
et d'accompagnement a en outre été mis en place dans le cadre des
travaux de la chaussée d'Ixelles, en vue d'informer les commerçants
et les chalands de leur déroulement. Il sera en outre veillé à
ce que ces travaux ne perturbent pas les périodes importantes pour
le commerce (notamment les soldes). Une task force réunissant
les autorités publiques (communales et régionales) et les commerçants
du quartier a en outre été mise sur pied.
Si l'organisme régional Atrium assure une partie du financement
de ce plan, une demande de subvention complémentaire
passera sous peu au gouvernement régional.
Enfin, j'attire votre attention sur le fait qu'une antenne locale
d'Atrium existe dans le quartier de la Porte de Namur depuis
plus de 10 ans. Les frais de personnel (manager, assistants et
stewards) sont intégralement pris en charge par la Région, qui
accorde également une subvention de fonctionnement annuelle
de 30.000,0 EUR à cette antenne locale. Grâce à cet outil, un
important travail de soutien de commerçants a pu être mené dans
l'urgence durant les émeutes de décembre.
Vraag nr. 663 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 19 januari
2012 (Fr.) :
Plaats van het Brussels Gewest in de Belgische wapenindustrie.
Welke plaats bekleedt het Brussels Gewest in de Belgische
wapenindustrie. Ons land zou de 8 ste uitvoerder zijn op wereldvlak
en ik zou willen weten om hoeveel bedrijven het gaat, wat hun
economisch gewicht is en om hoeveel arbeidsplaatsen het gaat ?
Antwoord : Ik wens in de eerste plaats, bij wijze van inleiding,
te benadrukken dat er in het Brussels Gewest geen wapenindustrie
bestaat in de volledige betekenis van het woord.
Geen enkele Brusselse onderneming is immers 100 % actief
op het gebied van bewapening. Een aantal ondernemingen hebben
echter een deel van hun activiteiten verbonden aan de productie
Question n° 663 de Mme Françoise Schepmans du 19 janvier
2012 (Fr.) :
La place de la Région bruxelloise au niveau de l'industrie
d'armement en Belgique.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais savoir
quelle est la place occupée par la Région bruxelloise au niveau de
l’industrie d’armement en Belgique. Il semble que notre pays soit
devenu le 8 e exportateur mondial et je souhaiterais donc savoir
combien de sociétés sont officiellement concernées, quel est leur
poids économique et, surtout, combien d’employés sont concernés.
Pouvez-vous me communiquer les réponses aux questions
qui précèdent ?
Réponse : Je souhaite tout d'abord souligner en guise de préliminaire
qu'une industrie d'armement au sens complet du terme
n'existe pas en Région de Bruxelles-Capitale.
En effet, aucune entreprise bruxelloise n'est à 100 % active
dans le domaine de l'armement. Cependant, un certain nombre
d'entreprises ont une partie de leurs activités liée à la production

200
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
van wapens of goederen waarvan de export onderworpen is aan
de toekenning van een vergunning.
Noch de nationale statistieken noch de NACE-nomenclatuur
geven ons de mogelijkheid om deze « wapensector » duidelijk
te vatten. Behalve enkele zeer specifieke codes, kunnen we via
deze nomenclatuur niet de burgerlijke en militaire activiteiten
onderscheiden van de sectoren die een dubbele activiteit hebben,
naar het voorbeeld van de sector van de elektronica, de luchtvaartkunde,
de mechanische bouw, …
Om u onderstaande cijfers te geven, heb ik me dus gebaseerd
op de databank van de Groep onderzoek en informatie over vrede
en veiligheid (GRIP) alsook op de onderzoeksnota's betreffende
de wapenindustrie in België.
Deze databank bestaat uit 50 Belgische ondernemingen die
geselecteerd werden ofwel omwille van hun band met de sector
« Veiligheid en Defensie » van Agoria, ofwel omwille van hun
aanwezigheid op handelsbeurzen in de wapen- of veiligheidssector,
ofwel omdat hun publicaties, websites of persartikelen een
regelmatige activiteit in deze sectoren beschrijven.
Van deze 50 Belgische bedrijven hebben er 7 hun zetel in
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : Asco Industries, Cegelec,
Fabricom, Honeywell, Ilias Solutions, Sabca en Siemens.
Om de omzet en het actieve personeelsniveau in deze specifieke
sector te analyseren, baseert de GRIP zich op een activiteitspercentage
dat voor deze 7 Brusselse bedrijven varieert tussen
5 % en 50 %.
Als we deze activiteitspercentages toepassen op de gegevens
opgenomen in de jaarrekeningen voorgelegd aan de Balanscentrale,
krijgen we de volgende gegevens :
– de gecumuleerde omzet in 2008 van deze 7 ondernemingen
bedroeg ongeveer 140.000.000 EUR;
– het personeel actief in 2008 in de bewapeningsactiviteit
bedroeg 660 VTE's.
De GRIP schat eveneens de onrechtstreekse en afgeleide
werkgelegenheid van de sector in het BHG op 1.270 jobs, wat een
totaal geeft van 1.930 jobs.
d'armement ou de biens dont l'exportation est soumise à l'octroi
d'une licence.
Ni les statistiques nationales, ni la nomenclature NACE ne permettent
de cerner avec précision ce secteur dit « de l'armement ».
Hormis quelques codes très spécifiques, cette nomenclature ne
permet pas de distinguer les activités civiles et militaires de secteurs
ayant une activité duale, à l'instar du secteur de l'électronique,
de l'aéronautique, de la construction mécanique, …
Je me suis donc basé, pour vous fournir les informations chiffrées
ci-dessous, sur la base de données du Groupe de Recherche
et d'Information sur la Paix et la Sécurité (GRIP), ainsi que ses
notes d'analyse relatives à l'industrie de l'armement en Belgique.
Cette base de données se compose de 50 entreprises belges,
sélectionnées soit en raison de leur affiliation au secteur « Sécurité
et défense » d'Agoria, soit en raison de leur présence lors de foires
commerciales dans le secteur de l'armement ou de la sécurité, soit
parce que leurs publications, sites internet ou articles de presse
font état d'une activité régulière dans ces secteurs.
Sur ces 50 entreprises belges, 7 ont leur siège en Région
de Bruxelles-Capitale : Asco Industries, Cegelec, Fabricom,
Honeywell, Ilias Solutions, Sabca et Siemens.
Pour analyser le chiffre d'affaires et le niveau de personnel actif
dans le domaine spécifique de l'armement, le GRIP se base sur un
pourcentage d'activité, variant, pour ces 7 sociétés bruxelloises,
de 5 % à 50 %.
En appliquant ces pourcentages d'activités aux données reprises
dans les comptes annuels déposés à la Centrale des Bilans, on
en arrive ainsi aux données suivantes :
– le chiffre d'affaire cumulé 2008 de ces 7 entreprises s'élevait à
quasiment 140.000.000 EUR;
– le personnel actif en 2008 dans l'activité d'armement représentait
660 équivalents temps plein.
Le GRIP évalue également l'emploi indirect et induit du secteur
en Région de Bruxelles-Capitale à 1.270 emplois, soit un total
cumulé de 1.930 emplois.
Vraag nr. 668 van mevr. Sophie Brouhon d.d. 24 januari 2012
(N.) :
De oprichting van het Brussels Fonds voor Wetenschappelijke
Congressen.
VisitBrussels levert verscheidene diensten om congressen naar
Brussel te lokken (advies, promotie, onthaal, …). Dat pakket
wordt nu uitgebreid. Op 10 oktober 2011 stelden u en Philippe
Close, voorzitter van VisitBrussels, het « Brussels Fonds voor
Wetenschappelijke Congressen » voor. U gaat er prat op dat u
hiermee Toerisme en Onderzoek, sectoren met weinig raakvlakken,
laat samenwerken. Het nieuwe Fonds moet het aantal internationale
wetenschappelijke congressen op het grondgebied van
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest verhogen. Het moet verder
Question n° 668 de Mme Sophie Brouhon du 24 janvier 2012
(N.) :
La création du Fonds bruxellois pour les congrès scientifiques.
VisitBrussels offre divers services afin d'attirer des congrès à
Bruxelles (avis, promotion, accueil, …). Cette offre est à présent
élargie. Le 10 octobre, Philippe Close, président de VisitBrussels,
et vous-même avez présenté le Fonds bruxellois pour les congrès
scientifiques. Vous vous targuez de faire ainsi collaborer le tourisme
et la recherche, deux secteurs qui ont peu de choses en
commun. Le nouveau Fonds doit augmenter le nombre de congrès
scientifiques internationaux sur le territoire de la Région de
Bruxelles-Capitale. Il doit en outre aider les chercheurs bruxellois

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
201
Brusselse onderzoekers helpen om het product van hun eigen
onderzoek te valoriseren en op grotere schaal te verspreiden.
Het Fonds moet bijdragen aan een grotere zichtbaarheid van het
wetenschappelijk Brussels potentieel.
Toch gaat het niet slecht met het congrestoerisme in Brussel.
Brussel is de marktleider van Europa als het gaat om onthaal
van congressen van internationale omvang, zeker sinds de opening
van Congrescentrum Square. Volgens de laatste internationale
rangschikking gepubliceerd door de Union of International
Associations (UIA is Brussel de eerste van de Europese steden en
de tweede op mondiaal niveau (net na Singapore).
Op het vlak van toerisme staan er veranderingen op til. In het
institutioneel akkoord voor de zesde staatshervorming staat dat
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ten volle bevoegd wordt voor
toerisme, onverminderd het behoud van bevoegdheden voor de
Gemeenschappen inzake de promotie van Brussel op nationaal en
internationaal niveau.
Mijn vragen :
– Wat is de grondslag voor de oprichting van dit Fonds : op
basis van welke behoeftenanalyse is het opgericht ? Welke
criteria hebben bepaald welke dienstverlening het Fonds moet
aanbieden ? Wat voor Congressen moet het Fonds aantrekken
(congressen van welke duur, hoeveel deelnemers, welke onderzoeksdomeinen,
…) ?
– Hoe concreet is deze maatregel : met hoeveel middelen komt
het Gewest over de brug ? Heeft de oprichting van het Fonds
al gevolgen voor de begroting 2011, voor de begroting 2012 ?
Gaat de Brusselse regering hiermee akkoord ?
– Zijn er in andere Brusselse gemeenten geschikte locaties voor
de organisatie van wetenschappelijke congressen ? Wat verklaart
de beslissing om Stad Brussel exclusiviteit te geven om
het Fonds mee te financieren ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid de volgende elementen
mede te delen :
Sinds oktober 2011 staat VisitBrussels in voor het beheer van
een Fonds, gezamenlijk opgericht door het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest en de Stad Brussel, voor de garantie en prefinanciering
van de wetenschappelijke congressen, die wettelijk groen licht van
het NFWO kregen.
De oprichting van dit Fonds streeft concreet 3 doelstellingen
na : het wetenschappelijk onderzoek in Brussel bevorderen, zijn
reputatie als innovatiepool ontwikkelen en het aantal congressen
dat binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt gehouden,
verhogen.
Het Fonds beoogt de bevordering van de internationale promotie
van wetenschappelijke congressen die minder dan 200 deelnemers
samenbrengen, om de aanwezigheid van buitenlandse
deelnemers aan deze congressen te stimuleren. Bij gebrek aan
internationale promotie is het inderdaad zo dat dergelijke congressen
vaak enkel inwoners van het land samenbrengen.
De tussenkomst van het Fonds situeert zich op twee gebieden.
In de eerste plaats zal het Fonds een mogelijkheid voor prefinanciering
bieden aan de organisatoren van een wetenschappelijk
à valoriser les fruits de leurs travaux et à les diffuser à plus grande
échelle. Le Fonds doit contribuer à accroître la visibilité du potentiel
scientifique bruxellois.
Le tourisme de congrès ne se porte pourtant pas mal à Bruxelles.
Bruxelles est leader du marché européen dans le domaine de l'accueil
de congrès internationaux, en particulier depuis l'ouverture
du centre de congrès Square. Selon le dernier classement international
publié par la Union of International Associations (UIA),
Bruxelles est première au classement des villes européennes et
deuxième au niveau mondial (derrière Singapour).
Sur le plan du tourisme, des changements s'annoncent. L'accord
institutionnel relatif à la sixième réforme de l'État prévoit que la
Région de Bruxelles-Capitale deviendra pleinement compétente
pour le tourisme, sans préjudice des compétences exercées par les
Communautés concernant la promotion de Bruxelles au niveau
national et international.
Mes questions sont les suivantes :
– Quel est le fondement de la création de ce Fonds : sur la base de
quelle analyse de besoins a-t-il été créé ? Sur la base de quels
critères a-t-on déterminé les services que doit offrir le Fonds ?
Quel type de congrès le Fonds doit-il attirer (quelle durée,
combien de participants, quels domaines de recherche) ?
– À quel point cette mesure est-elle concrète : quels y sont les
moyens affectés par la Région ? La création du Fonds a-t-elle
déjà des conséquences pour le budget 2011, pour le budget
2012 ? Le gouvernement bruxellois est-il d'accord ?
– Y a-t-il, dans d'autres communes bruxelloises, des sites adaptés
à l'organisation de congrès scientifiques ? Comment expliquet-on
la décision de conférer à la Ville de Bruxelles le droit
exclusif de contribuer au financement du Fonds ?
Réponse : J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre
les éléments suivants :
Depuis septembre 2011, VisitBrussels assure la gestion d'un
Fonds de garantie et de préfinancement pour les congrès scientifiques
ayant reçu une légitimité du FNRS, créé conjointement par la
Région de Bruxelles-Capitale et la Ville de Bruxelles.
La création de ce Fonds poursuit concrètement 3 objectifs :
promouvoir la recherche scientifique à Bruxelles, développer sa
notoriété de pôle innovateur et augmenter le nombre de congrès
qui se tiennent au sein de la Région de Bruxelles-Capitale.
Le Fonds vise à favoriser la promotion internationale de congrès
scientifiques liés aux projets de recherche réunissant moins de 200
participants, afin de stimuler la présence de participants étrangers
à ces congrès. Faute de promotion internationale, il est en effet
fréquent que de tels congrès ne réunissent que des nationaux.
L'intervention du Fonds se situe à deux niveaux. En premier
lieu, le Fonds apportera une possibilité de pré-financement au
congrès scientifique n’ayant pas accès au crédit. L'intervention

202
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
congres die anders geen toegang tot krediet hebben. De tussenkomst
van het Fonds zal het meer bepaald mogelijk maken om
uitgaven voor voorbereidingen en reservaties van vergaderzalen
te prefinancieren. Een maximaal bedrag van 50.000 EUR zal ter
beschikking worden gesteld, maar het zal geen 30 % van de totale
kosten van het congres mogen overschrijden. Het niveau van prefinanciering
wordt door de omvang van het congres en de analyse
van de « cash flow » bepaald. Het geleende bedrag moet integraal
vóór het begin van het congres terugbetaald worden.
In de tweede plaats kan het Fonds tussenkomen om bepaalde
posten van het budget te financieren (meer bepaald kosten met
betrekking tot de deelname van buitenlandse interveniënten en
kosten voor de internationale promotie van het congres). De tussenkomst
kan 100 EUR per buitenlandse deelnemer bereiken, met
een maximum van 10.000 EUR per congres.
Wat de selectiecriteria betreft : iedere Brusselse wetenschappelijke
professional die een internationaal congres wil organiseren
of die de kandidatuur van Brussel als congresontmoetingsplaats
van zijn vereniging wil ondersteunen, komt in aanmerking. Een
reeks van specifieke voorwaarden moet niettemin in overweging
genomen worden.
De selectie wordt door VisitBrussels en een specifieke jury uitgevoerd.
VisitBrussels beschikt over een gespecialiseerd team om
de organisatoren bij de uitwerking van het dossier te begeleiden
en hen zo de mogelijkheid te geven om toegang tot de verschillende
mogelijkheden van het Fonds te krijgen. Dit dossier zal
het voor de organisator van het congres tevens mogelijk maken
om zijn business plan door professionals van het congres te laten
valideren.
Wat de ligging van de congressen betreft : hoewel de financiering
van dit Fonds gebeurt aan 50-50 tussen het Gewest en de Stad
Brussel, die samen VisitBrussels van middelen zullen voorzien om
dit Fonds te kunnen spijzen, is het niet verplicht dat de Congressen
uitsluitend op het grondgebied van de Stad Brussel plaatsvinden,
maar wel op het grondgebied van het hele Gewest.
De totale middelen die voor het Fonds beschikbaar worden
gesteld, bedragen 300.000 EUR. Het Fonds werd in oktober 2011
gelanceerd en dekt een periode voor 1 jaar.
du Fonds permettra notamment de préfinancer des dépenses de
préparatifs et de réservations de salles de réunions. Un montant
maximum de 50.000 EUR sera mis à disposition mais il ne devra
pas excéder 30 % des frais totaux du congrès. Le niveau de préfinancement
est déterminé par la taille du congrès et l’analyse
du « cash flow ». Le montant emprunté doit être intégralement
remboursé avant le début du congrès.
En second lieu, le Fonds peut intervenir pour couvrir certains
postes du budget (notamment des frais relatifs à la participation
d’intervenants étrangers et des frais de promotion internationale
du congrès). L'intervention pourra atteindre 100 EUR par participant
étranger, avec un maximum de 10.000 EUR par congrès.
En ce qui concerne les critères de sélection : tout professionnel
scientifique bruxellois désirant organiser un congrès international
ou qui souhaite soutenir la candidature de Bruxelles comme lieu
de congrès de son association est éligible. Une série de conditions
spécifiques doivent toutefois être prises en considération
La sélection est effectuée par VisitBrussels et un jury spécifique.
VisitBrussels dispose d'une équipe spécialisée pour accompagner
les organisateurs dans l’élaboration du dossier leur permettant
d’accéder aux différentes possibilités offertes par ce Fonds. Ce
dossier permettra également à l’organisateur du congrès de faire
valider son business plan par des professionnels du Congrès.
En ce qui concerne la localisation des congrès : si le financement
de ce Fonds se fait à 50-50 entre la Région et la Ville de
Bruxelles, qui doteront ensemble VisitBrussels afin de pouvoir
alimenter ce Fonds, il n'est pas obligatoire que les congrès se
déroulent exclusivement sur le territoire de la Ville de Bruxelles
mais bien sur le territoire de la Région.
Les moyens totaux mis à disposition pour le Fonds sont de
300.000 EUR. Le Fonds a été lancé en octobre 2011 et couvre une
période de 1 an.
Staatssecretaris belast met Stedenbouw en
Openbare Netheid
Vraag nr. 88 van mevr. Mahinur Ozdemir d.d. 22 december
2010 (Fr.) :
Netheidsproblemen in de Vooruitgangsstraat in Schaarbeek.
Al enkele maanden hebben de omwonenden last van de vervuilde
groene ruimten langs de Vooruitgangsstraat in Schaarbeek.
Secrétaire d'État chargé de l’Urbanisme et
de la Propreté publique
Question n° 88 de Mme Mahinur Ozdemir du 22 décembre
2010 (Fr.) :
Les problèmes de propreté de la rue du Progrès à Schaerbeek.
Depuis plusieurs mois, l’état de propreté des espaces verts
situés le long de la rue du Progrès à Schaerbeek pose problème

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
203
Het afval stapelt zich op : spuiten, matrassen, kledij en voedselafval.
De Vooruitgangsstraat is een gewestweg en het GAN is dus
verantwoordelijk.
pour de nombreux riverains. En effet, les déchets s’accumulent et
non des moindres : des seringues, des matelas, des vêtements et
des restes de nourriture. La rue du Progrès étant une voirie régionale
dont l’ABP est responsable de la propreté, j’aimerais vous
poser les questions suivantes.
Monsieur le secrétaire d’État :
– Hebt u de oorzaken ontdekt van het bijzondere karakter en de
omvang van deze overlast ?
– Voert u een bijzonder sensibiliseringsbeleid om dit netheidsprobleem
op te lossen ?
– Welke initiatieven heeft u genomen om de netheid van deze
straat te verbeteren ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende gegevens mede.
Het agentschap Net Brussel is zich bewust van de algemene
netheidsproblemen nabij het Noordstation, en meer bepaald rond
de middenberm op het kruispunt van de Vooruitgangstraat en de
Thomastunnel. Aangezien het om gewestelijke wegen gaat, stelt
het agentschap alles in zijn werk om het trottoir drie maal per
week te vegen en de eigen site van de MIVB tenminste eens in de
drie maanden. De reiniging van de berm en van de groene ruimten
behoort echter tot de bevoegdheid van de NMBS.
– Avez-vous identifié les causes du caractère particulier et de
l’importance des incivilités que l’on peut y constater ?
– Avez-vous prévu une politique de sensibilisation particulière
pour remédier à ce problème de propreté ?
– Quelles actions avez-vous entrepris afin d’améliorer la propreté
de cette rue ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
L'agence Bruxelles-Propreté est consciente des problèmes de
malpropreté rencontrés de manière générale à proximité de la
gare du Nord, et plus précisément aux abords du terre-plein au
croisement de la rue du Progrès et du tunnel Thomas. S'agissant
de voiries régionales, l'agence met tout en œuvre pour balayer le
trottoir trois fois par semaine et le site propre de la STIB au moins
une fois tous les trois mois. Le nettoyage du talus et des espaces
verts est toutefois du ressort de la SNCB.
Vraag nr. 94 van de heer Gaëtan Van Goidsenhoven d.d.
21 januari 2011 (Fr.) :
De keuze van de site voor het project Ecopool.
De regering bevestigt haar beslissing om het project Ecopool in
Anderlecht te vestigen.
Ik zou meer willen weten over de methode die werd gevolgd
om die site te kiezen.
1. Wat waren de technische en materiële vereisten bij de zoektocht
?
2. Beschikt u over gegevens over de gevolgen van het project
voor de mobiliteit (bewegingen van voertuigen – openingsuren)
?
3. Hoe staat het met de nu al te verwachten geluids- en geurhinder
?
4. Hoe zit het voorts met het overleg dat met de lokale overheden
zou worden gepleegd voordat de site zou worden gekozen ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid de
volgende gegevens mede.
De site die werd gekozen in het kader van het Ecopool project is
gelegen in de Birminghamstraat nr. 102 en de Demetskaai nr. 55 te
Anderlecht. Ze beantwoordt aan de vooropgestelde onderzoekscriteria,
namelijk een lokalisatie in een Prioritaire Interventiezone
Question n° 94 de M. Gaëtan Van Goidsenhoven du 21 janvier
2011 (Fr.) :
Le choix du site pour y implanter le projet Ecopôle.
Le Gouvernement affirme avoir décidé d'une implantation à
Anderlecht pour la concrétisation du projet Ecopôle.
Je souhaiterais être davantage informé au sujet de la méthodologie
suivie pour identifier ce lieu.
1. Quelles étaient les exigences techniques et matérielles dans le
cadre de cette recherche ?
2. Disposez-vous de données à propos de l’impact de ce projet en
termes de mobilité (mouvements de véhicules – heures de fréquentation)
?
3. Qu’en est-il des nuisances sonores et olfactives d'ores et déjà
identifiées ?
4. Qu’en est-il également de la concertation préalable avec les
autorités locales en préambule au choix de ce site ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
Le site retenu dans le cadre du projet Ecopôle est situé au
n° 102 de la rue de Birmingham et au n° 55 du Quai Demets à
Anderlecht. Il répond aux critères de recherche prédéfinis, à savoir
une localisation en zone d'intervention prioritaire (ZIP), ainsi que

204
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
(PIZ), alsook interessante voordelen inzake mobiliteit, toegankelijkheid
en grootte (minimum 4.000 vierkante meter).
Wat de mobiliteit betreft, is de site zeer goed bereikbaar met het
openbaar vervoer. Het gebouw is gelegen naast het metrostation
Delacroix en in de onmiddellijke nabijheid van het Weststation.
Bovendien is er een parking beschikbaar voor de werknemers en
bezoekers die met de wagen komen.
Wat betreft de toegankelijkheid voor de ophaalwagens, beschikt
het gebouw over een brede ingangsrijstrook langs de kant van de
Birminghamstraat en over een laad- en loskade langs de kant van
het kanaal.
Als men de oppervlakte bekijkt, beschikt het gebouw over
grote ruimten : ± 1.100 vierkante meter kantoren en 5.000 vierkante
meter loodsen.
De impact van het project op het vlak van mobiliteit en verkeer
zal in detail worden onderzocht in het effectenverslag van
het project op het leefmilieu (dat bij het dossier van de aanvraag
tot milieuvergunning zal worden gevoegd dat momenteel wordt
samengesteld).
Tot slot, wegens de materialen die op de site worden verwerkt
(grof vuil, elektrische en elektronische afvalstoffen), zal er enkel
geluidshinder zijn van de wagens en zal er geen geurhinder zijn.
des avantages intéressants en termes de mobilité, d'accessibilité et
de taille (minimum 4.000 mètres carrés).
Concernant la mobilité, il est largement desservi par les transports
en commun. Le bâtiment est situé à côté de la station de
métro Delacroix et à proximité immédiate de la gare de l'Ouest. De
plus, un parking est disponible pour les travailleurs et les visiteurs
s'y rendant en voiture.
Au niveau de l'accessibilité pour le charroi de collecte, le
bâtiment dispose d'une large rampe d'accès du côté de la rue de
Birmingham et d'un quai de chargement/déchargement du côté
du canal.
Quant à la superficie, le bâtiment dispose de vastes espaces :
± 1.100 mètres carrés de bureaux et 5.000 mètres carrés d'entrepôts.
En ce qui concerne l'impact du projet en termes de mobilité et
de trafic, ces aspects seront examinés en détails dans le Rapport
des incidences du projet sur l'environnement (lequel sera joint
au dossier de demande de permis d'environnement en cours de
constitution).
Enfin, en raison des matériaux traités sur le site (encombrants,
déchets électriques et électroniques), les nuisances sonores seront
uniquement limitées au charroi tandis que les nuisances olfactives
seront inexistantes.
Vraag nr. 96 van de heer Gaëtan Van Goidsenhoven d.d.
21 januari 2011 (Fr.) :
Samenwerking met de gemeenten van de Vlaamse rand
inzake openbare netheid.
Vuilnis is een probleem dat geen rekening houdt met de administratieve
grenzen.
We moeten echter vaststellen dat als Vlaamse gemeenten die
aan de grenzen van het Brussels Gewest liggen, specifieke maatregelen
treffen (betaalde vuilniszakken, …), dat grote gevolgen
kan hebben voor het sluikstorten in Brussel.
Het is ook mogelijk dat het omgekeerde zich voordoet en wordt
vastgesteld door het bestuur van de gemeenten in de Vlaamse
rand.
1. Welke contacten hebben de regering en die gemeentebesturen
gelegd in de strijd tegen vervuiling ?
2. Wat is het juridisch kader van die contacten ?
3. Worden er preventie- en bewustmakingscampagnes georganiseerd
ten behoeve van de inwoners van de Vlaamse rand om
sluikstorten op het gewestelijk grondgebied tegen te gaan ?
4. Met welke frequentie komen de Vlaamse gemeentebesturen en
de Brusselse gewestelijke overheden bijeen sinds het begin van
de zittingsperiode ?
Question n° 96 de M. Gaëtan Van Goidsenhoven du 21 janvier
2011 (Fr.) :
La collaboration avec les communes périphériques flamandes
en matière de propreté publique.
De toute évidence, le phénomène de la malpropreté ignore les
frontières administratives.
Cependant, force est de constater que des dispositions particulières
prises dans les communes flamandes qui jouxtent notre
Région (sacs payants, …) peuvent avoir des conséquences notoires
en termes de dépôts clandestins à Bruxelles.
Ceci étant, il se pourrait que des phénomènes inverses se produisent
et soient constatés par les autorités locales de ces communes
périphériques.
1. Quels sont les contacts noués entre le Gouvernement et les
autorités locales de ces communes au sujet de la lutte contre la
malpropreté ?
2. Qu’en est-il du cadre juridique de ces contacts ?
3. Des campagnes de prévention/sensibilisation sont-elles organisées
auprès des habitants de la périphérie pour les dissuader de
déposer clandestinement des déchets vers le territoire régional
?
4. Quelle est la fréquence des réunions entre autorités locales
flamandes et régionales bruxelloises depuis le début de la législature
?

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
205
Antwoord : In antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid de
volgende gegevens mede.
Op dit moment bestaat er geen enkele gezamenlijke actie tussen
de Brusselse regering en de Vlaamse lokale overheid inzake
de strijd tegen de vervuiling.
Er worden echter gerichte controle- en repressieacties gevoerd
om de inbreuken op de openbare netheid, met inbegrip van de
illegale invoer van afvalstoffen, tegen te gaan, en dit zowel door
de gewestelijke diensten (agentschap Net Brussel) als door de
gemeentelijke diensten (administratieve diensten en politiezones),
eventueel in overleg.
Het fenomeen neemt op dit moment geen dergelijke proporties
aan dat er een interregionaal actieplan dient te worden georganiseerd.
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
Pour l'heure, il n'existe aucune action concertée entre le
Gouvernement bruxellois et les autorités locales flamandes en
matière de lutte contre la malpropreté.
Des actions ponctuelles de contrôle et de répression sont toutefois
menées pour lutter contre les actes de malpropreté, en ce
compris l'importation illégale de déchets, et ce tant par les services
régionaux (agence Bruxelles-Propreté) que les services communaux
(services administratifs et zones de police), le cas échéant
en concertation.
Le phénomène ne prend pas pour le moment de proportions qui
nécessitent qu'un plan d'actions interrégional soit mis sur pied.
Vraag nr. 113 van de heer Walter Vandenbossche d.d. 27 april
2011 (N.) :
Netheid overstapparking Bizet.
Op de aansluitende braakliggende terreinen van parking Bizet
is net een appartementenblok geplaatst en ook de overige braakgronden
worden bebouwd. Helaas wordt de parking nu gebruikt
als stortplaats voor grof- en huisvuil, wat gepaard gaat met geurhinder
en overlast door allerlei ongedierte zoals ratten.
Mijn vraag voor de minister :
– Wie is er bevoegd voor het onderhoud van de parking ? Welke
stappen zal men ondernemen om de overlast voor de buurt te
beperken ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid de
volgende gegevens mede.
Na onderzoek blijkt dat de vermelde parking wel degelijk
gewestelijk eigendom is, onder het beheer van de Grondregie van
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Sedert mei 2011 is het onderhoud van deze parking geïntegreerd
in de ploegenplanning van het agentschap Net Brussel dat
met name belast is met de reiniging van het Bizetplein en van de
Bergensesteenweg.
Question n° 113 de M. Walter Vandenbossche du 27 avril 2011
(N.) :
La propreté du parking de dissuasion « Bizet ».
Sur les terrains abandonnés qui jouxtent le parking « Bizet »,
un bloc d'appartements vient d'être érigé, et les autres terrains
inoccupés sont également en cours de construction. Malheu reusement,
le parking tient actuellement lieu de décharge où sont
déversés déchets encombrants et ménagers, ce qui occasionne des
nuisances olfactives et des nuisances dues à divers animaux nuisibles
comme les rats.
Ma question au secrétaire d'État est la suivante :
– Qui est compétent pour l'entretien du parking ? Quelles mesures
compte-t-on prendre afin de limiter les nuisances pour le
quartier ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
Après vérification, il s'avère que le parking mentionné est bien
une propriété régionale, sous gestion de la Régie foncière de la
Région de Bruxelles-Capitale.
Depuis le mois de mai 2011, l'entretien de ce parking a été
intégré au planning des équipes de l'agence Bruxelles-Propreté
en charge notamment du nettoiement de la Place Bizet et de la
chaussée de Mons.
Vraag nr. 119 van mevr. Brigitte De Pauw d.d. 16 juni 2011
(N.) :
Aantal personeelsleden bij Net Brussel.
Net Brussel zorgt voor de openbare netheid en het afvalbeheer
in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het zorgt ervoor dat de
straten er netjes bij liggen, maar haalt ook uw vuilnis op. Behalve
Question n° 119 de Mme Brigitte De Pauw du 16 juin 2011
(N.) :
Le nombre de membres du personnel au sein de Bruxelles-
Propreté.
Bruxelles-Propreté s'occupe de la propreté publique et de la
gestion des déchets dans la Région de Bruxelles-Capitale. Cet
organisme veille à la propreté des rues et s'occupe de collecter vos

206
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
deze praktische taken zet Net Brussel ook preventie- en sensibiliseringscampagnes
op in verband met vuilnis, recyclage en openbare
netheid. Het is dan ook van belang te weten hoeveel personen
er bij Net Brussel tewerkgesteld zijn.
Daarom mijn vragen aan u :
– Hoeveel personeelsleden waren er in het totaal per jaar tewerkgesteld
bij Net Brussel van 2008 tot en met 2010 ? Hoe wordt
dit aantal verdeeld per afdeling ?
– Hoeveel personeelsleden van niveau A bij Net Brussel waren er
per jaar tewerkgesteld van 2008 tot en met 2010 ?
– Hoeveel personeelsleden van niveau B bij Net Brussel waren er
per jaar tewerkgesteld van 2008 tot en met 2010 ?
– Hoeveel personeelsleden van niveau C bij Net Brussel waren er
per jaar tewerkgesteld van 2008 tot en met 2010 ?
– Hoeveel personeelsleden van niveau D bij Net Brussel waren
er per jaar tewerkgesteld van 2008 tot en met 2010 ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende gegevens mede.
Het aantal werknemers dat tussen 2008 en 2010 is aangeworven
(per locatie, type contract en jaar) is als volgt verdeeld bij het
Gewestelijk Agentschap voor Netheid.
déchets. Outre ces tâches pratiques, Bruxelles-Propreté met également
sur pied des campagnes de prévention et de sensibilisation en
matière de déchets, de recyclage et de propreté publique. Il est
donc important de savoir combien de personnes Bruxelles-
Propreté emploie.
C'est pourquoi je voudrais vous poser les questions suivantes :
– Combien de membres du personnel Bruxelles-Propreté
employait-il, au total et par année, de 2008 à 2010 inclus ?
Pouvez-vous ventiler ce nombre par service ?
– Combien de membres du personnel de niveau A Bruxelles-
Propreté employait-il par année, de 2008 à 2010 inclus ?
– Combien de membres du personnel de niveau B Bruxelles-
Propreté employait-il par année, de 2008 à 2010 inclus ?
– Combien de membres du personnel de niveau C Bruxelles-
Propreté employait-il par année, de 2008 à 2010 inclus ?
– Combien de membres du personnel de niveau D Bruxelles-
Propreté employait-il par année, de 2008 à 2010 inclus ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
Le nombre de travailleurs employés entre 2008 et 2010 (par
localisation, type de contrat et année) se répartit comme suit pour
l'agence Bruxelles-Propreté.
Statuut Niveaux Totaal Verdeling
– – – –
Statut Niveaux Total Répartition
Operationeel Administratief
A B C D E – –
Opérationnel Administration
2008 Contractueel / Contractuel 36 30 116 41 1237 1460
Stageperiode-statutair / En stage-statutaire 9 9 132 518 668
Rosetta 7 7 46 60
Artikel 60 / Article 60 27 27
Totaal / Total 45 30 132 180 1.828 2.215 1.942 273
2009 Contractueel / Contractuel 35 33 111 69 1.293 1.541
Stageperiode-statutair / En stage-statutaire 10 9 143 480 642
Rosetta 8 5 67 80
Artikel 60 / Article 60 28 28
Totaal / Total 45 33 128 217 1.868 2.291 2.033 258
2010 Contractueel / Contractuel 36 32 118 75 1.346 1.607
Stageperiode-statutair / En stage-statutaire 13 2 9 158 429 611
Rosetta 1 4 5 67 77
Artikel 60 / Article 60 35 35
Totaal / Total 49 35 131 238 1.877 2.330 1.982 348

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
207
Vraag nr. 127 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 20 juli 2011
(Fr.) :
Steun aan de sociale stedelijke, feestelijke en openluchtinitiatieven.
Sinds enkele jaren zijn er in het Brussels Gewest steeds meer
initiatieven voor sociale ontmoetingen en feestelijkheden, in open
lucht, naar het voorbeeld van de « Apéros urbains ». Hebben uw
diensten steunprogramma's op touw gezet om het respect voor de
openbare netheid te doen naleven bij die grote manifestaties, in het
bijzonder op het vlak van de vuilnisophaling en de reiniging van
de sites ? Zo ja, graag een lijst met de begunstigden en de ingezette
middelen.
Antwoord : Als antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende gegevens mede.
Het agentschap steunt de organisatoren van evenementen door
het oprichten van :
– een ophaaldienst van afvalstoffen met of zonder voorafgaande
terbeschikkingstelling van containers/vuilnisbakken;
– en/of een reinigingsdienst na het evenement.
Op basis van een geschreven aanvraag van de organisator,
stelt de commerciële dienst van het agentschap, in overleg met de
operationele diensten, een kostenraming op die, na toestemming
van de organisator, deze laatste toelaat om te genieten van deze
diensten. Deze werkwijze is bedoeld voor evenementen zoals de
stadsaperos, de aperos van Stockel, de Middeleeuwse feesten te
Etterbeek, Euroferia, enz.
Overigens neemt het agentschap gratis andere evenementen
ten laste zoals het vuurwerk van de Nationale Feestdag en van
Oudjaar.
Question n° 127 de Mme Françoise Schepmans du 20 juillet
2011 (Fr.) :
Le soutien aux initiatives sociales urbaines, festives et en
plein air.
Depuis plusieurs années, il s’est multiplié en Région bruxelloise
des initiatives de rencontres sociales et festives, en plein air,
à l’instar des « Apéros Urbains ». Afin de compléter mon information,
je souhaiterais savoir si vos services ont développé des programmes
de soutien pour favoriser le respect de la propreté publique
à l’occasion de ces grandes manifestations, particulièrement
en termes de ramassage des déchets et de nettoyage des sites. Le
cas échéant, pourriez-vous m’en communiquer la liste, les bénéficiaires
ainsi que les budgets mobilisés ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
L'agence soutient les organisateurs d'événements en mettant
en place :
– un service de collecte de déchets avec ou sans mise à disposition
préalable de conteneurs/corbeilles;
– et/ou un service de nettoyage après l'événement.
Sur la base d'une demande écrite de l'organisateur, le service
commercial de l'agence, en concertation avec les services opérationnels,
établit un devis qui, après acceptation par l'organisateur,
lui permet de bénéficier de ces services. Sont ainsi visés les événements
tels que les apéros urbains, les apéros de Stockel, les fêtes
médiévales à Etterbeek, l'Euroferia, etc.
Par ailleurs, l'agence prend en charge gratuitement d'autres
événements tels que les feux d'artifice de la Fête Nationale et de
la Saint-Sylvestre.
Vraag nr. 141 van de heer Dominiek Lootens-Stael d.d.
15 november 2011 (N.) :
Het gebrek aan informatie op de webstek van Net Brussel.
Helaas dien ik met de regelmaat van de klok vragen te stellen
aan de Staatssecretaris over het gebrek aan informatie op de webstek
van Net Brussel.
Zo werd twee jaar geleden op de webstek een foutieve datum
vermeld als einddatum voor de ophaling van tuinafval (cf. schriftelijke
vraag nr. 18 van december 2009).
In de lente van 2007 werd de start van de ophaling dan weer
zeer laattijdig aangekondigd (cf. schriftelijke vraag nr. 294 van
mei 2007).
Question n° 141 de M. Dominiek Lootens-Stael du 15 novembre
2011 (N.) :
L'absence d'information sur le site internet de Bruxelles-
Propreté.
Hélas, je me vois contraint de poser très fréquemment des
questions au secrétaire d'État concernant l'absence d'information
sur le site internet de Bruxelles-Propreté.
Ainsi, il y a deux ans, ledit site internet indiquait une date
limite erronée pour la collecte des déchets de jardin (voir question
écrite n° 18 de décembre 2009).
Au printemps 2007, la date de début de la collecte avait été
annoncée très tardivement (voir question écrite n° 294 de mai
2007).

208
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
En ook dit jaar is het dus weer prijs. Zo wordt eind oktober
2011 wel vermeld dat de ophaling begonnen is in april, maar wordt
niet vermeld tot wanneer de ophaling dit jaar loopt. Wel kunnen
we anno 2011 lezen dat de ophaling van tuinafval erg geslaagd
was in 2008 !
Zo lezen we eind oktober dat de kerstbomen zullen worden
opgehaald op zaterdag 8 januari. Blijkbaar is dit nog een
oud bericht, want 8 januari 2012 valt op een zondag. Na bijna
10 maanden is men er blijkbaar nog niet in geslaagd om ook deze
informatie aan te passen.
U mag dat allemaal misschien normaal vinden, zoals blijkt uit
uw vorige antwoorden, heel wat inwoners van dit Gewest denken
daar zeer terecht anders over.
Mijn vragen aan u zijn dan ook :
– Waarom wordt de informatie over de ophaling van tuinafval
steeds veel te laat aangekondigd ?
– Op welke andere manieren werd de bevolking (tijdig !) geïnformeerd
over deze data ?
– Welk budget is voorzien voor het up-to-date houden van de
webstek ?
– Wat zal u ondernemen om in de toekomst eindelijk de bevolking
op tijd te informeren via de webstek ?
– Denkt u dat er in 2011 nog een bericht op de site zal komen
over de ophaling van kerstbomen begin januari 2012 ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid de
volgende gegevens mede.
Ieder jaar wordt de einddatum van de ophaling van tuinafval
vastgelegd op de laatste zondag van november. Deze datum werd
meer dan vijf jaar geleden bepaald. Voor het jaar 2011 viel de einddag
van de ophaling dus op zondag 27 november.
Deze informatie werd weergegeven op de website van Net
Brussel vanaf vrijdag 28 oktober 2011. Ze werd tevens, vanaf
9 november laatstleden, aangeplakt op de flank van 500 ophaalwagens.
Bovendien werd een persbericht verspreid in de week
van 21 november 2011. Bovendien dient te worden genoteerd dat
de bevolking zich voor alle vragen betreffende de verschillende
ophalingen kan informeren bij de tele-operatoren van Net Brussel
op het gratis nummer 0800/981 81.
Momenteel wordt de website van Net Brussel intern geactualiseerd.
Er werd dus geen specifiek budget voorbehouden voor deze
opdracht. In de loop van 2012 zal de site grondig worden herzien
teneinde de informatie eenvoudig toegankelijk te maken voor alle
Brusselaars.
Tot slot werd de ophaling van de kerstbomen, die dit jaar voorzien
was op zondag 8 januari 2012, meegedeeld op de website van
Net Brussel vanaf half december.
Et cette année aussi, on remet ça : ainsi, le site mentionnait
bien, à la fin octobre 2011, que la collecte avait démarré en avril,
mais il ne dit pas jusqu'à quand elle dure cette année. Par contre on
peut y apprendre (en 2011 !) que la collecte de déchets de jardin a
été un franc succès … en 2008 !
Fin octobre, on peut y lire que les sapins de Noël seront ramassés
le samedi 8 janvier. Il s'agit manifestement d'un ancien avis,
car le 8 janvier 2012 tombe un dimanche. Après environ 10 mois,
on n'est, apparemment, toujours pas parvenu à mettre à jour cette
information.
Peut-être trouvez-vous cela normal, comme en témoignent vos
réponses précédentes, mais de nombreux habitants de cette Région
ont, avec raison, un tout autre avis sur le sujet.
Je voudrais donc vous poser les questions suivantes :
– Pourquoi l'information relative à la collecte des déchets de
jardin est-elle toujours communiquée beaucoup trop tard ?
– Par quels autres biais la population a-t-elle été informée (à
temps !) de ces dates ?
– Quel budget est-il prévu pour la mise à jour du site internet ?
– Quelles mesures prendrez-vous afin, à l'avenir, d'informer enfin
la population à temps via le site internet ?
– Pensez-vous qu'une annonce relative au ramassage des sapins
de Noël prévu début janvier 2012 sera encore postée sur le site
en 2011 ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
Chaque année, la date de la fin de la collecte des déchets de
jardin est fixée au dernier dimanche du mois de novembre. Cette
date a été arrêtée il y a plus de cinq ans. Pour l'année 2011, la fin
de la collecte tombait donc le dimanche 27 novembre.
Cette information a été reprise sur le site internet de Bruxelles-
Propreté à partir du vendredi 28 octobre 2011. Elle a également été
reprise, à partir du 9 novembre dernier, sur le flanc de 500 camions
de collecte. Un communiqué de presse a en outre été diffusé la
semaine du 21 novembre 2011. De plus, il est à noter que la population
peut, pour toutes les questions concernant les différentes
collectes, se renseigner auprès des téléopérateurs de Bruxelles-
Propreté en appelant gratuitement le numéro 0800/981 81.
Actuellement, la mise à jour du site internet de Bruxelles-
Propreté se fait en interne. Il n'y a donc pas de budget spécifique
qui est alloué à cette mission. Dans le courant de l'année 2012, le
site sera revu en profondeur afin de faciliter l'accès à l'information
pour tous les Bruxellois.
Pour conclure, la collecte des sapins de Noël, laquelle était
prévue cette année pour le dimanche 8 janvier 2012, a été communiquée
sur le site internet de Bruxelles-Propreté dès la midécembre.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
209
Vraag nr. 142 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Energieboekhouding.
Graag vernam ik, voor de ministeries, voor de ION's en voor
de andere organen waarop u toezicht uitoefent, of er een « energieboekhouding
» wordt bijgehouden ? Zo ja, sedert wanneer ? Zo
niet, waarom niet ?
Voor elke instelling, had ik graag vernomen hoeveel personeel
daarvoor wordt ingezet.
Graag had ik ook geweten welke impact die energieboekhouding
sedert 2008 heeft gehad op het energieverbruik van de
gebouwen in kwestie.
Antwoord : Als antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid
de volgende gegevens mede.
De gestelde vragen zijn zinloos voor de administraties van het
ministerie die tot mijn bevoegdheden behoren. Dit soort opdrachten
schrijven zij immers niet uit, aangezien ze onder de bevoegdheden
vallen van het ministerie.
Het agentschap Net Brussel volgt regelmatig het water-, gasen
elektriciteitsverbruik van zijn verschillende gebouwen. Dit
laat hen toe om het energieverbruik ervan te vergelijken en hun
evolutie in de tijd te volgen. Deze boekhouding dient tevens om
de afwijkingen in het verbruik en eventuele onregelmatigheden in
de werking van de installaties op te sporen.
Overigens kon met de verzamelde gegevens een energetisch
kadaster en een rangschikking van de gebouwen worden opgesteld
in functie van hun verbruik, waardoor de gebouwen die het
meest energie opslorpen kunnen worden gedetecteerd. Aan deze
gebouwen wordt een bijzondere aandacht besteed en er worden
acties ondernomen om het verbruik te verminderen. In oktober
2010 bijvoorbeeld werden de verwarmingsketels in het depot van
Berchem vervangen door meer performante verwarmingsketels
die een gecentraliseerd technisch beheersysteem bevatten, dat toelaat
om op afstand de verwarmings- en verluchtingsopties van de
kleedkamers te programmeren (keuze van de temperatuur, van het
tijdschema, enz.). De verschillende acties die in dit geval werden
ondernomen hebben een winst in het verbruik opgeleverd van 42 %,
wat een bezuiniging betekent van bijna 12.000 EUR per jaar.
Een gedetailleerde energieaudit van de centrale garage (waar
de herstellingen van de voertuigen plaatsvinden) werd eveneens
uitgevoerd. De opvolging van een aantal aanbevelingen zou een
substantiële vermindering van het verbruik moeten toelaten.
Tot hiertoe hebben twee personeelsleden van het agentschap
Net Brussel de opleiding van energieverantwoordelijke gevolgd.
Question n° 142 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Comptabilité énergétique.
Pour les ministères, OIP ou autres institutions sur lesquels vous
exercez une tutelle, je souhaite savoir si une comptabilité énergétique
a été mise en place. Si oui, depuis quand ? Si ce n’est pas le
cas, pourquoi ?
Je souhaite également connaître, pour chaque institution, le
nombre de fonctionnaires affectés à cette tâche.
Enfin, je souhaite connaître l’effet de cette comptabilité énergétique
sur la consommation des bâtiments en question depuis
2008.
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
Les questions posées sont sans objet pour les administrations
du ministère relevant de mes compétences. En effet, celles-ci ne
passent pas de tels marchés, lesquels relèvent de la responsabilité
du ministère.
Pour ce qui concerne à présent l'agence Bruxelles-Propreté,
celle-ci réalise régulièrement un suivi des consommations en eau,
gaz et électricité de ses différents bâtiments. Cela lui permet de
comparer les consommations énergétiques de ceux-ci et de suivre
leur évolution dans le temps. Cette comptabilité vise également à
détecter les dérives de consommation et d’éventuelles anomalies
de fonctionnement des installations.
Par ailleurs, les données récoltées ont permis d’établir un
cadastre énergétique et un classement des bâtiments en fonction
de leurs consommations, permettant ainsi de cibler les bâtiments
les plus énergivores. Ceux-ci font l’objet d’une attention particulière
et des actions visant à réduire les consommations y sont
mises en place. À titre d’exemple, le remplacement, en octobre
2010, des chaudières du dépôt de Berchem par des chaudières
plus performantes qui comportent un système de gestion technique
centralisée, permettant de programmer à distance les options de
chauffage et de ventilation des vestiaires (choix de la température,
de l'horaire, etc.). Les différentes actions entreprises dans ce cas-ci
ont permis un gain en consommation de 42 %, ce qui représente
une économie de près de 12.000 EUR par an.
Un audit énergétique détaillé du garage central (où ont lieu
les réparations des véhicules) a également été réalisé. La mise en
place d’un certain nombre de recommandations devrait permettre
une réduction substantielle des consommations.
À ce jour, deux membres du personnel de l’agence Bruxelles-
Propreté ont suivi la formation de responsable énergie.
Vraag nr. 143 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Aantal en kosten voor de dienstreizen van het personeel van
de gewestelijke overheidsinstellingen onder uw toezicht.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor de
ION's en voor alle andere gewestelijke organen waarop u toezicht
Question n° 143 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Nombre et coûts des déplacements des agents des institutions
régionales publiques sous votre responsabilité.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou toute
autre institution à caractère régional sur lesquels vous exercez une

210
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Je souhaite connaître le coût des différentes conférences de
presse données par le secrétaire d'État au cours de ces trois deruitoefent,
het aantal en de kosten voor de dienstreizen in 2010 en
2011.
Voor elk daarvan, had ik graag informatie gehad over de
bestemming, de duur, de kostprijs voor de overheid, het doel, het
aantal afgereisde personeelsleden en de voornaamste reden.
Antwoord : Als antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid
de volgende gegevens mede.
Er werd een verplaatsing van een dag uitgevoerd naar Parijs
aan het einde van 2011. Het doel ervan was een ontmoeting met
de netheidsdiensten van de Stad Parijs en dit in het kader van het
toekomstige Netheidsplan. De kost verbonden aan deze verplaatsing
bedraagt 253,80 EUR voor twee personen.
De informatie voor de directie Stedenbouw voor 2010 en 2011
wordt weergegeven in de tabel in de bijlage (*).
(*) (De bijlage zal niet gepubliceerd worden, maar blijft ter
beschikking voor raadpleging op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
tutelle, je souhaite connaître le nombre et le coût des déplacements
effectués en 2010 et 2011.
Pour chaque déplacement, je souhaite connaître la destination,
la durée, le coût à charge des pouvoirs publics, l’objet du déplacement,
le nombre d’agents y participant ainsi que la motivation
principale justifiant ce déplacement.
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants concernant l'agence Bruxelles-
Propreté.
Un déplacement d'un jour a été effectué à Paris à la fin de
l'année 2011. Il avait pour objectif de rencontrer les services de
propreté de la Ville de Paris et ce, dans le cadre de l'élaboration
du futur Plan de Propreté. Les frais liés à ce déplacement se sont
élevés à 253,80 EUR pour deux personnes.
Les informations pour la direction de l'Urbanisme pour les
années 2010 et 2011 sont reprises dans le tableau en annexe (*).
(*) (L'annexe ne sera pas publiée mais restera disponible pour
consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)
Vraag nr. 144 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kosten voor de publicaties verschenen in 2011.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor
de ION's en voor andere organen waarop u toezicht uitoefent, het
aantal en de totale kosten (redactie, uitgave, drukkosten …) voor
de publicaties (studies, jaarverslagen, prospectussen, folders …)
die zijn verschenen of die nog zullen verschijnen in 2011 (in
deze tijd van het jaar, zijn de beslissingen voor publicaties die in
december al genomen en al begroot).
Voor elke publicatie, had ik graag beknopte informatie over de
inhoud, het volume, de oplage, de verspreiding en de kosten voor
die verspreiding.
Antwoord : In antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid de
volgende gegevens mede.
In de bijlage (*) vindt u een samenvattende lijst van de publicaties
ingeschreven op de begroting van 2011 van het agentschap
Net Brussel en de directie Stedenbouw.
(*) (De bijlage zal niet gepubliceerd worden, maar blijft ter
beschikking voor raadpleging op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
Question n° 144 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des publications éditées en 2011.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou autres
institutions sur lesquels vous exercez une tutelle, je souhaite
connaître le nombre et le coût total (rédaction, édition, impression
…) des publications produites (étude, rapport annuel, prospectus,
folder …) ou à produire encore en 2011 (à ce stade de
l'année, les décisions relatives à des publications qui sortiraient de
presse en décembre sont déjà prises et budgétisées).
Pour chaque publication, je souhaite disposer d’un bref descriptif
détaillant le contenu de la publication, son volume, le nombre
d’exemplaires produits, son public-cible, sa diffusion ainsi que
les coûts liés à cette diffusion.
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
Veuillez trouver ci-joint (*) un relevé récapitulatif des publications
imputées sur le budget de l'année 2011 de l'agence Bruxelles-
Propreté et de la Direction de l'Urbanisme.
(*) (L'annexe ne sera pas publiée mais restera disponible pour
consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)
Vraag nr. 145 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kostprijs van de persconferenties de jongste drie jaar.
Graag vernam ik de kostprijs van de verschillende persconferenties
die de staatssecretaris de jongste drie jaar heeft gegeven,
Question n° 145 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des conférences de presse ces trois dernières années.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
211
met voor elk ervan, de kosten die zijn gedragen door het kabinet
en door het bestuur.
Graag ontving ik ook de lijst van de persreizen die zijn georganiseerd
door het ministerie in diezelfde periode, met vermelding
van de titel en hoedanigheid van de personen die mee afgereisd
zijn en de duur van elke persreis.
Antwoord : Als antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid
de volgende gegevens mede.
Alle persconferenties vonden plaats in het BIP of op een kosteloze
plaats.
De catering, die voornamelijk bestond uit broodjes, werd bijna
uitsluitend ten laste genomen door het personeel van het kabinet,
behalve in uitzonderlijke omstandigheden.
nières années en distinguant pour chacune les frais assumés par le
cabinet de ceux imputés à l'administration.
Je souhaite également disposer de la liste des voyages de presse
organisés par la ministre sur cette même période en mentionnant
les titres et qualités des participants ainsi que la durée du déplacement.
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
Toutes les conférence de presse ont eu lieu au BIP ou dans un
lieu non payant.
Le catering, composé essentiellement de sandwichs, a été pris
en charge presque exclusivement par le personnel du cabinet, sauf
circonstances exceptionnelles.
Vraag nr. 146 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Aantal teksten (hoofdartikel, voorwoord, inleiding …) ondertekend
door de staatssecretaris de jongste drie jaar in het kader
van openbaar verspreide documenten.
Graag ontving ik, voor de jongste drie jaar, de lijst en de aard
(voorwoord, nawoord …) van de door de staatssecretaris ondertekende
teksten die openbaar zijn verspreid of verschenen.
Voor elk ervan, vernam ik graag meer informatie over de
ondertekening (hoedanigheid, naam en voornaam, foto …).
Antwoord : Als antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid
de volgende gegevens mede.
De parlementsleden kennen het antwoord op deze vraag aangezien
alle publiekelijk verdeelde documenten (hoofdartikels,
voorwoorden, inleidingen …) die mijn handtekening bevatten
automatisch ter advies worden voorgelegd aan het controlecollege
van het Brussels Parlement.
Question n° 146 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Nombre de textes (éditos, avant-propos, préfaces …) signés
par le secrétaire d'État ces trois dernières années dans le cadre
de documents diffusés publiquement.
Durant ces trois dernières années, je souhaite connaître la liste
et la nature (préface, conclusion …) des textes signés par le secrétaire
d'État qui ont fait l’objet d’une publication et d’une diffusion
publique.
Pour chaque texte, je souhaite qu’on précise le type de signature
utilisée (compétence, nom et prénom, photographie …).
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
Les parlementaires connaissent la réponse à cette question
puisque toutes les documents diffusés publiquement (éditos,
avant-propos, préfaces) qui contiennent ma signature sont automatiquement
soumis à l'avis du collège de contrôle du Parlement
bruxellois.
Vraag nr. 147 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kosten voor studies en consultancy in 2010 en 2011.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor de
ION's en voor alle andere gewestelijke organen waarop u toezicht
uitoefent, het aantal en de kosten voor de studies en consultancy
(van gelijk welke aard) waartoe in 2010 en 2011 opdracht is gegeven.
Voor elk daarvan, had ik graag beknopte informatie over de
inhoud, de auteurs en de desbetreffende kosten.
Question n° 147 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des études et frais de consultance en 2010 et 2011.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou toute
autre institution à caractère régional sur lesquels vous exercez
une tutelle, je souhaite connaître le nombre et le coût des études
et autres consultances (de toute nature) qui ont été commanditées
en 2010 et 2011.
Pour chacune d’entre elles, je souhaite disposer d’un bref descriptif,
des auteurs ainsi que des coûts y afférents.

212
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Graag vernam ik voor elke studie/consultancy welke overheidsopdracht
werd uitgeschreven.
Antwoord : In antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid de
volgende gegevens mede.
In de bijlage (*) vindt u de inventaris van de openbare aanbestedingen
met de onderzoeks-, advies- en auditopdrachten die door
het agentschap Net Brussel werden toegewezen in 2010 en 2011
en de onderzoeks-, advies- en auditopdrachten die door de directie
Stedenbouw werden toegewezen in 2010 en 2011.
(*) (De bijlage zal niet gepubliceerd worden, maar blijft ter
beschikking voor raadpleging op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
Enfin, je souhaite savoir, pour chaque étude/consultance, quel
type de marché public a été passé.
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
Veuillez trouver ci-joints (*) en annexe l’inventaire des marchés
publics établissant les marchés de consultance, d’expertise et
d’audit attribués par l'agence Bruxelles-Propreté en 2010 et 2011
et les missions d'expertise, d'audit ou de consultance attribués par
la direction de l'Urbanisme en 2010 et 2011.
(*) (L'annexe ne sera pas publiée mais restera disponible pour
consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)
Vraag nr. 148 van de heer Dominiek Lootens-Stael d.d.
25 november 2011 (N.) :
Het offerfeest 2011.
Graag had ik van de staatssecretaris antwoord gekregen op
volgende vragen betreffende het islamitische offerfeest november
2011.
– Hoeveel schapen werden tijdens het offerfeest geslacht op de
erkende slachtvloeren in het Hoofdstedelijk Gewest ?
– Hoeveel containers werden geplaatst voor het verzamelen van
slachtafval van illegaal geslachte (thuisslachting) schapen ?
– Hoeveel ton afval werd in deze containers opgehaald ?
– Hoe verhoudt zich dit tot de drie vorige jaren ?
– Hoeveel slachtafval van illegale slachtingen werd op andere
manieren opgehaald ?
– Waarom werd in het Gewest geen mogelijkheid geboden tot het
verdoofd slachten van schapen ?
– Hoeveel overuren werden gepresteerd in de slachthuizen ?
– Wat is de kostprijs van de hele operatie (slachthuizen, werkuren,
containers, ophaling en verwerking afval, informatiecampagnes)
?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid de
volgende gegevens mede.
In 2011 heeft het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, via de
directie Specifieke Initiatieven van het Bestuur Plaatselijke
Besturen, een subsidie toegekend van 25.000 EUR per gemeente
aan de gemeenten Anderlecht, Schaarbeek, Sint-Jans-Molenbeek
en de Stad Brussel. Deze steun was verbonden aan verschillende
voorwaarden en werd toegekend om de kosten te dekken van de
Question n° 148 de M. Dominiek Lootens du 25 novembre
2011 (N.) :
La fête du sacrifice 2011.
Je voudrais poser au secrétaire d'État les questions suivantes au
sujet de la fête musulmane du sacrifice de novembre 2011.
– Lors de la fête du sacrifice, combien de moutons ont-ils été
abattus dans les sites d'abattage agréés en Région de Bruxelles-
Capitale ?
– Combien de conteneurs ont-ils été placés afin de collecter les
déchets d'abattage des moutons abattus illégalement (à domicile)
?
– Combien de tonnes de déchets ont-ils été collectés dans ces
conteneurs ?
– Quelle est l'évolution de ce chiffre par rapport aux trois années
précédentes ?
– Quelle quantité de déchets d'abattages illégaux a-t-elle été collectée
par d'autres moyens ?
– Pourquoi, dans la Région, n'a-t-on pas offert la possibilité
d'étourdir les moutons avant de les abattre ?
– Combien d'heures supplémentaires ont-elles été prestées dans
les abattoirs ?
– Quel est le coût de l'ensemble de l'opération (abattoirs, heures
de travail, conteneurs, collecte et traitement des déchets, campagnes
d'information) ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
En 2011, la Région de Bruxelles-Capitale a accordé, via
la direction des Initiatives Spécifiques de l'administration des
Pouvoirs locaux, une subvention de 25.000 EUR par commune
aux communes d'Anderlecht, de Schaerbeek, de Molenbeek-Saint-
Jean et de la Ville de Bruxelles. Ce soutien était soumis au respect
de différentes conditions et a été alloué pour couvrir les frais de

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
213
inrichting, in elk van deze gemeenten, van een tijdelijk slachthuis
teneinde te strijden tegen de privé-slachtingen en om sluikstorten
te vermijden.
Net Brussel heeft het beheer en de verwijdering van de afvalstoffen
afkomstig van deze vier tijdelijke gemeentelijke slachthuizen
ten laste genomen alsook de plaatsing, op een gesloten site,
van twee volledig hermetische containers voor de opslag van de
zakken met dierlijk afval dat werd opgehaald op de openbare weg
(855 zakken, of 8,94 ton) door zijn diensten en door de gemeentediensten.
Het Agentschap heeft tevens een informatieve folder
uitgegeven en verdeeld (40.000 exemplaren) waarin met name
de gebruiksregels inzake slachting en openbare netheid worden
vermeld alsook de adressen van de vier bovengenoemde tijdelijke
slachthuizen. In 2011 betekende deze operatie een kost van ongeveer
60.000 EUR voor Net Brussel.
In de tabel hieronder wordt de vergelijkende evolutie weergegeven
van het aantal slachthuizen op het grondgebied van het
Gewest van 2008 tot 2011 :
mise en place, dans chacune de ces communes, d'un abattoir temporaire
afin de lutter contre l'abattage privé et d'éviter les dépôts
clandestins.
Bruxelles-Propreté a quant à elle pris en charge la gestion et
l'élimination des déchets issus de ces quatre abattoirs temporaires
communaux ainsi que la mise en place, dans un site fermé, de
deux conteneurs parfaitement étanches pour le stockage des sacs
de déchets d'animaux collectés sur la voie publique (855 sacs,
soit 8,94 tonnes) par ses services et par les services communaux.
Elle a également édité et distribué un folder (40.000 exemplaires)
informatif mentionnant notamment les règles d'usage en matière
d'abattage et de propreté publique ainsi que les adresses desdits
quatre abattoirs temporaires. En 2011, cette opération a représenté
un coût d'environ 60.000 EUR pour Bruxelles-Propreté.
Le tableau ci-dessous reprend l'évolution comparative du nombre
d'abattages sur le territoire de la Région de 2008 à 2011 :
2011 2010 2009 2008
Aantal geslachte dieren in de 4 gemeentelijke slachthuizen
Nombre d'animaux abattus dans les 4 abattoirs communaux 2.129 1.839 1.993 1.164
Aantal zakken met dierlijk afval opgehaald op de openbare weg
Nombre de sacs de déchets d'animaux collectés sur la voie publique 855 743 716 926
Volumes van de afvalstoffen in ton
Volumes des déchets en tonnes 51,54 40,94 40,42 34,68
Vraag nr. 149 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Aanbesteding voor de aanwerving van uitzendkrachten.
Het Agentschap Net Brussel is gestart met een aanbesteding
om een firma aan te stellen die uitzendkrachten ter beschikking
moet stellen.
Kan u me zeggen waarom de personeelsdienst van het
Agentschap niet in staat is de werving van contractuele of vervangende
personeelsleden te beheren ?
Waarom wordt geen beroep gedaan op Actiris ?
Gelet op de hoge kosten van uitzendkrachten (loonkosten
+ winstmarge van de firma + btw), vraag ik me af om welke redenen
die voorkeur wordt verleend aan die werkwijze. Voor welke
jobs zouden ze worden aangeworven, aan welke arbeidsvoorwaarden,
met name inzake de werkuren ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid de
volgende gegevens mede.
Het agentschap Net Brussel gebruikt actief de klassieke aanwervingskanalen
die bestaan binnen het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest, aangezien het met name regelmatig een beroep doet op
de diensten van Actiris en zijn netwerk van partners (Lokale werkwinkels,
ateliers voor het actief zoeken naar werk, …).
Question n° 149 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Appel à la concurrence pour recruter des intérimaires.
L'Agence Bruxelles-Propreté a lancé un appel à concurrence
pour désigner une firme mettant des intérimaires à sa disposition.
Pourriez-vous me dire pourquoi le service du personnel de
l'Agence n’est pas en mesure de gérer des recrutements d’agents
sous contrat fût-ce de remplacement ?
Pourquoi, par ailleurs, n’est-il pas fait appel à Actiris ?
Sachant que le coût d’intérimaires est élevé (la charge salariale
augmentée de la marge bénéficiaire de l’entreprise augmentée de
la TVA) quelles sont les raisons qui amènent à privilégier cette
voie ? Quelles sont les postes pour lesquels des intérimaires
seraient engagés et à quelles conditions de travail, spécialement
suivant quel horaire ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
L’agence Bruxelles-Propreté utilise activement les voies classiques
de recrutement existant au sein de la Région de Bruxelles-
Capitale, puisqu’elle a notamment recours régulièrement aux services
d’Actiris et de son réseau de partenaires (Missions locales,
ateliers de recherche active d’emploi, …).

214
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Dit is met name het geval wanneer het een beroep wenst
te doen op profielen waarvoor de spontane kandidaturen niet
volstaan en die dus een ruimere verspreiding van de vacature
vereisen (administratief bediende, scheikundige, hulpboekhouder,
preventieadviseur, personeelsdirecteur, magazijnier, …). Dezelfde
werkaanbiedingen worden tevens op de website van het agentschap
geplaatst, in de rubriek « aanwervingen ».
Er wordt dus slechts beperkt en in een reglementair kader
beroep gedaan op een interimkantoor. Het agentschap Net Brussel
kan immers slechts interim werkkrachten aanwerven in de gevallen
die toegestaan zijn door de wet en wanneer er geen enkele
andere oplossing is in verhouding tot de operationele aard van
zijn opdrachten en hun bijzonderheden (continuïteit, flexibiliteit
of stiptheid van de diensten).
Het gebruik van een interim werkkracht betreft uitsluitend
periodes van grote vakanties en laat het agentschap toe om de
continuïteit te verzekeren van zijn diensten tijdens deze periode,
wanneer een groot aantal van zijn agenten verlof neemt.
De betrekkingen waarvoor een beroep wordt gedaan op interim
werkkrachten zijn uitsluitend de functies van arbeider van de
openbare netheid en chauffeur van zware voertuigen.
Zoals de wet op de interimarbeid voorschrijft, is de bezoldiging
gelijk aan deze van de permanente werknemer van het agentschap
Net Brussel die zijn werk uitvoert in dezelfde omstandigheden. De
arbeidsvoorwaarden en het uurrooster zijn dezelfde.
Er wordt binnen het agentschap Net Brussel sedert 2001
gebruik gemaakt van interim werkkrachten.
C’est le cas notamment lorsqu’elle fait appel à des profils pour
lesquels les candidatures spontanées ne sont pas suffisantes et qui
nécessitent donc une diffusion plus large (employé administratif,
chimiste, aide-comptable, conseiller en prévention, directeur du
personnel, magasinier, …). Les mêmes offres d’emploi sont placées
également sur le site internet de l’Agence, dans sa rubrique
«recrutements».
Ce n’est donc qu’à titre limité et dans un cadre réglementé
qu’il est fait appel à une entreprise de travail intérimaire. En
effet, l'Agence Bruxelles-Propreté n’y a recours que dans les cas
autorisés par la loi et lorsqu’aucune autre solution n’est possible
en raison de la nature opérationnelle de ses missions et de leurs
particularités (continuité, flexibilité ou ponctualité des services).
L’utilisation d’une main-d’œuvre intérimaire concerne uniquement
des périodes de grandes vacances et permet à l’agence de
garantir la continuité de ses services durant cette période où un
grand nombre de ses agents est en congé.
Les postes pour lesquels il est fait appel à l’intérim portent
exclusivement sur les fonctions d’ouvriers de propreté publique et
de chauffeurs de véhicule lourd.
Ainsi que l’impose la loi sur le travail intérimaire, la rémunération
est calquée sur celle du travailleur permanent de l'agence
Bruxelles-Propreté effectuant son travail dans les mêmes conditions.
Les conditions de travail et l’horaire sont les mêmes.
L'utilisation d'intérimaires se pratique depuis 2001 au sein de
l'agence Bruxelles-Propreté.
Vraag nr. 150 van de heer Vincent De Wolf d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Evolutie van het personeel bij het Brussels Agentschap voor
Netheid.
In de marge van de begrotingsbesprekingen heb ik vragen over
de evolutie van het personeel bij het Brussels Agentschap voor
Netheid (Net Brussel).
In dat verband, zou ik graag de volgende vragen willen stellen
:
– Hoeveel voltijdsequivalenten zijn er momenteel aan de slag bij
die ION ?
– Hoe ziet de evolutie van het personeelsbestand eruit voor de
jongste drie kalenderjaren ?
– Hoe ziet de stijging of daling eruit van de VTE's voor de jaren
2009, 2010 en 2011 ?
– Welke redenen verklaren die opwaartse of neerwaartse evolutie,
desgevallend per activiteitssector ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid de
volgende gegevens mede.
Question n° 150 de M. Vincent De Wolf du 30 novembre 2011
(Fr.) :
Évolution du personnel de l'Agence bruxelloise pour la
Propreté.
En marge des discussions budgétaires, je m’interroge quant à
l’évolution du personnel au sein de l’Agence bruxelloise pour la
Propreté (Bruxelles-Propreté).
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Quel est le nombre actuel d’équivalents temps plein au sein de
cet OIP ?
– Quelle est l’évolution du personnel de celui-ci au cours des
trois dernières années civiles ?
– Quelle est ainsi la progression ou régression en ETP pour les
années 2009, 2010 et 2011 ?
– Quels éléments peuvent justifier la hausse ou la baisse de cette
évolution, le cas échéant par secteur d’activité ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
215
Hieronder een lijst van het aantal werknemers van het agentschap
Net Brussel van de laatste drie jaar, verdeeld per activiteit.
Ci-dessous, un relevé du nombre de travailleurs de l'agence
Bruxelles-Propreté au cours des trois dernières années, répartis
par activités.
Oktober / Octobre 2009
Activiteit / Activité Totaal / Total %
Ophaling / Collecte 1.071 45,81 %
Specifieke ophaling / Collecte spécifique 157 6,72 %
Reiniging / Nettoiement 670 28,66 %
Andere (administratie – garage) /
Autre (administration – garage) 440 18,82 %
Totaal / Total 2.338 100,00 %
Oktober / Octobre 2009
Activiteit / Activité Totaal / Total % Verhouding / Rapport
2010/2009
Ophaling / Collecte 1.115 46,40 % 44
Specifieke ophaling / Collecte spécifique 169 7,03 % 12
Reiniging / Nettoiement 671 27,92 % 1
Andere (administratie – garage) /
Autre (administration – garage) 448 18,64 % 8
Totaal / Total 2.403 100,00 % 65
Oktober / Octobre 2009
Activiteit / Activité Totaal / Total % Verhouding / Rapport Verhouding / Rapport
2010/2009 2011/2009
Ophaling / Collecte 1.130 47,40 % 15 59
Specifieke ophaling / Collecte spécifique 165 6,92 % – 4 8
Reiniging / Nettoiement 661 27,73 % – 10 – 9
Andere (administratie – garage) /
Autre (administration – garage) 428 17,95 % – 20 – 12
Totaal / Total 2.384 100,00 % – 19 46
Vraag nr. 153 van de heer Dominiek Lootens-Stael d.d.
8 december 2011 (N.) :
Het ophalen van het nieuwjaarsgeld door personeelsleden
van Net Brussel.
Naar gewoonte komen de personeelsleden van Net Brussel (en
meer specifiek de vuilnisophalers op het einde van het jaar weer
langs de deuren van de inwoners om hun nieuwjaarsdrinkgeld op
te halen.
Dit jaar waren sommigen er wel zeer snel bij : het was nog
november toen de eersten hun ronde al deden in de gemeente
Sint-Jans-Molenbeek.
Question n° 153 de M. Dominiek Lootens-Stael du 8 décembre
2011 (N.) :
La collecte des étrennes par les membres du personnel de
Bruxelles-Propreté.
Comme d'habitude, à la fin de l'année les membres du personnel
de Bruxelles-Propreté (et plus spécifiquement les éboueurs)
sonnent aux portes des habitants pour recevoir leurs étrennes.
Cette année, certains se sont présentés très tôt : on était encore
en novembre que les premiers faisaient déjà leur tournée dans la
commune de Molenbeek-Saint-Jean.

216
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Ik had de staatssecretaris hierover graag enkele vragen
gesteld :
– Bestaan er richtlijnen over het ophalen van nieuwjaarsgeld
voor de personeelsleden van Net Brussel ? Dewelke ?
– Worden hierin ook start- en einddatum vermeld, van wanneer
en tot wanneer zulks kan ? November lijkt ons namelijk nogal
extreem vroeg om dit te doen.
– Mogen personeelsleden dit doen tijdens hun werkuren ?
Voor het ophalen van hun nieuwjaarsgeld maakten ze gebruik
van een vuilniswagen van Net Brussel. Nochtans was dit absoluut
niet nodig, aangezien ze niet op ronde waren om vuilnis op te
halen. Gezien het hoge verbruik van de vuilniswagens, lijkt ons
dit toch eerder onaanvaardbaar.
– Mogen personeelsleden van Net Brussel gebruikmaken van
vuilniswagens om hun nieuwjaarsgeld op te halen ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid de
volgende gegevens mede.
Het personeel van het agentschap Net Brussel heeft de toelating
om zijn wensen te gaan overbrengen bij de inwoners van het
Brussels Gewest binnen een bepaalde termijn, die dit jaar liep van
16 december 2011 tot 13 januari 2012. Buiten deze periode wordt
het niet toegestaan om dit te doen.
Teneinde zich bekend te maken, dient het personeel aan de
inwoners een folder te overhandigen. Dit jaar werd hierin de
informatie vermeld met betrekking tot de « Weken van het grof
huisvuil », namelijk de gratis jaarlijkse gewestelijke campagne
voor het ophalen van grof vuil.
Overigens worden de regels voor het overbrengen van wensen
aan de bevolking ieder jaar herhaald via een affiche die wordt
verdeeld in de operationele sectoren. Dit jaar werden deze regels
tevens gepubliceerd in de bedrijfskrant.
Tot slot, aangezien het personeel geen toelating heeft om zijn
wensen over te brengen tijdens de werkuren, kan het bijgevolg
geen gebruik maken van de voertuigen van het agentschap Net
Brussel.
Je voudrais vous poser quelques questions à cet égard :
– Existe-t-il des directives sur la collecte des étrennes par les
membres du personnel de Bruxelles-Propreté ? Quelles sontelles
?
– Mentionnent-elles également une date de début et de fin, à
savoir de quand à quand l'action est autorisée ? Novembre nous
semble en effet extrêmement tôt.
– Les membres du personnel peuvent-ils faire cela pendant leurs
heures de travail ?
Pour collecter leurs étrennes, ils ont utilisé un camion-poubelle
de Bruxelles-Propreté. Or, ce n'était absolument pas nécessaire,
étant donné qu'ils n'étaient pas en tournée pour ramasser les ordures.
Vu la consommation importante des camions-poubelles, cela
nous semble même plutôt inacceptable.
– Les membres du personnel de Bruxelles-Propreté peuvent-ils
utiliser les camions-poubelles pour collecter leurs étrennes ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
Le personnel de l'agence Bruxelles-Propreté a l’autorisation de
présenter ses vœux aux habitants de la Région bruxelloise dans un
laps de temps déterminé, lequel courait cette année du 16 décembre
2011 au 13 janvier 2012. En dehors de cette période, il n'est
pas autorisé à le faire.
Afin de s'identifier, le personnel doit remettre un folder aux
habitants. Cette année, celui-ci reprenait les informations relatives
aux « Grandes semaines du brol », à savoir la campagne annuelle
régionale de collecte gratuite d'encombrants.
Par ailleurs, les règles de présentation des vœux à la population
sont rappelées chaque année au personnel via une affiche diffusée
dans les secteurs opérationnels. Cette année, un article publié dans
le journal d’entreprise les a également reprises.
Enfin, le personnel n'étant pas autorisé à présenter ses vœux
pendant les heures de travail, il ne peut par conséquent faire usage
des véhicules de l'agence de Bruxelles-Propreté.
Vraag nr. 154 van mevr. Béatrice Fraiteur d.d. 9 december
2011 (Fr.) :
Antennes die elektromagnetische golven uitzenden.
Krachtens het besluit van 30 oktober 2009 betreffende bepaalde
antennes die elektromagnetische golven uitzenden is een milieuvergunning
vereist voor dat type antenne, zowel de bestaande als
de nieuwe.
Bovendien is voor alle nieuwe antennes een stedenbouwkundige
vergunning vereist.
Question n° 154 de Mme Béatrice Fraiteur du 9 décembre
2011 (Fr.) :
Les antennes émettrices d’ondes électromagnétiques.
L’arrêté du 30 octobre 2009 relatif à certaines antennes émettrices
d’ondes électromagnétiques prévoit que ce type d’antenne doit
faire l’objet d’un permis d’environnement, tant pour les antennes
existantes que pour les nouvelles.
En outre, toutes les nouvelles antennes doivent faire l’objet
d’un permis d’urbanisme.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
217
150 aanvragen voor een stedenbouwkundige vergunning (gegevens
van 19 oktober 2011) werden ingediend bij het Bestuur
Ruimtelijke Ordening en Huisvesting, en een tiental vergunningen
is al verstrekt.
Kan u mij meedelen in welke gemeenten die aanvragen werden
ingediend en in welke gemeenten al vergunningen werden
verstrekt ?
Hoeveel aanvragen voor een milieuvergunning werden ingediend,
en in welke gemeenten ?
Kan u mij tot slot meedelen hoeveel maal beroep is aangetekend,
zowel inzake milieuvergunningen als inzake stedenbouwkundige
vergunningen ? Hoever staat het met die procedures ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Op 14 december 2011 werden 185 aanvragen tot stedenbouwkundige
vergunning met betrekking tot de GSM-antennes
ingediend bij het bestuur Ruimtelijke Ordening en Huisvesting
(BROH). De verdeling per gemeente van deze aanvragen is de
volgende :
Gemeente Ingediende Afgeleverde
dossiers vergunningen
Anderlecht 18 1
Oudergem 4 1
Sint-Agatha-Berchem 1
Brussel 51 4
Etterbeek 9 2
Evere 6 1
Vorst 6
Ganshoren 3
Elsene 9 4
Jette 4 1
Koekelberg 1
Sint-Jans-Molenbeek 11
Sint-Joost-Ten-Node 2
Schaarbeek 17 6
Sint-Gillis 9 1
Ukkel 9
Watermaal-Bosvoorde 4
Sint-Lambrechts-Woluwe 17 3
Sint-Pieters-Woluwe 4 2
Totaal 185 26
Voor wat betreft de beroepen met betrekking tot stedenbouwkundige
vergunningen voor GSM-antennes, werd tot hiertoe,
sedert de opheffing van het moratorium op 1 september 2010, nog
geen beroep ingediend bij de regering.
Er werd daarentegen wel een verzoek tot schorsing en nietigverklaring
ingediend bij de Raad van State op 27 december
laatstleden, tegen een stedenbouwkundige vergunning afgeleverd
door de gemachtigde ambtenaar voor de installatie van een telecommunicatiestation
op het dak van een gebouw gelegen op het
grondgebied van de Gemeente Elsene. De procedure is lopende.
Au niveau urbanistique, 150 demandes de permis (données du
19 octobre 2011) ont été introduites auprès de l’administration de
l’Aménagement du Territoire et du Logement et une dizaine de
permis ont déjà été octroyés.
Pourriez-vous m’indiquer quelles sont les communes concernées
par ces demandes de permis ? Comment se répartit la dizaine
de permis ayant déjà été accordés ?
Au niveau environnemental, combien de demandes de permis
ont été introduites ? Quelle est la répartition par commune de ces
demandes ?
Enfin, tant pour les permis d’environnement que pour les permis
d’urbanisme, pourriez-vous m’indiquer combien de recours
ont été introduits ? Où en sont ces procédures ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
En date du 14 décembre 2011, 185 demandes de permis d’urbanisme
relatives aux antennes GSM ont été introduites auprès de
l'Administration de l'Aménagement du Territoire et du Logement
(AATL). La répartition par commune de ces demandes est la
suivante :
Commune Dossiers Permis
introduits délivrés
Anderlecht 18 1
Auderghem 4 1
Berchem-Ste-Agathe 1
Bruxelles 51 4
Etterbeek 9 2
Evere 6 1
Forest 6
Ganshoren 3
Ixelles 9 4
Jette 4 1
Koekelberg 1
Molenbeek-Saint-Jean 11
Saint-Josse-ten-Noode 2
Schaerbeek 17 6
St-Gilles 9 1
Uccle 9
Watermael-Boitsfort 4
Woluwe-St-Lambert 17 3
Woluwe-St-Pierre 4 2
Total 185 26
En ce qui concerne les recours relatifs à des permis d'urbanisme
pour des antennes GSM, il n'y a pas encore eu, à ce jour,
de recours introduit auprès du Gouvernement depuis la levée du
moratoire, c'est-à-dire le 1 er septembre 2010.
En revanche, une requête en suspension et annulation a été
introduite auprès du Conseil d'État, le 27 décembre dernier, à
l'encontre d'un permis d'urbanisme délivré par le fonctionnaire
délégué et autorisant l'installation d'une station de télécommunication
en toiture d'un immeuble sis sur le territoire de la commune
d'Ixelles. La procédure est en cours.

218
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Voor de vragen met betrekking tot de milieuvergunningen
verwijs ik naar het antwoord op deze vraag van de minister voor
Leefmilieu.
Pour les questions relatives aux permis d'environnement, je
vous renvoie à la réponse de la ministre de l'Environnement à la
présente question.
Vraag nr. 158 van de heer Walter Vandenbossche d.d. 20 december
2011 (N.) :
De tewerkstelling van mensen met een handicap.
De tewerkstelling van mensen met een arbeidshandicap verkleint
de mogelijke kans op armoede en haalt de mensen uit hun
isolement. De verschillende overheden hebben hierin een zeer
belangrijke rol te vervullen. De overheid dient het goede voorbeeld
te geven met betrekking tot de tewerkstelling van mensen
met een handicap.
Mijn vragen aan de staatssecretaris :
– Beschikt de staatssecretaris over concrete cijfers met betrekking
tot de tewerkstelling van mensen met een handicap in de
administraties en overheidsbedrijven die onder zijn bevoegdheid
vallen ?
– Hoe staat het met de 2 %-norm binnen die administraties en
overheidsbedrijven ?
– Heeft de staatssecretaris concrete streefdoelen inzake tewerkstelling
voor personen met een handicap ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid de
volgende gegevens mede voor het agentschap Brussel Net.
Gezien de specifieke taken van het agentschap is het moeilijk
om personen met een handicap aan te werven en aan te stellen
voor de operationele functies. Geen enkele werknemer met een
handicap maakt dus deel uit van het operationeel personeel. Echter,
voor het reeds actieve personeel dat, om medische redenen, geen
« zware » werken meer kan uitvoeren, beschikt het Agentschap
over een herintegratieprogramma dat deze werknemers toelaat
actief te blijven in zogenaamde « lichte » functies. Op die manier
komen deze personen niet op ziekteverlof te staan en kunnen ze
hun professionele loopbaan verderzetten.
Op administratief vlak telde het personeel van het agentschap
een persoon met beperkte mobiliteit die intussen niet meer in
dienst is. De kantoren van het agentschap werden onlangs volledig
gerenoveerd, waarbij zeer bijzondere aandacht werd besteed
aan de toegankelijkheid voor personen met beperkte mobiliteit,
en dit zowel met het oog op toekomstige werknemers als voor
bezoekers.
Question n° 158 de M. Walter Vandenbossche du 20 décembre
2011 (N.) :
L'emploi des personnes présentant un handicap.
L'emploi de personnes affectées d'un handicap professionnel
réduit le risque de pauvreté et sort les personnes de leur isolement.
Les différents pouvoirs publics ont un rôle primordial à jouer sur
ce plan. Les pouvoirs publics doivent donner le bon exemple en
matière d'emploi de personnes présentant un handicap.
Mes questions sont les suivantes :
– Le secrétaire d'État dispose-t-il de chiffres concrets au sujet
de l'emploi des personnes présentant un handicap dans les
administrations et les entreprises publiques relevant de sa compétence
?
– Qu'en est-il de la norme de 2 % dans les administrations et les
entreprises publiques ?
– Le secrétaire d'État a-t-il des objectifs concrets en matière
d'emploi des personnes présentant un handicap ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants en ce qui concerne l'agence
Bruxelles-Propreté.
Vu les missions spécifiques de l'agence, il est difficile d'engager
et d'affecter des personnes avec un handicap aux fonctions
opérationnelles. Aucun travailleur avec un handicap ne fait donc
partie du personnel opérationnel. Toutefois, pour le personnel déjà
actif qui, pour des raisons médicales, ne peut plus effectuer des
travaux « lourds », l'agence dispose d'un programme de reclassement
qui permet de maintenir celui-ci en activité à des postes dits
« légers ». Les travailleurs ne tombent ainsi pas en arrêt maladie
et peuvent continuer leur carrière professionnelle.
Au niveau administratif, l'agence occupait une personne à
mobilité réduite qui a entre-temps démissionné. Les bureaux de
l'agence ont été dernièrement rénovés dans leur totalité, avec une
attention toute particulière réservée à l'accessibilité des personnes
à mobilité réduite, que cela soit pour les futurs travailleurs et/ou
pour les visiteurs.
Vraag nr. 159 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 december
2011 (Fr.) :
Gebruik van stagiaires in uw ministerieel kabinet.
Professionele stages vormen een buitenkans voor mensen die
wensen werk te vinden : zij verwerven ervaring via het gebruik
van hun competenties en kennis én op het vlak van de menselijke
Question n° 159 de Mme Françoise Schepmans du 28 décembre
2011 (Fr.) :
L'emploi de stagiaires au sein de votre cabinet ministériel.
Les stages professionnels sont une opportunité de taille pour
les personnes qui souhaitent s’insérer dans le monde du travail et
ce, en acquérant une expérience sur le plan de la mise en œuvre

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
219
Dans le cadre de ses compétences, chaque ministre et secrétaire
d’État du gouvernement bruxellois a la possibilité, dans le cadre
de ses budgets d’initiative, d’octroyer des subventions à des assorelaties.
De ministeriële kabinetten kunnen dus een beslissende rol
spelen bij de opleiding van werkzoekenden en van mensen die hun
professionele vaardigheden wensen te vervolmaken.
des compétences, de l’utilisation des connaissances mais aussi de
la gestion des relations humaines. À cet égard, les cabinets ministériels
peuvent jouer un rôle déterminant dans la formation des
chercheurs d’emploi mais aussi des personnes qui cherchent à se
perfectionner sur le plan des activités professionnelles.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais prendre
connaissance des réponses aux questions suivantes pour les années
2009, 2010 et 2011 :
– Doet uw kabinet regelmatig een beroep op stagiaires ? Zo ja,
kan u me meedelen hoeveel ?
– Werden deze stagiaires betaald, wat was hun leeftijdsgroep en
hun administratieve status bij indiensttreding (werkzoekende,
loopbaanonderbreking, politiek verlof, enz.) ?
– Hebben stage-ervaringen in uw kabinet geleid tot arbeidsovereenkomsten
voor onbepaalde duur ? Zo ja, voor hoeveel
personen ?
– Wat waren de voornaamste opdrachten die de stagiaires hebben
uitgevoerd ?
– Bestaan er overeenkomsten tussen uw ministerieel kabinet en
centra voor hogere opleiding om stages te organiseren ? Zo ja,
met welke instellingen ?
Antwoord : Het geachte lid kan hieronder het antwoord vinden
op haar vraag :
Sedert het begin van de legislatuur in 2009 heeft mijn kabinet
drie personen in dienst genomen die een professionele stage hebben
voleindigd in onze kantoren.
Het betreft spontane stageaanvragen, niet vergoed en georganiseerd
in het kader van hun studies.
Deze personen, die alle drie rond de twintig jaar oud zijn, werden
na hun stage niet aangeworven in het kabinet.
De taken die zij uitvoerden, waren voornamelijk administratief-
en secretariaatswerk en elektronisch beheer van de briefwisseling.
Tot slot zijn er geen overeenkomsten tussen het kabinet en
hogere onderwijscentra voor de organisatie van deze stages.
– Votre cabinet ministériel fait-il régulièrement appel à des stagiaires
? Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer le
nombre de personnes concernées ?
– Pourriez-vous compléter les données supra en indiquant si
les stagiaires ont été rémunérés et quels étaient leurs tranches
d’âge, ainsi que leurs statuts administratifs respectifs lors des
entrées en fonction (par exemple demandeur d’emploi, pausecarrière,
congé politique, etc. ?
– Est-ce que des expériences de stages au sein de votre cabinet
ont conduit à des recrutements sur la base d’un contrat à durée
indéterminée ? Le cas échéant, pourriez-vous me dire combien
de personnes étaient concernées ?
– Quelles sont les principales missions qui ont été remplies par
les stagiaires ?
– Existe-t-il des conventions entre votre cabinet ministériel et
des centres d’enseignement supérieur pour organiser ces offres
de stages ? Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer les
noms de ces établissements ?
Réponse : L'honorable membre trouvera ci-après la réponse à
sa question :
Depuis le début de la législature en 2009, mon cabinet a engagé
trois personnes qui ont accompli un stage professionnel au sein de
nos locaux.
Il s'agit de demandes spontanées de stage, non rémunéré et
organisé dans le cadre de leurs études.
Ces trois personnes, âgées d'une vingtaine d'années, n'ont pas
bénéficié à la suite de leur stage d'un engagement au cabinet.
Les tâches qui leur étaient dévolues sont principalement du
travail de bureau, de secrétariat et de gestion informatique du
courrier.
Enfin, il n'existe pas de conventions entre le cabinet et des centres
d'enseignement supérieur pour l'organisation de ces stages.
Vraag nr. 162 van mevr. Caroline Persoons d.d. 27 januari
2012 (Fr.) :
Subsidies in het kader van de initiatiefbegrotingen.
Elke minister en staatssecretaris van de Brusselse regering kan
in het kader van zijn bevoegdheden in het kader van zijn initiatiefbegrotingen
subsidies toekennen aan verenigingen voor specifieke
Question n° 162 de Mme Caroline Persoons du 27 janvier 2012
(Fr.) :
Subventions octroyées dans le cadre des budgets d'initiative.

220
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
projecten of aan andere verenigingen dan die welke reeds regelmatig
subsidies krijgen van het Gewest.
Elke minister en staatssecretaris heeft de mogelijkheid om die
subsidies toe te kennen zonder de Brusselse regering om instemming
te moeten vragen als de subsidie niet hoger is dan een in een
circulaire vastgesteld bedrag.
Kan u mij zeggen welke verenigingen (naam en adres) dergelijke
subsidies hebben gekregen voor 2011 ? Kan u mij zeggen
welk bedrag aan elk van die verenigingen is toegekend en wat het
saldo is van het overeenkomstige begrotingsartikel ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag deel ik het geachte lid
de volgende gegevens mede.
Na overdrachten en begrotingsaanpassingen bedragen voor
het begrotingsjaar 2011 de totale kredieten van de basisallocatie
27 011 34 01 33 00 « Werkingssubsidies aan privé-verenigingen
voor het houden van tentoonstellingen en conferenties
alsmede voor werken en wedstrijden in verband met stedenbouw »
900.000 EUR in vastleggingskredieten en 851.000 EUR in vereffeningskredieten.
De vastleggingskredieten werden aangewend ten belope van
879.165 EUR en de vereffeningskredieten werden aangewend ten
belope van 758.163 EUR.
Deze kredieten dekken het geheel van de facultatieve toelagen
aan de vzw's die actief zijn in de stedenbouw, met inbegrip van de
toelagen die het voorwerp uitmaken van een regeringsbesluit.
De tabel hieronder (*) geeft de lijst weer van de subsidies vrijgemaakt
in 2011 ten laste van de BA 27 011 34 01 33 00 die het
voorwerp hebben uitgemaakt van een ministerieel besluit.
(*) (De tabel zal niet gepubliceerd worden, maar blijft ter
beschikking voor raadpleging op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
ciations pour des projets spécifiques ou à des associations autres
que celles bénéficiant déjà de subsides récurrents de la part de la
Région.
Chaque ministre et secrétaire d’État a la possibilité d’accorder
ces subventions sans devoir demander l’accord du gouvernement
bruxellois lorsque la subvention ne dépasse pas un certain montant
fixé dans une circulaire.
L’honorable secrétaire d’État pourrait-il m’indiquer quelles
sont les associations (nom et adresse) qui ont bénéficié de tels
subsides pour l’année 2011 ? Pourrait-il me spécifier le montant
alloué à chacune d’elles ainsi que le solde de l’article budgétaire
correspondant ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l'honorable
membre les éléments suivants.
Après transferts et ajustements budgétaires, les crédits totaux
de l'allocation budgétaire 27 011 34 01 33 00 « Subventions de
fonctionnement aux associations privées pour l'organisation d'expositions
et de conférences ainsi que pour des travaux et concours
ayant trait à l'urbanisme » s'élèvent pour l'année budgétaire 2011 à
900.000 EUR en crédits d'engagement et 851.000 EUR en crédits
de liquidation.
Les crédits d'engagement ont été consommés à concurrence de
879.165 EUR et les crédits de liquidation ont été consommés à
concurrence de 758.163 EUR.
Ces crédits couvrent l'ensemble des subventions facultatives
aux ASBL actives dans les matières d'urbanisme, en ce compris les
subventions qui font l'objet d'un arrêté du gouvernement.
Le tableau ci-dessous (*) reprend la liste des subventions
engagées en 2011 à charge de l'AB 27 011 34 01 33 00 qui ont fait
l'objet d'un arrêté ministériel.
(*) (Le tableau ne sera pas publié mais restera disponible pour
consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)
Staatssecretaris belast met Mobiliteit,
Openbaar Ambt,
Gelijke Kansen en
Administratieve Vereenvoudiging
Vraag nr. 194 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kosten voor studies en consultancy in 2010 en 2011.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor de
ION's en voor alle andere gewestelijke organen waarop u toezicht
uitoefent, het aantal en de kosten voor de studies en consultancy
(van welke aard dan ook) waartoe in 2010 en 2011 opdracht is
gegeven.
Secrétaire d'État chargé de la Mobilité,
de la Fonction publique,
de l'Égalité des Chances et
de la Simplification administrative
Question n° 194 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des études et frais de consultance en 2010 et 2011.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou toute
autre institution à caractère régional sur lesquels vous exercez
une tutelle, je souhaite connaître le nombre et le coût des études
et autres consultances (de toute nature) qui ont été commanditées
en 2010 et 2011.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
221
Voor elk daarvan, had ik graag beknopte informatie over de
inhoud, de auteurs en de desbetreffende kosten.
Graag vernam ik voor elke studie/consultancy welke overheidsopdracht
werd uitgeschreven.
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid volgend antwoord
mee te delen :
Secretariaat-generaal
2010
Benaming : Analyse van de door de administratieve eenheden
van het secretariaat-generaal van het ministerie van het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest geleverde ondersteunende activiteiten
Uitvoerder : Comase nv
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 57.112 EUR inclusief btw
Geen publicatie
Directie Vertalingen
Gedeeltes 2010 en 2011 van een meerjarige overheidsopdracht
:
Benaming : Vertaling van samenvattende tabellen met de strategische
en operationele doelstellingen 2009 en eventueel 2010 en
2011 en de vijfjaarlijkse balansen 2004-2008 van de administratieve
eenheden van het ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest
Uitvoerder : bvba Brussels Language Services (BLS)
Selectieprocedure : openbare aanbesteding
Publicatie de l’avis de marché : 2 december 2008
Vastgelegd bedrag : 133.100,00 EUR inclusief btw
Uitgaven in 2009 : 85.598,23 EUR inclusief btw
Uitgaven in 2010 : 1.548,07 EUR inclusief btw
Uitgaven in 2011 : nihil
In 2011 werd geen gebruik gemaakt van deze overheidsopdracht,
die nu afgesloten is.
Directie Kanselarij, Welzijn op het werk en Secretariaat vakbondsbetrekkingen
Benaming : Prestaties op het vlak van de preventie en het
beheer van psychosociale belasting op het werk
Uitvoerder : Externe dienst voor preventie en bescherming
Arista
Pour chacune d’entre elles, je souhaite disposer d’un bref descriptif,
des auteurs ainsi que des coûts y afférents.
Enfin, je souhaite savoir, pour chaque étude/consultance, quel
type de marché public a été passé.
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre
les éléments de réponse suivants :
Secrétariat général
2010
Intitulé : Analyse des activités de support fournies par les unités
administratives du secrétariat général du ministère de la Région de
Bruxelles-Capitale
Opérateur : Comase SA
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : 57.112 EUR TVAC
Pas de publication
Direction de la Traduction
Parties 2010 et 2011 d’un marché pluriannuel :
Intitulé : Traduction des tableaux de synthèse des objectifs
stratégiques et opérationnels 2009 et éventuellement 2010 et 2011
ainsi que des bilans quinquennaux 2004-2008 des unités administratives
du ministère de la Région de Bruxelles-Capitale
Opérateur : sprl Brussels Language Services (BLS)
Procédure de sélection : adjudication publique
Publication de l’avis de marché : le 2 décembre 2008
Montant engagé : 133.100,00 EUR TVAC
Dépenses en 2009 : 85.598,23 EUR TVAC
Dépenses en 2010 : 1.548,07 EUR TVAC
Dépenses en 2011 : néant
En 2011, il n’a pas été fait appel à ce marché, qui est venu à
échéance.
Direction de la Chancellerie, du Bien-être au travail et du
Secrétariat des relations syndicales
Intitulé : Prestations en matière de la prévention et de la gestion
de la charge psychosociale au travail
Opérateur : Service externe de prévention et de protection
Arista

222
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Selectieprocedure : specifieke offerte in het kader van een overeenkomst
tussen het ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest en Arista inzake preventie van psychosociale belasting
Momenteel is geen publicatie gepland
Vastgelegd bedrag : 30.000 EUR inclusief btw
Uitgaven in 2010 : 12.884,38 EUR inclusief btw, waarvan :
– 2.101,00 EUR voor intervisievergaderingen met de vertrouwenspersonen
– 5.554,75 EUR voor de analyse van psychosociale risico’s
(directie Huisvesting – BROH)
Uitgaven in 2011 (tot op heden) : 3.404,31 EUR inclusief btw,
waarvan :
– 194,82 EUR voor intervisievergaderingen met de vertrouwenspersonen
(bestelbon van 21 juni 2011)
In 2011 vond geen psychosociale risicoanalyse plaats.
Directie Externe Communicatie
Benaming : Scenario voor de aanpassing van de huisstijl van
het ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (brochures
en websites) en de tenuitvoerbrenging ervan na beslissing van de
regering.
Aanbevelingen omtrent het « Irislogo » en de modernisering
van de huisstijl van het MBHG moeten deze consultancy
afronden. De opdrachtnemer moet ook de ontwikkeling van een
geschikte ontwikkelingsstrategie voorstellen.
Uitvoerder : Expansion nv
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 27.300 EUR zonder btw
Indieningsdatum van het dossier : 16 december 2011
Benaming : Advies om een strategie van « sociale media » voor
het ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ten uitvoer
te brengen
Uitvoerder : Polygone Digital Natives
Selectieprocedure : gewone offerte
Bedrag : 2.057 EUR inclusief btw
Leveringsdatum : 27 juli 2011
Cel Administratieve Vereenvouding en E-gov
Benaming : Meten van administratieve lasten door middel van
het standaard kostenmodel (SKM)
Uitvoerder : Van Dijck Management Consultance nv
Procédure de sélection : offre spécifique dans le cadre d'une
convention entre le Ministère de la Région de Bruxelles-Capitale
et Arista relative à la prévention de la charge psychosociale
Pas de parution prévue à ce jour
Montant engagé : 30.000,00 EUR TVAC
Dépenses en 2010 : 12.884,38 EUR TVAC dont
– 2.101,00 EUR pour l’intervision des personnes de confiance
– 5.554,75 EUR pour l’analyse de risques psychosociaux
(Direction du Logement – AATL)
Dépenses en 2011 (situation à ce jour) : 3.404,31 EUR TVAC
dont :
– 194,82 EUR pour l’intervision des personnes de confiance (bon
de commande du 21 juin 2011)
En 2011, il n’y a pas eu d’analyse de risques psychosociaux
Direction de la Communication externe
Intitulé : Scénario pour l’adaptation de la Charte graphique du
ministère de la Région de Bruxelles-Capitale (brochures et sites
internet) et sa mise en œuvre après décision du Gouvernement
Des recommandations concernant le logo « Iris », et la modernisation
de la Charte graphique du MRBC doivent conclure cette
consultance. Le prestataire retenu doit aussi proposer le développement
d’une stratégie de communication appropriée.
Opérateur : Expansion SA
Procédure de sélection : marché public négocié sans publicité
Montant : 27.300 EUR HTVA
Date de remise du rapport : 16 décembre 2011
Intitulé : Conseils pour implémenter une stratégie « médias
sociaux » pour le Ministère de la Région de Bruxelles-Capitale
Opérateur : Polygone Digital Natives
Procédure de sélection : simple offre
Montant : 2.057 EUR TVAC
Date de remise : 27 juillet 2011
Cellule Simplification administrative et E-gov
Intitulé : Mesure des charges administratives via la Méthode
des Coûts Standards (MCS)
Opérateur : Van Dijck Management Consultance SA

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
223
Selectieprocedure : algemene offerteaanvraag
Totale prijs : 131.617,75 EUR inclusief btw
Leveringsdatum : december 2011
Geen publicatie
Directie Externe Betrekkingen – Vertegenwoordiging UE
Titel : Integrating economic and institutional borders
Vergelijkende studie tussen Washington DC en het BHG in het
kader van het samenwerkingsakkoord met Washington DC
Auteur : Université Catholique de Louvain
Procedure : aanbesteding met onderhandelings-procedure en
zonder bekendmaking
Bedrag : 3.183,28 EUR
Titel : GODEM
De uitwerking van een zakenplan voor de organisatie van het
informeel netwerk voor « herbruik-sortering » van afval door
ambulante sorteerders en van een pilootproject voor 2 wijken,
Agdal en Hay Riad Rabat, in het kader van het samenwerkingsakkoord
met de Regio Rabat-Salé-Zemmour-Zaër (Marokko).
Auteur : ENDA Maghreb
Procedure : aanbesteding met onderhandelingsprocedure zonder
bekendmaking
Bedrag : 16.000 EUR
Titel : EU Economic Governance and the Role of Regions with
Legislative Competences
Deze studie werd uitgevoerd in het kader van het Brussels
Voorzitterschap van het Regleg-netwerk (netwerk van regio’s met
wetgevende bevoegdheid).
Auteur : EIPA
Procedure : aanbesteding met onderhandelingsprocedure zonder
bekendmaking
Bedrag : 20.000 EUR
Titel : Consultancy voor de analyse van dossiers in verband met
goederen voor tweeërlei gebruik
Advies van een ingenieur voor verschillende dossiers in verband
met de uitvoer en doorvoer van goederen en technologie voor
tweeërlei gebruik
Uitvoerder : AIROBA
Procedure : Openbare aanbesteding met prijsopgave
Bedrag : 98.740 EUR
Procédure de sélection : appel d’offres général
Montant total du marché : 131.617,75 EUR TVAC
Date de remise : décembre 2011
Pas de publication
Direction des Relations extérieures – Délégation UE
Intitulé : Integrating economic and institutional borders
Étude comparative entre Washington DC et la RBC réalisée
dans le cadre de l’accord de coopération avec Washington DC
Auteur : Université Catholique de Louvain
Procédure : marché avec procédure négociée sans publicité
Montant : 3.183,28 EUR
Intitulé : GODEM (gestion optimisée des déchets en
Méditerrannée)
Business Plan pour la structuration de la filière informelle de
« récupération-tri » des déchets par les récupérateurs ambulants
et mise en place d'un projet pilote pour deux quartiers Agdal et
Hay Riad à Rabat réalisé dans le cadre du projet Godem et de
l’accord de coopération avec la Région de Rabat-Salé-Zemmour-
Zaër (Maroc).
Auteur : ENDA Maghreb
Procédure : marché avec procédure négociée sans publicité
Montant : 16.000 EUR
Intitulé : EU Economic Governance and the Role of Regions
with Legislative Competences
Étude réalisée dans le cadre de la Présidence bruxelloise de
réseau REGLEG (Réseau des régions à pouvoir législatif)
Auteur : EIPA
Procédure : marché avec procédure négociée sans publicité
Montant : 20.000 EUR
Intitulé : Consultance pour l’analyse des dossiers liés aux biens
à double usage
Consultance d’un ingénieur pour différents dossiers liés à l’exportation
et au transit des biens et technologie à double usage
Opérateur : AIROBA
Procédure : marché public à bordereaux de prix
Montant : 98.740 EUR

224
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Directie Human Resources en Gelijke Kansen
2010
Opschrift : Employer Branding / interne enquête
Beschrijving : Interne enquête bij een representatief monster
van de personeelsleden om na te gaan welke perceptie zij hebben
van de instelling waarin zij werken, welke de sterke en zwakke
punten zijn die zij identificeren (SWOT-analyse) en dit, om de
externe communicatiemiddelen te bepalen die aangewend moeten
worden ten aanzien van de toekomstige potentiële kandidaten.
Opdrachtnemer : Universal Communication
Selectieprocedure : aanbesteding (< 5.500 EUR)
Direction Ressources humaines et Égalité des Chances
2010
Intitulé : Employer Branding/enquête interne
Description : Enquête interne auprès d’un échantillon représentatif
des membres du personnel, afin de déterminer la perception
que ces derniers ont de l’institution dans laquelle ils travaillent, les
forces et faiblesses qu’ils identifient (analyse SWOT), et ce en vue
de déterminer les éléments de communication externe à déployer à
l’attention des futurs candidats potentiels
Opérateur : Universal Communication
Procédure de sélection : appel d’offres (< 5.500 EUR)
Bedrag :
5.400 EUR zonder btw
6.534 EUR btw inbegrepen
Montant :
5.400 EUR HTVA
6.534 EUR TVAC
Opschrift : Implementatie van Gender Mainstreaming in het
MBHG in 6 pilootprojecten
Beschrijving : Om gehoor te geven aan een doelstelling die de
Regering voor de Directieraad heeft vastgesteld, werd het Gender
Mainstreamingproces ingevoerd in een beperkt aantal proefeenheden
en de genderbenadering geïntegreerd in het sim-sturingsmodel
van het ministerie, met name via operationele plannen en boordtabellen.
Hiertoe werd een externe expert in integratie van Gender
Mainstreaming aangesteld om de opleiding en de begeleiding van
werkgroepen binnen de proefeenheden te verzekeren om hen in
de gelegenheid te stellen een goede praktijk te ontwikkelen (een
per bestuur).
Opdrachtnemer : Genderatwork
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 30.000 EUR
Opschrift : Jonge Brusselaars
Beschrijving : De opdracht was erop gericht een tweetalig project
tot stand te brengen gericht op een doelgroep van jongeren tussen
15 en 25 jaar die een inspiratiebron zijn voor andere jongeren.
De jongeren van die doelgroep werden gecoacht door de dienstverlener
om hun opdracht als referent bij andere jongeren tot een
goed einde te brengen. De dienstverlener heeft ook de doelgroep
begeleid in zijn individueel parcours (opleiding, loopbaan, …).
Opdrachtnemer : Vandevoort Consult bvba
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 78.650 EUR
2011
Opschrift : Sociale praktijken en leefwereld van eenoudergezinnen
in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Beschrijving : De opdracht was een studieproject dat moest
toelaten de culturele praktijken van eenoudergezinnen van vreem-
Intitulé : Implémentation du Gender Mainstreaming au MRBC
dans 6 projets pilotes
Description : Afin de répondre à un objectif fixé par le
Gouvernement au Conseil de Direction, le processus du Gender
Mainstreaming a été introduit dans un nombre limité d’unités pilotes
et l’approche de genre a été intégrée au modèle de pilotage du
ministère CIM, notamment au travers des plans opérationnels et
des tableaux de bord. Pour ce faire, une experte externe en matière
d’intégration de Gender Mainstreaming a été désignée pour assurer
la formation et l’accompagnement de groupes de travail au sein
des unités pilotes afin de leur permettre de développer une bonne
pratique (une par administration).
Opérateur : Genderatwork
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : 30.000 EUR
Intitulé : Jeunes Bruxellois
Description : Le marché avait pour objet la mise en place d’un
projet bilingue destiné à un groupe cible de jeunes entre 15-25 ans
qui sont une source d’inspiration pour d’autres jeunes. Les jeunes
de ce groupe cible ont été coachés par le prestataire pour mener à
bien leur mission de référent auprès d’autres jeunes. Le prestataire
a accompagné également le groupe cible dans son parcours individuel
(parcours de formation, parcours professionnel …).
Opérateur : Vandevoort Consult bvba
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : 78.650 EUR
2011
Intitulé : Pratiques sociales et univers des familles monoparentales
en Région de Bruxelles-Capitale
Description : Le marché avait pour objet un projet d’étude qui
devait permettre de mieux comprendre les pratiques culturelles

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
225
de origine beter te begrijpen. Hoe zien personen met een verschillende
culturele achtergrond het eenouderschap in al zijn so ciale
consequenties, zoals werk, huisvesting, vrije tijd, financiële
steun, … ?
Opdrachtnemer : Flora
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 29.646 EUR
Opschrift : Opleiding en begeleiding van het Pekingrapport ten
aanzien van de Pekingcorrespondenten van het MBHG
Beschrijving : het doel van de opdracht was de voorbereiding
(gebaseerd op de analyse van de voorgaande rapporten) en de
invoering van een opleiding voor de binnen het ministerie van
het Brussels Gewest aangestelde Pekingcorrespondenten. Na de
opleiding moest de opdrachtnemer de Pekingcorrespondenten ook
begeleiden en voor een feedback zorgen bij het opstellen van de
bijdragen voor het Pekingrapport.
Opdrachtnemer : Le Monde Selon les Femmes
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 29.900 EUR
Opschrift : Terreinverkenning totale toegankelijkheid MBHG
Beschrijving : De opdracht bestond uit een korte studie (terreinverkenning)
als voorbereiding op het creëren van een gewestelijke
coördinatie « Totale toegankelijkheid » voor het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest.
Opdrachtnemer : ANLH
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 25.410 EUR
Opschrift : Realisatie van een studie over gedwongen huwelijken
in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Beschrijving : Deze opdracht heeft betrekking op een dienstverlening
met het oog op het maken van een studie over het fenomeen
van de gedwongen huwelijken in het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest.
Opdrachtnemer : ULB
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 35.000 EUR (gezamenlijke opdracht met de federale
overheid van in totaal 65.000 EUR)
Voor die opdracht is de gunningsprocedure nog steeds aan de
gang.
des familles monoparentales d’origine étrangère. Comment les
personnes de cultures différentes voient-elles la monoparentalité
dans tous ses corollaires sociaux, tels que le travail, le logement,
les loisirs, l’aide financière … ?
Opérateur : Flora
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : 29.646 EUR
Intitulé : Formation et accompagnement du rapport Pékin à
l’attention des correspondants Pékin du MRBC
Description : Le marché avait pour objet la préparation (basé
sur une analyse des rapports antérieurs) et la mise en place d’une
formation pour les correspondants Pékin désignés au sein du
ministère de la Région de Bruxelles-Capitale. Subséquemment
à la formation, l’adjudicataire devait également accompagner les
correspondants Pékin et fournir un feedback lors de la rédaction
des contributions pour le rapport Pékin.
Opérateur : Le Monde Selon les Femmes
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : 29.900 EUR
Intitulé : Exploration du terrain accessibilité intégrale MRBC
Description : Le marché avait pour objet une brève étude
(exploration du terrain) en préparation de la création d’une coordination
régionale « Accessibilité Intégrale » pour la Région de
Bruxelles-Capitale.
Opérateur : ANLH
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : 25.410 EUR
Intitulé : Réalisation d’une étude relative aux mariages forcés
en Région de Bruxelles-Capitale
Description : Le présent marché concerne une prestation de
services en vue de la réalisation d’une étude relative aux phénomènes
des mariages forcés sur le territoire de la Région de
Bruxelles-Capitale.
Opérateur : ULB
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : 35.000 EUR (marché conjoint avec le fédéral, total
de 65.000 EUR)
Ce marché est encore en cours d’attribution.

226
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Opschrift : Publieke raadpleging over het Brussels gewestelijk
openbaar ambt
Beschrijving : De opdracht heeft betrekking op een publieke
raadpleging omtrent het gewestelijk openbaar ambt betreffende de
verwachtingen van de burgers ten opzichte van de door het ministerie
van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest geleverde diensten,
door het organiseren en animeren van rondetafels per doelgroep
(rechtstreekse gebruikers, burgers, personeel van het MBHG, verenigingen,
ondernemingen).
Opdrachtnemer : Comase nv
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 57.656,50 EUR btw inbegrepen (+ een facultatieve
optie van 8.772,50 EUR btw inbegrepen)
Opschrift : Realisatie van een werkingsaudit bij het ministerie
van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met het oog op het
opmaken van verbeteringsplannen Selectieprocedure : algemene
offerteaanvraag
Beschrijving : De opdracht heeft betrekking op een werkingsaudit
van het type « Business Process Management » bij het ministerie
van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en op het opmaken
van een actieplan voor elk bestuur
Opdrachtnemer : KURT SALMON Belgium nv
Selectieprocedure : algemene offerteaanvraag
Bedrag : 605.000,00 EUR btw inbegrepen
Directie Interne Audit
Opschrift : Bijstand en advies aan de directie Interne Audit
Beschrijving : De directie Interne Audit heeft nieuwe middelen
ter beschikking gekregen om het ministerie van het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest in staat te stellen zich te conformeren
aan de bepalingen van artikel 80 van de organieke ordonnantie
van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing
zijn op de begroting, de boekhouding en de controle. Rekening
houdend met het gebrek aan ervaring van de voor de uitvoering
van de interne auditopdrachten aangeworven ambtenaren, heeft
het ministerie beslist een overheidsopdracht via algemene offerteaanvraag
voor een periode van 4 jaar te gunnen om de nieuwe
auditeurs bijstand en methodologisch advies te verlenen voor de
uitvoering van hun eerste opdrachten.
Opdrachtnemer : Ernst & Young
Selectieprocedure : algemene offerteaanvraag
Bedrag : 157.300 EUR inclusief btw
In 2011 vastgelegd bedrag : 48.400 EUR inclusief btw
Cel Pact voor een Duurzame Stedelijke Groei – New Deal
Benaming : Opdracht voor uitvoering en opvolging van het
domein internationale ontwikkeling & imago van Brussel van de
Brusselse New Deal
Intitulé : Consultation publique sur la fonction publique régionale
bruxelloise
Description : Le marché a pour objet de réaliser une consultation
publique sur la fonction publique régionale concernant les
attentes citoyennes vis-à-vis des services prestés par le ministère
de la Région de Bruxelles-Capitale, en organisant et en animant
des tables rondes par groupe cible (utilisateurs directs – citoyens,
agents du MRBC, associations, entreprises).
Opérateur : Comase SA
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : 57.656,50 EUR TVAC (+ une option facultative de
8.772,50 EUR TVAC)
Intitulé : Réalisation d’un audit de fonctionnement du ministère
de la Région de Bruxelles-Capitale en vue d’établir des plans
d’amélioration
Description : Le marché a pour objet de réaliser un audit de
fonctionnement de type « Business Process Management » sur le
ministère de la Région de Bruxelles-Capitale et d’établir un plan
d’action pour chacune de ses administrations.
Opérateur : KURT SALMON Belgium SA
Procédure de sélection : appel d’offres général
Montant : 605.000,00 EUR TVAC
Direction de l’Audit interne
Intitulé : Assistance et conseil à la direction de l’Audit interne
Descriptif : De nouveaux moyens ont été mis à la disposition
de la direction de l’Audit interne afin de permettre au Ministère de
la Région de Bruxelles-Capitale de se conformer aux dispositions
de l’article 80 de l’ordonnance organique du 23 février 2006 portant
les dispositions applicables au budget, à la comptabilité et au
contrôle. Compte tenu du manque d’expérience des fonctionnaires
recrutés pour l’exécution des missions d’audit interne, le ministère
a décidé de passer un marché public par appel d’offres général
pour une période de 4 ans afin de fournir aux nouveaux auditeurs
une assistance et des conseils méthodologiques pour l’exécution
de leurs premières missions.
Opérateur : Ernst & Young
Procédure de sélection : appel d’offres général
Montant : 157.300 EUR TVAC
Montant engagé en 2011 : 48.400 EUR TVAC
Cellule Pacte de Croissance Urbaine Durable – New Deal
Intitulé : Mission de mise en œuvre et de suivi de l’axe développement
international & image de Bruxelles du New Deal
Bruxellois

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
227
Uitvoerder : PricewaterhouseCoopers
Selectieprocedure : algemene offerteaanvraag met nationale
bekendmaking
Bedrag dat in de begroting is gereserveerd voor de uitvoering :
157.300,00 EUR
Indieningsdatum : 31 oktober 2012 : eindverslag met betrekking
tot de uitvoering
Geen publicatie
Coördinatie en Beheer EFRO 2007-2013
1) Tussentijdse evaluatie
Beschrijving : Opdracht voor een tussentijdse evaluatie en
het opstellen van het strategisch rapport 2012 van het EFROprogramma
Doelstelling 2013 in het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest (eerste vaste schijf: tussentijdse evaluatie) (deze opdracht
resulteert uit Europese verplichtingen en met name artikel 47, § 1
van de Verordening (EG) nr. 1083/2006 dat evaluaties voorziet
voor, tijdens en na de programmatieperiode)
Uitvoerder : IDEA Strategische Economische Consulting
Selectieprocedure : algemene offerte
Bedrag : 116.141,85 EUR inclusief btw
2) Juridische raadplegingen (2011)
Beschrijving : Opdracht voor juridische diensten in het kader
van dossiers behandeld door de Cel Coördinatie en Beheer EFRO
2007-2013 en de Beheercel van het Operationeel Programma
« Doelstelling 2013 : Samen investeren in stedelijke ontwikkeling
»
Uitvoerder : CMS De Backer
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : overheidsopdracht met prijslijst gedurende een periode
van 3 jaar
In 2011 vastgelegd bedrag : 10.225,17 EUR
Maximale kostprijs : 151.250,00 EUR inclusief btw
Kabinet
2010
Beschrijving : doorlichting en advies over Human Resources :
organogram, functieprofielen en vergadertechnieken.
Uitvoerder : Elsewhere
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 2.949,38 EUR
Opérateur : PricewaterhouseCoopers
Procédure de sélection : appel d’offres général avec publicité
nationale
Montant budgétairement réservé pour la réalisation :
157.300,00 EUR
Date de remise : 31 octobre 2012 : rapport final de mise en
œuvre
Pas de publication
Cellule de Coordination et de Gestion du FEDER 2007-2013
1) Évaluation à mi-parcours (2011)
Description : Marché d’évaluation à mi-parcours et de rédaction
du rapport stratégique 2012 du programme FEDER Objectif
2013 en Région de Bruxelles-Capitale (première tranche ferme :
évaluation à mi-parcours) (ce marché découle des obligations
européennes et notamment de l’article 47, § 1 er du Règlement
(CE) n° 1083/2006 qui prévoit la réalisation d’évaluations avant,
pendant et après la période de programmation).
Opérateur : IDEA Strategische Economische Consulting
Procédure de sélection : appel d’offres général
Montant : 116.141,85 EUR TVAC
2) Consultation juridique (2011)
Description : Mission de services juridiques dans le cadre de
dossiers traités par la Cellule de coordination et de Gestion du
FEDER 2007-2013 et l’Autorité de Gestion du Programme opérationnel
« Objectif 2013 : investissons ensemble dans le développement
urbain ! ».
Opérateur : CMS De Backer
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : marché à bordereau de prix pendant une période de
3 ans
Montant engagé en 2011 : 10.225,17 EUR
Coût max. : 151.250,00 EUR TVAC
Cabinet
2010
Description : audit et avis sur les Ressources humaines : organigramme,
profils de fonction et techniques de réunion
Opérateur : Elsewhere
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : 2.949,38 EUR

228
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Beschrijving : opleiding ecologisch rijden
Uitvoerder : Drivolution
Bedrag : 834 EUR
Beschrijving : time management
Uitvoerder : Heo
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 6.171,00 EUR
Beschrijving : opleiding onthaal
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Uitvoerder : Marc Mattheessens
Bedrag : 1.149,50 EUR
2011
Beschrijving : Coaching mediatechnieken
Uitvoerder : Frank Oss
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 423,50 EUR
Beschrijving : HR coaching, evaluatieprocedures en vergadertechnieken
Uitvoerder : Elsewhere
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 7.600.32 EUR
Beschrijving : persoonlijke coaching van teamleaders en adviseurs,
teamcoaching
Uitvoerder : HEO consulting
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 3.267 EUR
Beschrijving : train de trainer opleiding
Uitvoerder : BAO Group
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 2.413,95 EUR
Description : formation conduite écologique
Opérateur : Drivolution
Montant : 834 EUR
Description : time management
Opérateur : Heo
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : 6.171,00 EUR
Description : formation accueil
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Opérateur : Marc Mattheessens
Montant : 1.149,50 EUR
2011
Description : Coaching techniques médiatiques
Opérateur : Frank Oss
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : 423,50 EUR
Description : coaching RH, procédures d’évaluation et techniques
de réunion
Opérateur : Elsewhere
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : 7.600,32 EUR
Description : coaching personnel de chefs d’équipe et
conseillers, teamcoaching.
Opérateur : HEO consulting
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : 3.267 EUR
Description : formation de formateur
Opérateur : BAO Group
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : 2.413,95 EUR

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
229
Beschrijving : gendermainstreaming
Uitvoerder : Soëntken
Selectieprocedure : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Bedrag : 3.564,05 EUR
Description : gender mainstreaming
Opérateur : Soëntken
Procédure de sélection : procédure négociée sans publicité
Montant : 3.564,05 EUR
Vraag nr. 197 van de mevr. Françoise Schepmans d.d. 9 december
2011 (Fr.) :
Vermindering van het aantal verslagen op papier in de besturen.
Aangezien het aantal activiteitenverslagen en overzichten
van de verschillende gewestelijke besturen en instellingen van
openbaar nut alsmaar volumineuzer wordt, rijst de vraag of het
aanzienlijke verbruik van papier niet zou moeten worden teruggedrongen.
Graag had ik geweten of er ter zake specifieke maatregelen
zijn getroffen, in de besturen, maar ook in de ION's waarop
u toezicht uitoefent, om het papierverbruik terug te dringen door
gebruik te maken van andere verspreidingsmanieren, zoals PDFof
Open Source-bestanden. Kunt u me zeggen hoe een en ander is
gegaan in 2009, 2010 en 2011 ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid volgend antwoord
mee te delen :
De directie Interne Audit heeft geen activiteitenverslagen of
overzichten gepubliceerd voor 2009 tot 2011. De Interne Audit zal
twee soorten verslagen opstellen vanaf 2012.
a) Een halfjaarlijks activiteitenverslag ten aanzien van het auditcomité
: de interne auditeurs moeten regelmatig verslag uitbrengen
aan het Auditcomité – waarvan ze functioneel afhangen
– in overeenstemming met de bepalingen van het BBHG
van 11 april 2003 tot organisatie van de interne audit in het
Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het verslag
zal op papier worden bezorgd aan de leden van het Comité en
het zal in vergadering worden geanalyseerd. Dat document laat
de leden van het Comité toe om de uitvoering van de taken van
de directie Interne Audit te evalueren.
b) De directie Interne Audit werkt een auditverslag uit na afloop
van elke waarborgende en raadgevende activiteit. Dat vertrouwelijke
verslag wordt bezorgd aan de actoren die betrokken
zijn bij de opdracht (de gecontroleerde dienst, Hoge Directie,
Directieraad, Rekenhof, enz.). De directie Interne Audit onderzoekt
de mogelijkheid om de auditverslagen in elektronisch
formaat aan de vooraf bepaalde actoren te bezorgen in zoverre
dat de vertrouwelijkheid en integriteit van het document kunnen
worden gegarandeerd.
De directie Kanselarij, Welzijn op het Werk en Secretariaat
Vakbondsbetrekkingen publiceert sinds 2004 een jaarlijks activiteitenverslag
over haar activiteiten zonder daarvoor beroep te doen
op een extern bedrijf.
Question n° 197 de Mme Françoise Schepmans du 9 décembre
2011 (Fr.) :
La réduction du nombre de rapports papier dans les administrations.
Considérant que le nombre de rapports d’activités et de revues
provenant des différentes administrations régionales et des organismes
d’intérêt public ne cessent d’augmenter en volume, il se
pose la question d’une réduction de la consommation importante
de papier. Je souhaiterais savoir si des mesures spécifiques ont
déjà été retenues à la fois au sein des administrations mais également
au sein des OIP sur lesquels vous exercez une tutelle pour
réduire cette situation par des moyens de diffusion autres tels que
par la voie informatique sur des fichiers au format PDF ou Open
Source. Pourriez-vous m’en communiquer la nature pour les
années 2009, 2010 et 2011 ?
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre
les éléments de réponse suivants :
La direction de l’audit interne n’a pas diffusé de rapports
d’activités ou de revue pour les années 2009 à 2011. Deux types
de rapports seront élaborés par l’audit interne à partir de l’année
2012.
a) Un rapport d’activités semestriel à l’attention du comité
d’audit : les auditeurs internes doivent rendre compte périodiquement
au comité d’audit – duquel ils dépendent fonctionnellement
– conformément aux dispositions de l’AGRBC
du 11 avril 2003 relatif à l’organisation de l’audit interne au
ministère de la Région de Bruxelles-Capitale. Le rapport sera
transmis sur support papier aux membres du comité et analysé
en réunion. Ce document permet notamment aux membres du
comité d’audit d’évaluer l’exécution des tâches confiées à la
direction de l’Audit interne.
b) La direction de l’Audit interne élabore un rapport d’audit à
l’issue de chaque mission d’assurance et de conseil. Ce rapport,
confidentiel, est transmis aux acteurs concernés par la mission
(service audité, Haute Direction, conseil de direction, Cour des
comptes, etc.). La direction de l’Audit interne examine la possibilité
de transmettre, sous format électronique, les rapports
d’audit aux acteurs identifiés précédemment pour autant que la
confidentialité et l’intégrité du document puissent être garanties.
La direction de la Chancellerie, du Bien-être au travail et du
Secrétariat des relations syndicales publie depuis 2004 un rapport
d’activités annuel de ses activités et ce sans faire appel à une
société externe.

230
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Het verslag van een zestigtal bladzijden (FR + NL) wordt
afgedrukt en ingebonden door de drukkerij van het ministerie.
Deze druk wordt beperkt tot een honderdtal exemplaren, om de
papierconsumptie te beperken. Daarnaast kan het door het personeel
worden geraadpleegd op het intranet.
Om de papierconsumptie te verminderen, beperkt de directie
Human Resources en Gelijke Kansen de druk van haar activiteitenverslag
en haar statistisch verslag tot 150 exemplaren elk.
De promotie van deze publicaties via het Intranet van het ministerie
en via de portaalsite van het Gewest wordt aangemoedigd.
Sinds de website van de cel gelijke kansen operationeel is
(sinds 2010), worden steeds meer rapporten ter beschikking
gesteld via deze weg. Voor sommige rapporten bestaat er eveneens
een gedrukte papieren versie, voor andere niet.
De Archiefdienst werkt actief aan de vermindering van de
papierconsumptie via elektronisch printen (pdf) van al haar publicaties
(brochures, syllabi, sorteertabellen, enz.). Er wordt vooral
gebruik gemaakt van e-mail, quasi alle kopieën van archiefstukken
die worden gevraagd worden via deze weg in pdf-formaat
verstuurd.
Sinds februari 2004, kiest de directie Interne Communicatie
voor de elektronische communicatie van alle dienstnota’s die in
het ministerie worden geproduceerd.
De personeelsleden worden gelijktijdig per e-mail geïnformeerd
over elke nieuwe publicatie (te raadplegen op Intranet) en
er wordt gezorgd voor een papieren opvolging voor personeelsleden
die geen PC hebben.
De directie Externe Betrekkingen publiceert een driemaandelijks
magazine, The Brussels Globe, op 1.500 papieren exemplaren.
Om te zorgen voor een zo groot mogelijke verspreiding wordt
het magazine echter ook online op Intranet geplaatst en op de
gewestelijke portaalsite.
De overeenkomst die werd afgesloten met het grafisch bedrijf
moet in januari 2012 worden herzien. Bij die gelegenheid wordt er
in het nieuwe bestek ook in een verzending per mail voorzien.
Mobiel Brussel publiceert eveneens jaarrapporten :
2009
3.500 FR
2.000 NL
1.000 UK
2010
3.500 FR
2.000 NL
1.000 UK
2011
2.000 FR
1.200 NL
500 UK
Le rapport d’une soixantaine de pages (FR + NL) est imprimé
et relié par l’imprimerie du ministère. Afin de réduire la consommation
de papier, la direction de la Chancellerie limite l’impression
de son rapport d’activité à 150 exemplaires chacun.Ce rapport
est consultable sur l’intranet par l’ensemble du personnel.
Afin de réduire la consommation de papier, la direction
Ressources humaines et Égalité des Chances limite l’impression
de son rapport d’activités et de son rapport statistique à 150 exemplaires
chacun.
La promotion de ces supports est encouragée via l’Intranet du
ministère ainsi que via le site portail de la Région.
Depuis que le site internet de la cellule égalité des chances est
opérationnel (depuis 2010), un nombre croissant de rapports est
mis à disposition par cette voie. Pour certains rapports, il existe
également une version papier.
Le service des archives oeuvre activement à la réduction de
la consommation de papier par l'impression électronique (pdf) de
toutes ses publications (brochure, syllabus, tableau de tri, etc.). Le
courrier électronique est privilégié, en l’occurrence, quasi toutes
les copies de pièces d'archives demandées sont délivrées sous
format pdf par cette voie.
Depuis février 2004, la direction de la Communication interne
a opté pour la communication par voie électronique de toutes les
notes de service produites au sein du ministère.
Les agents sont simultanément informés par mail de toute nouvelle
publication (consultable sur l’intranet) et un suivi en papier
est assuré pour les agents ne disposant pas de PC.
La direction des Relations extérieures publie une revue trimestrielle,
The Brussels Globe, produite à 1.500 exemplaires papier.
Toutefois, afin d'en assurer la plus large diffusion, elle est placée
online sur l'intranet et sur le portail régional.
La convention conclue avec la société de graphisme doit être
revue en janvier 2012. À cette occasion, un envoi par mail sera
prévu dans le nouveau cahier des charges.
Bruxelles Mobilité publie également des rapports d’activités :
2009
3.500 FR
2.000 NL
1.000 UK
2010
3.500 FR
2.000 NL
1.000 UK
2011
2.000 FR
1.200 NL
500 UK

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
231
De directie Taxi’s en de Grondregie, gezien hun specifieke
aard, beschikken daarnaast ook nog over hun eigen apart jaarrapport.
Dit wordt op een veel kleinere schaal gedrukt (enkele
honderden exemplaren).
De tendens bij Mobiel Brussel is dus geen verhoging van het
aantal papieren rapporten, maar eerder een vermindering. Deze
publicaties worden eveneens in PDF formaat ter beschikking
gesteld op de portaalsite.
Bovendien, voor de papieren publicaties, eisen wij van de
bedrijven die de druk verzorgen, dat er milieu maatregelen getroffen
worden : er dient op papier gedrukt te worden dat geproduceerd
wordt in respect van de geldende Europese normen en de
ecologische regels, zonder chloor, zonder bleekmiddel, 100 %
afbreekbaar en zonder speciale inkten.
Als conclusie kan ik meegeven dat het terugdringen van de
ecologische voetafdruk van het ministerie, voor mij een prioriteit
is. Het papierverbruik speelt hier een belangrijke rol in, maar het
is natuurlijk niet het enige aspect waarop ik me richt in mijn streven
om de ecologische voetafdruk te verkleinen. Bovendien, wat
het papierverbruik betreft, zijn de publicaties van jaarrapporten
slechts één klein aspect van het totale papierverbruik : er moet ook
gelet worden op het interne papierverbruik door de administratie,
of bijvoorbeeld het papierverbruik bij openbare aanbestedingen,
etc.
Wat dat laatste betreft, zijn er al belangrijke reducties doorgevoerd
dankzij het verplicht maken van de elektronische aanbestedingen.
Wat het interne papierverbruik betreft, zijn er ook al
zeer belangrijke reducties teweeg gebracht door het systematisch
vervangen van kleine persoonlijke printers door grote gemeenschappelijke
printers per dienst.
Naast de papierconsumptie, zijn het energie verbruik, het
waterverbruik, het afvalbeheer, de afvalpreventie, de mobiliteit,
… enkele andere centrale assen waarop gewerkt dient te worden.
Op mijn initiatief heeft de regering van het verkleinen van de
ecologische voetafdruk voor de gewestelijke openbare besturen,
een transversale doelstelling gemaakt. Deze doelstelling wordt in
het ministerie en de instellingen van openbaar nut opgenomen in
de persoonlijke doelstellingen van de mandaathouders (de hoogste
leidinggevenden) en zij worden hier ook op geëvalueerd.
Voor het ministerie heb ik ook het behalen van het driesterrenlabel
« ecodynamische onderneming » van het BIM een doelstelling
gemaakt.
Tevens heb ik het initiatief genomen om van start te gaan met
ecoteams binnen het ministerie : dit zijn teams van vrijwillige
ambtenaren, die samen nadenken over en acties uitvoeren voor het
terugdringen van de ecologische voetafdruk van de ambtenaren op
de werkvloer.
La direction des Taxis et la Régie foncière, de par leur spécificité,
disposent également de leur propre rapport d’activités, mais
produit et diffusé à moindre échelle (quelques centaines d’exemplaires
en tout).
La tendance au sein de Bruxelles Mobilité n’est donc pas à
une augmentation du nombre de rapports papier mais plutôt à une
diminution. Ces publications sont transformées en PDF à usage
web et rendus disponibles sur le site portail.
En outre, pour les publications papier, nous exigeons de nos
sous-traitants des mesures relatives à la protection de l’environnement
: impression sur papier écologique produit dans le respect
des règles d’éthique environnementales et suivant les normes
européennes, sans chlore, sans blanchiment, 100 % dégradable
+ impression avec encres spéciales.
En conclusion, je peux annoncer que la réduction de l’empreinte
écologique du ministère constitue une priorité pour moi. La
consommation de papier joue ici un rôle important, mais ceci ne
constitue évidemment pas le seul aspect sur lequel je me concentre
dans mon objectif de diminuer l’empreinte écologique. En outre,
en ce qui concerne la consommation de papier, les publications
des rapports annuels ne représentent qu’une petite partie de la
consommation totale de papier; il convient également de faire
attention à la consommation interne de papier par l’administration,
ou par exemple dans le cadre d’adjudications publiques, etc.
En ce qui concerne ce dernier point, d’importantes réductions
ont déjà été effectuées grâce à l’obligation des adjudications électroniques.
En ce qui concerne la consommation interne de papier,
de très importantes réductions ont également déjà été réalisées
grâce au remplacement systématique des petites imprimantes
personnelles par de grandes imprimantes communes utilisées par
service.
Outre la consommation de papier, la consommation d’énergie,
la consommation d’eau, la gestion des déchets, la prévention des
déchets, la mobilité, … constituent d’autres axes centraux sur
lesquels il faut travailler. À mon initiative, le gouvernement a fait
de la réduction de l’empreinte écologique pour les administrations
publiques régionales un objectif transversal. Cet objectif est intégré,
au ministère et dans les organismes d’intérêt public, dans les
objectifs personnels des mandataires (les plus hauts dirigeants) et
ils sont également évalués là-dessus.
Pour le ministère, j’ai également fait du label trois étoiles
« entreprise écodynamique » de l’IBGE un objectif à atteindre.
J’ai également pris l’initiative de commencer à travailler avec
des Ecoteams au sein du ministère : ce sont des équipes composées
de fonctionnaires volontaires qui se concertent et qui mènent des
actions dans le but de réduire l’empreinte écologique des fonctionnaires
sur le lieu de travail.
Vraag nr. 198 van de heer Walter Vandenbossche d.d. 20 december
2011 (N.) :
De tewerkstelling van mensen met een handicap.
De tewerkstelling van mensen met een arbeidshandicap verkleint
de mogelijke kans op armoede en haalt de mensen uit hun
Question n° 198 de M. Walter Vandenbossche du 20 décembre
2011 (N.) :
L'emploi des personnes présentant un handicap.
L'emploi de personnes affectées d'un handicap professionnel
réduit le risque de pauvreté et sort les personnes de leur isolement.

232
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
isolement. De verschillende overheden hebben hierin een zeer
belangrijke rol te vervullen. De overheid dient het goede voorbeeld
te geven met betrekking tot de tewerkstelling van mensen
met een handicap.
Mijn vragen aan de minister :
– Beschikt de minister over concrete cijfers met betrekking tot de
tewerkstelling van mensen met een handicap in de administraties
en overheidsbedrijven die onder zijn bevoegdheid vallen ?
– Hoe staat het met de 2 %-norm binnen die administraties en
overheidsbedrijven ?
– Heeft de minister concrete streefdoelen inzake tewerkstelling
voor personen met een handicap ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid volgend antwoord
mee te delen :
Het statuut legt het ministerie een doelstelling op van 2 %
medewerkers met een handicap.
In het MBHG werken op dit moment 18 erkende werknemers
met een handicap.
Het aantal personen dat hieronder wordt vermeld betreft enkel
personen met een handicap in de zin van het artikel 319bis van het
administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren
van het ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest,
met name personen die ingeschreven zijn bij een erkenningsinstelling,
personen met een erkende invaliditeit van minstens 30 % of
personen die een inkomensvervangende of integratietegemoetkoming
genieten. In percentage uitgedrukt vertegenwoordigt dit
1,01 % (18 op een totaal van 1.765 personen). In 2010 lag dat
percentage op 0,64 %.
Om het aantal personen met een handicap bij het ministerie
te bepalen, wordt dus enkel rekening gehouden met gekende en
erkende handicaps. Bijgevolg is het niet uitgesloten dat het aantal
personen met een handicap bij het ministerie hoger ligt. Bij het
ministerie werken immers personen die ervoor geopteerd hebben
hun handicap niet te melden aan hun werkgever. Ten slotte zijn er
ook personen die geen erkenning van hun handicap aangevraagd
hebben.
Naast deze 18 erkende personen met een handicap, telt het
ministerie 2 personen die zijn aangeworven na afloop van een
contract voor beroepsaanpassing en 1 waarvan het contract voor
beroepsaanpassing in uitvoering is. Daarenboven is er een oproep
tot kandidaatstelling gepland.
Wij stellen vast dat sinds 2004 het aantal personen met een
handicap binnen het ministerie in stijgende lijn zit. Evenwel is het
huidige concrete streefdoel het behalen van de statutaire doelstelling
van 2 %. Pas wanneer deze behaald wordt zal de lat opnieuw
hoger gelegd worden.
Om dit streefdoel te behalen, heeft het ministerie een samenwerkingsovereenkomst
met de vzw Wheelit afgesloten. Het ministerie
van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is de partner-stichter
van Wheelit, het online wervingsplatform voor de werkgevers.
Les différents pouvoirs publics ont un rôle primordial à jouer sur
ce plan. Les pouvoirs publics doivent donner le bon exemple en
matière d'emploi de personnes présentant un handicap.
Mes questions sont les suivantes :
– Le secrétaire d'État dispose-t-il de chiffres concrets au sujet
de l'emploi des personnes présentant un handicap dans les
administrations et les entreprises publiques relevant de sa compétence
?
– Qu'en est-il de la norme de 2 % dans les administrations et les
entreprises publiques ?
– Le secrétaire d'État a-t-il des objectifs concrets en matière
d'emploi des personnes présentant un handicap ?
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre
les éléments de réponse suivants :
Le statut fixe au ministère un objectif de 2 % de collaborateurs
ayant un handicap.
Le MRBC occupe actuellement 18 travailleurs handicapés
reconnus.
Le nombre de personnes indiquées ci-dessus reprend uniquement
les personnes avec handicap au sens de l’article 319bis du
statut administratif et pécuniaire des agents du Ministère de la
Région de Bruxelles-Capitale, à savoir ceux qui ont fait l’objet
d’un enregistrement auprès d’un organisme de reconnaissance,
ceux qui ont une incapacité reconnue d’au moins 30 % ou ceux qui
bénéficient d’une allocation de remplacement de revenu ou d’intégration.
En termes de pourcentage, cela représente 1,01 % (18 sur
1.765 personnes). En 2010 le chiffre était de 0,64 %.
Pour estimer le nombre de personnes avec handicap au ministère,
il n’est donc tenu compte que du concept de handicap reconnu
et connu. Dès lors, il n’est pas du tout exclu que le nombre de personnes
handicapées au ministère soit plus élevé. Il existe au sein
de ce dernier des personnes handicapées qui n’ont pas souhaité
faire connaître leur handicap auprès de leur employeur et enfin,
des personnes handicapées qui n’ont pas entrepris les démarches
pour faire reconnaître leur handicap.
En plus de ces 18 personnes reconnues, le ministère a pour
l’instant 2 contrats d’adaptation professionnelle occupés et 1 en
voie d’exécution. De plus un appel à candidature est prévu.
Depuis 2004, l’évolution du nombre de personnes avec handicap
au ministère est en augmentation. Cependant, l’objectif
concret actuel est d’atteindre le chiffre cible de 2 %. Uniquement
après avoir réalisé cet objectif, nous placerons la barre plus haut.
Afin de réaliser cet objectif, une collaboration entre le
ministère et l’asbl Wheelit a été conclue. Le ministère de la
Région de Bruxelles-Capitale est devenu partenaire fondateur de
l’ASBL Wheelit, plate-forme de recrutement en ligne pour les
employeurs.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
233
De vzw Wheelit heeft de eerste database gewijd aan de werving
van personen met een handicap opgericht en biedt de werkgevers
en werknemers een contactdienst.
Het ministerie zal een beroep kunnen doen op de toegankelijkheidspartners
van Wheelit voor advies op het vlak van inrichting
van de werkomgeving en voor informatie over de beschikbare
hulpmiddelen voor dergelijke inrichtingen.
Dit partnerschap, dat voor 2012 werd hernieuwd, voorziet
bovendien in de invoering van een onbeperkt aantal werkaanbiedingen
voor contractuelen.
Voorts heeft elke Brusselse openbare instelling sinds vorig jaar
de verplichting om een diversiteitsplan op te stellen, met becijferde
en ambitieuze doelstellingen. Personen met een handicap
vormen uiteraard één van de geviseerde kansengroepen waarrond
acties dienen te worden gevoerd. Ik zal de diversiteitsmanager
van het Ministerie vragen verhoogde aandacht te hebben voor
de tewerkstelling van personen met een handicap en vragen een
samenwerking met de brailleliga, info-sourds en vzw het derde
oog de te onderzoeken.
L’ASBL Wheelit a créé la première banque de données consacrée
au recrutement de personnes handicapées et offre un service
de mise en contact d’employeurs et de travailleurs.
Le ministère pourra faire appel aux partenaires accessibilité de
Wheelit pour des conseils en matière d’aménagement de l’environnement
de travail et pour des informations sur les aides disponibles
pour de tels aménagements.
Ce partenariat renouvelé pour 2012 prévoit en outre un dépôt
illimité d’offres d’emploi en ligne pour les contractuels.
De plus, depuis l’année dernière chaque organisme public
bruxellois est obligé d’établir un plan de diversité, contenant
des objectifs chiffrés et ambitieux. Les personnes handicapées
constituent bien entendu un des publics cibles visés autour duquel
des actions devront être organisées. Je demanderai au manager
de la diversité du ministère d’accorder une attention particulière
à l’emploi de personnes handicapées et d’étudier la possibilité
d’une collaboration avec la Ligue Braille, Infosourds et l’ASBL
le Troisième Œil.
Vraag nr. 199 van mevr. Gisèle Mandaila d.d. 23 december
2011 (Fr.) :
Fietsdiefstal te Brussel.
Volgens de politie worden in het Brussels Gewest ongeveer
2.421 fietsdiefstallen gemeld. Dat ontmoedigt veel fietsers, naast
het gevaar dat die « zwakke » weggebruikers lopen in het verkeer.
Tevens is geweten dat vele fietsen « geleend » worden voor een
avondje uit en dan weer achtergelaten worden. Zo komen vele fietsen
bij de pakhuizen van de gemeenten of bij het parket terecht.
Om de burgers aan te moedigen om meer gebruik te maken van
de fiets in de stad is het absoluut noodzakelijk de nodige waarborgen
te bieden inzake hun veiligheid en die van hun fiets.
In het in mei 2010 werd voorgestelde Fietsplan is een onderdeel
voorzien inzake de bestrijding van fietsdiefstal.
1. Hoe is de toestand voor Villo sedert de voorstelling van het
Fietsplan (6 maanden later) ?
2. Hoeveel « Villo » fietsen werden gestolen of « geleend » en dan
weer achtergelaten in 2011 ? Welke middelen zijn aangewend
om dat type overtreding te verminderen ?
3. De persoon die zich bezighoudt met mobiliteit in Anderlecht
heeft een origineel idee : gestolen fietsen te laten repareren
bij Cyclo. Een tijd geleden heeft hij dat plan aan het Gewest
voorgelegd. Wat is daarmee gebeurd ?
4. De Londense politie maakt gebruik van een systeem met
« GPS-chip » om gestolen fietsen terug te vinden. Kent u dat
Question n° 199 de Mme Gisèle Mandaila du 23 décembre
2011 (Fr.) :
Vol de vélos à Bruxelles.
En Région bruxelloise, et selon la police, on compte plus ou
moins 2.421 signalements de vols de bicyclettes. Ce qui décourage
un grand nombre de cyclistes, en plus du danger que représente la
route pour ces usagers « faibles ».
On sait également que de nombreux vélos sont également
« empruntés » pour une virée, avant d’être abandonnés. De nombreux
vélos se retrouvent, soit dans les entrepôts des communes
ou au parquet.
Pour encourager les citoyens à utiliser de plus en plus le vélo
dans la ville, il est indispensable de leur offrir les garanties nécessaires
quant à leur sécurité et celle de leur vélo.
On sait que dans le Plan vélo présenté en mai 2010, il est prévu
un volet de lutte contre le vol de vélos.
1. Quel est le bilan, pour Villo, depuis la présentation du Plan vélo
(6 mois après) ?
2. Combien de vélos de « Villo » ont fait l’objet de vols et/
ou d’« emprunts » avec abandon pour 2011 ? Quels sont les
moyens qui sont mis en place pour réduire ce type d’infraction
?
3. Le responsable de la mobilité de la commune d'Anderlecht a
trouvé une idée originale, celle de récupérer des vélos volés
et de les faire réparer chez Cyclo. Il y a quelques temps, il a
présenté ce projet à la Région. Quelles sont les suites qui y ont
été réservées ?
4. Il existe un système de « puce GPS » utilisé par la police londonienne
pour retrouver les vélos volés. Connaissez-vous ce

234
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
systeem ? Wordt het onderzocht in het Brussels Gewest ? In
welke mate wordt het opgenomen in het Fietsplan ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende antwoord
mee te delen :
Ik dank u voor uw belangstelling voor deze problematiek die
het fietsgebruik in Brussel beïnvloedt.
Volgens de dienst Strategische Analyse van de federale politie
stijgt sinds 2006 het aantal fietsdiefstallen in het administratief
arrondissement Brussel Hoofdstad. Tot 2008 telde men jaarlijks
ongeveer 1.600 fietsdiefstallen. In 2009 en 2010 telde men er
meer dan 2.000.
Evolutie van de fietsdiefstallen die geregistreerd werden door
alle politiediensten in het Administratief Arrondissement Brussel
Hoofdstad (19 gemeenten – dienst Strategische Analyse van de
federale politie – cijfers van 2010 tot 17 december 2010.
2006 2007 2008 2009 2010
Fietsdiefstallen 1.674 1.701 1.491 2.125 2.065
Volgens de federale politie zou slechts een vierde van de fietsdiefstallen
aangegeven worden. Men kan er dus van uitgaan dat
jaarlijks om en bij de 8.000 fietsen gestolen worden.
Deze cijfers moeten gerelativeerd worden ten opzichte van de
toename van het aantal fietsen die in de stad rondrijden, een aantal
dat in tien jaar tijd verviervoudigd is.
Het aantal gestolen Villo!-fietsen schommelt rond 5 fietsen per
week, op een totaal van 2.500 in omloop zijnde fietsen. Men moet
evenwel opmerken dat ongeveer 80 % van deze fietsen teruggevonden
wordt en weer in gebruik genomen wordt.
Toch blijft fietsdiefstal een belangrijk probleem dat de ontwikkeling
van het fietsgebruik in Brussel afremt.
Daarom wilde ik dat de strijd tegen fietsdiefstal een centrale
plaats innam in de prioriteiten van het Fietsplan.
De strijd tegen fietsdiefstal gebeurt volgens meerdere krachtlijnen
:
In de eerste plaats willen we een centrale bewaarplaats oprichten,
gekoppeld aan een centrale databank voor het beheer van de
teruggevonden fietsen.
Anderzijds, zal men de preventie moeten verderzetten. In 2012
zal er, tegelijk met de lancering van de website en de opening
van de centrale bewaarplaats, een preventiecampagne gevoerd
worden.
Daarenboven plaatste het Gewest een bestelling voor de aankoop
van 5 fietsgraveermachines. Deze toestellen zullen gebruikt
worden om gratis fietsen te graveren in de 4 fietspunten.
Tot slot is er nog de mogelijkheid om gestolen fietsen te traceren
aan de hand van een systeem van elektronische chips. Hoewel
deze actie niet vermeld wordt in het Fietsplan, hebben we toch
een zekere belangstelling voor deze preventietechniek en voor de
système ? Est-il à l’étude en Région bruxelloise ? Dans quelle
mesure sera-t-il dans le Plan vélo ?
Réponse : J'ai l'honneur de fournir à l'honorable membre la
réponse suivante :
Je vous remercie pour l’intérêt que vous portez à cette problématique
conditionnant l’usage du vélo à Bruxelles.
Depuis 2006, selon le service d’Analyse stratégique de la
Police fédérale, le nombre de vélos volés augmente dans l’arrondissement
administratif de Bruxelles-Capitale. On en comptait
environ 1.600 par an jusqu’en 2008. On en compte plus de 2.000
en 2009 et 2010.
Évolution des vols constatés par tous les services de police dans
l’arrondissement administratif de Bruxelles-Capitale (19 communes)
– service d’Analyse stratégique de la Police fédérale – chiffres
2010 arrêtés au 17 décembre 2010.
2006 2007 2008 2009 2010
Vol de vélo 1.674 1.701 1.491 2.125 2.065
D’après la Police fédérale, seul un quart des vols de vélo
seraient déclarés. On peut donc estimer que près de 8.000 vélos
sont volés annuellement.
Ces chiffres sont à relativiser au regard de l’augmentation du
nombre de vélos en circulation dans la ville, multiplié par 4 en
10 années.
Par rapport aux vols de vélos Villo, on dénombre de l’ordre
de 5 vélos par semaine sur un total de près de 2.500 vélos en
circulation. Il est à noter que de l’ordre de 80 % de ces vélos sont
retrouvés et ré-introduits dans le système.
Cela n’en reste pas moins un problème important, qui constitue
un frein au développement du vélo à Bruxelles.
C’est pourquoi j’ai souhaité que le Plan Vélo mette la lutte
contre le vol au cœur de ses priorités.
La lutte contre le vol de vélo est développée suivant plusieurs
axes :
En premier lieu, la mise en place d’un lieu de dépôt centralisé,
articulé à une base de données pour la gestion des flux des vélos
retrouvés.
D’autre part, le travail de prévention doit être poursuivi. Une
campagne sera menée en 2012. Elle coïncidera avec le lancement
du site internet et de l’ouverture du dépôt centralisé.
Par ailleurs, commande est passée par la Région pour l’achat
de 5 graveurs pour vélo. Ces appareils seront mis en exploitation
au départ des 4 points vélo. Le service sera gratuit.
Enfin, la traçabilité des vélos volés moyennant un système de
puces électroniques. Même si cette action n’est pas mentionnée
dans le Plan Vélo, nous accordons un intérêt certain à cette technique
de prévention et aux retombées positives qu’elle pourrait

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
235
positieve impact die deze zou kunnen hebben. Daarom steunen we
de vzw Cyclo die een proefproject wil lanceren in die zin.
De recyclage van de fietsen die teruggevonden worden door
de gemeenten Anderlecht en Jette wordt uitgevoerd door de vzw
Cyclo. In het kader van de invoering van een gecoördineerd beleid
inzake teruggevonden fietsen, zullen we aan alle gemeenten voorstellen
om zich aan te sluiten bij deze formule, volgens de modaliteiten
die in samenspraak met de gemeenten bepaald worden.
avoir. C’est pourquoi nous soutenons Cyclo qui souhaite lancer un
projet-pilote en ce sens.
Le recyclage des vélos retrouvés par Anderlecht et Jette est mis
en œuvre par l’ASBL Cyclo. Dans le cadre de la mise en place
d’une politique coordonnée des vélos retrouvés, il sera proposé à
toutes les communes de souscrire à cette formule selon des modalités
à définir en concertation avec elles.
Vraag nr. 200 van de heer Vincent De Wolf d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Kostprijs van een persreis naar Lyon.
Ik heb vernomen dat u eind december een ministeriële dienstreis
hebt ondernomen naar de Franse stad Lyon, die ook diende
als persreis ter bevordering van de ervaring die Lyon heeft bij het
verminderen van het wegverkeer.
Question n° 200 de M. Vincent De Wolf du 27 décembre 2011
(Fr.) :
Coût du voyage de presse à Lyon.
J’a pris connaissance du fait que vous avez, fin décembre dernier,
mené une mission ministérielle au sein de la ville française
de Lyon. Il s’agissait également là d’un voyage de presse visant
à promouvoir l'expérience lyonnaise dans la réduction du trafic
automobile.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Wie maakte deel uit van het reisgezelschap ?
– Met welke overheden en verenigingen vond een ontmoeting
plaats ?
– Waaruit bestond de rest van het programma ?
– Wat was de totale kostprijs (vervoer, overnachtingen en andere
kosten) ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende antwoord
mee te delen :
De studiereis sluit aan bij de uitvoering van het Iris 2-plan en
bij de huidige reflectie over het verband tussen ruimtelijke ordening
en mobiliteit.
De delegatie bestond uit :
– Staatssecretaris Bruno De Lille
– Een persattaché van het kabinet
– 5 medewerkers, afkomstig van het bestuur Mobiel Brussel of
van het kabinet van de staatssecretaris
– 10 journalisten van de geschreven pers en van de radio- en
televisiepers
De delegatie werd hartelijk ontvangen door de heer Jean-Louis
Touraine, eerste schepen van de stad Lyon, bevoegd voor verplaatsingen,
openbare orde en decentralisatie, en door de heer Gilles
Vesco, schepen bevoegd voor zachte modi.
De delegatie had een ontmoetingen met verschillende diensten
van de administratie van de stad Lyon. De maatregelen die reeds
– Quelle a été la composition de cette mission ?
– Quelles sont les autorités publiques et associations rencontrées
à cette occasion ?
– Qu’en a-t-il été du reste du programme ?
– Quel a été le coût global (transport, nuitées et autres frais) de
cette mission ?
Réponse : J'ai l'honneur de fournir à l'honorable membre la
réponse suivante :
Le voyage d’études s’inscrivait dans le cadre de la mise en
œuvre du Plan Iris 2 et de la réflexion en cours sur les rapports
entre l’aménagement du territoire et la mobilité.
La délégation était composée de :
– Secrétaire d’État, Bruno DeLille
– Un attaché de presse du cabinet
– 5 collaborateurs issus de l’administration Bruxelles Mobilité et
du cabinet du secrétaire d'État
– 10 journalistes de la presse écrite, radiophonique et télévisuelle
La délégation a été aimablement accueillie par M. Jean-Louis
Touraine, premier adjoint à la mairie de Lyon, chargé des déplacements,
de la tranquillité publique et de la décentralisation ainsi
que par M. Gilles Vesco, adjoint à la mairie en charge des modes
doux.
La délégation a rencontré différents services de l’administration
de la mairie de Lyon. Ils nous ont présenté les mesures mises

236
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
worden uitgevoerd werden ons voorgesteld, alsook de in voorbereiding
zijnde maatregelen met betrekking tot gedeelde fietsen,
fiets- en voetgangersinrichtingen en -uitrustingen, inrichtingen die
het verkeer en parkeren in de hand moeten houden, de inrichting
van de oevers van de Rhône, de ontwikkelingsprojecten in de
zone Part-Dieu, de voltooiing van de duurzame wijk Confluence,
goederenvervoer – meer bepaald via de waterweg, enz.
Verder vond er ook een ontmoeting plaats met de heer Pascal
Chopin, verantwoordelijke voor de ontwikkeling van Velov’, het
fietsdeelsysteem dat sinds 2005 bestaat in Lyon.
De ontmoetingen waren grotendeels terreinbezoeken waardoor
we de verwezenlijkingen met eigen ogen konden aanschouwen.
De totale kostprijs van de missie bedroeg 7.978.73 EUR, wat
neerkomt op 469,33 EUR per persoon en omvat de treinreis vanuit
Brussel, twee volledige dagen van bezoeken en ontmoetingen en
één overnachting ter plaatse.
en œuvre et en projet au niveau des vélos partagés, des aménagements
et équipements cyclistes et piétonniers, des aménagements
visant la maîtrise de la circulation et du stationnement, les aménagements
des berges du Rhône, les projets de développement sur la
zone Part-Dieu, l’achèvement du quartier durable de Confluence,
le transport de marchandises notamment via la voie d’eau, etc.
Ces contacts ont été complétés par une rencontre avec M.
Pascal Chopin, responsable du développement de Velov’, les vélos
partagés sur Lyon depuis 2005.
Enfin, la majorité de ces rencontres se sont déroulées sur le
terrain et ont été l’occasion de prendre connaissance des réalisations
de visu.
Le coût total de la mission est établi à 7.978.73 EUR, soit
469,33 EUR par personne pour ce voyage en train depuis Bruxelles
comprenant deux journées complètes de visites et rencontres ainsi
qu’une nuit sur place.
Vraag nr. 201 van de heer Jef Van Damme d.d. 27 december
2011 (N.) :
Fietsdiefstallen in het Brussels Gewest.
Het Fietsplan bevat het beleid voor 2010-2015 met betrekking
tot fietsdiefstal in brussel. Hoewel we bijna halfweg de legislatuur
zijn, lijkt er – buiten beleidsdoelstellingen – weinig vooruitgang
geboekt.
In fiche 5.4 stelt u voorop dat fietsen gratis gegraveerd kunnen
worden in alle fietspunten. Vandaag is het graveren van fietsen
enkel mogelijk in het Fietsershuis in Brussel en is het niet gratis.
In dezelfde fiche pleit u voor het plaatsen van fietsboxen.
Minister Grouwels wierp in juni bezwaren op tegen de fietsbox :
de kostprijs is te hoog, het beheer dreigt problematisch te worden.
Ondertussen blijft veilig parkeren van fietsen een probleem.
In dezelfde fiche pleit u voor een gecoördineerde opvolging
van fietsdiefstallen met een online-interface, een centrale databank
en een centrale opslagplaats voor gevonden fietsen. Hiervoor moeten
we volgens het Fietsplan een voorbeeld nemen aan Vlaanderen
met www.gevondenfietsen.be.
Een succesvolle aanpak van fietsdiefstal bestaat uit een ketting
van preventie, repressie en opvolging. Over repressie rept
uw Fietsplan niet, nochthans staat Brussel wat dat betreft nergens.
Volgens Le Soir werden er in 2009 slechts 5 daders betrapt. In
de feitsstad Amsterdam is het anders en ik citeer de website voor
fietsdiefstal : « Wij straffen fietsendieven, een veelpleger krijgt
drie maanden cel. Koop geen fiets op de openbare weg, dit is verboden
en levert een strafblad en > 180 EUR boete op. ».
Daarom mijn vragen :
– Hoeveel dagelijkse fietsers zijn er in het Brussels Gewest ?
Hoeveel fietsen zijn er in het Brussels Gewest ?
Question n° 201 de M. Jef Van Damme du 27 décembre 2011
(N.) :
Les vols de vélos en Région bruxelloise.
Le Plan vélo contient la politique 2010-2015 en matière de vols
de vélos à Bruxelles. Bien que l'on soit presque à la moitié de la
législature, peu de progrès – hormis des objectifs politiques – semblent
avoir été réalisés.
À la fiche 5.4, vous affirmez que le service gratuit de marquage
des vélos sera étendu à tous les Points vélos. Actuellement, le marquage
des vélos est possible uniquement à la Maison des cyclistes
(Bruxelles), et il n'est pas gratuit.
Dans la même fiche, vous plaidez pour l'installation de boxes
à vélos. En juin, la ministre Grouwels a formulé des objections à
l'égard du boxes à vélos : son coût est trop élevé et sa gestion risque
d'être problématique. Entre-temps, le stationnement sécurisé
des vélos reste un problème.
Toujours dans la même fiche, vous plaidez en faveur d'un suivi
coordonné des vols de vélos avec une interface en ligne, une base
de données centrale et un dépôt central pour les vélos trouvés. À
cette fin, nous devons, selon le Plan vélo, prendre exemple sur la
Flandre et son site www.gevondenfietsen.be.
Une approche fructueuse du vol de vélos consiste en une chaîne
de prévention, de répression et de suivi. Votre Plan vélo ne dit rien
sur la répression; pourtant Bruxelles n'est nulle part à cet égard.
D'après Le Soir, seuls 5 voleurs ont été appréhendés en 2009. À
Amsterdam, ville du vélo par excellence, il en va autrement (je cite
le site internet consacré au vol de vélos) : « Nous sanctionnons
les voleurs de vélos, un récidiviste est condamné à trois mois de
prison. N'achetez pas de vélo sur la voie publique : c'est interdit,
cela vous vaudra un casier judiciaire et une amende supérieure à
180 EUR. » (traduction libre).
Mes questions sont dès lors les suivantes :
– Combien de cyclistes quotidiens y a-t-il à Bruxelles ? Combien
de vélos compte-t-on en Région bruxelloise ?

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
237
– Hoeveel fietsen werden gestolen in 2009 en 2010 in het
Brussels Gewest ? Om hoeveel aangegeven fletsdiefstallen
gaat het ? Wat is de factor tussen het aantal aangegeven en nietaangegeven
fietsdiefstallen ?
– Wat is de stand van zaken van uw doelstellingen : gratis graveren
in alle fietspunten, installeren van fietsboxen, onlineinterface
en centrale databank, een centrale opslagplaats ? Wat
is uw planning voor de concrete maatregelen met betrekking tot
deze doelstellingen ?
– Heeft u een profproject opgezet met ingeplante chips gelinkt
aan GPS en GSM voor het terugvinden van gestolen fietsen ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende antwoord
mee te delen :
Volgens de dienst Strategische Analyse van de federale politie
stijgt sinds 2006 het aantal fietsdiefstallen in het administratief
arrondissement Brussel-Hoofdstad. Tot 2008 telde men jaarlijks
ongeveer 1.600 fietsdiefstallen. In 2009 en 2010 telde men er
meer dan 2.000.
Evolutie van de fietsdiefstallen die geregistreerd werden door
alle politiediensten in het administratief arrondissement Brussel-
Hoofdstad (19 gemeenten – dienst Strategische Analyse van de
federale politie – cijfers van 2010 tot 17 december 2010.
2006 2007 2008 2009 2010
Fietsdiefstallen 1.674 1.701 1.491 2.125 2.065
Volgens de federale politie zou slechts een vierde van de fietsdiefstallen
aangegeven worden. Men kan er dus van uitgaan dat
jaarlijks om en bij de 8.000 fietsen gestolen worden.
Hoewel deze cijfers moeten gerelativeerd worden ten opzichte
van de toename van het aantal fietsen die in de stad rondrijden, is
fietsdiefstal een belangrijk probleem dat de ontwikkeling van het
fietsgebruik in Brussel afremt.
Daarom wilde ik dat de strijd tegen fietsdiefstal een centrale
plaats innam in de prioriteiten van het Fietsplan.
De strijd tegen fietsdiefstal gebeurt volgens meerdere krachtlijnen.
In de eerste plaats willen we een centrale bewaarplaats oprichten,
gekoppeld aan een centrale databank voor het beheer van de
teruggevonden fietsen.
Hiertoe vonden er al verschillende ontmoetingen plaats tussen
de Brusselse actoren die betrokken zijn bij de uitvoering van het
project (politie, VSGB, verenigingen, enz.) en de beheerders van
het project gevondenfietsen. Ik heb zelf ook de gelegenheid gehad
om naar Antwerpen te gaan voor een ontmoeting met de promotors
van dit project. Meer dan waarschijnlijk zal er een overeenkomst
ondertekend worden met gevondenfietsen.be om gebruik te
kunnen maken van de website die ze ontworpen hebben.
De administratie heeft van haar kant een reeks plaatsen gelokaliseerd
waar een soortgelijke bewaarplaats snel gevestigd kan
worden.
– Combien de vélos ont-ils été volés en 2009 et 2010 en Région
bruxelloise ? Combien de vols de vélos sont-ils déclarés ? Quel
est le rapport entre le nombre de vols de vélos déclarés et non
déclarés ?
– Quel est l'état d'avancement de vos objectifs : marquage gratuit
dans tous les Points vélos, installation de boxes à vélos, interface
en ligne, base de données centrale et dépôt central ? Quel
est votre calendrier de concrétisation des mesures relatives à
ces objectifs ?
– Avez-vous mis sur pied un projet pilote de puces liées au GPS
et au GSM pour retrouver les vélos volés ?
Réponse : J'ai l'honneur de fournir à l'honorable membre la
réponse suivante :
Depuis 2006, selon le service d’Analyse stratégique de la
Police fédérale, le nombre de vélos volés augmente dans l’arrondissement
administratif de Bruxelles-Capitale. On en comptait
environ 1.600 par an jusqu’en 2008. On en compte plus de 2.000
en 2009 et 2010.
Évolution des vols constatés par tous les services de police dans
l’Arrondissement administratif de Bruxelles-Capitale (19 communes)
– service d’Analyse stratégique de la Police fédérale – chiffres
2010 arrêtés au 17 décembre 2010.
2006 2007 2008 2009 2010
Vol de vélo 1.674 1.701 1.491 2.125 2.065
D’après la Police fédérale, seul un quart des vols de vélo
seraient déclarés. On peut donc estimer que près de 8.000 vélos
sont volés annuellement.
Si ces chiffres sont à relativiser au regard de l’augmentation du
nombre de vélos en circulation dans la ville, cela n’en reste pas
moins un problème important, qui constitue un frein au développement
du vélo à Bruxelles.
C’est pourquoi j’ai souhaité que le Plan Vélo mette la lutte
contre le vol au cœur de ses priorités.
La lutte contre le vol de vélo est développée suivant plusieurs
axes.
En premier lieu, la mise en place d’un lieu de dépôt centralisé,
articulé à une base de données pour la gestion des flux des vélos.
Plusieurs rencontres ont déjà eu lieu à cet effet, entre les acteurs
bruxellois concernés (police, AVCB, associations, etc.) par la mise
en œuvre du projet et les gestionnaires du projet gevonden fietsen.
J’ai eu moi-même l’occasion de me rendre sur place à Anvers pour
rencontrer les promoteurs de ce projet. Il est plus que probable
qu’une convention sera signée avec gevondenfietsen.be afin de
pouvoir profiter du site internet qu’ils ont développé.
De son côté, l’administration a identifié une série de lieux qui
seraient en mesure d’accueillir rapidement le dépôt.

238
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Anderzijds, en dat is de tweede werkpiste, zal men de preventie
moeten verderzetten. In 2012 zal er, tegelijk met de lancering van
de website en de opening van de centrale bewaarplaats, een preventiecampagne
gevoerd worden.
Daarenboven plaatste het Gewest een bestelling voor de aankoop
van 5 fietsgraveermachines. Deze machines zullen in het
bezit blijven van het Gewest, dat zal instaan voor de onderhoudsen
herstellingskosten. De vzw Cyclo zal deze toestellen gebruiken
om gratis fietsen te graveren in de 4 fietspunten en in de vestiging
van de vzw Cyclo aan de Vlaamsesteenweg.
De graveermachine van de vzw Pro Velo valt niet onder deze
logica van openbare dienstverlening. Dit toestel werd immers
jaren geleden aangekocht door de vzw zelf zonder dat er met het
Gewest een overeenkomst werd afgesloten over de kosteloosheid
van de dienst. De kost van een gravering, die 2 EUR bedraagt,
dient om de onderhoudskosten te dekken.
Tot slot is er nog de mogelijkheid om gestolen fietsen te traceren
aan de hand van een systeem van elektronische chips. Hoewel
deze actie niet vermeld wordt in het Fietsplan, hebben we toch
een zekere belangstelling voor deze preventietechniek en voor de
positieve impact die deze zou kunnen hebben. Daarom steunen we
de vzw Cyclo die een proefproject wil lanceren in die zin.
Het fietsparkeerbeleid wordt behandeld in een aparte fiche
in het Fietsplan. Deze materie behoort tot de bevoegdheden van
mijn collega mevrouw Grouwels, en in het bijzonder van het
Gewestelijk Parkeeragentschap. Dit agentschap zal onder andere
belast worden met de installatie en het onderhoud van de fietsbogen,
van de fietsboxen en van andere beveiligde stallingen.
Uit de enquête van het jaar 2008 over de perceptie van de
autoloze zondag blijkt dat 4 % van de Brusselaars zich minstens
5 dagen per week met de fiets verplaatst, wat neerkomt op
40.000 personen (4 % * 1.000.000 inwoners) en dat 8 % van de
Brusselaars zich 1 tot 4 keer per week met de fiets verplaatst, wat
overeenkomt met 80.000 personen.
D’autre part, et c’est le deuxième axe de travail, le travail de
prévention doit être poursuivi. Une campagne sera menée en 2012.
Elle coïncidera avec le lancement du site internet et de l’ouverture
du dépôt centralisé.
Par ailleurs, commande est a été passée par la Région pour
l’achat de 5 graveurs pour vélo. Ces machines resteront la propriété
de la Région qui en assurera les frais d’entretien et de réparation.
Ces appareils seront mis en exploitation par l’ASBL Cyclo,
au départ des 4 points vélo ainsi qu’au siège de l’ASBL Cyclo rue
de Flandres. Le service sera gratuit.
Le graveur en fonction au sein de l’ASBL Pro Velo échappe à
cette logique de service public. En effet, l’appareil a été acquis par
l’ASBL il y a de nombreuses années en dehors de toute convention
avec la Région sur la gratuité du service. Les frais de gravage de
2 EUR visent à couvrir les frais d’entretien.
Enfin, la traçabilité des vélos volés moyennant un système de
puces électroniques. Même si cette action n’est pas mentionnée
dans le Plan Vélo, nous accordons un intérêt certain à cette technique
de prévention et aux retombées positives qu’elle pourrait
avoir. C’est pourquoi nous soutenons Cyclo qui souhaite lancer un
projet-pilote en ce sens.
La politique du stationnement des vélos fait l’objet d’une fiche
distincte dans le Plan vélo. Cette matière relève des compétences
de ma collègue Mme Grouwels, en particulier l’Agence régionale
du stationnement. Cette agence sera chargée entre autres de l’installation
et l’entretien des arceaux pour vélos, mais également des
box pour vélos et autres parkings sécurisés.
De l’enquête de 2008 sur la perception du dimanche sans voiture,
il ressort que 4 % des Bruxellois utilisent le vélo 5 jours par
semaine ou plus, soit 40.000 personnes (4 % * 1.000.000 d’habitants)
et que 8 % des Bruxellois utilisent le vélo 1 à 4 fois par
semaine, soit 80.000 personnes.
Vraag nr. 202 van mevr. Françoise Schepmans d.d. 28 december
2011 (Fr.) :
Gebruik van stagiaires in uw ministerieel kabinet.
Professionele stages vormen een buitenkans voor mensen die
wensen werk te vinden : zij verwerven ervaring via het gebruik
van hun competenties en kennis én op het vlak van de menselijke
relaties. De ministeriële kabinetten kunnen dus een beslissende rol
spelen bij de opleiding van werkzoekenden en van mensen die hun
professionele vaardigheden wensen te vervolmaken.
Question n° 202 de Mme Françoise Schepmans du 28 décembre
2011 (Fr.) :
L'emploi de stagiaires au sein de votre cabinet ministériel.
Les stages professionnels sont une opportunité de taille pour
les personnes qui souhaitent s’insérer dans le monde du travail et
ce, en acquérant une expérience sur le plan de la mise en œuvre
des compétences, de l’utilisation des connaissances mais aussi de
la gestion des relations humaines. À cet égard, les cabinets ministériels
peuvent jouer un rôle déterminant dans la formation des
chercheurs d’emploi mais aussi des personnes qui cherchent à se
perfectionner sur le plan des activités professionnelles.
Afin de compléter mon information, je souhaiterais prendre
connaissance des réponses aux questions suivantes pour les années
2009, 2010 et 2011 :
– Doet uw kabinet regelmatig een beroep op stagiaires ? Zo ja,
kan u me meedelen hoeveel ?
– Votre cabinet ministériel fait-il régulièrement appel à des stagiaires
? Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer le
nombre de personnes concernées ?

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
239
– Werden deze stagiaires betaald, wat was hun leeftijdsgroep en
hun administratieve status bij indiensttreding (werkzoekende,
loopbaanonderbreking, politiek verlof, enz.) ?
– Hebben stage-ervaringen in uw kabinet geleid tot arbeidsovereenkomsten
voor onbepaalde duur ? Zo ja, voor hoeveel
personen ?
– Wat waren de voornaamste opdrachten die de stagiaires hebben
uitgevoerd ?
– Bestaan er overeenkomsten tussen uw ministerieel kabinet en
centra voor hogere opleiding om stages te organiseren ? Zo ja,
met welke instellingen ?
Antwoord : In 2009 hebben we geen beroep gedaan op de
diensten van stagiaires.
In 2010 : 2 stagiaires, studenten van 27 en 24 jaar oud. Deze
stagiaires hebben geen vergoeding ontvangen.
In 2011 : 2 stagiaires, werkzoekende van 35 en 32 jaar oud. Zij
ontvingen een vergoeding van 3.450 voor de hele stageperiode.
Tot op heden werd geen enkel van de stagiaires een contract
van onbepaalde duur aangeboden en dit omdat er geen openstaande
vacatures in hun domein beschikbaar waren. 1 stagiaire heeft
2 maand een vervangingscontract gekregen in 2010.
Onze tijdelijke collega's werkten op dossiers als : Bedrijfsver
voerplannen (BHG), diversiteitsplan VGC, Mobiliteitslabel
(BHG) en Eco-teams binnen het ministerie van het BHG.
Wij hebben geen getekende conventies met scholen of instellingen.
Wel zijn de volgende instellingen op de hoogte van het
feit dat we open staan voor stages binnen onze werkplaats : KHL,
Institut Eco-Conseil en Erasmus Hogeschool Brussel.
– Pourriez-vous compléter les données supra en indiquant si
les stagiaires ont été rémunérés et quels étaient leurs tranches
d’âge, ainsi que leurs statuts administratifs respectifs lors des
entrées en fonction (par exemple demandeur d’emploi, pausecarrière,
congé politique, etc. ?
– Est-ce que des expériences de stages au sein de votre cabinet
ont conduit à des recrutements sur la base d’un contrat à durée
indéterminée ? Le cas échéant, pourriez-vous me dire combien
de personnes étaient concernées ?
– Quelles sont les principales missions qui ont été remplies par
les stagiaires ?
– Existe-t-il des conventions entre votre cabinet ministériel et
des centres d’enseignement supérieur pour organiser ces offres
de stages ? Le cas échéant, pourriez-vous me communiquer les
noms de ces établissements ?
Réponse : En 2009, nous n’avons pas fait appel aux services
de stagiaires.
En 2010 : 2 stagiaires, des étudiants âgés de 27 et 24 ans. Ces
stagiaires n’ont pas été rémunérés.
En 2011 : 2 stagiaires, des demandeurs d’emploi âgés de 35 et
32 ans. Ils ont perçu une rémunération de 3.450 EUR pour toute
la période de stage.
À ce jour, aucun contrat à durée indéterminée n’a été proposé
à un des stagiaires car il n’y avait aucun poste vacant dans leur
domaine. 1 stagiaire a reçu un contrat de remplacement de 2 mois
en 2010.
Nos collègues intérimaires ont travaillé sur des dossiers tels
que : les plans de transports d’entreprise (RBC), le plan de diversité
VGC, le label de mobilité (RBC) et les Eco-teams au sein du
ministère de la RBC.
Nous n’avons aucun accord signé avec des écoles ou organismes.
Les organismes suivants sont toutefois informés du fait que
des stages peuvent être effectués au sein de notre atelier : KHL,
Institut Eco-Conseil et Erasmus Hogeschool Brussel.
Vraag nr. 203 van de heer Vincent De Wolf d.d. 16 januari
2012 (Fr.) :
Aankoop van hulpsoftware in het kader van inrichtingswerken.
Uw kabinet heeft onlangs bevestigd dat er software is aangekocht,
voor een prijs van 1,5 miljoen EUR, die het tegen 2013
mogelijk zou moeten maken om de keuzes bij inrichtingswerken
maximaal te objectiveren, inzonderheid in het kader van de uitvoering
van Iris II; die software zou het mogelijk moeten maken
om simulaties uit te voeren alvorens men op het terrein werken
uitvoert.
Die op het eerste zicht dure aankoop zou ook besparingen
mogelijk moeten maken omdat men minder een beroep zou moeten
doen op private studiebureaus.
Question n° 203 de M. Vincent De Wolf du 16 janvier 2012
(Fr.) :
Acquisition d'un logiciel d'appui aux choix d'aménagement.
Votre cabinet a récemment confirmé l’acquisition, pour un
montant de 1,5 million EUR, d’un logiciel devant permettre, à
l'horizon 2013, d’objectiver au maximum les choix à opérer en
matière d’aménagement, notamment dans le cadre de la mise en
œuvre d’iris II; ce logiciel devant permettre de tester des simulations
avant de les implémenter sur le terrain.
En appui de cette acquisition, à première vue coûteuse, est
avancée l’économie qui sera réalisée par la réduction du recours à
des bureaux d’études privés.

240
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Onder de voorbeelden die naar voren worden geschoven,
vermeldt de pers de plannen voor het terugbrengen van het aantal
rijstroken tot 3 in de Wetstraat en tot 4 in de Belliardstraat; ook het
project One Schuman, dat ertoe strekt de rotonde af te sluiten voor
het verkeer, wordt vermeld.
Graag ontving ik een antwoord op de volgende vragen :
– Welke overheidsopdracht is er uitgeschreven in het kader van
de aankoop van die software ?
– Welke mogelijkheden zijn er aan de regering geboden ingevolge
die offerteoproep ?
– Hoeveel kost die software precies (licentie, verlenging, opleidingen,
enz.) ?
– Op hoeveel raamt men de besparing in het kader van de aankoop
van die software omdat men minder een beroep zal moeten
doen op de studiebureaus ?
– Hoe staan de zaken met de vermindering van het aantal rijstroken
in de Wetstraat en in de Belliardstraat ?
– Welke gevolgen zal de aankoop van die software hebben voor
de huidige studies die uitgevoerd worden door studiebureaus,
inzonderheid wat het project One Schuman betreft ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende antwoord
mee te delen :
Garanderen dat iedereen zich in de beste omstandigheden kan
verplaatsen, vormt een grote uitdaging. We mogen geenszins passief
toekijken hoe het steeds toenemende aantal auto’s meer en
meer congestie veroorzaakt. Congestie vormt beslist een belemmering
voor automobilisten, maar ook voor de gebruikers van het
openbaar vervoer, wiens tram of bus vastzit in de file, waardoor
de uurregeling niet langer gerespecteerd kan worden en de trajectduur
langer wordt. Daarnaast heeft de congestie ook een impact
op de verplaatsingsomstandigheden en de verkeersveiligheid van
fietsers en voetgangers.
We moeten maatregelen nemen om te zorgen voor een betere
doorstroming van openbaar vervoer, fietsers en voetgangers en we
doen dat ook. De bevestiging hiervan vinden we in de recent vrijgekomen
cijfers van Beldam, waaruit blijkt dat het aantal mensen
dat zich met de fiets (van 1,1 % naar 3,4 %, verdrievoudiging !),
te voet (stijgt van 28 % naar 32 %) en met openbaar vervoer
verplaatst, sterk toeneemt (van 15 % naar 24 %), terwijl het autogebruik
(relatief gezien, in modaal aandeel) behoorlijk daalt (van
56 % naar 37 %). Trouwens, bijna 7 % van de Brusselaars gebruikt
vandaag de fiets voor woon-werkverplaatsingen.
Een verhoging van de verkeerscapaciteit is in geen geval een
oplossing. Integendeel, men moet zoals het Iris 2-plan bepaalt
deze capaciteit rationaliseren, ten gunste van een prioritaire doorgang
van het openbaar vervoer, fietsers en voetgangers. Want
zoals u weet is de beschikbare openbare ruimte beperkt en kan
men deze niet vergroten. Alle Europese steden die de mobiliteitsproblemen
aangepakt hebben, hebben dergelijke daadkrachtige
maatregelen getroffen, of het nu gaat om Parijs, Lyon, Amsterdam
of zelfs Londen.
Parmi les exemples de scénarios avancés, j’ai pu lire dans la
presse les projets de diminution à 3 bandes de la rue de la Loi, et
4 bandes de la rue Belliard; ainsi que la concrétisation du projet
One Schuman, visant à fermer au trafic le rond-point.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser diverses questions :
– Quel est l’appel à marché public ayant précédé l’acquisition de
ce logiciel ?
– Quelles ont été les options offertes au gouvernement à la suite
de cet appel ?
– Quel est le coût précis de ce logiciel (licence, renouvellement,
formations, etc.) ?
– Quelle est l’économie estimée à réaliser dans le cadre de l’acquisition
de ce logiciel et du moindre recours à des bureaux
d’étude ?
– Qu’en est-il des projets de réduction du nombre de bandes des
rues de la Loi et Belliard ?
– Quelles incidences aura l’acquisition de ce logiciel sur les
actuelles études réalisées par des bureaux d’études, notamment
quant au projet One Schuman ?
Réponse : J'ai l'honneur de fournir à l'honorable membre la
réponse suivante :
La mobilité de chacun dans les meilleures conditions est un
enjeu capital, On ne peut en aucun cas rester passif face aux difficultés
de congestion que génère l’accroissement constant d’immatriculations.
La congestion pénalise certainement les automobilistes
mais également les utilisateurs des transports publics qui
subissent directement les embouteillages dans leurs trams et bus
victimes d’irrégularités et d’allongement de temps de parcours.
Sans compter l’impact sur les cyclistes et piétons, en termes de
conditions de circulation comme de sécurité routière.
Nous devons prendre des mesures pour assurer une meilleure
circulation du transport public, des cyclistes et des piétons et nous
le faisons également. Nous en retrouvons la confirmation dans
les récents résultats de Beldam qui indiquent que le nombre de
personnes qui se déplacent en vélo (de 1,1 % à 3,4 %, le triple !) à
pied (de 28 % à 32 %) et en transport public a fortement augmenté
(de 15 % à 24 %) alors que l’utilisation de la voiture (d’un point
de vue relatif, en pourcentage modal) a considérablement diminué
(de 56 % à 37 %). Par ailleurs, près de 7 % des Bruxellois utilisent
aujourd’hui le vélo dans le cadre des déplacements domicile-travail.
En aucun cas, la solution ne peut provenir d’une augmentation
des capacités de circulation. Au contraire, il convient comme
le plan IRIS2 le prévoit de rationnaliser ces capacités au profit
d’une circulation prioritaire des transports publics, des cyclistes
et des piétons. Vous le savez, l’espace public est compté et non
extensible. Tous les centres urbains européens qui ont pris les
problèmes de mobilité à bras-le-corps, ont entrepris des mesures
volontaristes dans ce sens, que ce soit Paris, Lyon, Amsterdam ou
encore Londres.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
241
Om de mobiliteitsproblemen op te lossen heeft het Gewest een
reeks maatregelen opgesteld en uitgevoerd. Elk van deze maatregelen
op zich vormt geen oplossing. Enkel de combinatie van deze
maatregelen kan zorgen voor verbetering.
Een van die maatregelen is het gebruik van een informaticatool
dat de verkeersstromen in het Gewest in kaart brengt. Een verplaatsingsmodel
is een onmisbaar instrument voor het ontwerpen
en evalueren van het beleid inzake stedelijk vervoer. Het helpt de
overheden bij het beslissen over het te voeren beleid inzake vervoer
en ruimtelijke ordening.
Deze tool heeft een aantal doelstellingen :
– beschikken over indicatoren die het mogelijk maken om de
evoluties op het vlak van mobiliteit te volgen. Als het ware op
regelmatige basis en op aanvraag kunnen beschikken over een
foto van de realiteit;
– de effecten van de genomen maatregelen opmeten en beschikken
over informatie over de impact van de te nemen maatregelen;
– specifieke simulaties uitvoeren met betrekking tot lokale
maatregelen, zoals de herschikking en de inrichting van een
gebied zoals de GGB (Heizel, kanaalzone, enz.). Dit maakt het
met name mogelijk om op een vroeger tijdstip in de planning
rekening te houden met de uitdagingen inzake bereikbaarheid
en mobiliteit.
De integratie van verschillende scenario’s (voorspelde evolutie
van de bevolking, de tewerkstelling, enz.) maakt het mogelijk om
zich een toekomstbeeld te vormen en de te verwachten verkeersen
reizigersstromen te schetsen, bijvoorbeeld met betrekking tot
de vervoersnetwerken of het invoeren van een kilometerheffing.
Het Gewest heeft uiteraard niet gewacht totdat het zelf een
eigen model had ontwikkeld om gebruik te maken van een dergelijk
prospectief instrument. De studies die uitgevoerd werden
in het kader van het IRIS 2-plan steunen reeds op het gebruik van
een verplaatsingsmodel.
Tot op heden gebruikt het Gewest externe operatoren en studiebureaus
voor het opmaken van modelleringen. Naargelang de operator
die de opdracht binnenhaalt, worden verschillende methodes
gehanteerd. Wanneer we met het Gewest over een eigen instrument
beschikken kunnen we uniformiteit garanderen en autonoom
werken. Daarnaast kunnen we ook kosten besparen door een groot
deel van ons mobiliteitsonderzoek zelf uit te voeren. Het Gewest
wil ook dat het instrument vlot gedeeld kan worden met andere
geïnteresseerde gewestelijke instellingen, zoals bijvoorbeeld het
BIM, voor het opstellen van het kadaster van luchtverontreinigende
stoffen die afkomstig zijn van het verkeer.
Op dit moment beschikt het Gewest nog niet over een eigen
instrument. We werken momenteel nog aan de opstelling van het
lastenboek, dat in de loop van de maand maart af zou moeten zijn,
waarna de aanbesteding uitgeschreven kan worden.
De kostprijs voor de ontwikkeling van het model wordt
geraamd op 700.000 EUR. Daar komt nog 100.000 EUR per
jaar bij voor het onderhoud, het ijken en het gebruik ervan. Daar
bovenop komt ook de kostprijs van het verzamelen van de nodige
gegevens.
La Région a établi et mis en œuvre une série de mesures dont
aucune seule n’apporte la solution. L’amélioration provient de la
convergence de ces mesures.
Le recours à un outil informatique modélisant les flux sur la
Région est une de ces mesures. Un modèle de déplacement est un
outil indispensable à la conception et l’évaluation des politiques
de transport urbain. Il aide les autorités à décider des politiques de
déplacement et d’aménagement du territoire à mener.
Cet outil vise une série d’objectifs :
– disposer d’indicateurs qui permettent de suivre les évolutions
en matière de mobilité. En quelque sorte, de disposer d’une
photographie de la réalité régulièrement et à la demande;
– mesurer les effets des mesures prises et disposer d’informations
sur les impacts des mesures à prendre;
– réaliser des simulations spécifiques par rapport à des mesures
locales comme la re-planification et l’aménagement d’une
zone, telles que les ZIR (Heysel, zone canal, etc.). Cela permet
notamment d’intégrer le plus en amont les enjeux d’accessibilité
et de mobilité dans le cadre de la planification.
L’intégration de différentes hypothèses (évolution prévue de
la population, de l’emploi, etc.) permet de se projeter dans l'avenir
et d’esquisser l'évolution prévisible des flux de trafic et de
voyageurs, par exemple concernant des réseaux de transport ou
l’introduction d’une tarification routière.
Bien, entendu, la Région n’a pas attendu d’établir elle-même
son modèle pour recourir à ce type d’instrument de prospective.
Les études réalisées dans le cadre du Plan IRIS 2 s’appuient déjà
sur l’utilisation d’un modèle de déplacement.
À ce jour, la Région utilise des opérateurs externes et des
bureaux d’études pour réaliser des modélisations. Différentes
méthodologies sont utilisées en fonction de l’opérateur qui emporte
le marché. Le principe est donc de disposer en interne de l’outil
afin d’assurer l’autonomie de la Région à l’usage de son modèle
et de garantir son uniformité. En outre, des économies peuvent
être réalisées en effectuant nous-mêmes une grande partie de nos
études sur la mobilité. La Région souhaite également que l’outil
puisse être utilisé facilement avec d’autres organismes régionaux
intéressés comme l’IBGE par exemple pour établir le cadastre des
émissions de polluants liés à la circulation.
À ce jour, la Région ne dispose pas de cet outil. Le cahier des
charges est actuellement en cours de rédaction. Il devrait être finalisé
courant mars et le marché lancé à cette période.
Le coût de l’établissement du modèle s’estime à 700.000 EUR
et 100.000 EUR par an pour en assurer le maintien, le calibrage et
l’exploitation. À cela il faut ajouter les montants nécessaires à la
récolte des données.

242
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
De verwachte besparing bedraagt enkele honderdduizenden
euro’s per model dat voortaan niet meer ontwikkeld zal worden
door externe operatoren.
De studies die thans lopende zijn, worden niet stopgezet. De
studies met betrekking tot de rationalisatie van de wegcapaciteit
in de Wetstraat, Belliardstraat en op het Schumanplein worden
voortgezet. De situaties die de pers aanhaalde, betreffen scenario’s
die ontwikkeld werden in het kader van deze studies. Op termijn
zal het Gewest dus zelf deze simulaties kunnen uitvoeren. Het
gewestelijke model zou operationeel moeten zijn vanaf 2013.
L’économie escomptée est de plusieurs centaines de milliers
EUR par modèle dont la réalisation ne sera dorénavant plus
confiée à la réalisation extérieure.
Les études actuellement en cours ne sont pas interrompues. Les
études relatives à la rationalisation des capacités routières rue de
la Loi, rue Belliard et sur la place Schuman se poursuivent. Les
situations évoquées par la presse regardent des scénarii établis
dans le cadre de ces études. À terme, la Région pourra donc établir
elle-même ces simulations, Le modèle régional devrait être opérationnel
à partir de 2013.
Vraag nr. 204 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 16 januari
2012 (Fr.) :
De aanwerving van ambtenaren.
Kunt u meedelen :
1. Hoeveel aanwervingen van personeel met een contract van
bepaalde duur hebben plaatsgehad in 2008, 2009 en 2010 ?
2. Hoeveel aanwervingen van personeel met een vast contract
hebben plaatsgehad in 2008, 2009, 2010 ?
3. Hoeveel contracten van bepaalde duur werden omgezet in vaste
contracten, in 2008, 2009 en 2010 ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende antwoord
voor het ministerie mee te delen, dat u terugvindt in de overzichtstabel
hieronder :
Question n° 204 de M. Emmanuel De Bock du 16 janvier 2012
(Fr.) :
L'engagement de fonctionnaires.
Pourriez-vous transmettre :
1. Le nombre d'engagements CDD (en contrat à durée déterminée)
effectués pour 2008, 2009 et 2010 ?
2. Le nombre d'engagements statuaires effectués pour 2008, 2009
et 2010 ?
3. Le nombre de CDD transformés en CDI (en contrat à durée
indéterminée) pour 2008, 2009 et 2010 ?
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre
les éléments de réponse, pour le ministère, figurant dans le
tableau récapitulatif repris ci-dessous :
2008 2009 2010 Totaal / Total
Indienstnemingen met een contract van bepaalde duur (behalve startbanen)
Engagements sous contrat à durée déterminée (hors CPE) 4 4 4 12
Indienstnemingen met een startbaanovereenkomst
(contract bepaalde duur van 1 tot 2 jaar)
Engagements sous Convention premier emploi (CDD d’un à deux ans) 15 14 25 54
Statutaire wervingen / Recrutements statutaires 32 * 7 ** 7 *** 46
Omzetting van contracten bepaalde duur / startbanen in contracten
onbepaalde duur
Basculement CDD/CPE/remplacement vers CDI 13 6 8 27
Het lage aantal statutaire aanwervingen in 2009 en 2010 is
te wijten aan het ontbreken van een adequate wervingsreserve.
Daarna werd dit opgelost.
* 32 aanwervingen, waarvan 12 wervingen van contractuele
personeelsleden van het MBHG, die geslaagd zijn voor een
Selor-wervingsreserve en aangeworven volgens de reglementaire
procedure na een vacantverklaring.
** 7 aanwervingen, waarvan 4 wervingen van contractuele
personeelsleden van het MBHG, die geslaagd zijn voor
een Selor-wervingsreserve en aangeworven zijn volgens de
reglementaire procedure na een vacantverklaring.
*** 7 aanwervingen, waarvan 2 wervingen van contractuele
personeelsleden van het MBHG, die geslaagd zijn voor
een Selor-wervingsreserve en aangeworven zijn volgens de
reglementaire procedure na een vacantverklaring.
Le faible taux de recrutement des statutaires en 2009 et 2010
est lié à l’absence de réserve de recrutement adéquate. Depuis, cet
écueil a été levé.
* 32 recrutements dont 12 recrutements d'agents contractuels
du MRBC, lauréats d'une réserve Selor et recrutés suivant la
procédure régulière suite à une déclaration de vacance.
** 7 recrutements dont 4 recrutements d'agents contractuels du
MRBC, lauréats d'une réserve Selor et recrutés suivant la
procédure régulière suite à une déclaration de vacance.
*** 7 recrutements dont 2 recrutements d'agents contractuels du
MRBC, lauréats d'une réserve Selor et recrutés suivant la
procédure régulière suite à une déclaration de vacance.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
243
Staatssecretaris belast met Huisvesting en
Brandbestrijding en
Dringende Medische Hulp
Vraag nr. 276 van de heer Bertin Mampaka d.d. 27 juli 2011
(Fr.) :
Aantal leegstaande woningen bij de Etterbeekse Haard.
De BGHM heeft statistische gegevens bekendgemaakt betreffende
de toestand van het patrimonium van de OVM's op
31 december 2009.
Dat document biedt onder meer een overzicht van alle leegstaande
woningen die eigendom zijn van deze openbare vastgoedmaatschappijen.
Uit een vergelijking tussen de verschillende statistieken die de
BGHM sedert 2004 on line heeft geplaatst, blijkt dat het aantal
leegstaande woningen van de Etterbeekse Haard niet echt afgenomen
is sedert 6 jaar. Integendeel, 81 woningen stonden leeg op
31 december 2004, 90 op 31 december 2005, 100 op 31 december
2006, 128 op 31 december 2007, 128 op 31 december 2008 en 147
op 31 december 2009.
De leegstand is voortdurend toegenomen sedert 2004. Een
statistische analyse laat dus een harde kern van leegstaande
woningen vermoeden.
Secrétaire d'État chargé du Logement et
de la Lutte contre l'Incendie et
l'Aide médicale urgente
Question n° 276 de M. Bertin Mampaka du 27 juillet 2011
(Fr.) :
L’évolution du nombre de logements vides appartenant au
Foyer Etterbeekois.
Les renseignements statistiques relatifs à l’état du patrimoine
des SISP au 31 décembre 2009 ont été publiés par la SLRB.
Ce document permet notamment d’avoir une vue globale sur
l’ensemble des logements inoccupés relevant du patrimoine de ces
opérateurs immobiliers publics.
Une comparaison entre les différentes statistiques mises en
ligne par la SLRB depuis 2004 permet de constater que le nombre
de logements vides appartenant au Foyer Etterbeekois ne diminue
pas réellement depuis 6 ans. Au contraire, celui-ci était de 81 logements
vides au 31 décembre 2004, de 90 au 31 décembre 2005, de
100 au 31 décembre 2006, de 118 au 31 décembre 2007, de 128 au
31 décembre 2008, et de 147 au 31 décembre 2009.
Le vide locatif ne fait qu’augmenter depuis 2004 L’analyse
statistique laisse donc supposer un noyau dur de logements
vacants.
Pourriez-vous dès lors me dire :
– Hoeveel van de 81 woningen die leegstonden op 31 december
2004 staan thans nog altijd leeg ? Om welke redenen ?
– 137 van de 147 woningen die leegstonden op 31 december
2009 moesten worden gerenoveerd. Eind 2009 was enkel in 44
ervan renovatie aan de gang. Bij hoeveel ervan is dat thans nog
het geval ? Waarom worden de andere woningen niet gerenoveerd
(geschillen met de aannemers, onvoldoende middelen,
enz.) ?
– Welke maatregelen zijn genomen om de renovatie van de
104 overige woningen te verwezenlijken ?
– Zijn er eventueel gerechtelijke procedures aan de gang in geval
van een geschil met de aannemers die belast zijn met de renovatie
van de woningen ?
– Is voor woningen die niet gerenoveerd worden omdat de OVM
niet voldoende eigen middelen heeft een aanvraag tot financiering
door het Gewest ingediend in het kader van de vierjarenprogramma's
? Is daaraan tegemoetgekomen ? Zo nee, waarom
niet, en wat plant u te doen om eraan te verhelpen ?
– Is een tijdschema opgesteld om ze opnieuw op de huurmarkt te
brengen ? Zo ja, hetwelk ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
– Sur les 81 logements vides au 31 décembre 2004, combien
sont-ils toujours vacants actuellement ? Pour quelles raisons
sont-ils encore vacants à ce jour ?
– Parmi les 147 logements vacants au 31 décembre 2009, 137
devaient être rénovés. Or, seuls 44 logements étaient en cours
de rénovation fin 2009. Parmi ceux-ci, combien le sont-ils
toujours ? Pour quelles raisons ne rénove-t-on pas les autres
logements (litiges avec les entrepreneurs, budgets insuffisants,
etc.) ?
– Quelles mesures ont-elles été adoptées pour concrétiser la rénovation
de ces autres logements ?
– Si un litige est pendant avec les entrepreneurs chargés de la
rénovation des logements, des procédures judiciaires sont-elles
éventuellement en cours ?
– Concernant les logements non rénovés faute de moyens budgétaires
propres à la SISP, une demande de financement par la
Région – dans le cadre des quadriennaux – a-t-elle été formulée
? Cette demande a-t-elle été rencontrée ? Si non, pourquoi
et que comptez-vous faire pour y remédier ?
– Un échéancier en termes de remise sur le marché locatif a-t-il
été fixé ? Si oui quel est-il ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :

244
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Ingevolge onze interpellatie van de OVM, heeft de maatschappij
een aantal verduidelijkingen geleverd die ik zal aanvullen met
onze commentaar.
Vandaag zijn van de 81 woningen die op 31 december 2004
leegstonden nog 44 woningen onbewoonbaar. Aangezien het
merendeel van de gebouwen dateert van de jaren '20, is het moeilijk
om te renoveren zonder een aanzienlijk kapitaal te investeren
en, overeenkomstig de gewestelijk beleidsverklaring, de kwaliteit
en energieprestatie van deze woningen te verbeteren.
Zo maken de evolutie van de Brusselse Huisvestingscode en
de invoering van nieuwe energie- en milieunormen het momenteel
niet mogelijk om deze woningen te huur te stellen zonder deze
voorafgaand te renoveren.
Alhoewel er een budget werd vrijgemaakt voor het merendeel
van deze woningen, kan er vastgesteld worden dat dit budget niet
correct werd begroot en niet volstaat om de volledige werken uit
te voeren.
Daarom heeft de OVM bijkomende financieringen moeten aanvragen
die de verschillende procedures hebben vertraagd.
Ik heb eveneens kunnen vaststellen dat er tijdens de vorige
legislatuur een administratieve termijn van anderhalf jaar nodig
was om de toelating te bekomen voor de hergroepering van een
aantal werken met het oog op de aanstelling van een projectauteur.
In antwoord op uw tweede vraag, werden van de 147 woningen
die op 31 december 2009 leegstonden (inclusief de 44 voornoemde
onbewoonbare woningen) 18 woningen opnieuw te huur gesteld,
zijn er voor 16 woningen renovatiewerkzaamheden aan de gang
die binnenkort beëindigd zullen zijn bestaat er voor 40 woningen
een renovatieproject, onder andere 32 studio's die zullen omgevormd
worden tot 8 grote woningen.
Wat de andere woningen betreft, zijn deze momenteel nog
onbewoond en dit om de volgende redenen die door de OVM
werden aangehaald :
– voor een deel van deze woningen is een verzoek ingediend
tot financiering via de verschillende investeringsprogramma's,
maar aangezien de OVM een aanzienlijk aantal woning dient
te renoveren, volstonden de toegekende subsidies niet om aan
alle noden te voldoen;
– bepaalde woningen waarvoor in een kredietlijn werd voorzien,
werden onvoldoende gefinancierd en hebben pas een bijkomende
financiering genoten ter gelegenheid van de toekenning
van de 2 e schijf van het investeringsprogramma (juli 2011).
Hiertoe werkt de OVM met de steun van de BGHM momenteel
een haalbaarheidsstudie uit die het mogelijk zou moeten maken
om de verschillende renovatiemogelijkheden nader te bepalen;
– na afstand te hebben gedaan van een in gebreken gebleven projectauteur,
werd een project overgenomen door een architect
binnen de Etterbeekse Haard.
Momenteel loopt er geen enkel geschil voor deze site, maar er
hebben zich daarentegen wel een aantal problemen voorgedaan
tijdens de gunningsprocedure van de opdracht, te weten :
Suite à notre interpellation auprès de la SISP, elle a apporté des
précisions que je compléterai par nos commentaires.
À l'heure actuelle, sur les 81 logements vides au 31 décembre
2004, 44 sont encore inoccupables. La plupart des bâtiments
datant des années 1920, il est difficile de rénover sans investir un
capital conséquent et, conformément à la déclaration de politique
régionale, d'améliorer la qualité et les performances énergétiques
de ces biens.
En effet, l'évolution du Code bruxellois du Logement et l'instauration
de nouvelles normes environnementales et énergétiques
ne permettent pas de mettre en location ces logements sans les
rénover préalablement.
Bien qu'un budget existe pour la plupart de ces logements, on
peut constater que celui-ci n'a pas été estimé correctement et ne
suffit pas à la totale réalisation des travaux.
La SISP a dû alors demander des financements complémentaires
qui ont retardé les procédures.
J'ai pu constater aussi qu'il a fallu, sous l'ancienne législature,
un délai administratif d'un an et demi afin d'obtenir l'autorisation
de regroupement de certains chantiers afin d'entamer la désignation
d'un auteur de projet.
En réponse à votre seconde question, sur les 147 logements
vides au 31 décembre 2009 qui intègrent les 44 logements inoccupables
évoqués ci-avant, 18 ont été remis en location, 16 sont
en cours de rénovation et seront bientôt terminés, et 40 font l'objet
d'un projet de rénovation, dont 32 studios qui seront réhabilités en
8 grands logements.
En ce qui concerne les autres logements, ceux-ci sont encore
à l'heure actuelle inoccupés pour les raisons suivantes évoquées
par la SISP :
– une partie de ces logements ont fait l'objet d'une demande de
financement à travers les différents programmes d'investissement
mais la SISP ayant un nombre conséquent de logements à
rénover, les subsides octroyés n'ont pas suffit à couvrir tous les
besoins;
– certains immeubles pour lesquels était prévue une ligne de crédit,
sont sous-financés et n'ont rencontré de financement complémentaire
que lors de l'octroi de la 2 e tranche du programme
d'investissement (juillet 2011). A cet effet, la SISP est en train
de réaliser avec l'appui de la SLRB une étude de faisabilité qui
permettrait de déterminer les différentes potentialités de rénovation;
– après avoir dû écarter un auteur de projet défaillant, un projet
est repris par l'architecte au sein du Foyer Etterbeekois.
À l'heure actuelle aucun litige n'est en cours pour ce site,
néanmoins, pour quelques chantiers, des problèmes sont survenus
durant la procédure de passation du marché, à savoir :

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
245
– het afstand nemen van een aannemer;
– er werd geoordeeld dat een projectauteur in gebreke was gebleven;
– er werden meerdere openbare inschrijvingen ontvangen zonder
concrete resultaten.
Deze verschillende evenementen hebben het in eer herstellen
en de nieuwe tehuurstelling van deze woningen vertraagd.
Er kan vastgesteld worden dat deze OVM klaarblijkelijk niet
voldoende rekening heeft gehouden met de nieuwe normen die
met name werden opgenomen in de ordonnantie inzake de EPB.
De ramingen, die vaak onvoldoende begroot werden, hebben de
evolutie van de projecten aanzienlijk vertraagd.
Anderzijds, werd er vastgesteld dat er onvoldoende technisch
personeel voorhanden was. Zo ontbreekt er sinds geruime tijd een
technisch directeur.
Tijdens de begrotingen die voorafgingen aan de toekenning
van de tweede schijf van subsidies van het vierjarenprogramma
2010-2013, werd er vastgesteld dat de door de Haard ingediende
aanvragen inzake de renovatie van leegstaande woningen redelijk
omvangrijk waren en dat er hierbij werd aangegeven dat er, enerzijds,
een aanzienlijke vertraging was opgelopen voor de reeds
gefinancierde projecten en, anderzijds, het opnamepercentage van
de financiële kredieten erg laag lag.
Ter gelegenheid van de toekenning van de subsidies van de
tweede schijf ingevolge van de voornoemde vaststellingen en
gelet op de moeilijkheden inzake de programmering en het technische
beheer, heeft het kabinet in juni 2011 een ontmoeting georganiseerd
met de Etterbeekse Haard en de BGHM.
Op deze vergadering werden in het kader van een globale analyse
van het programma bepaalde kredieten gereorganiseerd en
herbestemd om de lopende projecten te deblokkeren.
Er werd eveneens beslist dat de Etterbeekse Haard met de steun
van de BGHM de uitwerking van een renovatieplan zou lanceren
met betrekking tot alle leegstaande woningen van het huizenblok
« Massart-Boncelles », dit met het oog op het uitvoeren van een
studie over alle woningen die binnen dit huizenblok toebehoren
aan de OVM en waarvoor een grondige renovatie nodig is en
om zo snel mogelijk de nodige vooruitgang te boeken binnen de
projecten voor al deze gebouwen, waarbij er wordt uitgegaan van
correcte schattingen en pertinente tussenkomsten.
Er wordt voorzien om de werken vervolgens te laten aanvangen
met de financieringen die beschikbaar zijn voor de prioritaire
woningen en op basis van deze projecten bijkomende financieringen
aan te vragen. Dit zal het mogelijk maken om de looptijd voor
de studie van de projecten en de benodigde tijd voor de nieuwe
bewoning van de leegstaande woningen aanzienlijk te verlagen.
In juni heeft de Brusselse Hoofdstedelijke Regering haar goedkeuring
gehecht aan het programma van de tweede schijf van het
vierjarenprogramma 2010-2013, waarbij een aantal onvoldoende
begrote projecten en nieuwe projecten een (bijkomende) subsidie
ontvingen.
Zo zal de Etterbeekse Haard een globale financiering van
4.477.150 EUR ontvangen.
– l'évincement d'un entrepreneur;
– un auteur de projet a été jugé défaillant;
– plusieurs adjudications ont été effectuées sans résultats.
Ces différents événements ont retardé la réhabilitation de ces
logements et de surcroît, leur mise en location.
On peut constater que cette SISP n'a apparemment pas bien pris
en compte l'application des nouvelles normes et notamment l'Ordonnance
relative à la PEB. Les estimations souvent sous-évaluées
ont fort freiné l'évolution des projets.
D'autre part, il a été constaté un manque de personnel technique
et notamment de directeur technique depuis un certain temps
déjà.
Lors des évaluations préalables à l'octroi de la seconde tranche
des subsides quadriennaux 2010-2013, il a été constaté que les
demandes introduites par le Foyer en termes de rénovation de
logements inoccupés étaient considérables, indiquant un retard
conséquent des projets déjà financés et un taux d'absorption des
crédits financiers très faible.
À l'occasion de l'octroi des subsides de la seconde tranche,
suite aux constats annoncés précédemment et vu les difficultés de
programmation et de gestion technique, le cabinet a initié en juin
2011 une rencontre avec le Foyer Etterbekois et la SLRB.
À cette réunion, dans le cadre de l'analyse globale de la programmation,
certains crédits ont été réorganisés et réaffectés pour
débloquer les projets en cours.
Il a été également décidé que le foyer Etterbekois lancera
avec l'aide appuyée de la SLRB, la mise en place d'un plan de
rénovation concernant l'ensemble des logements inoccupés de
l'ilot « Massart-Boncelles », afin qu'une étude soit effectuée sur
l'ensemble des bâtiments de la SISP dans cet îlot, nécessitant une
rénovation conséquente, et afin d'avancer au plus vite dans les
projets de tous ces bâtiments, avec des estimations justes et des
interventions pertinentes.
Il est prévu d'entamer ensuite les travaux avec les financements
disponibles pour les immeubles prioritaires, et de demander sur
base des projets les financements complémentaires. Ceci permettra
d'accélérer substantiellement la période d'étude des projets et
de la résorption des logements inoccupés.
Le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale a
approuvé en juin le programme de la deuxième tranche du quadriennal
2010-2013, octroyant des subsides en complément de
certains projets sous-estimés et pour des nouveaux projets.
Le foyer Etterbekois recevra un financement d'un montant
global de 4.477.150 EUR.

246
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Wat de woningen betreft die tot nu toe nog geen financiering
hebben mogen ontvangen, verklaart de OVM dat zij zal overgaan
tot een gedeeltelijke renovatie, binnen de grenzen van de fondsen
die zij zelf ter beschikking heeft, zoals dit het geval is geweest
voor 66 woningen uit haar woningenbestand.
Naast de renovatie van de woningen, werden verschillende tussenkomsten
gerealiseerd op het vlak van de veiligheid en gezondheid
van het woningenbestand, met onder andere de renovatie van
daken, gevels en chassis, …
Zonder rekening te houden met de vertragingen die verband
houden met de aanvragen tot hergroepering en dergelijke, verklaart
de Etterbeekse Haard dat haar doelstelling, die in 2004 werd
geformuleerd, erin bestond haar volledig woningenbestand tegen
2014 te restaureren.
Wat de site van « la Plaine » betreft (115 woningen), stelt de
Haard voorop om de gebouwen tegen 2016 te renoveren.
Rekening houdende met deze verschillende elementen, acht de
Etterbeekse Haard het mogelijk om haar volledig huurwoningenbestand
te renoveren tegen 2020.
En ce qui concerne les adresses n'ayant tout de même pas pu
avoir un financement, la SISP déclare rénover partiellement et ce,
dans la mesure de ses possibilités en fonds propres, comme cela
fut le cas pour 66 logements du patrimoine.
Outre la rénovation des logements, diverses interventions d'un
point de vue de sécurité et de salubrité ont été réalisées sur le
patrimoine, telles que la rénovation des toitures, de l'enveloppe
des bâtiments, des châssis, …
Sans tenir compte des retards liés aux demandes de regroupement
et autres, le Foyer Etterbeekois déclare que son objectif fixé
en 2004 est de restaurer son patrimoine pour 2014.
Concernant le site de la Plaine, soit un ensemble de 115 logements,
le foyer compte rénover ces bâtiments pour 2016.
Tenant compte de ces divers éléments et procédures, le Foyer
Etterbeekois estime pouvoir rénover la totalité du parc locatif à
l'horizon 2020.
Vraag nr. 277 van de heer Bertin Mampaka d.d. 27 juli 2011
(Fr.) :
Aantal leegstaande woningen bij de Vorstse Haard.
De BGHM heeft statistische gegevens bekendgemaakt betreffende
de toestand van het patrimonium van de OVM's op
31 december 2009.
Dat document biedt onder meer een overzicht van alle leegstaande
woningen die eigendom zijn van deze openbare vastgoedmaatschappijen.
Uit een vergelijking tussen de verschillende statistieken die de
BGHM sedert 2004 on line heeft geplaatst, blijkt dat het aantal
leegstaande woningen van de Vorstse Haard niet afgenomen is
sedert 6 jaar. Integendeel, 121 woningen stonden leeg op 31 december
2004, 121 op 31 december 2005, 118 op 31 december 2006,
137 op 31 december 2007, 125 op 31 december 2008 en 136 op
31 december 2009.
Met uitzondering van enkele lichte dalingen, blijft de leegstand
stabiel en is hij zelfs toegenomen sedert 2004. Een statistische
analyse laat dus een harde kern van leegstaande woningen vermoeden.
Question n° 277 de M. Bertin Mampaka du 27 juillet 2011
(Fr.) :
L’évolution du nombre de logements vides appartenant au
Foyer Forestois.
Les renseignements statistiques relatifs à l’état du patrimoine
des SISP au 31 décembre 2009 ont été publiés par la SLRB.
Ce document permet notamment d’avoir une vue globale sur
l’ensemble des logements inoccupés relevant du patrimoine de ces
opérateurs immobiliers publics.
Une comparaison entre les différentes statistiques mises en
ligne par la SLRB depuis 2004 permet de constater que le nombre
de logements vides appartenant au Foyer Forestois ne diminue pas
réellement depuis 6 ans. Au contraire, celui-ci était de 121 logements
vides au 31 décembre 2004, de 121 au 31 décembre 2005,
de 118 au 31 décembre 2006, de 137 au 31 décembre 2007, de 125
au 31 décembre 2008, et de 136 au 31 décembre 2009.
Excepté quelques faibles diminutions, le vide locatif reste stable,
il a même augmenté depuis 2004. L’analyse statistique laisse
donc supposer un noyau dur de logements vacants.
Pourriez-vous dès lors me dire :
– Hoeveel van de 121 woningen die leegstonden op 31 december
2004 staan thans nog altijd leeg ? Om welke redenen ?
– 119 van de 136 woningen die leegstonden op 31 december
2009 moesten worden gerenoveerd. Zijn de werken thans voltooid
? Zo niet, waarom ?
– Sur les 121 logements vides au 31 décembre 2004, combien
sont-ils toujours vacants actuellement ? Pour quelles raisons
sont-ils encore vacants à ce jour ?
– Parmi les 136 logements vacants au 31 décembre 2009, 119
étaient en cours de rénovation fin 2009. Les travaux sont-ils
achevés à ce jour ? Si non pourquoi ?

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
247
– Eind 2009 was enkel in 78 ervan renovatie aan de gang. Zijn de
werken thans voltooid ? Zo niet, waarom ? Hebben onvoorziene
omstandigheden geleid tot vertragingen bij de renovatiewerken
(geschil met de aannemers, verergering van de schade
aan de woningen, enz.) ? Zo ja, dewelke, en welke maatregelen
hebt u genomen om ze te verhelpen ?
– Hoeveel woningen die eigendom zijn van de Vorstse Haard
staan nog altijd leeg ?
– Is een tijdschema bepaald om ze terug op de huurmarkt te brengen
? Zo ja, hetwelk ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Alle in 2004 en 2009 leegstaande woningen hebben het voorwerp
uitgemaakt van een nieuwe verhuring.
– En 2005, 72 logements étaient en cours de rénovation, fin
2009, ils étaient 119. Les 72 logements déjà en cours de rénovation
en 2005, le sont-ils toujours ? Le cas échéant, des imprévus
ont-ils retardés les travaux de rénovation (litige avec l’entrepreneur,
aggravation des dégradations des logements, etc.) ?
Si oui, quels sont-ils et quelles mesures avez-vous prises pour
les surmonter ?
– Sur l’ensemble du patrimoine du Foyer Forestois, combien de
logements sont-ils toujours vides ?
– Un échéancier en termes de remise sur le marché locatif a-t-il
été fixé ? Si oui quel est-il ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Tous les inoccupés de 2004 et 2009 ont fait l'objet de relocation.
Vraag nr. 280 van de heer Bertin Mampaka d.d. 27 juli 2011
(Fr.) :
Aantal leegstaande woningen bij de OVM GW van Sint-
Joost-Ten-Noode.
De BGHM heeft statistische gegevens bekendgemaakt betreffende
de toestand van het patrimonium van de OVM's op
31 december 2009.
Dat document biedt onder meer een overzicht van alle leegstaande
woningen die eigendom zijn van deze openbare vastgoedmaatschappijen.
Uit een vergelijking tussen de verschillende statistieken die de
BGHM sedert 2004 on line heeft geplaatst, blijkt dat het aantal
leegstaande woningen van de GW Sint-Joost-Ten-Noode niet werkelijk
afgenomen is sedert 6 jaar. Integendeel, 84 woningen stonden
leeg op 31 december 2004, 65 op 31 december 2005, 90 op
31 december 2006, 93 op 31 december 2007, 101 op 31 december
2008 en 103 op 31 december 2009.
Met uitzondering van een lichte daling tussen 2004 en 2005, is
de leegstand gestadig toegenomen sedert 2004. Een statistische
analyse laat dus een harde kern van leegstaande woningen vermoeden.
Question n° 280 de M. Bertin Mampaka du 27 juillet 2011
(Fr.) :
L’évolution du nombre de logements vides appartenant à la
SISP HBM de Saint-Josse-Ten-Noode.
Les renseignements statistiques relatifs à l’état du patrimoine
des SISP au 31 décembre 2009 ont été publiés par la SLRB.
Ce document permet notamment d’avoir une vue globale sur
l’ensemble des logements inoccupés relevant du patrimoine de ces
opérateurs immobiliers publics.
Une comparaison entre les différentes statistiques mises en
ligne par la SLRB depuis 2004 permet de constater que le nombre
de logements vides appartenant à la SISP HBM de Saint-Josse-
Ten-Noode ne diminue pas réellement depuis 6 ans. Au contraire,
celui-ci était de 34 logements vides au 31 décembre 2004, de 65
au 31 décembre 2005, de 90 au 31 décembre 2006, de 93 au
31 décembre 2007, de 103 au 31 décembre 2008, et de 103 au
31 décembre 2009.
Excepté une faible diminution entre 2004 et 2005, le vide locatif
n’a fait qu’augmenter depuis 2004. L’analyse statistique laisse
donc supposer un noyau dur de logements vacants.
Pourriez-vous dès lors me dire :
– Hoeveel van de 84 woningen die leegstonden op 31 december
2004 staan thans nog altijd leeg ? Om welke redenen ?
– In 2005 was renovatie aan de gang in 11 woningen en eind
2009 in 37 woningen.
– Is de renovatie die in 2005 aan de gang was altijd aan de gang ?
Zo ja, hebben onvoorziene omstandigheden geleid tot vertra-
– Sur les 84 logements vides au 31 décembre 2004, combien
sont-ils toujours vacants actuellement ? Pour quelles raisons
sont-ils encore vacants à ce jour ?
– Parmi les 103 logements vacants au 31 décembre 2009, 37
étaient, fin 2009, en cours de rénovation. Les travaux sont-ils
achevés à ce jour ? Si non pourquoi ?
– En 2005, 11 logements étaient en cours de rénovation, fin 2009,
ils étaient 37. Les 11 logements déjà en cours de rénovation en

248
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
gingen bij de renovatiewerken (geschil met de aannemers,
verergering van de schade aan de woningen, enz.) ? Zo ja,
dewelke, en welke maatregelen hebt u genomen om ze te verhelpen
?
– Hoeveel woningen uit het patrimonium van OVM staan nog
altijd leeg ? Om welke reden ?
– Is een tijdschema bepaald om ze terug op de huurmarkt te brengen
? Zo ja, hetwelk ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Wat de 84 woningen betreft die op 31 december 2004 leegstonden,
zijn er momenteel nog 26 woningen van het woningenbestand
van de OVM die leegstaan. Het betreft hier met name 26 woningen
die verdeeld zijn over 6 gebouwen, die allen het voorwerp
uitmaken van een zwaar renovatieproject.
Wat de 37 woningen betreft, waarvoor op 31 december 2009
renovatiewerken aan de gang waren, kan ik u het volgende meedelen
:
– 1 woning is op heden nog onbewoond en dit wegens belangrijke
renovatiewerken (vervanging van de daklijsten en herstelling
van de lekken onder de chape); voor deze woning zijn er
momenteel renovatiewerkzaamheden aan de gang;
– 21 andere woningen zijn momenteel nog onbewoond en zijn
uitsluitend gelegen binnen de site in de Dallaan en de Maria-
Theresiastraat; de verklaring voor deze situatie ligt vervat in
het feit dat de werkzaamheden voor de vervanging van de
versleten waterafvoerleidingen het voorwerp uitmaken van een
geschil, waarbij er gebreken werden vastgesteld in navolging
van een gerechtelijk deskundigenonderzoek dat werd uitgevoerd
op verzoek van de rechtbank van eerste aanleg; er dienen
herstellingswerkzaamheden te worden uitgevoerd – die het
voorwerp uitmaken van de lopende procedure – alvorens over
te kunnen gaan tot de renovaties en het opnieuw te huur stellen
van de woningen.
In 2005, moesten 11 woningen die niet over een badkamer
beschikten gerenoveerd worden via stedenbouwkundige lasten.
Het initiële project dat voorzag in de samenvoeging van 2 woningen
met 1 slaapkamer om 2-kamersappartementen met een badkamer
te creëren, is om administratieve redenen stopgezet. In het
kader van het initiële project, werd echter wel één 2-kamerwoning
afgewerkt met eigen middelen en opnieuw te huur gesteld.
Om niet teveel woningen te laten leegstaan binnen dit gebouw,
werd een nieuw project uitgewerkt, waarbij de 11 resterende
woningen zullen worden gerenoveerd en aangepast aan bejaarden.
Op heden staan 96 woningen leeg, met uitzondering van de
woningen die betrokken zijn bij het voornoemde geschil, en zijn
er voor 65 woningen renovaties aan de gang in het kader van een
investeringsprogramma.
Tot slot kunnen of zullen 9 woningen, buiten deze die zouden
vrijkomen vóór het einde van 2011, nog gerenoveerd worden door
de tussenkomst van de technische Regie.
2005, le sont-ils toujours ? Le cas échéant, des imprévus ont-ils
retardés les travaux de rénovation (litige avec l’entrepreneur,
aggravation des dégradations des logements, etc.) ? Si oui
quels sont-ils et quelles mesures avez-vous prises pour les surmonter
?
– Sur l’ensemble du patrimoine de la SISP, combien de logements
sont-ils toujours vides ?
– Un échéancier en termes de remise sur le marché locatif a-t-il
été fixé ? Si oui quel est-il ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
En ce qui concerne les 84 logements vides au 31 décembre
2004, actuellement 26 logements restent inoccupés au sein du
patrimoine de la SISP. En effet, il s’agit de 26 logements répartis
au sein de 6 immeubles, qui font tous l’objet d’un projet de rénovation
lourde.
En ce qui concerne les 37 logements en cours de rénovation au
31 décembre 2009 :
– 1 logement reste inoccupé à ce jour et ce en raison d’importants
travaux de rénovation (changement des châssis en toiture et
fuite sous chape). Ce logement est actuellement en cours de
rénovation;
– 21 autres logements restent inoccupés et sont localisés uniquement
au sein du site des rues Vallon et Marie-Thérèse. Cette
situation trouve son explication dans le fait qu’un chantier de
remplacement des décharges d’eaux usées fait l’objet d’un
litige, des malfaçons ayant été constatées suite à une expertise
judiciaire réalisée à la demande du tribunal de première instance.
Des travaux de réparation doivent être réalisés – c’est
tout l’objet de la procédure en cours –, avant de pouvoir opérer
les rénovations et les remettre sur le marché locatif.
En 2005, 11 logements qui ne disposaient pas de salle de bain
devaient faire l’objet de rénovations sur charges d’urbanisme. Le
projet initial, qui prévoyait la réunion de 2 logements de 1 chambre
à coucher pour créer des logements de 2 chambres avec salle
de bain, n’a pu aboutir pour des raisons administratives. Toutefois,
un logement de 2 chambres, dans le cadre du projet initial, a été
finalisé sur fonds propres et mis en location.
Actuellement, pour ne pas maintenir un taux d’inoccupation
trop important sur ce seul immeuble, un nouveau projet a été élaboré
et ce afin de rénover les 11 logements restants en logements
adaptés aux personnes âgées.
À ce jour, 96 logements sont vides dont, à l’exception de ceux
concernés par le litige évoqué ci-dessus, 65 sont concernés par des
rénovations dans le cadre du programme d’investissement.
Enfin, seuls 9 logements, hormis ceux qui viendraient à se
libérer avant la fin de l’exercice 2011, peuvent encore faire et font
l’objet de rénovations par l’entremise de la Régie technique.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
249
Ik had u er bij deze ook graag van op de hoogte gebracht dat
er in 2011 38 toewijzingen zijn gedaan en dat er 224 huurders van
woning veranderden tussen 1 januari 2005 en 1 september 2011.
À toutes fins utiles, je vous informe que 38 attributions ont été
effectuées en 2011 et que 224 mouvements locatifs se sont concrétisés
entre le 1 er janvier 2005 et le 1 er septembre 2011.
Vraag nr. 289 van mevr. Elke Van den Brandt d.d. 6 september
2011 (N.) :
De stijging van het aantal betaalbare gemeentewoningen
dankzij de huurtoelage.
De gewestelijke huurtoelage die werd goedgekeurd op het
einde van de vorige legislatuur is bedoeld om huurwoningen,
eigendom van de gemeente, betaalbaarder te maken. De toelage
dekt niet alleen het verschil tussen de huurprijs en een derde
van het inkomen van de huurder, ze kan ook enkel aangevraagd
worden voor woningen die een bepaalde maximumhuurprijs niet
overstijgen. Het mechanisme is dus eigenlijk bedoeld om gemeenten
en OCMW’s te stimuleren hun eigendom aan een betaalbare
prijs te verhuren.
We weten allemaal dat de gemeentelijke huurtoelage oorspronkelijk
geen groot succes was. Intussen heeft u inspanningen gedaan
om de gemeenten aan te sporen. Zijn deze reeds geëvalueerd ?
Hoeveel gemeenten hebben omwille van het bestaan van de
huurtoelage hun huurprijs verlaagd om in aanmerking te komen
voor de huurtoelage ?
Hoeveel betaalbare woningen zijn op die manier bij
ge creëerd ?
Zijn alle personen die de huurtoelage krijgen ook effectief personen
die er nood aan hebben omdat ze over een klein inkomen
beschikken ?
Welke gemeenten die niet over 15 % kwaliteitswoningen in
openbaar beheer beschikken, nemen niet deel ?
Welke reden geven gemeenten die niet deelnemen op voor hun
gebrek aan interesse ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
De volgende gemeenten hebben in 2010 een gewestelijke huurtoelage
aangevraagd :
– Sint-Joost-ten-Noode : 9.823 EUR (7 woningen);
– Schaarbeek : 7.851 EUR (24 woningen);
– Etterbeek : 5.681 EUR (9 woningen);
– Brussel : 14.156,42 EUR (30 woningen);
– Totaal : 37.512 EUR (70 woningen).
Daarnaast, heb ik met het oog op een evaluatie van de efficiëntie
van de huurtoelage en het onderscheiden van de aan te brengen
Question n° 289 de Mme Elke Van den Brandt du 6 septembre
2011 (N.) :
L'augmentation du nombre de logements communaux abordables
grâce à l'allocation-loyer.
L'allocation-loyer régionale approuvée à la fin de la législature
précédente vise à rendre plus abordables les biens locatifs dont la
commune est propriétaire. Non seulement l'allocation couvre la
différence entre le loyer et un tiers du revenu du locataire, mais
elle ne peut également être demandée que pour des logements ne
dépassant pas un loyer maximum déterminé. Le mécanisme vise
donc en fait à encourager les CPAS et les communes à louer leurs
biens à un prix abordable.
Nous savons tous que l'allocation-loyer régionale n'a pas connu
d'emblée un franc succès. Depuis lors, vous avez consenti des
efforts pour stimuler les communes. Ces efforts ont-ils déjà fait
l'objet d'une évaluation ?
Combien de communes ont-elles, en raison de l'existence de
l'allocation-loyer, diminué leurs loyers afin d'entrer en ligne de
compte pour l'allocation-loyer ?
Combien de logements abordables ont-ils été créés de la
sorte ?
Toutes les personnes qui bénéficient de l'allocation-loyer sontelles
également des personnes qui en ont réellement besoin parce
qu'elles disposent d'un faible revenu ?
Quelles communes ne disposant pas de 15 % de logements de
qualité à gestion publique ne participent-elles pas ?
Quel motif les communes qui ne participent pas invoquentelles
pour justifier leur manque d'intérêt ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Ont sollicité l'allocation-loyer régionale en 2010 les communes
suivantes :
– Saint-Josse-ten-Noode : 9.823 EUR (7 logements);
– Schaerbeek : 7.851 EUR (24 logements);
– Etterbeek : 5.681 EUR (9 logements);
– Bruxelles : 14.156,42 EUR (30 logements);
– Total : 37.512 EUR (70 logements).
Par ailleurs, en vue d'évaluer l'effectivité de l'allocation-loyer et
de distinguer les améliorations à y apporter, j'ai lancé une enquête

250
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
verbeteringen een onderzoek gelanceerd, waarbij de 19 Brusselse
gemeenten betrokken werden. Op basis van deze resultaten, heb ik
het initiatief genomen om het besluit van 6 maart 2008 te wijzigen.
Mijn voorstel ligt momenteel op de onderhandelingstafel van de
regering.
auprès des 19 communes bruxelloises. Sur la base de ces résultats,
j'ai entrepris une refonte de l'arrêté du 6 mars 2008, laquelle est
actuellement sur la table du gouvernement.
Vraag nr. 298 van mevr. Bianca Debaets d.d. 10 oktober 2011
(N.) :
De huurwaarborg van het Woningfonds.
Wie bij de inhuurname van een woning een huurwaarborg moet
betalen en niet over het noodzakelijke bedrag beschikt, kan zich
richten tot het Woningfonds om een renteloze lening op afbetaling
te bekomen.
In opvolging van uw antwoord op mijn schriftelijke vraag
nr. 93 d.d. 15 maart 2010 (cf. Bulletin nr. 7) had ik graag volgende
gegevens bekomen :
– Hoeveel personen hebben op dit fonds in 2010 een beroep
gedaan ? Hoeveel contracten werden in 2010 effectief afgesloten
? En wat is het gemiddeld ontleend bedrag waarvoor in
2010 een contract werd afgesloten ?
– Kan u informatie bezorgen met betrekking tot de bedragen die
vanuit dit fonds in 2010 voor de huurwaarborg ter beschikking
werden gesteld ?
– Hoe ziet de gezinssamenstelling eruit van de personen die op
dit fonds een beroep hebben gedaan ?
– Wat is hun professionele situatie (percentage loontrekkenden
ten opzichte van uitkeringsgerechtigden) ?
– Binnen welke inkomenscategorieën vielen de begunstigden
van de huurwaarborg ?
– Kan u informatie geven over de geografische spreiding van de
aanvragers ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
In 2010 vroegen bijna 1.800 mensen de informatiebrochure en
het aanvraagformulier aan.
Er werden 408 aanvragen ingediend (waarvan 11 in onderzoek
op 31 december 2010).
Van die 408 hebben er 241 (59,07 %) geleid tot de afsluiting van
een lening, en dit voor een totaal bedrag van 236.781,12 EUR.
Dit komt neer op een gemiddelde lening van 982,49 EUR.
Question n° 298 de Mme Bianca Debaets du 10 octobre 2011
(N.) :
La garantie locative du Fonds du logement.
Toute personne qui, pour pouvoir louer un logement, doit verser
une garantie locative mais ne dispose pas du montant requis
peut s'adresser au Fonds du logement pour obtenir un prêt à tempérament
sans intérêts.
Faisant suite à votre réponse à ma question écrite n° 93 du
15 mars 2010 (Bulletin n° 7), je voudrais vous poser les questions
suivantes :
– Combien de personnes ont-elles fait appel à ce fonds en 2010 ?
Combien de contrats ont-ils effectivement été signés en 2010 ?
Et quel est le montant moyen emprunté ayant fait l'objet d'un
contrat en 2010 ?
– Pouvez-vous fournir des informations au sujet des montants
mis à disposition par ce fonds en 2010 pour financer la garantie
locative ?
– Quelle est la composition du ménage des personnes qui ont fait
appel à ce fonds ?
– Quelle est leur situation professionnelle (pourcentage de salariés
par rapport aux allocataires sociaux) ?
– De quelles catégories de revenu les bénéficiaires de la garantie
locative relevaient-ils ?
– Pouvez-vous nous donner des informations sur la répartition
géographique des demandeurs ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
En 2010, presque 1.800 personnes ont demandé la brochure
d'information et le formulaire d'inscription.
408 demandes ont été introduites (dont 11 étaient en cours
d'investigation en date du 31 décembre 2010).
Des 408 demandes 241 (59,07 %) ont mené à la souscription
d'un prêt et ceci pour un montant total de 236.781,12 EUR.
Cela équivaut à un montant de prêt moyen de 982,49 EUR.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
251
Huurwaarborgleningen – Samenstelling van de ontlenersgezinnen – 2010 :
–
Prêts avec garantie locative – Composition des ménages-emprunteurs – 2010 :
Huurwaarborgleningen –
Aantal
Samenstelling van de Aantal Aantal Aantal inwonenden Totaal aantal
ontleners-gezinnen – 2010 gezinnen kinderen ontleners (*) niet-ontleners bewoners
– – – – – –
Prêts avec garantie locative Nombre de Nombre Nombre Nombre Nombre
– Composition des ména- ménages d'enfants d'emprunteurs (*) d'occupants total
ges-emprunteurs – 2010 non-emprunteurs d'occupants
Aantal % Alleenstaand Samenwonend
– – – –
Nombre % Isolé Cohabitant
Alleenstaand/Isolé 111 46,06 0 11 0 1 112
Twee volwassenen/
Deux adultes 24 9,96 0 1 46 1 48
Gezinnen met 1 kind/
Ménages avec 1 enfant 43 17,84 45 30 28 0 103
Gezinnen met 2 kinderen/
Ménages avec 2 enfants 22 9,13 44 9 26 0 79
Gezinnen met 3 kinderen/
Ménages avec 3 enfants 18 7,47 54 11 14 1 80
Gezinnen met 4 kinderen/
Ménages avec 4 enfants 17 7,06 68 7 20 1 96
Gezinnen met 5 kinderen/
Ménages avec 5 enfants 1 0,41 5 0 2 0 7
Gezinnen met 6 kinderen/
Ménages avec 6 enfants 1 0,41 6 0 2 0 8
Andere/Autres 4 1,66 14 1 6 1 22
Totaal/Total 241 100,00 236 170 144 5 555
(*) Het betreft hier het totaal aantal ontleners.
(*) Il s'agit ici du nombre total d'emprunteurs.
d) Sociaal-professioneel statuut van de ontleners (*) – Huurwaarborg – 2010
d) Statut social-professionnel des emprunteurs (*) Garantie locative – 2010
Sociaal-professioneel statuut Aantal %
– – –
Statut social-professionnel Nombre %
Zelfstandig/Indépendant 3 1,25
Bediende/Employé 55 22,82
Arbeider/Ouvrier 48 19,92
Werkloos/Chômeur 84 34,85
Ziek of invaliditeitsuitkeringsgerechtigde/Malade ou ayant droit à une indemnité d'invalidité 23 9,54
Gepensioneerd/Pensionné 17 7,06
Vervangingsinkomen/Revenu de remplacement 10 4,15
Andere/Autres 1 0,41
Totaal/Total 241 100
(*) De ontlener die het hoogste inkomen heeft binnen het gezin.
Inkomenscategorie :
Het maandelijks netto-inkomen van de ontlenersgezinnen,
inclusief kinderbijslag, bedroeg in 2010 gemiddeld 1.466,34 EUR.
Het laagste inkomen bedroeg 725,66 EUR/maand. Het betrof een
alleenstaande die moet rondkomen met een invaliditeitsuitkering
die wordt uitbetaald door het RIZIV. Het hoogste inkomen was
(*) C'est-à-dire de l'emprunteur qui dispose du plus haut revenu
au sein du ménage.
Catégorie de revenu :
Le revenu moyen mensuel net des ménages-emprunteurs, y compris
les allocations familiales, s'élevait en 2010 à 1.466,34 EUR.
Le revenu le plus bas s'élevait à 725,66 EUR/mois. Il s'agissait
d'une personne isolée qui devait se contenter d'une indemnité
d'invalidité payée par l'INAMI. Le revenu le plus élevé s'élevait à

252
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
3.927,27 EUR/maand, met name, het salaris en de kinderbijslag
voor een koppel met 7 kinderen.
3.927,27 EUR/mois. Il s'agissait en effet du salaire et des allocations
familiales d'un couple avec 7 enfants.
Geografische spreiding – Huurwaarborg – 2010
Répartition géographique – Garantie locative – 2010
Plaats / Lieu Aantal / Nombre %
Anderlecht 18 7,47
Brussel / Bruxelles 35 14,52
Elsene / Ixelles 28 11,62
Etterbeek 17 7,06
Evere 5 2,08
Ganshoren 8 3,32
Haren 0 0
Jette 12 4,98
Koekelberg 7 2,9
Laken / Laeken 10 4,15
Neder-over-Heembeek 2 0,83
Oudergem / Auderghem 2 0,83
Schaarbeek / Schaerbeek 20 8,3
Sint-Agatha-Berchem / Berchem-Sainte-Agathe 4 1,66
Sint-Gillis / Saint-Gilles 27 11,2
Sint-Jans-Molenbeek / Molenbeek-Saint-Jean 10 4,15
Sint-Joost-ten-Node / Saint-Josse-ten-Noode 4 1,66
Sint-Lambrechts-Woluwe / Woluwe-Saint-Lambert 0 0
Sint-Pieters-Woluwe / Woluwe-Saint-Pierre 2 0,83
Ukkel / Uccle 9 3,73
Vorst / Forest 20 8,3
Watermaal-Bosvoorde / Watermael-Boitsfort 1 0,41
Totaal / Total 241 100

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
253
Spreiding van de toegekende leningen voor Huurwaarborg in 2010 per gemeente (percentages):
Répartition des emprunts accordés pour la Garantie locative en 2010 par commune (pourcentages)
Minder dan/ Moins de 6 % de/van 6% à/tot 11 % van/de 11% tot/à 16 % 16 % en meer/et plus
1 = Anderlecht
2A = Brussel / Bruxelles
3 = Elsene / Ixelles
4 = Etterbeek
5 = Evere
6 = Ganshoren
2B = Haren
7 = Jette
8 = Koekelberg
2C = Laken / LAeken a
2D = Neder-Over-Heembeek
9 = Oudergem / Auderghem
10 = Schaarbeek / Schaerbeek
11 = Sint-Agatha-Berchem / Berchem-Sainte-Agathe
Saint-Agathe
12 = Sint-Gillis / Saint-Gilles
13 = Sint-Jans-Molenbeek / Molenbeek-Saint-Jean
Saint--Jean
14 = Sint-Joost-ten-Node / Saint-Josse-ten-Noode
Saint-Josse-ten-Node
15 = Sint-Lambrechts-Woluwe / Woluwe-Saint-Lambert
Woluwé 16 = Sint-Pieters-Woluwe / Woluwe-Saint-Pierre
Woluwé 17 = Ukkel / Uccle
18 = Vorst / Forest
19 = Watermaal-Bosvoorde / Watermael-Boitsfort
Vraag nr. 299 van mevr. Bianca Debaets d.d. 10 oktober 2011
(N.) :
De begunstigden van een lening bij het Woningfonds die voldoen
aan de voorwaarden van de sociale huisvesting.
Gelet op het feit dat om een lening te kunnen aangaan bij het
Woningfonds men een zeker inkomensplafond niet mag overstijgen,
kunnen we aannemen dat vele aanvragers ook voldoen aan de
voorwaarden om een sociale woning te kunnen krijgen.
Question n° 299 de Mme Bianca Debaets du 10 octobre 2011
(N.) :
Les bénéficiaires d'un prêt du Fonds du logement qui remplissent
les conditions du logement social.
Étant donné que, pour pouvoir souscrire un emprunt auprès du
Fonds du logement, on ne peut pas dépasser un certain plafond
de revenu, on peut supposer qu'un grand nombre de demandeurs
remplissent également les conditions pour pouvoir bénéficier d'un
logement social.

254
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Kunt u mij – als opvolging van uw antwoord op mijn schriftelijke
vraag nr. 114 d.d. 15 juni 2010 (cf. Bulletin nr. 9) – voor
2010 het percentage geven van de personen die een lening van het
Woningfonds gekregen hebben én tevens in aanmerking kwamen
voor een sociale huurwoning ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Een grote meerderheid van de ontleners bij het Fonds voldoet
aan de inkomensvoorwaarden om aanspraak te kunnen maken op
een sociale woning :
In 2010 was dit 87,31 % van de nieuwe ontleners (zijnde 640
op de 733 verleden leningsaktes in 2010).
Ter vergelijking :
2009 : 86,80 %
2008 : 75,22 %
2007 : 76,28 %
2006 : 82,16 %
2005 : 88,27 %
Suite à votre réponse à ma question écrite n° 114 du 15 juin
2010 (Bulletin n° 9), pouvez-vous me communiquer, pour 2010,
le pourcentage de personnes qui ont obtenu un prêt du Fonds du
logement et qui entraient également en ligne de compte pour un
logement social ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Une grande majorité des emprunteurs du Fonds satisfait aux
conditions de revenus afin de pouvoir bénéficier d'un logement
social :
En 2010, il s'agissait de 87,31 % des nouveaux emprunteurs
(c'est-à-dire 640 sur 733 actes de prêt passés en 2010).
À titre de comparaison :
2009 : 86,80 %
2008 : 75,22 %
2007 : 76,28 %
2006 : 82,16 %
2005 : 88,27 %
Vraag nr. 300 van mevr. Bianca Debaets d.d. 10 oktober 2011
(N.) :
Het aantal huurhulpwoningen beheerd door het Woningfonds.
Het Woningfonds koopt woningen aan en renoveert ze of
bouwt nieuwe. Deze zijn bestemd om verhuurd te worden aan
gezinnen met lage inkomsten die moeilijkheden ondervinden om
zich deftig te huisvesten.
1. Hoeveel huurhulpwoningen werden door het Woningfonds
opgekocht en/of gerenoveerd sinds 2008, graag opgesplitst per
jaar ?
2. Hoeveel gebouwen bestemd voor huurhulp heeft het Woningfonds
momenteel in portefeuille ? Hoeveel van deze gebouwen
omvatten (a) 1 woning; (b) 2 woningen; (c) 3 woningen; (d) 4
of 5 woningen; (e) 6 tot 10 woningen; (f) 11 tot 15 woningen;
(g) meer dan 15 woningen ?
3. Hoeveel van deze woningen omvatten : (a) 1 kamer; (b)
2 kamers; (c) 3 kamers; (d) 4 kamers; (e) 5 kamers en meer; (f)
nog niet vastgesteld ?
4. Wat is de geografische spreiding van de huurhulpwoningen
over de 19 Brusselse gemeentes ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag deel ik het geachte lid de
volgende elementen mede :
Eind 2010 telde het huurpatrimonium 372 gebouwen. Op
31 december 2009 waren dat er 368.
In totaal heeft het Fonds de renovatie afgerond van 59 woningen
die voordien al werden verhuurd in het kader van de huurhulp.
Question n° 300 de Mme Bianca Debaets du 10 octobre 2011
(N.) :
Le nombre de logements en aide locative gérés par le Fonds
du logement.
Le Fonds du logement achète des logements et les rénove,
ou construit des logements neufs. Ils sont destinés à être loués à
des ménages à faibles revenus qui ont des difficultés à se loger
décemment.
1. Combien de logements en aide locative le Fonds du logement
a-t-il achetés et/ou rénovés depuis 2008 – merci de ventiler par
année ?
2. Combien d'immeubles destinés à l'aide locative le Fonds du
logement a-t-il actuellement en portefeuille ? Combien de ces
immeubles comportent-ils a) 1 logement, b) 2 logements, c)
3 logements, d) 4 ou 5 logements, e) 6 à 10 logements, f) 11 à
15 logements, et g) plus de 15 logements ?
3. Combien de ces logements comportent-ils a) 1 chambre, b)
2 chambres, c) 3 chambres, d) 4 chambres, e) 5 chambres ou
plus, ou f) non encore déterminé ?
4. Quelle est la répartition géographique des logements en aide
locative dans les 19 communes bruxelloises ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Fin 2010, le patrimoine locatif comptait 372 immeubles. En
date du 31 décembre 2009, ce nombre s'élevait à 368.
Au total, le Fonds a achevé la rénovation de 59 logements, qui
étaient auparavant déjà loués dans le cadre d'une aide locative.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
255
Daarenboven werden ook 35 « nieuwe woningen » gecreëerd.
Onder « nieuwe woningen » verstaat men : woningen die voordien
nog geen voorwerp uitmaakten van een huurhulpverrichting.
Van die 35 zijn er 31 zware renovaties en 4 nieuwbouwwoningen.
In 2009 heeft men zo 82 woningen gecreëerd.
In 2008 was geen enkele nieuwe woning afgewerkt.
2007 : 33 woningen
2006 : 30 woningen
In 2010 werden er 68 woningen in huur gegeven, waarvan 25
in het kader van het huisvestingsplan.
Het huurhulppatrimonium bestond eind 2010 uit 372 gebouwen.
Het gaat enerzijds om gebouwen die verhuurd zijn of vroeger
al verhuurd werden in het kader van de huurhulp (de zogenaamde
« oude gebouwen ») en anderzijds om gebouwen die gerenoveerd
of heropgebouwd moeten worden en om bouwgronden die nooit
eerder werden toegewezen in het kader van de huurhulp (de zogenaamde
« nieuwe gebouwen »).
30,92 % van de gebouwen zijn ééngezinswoningen, 42,74 %
zijn tweegezinswoningen, 11,29 % bestaan uit 3 woningen en
9,68 % uit 4 tot 10 woningen. Slechts 5,37 % van de gebouwen
binnen het huurhulppatrimonium tellen meer dan 10 woningen.
Par ailleurs, 35 « nouveaux » logements ont été crées.
Par « nouveaux » logements, on entend: logements qui ne
bénéficiaient auparavant pas encore d'une aide locative.
De ces 35 logements, 31 ont besoin d'une lourde rénovation et
4 logements concernent des nouvelles constructions.
Ainsi, en 2009, 82 logements ont été créés.
En 2008, aucun nouveau logement n'a été achevé.
2007 : 33 logements
2006 : 30 logements
En 2010, 68 logements ont été mis en location, dont 25 logements
dans le cadre du Plan Logement.
Fin 2010, le patrimoine de l'aide locative s'élevait à 372 immeubles.
Il s'agit d'une part de bâtiments étant loués ou ayant été loués
dans le passé dans le cadre de l'aide locative (lesdits « vieux »
bâtiments) et, d'autre part, de bâtiments devant être rénovés ou
réhabilités et de terrains à bâtir qui n'ont jamais été attribués dans
le cadre de l'aide locative (lesdits « nouveaux » bâtiments).
30,92 % des bâtiments sont des logements uni-personnels,
42,74 % sont des logements bi-familiaux, 11,29 % sont composés
de 3 logements et 9,68 % sont composés de 4 à 10 logements.
Seuls 5,37 % des bâtiments du patrimoine de l'aide locative comptent
plus de 10 logements.
Verdeling van de gebouwen volgens het aantal woningen waaruit zij bestaan of zullen bestaan (2010) :
–
Répartition des bâtiments suivant le nombre de logements dont ils sont ou seront composés (2010)
Aard van het gebouw Nieuw (1) Oud (2) Aantal %
– – – – –
Nature du bâtiment Nouveau (1) Vieux (2) Nombre %
Aantal % Aantal %
– – – –
Nombre % Nombre %
Eengezinswoning/Logement uni-personnel 1 0,27 114 30,65 115 30,92
Tweegezinswoning/Logement bi-familial 0 0,00 159 42,74 159 42,74
Driegezinswoning/Logement triple familial 0 0,00 42 11,29 42 11,29
Met 4 of 5 woningen/
Composé de 4 ou 5 logements 1 0,27 20 5,38 21 5,65
Met 6 of 10 woningen/
Composé de 6 à 10 logements 1 0,27 14 3,76 15 4,03
Met 11 of 15 woningen/
Composé de 11 à 15 logements 1 0,27 4 1,075 1,34
Met meer dan 15 woningen/
Composé de plus de 15 logements 8 2,15 7 1,88 154,03
Totaal/Total 12 3,23 360 96,77 372 100,00
(1) Gebouwen die nog geen deel hebben uitgemaakt van huurhulpactiviteiten,
die te renoveren of in renovatie zijn of te bouwen
of in opbouw zijn.
(2) Gebouwen die reeds het voorwerp hebben uitgemaakt van
huurhulpactiviteiten.
(1) Bâtiments qui n'ont pas encore fait l'objet de facilités d'aide
locative, qui sont à rénover, qui sont en cours de rénovation, qui
doivent être construits ou qui sont en cours de construction.
(2) Bâtiments qui ont déjà fait l'objet de facilités d'aide locative.

256
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Eind 2010 bestaat het huurhulppatrimonium uit 976 « bestaande
woningen », die momenteel verhuurd worden, vroeger waren
verhuurd of die klaar staan voor een eerste toewijzing.
Daarnaast zijn er 331 « woningen in creatie » (renovatie/
(herop)bouw), en dit in gebouwen die in ofwel heel slechte staat
zijn, er verlaten bij liggen of op gronden die aangekocht zijn voor
de uitbreiding van de huurhulpverrichtingen.
In totaal wordt dus huurhulp gegeven voor 1.307 woningen.
Van die 1.307 woningen zijn er 191 (14,61 %) met 1 kamer,
332 (25,40 %) met 2 kamers, 553 (42,31 %) met 3 of 4 kamers
en 88 (6,74 %) met 5 kamers of meer. Voor 143 nog te creëren
woningen (10,94 %) is het aantal kamers nog niet bepaald. De
architectuurstudie ervan is nog niet afgerond of er moet nog mee
worden gestart.
Fin 2010, le patrimoine de l'aide locative était composé de
976 logements « existants » qui sont momentanément loués, ont
été loués dans le passé ou qui sont prêts à être mis en location.
Par ailleurs, 331 logements sont « en création » (rénovation/
(ré)habilitation). Ces logements sont des logements qui se trouvent
en mauvais état, qui sont abandonnés ou qui se trouvent sur
des terrains qui ont été achetés pour l'extension des actions d'aide
locative.
Le nombre total de logements bénéficiant de l'aide locative
s'élève donc à 1.307 unités.
Des 1.307 logements, 191 (14,61 %) logements comptent
1 chambre, 332 (25,40 %) logements comptent 2 chambres, 553
(42,31 %) logements comptent 3 ou 4 chambres et 88 (6,74 %)
comptent 5 chambres ou plus. Pour 143 logements à créer
(10,94 %), le nombre de chambres n'a pas encore été déterminé.
L'étude architecturale y afférente n'a pas encore été achevée ou
doit encore être initiée.
Verdeling van de woningen volgens het aantal kamers waaruit zij bestaan of zullen bestaan (2010) :
–
Répartition des logements suivant le nombre de chambres dont ils sont ou seront composés (2010)
Aard van de woning Nieuw (1) Oud (2) Aantal %
– – – – –
Nature du logement Nouveau (1) Vieux (2) Nombre %
Aantal % Aantal %
– – – –
Nombre % Nombre %
1 kamer/1 chambre 68 5,20 123 9,41 191 14,61
2 kamers/2 chambres 112 8,57 220 16,83 332 25,40
3 kamers/3 chambres 31 2,37 318 24,33 349 26,70
4 kamers/4 chambres 12 0,92 192 14,69 204 15,61
5 kamers/5 chambres 0 0,00 74 5,66 74 5,66
6 kamers/6 chambres 0 0,00 10 0,77 10 0,77
Meer dan 6 kamers/Plus de 6 chambres 0 0,00 4 0,31 4 0,31
Nog niet vastgesteld/Pas encore déterminé 143 10,94 0 0,00 143 10,94
Totaal/Total 366 28,00 941 72,00 1.307 100,00
(1) Woningen waarvoor nog geen huurhulp gegeven werd, die te
renoveren of in renovatie zijn of die te bouwen of in opbouw
zijn.
(2) Woningen waarvoor reeds huurhulp verstrekt werd.
Wanneer alle projecten, waarvoor op 31 december 2010 budgetten
werden vrijgemaakt, afgerond zullen zijn, zal het huurhulppatrimonium
uit 1.393 woningen bestaan. Bovendien zal dit
patrimonium met 500 woningen worden uitgebreid, zoals voorzien
in het kader van het « Gewestelijk Huisvestingsplan ».
(1) Logements qui n'ont pas encore fait l'objet de facilités d'aide
locative, qui sont à rénover, qui sont en cours de rénovation,
qui doivent être construits ou qui sont en cours de construction.
(2) Bâtiments qui ont déjà fait l'objet de facilités d'aide locative.
Lorsque tous les projets, pour lesquels des budgets ont été libérés
en date du 31 décembre 2010, seront achevés, le patrimoine
de l'aide locative sera composé de 1.393 logements. En outre, ce
patrimoine se verra augmenter de 500 logements tel que prévu
dans le cadre du « Plan régional du logement ».

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
257
Geografische spreiding – Huurhulp – Verdeling van de gebouwen en woningen volgens gemeente (2010) :
Répartition géographique – Aide locative – Répartition des bâtiments et logements par commune (2010)
Gemeente
Gebouwen
– –
Commune
Bâtiments
Nieuwe (1) Oude (2) In absolute cijfers %
Nouveaux (1) Vieux (2) En chiffres absolus %
Aantal % Aantal %
Nombre % Nombre %
Anderlecht 3 0,81 39 10,48 42 11,29
Brussel / Bruxelles 1 0,27 34 9,14 35 9,41
Elsene / Ixelles 1 0,27 20 5,38 21 5,65
Etterbeek 0 0,00 15 4,03 15 4,03
Evere 0 0,00 7 1,88 7 1,88
Ganshoren 0 0,00 1 0,27 1 0,27
Haren 0 0,00 0 0,00 0 0,00
Jette 0 0,00 39 10,48 39 10,48
Koekelberg 0 0,00 8 2,15 8 2,15
Laken / Laeken 1 0,27 16 4,30 17 4,57
Neder-over-Heembeek 0 0,00 2 0,54 2 0,54
Oudergem / Auderghem 0 0,00 0 0,00 0 0,00
Schaarbeek / Schaerbeek 0 0,00 79 21,24 79 21,24
St-Agatha-Berchem / Berchem-Ste-Agathe 1 0,27 2 0,54 3 0,81
Sint-Gillis / Saint-Gilles 2 0,54 17 4,57 19 5,11
St-Jans-Molenbeek / Molenbeek-St-Jean 3 0,81 38 10,21 41 11,02
St-Joost-ten-Node / St-Josse-ten-Noode 0 0,00 25 6,72 25 6,72
St-Lambrechts-Woluwe / Woluwe-St-Lambert 0 0,00 0 0,00 0 0,00
St-Pieters-Woluwe / Woluwe-St-Pierre 0 0,00 2 0,54 2 0,54
Ukkel / Uccle 0 0,00 4 1,07 4 1,07
Vorst / Forest 0 0,00 12 3,22 12 3,22
Watermaal-Bosvoorde / Watermael-Boitsfort 0 0,00 0 0,00 0 0,00
Totaal / Total 12 3,24 360 96,76 372 100,00
Gemeente
Woningen
– –
Commune
Logements
Nieuwe (1) Oude (2) In absolute cijfers %
Nouveaux (1) Vieux (2) En chiffres absolus %
Aantal % Aantal %
Nombre % Nombre %
Anderlecht 45 3,45 102 7,80 147 11,25
Brussel / Bruxelles 21 1,61 120 9,18 141 10,79
Elsene / Ixelles 21 1,61 42 3,21 63 4,82
Etterbeek 0 0,00 28 2,14 28 2,14
Evere 0 0,00 14 1,07 14 1,07
Ganshoren 0 0,00 1 0,08 1 0,08
Haren 0 0,00 0 0,00 0 0,00
Jette 0 0,00 68 5,20 68 5,20
Koekelberg 0 0,00 13 0,9913 0,99
Laken / Laeken 27 2,07 28 2,14 55 4,21
Neder-over-Heembeek 0 0,00 2 0,15 2 0,15
Oudergem / Auderghem 0 0,00 0 0,00 0 0,00
Schaarbeek / Schaerbeek 11 0,84 161 12,32 172 13,16

258
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
St-Agatha-Berchem / Berchem-Ste-Agathe 10 0,77 22 1,68 32 2,45
Sint-Gillis / Saint-Gilles 86 6,58 52 3,97 138 10,55
St-Jans-Molenbeek / Molenbeek-St-Jean 143 10,95 162 12,39 305 23,34
Sint-Joost-ten-Node / Saint-Josse-ten-Noode 0 0,00 67 5,13 67 5,13
St-Lambrechts-Woluwe / Woluwe-St-Lambert 0 0,00 0 0,00 0 0,00
Sint-Pieters-Woluwe / Woluwe-St-Pierre 0 0,00 4 0,31 4 0,31
Ukkel / Uccle 0 0,00 10 0,77 10 0,77
Vorst / Forest 2 0,15 45 3,44 47 3,59
Watermaal-Bosvoorde / Watermael-Boitsfort 0 0,00 0 0,00 0 0,00
Totaal / Total 366 28,03 941 71,97 1.307 100,00
(1) Gebouwen of woningen die nog geen voorwerp hebben
uitgemaakt van huurhulpactiviteiten, die in renovatie of the
renoveren zijn of die in opbouw of the bouwen zijn.
(2) Gebouwen of woningen die reeds het voorwerp hebben uitgemaakt
van huurhulpactiviteiten.
(1) Bâtiments ou logements qui n'ont pas encore fait l'objet de
facilités d'aide locative, qui sont à rénover, qui sont en cours
de rénovation, qui doivent être construits ou qui sont en cours
de construction.
(2) Bâtiments ou logements qui ont déjà fait l'objet de facilités
d'aide locative.
Spreiding Spreding van van de de woningen in in de huurhulp per gemeente in in 2010 (percentages)
Répartition des des logements bénéficiant de l'aide locative par commune en en 2010 (pourcentages)
Minder dan / moins de 2% van/de 2% tot/à 4 % van/de 4% tot/à 10% 10% en meer/et plus
1 = Anderlecht
2A = Brussel / Bruxelles
3 = Elsene / Ixelles
4 = Etterbeek
5 = Evere
6 = Ganshoren
2B = Haren
7 = Jette
8 = Koekelberg
2C = Laken / Laeken
2D = Neder-Over-Heembeek
9 = Oudergem / Auderghem
10 = Schaarbeek / Schaerbeek
11 = Sint-Agatha-Berchem / Berchem-Sainte-Agathe
Saint-Agathe
12 = Sint-Gillis / Saint-Gilles
13 = Sint-Jans-Molenbeek / Molenbeek-Saint-Jean
14 = Sint-Joost-ten-Node / Saint-Josse-ten-Noode
15 = Sint-Lambrechts-Woluwe / Woluwe-Saint-Lambert
Woluwé 16 = Sint-Pieters-Woluwe / Woluwe-Saint-Pierre
Woluwé 17 = Ukkel / Uccle
18 = Vorst / Forest
19 = Watermaal-Bosvoorde / Watermael-Boitsfort

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
259
Vraag nr. 305 van mevr. Céline Fremault d.d. 20 oktober 2011
(Fr.) :
Eenoudergezinnen in de sociale huisvesting.
Er zijn steeds meer eenoudergezinnen in de sociale huisvesting.
Volgens de cijfers van de Brusselse Gewestelijke
Huisvestingsmaatschappij ( 1 ), bestaan op 12.929 gezinnen met
kinderen, 6.011 gezinnen uit een alleenstaande ouder en 5.246 uit
alleenstaande vrouwen.
Ondervinden de eenoudergezinnen meer moeilijkheden om hun
huur en lasten te betalen ? Zijn de eenoudergezinnen en gezinnen
met een vrouw aan het hoofd vaker betrokken bij geschillen ?
(1) Jaarverslag van de BGHM 2009.
Antwoord : In antwoord op haar vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Er zijn inderdaad veel eenoudergezinnen binnen de sociale
huisvesting.
Er bestaan geen statistieken inzake het socio-economisch profiel
van de personen met betalingsproblemen binnen de sociale
huisvesting.
Question n° 305 de Mme Céline Fremault du 20 octobre 2011
(Fr.) :
Familles monoparentales dans le logement social.
Les familles monoparentales sont de plus en plus nombreuses
dans le logement social. Ainsi, d’après les chiffres fournis par la
Société du Logement de la Région de Bruxelles-Capitale ( 1 ), sur
12.929 ménages avec enfants, 6.011 sont gérés par un parent seul
et 5.246 ménages avec enfants sont gérés par des femmes seules.
Pouvez-vous me dire si les familles monoparentales ont plus
de difficultés à payer leur loyer et leurs charges ? Les contentieux
concernent-ils plus spécifiquement les familles monoparentales et
celles gérées par des femmes ?
(1) Rapport annuel de la SLRB, année 2009.
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Il y a effectivement beaucoup de familles monoparentales dans
le logement social.
Il n'existe pas de statistiques sur le profil socio-économique des
personnes en difficulté de paiement dans le logement social.
Vraag nr. 312 van de heer Vincent De Wolf d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Beheersovereenkomst tussen de Brusselse regering en het
Woningfonds.
Het goede beheer van de thesaurieoperaties van het Woningfonds
van het Brussels Gewest is onlangs in vraag gesteld, met name op
het vlak van de interne procedures voor de financiële beleggingen.
De huidige beheersovereenkomst tussen de regering en het
Woningfonds van vijf jaar, is gesloten op 27 januari 2011 en is op
9 mei 2011 in het Staatsblad bekendgemaakt.
Question n° 312 de M. Vincent De Wolf du 10 novembre 2011
(Fr.) :
Contrat de gestion liant le gouvernement bruxellois au Fonds
du Logement.
La bonne gestion des opérations de trésorerie du Fonds du
Logement de la Région de Bruxelles-Capitale a récemment été
mise en cause, notamment quant aux procédures internes visant à
opérer des opérations de placement financier.
L’actuel contrat de gestion liant le gouvernement au Fonds du
Logement pour une durée de cinq ans a été conclu le 27 janvier
2011 et publié au Moniteur belge le 9 mai suivant.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Is er een externe evaluatie over de beheerswijze van de thesaurie
van het Woningfonds gemaakt in het kader van die beheersovereenkomst
? Zo ja, wat waren de conclusies ?
– Zo niet, welke evaluatie heeft de regering gemaakt voor of in
het kader van de ondertekening van de huidige beheersovereenkomst
? Wat waren de conclusies over de thesaurieoperaties
van he Woningfonds ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
De invoering van de nieuwe beheersovereenkomst, die het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest aan het Woningfonds bindt en die
– Une évaluation externe, notamment quant aux modes de gestion
de la trésorerie du Fonds du Logement, a-t-elle été opérée
dans le cadre de l’établissement de ce contrat de gestion ? Si
oui, quelles en étaient les conclusions ?
– À défaut, quelle forme d’évaluation le gouvernement a-t-il
opérée avant ou dans le cadre de la conclusion du contrat de
gestion actuel ? Quelles étaient les conclusions de cette évaluation
quant aux opérations touchant la trésorerie du Fonds du
Logement ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
La mise en place du nouveau contrat de gestion liant la Région
de Bruxelles-Capitale et le Fonds du logement daté du 27 janvier

260
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
werd afgesloten op 27 januari 2011, werd niet voorafgegaan door
een externe evaluatie. Een groot aantal bepalingen van de vorige
overeenkomst die dateren van 1997 en het voorwerp hebben uitgemaakt
van een stilzwijgende verlenging in 2002, waren verouderd
en onaangepast.
Daarentegen, werd er op vraag van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest in de lente van 2010 door het Fonds wel een vergelijkende
studie georganiseerd met betrekking tot de financieringssystemen
van de drie gewestelijke Woningfondsen. Uit deze studie bleek
met name dat het Brussels Woningfonds een goede beurt maakte
in vergelijking met de andere twee fondsen en dit naar rato van de
solvabiliteit en de bankschulden. Deze gunstige positie werd met
name bepaald op basis van de verschillende financieringssystemen
die destijds werden toegepast en heeft ertoe geleid te besluiten dat
het huidige systeem van het Brussels Fonds behouden moest worden,
waarbij er echter wel voorzien werd in de mogelijkheid om
over te stappen van een vereffeningssysteem op basis van trimestriële
schijven naar een systeem met jaarlijkse schijven : dit werd
ingevoerd door het besluit van de BHR van 8 september 2011.
2011 n'a pas été précédée d'une évaluation externe. De nombreux
termes du contrat précédent, datant de 1997 et ayant fait l'objet
d'une tacite reconduction en 2002, étaient devenus obsolètes et
inadaptés.
Par contre une étude comparative sur les systèmes de financement
des trois Fonds du logement régionaux avait été commanditée
par le Fonds bruxellois au printemps 2010 à la demande de la
Région de Bruxelles-Capitale. Cette étude mettait notamment en
évidence le bon positionnement du Fonds bruxellois par rapport
aux deux autres Fonds à partir des ratios de solvabilité et d'endettement
bancaire. Ce positionnement favorable était notamment
relu à partir des différents systèmes de financement pratiqués à
l'époque et a abouti à la conclusion de l'intérêt de maintenir le
système actuel du Fonds bruxellois du logement avec néanmoins
la possibilité de glisser d'un système de liquidations de tranches
trimestrielles à un système de tranches annuelles; ce que l'arrêté
du GRBC du 8 septembre 2011 a mis en place.
Vraag nr. 313 van de heer Vincent De Wolf d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Regeringscommissarissen in het Woningfonds.
Het goede beheer van de thesaurieoperaties van het Woningfonds
van het Brussels Gewest is onlangs in vraag gesteld, met name op
het vlak van de interne procedures voor de financiële beleggingen.
De gewestregering heeft twee commissarissen in het fonds.
Question n° 313 de M. Vincent De Wolf du 10 novembre 2011
(Fr.) :
Commissaires du gouvernement au sein du Fonds du Logement.
La bonne gestion des opérations de trésorerie du Fonds du
Logement de la Région de Bruxelles-Capitale a récemment été
mise en cause, notamment quant aux procédures internes visant à
opérer des opérations de placement financier.
À ma connaissance, le Gouvernement régional bruxellois dispose
de deux commissaires au sein de cette société.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Welke adviezen, aanbevelingen en verslagen hebben de commissarissen
uitgebracht voor de dienstjaren die onder vuur
liggen ?
– Hebben zij bijzondere acties ondernomen in het kader van de
beleggingen van de thesaurie, met name binnen de gemeentelijke
holding ?
– Welke antwoorden heeft de regering in voorkomend geval
gegeven op die acties of meer in het algemeen op de verslagen
van die commissarissen ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Zoals aangehaald in de commissie, werd er tot op heden over
de investeringen van het Woningfonds beslist naarmate het dagelijks
beheer van het Fonds evolueerde en dit in het kader van een
delegering die door de raad van bestuur werd gegeven aan de
directie, rekening houdend met de noodzaak om snelle beslissingen
te kunnen nemen in functie van de noden van de schatkist en
de investeringsmogelijkheden.
De keuze van de investeringen wordt gemaakt door de financiele
directie in overleg met de algemene directie. Er dient herinnerd
– Quels sont les avis, recommandations ou rapports opérés
par ces commissaires pour les exercices comptables mis en
cause ?
– Des démarches particulières ont-elles été posées par ceux-ci
dans le cadre des opérations de placement de la trésorerie,
notamment au sein du holding communal ?
– Le cas échéant, quelles ont été les réponses apportées par le
gouvernement à ces démarches particulières ou, plus largement,
aux rapports opérés par ces commissaires ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Comme évoqué en commission, jusque récemment les placements
du Fonds du Logement ont été décidés au fur et à mesure
dans le cadre de la gestion journalière du Fonds, et ceci dans le
cadre d'une délégation donnée par le CA à la direction, tenant
compte de la nécessité de pouvoir prendre des décisions rapides,
en fonction des besoins de trésorerie et des opportunités de placement.
Les choix de placement se font par la direction financière, en
concertation avec la direction générale. Rappelons l'autonomie de

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
261
te worden aan de beslissings- en beheersautonomie waarover het
Fonds beschikt op grond van zijn statuut.
De Regering of de Raad van Bestuur worden niet systematisch
geïnformeerd over de situatie van de investeringen. De Regering
en haar commissarissen waren dus niet op de hoogte van deze
investeringen.
Gelet op de werkmethode die tot op heden weerhouden werd,
hebben de commissarissen geen adviezen, aanbevelingen of specifieke
benaderingswijzen uitgewerkt met betrekking tot de filosofie
die in oktober 2008 werd vastgelegd door de raad van bestuur die
bevestigd had dat « het Fonds opteert voor klassieke investeringen
zonder risico voor de bestemming van zijn schatkist ».
De door het Gewest gefinancierde audit over het beheer van de
schatkist in navolging van het incident moet het mogelijk maken
om periodieke procedures in te voeren inzake het verstrekken van
informatie over en de controle van het beheer van de schatkist en
dit zowel voor de raad van bestuur als voor het Gewest en zijn
commissarissen.
décision et de gestion dont bénéficie le Fonds sur la base de son
statut.
Le Gouvernement ou le CA ne sont pas informés systématiquement
de la situation des placements. Le gouvernement et ses
commissaires n'étaient donc pas au courant de ces placements.
Eu égard à ce mode de fonctionnement jusque récemment,
les commissaires n'ont pas opéré des avis, recommandations ou
démarches spécifiques eu égard à la philosophie déterminée en
octobre 2008 par le CA, qui avait confirmé que « le Fonds choisit
des placements classiques et sans risque pour l'affectation de sa
trésorerie ».
L'audit commandité par la Région sur la gestion de trésorerie
suite à l'incident survenu devra permettre la mise en place de
procédures périodiques d'information et de contrôle sur la gestion
de la trésorerie tant pour le CA que pour la Région et ses commissaires.
Vraag nr. 314 van de heer Vincent De Wolf d.d. 10 november
2011 (Fr.) :
Thesaurie van het Woningfonds.
Het goede beheer van de thesaurieoperaties van het Woningfonds
van het Brussels Gewest is onlangs in vraag gesteld, met name op
het vlak van de interne procedures voor de financiële beleggingen.
Question n° 314 de M. Vincent De Wolf du 10 novembre 2011
(Fr.) :
Trésorerie du Fonds du Logement.
La bonne gestion des opérations de trésorerie du Fonds du
Logement de la Région de Bruxelles-Capitale a récemment été
mise en cause, notamment quant aux procédures internes visant à
opérer des opérations de placement financier.
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Wat was de toestand van de thesaurie van het Woningfonds op
1 januari 2009, 1 januari 2010 en 1 januari 2011 ? Hoe is de
toestand op de datum van uw antwoord ?
– Wat is de gedetailleerde situatie van de beleggingen op 1 januari
2011 (fondsen, spaarrekeningen, kas enz.) ? Hoe is de situatie
op de datum van uw antwoord ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de als bijlage toegevoegde tabel mede.
– Quelles étaient les états de trésorerie du Fonds du Logement en
date du 1 er janvier des exercices 2009, 2010 et 2011 ? Qu’en
est-il à la date de votre réponse ?
– À la date du 1 er janvier 2011, quel était le détail des placements
de cette trésorerie (fonds, comptes d’épargne, caisse, etc.) ?
Qu’en est-il à la date de votre réponse ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre le tableau en annexe.
Schatkist / Trésorerie 31/12/2008 31/12/2009 31/12/2010 07/12/2011
Jaarsverslag / Rapport annuel 249.472.865 228.583.703 256.081.993 290.451.809
Investeringen / Placements 122.894.869 49 % 131.877.766 58 % 135.521.300 53 % 254.624.928 88 %
Certificaten / Certificats 79.750.000 32 % 73.900.000 32 % 100.824.800 39 % 31.100.000 11 %
Opeenstapeling / Accumulation 32.936.432 13 % 21.186.274 9 % 11.263.448 4 % 0 0 %
Beschikbare waarden /
Valeurs disponibles 13.891.564 6 % 1.619.664 1 % 8.472.445 3 % 4.726.880 2 %
249.472.865 100 % 228.583.703 100 % 256.081.993 100 % 290.451.809 100 %
Waarvan 48.000.000 Huisvestingsplan.
Dont 48.000.000 Plan logement.

262
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 316 van de heer Michel Colson d.d. 18 november
2011 (Fr.) :
De inkomsten van mensen die een sociale woning huren.
Om een sociale woning te krijgen, mag het netto belastbaar
inkomen van de kandidaat-huurder niet boven een bepaald bedrag
liggen. In 2010 bedroeg dat bedrag bijvoorbeeld 21.735,30 EUR
voor een kinderloos gezin met één inkomen.
Kan u me zeggen hoeveel huurders van een sociale woning
meer verdienen dan het netto belastbaar inkomen dat vooropgesteld
is voor hun categorie (alleenstaande, kinderloos gezin, gezin
met een kind ten laste, …) in 2009 en in 2010 ?
Kan u die gegevens ook opsplitsen op grond van de mate
waarin het toegelaten inkomen overstegen wordt (10 %, 20 %,
30 %, 40 %, 50 % en 60 %) ?
Antwoord : In antwoord op de vraag van het geachte parlementslid,
kan ik u mededelen dat de administratie niet over de
door u gewenste details beschikt met betrekking tot de statistieken
die u bij mij aanvraagt. Daarom loopt er momenteel een onderzoek
bij de openbare vastgoedmaatschappijen (OVM's).
In dit stadium, kan ik u echter wel de volgende gegevens
overmaken :
Met betrekking tot uw eerste vraag, had ik u er bij deze graag
aan herinnerd dat het toelatingsinkomen is vastgesteld in artikel 4,
§ 1, van het huurbesluit en dat het hier gaat om het maximale
inkomen waarover een kandidaat-huurder mag beschikken om
aanspraak te kunnen maken op een sociale woning.
Onderstaand vindt u een overzichtstabel terug die het mogelijk
maakt om het toelatingsinkomen te vergelijken met het referentieinkomen
:
Question n° 316 de M. Michel Colson du 18 novembre 2011
(Fr.) :
Les revenus des bénéficiaires de logements sociaux.
Afin de disposer d’un logement social, le revenu net imposable
d'un candidat locataire ne peut être supérieur à un certain montant.
En 2010, ce montant était, par exemple, de 21.735,30 EUR pour
un ménage avec un revenu et sans enfant.
Pourriez-vous, Monsieur le Secrétaire d’État, m’indiquer quel
est le nombre de bénéficiaires d’un logement social dépassant
le revenu net imposable correspondant à sa catégorie (personne
isolée, ménage sans enfant, ménage avec un enfant à charge, …)
en 2009 et 2010 ?
Pourriez-vous, en outre, ventiler ces données en fonction d’un
dépassement du plafond du revenu de 10 %, 20 %, 30 %, 40 %,
50 % et 60 % ?
Réponse : En réponse à la question de l'honorable membre
du parlement, l'administration ne dispose pas du niveau de détail
que vous souhaitez pour les statistiques dont vous me faites la
demande. Une enquête est dès lors en cours auprès des sociétés
immobilières de service public (SISP).
Toutefois je peux vous fournir, à ce stade, les éléments suivants
:
Concernant votre première question, pour rappel, le revenu
d'admission est défini à l'article 4, § 1 er de l'arrêté locatif et consiste
en le revenu maximum au-delà duquel un candidat locataire ne
peut plus prétendre au logement social.
Voici un tableau récapitulatif permettant de comparer le revenu
d'admission au revenu de référence :
Beschrijving
Bedrag in EUR
Description
Montant en EUR
Toelatingsinkomen 2012 :
Revenus d'admission 2012 :
– Alleenstaande 20.591,63 EUR
– Gezin met 1 enkel inkomen 22.879,60 EUR
– Gezin met minstens 2 inkomens 26.184,14 EUR
Deze bedragen worden verhoogd :
– Per kind ten laste 3.922,22 EUR
– Per meerderjarig gehandicapt persoon 1.961,11 EUR
– Personne isolée 20.591,63 EUR
– Ménage disposant d'un seul revenu 22.879,60 EUR
– Ménage disposant d'au moins deux revenus 26.184,14 EUR
Ces montants son majorés :
– par enfant à charge 3.922,22 EUR
– par personne majeure handicapée 1.961,11 EUR
Referentie-inkomen
17.837,29 EUR
Revenu de référence
17.837,29 EUR
De BGHM heeft me op de hoogte gesteld van het percentage
sociale huurdersgezinnen die dienen bij te dragen tot de maandelijkse
solidariteitsbijdrage. In dit verband, bepaalt artikel 159
van de Huisvestingscode het volgende : « De huurders met een
inkomen hoger dan het toegangsinkomen storten maandelijks een
solidariteitsbijdrage. ».
In 2009 waren er 3.717 gezinnen waarvan het inkomen met
zich meebracht dat zij de solidariteitsbijdrage moesten betalen. Dit
vertegenwoordigt 9,8 % van de gezinnen binnen de sociale huis-
La SLRB m'a communiqué le pourcentage de ménages locataires
sociaux qui doivent contribuer à la cotisation mensuelle de
solidarité. En effet, selon l'article 159 du code du logement : « Les
locataires dont les revenus sont supérieurs au revenu d'admission
versent une cotisation mensuelle de solidarité. ».
Il y avait en 2009 3.717 ménages dont les revenus les amenaient
à devoir payer la cotisation de solidarité. Cela représente 9,8 % des
ménages dans le logements social. En 2010, leur nombre est passé

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
263
vestingssector. In 2010, waren zij in het totaal met 3.462, hetzij
9,7 %, maar er dient in overweging te worden genomen dat « le
Home » (267 huurdersgezinnen) en de Jetse Haard (1.103 huurdersgezinnen)
datzelfde jaar geen gegevens hebben overgemaakt.
Inzake uw tweede vraag, heeft de BGHM mij de volgende
gegevens overgemaakt :
Zoals u kan vaststellen, ligt het referentieinkomen lager dan het
toelatingsinkomen en dit ongeacht de situatie van het gezin.
Op basis van de informatie die mij werd overgemaakt, vindt u
onderstaand de elementen terug die ik u kan meedelen:
Verdeling (per inkomenscategorie) van de gezinnen die een
inkomen ontvangen dat hoger ligt dan het toelatingsinkomen
Inkomenscategorie (euro)
# gezinnen
0 tot < 25.000 425
25.000 tot < 31.250 892
31.250 tot < 37.500 833
37.500 tot < 43.750 550
43.750 tot < 57.169,50 463
57.169,50 en meer 299
Totaal 3.462
Er dient in overweging te worden genomen dat « Le Home »
(267 huurdersgezinnen) en de Jetse Haard (1.103 huurdersgezinnen)
geen gegevens hebben meegedeeld.
à 3.462 pour un pourcentage de 9,7 % mais il faut acter que pour
cette année le Home (267 ménages locataires) et le Foyer Jettois
(1.103 ménages locataires) n'ont pas communiqué de données.
Concernant votre seconde question, la SLRB m'a communiqué
les éléments suivants :
Comme vous pouvez le constater, le revenu de référence est
inférieur au revenu d'admission, et ce, quelle que soit la situation
du ménage.
Sur la base des informations qui m'ont été transmises, voici ce
que je peux vous communiquer :
Répartition des ménages percevant des revenus supérieurs au
revenu d'admission par catégorie de revenu
Catégories de revenu (euros)
# ménages
0 à < 25.000 425
25.000 à < 31.250 892
31.250 à < 37.500 833
37.500 à < 43.750 550
43.750 à < 57.169,50 463
57.169,50 et plus 299
Total 3.462
Il faut savoir que le Home (267 ménages locataires) et le
Foyer Jettois (1.103 ménages locataires) n'ont pas communiqué
de données.
Vraag nr. 318 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Energieboekhouding.
Graag vernam ik, voor de ministeries, voor de ION's en voor
de andere organen waarop u toezicht uitoefent, of er een « energieboekhouding
» wordt bijgehouden ? Zo ja, sedert wanneer ? Zo
niet, waarom niet ?
Voor elke instelling, had ik graag vernomen hoeveel personeel
daarvoor wordt ingezet.
Graag had ik ook geweten welke impact die energieboekhouding
sedert 2008 heeft gehad op het energieverbruik van de
gebouwen in kwestie.
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Het beheer van het energieverbruik werd steeds nauwgezet
opgevolgd door het Woningfonds.
Er wordt een actief beleid gevoerd op het niveau van de maatschappelijke
zetel door de interne dienst van het Fonds die is
samengesteld uit 2 personen.
Question n° 318 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Comptabilité énergétique.
Pour les ministères, OIP ou autres institutions sur lesquels vous
exercez une tutelle, je souhaite savoir si une comptabilité énergétique
a été mise en place. Si oui, depuis quand ? Si ce n’est pas le
cas, pourquoi ?
Je souhaite également connaître, pour chaque institution, le
nombre de fonctionnaires affectés à cette tâche.
Enfin, je souhaite connaître l’effet de cette comptabilité énergétique
sur la consommation des bâtiments en question depuis
2008.
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
La gestion des consommations énergétiques a toujours été suivie
de très près par le Fonds du Logement.
Une politique active au niveau du siège social est menée par le
service interne du Fonds, constitué de 2 personnes.

264
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Deze dienst heeft onlangs nog een verslag over het energieverbruik
uitgewerkt. De meest recente aanbevelingen van de dienst
worden momenteel doorgevoerd, te weten :
– vervanging van de spots in de gangen door LED-lampen;
– verbetering van de warme luchtcirculatie door het creëren van
ventilatiemonden in bepaalde soffiten;
– stelselmatige vervanging van de frigo's in de keukens door
ecologische ijskasten.
Deze tussenkomsten vullen de verschillende ecologische maatregelen
aan die reeds bestaan binnen het Fonds en dit sinds zijn
oprichting in 2005. Bijvoorbeeld : actief beheer van de verlichting
in de gangen door het plaatsen van sensoren en schakelklokken,
het gebruik van regenwater voor de toiletten, …
De opvolging van het energieverbruik van de huurders wordt
gewaarborgd door 3 personen.
Zowel tijdens de installatie als de standopmeting van de
meters, krijgen de huurders alle nodige raadgevingen met het oog
op het reduceren van hun energieverbruik.
Deze adviezen hebben onder andere betrekking op het gebruik
van de thermostaat en/of de thermostatische kleppen van de
woning, de wijze waarop men zijn woning goed kan verwarmen
en ventileren (« verluchten »), …
De impact van deze adviezen hangt uiteraard af van de houding
die de betrokken huurders aanneemt.
Sinds de inwerkingtreding van de nieuwe beheersovereenkomst
die de Brusselse Hoofdstedelijke Regering verbindt aan het
Woningfonds, dient iedere nieuwbouwwoning van het Fonds te
beantwoorden aan de « passief »-standaard en moet iedere renovatie
van een oud gebouw voldoen aan de « lage energie »-standaard.
Tot slot, maakt het nieuwe reglement inzake de hypotheekleningen
van het Fonds dat dateert van 1 september 2011 het voor
de ontleners van het Fonds mogelijk om te beschikken over een
hypotheekkrediet van maximaal 25.000,00 EUR aan een rentevoet
van 0,00 % voor alle werken die binnen de woning worden uitgevoerd
en die het mogelijk maken om de energieprestaties van de
woning te verbeteren.
Wat het ministerie betreft, behoort de uitwerking van een energieboekhouding
tot de bevoegdheden van mijn confrater, de heer
De Lille.
De BGHM houdt sinds 1999 een energieboekhouding bij op
basis van een identificatie van de maandelijkse overzichten van
het energieverbruik.
De studies inzake het verbruik hebben de BGHM er in 2008
toe gedreven haar airconditioninginstallaties te renoveren om deze
meer flexibel en minder energieverslindend te maken.
Daarnaast, werd er in 2011 een warmtekrachtkoppelingssysteem
geïncorporeerd om de prestaties van de installatie te optimaliseren.
Er zijn eveneens isolatiewerkzaamheden gepland.
Récemment, un rapport sur la consommation énergétique a
encore été réalisé par ce service. Les dernières recommandations
de ce dernier sont actuellement en cours d’application, à savoir :
– remplacement des spots dans les couloirs par des lampes
LED;
– amélioration de la circulation de l’air chaud en créant des bouches
de ventilation dans certains soffites;
– remplacement, au fur et à mesure, des frigos dans les coins
cuisines, par des frigos écologiques.
Ces interventions viennent en complément des différentes
mesures écologiques qui existent déjà au sein du Fonds, et ce,
depuis son emménagement en 2005. Par exemple : gestion active
de la lumière dans les couloirs en plaçant des sensors et minuteries,
utilisations des eaux de pluie pour les toilettes, …
Le suivi des consommations énergétiques des locataires est
assuré par 3 personnes.
Tant lors de l’emménagement que lors des relevés des compteurs,
les locataires reçoivent tous les conseils utiles afin de
réduire leurs consommations énergétiques.
Ces conseils portent entres autres sur l’utilisation du thermostat
et/ou des vannes thermostatiques du logement, comment chauffer
et bien ventiler (« aérer ») son logement, …
L’effet de ces conseils est bien évidemment fonction de l’attitude
du locataire en question.
Depuis l’entrée en vigueur du nouveau contrat de gestion liant
le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale avec le
Fonds, toute nouvelle construction du Fonds répondra aux critères
de logement « passif », et toute rénovation d’ancien bâtiment
répondra aux normes de logement à « basse énergie ».
Finalement, le nouveau règlement sur les crédits hypothécaires
du Fonds datant du 1 er septembre 2011, permet aux emprunteurs
du Fonds de bénéficier d’un crédit hypothécaire de maximum
25.000,00 EUR à 0,00 % pour tous les travaux effectués dans
l’habitation qui permettent d’améliorer la performance énergétique
de ce dernier.
En ce qui concerne le ministère, la mise en place d’une comptabilité
énergétique est de la compétence de mon confrère, M. De
Lille.
La SLRB tient une comptabilité énergétique depuis 1999, par
l’identification des relevés mensuels des consommations.
Les études de consommations ont amené la SLRB, en 2008, à
rénover ses installations de climatisation afin de les rendre plus
flexibles et moins énergivores.
Par ailleurs, pour optimiser l’installation, un système de cogénération
a été incorporé en 2011. Des travaux d’isolation sont
également planifiés.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
265
Twee personeelsleden zijn belast met deze energieopvolging.
Binnen de DBDMH moet de energieboekhouding nog op punt
worden gesteld; in die zin worden er opleidingen verstrekt aan de
administratie.
Deux agents s’occupent de ce suivi énergétique.
Au SIAMU la comptabilité énergétique doit encore être mise
en œuvre; des instructions sont données en ce sens à l'administration.
Vraag nr. 319 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Aantal en kosten voor de dienstreizen van het personeel van
de gewestelijke overheidsinstellingen onder uw toezicht.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor de
ION's en voor alle andere gewestelijke organen waarop u toezicht
uitoefent, het aantal en de kosten voor de dienstreizen in 2010 en
2011.
Voor elk daarvan, had ik graag informatie gehad over de
bestemming, de duur, de kostprijs voor de overheid, het doel, het
aantal afgereisde personeelsleden en de voornaamste reden.
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Gelieve onderstaand voor het jaar 2010 de lijst met verplaatsingen
te willen aantreffen die werden uitgevoerd in het kader van
de bevoegdheden die me werden toevertrouwd, waarbij voor elke
bestemming, zoals gevraagd, wordt voorzien in een verduidelijking
van de duur van de reis, de kostprijs die door de kredieten
van mijn kabinet ten laste werden genomen, het aantal betrokken
personen en een korte beschrijving van de evenementen ter plaatse
die de verplaatsing rechtvaardigen :
– Brugge, 2 dagen, 7.041,05 EUR, studiedagen, 40 personen,
studie- en opleidingsdagen voor het voltallige personeel van
het kabinet;
– Madrid, 3 dagen, 1.402,6 EUR, Conferentie : « how can social
housing contribute to the 2020 European Strategy », 2 personen,
internationaal evenement dat toegewijd is aan de verduurzaming
van het overheidsbeleid inzake huisvesting;
– Amsterdam : 1 dag, 475 EUR, studiedag VSH, 2 personen, reis
georganiseerd door de Vereniging voor Sociale Huisvesting in
het kader van haar studie- en promotieopdracht van het sociale
huisvestingsbeleid dat door de openbare instellingen of de
instellingen van openbaar nut wordt gevoerd;
– Cannes, 3 dagen, 57,29 EUR, MIPIM, 2 personen, salon voor
professionals binnen het vakgebied van de huisvesting;
– Oostende, 2 dagen, 1.507,10 EUR, studie-, reflectie- en uitwisselingsdagen
met betrekking tot verschillende aspecten van het
huisvestingsbeleid dat dient ontwikkeld te worden in de loop
van het jaar 2010, 11 personen;
– Parijs, 1 dag, 150 EUR, bezoek Parijs-Boulogne in het kader
van de ADT-opdrachten, 2 personen.
Gelieve onderstaand dezelfde gegevens voor 2011 te willen
aantreffen :
Question n° 319 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Nombre et coûts des déplacements des agents des institutions
régionales publiques sous votre responsabilité.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou toute
autre institution à caractère régional sur lesquels vous exercez une
tutelle, je souhaite connaître le nombre et le coût des déplacements
effectués en 2010 et 2011.
Pour chaque déplacement, je souhaite connaître la destination,
la durée, le coût à charge des pouvoirs publics, l’objet du déplacement,
le nombre d’agents y participant ainsi que la motivation
principale justifiant ce déplacement.
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Pour 2010, voici la liste des déplacements effectués dans le
cadre des compétences qui me sont dévolues précisant, comme
demandé, pour chaque destination, la durée du voyage, le coût
pris en charge par les crédits de mon cabinet, l'objet du voyage,
le nombre de personnes concernées ainsi qu'une petite description
des événements sur place justifiant le déplacement :
– Bruges, 2 jours, 7.041,05 EUR, journées d'étude, 40 personnes,
journées d'étude et de formation à l'attention de l'ensemble du
personnel du cabinet;
– Madrid, 3 jours, 1.402,6 EUR, Conférence : « How can social
housing contribute to the 2020 European Strategy », 2 personnes,
événement international consacré à la durabilisation des
politiques publiques en matière de Logement;
– Amsterdam : 1 jour, 475 EUR, voyage d'étude ALS, 2 personnes,
voyage organisé par l'Association du Logement social dans
le cadre de sa mission d'étude et de promotion de la politique
du logement social menée par les organismes publics ou d'intérêt
public;
– Cannes, 3 jours, 57,29 EUR, MIPIM, 2 personnes, salon des
professionnels du logement;
– Ostende, 2 jours, 1.507,1 EUR, journées d'étude, de réflexion
et d'échange sur plusieurs aspects de la politique du logement à
développer dans le courant de l'année 2010, 11 personnes;
– Paris, 1 jour, 150 EUR, visite Paris-Boulogne dans le cadre des
missions de l'ADT, 2 personnes.
Voici les mêmes informations pour 2011 :

266
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– Lille, 2 dagen, 8.646 EUR groene studiedagen van het kabinet,
39 personen, opleiding van het personeel van het kabinet en
studiedagen met betrekking tot verschillende sleuteldossiers
binnen de legislatuur die onder mijn bevoegdheden vallen;
– Oostende, 2 dagen, 1.120,52 EUR, studie-, reflectie- en uitwisselingsdagen
over verschillende aspecten van het huisvestingsbeleid
dat in het jaar 2011 dient te worden ontwikkeld,
10 personen.
Het Fonds organiseert geen studiereizen.
Wat de door de personeelsleden van het ministerie uitgevoerde
verplaatsingen betreft, is het beheer gecentraliseerd bij de
Algemene Diensten, waarmee contact werd opgenomen.
Aangezien dezelfde vraag werd gesteld aan alle leden van de
regering, zal de directie Externe Betrekkingen van het ministerie
een globaal antwoord formuleren voor het volledige ministerie.
Wat de BGHM en de DBDMH betreft, nodig ik u vriendelijk
uit de als bijlagen (*) toegevoegde tabellen te willen raadplegen.
(*) (De bijlage zal niet gepubliceerd worden, maar blijft ter
beschikking voor raadpleging op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
– Lille, 2 jours, 8.646 EUR, mise au vert du cabinet, 39 personnes,
formation du personnel du cabinet et journées d'étude
relatives à différents dossiers phares de la législature dans les
matières qui relèvent de mes compétences;
– Ostende, 2 jours, 1.120,52 EUR, journées d'étude, de réflexion
et d'échange sur plusieurs aspects de la politique du logement à
développer dans le courant de l'année 2011,10 personnes.
Le Fonds n’organise pas de voyages d’étude quelconques.
Pour ce qui concerne les déplacements effectués par les
agents du ministère, la gestion est centralisée auprès des Services
Généraux, qui ont été contactés.
La même question ayant été posée à tous les membres du
gouvernement, la direction des Relations Extérieures du ministère
fournira une réponse globale pour l’ensemble du ministère.
Voir les tableaux en annexe (*) pour ce qui concerne la SLRB
et le SIAMU.
(*) (L'annexe ne sera publiée mais restera disponible pour
consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)
Vraag nr. 320 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kosten voor de publicaties in 2011.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor
de ION's en voor andere organen waarop u toezicht uitoefent, het
aantal en de totale kosten (redactie, uitgave, drukkosten …) voor
de publicaties (studies, jaarverslagen, prospectussen, folders …)
die zijn verschenen of die nog zullen verschijnen in 2011 (in
deze tijd van het jaar, zijn de beslissingen voor publicaties die in
december al genomen en al begroot).
Voor elke publicatie, had ik graag beknopte informatie over de
inhoud, het volume, de oplage, de verspreiding en de kosten voor
die verspreiding.
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Kostprijs van de in 2011 door het Woningfonds uitgegeven
publicaties (de onderstaande bedragen zijn allen inclusief btw) :
Verslag van de Directie 2010 :
Aantal exemplaren : 50 FR en 25 NL
Kostprijs : 996,13 EUR
Het betreft hier de eerste versie van het Jaarverslag dat wordt
gericht tot de Raad van het Fonds en de volledige Directie.
Question n° 320 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des publications éditées en 2011.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou autres
institutions sur lesquels vous exercez une tutelle, je souhaite
connaître le nombre et le coût total (rédaction, édition, impression
…) des publications produites (étude, rapport annuel, prospectus,
folder …) ou à produire encore en 2011 (à ce stade de
l'année, les décisions relatives à des publications qui sortiraient de
presse en décembre sont déjà prises et budgétisées).
Pour chaque publication, je souhaite disposer d’un bref descriptif
détaillant le contenu de la publication, son volume, le nombre
d’exemplaires produits, son public-cible, sa diffusion ainsi que
les coûts liés à cette diffusion.
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Coût des publications éditées en 2011 par le Fonds du
Logement (tous les montants ci-dessous sont TVA comprise)
Rapport de la Direction 2010 :
Nombre d’exemplaires : 50 FR et 25 NL
Coût : 996,13 EUR
Il s’agit de la première version du Rapport Annuel, adressé au
Conseil du Fonds, ainsi qu’à toute la direction.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
267
Jaarverslag 2010 :
Aantal exemplaren : 200 FR en 100 NL
Kostprijs :
Productie : 2.796,92 EUR
Kostprijs publicatie Nationale Bank van België : 889,00 EUR
Het Jaarverslag van het Fonds wordt hoofdzakelijk verzonden
naar al onze bestuurders en verschillende belanghebbenden die
expert zijn binnen de huisvestingssector.
Publiciteitscampagne : BOOSTER-lening
Kostprijs : 67.760,00 EUR
In het kader van de nieuwe reglementering inzake de hypotheekkredieten
van het Fonds die van kracht is sinds 1 september
2011, werd een publiciteitscampagne gelanceerd om deze reglementering
bekend te maken bij het grote publiek van het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest. Deze campagne omvatte met name :
– een televisie-spot
– een radio-spot
– een publiciteitscampagne in weekbladen
– een speciale internetsite
– een campagne met affiches (A3)
Folders hypotheekleningen
Aantal exemplaren : 4.000 FR en 1.000 NL
Kostprijs : 810,10 EUR
Om de kandidaat-ontleners van het Fonds zo goed mogelijk
te informeren, verspreiden wij een folder die een kort overzicht
biedt van de voorwaarden voor onze hypotheekkredieten. Deze
folder wordt ter beschikking gesteld van alle bezoekers van het
Fonds. Een klein deel wordt eveneens verspreid in de verschillende
centra en kantoren die informatie verstrekken op het vlak
van de huisvesting.
Het MBHG :
6.750 exemplaren van folders met algemene informatie over
de huisvesting :
Beschrijving van de inhoud : Blad met korte samenvatting van
de basisinformatie inzake de bestaande voorzieningen op het vlak
van de huisvesting.
Doelpubliek : iedere Brusselse inwoner die betrokken is bij het
thema van de huisvesting
Verspreiding : CIL en partners (gedeeltelijk)
– 900 bladen RENO (NL) in samenwerking met minister Evelyne
Huytebroeck
Rapport Annuel 2010 :
Nombre d’exemplaires : 200 FR et 100 NL
Coût :
Production : 2.796,92 EUR
Coût Publication Banque Nationale Belgique : 889,00 EUR
Le Rapport Annuel du Fonds est principalement envoyé à tous
nos administrateurs, ainsi qu’à plusieurs intéressés, spécialistes
dans le secteur du logement
Campagne Publicitaire : prêt BOOSTER
Coût : 67.760,00 EUR
Dans le cadre de la nouvelle réglementation sur les crédits
hypothécaires du Fonds en vigueur depuis le 1 er septembre 2011,
une campagne publicitaire a été lancée afin de faire connaître
celle-ci au grand public de la Région de Bruxelles-Capitale. Cette
campagne comprenait entre autres :
– un spot télévision
– un spot radio
– une campagne publicitaire dans les quotidiens
– un site internet spécial
– une campagne d’affichage (A3)
Dépliants prêts hypothécaires
Nombre d’exemplaires : 4.000 FR et 1.000 NL
Coût : 810,10 EUR
Dans un souci d’informer au mieux les candidats emprunteurs
du Fonds, nous diffusons un dépliant qui reprend brièvement les
conditions de nos crédits hypothécaires. Ce dépliant est mis à
disposition de tous les visiteurs du Fonds. Une petite partie est
également diffusée dans différents centres et bureaux d’information
sur le logement.
Le MRBC :
6.750 exemplaires de folders d’info générale sur le logement :
Descriptif du contenu : Feuillet reprenant de manière concise
l’information de base sur les dispositifs existants en matière de
logement
Public cible : tout citoyen bruxellois intéressé par le thème du
logement
Diffusion : CIL et partenaires (en partie)
– 900 feuillets RENO (NL) en collaboration avec la ministre
Evelyne Huytebroeck

268
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– 1.000 bladen FACADE (FR) in samenwerking met minister
Evelyne Huytebroeck
– 2.200 bladen CIL (NL)
– 400 bladen verenigingen (FR)
– 1.000 bladen SVK's (FR)
– 900 bladen Woningfonds (FR)
– 150 bladen Netwerk Wonen (FR) in samenwerking met minister
Evelyne Huytebroeck
– 200 bladen GOMB (FR) in samenwerking met minister
Evelyne Huytebroeck
Budget 2011 : 2.109 EUR + 894,38 EUR = 3003,38 EUR
DBDMH :
– Tijdschrift « L'ancien sapeur », vierjaarlijks tijdschrift bestemd
voor de voormalige personeelsleden van de DBDMH :
4.110,57 EUR (1.000 exemplaren)
– « Kiwi »-brochures : informatiebrochures van de DBDMH ter
attentie van het grote publiek of het personeel :
- « Proteger Bruxelles » (800 exemplaren) : 2.848 EUR
- « Les pompiers sont toujours prêts, et vous ? » (1.500 exemplaren)
: 1.317 EUR
- « Je visite la caserne centrale » (1.500 exemplaren) :
2.255 EUR
- « Le charroi » (800 exemplaren; monografie met foto's en
uitleg over het wagenpark van de DBDMH) : 8.341 EUR
- « Aide Médicale Urgente » (algemeen tijdschrift voor de
personeelsleden, 85 exemplaren) : 3.970 EUR
- « 24 uur van de brandweerman » (algemeen tijdschrift voor
de personeelsleden, 59 exemplaren) : 4.340 EUR
BGHM : zie tabel in bijlage.
– 1.000 feuillets FACADE (FR) en collaboration avec la ministre
Evelyne Huytebroeck
– 2.200 feuillets CIL (NL)
– 400 feuillets associations (FR)
– 1.000 feuillets AIS (FR)
– 900 feuillets Fonds du Logement (FR)
– 150 feuillets Réseau Habitat (FR) en collaboration avec la
ministre Evelyne Huytebroeck
– 200 feuillets SDRB (FR) en collaboration avec la ministre
Evelyne Huytebroeck
Budget 2011 : 2.109 EUR + 894,38 EUR = 3.003,38 EUR
SIAMU :
– Revue « L'ancien sapeur », revue trimestrielle destinée aux
anciens du SIAMU : 4.110,57 EUR (1.000 exemplaires)
– Brochures « Kiwi » : brochures d'information du SIAMU à
destination du public ou du personnel :
- « Protéger Bruxelles » (800 exemplaires) : 2.848 EUR
- « Les pompiers sont toujours prêts, et vous ? » (1.500 exemplaires)
: 1.317 EUR
- « Je visite la caserne centrale » (1.500 exemplaires) :
2.255 EUR
- « Le charroi » (800 exemplaires; monographie reprenant
des photographies et des explications sur le charroi du
SIAMU) : 8.341 EUR
- « Aide médicale urgente » (revue généraliste aux agents,
85 exemplaires) : 3.970 EUR
- « 24 heures de la vie d'un pompier » (revue généraliste aux
agents; 59 exemplaires) : 4.340 EUR
SLRB : voir le tableau en annexe.
Totale kostprijs
Publicatie Korte beschrijving # Exemplaren Doelpubliek inclusief btw
– – – – –
Publication Bref descriptif Nombre Public cible Coût total tvac
d’exemplaires
1. Wenskaarten Wensen 2011 500 OVM’s/ION’s/Kabinetten/Ministers 493,68 EUR
1. Cartes de vœux Vœux 2011 500 SISP/OIP/Cabinets/Ministres 493,68 EUR
2. BGHM-Info : 3 nummers Informatiemagazine over de 1.550 OVM’s/Professionals binnen het vak-
Brusselse sociale huisvesting per nummer gebied van de huisvesting/Verkozenen 40.833,19 EUR
2. SLRB-Info : 3 numéros Magazine d’information sur le 1.550 SISP/Professionnels du logement/Élus 40.833,19 EUR
logement social bruxellois par numéro
3. Uitnodigingen Inhuldigingen/1 e steenlegging … 2.400 Sector/Lokale verkozenen 10.391,15 EUR
3. Cartons d’invitation Inaugurations/1 re pierre … 2.400 Secteur/Élus locaux 10.391,15 EUR

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
269
4. Brochures « meervoudige Informatie over het systeem van de 24.500 Administratief/OVM’s 8.845,70 EUR
inschrijvingen »
kandidatuur voor een sociale woning
4. Brochures « Inscriptions Informations système de candida- 24.500 Administratifs/SISP 8.845,70 EUR
multiples »
ture au logement social
5. Jaarrekeningen BGHM Publicatie Nationale Bank – Nationale Bank 1.543,28 EUR
5. Comptes annuels SLRB Publication Banque nationale – Banque nationale 1.543,28 EUR
6. Jaarverslag 2010 Publicatie activiteitenverslag 2010 500 Alle huisvestingssectoren/ION’s/ 4.325,86 EUR
Verkozenen
6. Rapport annuel 2010 Publication rapport d’activités 2010 500 Tous secteurs du logement/OIP/Élus 4.325,86 EUR
7. Jaarrekeningen 2010 Publicatie grote publiek 250 Alle huisvestingssectoren 4.968,22 EUR
7. Comptes annuels 2010 Publication grand public 250 Tous secteurs du logement 4.968,22 EUR
8. Observatorium van de huur- Publicatie + vertaling studie obser- 1.050 Professionals uit de huisvestings- 53.916,55 EUR
prijzen 2010 vatorium van de huurprijzen van sector/Universiteiten/Ministers/
de private sector
OVM’s/Verkozenen
8. Observatoire des loyers (locatifs) Publication + traduction étude 1.050 Professionnels secteur du logement/
2010 observatoire des loyers secteur privé Universités/Ministres/SISP/Élus 53.916,55 EUR
Totaal / Total
125.317,63 EUR
Vraag nr. 321 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kostprijs van de persconferenties de jongste drie jaar.
Graag vernam ik de kostprijs van de verschillende persconferenties
die de staatssecretaris de jongste drie jaar heeft gegeven,
met voor elk ervan, de kosten die zijn gedragen door het kabinet
en door het bestuur.
Graag ontving ik ook de lijst van de persreizen die zijn georganiseerd
door het ministerie in diezelfde periode, met vermelding
van de titel en hoedanigheid van de personen die mee afgereisd
zijn en de duur van elke persreis.
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
In 2009, heeft geen enkele persconferentie een specifieke kost
met zich meegebracht voor het kabinet.
In 2010, heeft het kabinet een bedrag van 1.243,11 EUR ten
laste genomen met het oog op de dekking van de kostprijs van de
verschillende persconferenties die gedurende dat jaar georganiseerd
werden.
Voor 2011, beliep dit bedrag 1.437,35 EUR.
BGHM :
Onderstaand vindt u het bedrag van de facturen (inclusief btw)
die werden aangerekend voor de inhuldigingen, eerste steenleggingen,
…
2 december 2009 : 4.982,2 EUR
19 oktober 2010 : 1.312,85 EUR
16 februari 2011 : 2.886,45 EUR
29 juni 2011 : 7.120,49 EUR
5 december 2011 : 3.332,17 EUR
Question n° 321 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des conférences de presse ces trois dernières années.
Je souhaite connaître le coût des différentes conférences de
presse données par le secrétaire d'État au cours de ces trois dernières
années en distinguant pour chacune les frais assumés par le
cabinet de ceux imputés à l'administration.
Je souhaite également disposer de la liste des voyages de presse
organisés par le secrétaire d'État sur cette même période en mentionnant
les titres et qualités des participants ainsi que la durée du
déplacement.
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
En 2009, aucune conférence de presse n'a impliqué de coût
spécifique pour le cabinet.
En 2010, le cabinet a pris en charge un montant de 1.243,11 EUR
afin de couvrir le coût des différentes conférences de presse organisées
dans le courant de l'année.
Pour 2011, ce montant s'est élevé à 1.437,35 EUR.
SLRB :
Voici le montant des factures, TVAC, qui ont été imputées pour
les inaugurations, pose de première pierre, … :
2 décembre 2009 : 4.982,2 EUR
19 octobre 2010 : 1.312,85 EUR
16 février 2011 : 2.886,45 EUR
29 juin 2011 : 7.120,49 EUR
5 décembre 2011 : 3.332,17 EUR
Het totale bedrag beloopt
19.634,16 EUR
Le montant total est de
19.634,16 EUR

270
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Woningfonds :
Fonds du Logement :
Onderstaand vindt u het bedrag van de facturen (inclusief btw)
die werden aangerekend voor de inhuldigingen, eerste steenleggingen,
…
2009 :
Inhuldigingen van nieuwe sites van het Fonds : 1.106,67 EUR
Batibouw : 621,94 EUR
2010 :
Deelname in de kosten voor de inhuldiging van het project in
de « Finstraat » : 750,00 EUR
Batibouw : 874,07 EUR
2011 :
Persconferentie aankondiging Booster-lening 174,03 EUR
(inclusief btw)
DBDMH :
Maart 2011 : Voorstelling van het materiaal voor de « zijdelingse
beelden ».
Kostprijs : 70,00 EUR
Voici le montant des factures, TVAC, qui ont été imputées pour
les inaugurations, poses de première pierre, … :
2009 :
Inaugurations nouveaux sites du Fonds : 1.106,67 EUR
Batibouw : 621,94 EUR
2010 :
Participation dans les frais d'inauguration du projet « rue Fin »:
750,00 EUR
Batibouw : 874,07 EUR
2011 :
Conférence de presse annonce Prêt Booster : 174,03 EUR
(TVAC)
SIAMU :
Mars 2011 : Présentation du matériel pour l'imagerie oblique.
Coût : 70,00 EUR
Vraag nr. 322 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Aantal teksten (hoofdartikel, voorwoord, inleiding …) ondertekend
door de staatssecretaris de jongste drie jaar in het kader
van openbaar verspreide documenten.
Graag ontving ik, voor de jongste drie jaar, de lijst en de aard
(voorwoord, nawoord …) van de door de staatssecretaris ondertekende
teksten die openbaar zijn verspreid of verschenen.
Voor elk ervan, vernam ik graag meer informatie over de
ondertekening (hoedanigheid, naam en voornaam, foto …).
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
De volgende documenten werden ondertekend :
4 inleidingen met de vermelding « Christos Doulkeridis, staatssecretaris
belast met Huisvesting en de DBDMH » :
– in de brochure die gepubliceerd werd ter gelegenheid van
de edities van de MIPIM in 2010 en 2011 – deze publicaties
omvatte geen foto's;
– Observatorium van de Huurprijzen;
– Memento van de Huisvesting van het BHG, Kluwer, 2010;
Question n° 322 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Nombre de textes (éditos, avant-propos, préfaces …) signés
par le secrétaire d'État ces trois dernières années dans le cadre
de documents diffusés publiquement.
Durant ces trois dernières années, je souhaite connaître la liste
et la nature (préface, conclusion …) des textes signés par le secrétaire
d'État qui ont fait l’objet d’une publication et d’une diffusion
publique.
Pour chaque texte, je souhaite qu’on précise le type de signature
utilisée (compétence, nom et prénom, photographie …).
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Il a été signé :
4 préfaces avec la mention « Christos Doulkeridis, secrétaire
d'État en charge du Logement et du SIAMU » :
– dans la brochure publiée à l'occasion des éditions du MIPIM
de 2010 et 2011. Cette publication n'était pas illustrée de photographies;
– de l'Observatoire des Loyers 2010;
– du Memento du logement de la RBC, Kluwer, 2010;

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
271
– Brochure ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van de
BGHM.
Het naschrift met als titel « conclusions et perspectives »
(« Besluiten en vooruitzichten ») in het werkstuk « lutte contre la
vacance immobilière (à bruxelles et ailleurs) : constats et bonnes
pratiques », editie La Charte, 2011, met de vermelding « Christos
Doulkeridis, staatssecretaris belast met Huisvesting ».
– de la brochure à l’occasion des 25 ans de la SLRB.
La postface intitulée « conclusions et perspectives » dans
l'ouvrage « lutte contre la vacance immobilière (à Bruxelles et
ailleurs) : constats et bonnes pratiques », édition La Charte, 2011,
avec la mention « Christos Doulkeridis, secrétaire d'État en charge
du Logement ».
Vraag nr. 323 van de heer Didier Gosuin d.d. 25 november
2011 (Fr.) :
Kosten voor studies en consultancy in 2010 en 2011.
Graag vernam ik, voor uw kabinet, voor de ministeries, voor de
ION's en voor alle andere gewestelijke organen waarop u toezicht
uitoefent, het aantal en de kosten voor de studies en consultancy
(van welke aard dan ook) waartoe in 2010 en 2011 opdracht is
gegeven.
Voor elk daarvan, had ik graag beknopte informatie over de
inhoud, de auteurs en de desbetreffende kosten.
Graag vernam ik voor elke studie/consultancy welke overheidsopdracht
werd uitgeschreven.
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
In 2010, werden er 5 studies uitgevoerd en gefinancierd middels
het budget van het kabinet :
Opdracht inzake juridische bijstand in het kader van de aankoop
of terbeschikkingstelling van wooneenheden om deze als
sociale en middelgrote woning te bestemmen.
Kostprijs : 11.900 EUR (inclusief btw), toegewezen aan DLA
Piper UK LLP; Opdracht gegund bij onderhandelingsprocedure
zonder bekendmaking.
Overeenkomst tot juridische dienstverlening inzake de wijziging
van bepaalde gewestelijke reglementeringen met betrekking
tot de Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandbestrijding en
Dringende Medische Hulp.
Kostprijs : 12.500 EUR; toegewezen aan Louise Corner Office;
Opdracht gegund bij onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking.
Dienstenopdracht inzake de ondersteuning van de implementatie
van de communicatiestrategie van het Kabinet van
Staatssecretaris Christos Doulkeridis.
Kostprijs : 16.500 EUR (inclusief btw); toegewezen aan
Diagnostic et Gestion d'Images SA; opdracht gegund bij onderhandelingsprocedure
zonder bekendmaking.
Studie inzake de uitwerking van de huisstijl van het kabinet
die tot doel had de visuele identiteit van het kabinet te definiëren
en deze te incorporeren binnen de verschillende instrumenten die
gebruikt worden om met de buitenwereld te communiceren.
Question n° 323 de M. Didier Gosuin du 25 novembre 2011
(Fr.) :
Coût des études et frais de consultance en 2010 et 2011.
Tant pour votre cabinet que pour les ministères, OIP ou toute
autre institution à caractère régional sur lesquels vous exercez
une tutelle, je souhaite connaître le nombre et le coût des études
et autres consultances (de toute nature) qui ont été commanditées
en 2010 et 2011.
Pour chacune d’entre elles, je souhaite disposer d’un bref descriptif,
des auteurs ainsi que des coûts y afférents.
Enfin, je souhaite savoir, pour chaque étude/consultance, quel
type de marché public a été passé.
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
En 2010, 5 études ont été commandées et financées sur le
budget du cabinet :
Mission relative à une assistance juridique dans le cadre de
l'acquisition ou la mise à disposition d'unités d'habitation afin de
les affecter à du logement social et moyen.
Coût : 11.900 EUR TVAC; attribué à DLA Piper UK LLP;
marché passé par procédure négociée sans publicité.
Contrat de services juridiques relatif à la modification de certaines
réglementations régionales concernant le Service d'Incendie
et d'Aide médicale urgente de Bruxelles.
Coût : 12.500 EUR; attribué à Louise Corner Office; marché
passé par procédure négociée sans publicité.
Marché de service relatif au soutien à l'implémentation de
la stratégie de communication du cabinet du secrétaire d'État
Christos Doulkeridis.
Coût : 16.500 EUR TVAC; attribué à Diagnostic et Gestion
d'Images SA; marché passé par procédure négociée sans publicité.
Étude relative à la réalisation de la charte graphique du cabinet
dont l'objet a été de définir l'identité visuelle du cabinet et de la
décliner sur les différents supports utilisés pour communiquer
avec l'extérieur.

272
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Kostprijs : 3.267 EUR (inclusief btw), dienstlevering toegewezen
aan Waow via onderhandelingsprocedure.
Studie inzake de uitwerking van een koolstofbalans van het
kabinet.
Kostprijs : 8.462,07 EUR; Opdracht gegund bij onderhandelingsprocedure
zonder bekendmaking; toegewezen aan CO 2 Logic
et Deloitte.
In 2011, heeft het kabinet de volgende zaken ten laste genomen
:
Deels in het begrotingsjaar 2011 : de uitwerking van een auditopdracht
inzake het beheer van de schatkist van het Woningfonds
van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; deze opdracht had tot
doel het formuleren van een aantal aanbevelingen inzake het
beheer van de schatkist en, in voorkomend geval, het financiële
beheer.
Kostprijs : 23.000 EUR (inclusief btw); Opdracht gegund bij
onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking; toegewezen aan
ISIS Consult.
Studie inzake de uitwerking van een « genderbudgetting »-test
met als doelstelling een « genderbudgetting »-analyse uit te werken
van het budget van het kabinet om te identificeren wat er uit
een dergelijke oefening onder de huidige voorwaarden geleerd
kan worden en op welk niveau deze oefening dient te worden
uitgevoerd.
Kostprijs : 5.929 EUR (inclusief btw); Opdracht gegund bij
onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking; toegewezen aan
Genderatwork.
In 2010, heeft het Woningfonds de volgende zaken ten laste
genomen :
Studie inzake de financieringsmodaliteiten van het Fonds.
Kostprijs : 20.570 EUR (inclusief btw); opdracht gegund bij
onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking, toegewezen aan
ISIS Consult.
DBDMH :
In 2010, werden de volgende studies uitgevoerd (dienstverlener,
onderwerp, kostprijs, type overheidsopdracht; OPZB = onderhandelingsprocedure
zonder bekendmaking):
– Bird & Bird, advies sociale wetgeving, 4.940 EUR (OPZB)
– CGA avocats, jaarlijks abonnement algemeen juridisch advies,
19.200 EUR (OPZB).
– Stibbe avocats, raadpleging bevoegdheidsverdeling, 4.917 EUR
(PNSP)
– Xirius avocats, jaarlijks abonnement, 19.200 EUR (OPZB)
– CEGELEC, controles post Evere en VUB, 2.236 EUR
(OPZB);
– CMC Claude, consultancy IT-netwerk, 3.719 EUR (OPZB)
Coût : 3.267 EUR TVAC, prestations attribuées à Waow par
procédure négociée.
Étude relative à la réalisation du bilan carbone du cabinet.
Coût : 8.462,07 EUR; marché passé par procédure négociée
sans publicité, attribué à CO 2 Logic et Deloitte.
Pour ce qui concerne 2011 le cabinet a pris en charge :
En partie sur l'année budgétaire 2011, la réalisation d'une mission
d'audit de la gestion de trésorerie du Fonds du logement de
la Région de Bruxelles-Capitale; la mission dont objet doit déboucher
sur une série de recommandations en matière de gestion de
trésorerie et, le cas échéant, de gestion financière.
Coût : 23.000 EUR TVAC; marché passé par procédure négociée
sans publicité attribué à ISIS Consult.
Étude relative à la réalisation d'un test « gender budgeting »
dont l'objectif était d'effectuer une analyse « gender budgeting »
préliminaire sur le budget du cabinet afin d'identifier ce qui est
possible d'apprendre avec un tel exercice dans les conditions existantes
et à quel niveau cet exercice doit être exécuté.
Coût : 5.929 EUR TVAC; marché passé par procédure négociée
sans publicité attribué à Genderatwork.
En 2010, le Fonds du logement a pris en charge :
Étude relative aux modalités de financement du Fonds.
Coût : 20.570 EUR TVAC; marché passé par procédure négociée
sans publicité attribué à ISIS Consult.
SIAMU :
En 2010, les études suivantes ont été réalisées (prestataire,
sujet, coût, type de marché public; PNSP = procédure négociée
sans publicité) :
– Bird & Bird, avis législation sociale, 4.940 EUR (PNSP)
– CGA avocats, abonnement annuel consultations juridiques
générales, 19.200 EUR (PNSP).
– Stibbe avocats, consultation répartition compétences,
4.917 EUR (PNSP)
– Xirius avocats, abonnement annuel, 19.200 EUR (PNSP)
– CEGELEC, contrôles poste Evere et VUB, 2.236 EUR
(PNSP);
– CMC Claude, consultance réseau IT, 3.719 EUR (PNSP)

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
273
– Ato Brussels, consultancy CS 100, 4.235 EUR, (OPZB)
– Greenarch, architectenopdracht post Chenaie, 15.031 EUR
(PNSP)
– Quentris, tehcnische consultancy, 1.149 EUR (OPZB)
– Hoet et Minne architectes, Paul Brien post, 21.131 EUR,
(offerte-oproep).
– HDM Concept, consultancy verkeer, 1.942 EUR (OPZB)
– MECI, consultancy informatica, 4.956 EUR
In 2011, werden de volgende studies uitgevoerd :
– Bird & Bird : advies sociale wetgeving : 915 EUR, (PNSP)
– CGA avocats : jaarlijks abonnement algemeen juridisch advies :
28.312 EUR, (OPZB)
– PWC, opdracht tot verduidelijking van de HR-functie,
5.237,7 EUR (OPZB)
– ABO, grondstudie, 11.666 EUR (OPZB)
– Hoet et Minne, architecten P. Brien post, 77.145 EUR (offerteoproep)
– AIB Vinçotte, controle ladders, 513 EUR (OPZB)
– La mécanique mosane, controle ladders, 1.425 EUR (OPZB)
– Claeys & Engels, Juridische advies : arbeidsreglement,
11.962,06 EUR (OPZB)
Voor wat het ministerie en de BGHM betreft, verwijs ik naar de
als bijlage (*) toegevoegde tabellen.
(*) (De bijlage zal niet gepubliceerd worden, maar blijft ter
beschikking voor consultatie op de Griffie of via de website
van het Parlement.)
– Ato Brussels, consultance CS 100, 4.235 EUR, (PNSP)
– Greenarch, mission d'architecture poste Chenaie, 15.031 EUR
(PNSP)
– Quentris, consultance technique, 1.149 EUR (PNSP)
– Hoet et Minne architectes, Poste Paul Brien, 21.131 EUR,
(appel d'offres)
– HDM Concept, consultance roulage, 1.942 EUR (PNSP)
– MECI, consultance informatique, 4.956 EUR
En 2011, les études suivantes ont été réalisées :
– Bird & Bird : avis législation sociale : 915 EUR, PNSP)
– CGA avocats : abonnement annuel consultations juridiques
générales : 28.312 EUR, PNSP)
– PWC, mission de clarification de la fonction RH, 5.237,7 EUR
(PNSP)
– ABO, étude de sol, 11.666 EUR (PNSP)
– Hoet et Minne, architectes poste P. Brien, 77.145 EUR (appel
d'offres)
– AIB Vinçotte, contrôle échelles, 513 EUR (PNSP)
– La mécanique mosane, contrôle échelle, 1.425 EUR (PNSP)
– Claeys & Engels, Avis Juridiques : Règlement de travail,
11.962,06 EUR (PNSP)
Voir les tableaux en annexe (*) pour ce qui concerne le ministère
et la SLRB.
(*) (L'annexe ne sera pas publiée mais restera disponible pour
consultation au Greffe ou via le site du Parlement.)
Vraag nr. 324 van de heer Vincent De Wolf d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Evolutie van het personeel bij de Dienst Brandweer en
Dringende Medische Hulpverlening (DBDMH).
In de marge van de begrotingsbesprekingen, heb ik vragen
over de evolutie van het personeel bij de Dienst Brandweer en
Dringende Medische Hulpverlening (DBDMH).
In dat verband, zou ik graag de volgende vragen willen stellen
:
– Hoeveel voltijdsequivalenten zijn er momenteel aan de slag bij
die ION ?
– Hoe ziet de evolutie van het personeelsbestand eruit voor de
jongste drie kalenderjaren ?
Question n° 324 de M. Vincent De Wolf du 30 novembre 2011
(Fr.) :
Évolution du personnel du Service d'Incendie et d'Aide médicale
urgente de la Région de Bruxelles-Capitale (SIAMU).
En marge des discussions budgétaires, je m’interroge quant à
l’évolution du personnel au sein du Service d'Incendie et d’Aide
médicale urgente de la Région de Bruxelles-Capitale (SIAMU).
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Quel est le nombre actuel d’équivalents temps plein au sein de
cet OIP ?
– Quelle est l'évolution du personnel de celui-ci au cours des trois
dernières années civiles ?

274
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
– Hoe ziet de stijging of daling eruit van de VT's voor de jaren
2009, 2010 en 2011 ?
– Welke redenen verklaren die opwaartse of neerwaartse evolutie,
desgevallend per activiteitssector ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Wat het totale aantal voltijdse equivalenten binnen deze ION
betreft, zijn er momenteel binnen de DBDMH 1.124,9 VE te werk
gesteld (november 2011).
Wat de evolutie van het personeel gedurende de voorbij drie
burgerlijke jaren betreft :
– november 2009 : 1.133 VE
– december 2010 : 1.106 VE
– januari 2011 : 1.125 VE
Wat het element betreft dat een rechtvaardiging zou kunnen
bieden voor de stijging of in voorkomend geval de daling van deze
evolutie per activiteitensector :
Einde contract (bij bepaalde duur of wanneer het personeelslid
de maximale leeftijd heeft bereikt), toelating tot het verlof
voorafgaand aan het pensioen (een soort vroegtijdig pensioen dat
eigen is aan de functie van brandweerman), pensioen, overlijden
en ontslag.
– Quelle est ainsi la progression ou régression en ETP pour les
années 2009, 2010 et 2011 ?
– Quels éléments peuvent justifier la hausse ou la baisse de cette
évolution, le cas échéant par secteur d’activité ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Pour ce qui concerne le nombre actuel d’équivalents temps
plein au sein de cet OIP, le SIAMU possède 1.124,9 ETP (novembre
2011).
Pour ce qui concerne l'évolution du personnel au cours des trois
dernières années civiles :
– Novembre 2009 : 1.133 ETP
– Décembre 2010 : 1.106 ETP
– Janvier 2011 : 1.125 ETP
Pour ce qui concerne l'élément pouvant justifier la hausse ou, le
cas échéant, la baisse de cette évolution par secteur d’activités :
Fin de contrat (lorsqu’à durée déterminée ou agent atteignant
la limite d’âge), admission au congé préalable à la pension (sorte
de préretraite propre à la fonction de pompier), pension, décès, et
licenciements.
Vraag nr. 325 van de heer Vincent De Wolf d.d. 30 november
2011 (Fr.) :
Evolutie van het personeel bij de Brusselse Gewestelijke
Huisvestingsmaatschappij (BGHM).
In de marge van de begrotingsbesprekingen, heb ik vragen
over de evolutie van het personeel bij de Brusselse Gewestelijke
Huisvestingsmaatschappij (BGHM).
In dat verband, zou ik graag de volgende vragen willen stellen
:
– Hoeveel voltijdsequivalenten zijn er momenteel aan de slag bij
die ION ?
– Hoe ziet de evolutie van het personeelsbestand eruit voor de
jongste drie kalenderjaren ?
– Hoe ziet de stijging of daling eruit van de VT's voor de jaren
2009, 2010 en 2011 ?
– Welke redenen verklaren die opwaartse of neerwaartse evolutie,
desgevallend per activiteitssector ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Question n° 325 de M. Vincent De Wolf du 30 novembre 2011
(Fr.) :
Évolution du personnel de la Société du Logement de la
Région bruxelloise (SLRB).
En marge des discussions budgétaires, je m’interroge quant à
l’évolution du personnel au sein de la Société du Logement de la
Région bruxelloise (SLRB).
À ce sujet, je souhaiterais vous poser les questions suivantes :
– Quel est le nombre actuel d’équivalents temps plein au sein de
cet OIP ?
– Quelle est l'évolution du personnel de celui-ci au cours des trois
dernières années civiles ?
– Quelle est ainsi la progression ou régression en ETP pour les
années 2009, 2010 et 2011 ?
– Quels éléments peuvent justifier la hausse ou la baisse de cette
évolution, le cas échéant par secteur d’activité ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
275
Op 1 december 2011 was het personeel samengesteld uit
110 personen.
Het huidige aantal VTE stemt overeen met 98,8 personen.
Onderstaand wordt de evolutie van het personeel tijdens de
voorbij drie burgerlijke jaren (tussen 2009 en 2011) en de stijging
of daling van het aantal VTE's weergegeven:
Evolutie personeelsbestand :
2009 : 107
2010 : 105
2011 : 110
Evolutie aantal vte :
2009 : 96,9
2010 : 93,6
2011 : 98,8
De elementen die de stijgingen of dalingen binnen deze evolutie
kunnen rechtvaardigen zijn de volgende :
De tendens duidt een stijging aan die zich in 2012 zal voortzetten.
Dit feit kan verklaard worden door een stijging van het aantal
aan de BGHM toevertrouwde taken, zoals onder andere de energiecertificering
en de oprichting van een expertisepool.
Le nombre de membres du personnel à la date du 1 er décembre
2011 est de 110 personnes
Le nombre actuel d’ETP est de 98,8 personnes.
Évolution du personnel au cours des trois dernières années civiles
(entre 2009 et 2011) ainsi que la progression ou la régression
des ETP :
Évolution nombre des membres personnel :
2009 : 107
2010 : 105
2011 : 110
Évolution nombre ETP
2009 : 96,9
2010 : 93,6
2011 : 98,8
Éléments pouvant justifier la hausse ou la baisse de cette évolution
:
La tendance est à la hausse et se poursuivra en 2012. Ce fait
s’explique par l’augmentation des missions dévolues à la SLRB,
entre autres, la certification énergétique et la création d’un pôle
d’expertise.
Vraag nr. 332 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Kostprijs van de woningen die de BGHM heeft gebouwd te
Brussel.
Kan de minister mij voor elke sedert 2008 aangenomen bouwproject
de volgende gegevens meedelen :
– de ligging van het project;
– het aantal gebouwde appartementen met 1, 2, 3 en 4 kamers;
– het aantal opgetrokken m²;
– de totale kostprijs van het project;
– het percentage meerkost in verband met de start van het project;
– de operator die het uiteindelijk beheer ervan waarneemt en het
gekozen type zakelijk recht (herverkoop, erfpacht, …) voor het
beheer ervan;
– de voorwaarden voor de overdracht van eigendom en de
gevraagde prijs (regel, heffingen, duur tussen 27 en 99
jaar …);
– de kost van de onroerende belastingen.
Question n° 332 de M. Emmanuel De Bock du 27 décembre
2011 (Fr.) :
Les coût des logements à Bruxelles créés par la SLRB.
Le secrétaire d’État pourrait-il me donner pour chacune des
dernières opérations immobilières menées et réceptionnées depuis
2008 :
– la localisation du projet;
– le nombre d’appartements 1, 2, 3, 4 chambres construits;
– le nombre de m² construits;
– le coût total du projet;
– le pourcentage de surcoût par rapport au lancement du projet;
– l’opérateur qui en assume in fine la gestion et le type de droit
réel choisi (revente, emphytéose, …) pour en assumer la gestion;
– les conditions de transferts de propriétés et le prix demandé
(canon, redevances, durée entre 27 et 99 ans, …);
– le coût des taxes foncières.

276
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Sinds 2008, werden de volgende vastgoedoperaties uitgevoerd
en opgeleverd op het niveau van de BGHM:
1. Operatie « Lennik »
a) ligging : « Route du Lennik » te Anderlecht;
b) aantal gebouwde 1-, 2-, 3-, 4-, 5 en 6-kamerappartementen :
34 1-kamereenheden, 35 2-kamereenheden, 31 3-kamereenheden,
16 4-kamereenheden en 8 5-kamereenheden;
c) aantal bebouwde m² (bruto vloeroppervlakte) : 24.068 m²;
d) totale kostprijs (inclusief btw) van het project :
36.092.530,04 EUR;
e) percentage meerkost in vergelijking met de lancering van het
project : 10 %;
f) operator(en) die in fine instaat (instaan) voor het beheer : OVM
« Le Foyer Anderlechtois » (sociale woningen) en gemeente
Anderlecht (middelgrote woningen);
g) soort zakelijk recht : erfpacht tussen de gemeenten en de
BGHM, recht van opstal van de BGHM ten aanzien van de
NV THOMAS & PIRON, erfpacht tussen de NV THOMAS &
PIRON en de BGHM;
h) overdrachtsvoorwaarden en gevraagde prijs : jaarlijkse erfpachtrente
tussen gemeente en BGHM van 500,00 EUR,
opstalrecht te kostelozen titel, jaarlijkse erfpachtrente tussen
NV THOMAS & PIRON en BGHM van 2.445.931,74 EUR,
alle rechten hebben een looptijd van 30 jaar;
i) kostprijs van de grondbelastingen : onroerende voorheffing nog
niet vastgesteld.
2. Operatie « Cognassiers »
a) ligging : « Avenue des Cognassiers » te Sint-Agatha-Berchem;
b) aantal gebouwde 1-, 2-, 3-, 4-, 5 en 6-kamerappartementen :
10 1-kamereenheden, 10 2-kamereenheden, 7 3-kamereenheden
en 3 4-kamereenheden;
c) aantal bebouwde m² (bruto vloeroppervlakte) : 2.900,07 m²;
d) totale kostprijs (inclusief btw) van het project :
3.610.378,71 EUR;
e) percentage meerkost in vergelijking met de lancering van het
project : 10 %;
f) operator(en) die in fine instaat (instaan) voor het beheer : OVM
« SORELO »;
g) soort zakelijk recht : overeenkomst tussen het Gewest, de
BGHM en SORELO;
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Les opérations immobilières suivantes ont été menées et réceptionnées
depuis 2008 au niveau de la SLRB :
1. Opération « Lennik »
a) localisation : route du Lennik à Anderlecht;
b) nombre d'appartements 1, 2, 3, 4, 5 et 6 chambres construits :
34 unités x 1 chambre, 35 unités x 2 chambres, 31 unités x
3 chambres, 16 unités x 4 chambres, 8 unités x 5 chambres;
c) nombre de m² construits (surface de plancher brute) :
24.068 m²;
d) coût total (TVAC) du projet : 36.092.530,04 EUR;
e) pourcentage de surcoût par rapport au lancement du projet :
10 %;
f) opérateur(s) qui assume(nt) in fine la gestion : SISP « Le Foyer
Anderlechtois » (logements sociaux) et commune d'Anderlecht
(logements moyens);
g) type de droit réel : bail emphytéotique entre commune et
SLRB, droit de superficie de la SLRB à la SA THOMAS &
PIRON, bail emphytéotique entre SA THOMAS & PIRON et
SLRB;
h) conditions de transfert et prix demandés : canon annuel du bail
emphytéotique entre commune et SLRB de 500,00 EUR, droit
de superficie à titre gratuit, canon annuel du bail emphytéotique
entre SA THOMAS & PIRON et SLRB de 2.445.931,74 EUR,
tous les droits s'étendent sur une durée de 30 ans;
i) coût des taxes foncières : précompte immobilier non encore
établi.
2. Opération « Cognassiers »
a) localisation : avenue des Cognassiers à Berchem-Sainte-
Agathe;
b) nombre d'appartements 1, 2, 3, 4, 5 et 6 chambres construits :
10 unités x 1 chambre, 10 unités x 2 chambres, 7 unités x
3 chambres, 3 unités x 4 chambres;
c) nombre de m² construits (surface de plancher brute) :
2.900,07 m²;
d) coût total (TVAC) du projet : 3.610.378,71 EUR;
e) pourcentage de surcoût par rapport au lancement du projet :
10 %;
f) opérateur(s) qui assume(nt) in fine la gestion : SISP
« SORELO »;
g) type de droit réel : convention entre Région, SLRB et
SORELO;

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
277
h) overdrachtsvoorwaarden en gevraagde prijs : delegering van
het bouwmeesterschap aan de BGHM te kostelozen titel;
i) kostprijs van de grondbelastingen : onroerende voorheffing nog
niet vastgesteld
3. Operatie « Versailles »
a) ligging : Clos du Craetbosch te Brussel;
b) aantal gebouwde 1-, 2-, 3-, 4-, 5 en 6-kamerappartementen :
15 1-kamereenheden, 35 2-kamereenheden en 8 3-kamereenheden;
c) aantal bebouwde m² (bruto vloeroppervlakte) : 4.559 m²;
d) totale kostprijs (inclusief btw) van het project :
7.585.283,86 EUR;
e) percentage meerkost in vergelijking met de lancering van het
project : 10 %;
f) operator(en) die in fine instaat (instaan) voor het beheer : OVM
« Home familial bruxellois »;
g) soort zakelijk recht : overeenkomst tussen Gewest, BGHM en
Home familial bruxellois;
h) overdrachtsvoorwaarden en gevraagde prijs : delegering van
het bouwmeesterschap aan de BGHM te kostelozen titel;
i) kostprijs van de grondbelastingen : onroerende voorheffing nog
niet vastgesteld.
4. Operatie « Ernotte »
a) ligging : « Chaussée de Bitsfort » en « Rue Akarova » te
Elsene;
b) aantal gebouwde 1-, 2-, 3-, 4-, 5 en 6-kamerappartementen :
93 1-kamereenheden, 63 2-kamereenheden, 46 3-kamereenheden
en 30 4-kamereenheden;
c) aantal bebouwde m² (bruto vloeroppervlakte) : 31.667,74 m²;
d) totale kostprijs (inclusief btw) van het project :
49.050.964,91 EUR;
e) percentage meerkost in vergelijking met de lancering van het
project : 32 %;
f) operator(en) die in fine instaat (instaan) voor het beheer : OVM
« Le Foyer Ixellois » (sociale woningen) en gemeente Elsene
(middelgrote woningen);
g) soort zakelijk recht : opstalrecht van de gemeente ten aanzien
van de BGHM, overeenkomst tussen de BGHM, de gemeente
en de « Le Foyer Ixellois »;
h) overdrachtsvoorwaarden en gevraagde prijs : opstalrecht voor
een looptijd van 30 jaar te kostelozen titel;
i) kostprijs van de grondbelastingen : onroerende voorheffing nog
niet vastgesteld.
h) conditions de transfert et prix demandés : délégation de maîtrise
d'ouvrage à la SLRB, à titre gratuit;
i) coût des taxes foncières : précompte immobilier non encore
établi.
3. Opération « Versailles »
a) localisation : Clos du Craetbosch à Bruxelles;
b) nombre d'appartements 1, 2, 3, 4, 5 et 6 chambres construits :
15 unités x 1 chambre, 35 unités x 2 chambres, 8 unités x
3 chambres;
c) nombre de m² construits (surface de plancher brute) :
4.559 m²;
d) coût total (TVAC) du projet : 7.585.283,86 EUR;
e) pourcentage de surcoût par rapport au lancement du projet :
10 %;
f) opérateur(s) qui assume(nt) in fine la gestion : SISP « Home
familial bruxellois »;
g) type de droit réel : convention entre Région, SLRB et Home
familial bruxellois;
h) conditions de transfert et prix demandés : délégation de maîtrise
d'ouvrage à la SLRB, à titre gratuit;
i) coût des taxes foncières : précompte immobilier non encore
établi.
4. Opération « Ernotte »
a) localisation : chaussée de Boitsfort et rue Akarova à Ixelles;
b) nombre d'appartements 1, 2, 3, 4, 5 et 6 chambres construits :
93 unités x 1 chambre, 63 unités x 2 chambres, 46 unités x
3 chambres, 30 unités x 4 chambres;
c) nombre de m² construits (surface de plancher brute) :
31.667,74 m²;
d) coût total (TVAC) du projet : 49.050.964,91 EUR;
e) pourcentage de surcoût par rapport au lancement du projet :
32 %;
f) opérateur(s) qui assume(nt) in fine la gestion : SISP « Le Foyer
Ixellois » (logements sociaux) et commune d'Ixelles (logements
moyens);
g) type de droit réel : droit de superficie de la commune à la
SLRB, convention entre SLRB, commune et Foyer Ixellois;
h) conditions de transfert et prix demandés : droit de superficie
d'une durée de 30 ans, à titre gratuit;
i) coût des taxes foncières : précompte immobilier non encore
établi.

278
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
5. Operatie « Lahaye »
a) ligging : « Rue Jules Lahaye » te Jette;
b) aantal gebouwde 1-, 2-, 3-, 4-, 5 en 6-kamerappartementen :
21 1-kamereenheden, 22 2-kamereenheden, 17 3-kamereenheden
en 5 4-kamereenheden;
c) aantal bebouwde m² (bruto vloeroppervlakte) : 7.761,20 m²;
d) totale kostprijs (inclusief btw) van het project :
10.175.816,22 EUR;
e) percentage meerkost in vergelijking met de lancering van het
project : 18 %;
f) operator(en) die in fine instaat (instaan) voor het beheer :
gemeente Jette;
g) soort zakelijk recht: opstalrecht van de gemeente ten aanzien
van de BGHM;
h) overdrachtsvoorwaarden en gevraagde prijs : opstalrecht voor
een looptijd van 30 jaar te kostelozen titel;
i) kostprijs van de grondbelastingen : 10.743,09 EUR in 2010 en
28.411,55 EUR in 2011.
6. Operatie « Stiénon »
a) ligging : « Avenue Stiénon » en « Avenue Rommelaere » te
Jette;
b) aantal gebouwde 1-, 2-, 3-, 4-, 5 en 6-kamerappartementen :
36 1-kamereenheden, 12 2-kamereenheden, 11 3-kamereenheden,
8 4-kamereenheden, 6 5-kamereenheden en 7 6-kamereenheden;
c) aantal bebouwde m² (bruto vloeroppervlakte) : 10.906,80 m²;
d) totale kostprijs (inclusief btw) van het project :
12.107.464,36 EUR;
e) percentage meerkost in vergelijking met de lancering van het
project : 19 %;
f) operator(en) die in fine instaat (instaan) voor het beheer : OVM
« Le Foyer Jettois »;
g) soort zakelijk recht : overeenkomst tussen de BGHM en « Le
Foyer Jettois »;
h) overdrachtsvoorwaarden en gevraagde prijs : delegering van
het bouwmeesterschap aan de BGHM te kostelozen titel;
i) kostprijs van de grondbelastingen : onroerende voorheffing nog
niet vastgesteld.
7. Operatie « Scheutbosch »
a) ligging : « Boulevard Mettewie » en « Rue du Scheutbosch » te
Sint-Jans-Molenbeek;
5. Opération « Lahaye »
a) localisation : rue Jules Lahaye à Jette;
b) nombre d'appartements 1, 2, 3, 4, 5 et 6 chambres construits :
21 unités x 1 chambre, 22 unités x 2 chambres, 17 unités x
3 chambres, 5 unités x 4 chambres;
c) nombre de m² construits (surface de plancher brute) :
7.761,20 m²;
d) coût total (TVAC) du projet : 10.175.816,22 EUR;
e) pourcentage de surcoût par rapport au lancement du projet :
18 %;
f) opérateur(s) qui assume(nt) in fine la gestion : commune de
Jette;
g) type de droit réel : droit de superficie de la commune à la
SLRB;
h) conditions de transfert et prix demandés : droit de superficie
d'une durée de 30 ans, à titre gratuit;
i) coût des taxes foncières : 10.743,09 EUR en 2010,
28.411,55 EUR en 2011.
6. Opération « Stiénon »
a) localisation : avenue Stiénon et avenue Rommelaere à Jette;
b) nombre d'appartements 1, 2, 3, 4, 5 et 6 chambres construits :
36 unités x 1 chambre, 12 unités x 2 chambres, 11 unités x
3 chambres, 8 unités x 4 chambres, 6 unités x 5 chambres,
7 unités x 6 chambres;
c) nombre de m² construits (surface de plancher brute) :
10.906,80 m²;
d) coût total (TVAC) du projet : 12.107.464,36 EUR;
e) pourcentage de surcoût par rapport au lancement du projet :
19 %;
f) opérateur(s) qui assume(nt) in fine la gestion : SISP « Le Foyer
Jettois »;
g) type de droit réel : convention entre SLRB et Foyer Jettois;
h) conditions de transfert et prix demandés : délégation de maîtrise
d'ouvrage à la SLRB, à titre gratuit;
i) coût des taxes foncières : précompte immobilier non encore
établi.
7. Opération « Scheutbosch »
a) localisation : boulevard Mettewie et rue du Scheutbosch à
Molenbeek-Saint-Jean;

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
279
b) aantal gebouwde 1-, 2-, 3-, 4-, 5 en 6-kamerappartementen :
32 1-kamereenheden, 22 2-kamereenheden, 3 3-kamereenheden
en 1 4-kamereenheid;
c) aantal bebouwde m² (bruto vloeroppervlakte) : 4.405 m²;
d) totale kostprijs (inclusief btw) van het project :
6.363.115,12 EUR;
e) percentage meerkost in vergelijking met de lancering van het
project : 14 %;
f) operator(en) die in fine instaat (instaan) voor het beheer : OVM
« Le Logement Molenbeekois »;
g) soort zakelijk recht : opstalrecht van de gemeente ten aanzien
van de BGHM, overeenkomst tussen de BGHM en « Le
Logement Molenbeekois »;
h) overdrachtsvoorwaarden en gevraagde prijs : opstalrecht voor
een looptijd van 30 jaar te kostelozen titel;
i) kostprijs van de grondbelastingen : 48.004,16 EUR in 2010 en
31.376,59 EUR in 2011.
8. Operatie « Stockel »
a) ligging : « Chaussée de Stockel » en « Rue Konkel » te Sint-
Lambrechts-Woluwe;
b) aantal gebouwde 1-, 2-, 3-, 4-, 5 en 6-kamerappartementen :
44 1-kamereenheden, 28 2-kamereenheden, 17 3-kamereenheden
en 11 4-kamereenheden.
c) aantal bebouwde m² (bruto vloeroppervlakte) : 9.737 m²;
d) totale kostprijs (inclusief btw) van het project :
14.124.704,24 EUR;
e) percentage meerkost in vergelijking met de lancering van het
project : 4 %;
f) operator(en) die in fine instaat (instaan) voor het beheer : OVM
« L'Habitation Moderne » (sociale woningen) en coöperatieve
vennootschap (middelgrote woningen);
g) soort zakelijk recht: overeenkomst tussen het Gewest, de
BGHM, de gemeente Sint-Lambrechts-Woluwe en « Habitation
Moderne »;
h) overdrachtsvoorwaarden en gevraagde prijs : delegering van
het bouwmeesterschap aan de BGHM te kostelozen titel;
i) kostprijs van de grondbelastingen : onroerende voorheffing nog
niet vastgesteld.
b) nombre d'appartements 1, 2, 3, 4, 5 et 6 chambres construits :
32 unités x 1 chambre, 22 unités x 2 chambres, 3 unités x
3 chambres, 1 unités x 4 chambres;
c) nombre de m² construits (surface de plancher brute) :
4.405 m²;
d) coût total (TVAC) du projet : 6.363.115,12 EUR;
e) pourcentage de surcoût par rapport au lancement du projet :
14 %;
f) opérateur(s) qui assume(nt) in fine la gestion : SISP « Le
Logement Molenbeekois »;
g) type de droit réel : droit de superficie de la commune à la
SLRB, convention entre SLRB et Logement Molenbeekois;
h) conditions de transfert et prix demandés : droit de superficie
d'une durée de 30 ans, à titre gratuit;
i) coût des taxes foncières : 48.004,16 EUR en 2010,
31.376,59 EUR en 2011.
8. Opération « Stockel »
a) localisation : chaussée de Stockel et rue Konkel à Woluwe-
Saint-Lambert;
b) nombre d'appartements 1, 2, 3, 4, 5 et 6 chambres construits :
44 unités x 1 chambre, 28 unités x 2 chambres, 17 unités x
3 chambres, 11 unités x 4 chambres;
c) nombre de m² construits (surface de plancher brute) :
9.737 m²;
d) coût total (TVAC) du projet : 14.124.704,24 EUR;
e) pourcentage de surcoût par rapport au lancement du projet :
4 %;
f) opérateur(s) qui assume(nt) in fine la gestion : SISP
« L'Habitation Moderne » (logements sociaux) et société coopérative
(logements moyens);
g) type de droit réel : convention entre Région, SLRB, commune
de Woluwe-Saint-Lambert et Habitation Moderne;
h) conditions de transfert et prix demandés : délégation de maîtrise
d'ouvrage à la SLRB, à titre gratuit;
i) coût des taxes foncières : précompte immobilier non encore
établi.

280
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Vraag nr. 333 van de heer Emmanuel De Bock d.d. 27 december
2011 (Fr.) :
Studentenwoningen.
Op 20 december werd de staatssecretaris voor Huisvesting in
de commissie Huisvesting ondervraagd over studentenwoningen.
Gelet op de antwoorden die die dag uitgegeven werden, zou ik
graag enkele verduidelijkingen vragen.
Question n° 333 de M. Emmanuel De Bock du 27 décembre
2011 (Fr.) :
Les logements étudiants.
Le secrétaire d’État au Logement a été interrogé le 20 décembre
en commission du Logement sur la thématique des logements
pour étudiants.
Compte tenu des réponses obtenues ce jour-là j’aimerais
disposer de précisions sur plusieurs questions portant sur la thématique.
Ainsi, Monsieur le secrétaire d'État pourrait-il m'indiquer :
1. Het aantal studenten met een kot buiten de studentenwijken te
Brussel ?
2. Het geraamde aantal legale en illegale koten te Brussel ?
3. Het huidige totale aanbod aan studentenwoningen te Brussel ?
4. De cijfers per operator, alsook een kadaster van de opvangvoorzieningen
per gemeente ?
5. Kan de staatssecretaris aan het Parlement de kaart voorleggen
die de Brusselse administratie heeft voorgesteld tijdens het
colloquium dat in december 2011 plaatsvond in het Parlement
over de huidige en toekomstige noden (hogescholen en instellingen)
in alle 19 gemeenten ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag, deel ik het geachte lid
de volgende elementen mede :
Uw vraag valt net als al uw andere vragen niet specifiek onder
het toepassingsgebied van de huisvesting, maar eerder onder dit
van het onderwijs.
Dit gezegd zijnde, maak ik u de elementen over waarover ik
beschik en die betrekking hebben op de problematiek van de studentenwoningen
:
1. Inzake het aantal studenten dat een studentenwoningen
betrekt binnen en buiten de studentenwijken te Brussel, kan ik u
het volgende mededelen :
Brussel telde als grootste studentenstad van België in 2011-
2012 ongeveer 80.337 Frans- en Nederlandstalige studenten die
waren ingeschreven in de universitaire instellingen en hogescholen
(in vergelijking met 74.000 studenten in 2010-2011).
2. en 3. Inzake het aantal legale en illegale studentenwoningen
in Brussel en het globale aanbod aan studentenwoningen, kan
ik u mededelen dat wij niet over precieze cijfers of statistieken
beschikken.
4. Daarnaast, zijn de cijfers per operator eveneens niet
beschikbaar, aangezien zij niet als dusdanig behandeld worden.
Bovendien, bestaat er geen kadaster van de opvanginfrastructuur
per gemeente.
1. Le nombre d’étudiants qui kotent dans et en dehors des sites
étudiants à Bruxelles ?
2. Quelle est l’estimation du nombre de kots légaux et illégaux à
Bruxelles ?
3. Quelle est l'offre globale actuellement à Bruxelles en matière
de logements étudiants ?
4. Le secrétaire d’État dispose-t-il de chiffres par opérateur ? A-til
un cadastre des infrastructures d’accueil par commune ?
5. Le secrétaire d’État pourrait-il, enfin, transmettre au Parlement
la cartographie que l’administration bruxelloise a présentée
lors du colloque de décembre 2011 au Parlement sur les besoins
actuels et à venir (institutions et écoles supérieures) sur l’ensemble
des 19 communes ?
Réponse : En réponse à sa question, je communique à l’honorable
membre les éléments suivants :
Votre question, comme l'ensemble de vos questions, ne relève
pas spécifiquement du logement, mais plus précisément de l'enseignement.
Cela étant, je vous transmets les éléments dont je dispose
concernant la problématique du logement étudiant :
1. Sur le nombre d'étudiants qui kotent dans et en dehors des
sites étudiants à Bruxelles :
Bruxelles, 1 re ville étudiante de Belgique, compte environ
80.337 étudiants francophones et néerlandophones inscrits dans
les institutions universitaires et hautes écoles en 2011-2012
(contre environ 74.000 en 2010-2011).
2. et 3. Sur le nombre de kots légaux et illégaux à Bruxelles,
ainsi que sur l'offre globale en matière de logements étudiants,
nous ne disposons pas de chiffres ou de statistiques précises.
4. De la même manière, les chiffres par opérateurs ne sont pas
disponibles car non traités en tant que tels. En outre, il n'existe pas
de cadastre de l'infrastructure d'accueil par commune.

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
281
5. De kaart waarnaar u verwijst is deze die werd uitgewerkt
door het Agentschap van de Territoriale Ontwikkeling voor het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Dit document handelt niet over
de huidige en toekomstige noden op het vlak van de huisvesting,
maar herneemt per plaatselijke instelling de cijfers van het aantal
ingeschreven studenten voor het academiejaar 2011-2012 en dit
voor alle 19 gemeenten.
Gelieve in bijlage de kaart en een tabel met een lijst van de in
alle Frans- en Nederlandstalige universitaire instellingen en hogescholen
ingeschreven studenten te willen aantreffen.
De cijfers werden geleverd door het agentschap van de territoriale
ontwikkeling voor het BHG en geven de situatie per
opgelijste instelling weer. Een aantal cijfers werd bij benadering
weergegeven.
Net als alle door u aangevraagde gegevens, kunnen ook deze
cijfers enkel bij benadering worden weergegeven, aangezien de
studentenwoningen een « evolutief » karakter hebben.
Vele studenten geven zich niet aan als « bewoner van een
studentenwoning » of « medehuurder », met uitzondering van de
studenten die zijn ingeschreven als aanvrager van een studentenwoning
en die er uiteindelijk één hebben verkregen.
We zouden moeten overgaan tot de vaststelling van een indicator
om een schatting mogelijk te maken van het aantal studenten
dat potentieel een studentenwoning betrekt op basis van het aantal
ingeschrevenen.
Al deze vragen hebben betrekking op de algemene definitie van
wat al dan niet een studentenwoning of studentenkot is.
Om een probleem daadwerkelijk te doorgronden moeten we dit
grondig bestuderen en dit in het kader van verschillende aspecten
en met de verschillende betrokken partners.
De problematiek van de studentenwoningen is een thematiek
die slechts recentelijk werd aangekaart en aangepakt en waarvoor
slechts een erg beperkt aantal analyses werden uitgevoerd en
gecoördineerd.
In mijn hoedanigheid als Staatssecretaris voor Huisvesting, stel
ik alles in het werk om bepaalde oplossingsgerichte dynamieken
op punt te stellen en de interacties met de verschillende overheden
verder uit te werken.
Het is in werkelijkheid slechts de eerste maal dat de huisvesting
de nodige stappen voorwaarts zet op het vlak van de studentenwoningen.
Tot op heden, kan ik enkel maar vaststellen dat er slechts
heel weinig initiatieven waren, dat gegevens ontbraken door een
gebrek aan analyses en dat de wil om dit probleem aan te pakken
niet echt merkbaar was.
Door allereerst de verschillende partijen die bij deze problematiek
betrokken zijn te verzamelen, zal ik pogen om voor deze
materie, die binnen diverse gewestelijke bevoegdheden kadert,
samen met hen een concrete, ernstige en duurzame aanpak uit te
werken en bijkomende oplossingen te bedenken voor de globale
huisvestingssituatie die Brussel momenteel kent en waaraan onze
hoofdstad in de toekomst het hoofd zal moeten bieden.
5. La cartographie à laquelle vous faites référence est celle
réalisée par l'Agence de Développement Territorial (ADT) pour
la Région de Bruxelles-Capitale. Ce document ne traite pas des
besoins actuels et à venir en termes de logement, mais reprend, par
établissement localisé, les chiffres d'étudiants inscrits pour l'année
académique 2011-2012 sur l'ensemble des 19 communes.
Vous trouverez, en annexe, la cartographie ainsi qu'un tableau
listant les étudiants inscrits dans l’ensemble des institutions universitaires
et hautes écoles des deux régimes linguistiques.
Les chiffres sont ceux fournis à l'ADT par chacune des institutions
listées. Certains de ces chiffres sont approximatifs.
Comme pour l'ensemble des données que vous sollicitez, les
chiffres ne peuvent en effet être qu'approximatifs, en raison du
caractère « fluctuant » du logement étudiant.
De nombreux étudiants ne se déclarent pas comme « koteur »
ou « colocataire », mis à part les étudiants inscrits comme demandeurs
de kot et qui en ont obtenu un.
Il nous faudrait déterminer un indicateur pour estimer le nombre
d'étudiants potentiellement koteurs sur la base du nombre
d'inscrits. Il conviendrait également de connaître la proportion
d'étudiants bruxellois koteurs.
Toutes ces questions ont trait à la définition générale de ce
qu'est un logement étudiant, kot ou non.
En réalité, pour connaître un problème, il faut l'étudier véritablement
et sous ses différents aspects, ainsi qu'avec les divers
partenaires concernés.
La problématique du logement étudiant est une thématique
abordée et surtout prise en charge récemment, et pour laquelle il
n'existe pas ou peu d'analyses étayées et coordonnées.
En tant que secrétaire d'État au logement, je m’attelle à mettre
en place certaines dynamiques pour trouver des solutions et travailler
sur des interactions publiques.
C'est réellement la première fois que le logement commence à
initier quelque chose en matière de logement étudiant.
Jusqu'à présent, je ne peux que constater que les initiatives
étaient minces, les données manquantes faute d'analyses, les
volontés de s'attacher à ce problème n'étaient pas réellement perceptibles.
En commençant par réunir les différents intervenants liés à
cette problématique, je tenterai de dégager avec eux, pour cette
matière relevant de plusieurs compétences au niveau régional, des
pistes concrètes, sérieuses et durables, des solutions complémentaires
à la situation globale du logement que connaît et surtout que
connaîtra Bruxelles dans les années à venir.

282
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Studenten op universiteiten en hogescholen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest – Jaar 2011-2012
–
Étudiants inscrits dans les universités et hautes écoles de la Région de Bruxelles-Capitale – Année 2011-2012
Ref.
Aantal
kaart Instelling Adres studenten
– – – –
Réf. Établissement Adresse Nombre
carte
d'étudiants
3 Facultés Universitaires Saint-Louis Rue du Marais 107 1000 2.783
17 Université Catholique de Louvain – Alma Promenade de l'Alma 31 1200 5.358
30 Université Catholique de Louvain Chaussée de Charleroi 134 1060 550
24 Université libre de Bruxelles – Solbosh Avenue Franklin D. Roosevelt 50 1050 16.407
22 Université libre de Bruxelles – La Plaine Boulevard du Triomphe 1 1050 2.476
35 Université libre de Bruxelles – Erasme Route de Lennik 803 1070 4.707
25 École nationale supérieure des arts visuels Abbaye de la Cambre 21 1000 700
6 École supérieure des Arts Rue de la Régence 30 1000 685
4 Haute École de Bruxelles – ESI Rue Royale 67 1000 300
27 Haute École de Bruxelles – ISTI Rue Joseph Hazard 34 1180 1.005
28 Haute École de Bruxelles – Defré Avenue Defré 62 1180 1.147
17 Haute École EPHEC Avenue Konrad Adenauer 3 1200 2.281
14 Haute École EPHEC – ISAT Boulevard Lambermont
42 Haute École Francisco Ferrer Place Arthur Van Gehuchten 4 1020 553
10 Haute École Francisco Ferrer Place Anneessens 11 1000 877
9 Haute École Francisco Ferrer Boulevard Maurice Lemonnier 110 1000 571
8 Haute École Francisco Ferrer Rue de la Fontaine 4 1000 632
7 Haute École Galilée – IHECS Rue de l'Étuve 60 1.826 19
19 Haute École Galilée – ECSEDI – ISALT Avenue d'Auderghem 77 1040 659
3 Haute École Galilée – ISSIG Rue du Marais 100 1000 420
16 Haute École Galilée – ISPG Rue Vergote 40 1200 857
31 Haute École Léonard de Vinci – ECAM Rue du Tir 14 1060 700
20 Haute École Léonard de Vinci – ILMH Rue d'Arlon 11 1050 2.100
17 Haute École Léonard de Vinci – IPL/ISEI Clos Chapelle-aux-Champs 43 1200 2.500
17 Haute École Léonard de Vinci – IESP2A Avenue Emmanuel Mounier 84 1200 1.500
29 Haute École Léonard de Vinci – IESP2A Rue Groeselenberg 57 1180 200
35 Haute École libre de Bruxelles –
Ilya Prigogine Route de Lennik 808 1070 400
32 Haute École libre de Bruxelles –
Ilya Prigogine Avenue Jupiter 201 1190 350
34 Haute École libre de Bruxelles –
Ilya Prigogine Avenue Victor Rousseau 75 1190 504
36 Haute École Lucia de Brouckère – CERIA Avenue Émile Gryzon 1 1070 1.715
37 Haute École Paul-Henri Spaak – ISIB Rue des Goujons 28 1070 322
26 Haute École Paul-Henri Spaak – IESSID/ISES Rue de l'Abbaye 26 1050 742
23 Haute École Paul-Henri Spaak – ISEK Avenue Charles Schaller 91 1160 333
42 Haute Écote Paul-Henri Spaak – ISEK Place Arthur Van Gehuchten 2 1020 333
21 Vrije Universiteit Brussel Pleinlaan 2 1050 8.977
41 Vrije Universiteit Brussel – AZ VUB Laarbeeklaan 103 1090 2.033
40 Erasmushogeschool Brussel Laarbeeklaan 121 1090 1.427
21 Erasmushogeschool Brussel Pleinlaan 2 1050 358
38 Erasmushogeschool Brussel Nijverheidskaai 170 1070 532
11 Erasmushogeschool Brussel Zespenningenstraat 70 1000 1.304
12 Erasmushogeschool Brussel Antoine Dansaertstraat 70 1000 1.304
39 Erasmushogeschool Brussel Deleaunoystraat 58 1080 208
18 Erasmushogeschool Brussel Sint-Huibrechtstraat 12 1150 209
5 Erasmushogeschool Brussel Regentschapsstraat 30 1000 534
2 Hogeschool-Universiteit Brusses – Terravona Blekerijstraat 23-29 1000 660
1 Hogeschool-Universiteit Brussel – EHSAL Stormstraat 3 1000 6.152
15 Hogeschool-Universteit Brussel – HIG Huart Hamoirlaan 136 1030 1.075
13 Hogeschool Sint-Lucas Architectuur Paleizenstraat 65/67 1030 396
13 Hogeschool Sint-Lukas Brussel Paleizenstraat 70 1030 715
33 Hogeschool Sint-Lukas Brussel – Narafi Victor Rousseaulaan 75 1190 324
Totaal aantal studenten / Nombre total d'étudiants 80.337

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
283
Voor de leesbaarheid van de kaart gegroepeerde locaties
–
Implantations regroupées pour la lisibilité cartographique
Ref. kaart
Studenten
– –
Réf. carte
Somme étudiants
3 3.203
17 11.639
35 5.107
42 891
21 9.335
13 1.111

284
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
285
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
Minister-President belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening,
Monumenten en Landschappen, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking
Ministre-Président chargé des Pouvoirs locaux, de l’Amé nagement du Territoire,
des Monuments et Sites, de la Propreté publi que et de la Coopération au Dévelop pe ment
23.09.2009 02 Françoise Schepmans * Samenstelling en organisatie van uw kabinet.
La composition et l’organisation de votre cabinet.
29.09.2009 15 Viviane Teitelbaum * De kosten van de installatie van de ministeriële kabinetten voor de
nieuwe zittingsperiode.
Les coûts d’installation des cabinets ministériels pour la nouvelle
législature.
14.12.2009 53 Viviane Teitelbaum * Mobiliteitsplan van het bestuur.
Le plan de mobilité relatif à votre administration.
14.12.2009 54 Viviane Teitelbaum * Gebruik van de MIVB door de ambtenaren van het bestuur.
L’utilisation de la STIB par les fonctionnaires de votre administration.
05.02.2010 85 Els Ampe * Het op te richten Observatorium voor Onveiligheidspreventie.
La mise en place de l’Observatoire pour la Prévention de l’Insécurité.
01.03.2010 93 Walter Vandenbossche * Deficit van het gemeentelijk onderwijs.
Le déficit de l’enseignement communal.
18.03.2010 98 Mohammadi Chahid * De « buurtsportvoorzieningen ».
Les équipements sportifs dits de proximité.
19.03.2010 99 Olivier de Clippele * Gemeentelijke dotaties aan de OCMW's en dienstjaren 2008 en 2009.
Dotations communales aux Centres Publics d'Aide Sociale et
Exercices 2008 et 2009
19.03.2010 100 Annemie Maes * De fietsvoorzieningen en -vergoedingen voor werknemers van het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Les aménagements et indemnités vélo pour les travailleurs de la
Région de Bruxelles-Capitale.
19.05.2010 138 René Coppens * De taalopleidingen ingericht door de Gewestelijke School voor Openbaar
Bestuur ter voorbereiding op de taalexamens van Selor.
Les formations linguistiques organisées par l’ERAP en vue de préparer
les examens linguistiques du Selor.
14.06.2010 150 Vincent Vanhalewyn * Tabellen betreffende het personeel van de gemeentebesturen.
Les tableaux relatifs au personnel des administrations communales.
14.06.2010 151 Bianca Debaets * De promotie van Brussel als congresstad.
La promotion de Bruxelles en tant que ville de congrès.
12.10.2010 205 Brigitte De Pauw * De professionele inschakeling van jongeren uit instellingen voor
alternerend onderwijs bij de gemeentebesturen.
Insertion professionnelle de jeunes issus de l'Alternance au sein des
administrations communales.
3
3
3
4
4
4
4
4
4
5
5
5
5

286
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
25.10.2010 215 Carla Dejonghe * De organisatie van een cursus voor vrouwelijke gemeentelijke mand a-
tarissen.
Organisation d'un cours pour les femmes mandataires communales.
06.12.2010 232 Annemie Maes * De fietsvoorzieningen en vergoedingen voor de werknemers van alle
instellingen van openbaar nut en parastatalen die onder de bevoegdheid
van Minister-President Picqué vallen, zoals het Brussels
Gewestelijk Fonds voor de Herfinanciering van de gewestelijke
Thesaurieën het ATO, BIP, enz.
Les aménagements cyclables et les indemnités vélo pour les travailleurs
de tous les organismes d'intérêt public et parastataux qui relèvent de
la compétence du ministre-président Picqué, tels que le Fonds régional
bruxellois de refinancement des trésoreries communales, l'ADT,
le BIP, etc.
10.12.2010 236 Pierre Migisha * De subsidies van het Gewest voor nationale en internationale sportmanifestaties.
Les subsides de la Région pour des événements sportifs à caractère
national et international.
11.01.2011 244 Herman Mennekens * De bouwaanvraag van huis deBuren.
La demande de permis d'urbanisme de la maison deBuren.
21.01.2011 249 Els Ampe * De taalpremies van de ambtenaren van de Brusselse steden, gemeenten
en gemeentelijke vzw's.
Les primes linguistiques accordées aux fonctionnaires des villes, communes
et ASBL communales de Bruxelles.
01.02.2011 256 Els Ampe * De taalpremies van de ambtenaren in de pararegionale instelling
Brussels Gewestelijk Fonds voor de Herfinanciering van de
Gemeen telijke Thesaurieën van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest.
Les primes linguistiques accordées aux fonctionnaires de l'organisme
pararégional Fonds régional bruxellois de refinancement des trésoreries
communales de la Région de Bruxelles-Capitale.
04.02.2011 259 Emin Özkara * Het fiscaal compensatiefonds.
Fonds de compensation fiscale.
16.02.2011 262 Walter Vandenbossche * Dienstdoende regeling bij gemeentelijk personeel in Brussel Stad.
Le régime de « faisant fonction » pour le personnel communal de la
Ville de Bruxelles.
25.02.2011 269 Emin Özkara * Kinderopvang in Brussel.
Accueil de la petite enfance à Bruxelles.
02.03.2011 295 Olivier de Clippele * Budgettaire en boekhoudkundige follow-up van de projecten op de
begroting van de buitengewone dienst.
Suivi budgétaire et comptable des projets inscrits au budget du service
extraordinaire.
16.05.2011 300 Vincent Vanhalewyn * De overdrachten tussen het Gewest en de gemeenten.
Les transferts entre la Région et les communes.
5
6
6
6
6
6
6
7
7
7
7

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
287
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
25.03.2011 319 Barbara Trachte * De opdracht betreffende het elektronisch stemsysteem, de evaluatie van
het prototype en de audit van het materieel.
Le marché relatif au vote électronique, à l'évaluation du prototype et à
l'audit du matériel.
07.04.2011 330 Gaëtan Van Goidsenhoven * Het beleid inzake werkgelegenheid in het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest.
La répartition des politiques d'emploi en Région de Bruxelles-Capitale.
16.05.2011 335 Joël Riguelle * Verbruik van eerlijke en duurzame producten door uw kabinet en de
gewestelijke overheidsinstellingen die onder uw toezicht staan.
La consommation des produits équitables et durables au sein de son
cabinet et des organismes publics régionaux placés sous sa tutelle.
16.06.2011 344 Brigitte De Pauw * Aantal personeelsleden bij de Gewestelijke School voor Openbaar
Bestuur (GSOB).
Le nombre de membres du personnel au sein de l'École régionale
d'Administration publique (ERAP).
20.07.2011 361 Françoise Schepmans * Vervoer van nucleair materieel langs het spoor.
Le passage de convois ferroviaires transportant des matières
nucléaires.
19.09.2011 374 Annemie Maes * De verwijzing van een schepen naar de correctionele rechtbank.
Le renvoi d'un échevin devant le tribunal correctionnel.
10.10.2011 382 Mohammadi Chahid * Verschillende archeologische opgravingen in het Brussels Gewest.
Les différentes fouilles archéologiques menées en Région bruxelloise.
10.10.2011 383 Johan Demol * Cameratoezicht in de Brusselse gemeenten.
La surveillance par caméra dans les communes bruxelloises.
13.10.2011 384 Greet Van Linter * Het nieuwe crècheplan Brussel en de kadernota kinderopvang van de
kabinetten Picqué en Grouwels.
Le nouveau Plan crèches bruxellois et la note-cadre « accueil de la
petite enfance » des cabinets Picqué et Grouwels.
12.10.2011 386 Ahmed El Khannouss * Transparantie van de bezoldigingen en voordelen van de Brusselse
open bare mandatarissen.
La transparence des rémunérations et des avantages des mandataires
publics bruxellois.
20.10.2011 388 Céline Fremault * Voorbereiding van de herdenking van de honderdste verjaardag van de
Eerste Wereldoorlog.
L'état d'avancement des préparations pour la commémoration du
centenaire de la Première Guerre mondiale.
20.10.2011 389 Greet Van Linter * De premies voor elektrische fietsen.
Les primes pour vélos électriques.
25.10.2011 393 André du Bus de Warnaffe * Impact van de demografische boom op de gemeenteraadsverkiezingen.
L'impact du boom démographique sur les élections communales.
7
7
8
8
8
8
8
8
9
9
9
9
9

288
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
03.11.2011 396 Johan Demol * Het dragen van religieuze en gelaatsverhullende kledij door voorzitter,
bijzitters en secretarissen op kiesbureaus bij de gemeenteraadsverkiezingen
van oktober 2012.
Le port de vêtements religieux et masquant le visage par le président,
les assesseurs et les secrétaires des bureaux de vote lors des
élections communales d'octobre 2012.
10.11.2011 397 Françoise Schepmans * Subsidie van 60.000 EUR aan de Vereniging van de Stad en de
Gemeenten voor de Europese week van de lokale democratie.
Le subside de 60.000 EUR à l'Association de la Ville et des communes
pour la semaine européenne de la démocratie locale.
10.11.2011 398 Caroline Persoons ** Huis Saint-Cyr.
Maison Saint-Cyr.
18.11.2011 400 Paul De Ridder ** De betrokkenheid van de Brusselse regering bij het Benelux-memorandum
over de instroom van personen uit Midden- en Oost-
Europa.
La participation du gouvernement bruxellois au Mémorandum du
Benelux concernant l'afflux de personnes en provenance d'Europe
centrale et orientale.
22.11.2011 402 Greet Van Linter * Het in schabouwelijk Nederlands opgestelde persbericht van de
Brusselse burgemeester.
Le communiqué de presse du bourgmestre de Bruxelles rédigé dans un
néerlandais lamentable.
25.11.2011 403 Didier Gosuin ** Energieboekhouding.
Comptabilité énergétique.
25.11.2011 404 Didier Gosuin ** Aantal en kosten voor de dienstreizen van het personeel van de
gewestelijke overheidsinstellingen onder uw toezicht.
Nombre et coûts des déplacements des agents des institutions régionales
publiques sous votre responsabilité.
25.11.2011 405 Didier Gosuin ** Kosten voor de publicaties verschenen in 2011.
Coût des publications éditées en 2011.
25.11.2011 406 Didier Gosuin ** Kostprijs van de persconferenties van de jongste drie jaar.
Coût des conférences de presse ces trois dernières années.
25.11.2011 407 Didier Gosuin ** Aantal teksten (hoofdartikel, voorwoord, inleiding …) ondertekend
door de Minister-Voorzitter de jongste drie jaar in het kader van
openbaar verspreide documenten.
Nombre de textes (éditos, avant-propos, préfaces …) signés par le
Ministre-Président ces trois dernières années dans le cadre de documents
diffusés publiquement.
25.11.2011 408 Didier Gosuin ** Kosten voor studies en consultancy in 2010 en 2011.
Coût des études et frais de consultance en 2010 et 2011.
25.11.2011 409 Didier Gosuin ** Politiek verlof bij de gemeentebesturen.
Congé politique dans les administrations communales.
9
10
36
37
10
39
40
40
40
41
41
42

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
289
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
25.11.2011 410 Didier Gosuin ** Aantal intercommunale projecten die aan de gang zijn of uitgewerkt
worden.
Nombre de projets intercommunaux en cours ou en gestation.
25.11.2011 411 Didier Gosuin ** Evaluatie van de EFRO-projecten.
Évaluation des projets Feder.
25.11.2011 412 Dominiek Lootens-Stael ** De mededeling van het taalrapport 2010 en de aanhoudende herbenoeming
van een Franstalig waarnemend vice-gouverneur.
La communication du rapport linguistique 2010 et la prolongation, sans
cesse renouvelée, de la désignation d'un vice-gouverneur faisant
fonction francophone.
25.11.2011 413 Arnaud Pinxteren * De mandatarissen van de intercommunales.
Les mandataires des intercommunales.
30.11.2011 414 Arnaud Pinxteren * Personeel voor het reinigen van wegen.
Le personnel de nettoyage des voiries.
08.12.2011 415 Annemie Maes * Geweld tegen bestuurders en veiligheidspersoneel van de MIVB.
Les actes de violence à l'encontre des conducteurs et du personnel de
sécurité de la STIB.
12.12.2011 416 Françoise Schepmans * Vermindering van het aantal verslagen op papier in de besturen.
La réduction du nombre de rapports papier dans les administrations.
15.12.2011 417 Caroline Persoons ** Subsidies van het Gewest aan amateursportclubs.
Le subventionnement par la Région des clubs sportifs amateurs.
21.12.2011 418 Emmanuel De Bock ** Onderhouds- en/of renovatiekosten voor het Brussels Hoofd stedelijk
Gewest in het kader van de terbeschikkingstelling van het Domein
Latour de Freins door het OCMW van de Stad Brussel.
Les coûts d'entretien et/ou de rénovation engagés par la Région de
Bruxelles-Capitale dans le cadre de la mise à disposition par le
centre public d'aide sociale de la ville de Bruxelles du Domaine
Latour de Freins.
20.12.2011 419 Walter Vandenbossche * De tewerkstelling van mensen met een handicap.
L'emploi des personnes présentant un handicap.
28.12.2011 420 Françoise Schepmans * Gebruik van stagiaires in uw ministerieel kabinet.
L'emploi de stagiaires au sein de votre cabinet ministériel.
43
46
46
10
10
10
10
47
52
11
11
Minister belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt en Externe Betrekkingen
Ministre chargé des Finances, du Budget, de la Fonction publique et des Relations extérieures
16.09.2011 125 Emmanuel De Bock ** Financiering van de Brussselse Schuld.
Le financement de la dette bruxelloise.
25.11.2011 137 Didier Gosuin ** Kosten voor de publicaties verschenen in 2011.
Coût des publications éditées en 2011.
61
62

290
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
19.01.2012 146 Françoise Schepmans ** Geraamde bedrag van 10 miljoen EUR boetes voor niet naleven van het
vliegen boven Brussel.
Le budget de 10 millions EUR d'amendes estimé pour le non-respect
du survol de Bruxelles.
63
Minister belast met Leefmilieu, Energie en Waterbeleid, Stadsvernieuwing,
Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Huisvesting
Ministre chargée de l'Environnement, de l'Energie et de la Politique de l'Eau,
de la Rénovation urbaine, de la Lutte contre l'Incendie et l'Aide médicale urgente et du Loge ment
16.12.2011 384 Françoise Schepmans ** Samenstelling van uw delegatie naar de internationale klimaatconferentie
in Durban.
La composition de votre délégation à la conférence internationale sur
le climat à Durban.
20.12.2011 385 Anne-Charlotte d'Ursel ** Kosten voor het dossier voor de deelneming van het Brussels Gewest
aan de Green Capital Award.
Les frais de conception du dossier de la Région bruxelloise pour la
participation au « Green Capital Award ».
20.12.2011 386 Anne-Charlotte d'Ursel ** Schadevergoeding van derden naar aanleiding van daden van
ambtenaren van de waterdiensten.
Les indemnisations de tiers à la suite d'actes causés par des
fonctionnaires des services de production, distribution et épuration
des eaux.
20.12.2011 387 Bianca Debaets ** Het aantal klachten over muziekgerelateerde geluidsoverlast.
Le nombre de plaintes relatives aux nuisances sonores liées à la
musique.
27.12.2011 388 Emmanuel De Bock ** Kostprijs van de woningen die de GOMB heeft gebouwd te Brussel.
Le coût des logements à Bruxelles créés par la SDRB.
28.12.2011 389 Anne-Charlotte d'Ursel ** Door buitenlandse verwerkers gebruikte methodologie in de milieubeleidsovereenkomst
betreffende de afgedankte voertuigen voor het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
La méthodologie employée par les opérateurs étrangers dans la
Convention environnementale relative aux véhicules hors d'usage
pour la Région de Bruxelles-Capitale.
28.12.2011 390 Anne-Charlotte d'Ursel ** Eendimensionaal begrip hergebruik van de componenten in de
milieubeleidsovereenkomst betreffende de afgedankte voertuigen
voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
La notion unidimensionnelle de réutilisation des composants dans la
Convention environnementale relative aux véhicules hors d'usage
pour la Région de Bruxelles-Capitale.
28.12.2011 391 Anne-Charlotte d'Ursel ** Controle in geval van herbestemming vanuit een inontvangstnamepunt
dat niet erkend wordt in de milieubeleidsovereenkomst betreffende
de afgedankte voertuigen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Le contrôle des cas de redirection depuis un point de réception non
agréé dans la Convention environnementale relative aux véhicules
hors d'usage pour la Région de Bruxelles-Capitale.
64
66
67
68
69
71
72
73

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
291
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
28.12.2011 392 Anne-Charlotte d'Ursel ** Aard en controle van de bewustmakingsmaatregelen in de milieubeleidsovereenkomst
betreffende de afgedankte voertuigen voor het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
La nature et le contrôle des mesures de sensibilisation dans la
Convention environnementale relative aux véhicules hors d'usage
pour la Région de Bruxelles-Capitale.
28.12.2011 393 Anne-Charlotte d'Ursel ** Aard en controle van de bewustmakingsmaatregelen in de milieubeleidsovereenkomst
betreffende de afgedankte voertuigen voor het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Le contrôle des mesures d'efforts prévus dans la Convention environnementale
relative aux véhicules hors d'usage pour la Région de
Bruxelles-Capitale.
28.12.2011 394 Anne-Charlotte d'Ursel ** Methode voor de berekening van de verkoopwaarde van de materialen
in de milieubeleidsovereenkomst betreffende de afgedankte voertuigen
voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
La méthode de calcul de la valeur vénale des matériaux dans la
Convention environnementale relative aux véhicules hors d'usage
pour la Région de Bruxelles-Capitale.
28.12.2011 395 Françoise Schepmans ** Gebruik van stagiaires in uw ministerieel kabinet.
L'emploi de stagiaires au sein de votre cabinet ministériel.
16.01.2012 396 Sophie Brouhon ** De transparantie van de distributiekosten in de elektriciteitsfactuur.
La transparence des coûts de distribution sur la facture d'électricité.
75
76
77
77
78
Minister belast met Openbare Werken en Vervoer
Ministre chargée des Travaux publics et des Transports
18.12.2009 98 Olivia P’tito * Jaarverslag over de gewestelijke verdeling van de personen die een
gewestelijk en een gemeentelijk overheidsambt bekleden.
Rapport annuel établissant la répartition régionale des personnes
occupant un emploi public régional et communal.
01.02.2010 145 Philippe Pivin * Ventilatiesystemen in de Brusselse tunnels.
Les systèmes de souffleries de ventilation des tunnels bruxellois.
20.10.2010 315 Julie de Groote * Maatregelen in geval van brand bij de MIVB.
Le dispositif de lutte contre les incidences au sein de la STIB.
28.10.2010 327 Carla Dejonghe * Het verwijderen van brandblussers in de passagierstoestellen van de
metro.
Suppression des extincteurs dans les rames du métro.
16.05.2011 477 Joël Riguelle * Verbruik van eerlijke en duurzame producten door uw kabinet en de
gewestelijke overheidsinstellingen die onder uw toezicht staan.
La consommation des produits équitables et durables au sein de son
cabinet et des organismes publics régionaux placés sous sa tutelle.
12.07.2011 517 Philippe Close ** Sluiting van de Bruynstraat door de burgemeester van Vilvoorde.
La fermeture de la rue Bruyn par le bourgmestre de Vilvorde.
12
12
12
12
13
82

292
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
06.09.2011 554 Annemie Maes * De sluiting van stations Schaarbeek en Ukkel-Kalevoet.
La fermeture des gares de Schaerbeek et Uccle-Calevoet.
21.09.2011 559 Brigitte De Pauw ** De vergoeding die de MIVB vraagt bij evenementen.
L'indemnité demandée par la STIB à l'occasion d'événements.
21.09.2011 560 Philippe Pivin ** Wegdek van de Frans Gasthuislaan in de zone van de tramlijn.
Le revêtement de l'avenue de l'Hôpital français composé des voies de
tram.
29.09.2011 571 Françoise Schepmans ** De mobiliteitsproblematiek voor de tijdelijke concertzaal in Thurn &
Taxis.
La problématique de la mobilité pour la salle de concerts temporaire à
Tour et Taxis.
20.10.2011 585 Walter Vandenbossche * Bewegwijzering bij Brusselse wegenwerken.
Signalisation des travaux de voirie à Bruxelles.
20.10.2011 586 Greet Van Linter ** De premies voor elektrische fietsen.
Les primes pour vélos électriques.
20.10.2011 587 Greet Van Linter ** De achteruitgang van Brussel als aantrekkelijke zakenstad.
Le recul de Bruxelles en tant que ville d'affaires attractive.
25.10.2011 590 André du Bus de Warnaffe ** Bezoek van de portaalsite van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
La fréquentation du portail de la Région de Bruxelles-Capitale.
03.11.2011 591 Françoise Schepmans ** Diefstal van metaal bij de MIVB.
Les vols de métaux à la STIB.
28.10.2011 597 Françoise Schepmans ** Parkeerplaatsen voor de voertuigen van het personeel van de MIVB.
Les parkings disponibles pour les véhicules des employés de la STIB.
28.10.2011 599 Françoise Schepmans ** Sponsoring door de MIVB.
Les actions de sponsoring par la STIB.
28.10.2011 601 Françoise Schepmans ** Verkoop van vervoerkaarten via SMS.
La vente de tickets de transport par SMS.
28.10.2011 603 Françoise Schepmans * Gebruik van leegstaande lokalen van bepaalde ondergrondse MIVBstations.
L'occupation des locaux de certaines stations souterraines de la STIB.
10.11.2011 607 Anne-Charlotte d'Ursel * Deelneming van het Brussels Gewest aan Europese privaatpublieke
netwerken en oproepen tot projecten voor transporttechnologie.
L'affiliation et la participation de la Région de Bruxelles-Capitale à des
réseaux et appels à projets européens publics et privés relatifs aux
technologies de transports.
10.11.2011 609 Vincent De Wolf ** Aankondiging van een metro om de 2,5 minuut vanaf april 2012.
Annonce d'un métro toutes les 2 minutes 30 dès avril 2012.
15.11.2011 611 Françoise Schepmans * Partnership van de MIVB bij de organisatie van Winterpret.
Le partenariat de la STIB pour l'organisation des festivités Plaisirs
d'Hiver.
13
83
85
86
13
87
88
88
91
92
92
93
13
13
93
13

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
293
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
15.11.2011 612 Françoise Schepmans * De opwekking van elektriciteit tijdens het afremmen van de metrostellen.
La production d'électricité lors du freinage des rames de métro.
18.11.2011 615 Françoise Schepmans ** De door de MIVB opgestelde processen-verbaal.
Procès verbaux délivrés par la STIB.
18.11.2011 617 Vincent De Wolf ** Vergoedingen en voordelen verbonden aan de functies van voorzitter en
ondervoorzitter van de MIVB.
Défraiements et avantages relatifs aux fonctions de président et viceprésident
de la STIB.
25.11.2011 619 Didier Gosuin ** Energieboekhouding.
Comptabilité énergétique.
25.11.2011 620 Didier Gosuin ** Aantal en kosten voor de dienstreizen van het personeel van de
gewestelijke overheidsinstellingen onder uw toezicht.
Nombre et coûts des déplacements des agents des institutions régionales
publiques sous votre responsabilité.
25.11.2011 621 Didier Gosuin ** Kosten voor de publicaties verschenen in 2011.
Coût des publications éditées en 2011.
25.11.2011 622 Didier Gosuin ** Kostprijs van de persconferenties de jongste drie jaar.
Coût des conférences de presse ces trois dernières années.
25.11.2011 623 Didier Gosuin ** Aantal teksten (hoofdartikel, voorwoord, inleiding …) ondertekend
door de minister de jongste drie jaar in het kader van openbaar
verspreide documenten.
Nombre de textes (éditos, avant-propos, préfaces …) signés par la
ministre ces trois dernières années dans le cadre de documents
diffusés publiquement.
25.11.2011 624 Didier Gosuin ** Kosten voor studies en consultancy in 2010 en 2011.
Coût des études et frais de consultance en 2010 et 2011.
30.11.2011 628 Vincent De Wolf ** Bijdrage van het Gewest in het kader van tijdelijke versterkingen van
de MIVB wegens bijzondere evenementen.
Contribution de la Région dans le cadre de renforcements provisoires
de la STIB en raison d'événements particuliers.
30.11.2011 630 Vincent De Wolf ** Vereenvoudiging van de beheersinstanties van de MIVB.
Simplification des organes de gestion de la STIB.
30.11.2011 631 Vincent De Wolf ** Strategisch comité « op hoog niveau ».
Comité stratégie dit « à haut niveau ».
30.11.2011 634 Vincent De Wolf ** Oproepzuilen in de stations.
Bornes d'appel en stations.
30.11.2011 635 Vincent De Wolf ** Evolutie van het personeel bij de Haven van Brussel.
Évolution du personnel du Port de Bruxelles.
14
94
95
96
98
101
105
107
108
117
118
119
120
120

294
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
05.12.2011 637 Vincent De Wolf ** Dienstmededeling voor het personeel van de MIVB over contacten met
de pers.
Note de service au personnel de la STIB quant aux contacts avec la
presse.
05.12.2011 639 Françoise Schepmans ** Tools voor het bewaren van de computergegevens bij het Ministerie van
het Brussels Gewest.
Les outils de sauvegarde des données informatiques auprès du
ministère régional bruxellois.
08.12.2011 640 Annemie Maes * Geweld tegen bestuurders en veiligheidspersoneel van de MIVB.
Les actes de violence à l'encontre des conducteurs et du personnel de
sécurité de la STIB.
09.12.2011 642 Isabelle Molenberg ** Verlichting van de Brand Whitlocklaan.
Eclairage du boulevard Brand Whitlock.
09.12.2011 643 Vincent De Wolf ** Commerciële huurcontracten betreffende het MIVB-net.
Baux commerciaux relatifs au réseau de la STIB.
09.12.2011 644 Françoise Schepmans * Vermindering van het aantal verslagen op papier in de besturen.
La réduction du nombre de rapports papier dans les administrations.
12.12.2011 645 Jef Van Damme * De schadevergoeding voor de stilgelegde werken van de Havenlaan.
L'indemnité à payer suite à l'arrêt des travaux de l'avenue du Port.
12.12.2011 646 Arnaud Pinxteren ** Voorzieningen aan de Van Praetbrug.
Les aménagements du Pont Van Praet.
12.12.2011 647 Emmanuel De Bock ** Zelfmoorden van reizigers van het openbaar vervoer.
Les suicides d'usagers des transports publics bruxellois.
12.12.2011 648 Emmanuel De Bock ** Ongevallen van MIVB-voertuigen en voetgangers.
Les accidents de véhicules de la STIB avec des piétons.
15.12.2011 649 Herman Mennekens ** Het onderhoud van straatkolken langs gewestwegen.
L'entretien des avaloirs le long des voiries régionales.
15.12.2011 650 Vincent De Wolf ** Toekenning van een bijdrage voor de terugbetaling van de leningen
aangegaan voor de uitvoering van de werken van de NMBS-holding
voor de haven van Brussel.
Octroi d'une subvention contribuant au remboursement des emprunts
souscrits pour l'exécution des travaux de la SNCB Holding en
faveur du Port de Bruxelles.
16.12.2011 651 Annemie Maes * Tram 9.
Le tram 9.
20.12.2011 652 Vincent De Wolf * Vergoeding van de bedrijven benadeeld door het stopzetten van de
werken aan de Havenlaan.
Indemnisation des entreprises concernées par l'arrêt du chantier de
l'avenue du Port.
122
123
14
125
125
14
14
127
129
129
131
131
15
16

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
295
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
20.12.2011 653 Jef Van Damme * De brandbeveiliging van de toegangspoortjes in de metro.
La conformité aux normes anti-incendie des portillons d'accès au
métro.
22.12.2011 654 Elke Roex ** Een aanlegplaats aan Cercle des Régates de Bruxelles.
Un quai au Cercle des Régates de Bruxelles.
22.12.2011 655 Annemie Maes * Geplande tramhalte Dikkebeuklaan ter hoogte van woonwijk Tuinen
van Jette.
L'arrêt de tram prévu avenue de l'Arbre Ballon, à hauteur du quartier
résidentiel Les Jardins de Jette.
27.12.2011 656 Vincent De Wolf ** Sanering van de verontreinigde bodems van de Haven van Brussel.
Assainissement des terrains pollués du Port de Bruxelles.
27.12.2011 657 Vincent De Wolf * Resultaten van het onderzoek naar de gezondheid van de platanen aan
de Havenlaan.
Résultats de l'étude sanitaire des platanes de l'avenue du Port.
27.12.2011 658 Vincent De Wolf * Voorwaarden voor het vertrek van de directeur-generaal van de
MIVB.
Conditions du départ du directeur général de la STIB.
27.12.2011 659 Didier Gosuin ** Deelname van de limousinesector aan het ad hoc adviescomité.
Participation du secteur limousine au comité consultatif ad hoc.
28.12.2011 660 Caroline Persoons ** MIVB – Departement Veiligheid en Controle.
STIB – Département Sûreté et Contrôle.
28.12.2011 661 Françoise Schepmans * Gebruik van stagiaires in uw ministerieel kabinet.
L'emploi de stagiaires au sein de votre cabinet ministériel.
19.01.2012 673 Anne-Charlotte d'Ursel ** Het protocol voor de behandeling van de afgedankte voertuigen van de
MIVB.
Le protocole de traitement des véhicules hors d'usage de la STIB.
16
132
17
133
18
18
134
136
19
137
Minister belast met Tewerkstelling, Economie, Buitenlandse Handel en Wetenschappelijk Onderzoek
Ministre chargé de l'Emploi, de l'Economie, du Commerce extérieur et de la Recherche scientifique
25.03.2010 176 Didier Gosuin * Communicatiekosten sinds 2005.
Frais de communication depuis 2005.
19.07.2011 506 Françoise Schepmans * Begeleiding door Actiris en toetreding van de jonge werkzoekenden die
onderworpen zijn aan de verplichte constructie van het beroepsproject
tot de opleidingsstructuren van de Cocof en de VDAB.
L'accompagnement par Actiris et l'entrée des jeunes demandeurs
d'emploi, soumis à la « Construction de projet professionnel »
obligatoire, dans les structures de formation de la Cocof et du
VDAB.
28.10.2011 566 Françoise Schepmans ** Ministeriële delegatie in Azië in oktober 2011.
La délégation ministérielle en mission en Asie au mois d'octobre 2011.
20
20
139

296
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
28.10.2011 570 Françoise Schepmans * De uitgaven voor consultancy tijdens de Brussels Days Shanghai.
Les dépenses pour services de consultance à l'occasion des Brussels
Days Shanghai.
10.11.2011 576 Françoise Schepmans * Tools voor bewaren van computergegevens bij Actiris.
Les outils de sauvegarde des données informatiques auprès de
l'opérateur Actiris.
10.11.2011 580 Françoise Schepmans ** De bestrijding van voedselverspilling.
La lutte contre le gaspillage alimentaire.
10.11.2011 581 Françoise Schepmans * Werving van agenten voor de gewestelijke werkgelegenheidsinspectie
om tegemoet te komen aan de vele aanvragen voor arbeids vergunningen.
Le recrutement d'agents pour l'inspection régionale de l'emploi pour
faire face à l'afflux de demandes de permis de travail.
10.11.2011 583 Françoise Schepmans ** Gebruik van tankkaarten door Brussels Export.
L'usage de cartes essence au sein de Bruxelles Export.
10.11.2011 585 Françoise Schepmans ** Gebruik van tankkaarten door Actiris.
L'usage de cartes essence au sein de l'opérateur Actiris.
10.11.2011 586 Françoise Schepmans ** Gebruik van tankkaarten door het IWOIB.
L'usage de cartes essence au sein de l'IRSIB.
10.11.2011 588 Françoise Schepmans ** Gevolgen van de toestand in Libië voor de Brusselse buitenlandse
handel.
L'impact de la situation en Libye sur le commerce extérieur
bruxellois.
10.11.2011 589 Françoise Schepmans ** Gevolgen van de overstromingen in Thailand voor de Brusselse
buitenlandse handel.
L'impact des inondations en Thaïlande sur le commerce extérieur
bruxellois.
10.11.2011 590 Françoise Schepmans ** Vestiging van de firma China Asia United Group in België.
L'installation de la société China Asia United Group en Belgique.
10.11.2011 591 Françoise Schepmans * De dienstreis in het kader van samenwerking tussen Actiris en de DR
Congo.
La mission de coopération de l'opérateur Actiris en RD Congo.
10.11.2011 595 Françoise Schepmans * Lijst van de studies besteld door het bestuur voor economie en werkgelegenheid.
La liste des études commanditées par l'administration de l'Économie et
de l'Emploi.
10.11.2011 597 Françoise Schepmans * Lijst van de studies besteld door uw kabinet.
La liste des études commanditées par votre cabinet.
10.11.2011 598 Françoise Schepmans * Lijst van de studies besteld door Brussels Export.
La liste des études commanditées par Bruxelles Export.
20
20
139
20
141
141
142
142
142
143
21
21
21
21

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
297
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
10.11.2011 599 Françoise Schepmans * Lijst van de studies besteld door Actiris.
La liste des études commanditées par Actiris.
10.11.2011 603 Françoise Schepmans ** Promotie van fietsgebruik bij Actiris.
La promotion de l'usage du vélo au sein d'Actiris.
18.11.2011 605 Arnaud Pinxteren * Omschrijving van de behoeften op de arbeidsmarkt.
L'identification des besoins du marché du travail.
25.11.2011 606 Didier Gosuin ** Energieboekhouding.
Comptabilité énergétique.
25.11.2011 607 Didier Gosuin ** Aantal en kosten voor de dienstreizen van het personeel van de
gewestelijke overheidsinstellingen onder uw toezicht.
Nombre et coûts des déplacements des agents des institutions régionales
publiques sous votre responsabilité.
25.11.2011 608 Didier Gosuin ** Kosten voor de publicaties verschenen in 2011.
Coût des publications éditées en 2011.
25.11.2011 609 Didier Gosuin ** Kostprijs van de persconferenties de jongste drie jaar.
Coût des conférences de presse ces trois dernières années.
25.11.2011 610 Didier Gosuin ** Aantal teksten (hoofdartikel, voorwoord, inleiding …) ondertekend
door de minister de jongste drie jaar in het kader van openbaar
verspreide documenten.
Nombre de textes (éditos, avant-propos, préfaces …) signés par le
ministre ces trois dernières années dans le cadre de documents
diffusés publiquement.
25.11.2011 611 Didier Gosuin ** Kosten voor studies en consultancy in 2010 en 2011.
Coût des études et frais de consultance en 2010 et 2011.
25.11.2011 612 Dominiek Lootens-Stael ** De aanwerving van personeel bij de Gewestelijke Werkgele gen heidsinspectie.
Le recrutement de personnel à l'Inspection régionale de l'emploi.
25.11.2011 613 Françoise Schepmans * Brusselaars werkzaam in de groene beroepen.
L'emploi de Bruxellois au sein des métiers verts.
25.11.2011 614 Françoise Schepmans ** De mogelijke delokalisatie van Jet Airways.
Le scénario de la délocalisation de la société Jet Airways.
25.11.2011 615 Didier Gosuin ** Opdracht uitgeschreven door Actiris.
Marché lancé par Actiris.
30.11.2011 616 Vincent De Wolf ** Voertuigenpark van het Brussels Agentschap voor de Onder neming
(BAO).
Parc automobile de l'Agence bruxelloise pour l'Entreprise (ABE).
30.11.2011 617 Vincent De Wolf ** Evolutie van het personeel bij Actiris.
Évolution du personnel d'Actiris.
21
144
21
145
147
148
154
155
156
157
22
158
159
160
161

298
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
30.11.2011 618 Vincent De Wolf ** Evolutie van het personeel bij het Instituut ter Bevordering van het
Wetenschappelijk Onderzoek en de Innovatie van Brussel (IWOIB-
Innoviris).
Évolution du personnel de l'Institut d'Encouragement de la Recherche
Scientifique et de l'Innovation de Bruxelles (IRSIB – Innoviris).
30.11.2011 619 Vincent De Wolf ** Evolutie van het personeel bij de Gewestelijke Ontwikke lings maatschappij
van Brussel (GOMB).
Évolution du personnel de la Société de développement pour la Région
de Bruxelles-Capitale (SDRB).
30.11.2011 620 Vincent De Wolf ** Evolutie van het personeel bij de Gewestelijke Investe ringsmaatschappij
van Brussel (GIMB).
Évolution du personnel de la Société Régionale d'Investissement de
Bruxelles (SRIB).
30.11.2011 621 Vincent De Wolf ** Evolutie van het personeel bij het Brussels Agentschap voor de
Onderneming.
Évolution du personnel de l'Agence bruxelloise pour l'Entreprise
(ABE).
30.11.2011 622 Zakia Khattabi ** Het domein Latour de Freins.
Le Domaine Latour de Freins.
30.11.2011 623 Emmanuel De Bock ** Werkzoekenden in opleiding.
Les demandeurs d'emploi en formation.
30.11.2011 624 Emmanuel De Bock ** De gesubsidieerde contractuelen.
Les ACS.
08.12.2011 626 Sfia Bouarfa ** De vestiging van supermarkten.
Les implantations de grandes surfaces.
09.12.2011 628 Anne-Charlotte d'Ursel ** Subsidie aan een vzw voor motortesten van elektrische voertuigen.
Le subventionnement d'une ASBL pour des tests de motorisation de
véhicules électriques.
09.12.2011 629 Françoise Schepmans ** Vermindering van het aantal verslagen op papier in de besturen.
La réduction du nombre de rapports papier dans les administrations.
15.12.2011 631 Vincent D e Wolf ** Benoemingen van een directeur-generaal en een adjunct directeurgeneraal
bij het IWOIB.
Nomination des emplois de directeur général et directeur général
adjoint de l'IRSIB.
15.12.2011 632 Vincent De Wolf ** Behoud van contractuele posten in het IWOIB om tegemoet te komen
aan de uitzonderlijke en tijdelijke personeelsbehoeften.
Maintien de postes contractuels au sein de l'IRSIB en vue de répondre
à des besoins exceptionnels et temporaires en personnel.
15.12.2011 633 Vincent De Wolf ** Subsidies in het kader van Agribex 2011.
Subventions allouées dans le cadre du salon Agribex 2011.
162
162
163
164
164
166
170
170
172
174
177
178
180

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
299
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
16.12.2011 634 Françoise Schepmans * Opleiding van de werkzoekenden in het kader van het project Winterpret.
La formation des demandeurs d'emploi dans le sillage du projet
« Plaisirs d'Hiver ».
27.12.2011 635 Emmanuel De Bock ** Juridisch statuut van het restaurant « La Maison des Chercheurs » van
het Domein Latour de Freins.
Le statut juridique du restaurant « La Maison des Chercheurs » du
Domaine Latour de Freins.
27.12.2011 636 Emmanuel De Bock ** Dubbel voordeel van een restaurant op de arbeidsplaats en maaltijdcheques
voor het personeel van de vzw « Research in Brussels »
en Innoviris, het vroegere IWOIB.
Le double avantage d'un restaurant sur le lieu de travail et de titresrepas
accordé au personnel de l'ASBL « Research in Brussels »
et d'Innoviris, anciennement l'IRSIB.
27.12.2011 637 Emmanuel De Bock ** Onderhoudskosten van de kantoren op het Domein Latour de Freins en
de verhuring ervan door de vzw « Research in Brussels ».
Les coûts de l'entretien des bureaux du Domaine Latour de Freins et
leur mise en location par l'ASBL « Research in Brussels ».
27.12.2011 638 Emmanuel De Bock ** Aantal personeelsleden die ontslagen zijn of vrijwillig vertrokken zijn
bij de vzw « Research in Brussels » van 2008 tot op heden.
Le nombre de licenciements et/ou départs volontaires intervenus dans
le personnel de l'ASBL « Research in Brussels » de 2008 à nos
jours.
27.12.2011 639 Emmanuel De Bock ** Afschrijving van het kapitaal van de vzw's « BIRDS » en « BRAINS »
in de jaarrekeningen van de vzw « Research in Brussels ».
L'amortissement des fonds associatifs des ASBL « BIRDS » et
« BRAINS » dans les comptes annuels de l'ASBL « Research in
Brussels ».
27.12.2011 640 Emmanuel De Bock ** Niet naleving door de vzw « Research in Brussels » van de verplichte
indiening van de jaarrekeningen voor bekendmaking binnen de
wettelijk bepaalde termijn in 2008, 2009 en 2010.
Le non-respect par l'ASBL « Research in Brussels » en 2008, 2009 et
2010 de l'obligation faite aux ASBL de déposer, dans les délais
impartis par la loi, leurs comptes annuels pour publication.
27.12.2011 642 Emmanuel De Bock ** Kosten voor het onderhoud van de zalen van het Domein Latour
de Freins en de verhuring ervan door de vzw « Research in
Brussels ».
Les coûts de l'entretien des salles de réunion du Domaine Latour de
Freins et leur mise en location par l'ASBL « Research in
Brussels ».
21.12.2011 643 Emmanuel De Bock ** Onderhouds- en/of renovatiekosten voor het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest in het kader van de terbeschikkingstelling van het Domein
Latour de Freins door het OCMW van de Stad Brussel.
Les coûts d'entretien et/ou de rénovation engagés par la Région de
Bruxelles-Capitale dans le cadre de la mise à disposition par le
centre public d'aide sociale de la ville de Bruxelles du Domaine
Latour de Freins.
22
181
182
184
186
187
188
189
190

300
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
22.12.2011 644 Emmanuel De Bock ** Kosten voor het onderhoud van de appartementen en flats in het
Domein Latour de Freins en de verhuur ervan door de vzw
« Research in Brussels ».
Les coûts de l'entretien des appartements et flats du Domaine Latour
de Freins et leur mise en location par l'ASBL « Research in
Brussels ».
21.12.2011 645 Vincent De Wolf ** Vacatures bij het IWOIB.
Déclarations de vacance au sein de l'IRSIB.
27.12.2011 646 Vincent De Wolf ** Steun aan de winkeliers die het slachtoffer zijn van de rellen in de
Matongewijk.
Subvention de soutien aux commerçants victimes des émeutes de
Matonge.
28.12.2011 647 Françoise Schepmans ** De toepassing van de clausules inzake vertrouwelijkheid en nietconcurrentie
voor de personeelsleden van het BAO.
L'application des clauses de confidentialité et de non-concurrence
pour les personnes qui travaillent au sein de l'ABE.
28.12.2011 648 Françoise Schepmans ** De toepassing van de clausules inzake vertrouwelijkheid en niet
concurrentie voor de personeelsleden van Innoviris.
L'application des clauses de confidentialité et de non-concurrence
pour les personnes qui travaillent au sein d'Innoviris.
28.12.2011 649 Françoise Schepmans ** Gebruik van stagiaires in uw ministerieel kabinet.
L'emploi de stagiaires au sein de votre cabinet ministériel.
19.01.2012 654 Françoise Schepmans ** Gebruik van biobrandstof door voertuigen van Innoviris.
L'usage du biocarburant pour les véhicules de l'opérateur Innoviris.
19.01.2012 660 Françoise Schepmans ** Steun van het Gewest aan de gemeenten die het slachtoffer werden van
de recente onlusten aan de Naamse Poort.
Le soutien de la Région aux commerces touchés par les récentes
émeutes dans le quartier de la Porte de Namur.
19.01.2012 663 Françoise Schepmans ** Plaats van het Brussels Gewest in de Belgische wapenindustrie.
La place de la Région bruxelloise au niveau de l'industrie d'armement
en Belgique.
24.01.2012 668 Sophie Brouhon ** De oprichting van het Brussels Fonds voor Wetenschappelijke
Congressen.
La création du Fonds bruxellois pour les congrès scientifiques.
192
193
194
196
196
197
198
198
199
200
Staatssecretaris belast met Stedenbouw en Openbare Netheid
Secrétaire d'État chargé de l’Urbanisme et de la Propreté publique
22.12.2010 88 Mahinur Ozdemir ** Netheidsproblemen in de Vooruitgangsstraat in Schaarbeek.
Les problèmes de propreté de la rue du Progrès à Schaerbeek.
21.01.2011 93 Gaëtan Van Goidsenhoven * Steun voor de intergemeentelijke projecten inzake openbare netheid.
Le soutien aux projets intercommunaux en matière de propreté publique.
202
22

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
301
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
21.01.2011 94 Gaëtan Van Goidsenhoven ** De keuze van de site voor het project Ecopool.
Le choix du site pour y implanter le projet Ecopôle.
21.01.2011 95 Gaëtan Van Goidsenhoven * Nieuwe banen in het kader van het project Ecopool.
La création d'emplois au travers du projet Ecopôle.
21.01.2011 96 Gaëtan Van Goidsenhoven ** Samenwerking met de gemeenten van de Vlaamse rand inzake
openbare netheid.
La collaboration avec les communes périphériques flamandes en
ma tière de propreté publique.
26.01.2011 98 Arnaud Pinxteren * De vuilnisbakanalyse van het Agentschap Net Brussel.
L'« analyse poubelle » de l'ABP.
01.02.2011 99 Els Ampe * De taalpremies van de ambtenaren in de pararegionale instelling Net
Brussel van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Les primes linguistiques accordées aux fonctionnaires de l'organisme
pararégional Bruxelles-Propreté de la Région de Bruxelles-Capitale.
01.03.2011 106 Els Ampe * Inzameling en recyclage van afgedankte elektrische en elektronische
apparatuur (AEEA).
La collecte et le recyclage des déchets d'équipements électriques et
électroniques (DEEE).
27.04.2011 113 Walter Vandenbossche ** Netheid overstapparking Bizet.
La propreté du parking de dissuasion « Bizet ».
16.06.2011 119 Brigitte De Pauw ** Aantal personeelsleden bij Net Brussel.
Le nombre de membres du personnel au sein de Bruxelles-Propreté.
16.06.2011 120 Herman Mennekens * De strijd tegen zwerfvuil.
La lutte contre les déchets sauvages.
20.07.2011 127 Françoise Schepmans ** Steun aan de sociale stedelijke, feestelijke en openluchtinitiatieven.
Le soutien aux initiatives sociales urbaines, festives et en plein air.
30.08.2011 129 Bianca Debaets * De stedenbouwkundige vergunningen en attesten.
Les permis et certificats d'urbanisme.
06.09.2011 131 Bianca Debaets * De openbare toiletten in het BHG.
Les toilettes publiques en Région de Bruxelles-Capitale.
19.09.2011 134 Ahmed El Khannouss * Kosten/inkomsten inzake afvalverwerking.
Coûts/recettes issus du traitement des déchets.
22.09.2011 135 Ahmed El Khannouss * Brussel Ecopool.
Bruxelles-Ecopôle.
22.09.2011 136 Ahmed El Khannouss * Ophaling van chemisch afval.
La collecte des déchets chimiques.
23.09.2011 137 Ahmed El Khannouss * De ophaling van grof vuil.
L'enlèvement des encombrants.
203
22
204
22
23
23
205
205
23
207
23
23
23
24
24
24

302
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
15.11.2011 141 Dominiek Lootens-Stael ** Het gebrek aan informatie op de webstek van Net Brussel.
L'absence d'information sur le site internet de Bruxelles-Propreté.
25.11.2011 142 Didier Gosuin ** Energieboekhouding.
Comptabilité énergétique.
25.11.2011 143 Didier Gosuin ** Aantal en kosten voor de dienstreizen van het personeel van de
gewestelijke overheidsinstellingen onder uw toezicht.
Nombre et coûts des déplacements des agents des institutions régionales
publiques sous votre responsabilité.
25.11.2011 144 Didier Gosuin ** Kosten voor de publicaties verschenen in 2011.
Coût des publications éditées en 2011.
25.11.2011 145 Didier Gosuin ** Kostprijs van de persconferenties de jongste drie jaar.
Coût des conférences de presse ces trois dernières années.
25.11.2011 146 Didier Gosuin ** Aantal teksten (hoofdartikel, voorwoord, inleiding …) ondertekend
door de staatssecretaris de jongste drie jaar in het kader van
openbaar verspreide documenten.
Nombre de textes (éditos, avant-propos, préfaces …) signés par le
secrétaire d'État ces trois dernières années dans le cadre de
documents diffusés publiquement.
25.11.2011 147 Didier Gosuin ** Kosten voor studies en consultancy in 2010 en 2011.
Coût des études et frais de consultance en 2010 et 2011.
25.11.2011 148 Dominiek Lootens-Stael ** Het offerfeest 2011.
La fête du sacrifice 2011
25.11.2011 149 Didier Gosuin ** Aanbesteding voor de aanwerving van uitzendkrachten.
Appel à la concurrence pour recruter des intérimaires.
30.11.2011 150 Vincent De Wolf ** Evolutie van het personeel bij het Brussels Agentschap voor Netheid.
Évolution du personnel de l'Agence bruxelloise pour la Propreté.
30.11.2011 151 Arnaud Pixteren * Personeel voor het reinigen van wegen.
Le personnel de nettoyage des voiries.
08.12.2011 153 Dominiek Lootens-Stael ** Het ophalen van het nieuwjaarsgeld door personeelsleden van Net
Brussel.
La collecte des étrennes par les membres du personnel de Bruxelles-
Propreté.
09.12.2011 154 Béatrice Fraiteur ** Antennes die elektromagnetische golven uitzenden.
Les antennes émettrices d'ondes électromagnétiques.
12.12.2011 155 Herman Mennekens * Het sorteren van afval door Brusselse ondernemingen.
Le tri des déchets par les entreprises bruxelloises.
09.12.2011 156 Françoise Schepmans * Vermindering van het aantal verslagen op papier in de besturen.
La réduction du nombre de rapports papier dans les administrations.
15.12.2011 157 Herman Mennekens * Het onderhoud van straatkolken langs gewestwegen.
L'entretien des avaloirs le long des voiries régionales.
207
209
209
210
210
211
211
212
213
214
24
215
216
24
25
25

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
303
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
20.12.2011 158 Walter Vandenbossche ** De tewerkstelling van mensen met een handicap.
L'emploi des personnes présentant un handicap.
28.12.2011 159 Françoise Schepmans ** Gebruik van stagiaires in uw ministerieel kabinet.
L'emploi de stagiaires au sein de votre cabinet ministériel.
27.01.2012 162 Caroline Persoons ** Subsidies in het kader van de initiatiefbegrotingen.
Subventions octroyées dans le cadre des budgets d'initiative.
Staatssecretaris belast met Mobiliteit, Openbaar Ambt, Gelijke Kansen en
Administratieve vereenvoudiging
Secrétaire d'État chargé de la Mobilité, de la Fonction publique, de l'Egalité des Chances et
de la Simplification administrative
29.07.2009 01 Greet Van Linter De inkrimping van de kabinetten.
Réduction de la taille des cabinets.
25.11.2011 194 Didier Gosuin ** Kosten voor studies en consultancy in 2010 en 2011.
Coût des études et frais de consultance en 2010 et 2011.
09.12.2011 197 Françoise Schepmans ** Vermindering van het aantal verslagen op papier in de besturen.
La réduction du nombre de rapports papier dans les administrations.
20.12.2011 198 Walter Vandenbossche ** De tewerkstelling van mensen met een handicap.
L'emploi des personnes présentant un handicap.
23.12.2011 199 Gisèle Mandaila ** Fietsdiefstal te Brussel.
Vol de vélos à Bruxelles.
27.12.2011 200 Vincent De Wolf ** Kostprijs van een persreis naar Lyon.
Coût du voyage de presse à Lyon.
27.12.2011 201 Jef Van Damme ** Fietsdiefstallen in het Brussels Gewest.
Les vols de vélos en Région bruxelloise.
28.12.2011 202 Françoise Schepmans ** Gebruik van stagiaires in uw ministerieel kabinet.
L'emploi de stagiaires au sein de votre cabinet ministéiel.
16.01.2012 203 Vincent De Wolf ** Aankoop van hulpsoftware in het kader van inrichtingswerken.
Acquisition d'un logiciel d'appui aux choix d'aménagement.
16.01.2012 204 Emmanuel De Bock ** De aanwerving van ambtenaren.
L'engagement de fonctionnaires.
218
218
219
35
220
229
231
233
235
236
238
239
242
Staatssecretaris belast met Huisvesting en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp
Secrétaire d'État chargé du Logement et de la Lutte contre l'Incendie et l'Aide médicale urgente
02.03.2010 92 Mohamed Ouriaghli * Procedure ter verhoging van de kwantiteit en de kwaliteit van de
woningen bij de GOMB, de gewestelijke grondregie en de
gemeentelijke grondregies.
Procédures visant à l'accroissement du nombre et de la qualité des
logements dans le cadre de la SDRB, la Régie foncière régionale et
les Régies communales.
26

304
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
27.07.2011 274 Bertin Mampaka * Aantal leegstaande woningen bij de Anderlechtse Haard.
L'évolution du nombre de logements vides appartenant au Foyer
Anderlechtois.
27.07.2011 276 Bertin Mampaka ** Aantal leegstaande woningen bij de Etterbeekse Haard.
L'évolution du nombre de logements vides appartenant au Foyer
Etterbeekois.
27.07.2011 277 Bertin Mampaka ** Aantal leegstaande woningen bij de Vorstse Haard.
L'évolution du nombre de logements vides appartenant au Foyer
Forestois.
27.07.2011 278 Bertin Mampaka * Aantal leegstaande woningen bij de Elsense Haard.
L'évolution du nombre de logements vides appartenant au Foyer
Ixellois.
27.07.2011 280 Bertin Mampaka ** Aantal leegstaande woningen bij de OVM GW van Sint-Joost-Ten-
Noode.
L'évolution du nombre de logements vides appartenant à la SISP HBM
de Saint-Josse-Ten-Noode.
27.07.2011 284 Bertin Mampaka * Aantal leegstaande woningen bij de OVM De Molenbeekse Woning.
L'évolution du nombre de logements vides appartenant à la SISP le
Logement Molenbeekois.
06.09.2011 288 Elke Van den Brandt * De reglementen voor de toewijzing van gemeentelijke woningen.
Les règlements d'attribution des logements communaux.
06.09.2011 289 Elke Van den Brandt ** De stijging van het aantal betaalbare gemeentewoningen dankzij de
huur toelage.
L'augmentation du nombre de logements communaux abordables grâce
à l'allocation-loyer.
06.09.2011 290 Elke Van den Brandt * Het aantal uithuiszettingen.
Le nombre d'expulsions de logement.
12.09.2011 291 Vincent De Wolf * Gewestelijke wetgeving inzake brandpreventie.
Caducité de la législation régionale en matière de prévention incendie.
09.09.2011 293 Vincent De Wolf * Resultaten en conclusies van het onderzoek naar de brand op de
schietstand van de federale politie in de Géruzet-kazerne.
Résultats et conclusions de l'enquête relative à l'incendie du stand de tir
de la police fédérale à la caserne Géruzet.
22.09.2011 294 Mahinur Ozdemir * Conformiteitsattesten voor woningen van minder dan 28 m² en
gemeubelde woningen.
Les attestations de conformité pour les logements de moins de 28 m²
et les logements meublés.
22.09.2011 295 Vincent De Wolf * Normen en procedures voor de vergunningen voor tijdelijke installaties.
Les normes et procédures relatives aux autorisations des installations
temporaires.
26
243
246
26
247
26
26
249
27
27
27
27
27

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
305
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
10.10.2011 297 Bianca Debaets * Aantal leegstaande openbare woningen in het Brussels Hoofd stedelijk
Gewest.
Le nombre de logements publics inoccupés en Région de Bruxelles-
Capitale.
10.10.2011 298 Bianca Debaets ** De huurwaarborg van het Woningfonds.
La garantie locative du Fonds du logement.
10.10.2011 299 Bianca Debaets ** De begunstigden van een lening bij het Woningfonds die voldoen aan
de voorwaarden van de sociale huisvesting.
Les bénéficiaires d'un prêt du Fonds du logement qui remplissent les
conditions du logement social.
10.10.2011 300 Bianca Debaets ** Het aantal huurhulpwoningen beheerd door het Woning fonds.
Le nombre de logements en aide locative gérés par le Fonds du
logement.
10.10.2011 301 Bianca Debaets * De huurhulp verstrekt door het Woningfonds.
L'aide locative octroyée par le Fonds du Logement.
10.10.2011 302 Bianca Debaets * De aanvullende hypotheekleningen voor jonge gezinnen van het
Woningfonds.
Les prêts hypothécaires complémentaires pour jeunes ménages
octroyés par le Fonds du logement.
10.10.2011 303 Bianca Debaets * De investeringen door het Woningfonds.
Les investissements du Fonds du logement.
12.10.2011 304 Bianca Debaets * De ordonnantie « Toewijzing gemeentewoningen ».
L'ordonnance « Attribution des logements communaux ».
20.10.2011 305 Céline Fremault ** Eenoudergezinnen in de sociale huisvesting.
Familles monoparentales dans le logement social.
25.10.2011 306 Céline Fremault * Profiel van de huurders van sociale woningen tegen wie een schuldinvorderings-
of uitzettingsprocedure is ingesteld.
Profil des locataires de logement social ayant fait l'objet d'une
procédure de récupération de créance ou d'une expulsion.
28.10.2011 307 Françoise Schepmans * Toekenning van 330.000 EUR aan de adviesraden van huurders.
L'octroi de 330.000 EUR aux conseils consultatifs de locataires.
28.10.2011 308 Vincent De Wolf * EPB-certificatie voor het Brussels sociaal woningpark.
Certification PEB du parc locatif social bruxellois.
28.10.2011 309 Vincent De Wolf * Gewestelijke wetgeving betreffende leegstaande gebouwen.
Législation régionale sur les immeubles inoccupés.
28.10.2011 310 Bianca Debaets * De gemeentelijke taks op leegstand.
La taxe communale sur les immeubles inoccupés.
10.11.2011 311 Françoise Schepmans * Tools voor bewaren van computergegevens bij de BGHM.
Les outils de sauvegarde des données informatiques auprès de la
SLRB.
27
250
253
254
28
28
28
28
259
28
28
29
29
29
29

306
Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
10.11.2011 312 Vincent De Wolf ** Beheersovereenkomst tussen de Brusselse regering en het Woningfonds.
Contrat de gestion liant le gouvernement bruxellois au Fonds du
Logement.
10.11.2011 313 Vincent De Wolf ** Regeringscommissarissen in het Woningfonds.
Commissaires du gouvernement au sein du Fonds du Loge ment.
10.11.2011 314 Vincent De Wolf ** Thesaurie van het Woningfonds.
Trésorerie du Fonds du Logement.
15.11.2011 315 Johan Demol * De bewoning van de Brusselse huisvestingsmaatschappijen.
L'occupation dans les sociétés de logement bruxelloises.
18.11.2011 316 Michel Colson ** De inkomsten van mensen die een sociale woning huren.
Les revenus des bénéficiaires de logements sociaux.
18.11.2011 317 Elke Van den Brandt * De omvorming van leegstaande en verouderde kantoren tot betaalbare
huisvesting.
La reconversion de bureaux inoccupés et vieillis en logements abordables.
25.11.2011 318 Didier Gosuin ** Energieboekhouding.
Comptabilité énergétique.
25.11.2011 319 Didier Gosuin ** Aantal en kosten voor de dienstreizen van het personeel van de
gewestelijke overheidsinstellingen onder uw toezicht.
Nombre et coûts des déplacements des agents des institutions
régio nales publiques sous votre responsabilité.
25.11.2011 320 Didier Gosuin ** Kosten voor de publicaties in 2011.
Coût des publications éditées en 2011.
25.11.2011 321 Didier Gosuin ** Kostprijs van de persconferenties de jongste drie jaar.
Coût des conférences de presse ces trois dernières années.
25.11.2011 322 Didier Gosuin ** Aantal teksten (hoofdartikel, voorwoord, inleiding …) ondertekend
door de staatssecretaris de jongste drie jaar in het kader van openbaar
verspreide documenten.
Nombre de textes (éditos, avant-propos, préfaces …) signés par le
secrétaire d'État ces trois dernières années dans le cadre de
documents diffusés publiquement.
25.11.2011 323 Didier Gosuin ** Kosten voor studies en consultancy in 2010 en 2011.
Coût des études et frais de consultance en 2010 et 2011.
30.11.2011 324 Vincent De Wolf ** Evolutie van het personeel bij de Dienst Brandweer en Dringende
Medische Hulpverlening (DBDMH).
Évolution du personnel du Service d'Incendie et d'Aide médicale
urgente de la Région de Bruxelles-Capitale (SIAMU).
259
260
261
29
262
29
263
265
266
269
270
271
273

Vragen en Antwoorden – Brussels Hoofdstedelijk Parlement – 15 februari 2012 (nr. 26)
Questions et Réponses – Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – 15 février 2012 (n° 26)
307
Datum Vraag nr. Voorwerp Bladzijde
– – Auteur – –
Date Question n° Objet Page
* Vraag zonder antwoord * Question sans réponse
Vraag met voorlopig antwoord
Question avec réponse provisoire
** Vraag met antwoord ** Question avec réponse
De vragen waarop het antwoord al in een
Les questions dont la réponse a été
vorig Bulletin werd gepubliceerd worden
publiée dans un Bulletin antérieur ne
niet in dit zaakregister vermeld.
figurent plus dans le présent sommaire.
30.11.2011 325 Vincent De Wolf ** Evolutie van het personeel bij de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij
(BGHM).
Évolution du personnel de la Société du Logement de la Région
bruxelloise (SLRB).
08.12.2011 326 Bianca Debaets * De projectoproep tot omvorming van kantoren naar woningen.
L'appel à projets pour la reconversion de bureaux en logements.
09.12.2011 327 Françoise Schepmans * Vermindering van het aantal verslagen op papier in de besturen.
La réduction du nombre de rapports papier dans les administrations.
12.12.2011 328 Bianca Debaets * De gemeentelijke observatoria voor huisvesting.
Les observatoires communaux du logement.
12.12.2011 329 Bianca Debaets * Het aantal sociale woningen per gemeente.
Le nombre de logements sociaux par commune.
12.12.2011 330 Bianca Debaets * De hypothecaire leningen van het Woningfonds.
Les prêts hypothécaires du Fonds du logement.
12.12.2011 331 Bianca Debaets * Het aantal huurwoningen beheerd door de SVK's.
Le nombre de logements locatifs gérés par les AIS.
27.12.2011 332 Emmanuel De Bock ** Kostprijs van de woningen die de BGHM heeft gebouwd te Brussel.
Les coûts des logements à Bruxelles créés par la SLRB.
27.12.2011 333 Emmanuel De Bock ** Studentenwoningen.
Les logements étudiants.
27.12.2011 334 Vincent De Wolf * Subsidies naar aanleiding van de oproep tot kandidaatstelling Plage
2011-2015.
Subventions accordées suite à l'appel à candidature Plage 2011-2015.
28.12.2011 335 Françoise Schepmans * Gebruik van stagiaires in uw ministerieel kabinet.
L'emploi de stagiaires au sein de votre cabinet ministériel.
274
30
30
30
31
31
32
275
280
33
34

0312/0641
I.P.M. COLOR PRINTING
02/218.68.00