(1973) n°3 - Royal Academy for Overseas Sciences

More documents

Recommendations

Info

— 472 — toestand te beseffen en derhalve de lef op te brengen om er aan uit te geraken. Een eerste knip moet dan wel van buitenuit komen om de wagen aan het rollen te brengen. Veel discreter dan enig officieel organisme kan de bescheiden bemoeiing van een vrijwilliger of een missionaris, die dichter bij het volk leeft, het leiderschap verwekken; wij zullen hier niet het gevaar ontkennen de promotor zijn leiderschap te zien opdringen. Wanneer een voorname Columbiaanse Bisschop zegde dat de rol die door de uitheemse ontwikkelingshelpers in zijn land gespeeld werd eigenlijk toekwam aan de edelmoedige jeugd uit de oligarchia van het land zelf, moest hij niettemin toegeven dat de indios daar anderhalve eeuw op wachten sedert de decoloni- satie. Hoe beschamend het ook mag wezen voor de nationale elite moet men aannemen dat buitenlandse niet goevernementele instellingen door voorlichting en voorbeeld beter dan enige overheidsfinanciering de verantwoordelijke oligarchia tot bezinning kan brengen om de rijzende opstand van het volk tegemoet te komen en de onvermijdelijke botsing te dempen. Deze vrij onvolledige schets van de specifieke opdrachten voor de O.N.G.’s in de taak van de ontwikkelingssamenwerking (9) onderstreept de onevenredigheid van haar schaarse geldmiddelen tegenover de omvang van haar taak. Sommige hebben gemeend beroep te mogen doen op staatsfondsen die trouwens slechts aan enkele onder hen krenterig werden toegestaan; anderen vrezen dat zij hun vrij woord zouden inboeten met budgettaire fondsen te aanvaarden; misschien is deze spanning heilzaam omdat zij het establishment voorkomt dat voorzeker verlammend zou zijn voor idee en actie. Het is echter niet zozeer het gebrek aan fondsen dan wel de versnippering van de inspanningen die verantwoordelijk is voor de beperkte doelmatigheid van de actie der O.N.G.’s. Ieder in beperkte kring wil ijveren voor een eigen projectje zonder de gebondenheid in te zien van het hele opzet van de ontwikkeling. — Voorzeker heeft pr. Baziel M aes met zijn publicatie over de specificiteit van Broederlijk Delen (10) in 1972 de eigen opdrachten van deze vereniging omschreven in verband met de (9) L. B a e c k : De Wereld in ons dorp (Brussel 1972, blz. 320-321). (10) Documentatie Broederlijk Delen, 1972.
— 473 — haar eigen kristelijke motivering, de nadruk leggend op de openheid t.o.v. anders bewogen ontwikkelingsacties. In de publicaties van het N.C.O.S., de pluralistische groepering van ontwikkelingssamenwerking, vindt men ook de oproep naar politiek engagement, ieder in eigen geledingen; op 9 mei bezorgde dhr. A.F. P e e t e r s op de in<strong>for</strong>matiedag van N.C.O.S. te Dworp een merkwaardige uiteenzetting over de eigen onvervangbare taken van het N.C.O.S. Uit de enquête (11) door UNIOP geleid in 1972 op gezamenlijk verzoek van N.C.O.S., Broederlijk Delen en het Socialistisch Steunfonds blijkt nochtans dat deze aanpak de bredere volkslagen nog niet bezidt. Voorzeker heeft de actie van de ontwikkelingsorganisaties de Belgische gemeenschap sedert dertien jaar gevoelig gemaakt voor het wee van onderontwikkeling: de bewustmaking voor de noodzaak om de kwaal in haar wortels te treffen en daar de nodige offers voor te brengen is echter nog niet diep doordrongen. Hierbij moet men trouwens in acht nemen dat de Belgische N.G.O.’s nog jong zijn en slechts geleidelijk, naar methode van proef en dwaling of uit de dialectiek van de contestatie, hun eigen strategie hebben uitgebouwd en hebben aangeboden. De Belgische regering schijnt geen les te kunnen halen uit de reacties in eigen land en probeert de confrontatie met de N.G.O.’s te ontwijken. Deze weigerige houding is ongetwijfeld te wijten aan de overtuiging dat de brave N.G.O.’s geen diepgang hebben in de openbare opinie. Men schijnt inderdaad niet te vrezen dat een protest tegen de nationale ontwikkelingspolitiek beroering kan verwekken op de straat of de verkiezingen kan beïnvloeden. Daarentegen verkiest het bestuur af te rekenen met de gewiekste financiële en diplomatische druk die zijn beleid bedingen. Er is derhalve nog heel wat weegs af te leggen voor de N.G.O.’s alvorens hun inspraak in acht zal worden genomen. Wanneer men echter ziet wat één decennium op dat gebied van animatie verricht heeft kan men toch in de komende jaren een kentering verwachten. Bij de jeugdafdelingen van de grote Belgische partijen groeit immers de bewustwording van een verantwoordelijkheid voor de Derde W ereld (12). (11) Zie nota 7. (12) Zie o.m. de resoluties van de C.U.P.-jongeren op het congres te Kortrijk op 12-13 mei <strong>1973</strong>.
Page 1 and 2:
ACADÉMIE ROYALE DES SCIENCES DOUTR
Page 3 and 4:
CLASSE DES SCIENCES MORALES ET POLI
Page 5 and 6:
Zitting van 15 mei 1973 De zitting
Page 7 and 8:
— 419 — 2. De nieuwe statuten v
Page 9 and 10: — 421 — Deze uiteenzetting word
Page 11 and 12: — 423 — Geheim comité De ere-
Page 13 and 14: — 425 — 1 utilisation de l’al
Page 15 and 16: — 427 — soient d’ordre biogra
Page 17 and 18: — 429 — constate en tout premie
Page 19 and 20: — 431 — dans la correspondance
Page 21 and 22: — 433 — station au départ d’
Page 23 and 24: - - 435 — tions intéressantes qu
Page 25 and 26: — 437 — ANNEXES 1. C o r r e s
Page 27 and 28: — 439 — être I décidé et je
Page 29 and 30: — 441 — 13-X-1902: LAURENT M.D.
Page 31 and 32: Jean Puissant. — Quelques témoig
Page 33 and 34: — 445 — ge forcent de nombreux
Page 35 and 36: — 447 — ligne directe postale e
Page 37 and 38: — 449 — antipodes de la Belgiqu
Page 39 and 40: — 451 — aller de notre logement
Page 41 and 42: — 453 — on ne trouve presque pl
Page 43 and 44: 5. Une lettre d’émigré — 455
Page 45 and 46: — 457 — J’ai été frappé d
Page 47 and 48: — 459 — d’autres compagnons c
Page 49 and 50: — 461 — (2) D h o n d t , J.:
Page 51 and 52: — 463 — (23) Annexe 1. « Le Pe
Page 53 and 54: — 465 — Sa m e n v a t t in g D
Page 55 and 56: — 467 — ontwikkelingseffect fel
Page 57 and 58: — 469 — dienste hebben een toev
Page 59: — 471 — in sommige N.G.O.-kring
Page 63 and 64: J.-P. Harroy. — Présentation du
Page 65 and 66: Séance du 19 juin 1973 Zitting van
Page 67 and 68: Zitting van 19 juni 1973 De zitting
Page 69 and 70: — 481 — « L’organisation de
Page 71 and 72: — 483 — belgo-congolaise à la
Page 73 and 74: — 485 — les couches plus ancien
Page 75 and 76: — 487 —- Il est possible qu’e
Page 77 and 78: — 490 — 7 F ra L uca d a C alta
Page 79 and 80: — 492 — 9 Toussaint (Auguste):
Page 81 and 82: — 494 — 11 Sacrae Congre gation
Page 83 and 84: — 496 — 13 N a id u (S .B .): L
Page 85 and 86: — 498 — 15 Baldwin (Robert E.):
Page 87 and 88: — 500 — 17 Scheider (Marcel) (R
Page 89 and 90: Séance du 22 mai 1973 M. R. Vanbre
Page 91 and 92: — 504 — La Classe décide la pu
Page 93 and 94: — 506 — La Classe désigne resp
Page 95 and 96: P.C.C. Garnham. — History of the
Page 97 and 98: — 510 — unlikely to penetrate d
Page 99 and 100: — 512 — the exoerythrocytic sch
Page 101 and 102: — 514 — fed, but only three bec
Page 103 and 104: — 516 — colleagues in order to
Page 105 and 106: — 518 — accept criteria based o
Page 107 and 108: Fig. 4 Liver of monkey: nearly matu
Page 109 and 110: J.-B. Jadin *, E. Willaert * et J.
Page 111 and 112:
— 522 — Naegleria, trois souche
Page 113 and 114:
D iscussion — 524 — N o u s v o
Page 115 and 116:
— 526 — L e s a g e , A . : Cul
Page 117 and 118:
Séance du 26 juin 1973 M. F. Jurio
Page 119 and 120:
— 530 — Contribution britanniqu
Page 121 and 122:
— 532 [.cs rapporteurs ont propos
Page 123 and 124:
M. Van Himme *. — Le problème du
Page 125 and 126:
— 536 — s’entassent contre le
Page 127 and 128:
— 538 — les Chobe Swamps au Bot
Page 129 and 130:
— 540 — indigène en Australie,
Page 131 and 132:
— 542 — vert foncé, sont petit
Page 133 and 134:
— 544 — rus et une autre de Com
Page 135 and 136:
— 546 — L’éradication manuel
Page 137 and 138:
— 548 — à 200 1/ha, mais à ca
Page 139 and 140:
— 550 — d’utiliser ces ennemi
Page 141 and 142:
— 551 — C h o w , C .-Y ., T h
Page 143 and 144:
Marcel Walraet. — Un aspect scien
Page 145 and 146:
— 555 — Laboratoire Sir Alfred
Page 147 and 148:
— 557 — à la Grande-Bretagne u
Page 149 and 150:
— 559 — nie), où il fit son do
Page 151 and 152:
— 561 — diguer les épidémies
Page 153 and 154:
— 563 — M e l l a n b y , Kenne
Page 155 and 156:
KLASSE VOOR TECHNISCHE WETENSCHAPPE
Page 157 and 158:
— 567 — Jaarlijkse wedstrijd 19
Page 159 and 160:
— 569 — l’auteur de la note p
Page 161 and 162:
— 571 — de l’intérieur du pa
Page 163 and 164:
— 573 — Au départ, il faut dis
Page 165 and 166:
— 575 — rapport au niveau de la
Page 167 and 168:
— 577 — Dans le cas d’un litt
Page 169 and 170:
— 579 — précipitations arrosan
Page 171 and 172:
— 581 — mais derechef elles app
Page 173 and 174:
— 583 — Il est suggéré qu’u
Page 175 and 176:
— 585 — deling of the flow of n
Page 177 and 178:
— 587 — PoREH and El a t a ( 2
Page 179 and 180:
— 589 — characteristic scales a
Page 181 and 182:
— 591 — As an application of th
Page 183 and 184:
— 593 — flows recently infiltra
Page 185 and 186:
— 595 — injection wells are oft
Page 187 and 188:
— 597 — Fig. 9. — Sketch of t
Page 189 and 190:
— 599 — tion points exist above
Page 191 and 192:
Séance du 29 juin 1973 Zitting van
Page 193 and 194:
Zitting van 29 juni 1973 De H. F. B
Page 195 and 196:
— 605 — Deze mededeling wordt g
Page 197 and 198:
— 607 — Administratieve mededel
Page 199 and 200:
— 609 — organismes plus spécia
Page 201 and 202:
— 611 — de projets d’assistan
Page 203 and 204:
— II — — : A la mémoire du p
Page 205 and 206:
— IV — G o sse, J.-P.: Révisio
Page 207:
ARSOM, rue Defacqz 1, B-1050 Bruxel
show all

(1973) n°3 - Royal Academy for Overseas Sciences

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

Delete template?

Save as template?