Authentieke versie downloaden (pdf) - Officiële bekendmakingen
Authentieke versie downloaden (pdf) - Officiële bekendmakingen Authentieke versie downloaden (pdf) - Officiële bekendmakingen
(2) Tout colis renfermant des matières des 10° et ll°b) doit être muni d'une étiquette conforme au modèle N° 3. (3) Pour les expéditions en wagons complets, l'apposition sur les colis des étiquettes Nos. 3 et 4 prévues aux al. (1) et (2) n'est pas nécessaire (voir aussi marg. 389). B. Mode d'envoi, restrictions d'expédition. 383 Les matières des 1° à 5° ne sont admises en grande vitesse qu'en wagons complets. C. Mentions dans ïa lettre de voiture. 384 La désignation de la marchandise dans la lettre de voiture doit être conforme à l'une des dénominations imprimées en caractères italiques au marg. 371 et doit être soulignée en rouge. D. Matériel et engins de transport. 1. Conditions relatives aux wagons et au chargement. a. Pour les colis. 385 (1) Les matières des 1° et 2° renfermées dans des bonbonnes en verre ou autres récipients fragiles doivent être chargées dans des wagons découverts. Elles pourront toutefois être chargées dans des wagons couverts ou des wagons découverts bâchés, si les récipients fragiles sont, conformément au marg. 372 (5), assujettis, avec interposition de matières formant tampon, dans des caisses en bois à parois pleines. Chaque colis ne devra pas peser plus de 55 kg. (2) Les wagons destinés à recevoir des matières de la classe IITc doivent être soigneusement nettoyés et en particulier débarrassés de tous débris combustibles (paille, foin, papier, etc.). (3) Dans un même chargement les récipients fragiles doivent tous reposer sur un plancher robuste et être calés de façon à éviter tout déplacement et tout déversement du contenu. (4) L'r:age, pour le calage, de la paille ou de toute autre matière facilement inflammable est interdit. (5) Quand un même chargement réunit à la fois des bonbonnes en verre et des touries en grès ces diverses sortes de récipients doivent être groupées par nature. (6) Les récipients métalliques renfermant des matières des 1°, 2° et 3° devront être posés de manière que leurs orifices soient en dessus et calés de façon à ne pas pouvoir se renverser.
(2) Ieder collo met stoffen genoemd onder 10 en 11 b) moet van een etiket volgens model nr. 3 voorzien zijn. (3) Voor wagenladingen is het aanbrengen op de colli van etiketten volgens de modellen nr. 3 en 4 genoemd onder (1) en (2) niet nodig (zie ook rn. 389). B. Wijze van verzending, beperkende bepalingen betreffende de verzending. 383 Stoffen genoemd onder 1—5 zijn als snelgoed slechts als wagenladingen ten vervoer toegelaten. C. Aanduidingen in de vrachtbrief. 384 De aanduiding van de goederen in de vrachtbrief moet gelijkluidend zijn met een der cursief gedrukte benamingen in rn. 371 en moet rood onderstreept zijn. D. Vervoermiddelen en technische hulpmiddelen. 1. Voorschriften betreffende de wagens en het laden. a. Colli. 385 (1) De in mandflessen of andere breekbare houders verpakte stoffen genoemd onder 1 en 2, moeten in open wagens geladen zijn. Ze mogen echter in gesloten wagens of in open wagens met dekzeilen worden vervoerd, indien de breekbare houders overeenkomstig rn. 372 (5) goed vastgezet zijn in houten kisten door toevoeging van voor opvulling dienende stoffen. Een collo mag niet meer wegen dan 55 kg. (2) De wagens, bestemd voor het vervoer van de onder klasse IIIc vallende stoffen, moeten grondig zijn gereinigd en in het bijzonder ontdaan zijn van alle brandbare resten (stro, hooi, papier, enz.). (3) Bij het laden van een wagen moeten de breekbare houders alle op een sterk deel van de bodem van de wagen geplaatst zijn en zodanig zijn vastgezet, dat zij niet kunnen verschuiven en morsen van de inhoud voorkomen wordt. (4) Voor het vastzetten der colli is het gebruik van stro of andere gemakkelijk brandbare stoffen verboden. (5) Indien een zending; bestaat uit mandflessen en aarden kruiken, moeten de gelijksoortige houders bijeen geplaatst zijn. (6) Metalen houders, die stoffen genoemd onder 1, 2 en 3 bevatten, moeten zodanig geplaatst zijn, dat hun openingen zich aan de bovenzijde bevinden, en zodanig vastgezet, dat ze niet kunnen omvallen.
- Page 145 and 146: 216 (1) Colli, die stoffen bevatten
- Page 147 and 148: F. Ledige pakmiddelen. Verdere voor
- Page 149 and 150: KLASSE lila. BRANDBARE VLOEISTOFFEN
- Page 151 and 152: 3. Vloeistoffen, welke niet met wat
- Page 153 and 154: ialen, indien deze verpakkingen ten
- Page 155 and 156: (behalve nitromethaan), 4 en 5 moet
- Page 157 and 158: (2) Voor het vervoer in reservoirwa
- Page 159 and 160: andere buitenverpakking, dat zij va
- Page 161 and 162: D. Vervoermiddelen en technische hu
- Page 163 and 164: als afneembaar beschouwd, indien zi
- Page 165 and 166: (2) Wagens, waarin methylalcohol (5
- Page 167 and 168: 318 Tijdens het vervoer beschadigde
- Page 169 and 170: KLASSE Illb. BRANDBARE VASTE STOFFE
- Page 171 and 172: of xyleen (xylol), of mengsels van
- Page 173 and 174: (3) Pakmiddelen, met inbegrip van s
- Page 175 and 176: wel in zakken van ruw linnen of dic
- Page 177 and 178: houders moeten hetzij afzonderlijk,
- Page 179 and 180: gezamenlijk te verpakken goederen i
- Page 181 and 182: (4) In vrachtbrieven voor colli, wa
- Page 183 and 184: E. Verbod van samenlading. 353 (1)
- Page 185 and 186: KLASSE IIIc. STOFFEN, DIE DE VERBRA
- Page 187 and 188: d) mengsels van de onder a), b) en
- Page 189 and 190: 11. a) Natriumperoxyde (natriumsupe
- Page 191 and 192: (4) Bij vloeistoffen dient zoveel l
- Page 193 and 194: 374 (1) Waterstofperoxyde (watersto
- Page 195: 379 (1) Stoffen genoemd onder lla)
- Page 199 and 200: (7) Behalve metalen vaten, die stof
- Page 201 and 202: (2) Reservoirs die stoffen genoemd
- Page 203 and 204: g) met radioactieve stoffen vallend
- Page 205 and 206: KLASSE IVa. VERGIFTIGE STOFFEN 1. O
- Page 207 and 208: 7. Zouten van cyaanwaterstof (blauw
- Page 209 and 210: 16. Natriumazide, anorganische chl
- Page 211 and 212: werk of soortgelijk materiaal, welk
- Page 213 and 214: Flessen en ander glaswerk mogen gee
- Page 215 and 216: 404 (1) Stoffen genoemd onder 2 moe
- Page 217 and 218: c) in luchtdicht gesloten glazen fl
- Page 219 and 220: (2) Stoffen genoemd onder 6 mogen o
- Page 221 and 222: (2) Vloeistoffen of oplossingen van
- Page 223 and 224: 415 - 416 Stoffen genoemd onder 16
- Page 225 and 226: De stoffen, verpakt volgens de voor
- Page 227 and 228: (2) Voor blauwzuur (1) moet de afze
- Page 229 and 230: (3) De reservoirs van wagens voor s
- Page 231 and 232: c) met zwavel en met rode phosphor
- Page 233 and 234: KLASSE IVb. RADIOACTIEVE STOFFEN 1.
- Page 235 and 236: A. Colli. 2. Vervoersvoorwaarden 1.
- Page 237 and 238: 454 Stoffen genoemd onder 2 moeten
- Page 239 and 240: 4. Opschriften en gevaarsetiketten
- Page 241 and 242: 2. Opschriften en gevaarsetiketten
- Page 243 and 244: KLASSE V. BIJTENDE STOFFEN 1. Opsom
- Page 245 and 246: 2. Chloorzwavel. Zie ook rn. 501a o
(2) Tout colis renfermant des matières des 10° et ll°b) doit être<br />
muni d'une étiquette conforme au modèle N° 3.<br />
(3) Pour les expéditions en wagons complets, l'apposition sur les<br />
colis des étiquettes Nos. 3 et 4 prévues aux al. (1) et (2) n'est pas<br />
nécessaire (voir aussi marg. 389).<br />
B. Mode d'envoi, restrictions d'expédition.<br />
383 Les matières des 1° à 5° ne sont admises en grande vitesse qu'en<br />
wagons complets.<br />
C. Mentions dans ïa lettre de voiture.<br />
384 La désignation de la marchandise dans la lettre de voiture doit<br />
être conforme à l'une des dénominations imprimées en caractères<br />
italiques au marg. 371 et doit être soulignée en rouge.<br />
D. Matériel et engins de transport.<br />
1. Conditions relatives aux wagons et au chargement.<br />
a. Pour les colis.<br />
385 (1) Les matières des 1° et 2° renfermées dans des bonbonnes en<br />
verre ou autres récipients fragiles doivent être chargées dans des<br />
wagons découverts. Elles pourront toutefois être chargées dans des<br />
wagons couverts ou des wagons découverts bâchés, si les récipients<br />
fragiles sont, conformément au marg. 372 (5), assujettis, avec interposition<br />
de matières formant tampon, dans des caisses en bois à<br />
parois pleines. Chaque colis ne devra pas peser plus de 55 kg.<br />
(2) Les wagons destinés à recevoir des matières de la classe IITc<br />
doivent être soigneusement nettoyés et en particulier débarrassés de<br />
tous débris combustibles (paille, foin, papier, etc.).<br />
(3) Dans un même chargement les récipients fragiles doivent tous<br />
reposer sur un plancher robuste et être calés de façon à éviter tout<br />
déplacement et tout déversement du contenu.<br />
(4) L'r:age, pour le calage, de la paille ou de toute autre matière<br />
facilement inflammable est interdit.<br />
(5) Quand un même chargement réunit à la fois des bonbonnes en<br />
verre et des touries en grès ces diverses sortes de récipients doivent<br />
être groupées par nature.<br />
(6) Les récipients métalliques renfermant des matières des 1°, 2°<br />
et 3° devront être posés de manière que leurs orifices soient en dessus<br />
et calés de façon à ne pas pouvoir se renverser.