Authentieke versie downloaden (pdf) - Officiële bekendmakingen
Authentieke versie downloaden (pdf) - Officiële bekendmakingen Authentieke versie downloaden (pdf) - Officiële bekendmakingen
lages de protection de façon à n'être pas visibles de l'extérieur, les colis seront en outre munis d'étiquettes conformes aux modèles Nos 7 et 8. Les étiquettes du modèle N° 7 seront apposées en haut sur deux faces latérales opposées lorsqu'il s'agit de caisses ou d'une façon équivalente lorsqu'il s'agit d'autres emballages. (4) Les étiquettes prescrites aux al. (1), (2) et (3) seront également apposées aux colis dans lesquels les matières des 1° et 2°, l'alcool méthylique, l'aldéhyde acétique, l'acétone et les mélanges d'acétone (5°) sont emballés en commun avec d'autres matières, objets ou marchandises, conformément au marg. 307. (5) Pour les expéditions en wagons complets, l'apposition sur les colis des étiquettes Nos 2 et 3 prévues aux alinéas (1), (2) et (4) n'est pas nécessaire (voir aussi marg. 314). B. Mode d'envoi, restrictions d'expédition. 309 Les liquides des 1°, 2° et 3°, ainsi que l'aldéhyde acétique, l'acétone et les mélanges d'acétone (5°) ne sont admis en grande vitesse qu'en wagons complets, excepté les envois qui, conformément au marg. 311 (2), peuvent être chargés dans des wagons couverts. C. Mentions dans la lettre de voiture. 310 (1) La désignation de la marchandise dans la lettre de voiture doit être conforme à l'une des dénominations inprimées en caractères italiques au marg. 301. Si celle-ci ne contient pas le nom de la matière, le nom commercial sera inscrit. La désignation de la marchandise doit être soulignée en rouge. (2) Au-dessous de la désignation de la marchandise, la mention suivante doit être inscrite: ,,Marchandise du... de la classe Ma" (indiquer le crîiffre conformément au marg. 301). Si l'indication du chiffre fait défaut, l'envoi est traité d'après les prescriptions relatives aux liquides du 1°. (3) Pour les envois en grande vitesse, emballés conformément au marg. 311 (2) et contenant des liquides des 1°, 2° et 3°, de l'aldéhyde acétique, de l'acétone ou des mélanges d'acétone (5°), l'expéditeur aura à déclarer sur la lettre de voiture: ^Emballage de grande vitesse". (4) Dans les lettres de voiture afférentes aux colis dans lesquels une matière dénommée au marg. 301 est emballée en commun avec d'autres matières ou objets de l'Annexe I ou avec d'autres marchandises, les mentions relatives à chacun de ces objets ou matières doivent être indiquées séparément.
andere buitenverpakking, dat zij van buitenaf niet zichtbaar zijn, moeten de colli bovendien voorzien zijn van etiketten volgens de modellen nr. 7 en 8. De etiketten volgens model nr. 7 moeten bij kisten bovenaan op twee tegenover elkaar gelegen zijwanden aangebracht zijn of op overeenkomstige wijze bij andere verpakkingen. (4) Etiketten voorgeschreven in de alinea's (1), (2) en (3) moeten eveneens aangebracht worden op colli, waarin de stoffen vallende onder 1 en 2, methylalcohol, aceetaldehyde, aceton en mengsels met aceton (5) zijn verpakt, gezamenlijk met andere stoffen, voorwerpen of goederen overeenkomstig rn. 307. (5) Voor colli, welke in wagenlading worden verzonden, is het aanbrengen van de etiketten volgens de modellen nr. 2 en 3, voorgeschreven in de alinea's (1), (2) en (4) niet nodig (zie ook rn. 314). B. Wijze van verzending, beperkende bepalingen betreffende de verzending. 309 Vloeistoffen vallende onder 1, 2 en 3, evenals aceetaldehyde, aceton en mengsels met aceton (5), zijn als snelgoed slechts ten vervoer toegelaten als wagenladingen, uitgezonderd zendingen, die overeenkomstig rn. 311 (2) in gesloten wagens kunnen zijn geladen. C. Aanduidingen in de vrachtbrief. 310 (1) De naam van de goederen moet in de vrachtbrief vermeld zijn. Van stoffen die in rn. 301 als voorbeeld zijn genoemd, moeten de namen gelijkluidend zijn met de cursief gedrukte benamingen. Is van een stof de naam niet cursief gedrukt aangegeven, dan moet de handelsnaam worden gebezigd. De aanduiding van de goederen moet rood onderstreept zijn. (2) Onder de aanduiding van de goederen moet de volgende aantekening worden gesteld: „Goederen genoemd onder van klasse lila" (aangeven het cijfer uit rn. 301). Ontbreekt het cijfer, dan wordt de zending behandeld volgens de voorschriften voor vloeistoffen vallende onder 1. (3) Voor snelgoedzendingen, verpakt overeenkomstig rn. 311 (2) die vloeistoffen vallende onder 1, 2 en 3, aceetaldehyde, aceton of mengsels met aceton (5) bevatten, moet de afzender op de vrachtbrief vermelden: „Verpakking voor snelgoed". (4) In vrachtbrieven voor colli, waarin een stof vallende onder rn. 301 gezamenlijk verpakt is met andere stoffen of voorwerpen van Bijlage I of met andere goederen, moeten de aanduidingen voor ieder van deze stoffen of voorwerpen afzonderlijk zijn vermeld.
- Page 107 and 108: 2e. kooldioxyde (koolzuur), stiksto
- Page 109 and 110: (3) In de vrachtbrief van colli, wa
- Page 111 and 112: ) Indien op een wagen meer dan éé
- Page 113 and 114: gemaakte gassen, die schadelijk zij
- Page 115 and 116: Opmerking. Een verflaag op het druk
- Page 117 and 118: dichloordifluormethaan (freon 12) d
- Page 119 and 120: 164 (1) Voorzover onder rn. 131—1
- Page 121 and 122: KLASSE Ie. STOFFEN, DIE BIJ AANRAKI
- Page 123 and 124: (4) Voor opvulling dienende stoffen
- Page 125 and 126: werpen van andere klassen, of met a
- Page 127 and 128: D. Vervoermiddelen en technische hu
- Page 129 and 130: E. Verbod van samenlading. 192 De s
- Page 131 and 132: KLASSE II. VOOR ZELFONTBRANDING VAT
- Page 133 and 134: 7. Vers gegloeide houtskool, poeder
- Page 135 and 136: wordt door de mededeling in de vrac
- Page 137 and 138: ) in stalen vaten, met uitzondering
- Page 139 and 140: pakt vervoerd worden overeenkomstig
- Page 141 and 142: zuren, logen of waterige vloeistoff
- Page 143 and 144: toevoeging: „Goederen vallende on
- Page 145 and 146: 216 (1) Colli, die stoffen bevatten
- Page 147 and 148: F. Ledige pakmiddelen. Verdere voor
- Page 149 and 150: KLASSE lila. BRANDBARE VLOEISTOFFEN
- Page 151 and 152: 3. Vloeistoffen, welke niet met wat
- Page 153 and 154: ialen, indien deze verpakkingen ten
- Page 155 and 156: (behalve nitromethaan), 4 en 5 moet
- Page 157: (2) Voor het vervoer in reservoirwa
- Page 161 and 162: D. Vervoermiddelen en technische hu
- Page 163 and 164: als afneembaar beschouwd, indien zi
- Page 165 and 166: (2) Wagens, waarin methylalcohol (5
- Page 167 and 168: 318 Tijdens het vervoer beschadigde
- Page 169 and 170: KLASSE Illb. BRANDBARE VASTE STOFFE
- Page 171 and 172: of xyleen (xylol), of mengsels van
- Page 173 and 174: (3) Pakmiddelen, met inbegrip van s
- Page 175 and 176: wel in zakken van ruw linnen of dic
- Page 177 and 178: houders moeten hetzij afzonderlijk,
- Page 179 and 180: gezamenlijk te verpakken goederen i
- Page 181 and 182: (4) In vrachtbrieven voor colli, wa
- Page 183 and 184: E. Verbod van samenlading. 353 (1)
- Page 185 and 186: KLASSE IIIc. STOFFEN, DIE DE VERBRA
- Page 187 and 188: d) mengsels van de onder a), b) en
- Page 189 and 190: 11. a) Natriumperoxyde (natriumsupe
- Page 191 and 192: (4) Bij vloeistoffen dient zoveel l
- Page 193 and 194: 374 (1) Waterstofperoxyde (watersto
- Page 195 and 196: 379 (1) Stoffen genoemd onder lla)
- Page 197 and 198: (2) Ieder collo met stoffen genoemd
- Page 199 and 200: (7) Behalve metalen vaten, die stof
- Page 201 and 202: (2) Reservoirs die stoffen genoemd
- Page 203 and 204: g) met radioactieve stoffen vallend
- Page 205 and 206: KLASSE IVa. VERGIFTIGE STOFFEN 1. O
- Page 207 and 208: 7. Zouten van cyaanwaterstof (blauw
lages de protection de façon à n'être pas visibles de l'extérieur, les<br />
colis seront en outre munis d'étiquettes conformes aux modèles Nos<br />
7 et 8. Les étiquettes du modèle N° 7 seront apposées en haut sur<br />
deux faces latérales opposées lorsqu'il s'agit de caisses ou d'une façon<br />
équivalente lorsqu'il s'agit d'autres emballages.<br />
(4) Les étiquettes prescrites aux al. (1), (2) et (3) seront<br />
également apposées aux colis dans lesquels les matières des 1° et 2°,<br />
l'alcool méthylique, l'aldéhyde acétique, l'acétone et les mélanges<br />
d'acétone (5°) sont emballés en commun avec d'autres matières,<br />
objets ou marchandises, conformément au marg. 307.<br />
(5) Pour les expéditions en wagons complets, l'apposition sur les<br />
colis des étiquettes Nos 2 et 3 prévues aux alinéas (1), (2) et (4)<br />
n'est pas nécessaire (voir aussi marg. 314).<br />
B. Mode d'envoi, restrictions d'expédition.<br />
309 Les liquides des 1°, 2° et 3°, ainsi que l'aldéhyde acétique, l'acétone<br />
et les mélanges d'acétone (5°) ne sont admis en grande vitesse qu'en<br />
wagons complets, excepté les envois qui, conformément au marg. 311<br />
(2), peuvent être chargés dans des wagons couverts.<br />
C. Mentions dans la lettre de voiture.<br />
310 (1) La désignation de la marchandise dans la lettre de voiture doit<br />
être conforme à l'une des dénominations inprimées en caractères<br />
italiques au marg. 301. Si celle-ci ne contient pas le nom de la matière,<br />
le nom commercial sera inscrit. La désignation de la marchandise<br />
doit être soulignée en rouge.<br />
(2) Au-dessous de la désignation de la marchandise, la mention<br />
suivante doit être inscrite: ,,Marchandise du... de la classe Ma"<br />
(indiquer le crîiffre conformément au marg. 301). Si l'indication du<br />
chiffre fait défaut, l'envoi est traité d'après les prescriptions relatives<br />
aux liquides du 1°.<br />
(3) Pour les envois en grande vitesse, emballés conformément au<br />
marg. 311 (2) et contenant des liquides des 1°, 2° et 3°, de l'aldéhyde<br />
acétique, de l'acétone ou des mélanges d'acétone (5°), l'expéditeur<br />
aura à déclarer sur la lettre de voiture: ^Emballage de grande vitesse".<br />
(4) Dans les lettres de voiture afférentes aux colis dans lesquels<br />
une matière dénommée au marg. 301 est emballée en commun avec<br />
d'autres matières ou objets de l'Annexe I ou avec d'autres marchandises,<br />
les mentions relatives à chacun de ces objets ou matières<br />
doivent être indiquées séparément.