2 - Hormann

De aandrijvingskabel van vleugel B (Flügel B) wordt
overeenkomstig illustratie 4.3 aan stekker B aangesloten.
3.4.4 Registratie van de eindpositie
Eindschakelaar, zie illustratie 4.4a of eindaanslag, zie
illustratie 4.4b (eindschakelaar deactiveren).
3.5 Extra componenten/toebehoren aansluiten
Opmerking
De gezamelijke toebehoren mogen de aandrijving met
max. 100 mA belasten.
3.5.1 Externe radio-ontvanger aansluiten* (zie illustratie 4.5 )
De aders van een externe radio-ontvanger (ext. Funk)
moeten als volgt aangesloten worden:
- GN aan klem 20 (0 V)
- WH aan klem 21 (signaal kanaal 1)
- BN aan klem 5 (+24 V)
- YE aan klem 23 (signaal voor doorgangsvleugel
kanaal 2), alleen bij een ontvanger met 2 kanalen.
Opmerking
De antennekabel van de externe radio-ontvanger mag niet
met metalen voorwerpen (nagels, profielen, enz.) in contact
komen. De beste richting moet door testen bepaald worden.
GSM-toestellen kunnen bij gelijktijdig gebruik de reikwijdte
van de radiobesturing beïnvloeden.
3.5.2 Externe schakelaar voor impulsbesturing aansluiten*
(zie illustratie 4.6 )
Een of meerdere schakelaars met sluitcontacten
(potentiaalvrij), bijvoorbeeld sleutelschakelaars, kunnen
parallel aangesloten worden met een stroomkabel die
max. 10 m lang is.
1-vleugelige draaihekinstallatie:
Impulsbesturing:
Eerste contact aan klem 21
Tweede contact aan klem 20
2-vleugelige draaihekinstallatie:
Impulsbesturing bevel doorgangsvleugel (A):
Eerste contact aan klem 23
Tweede contact aan klem 20
Impulsbesturing bevel doorgangsvleugel (A) en
doorgangsvleugel auto's (B):
Eerste contact klem 21
Tweede contact klem 20
Opmerking
Is er voor een externe schakelaar hulpspanning nodig,
dan is aan klem 5 een spanning van +24 V DC (tegen
klem 20 = 0 V) aanwezig.
3.5.3 Waarschuwingslicht aansluiten* (zie illustratie 4.7a )
Aan de potentiaalvrije contacten bij de stekkeroptie
(Option) kan een waarschuwingslicht of de
eindpositiemelding "draaihek-dicht" aangesloten worden.
80
NEDERLANDS
* Toebehoren zijn niet in de standaard uitrusting inbegrepen!
Voor de werking (bijvoorbeeld waarschuwingsmeldingen
voor en tijdens de draaihekbeweging) met een lamp van
24 V (max. 7 W) kan de spanning aan de stekker = 24 V
gebruikt worden.
Opmerking
Wordt een waarschuwingslicht van 230 V gebruikt (zie
hoofdstuk 4.4.1), dan moet dit onmiddellijk voorzien worden
(zie illustratie 4.7b ).
3.5.4 Veiligheidsvoorzieningen aansluiten*
(zie illustratie 4.8/4.8a )
U kan een optische veiligheidsvoorziening of een
8k2-weerstandscontactlijst aansluiten. De keuze moet via
DIL-schakelaars geïnstalleerd worden (hoofdstuk 4.8.5):
Klem 20 0 V – Spanningsvoorziening
Klem 18 Test (indien beschikbaar)
Klem 71 Signaal veiligheidsvoorziening
(Sicherheitseinrichtung)
Klem 5 +24 V – Spanningsvoorziening
ATTENTIE
Veiligheidsvoorzieningen zonder test (bijvoorbeeld
statische fotocellen) moeten halfjaarlijks
gecontroleerd worden. Ze zijn alleen toegelaten
voor materiële bescherming!
Opmerking
Door middel van een fotocelexpander* kunnen meerdere
optische veiligheidsvoorzieningen aangesloten worden.
3.5.5 Elektrisch slot aansluiten* (zie illustratie 4.9 )
Elektrisch slot of -sloten aansluiten (E-Schloss). Bij het
aansluiten van elektrische sloten uit de toebehorenlijst
moet geen rekening gehouden worden met de polariteit.
4 INBEDRIJFSTELLING VAN DE AANDRIJVING
Opmerking
Voor de eerste inbedrijfstelling moeten alle aansluitingskabels
gecontroleerd worden op juiste installatie aan de aansluitingsklemmen.
De vleugel(s) moet(en) half open staan en de
aandrijving moet ingekoppeld zijn.
4.1 Algemeen
De bediening wordt via DIL-schakelaars geprogrammeerd.
Veranderingen in de instellingen van de DIL-schakelaars
zijn alleen toegelaten indien
- de aandrijving in rust is en
- geen waarschuwings- of openingstijd actief is.
4.2 Overzicht van installatie
• Voorbereidingen treffen (zie hoofdstuk 4.3)
• Eindposities van het draaihek programmeren
(zie hoofdstuk 4.4)
- Registratie eindpositie draaihek-dicht door
geïntegreerde eindschakelaar (zie hoofdstuk 4.4.1) ➤
08.2007 TR10A028-A RE