Kleur bekennen
Kleur bekennen Actuele stAnd vAn zAKen in ... - Lichtconsult.nl
Kleur bekennen Actuele stAnd vAn zAKen in ... - Lichtconsult.nl
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Johan G. Smits<br />
<strong>Kleur</strong> <strong>bekennen</strong><br />
Kunst kan verbleken door verlichting. Vandaar dit lichtontwerp van Grontmij Technical Management in het Joods Historisch Museum.<br />
Actuele stand van zaken in lampen en lichttechniek<br />
Licht gaat vaak verraderlijk om met kleuren. ‘Je weet niet wat je ziet’ is dan maar al te waar. Zorgvuldig afgewogen<br />
kleuren kunnen ineens tegen vallen. Een apart verhaal vormen de mensen die kleuren slecht zien of volledig kleurenblind<br />
zijn. Het congres van de Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde (NSVV) had dit jaar als thema: Licht en<br />
kleur. Een goede gelegenheid om kennis te nemen van de actuele stand van zaken in lampen en lichttechniek.<br />
Ruim voor het wereldkampioenschap<br />
voetbal in Duitsland begon, had ir.<br />
Meinard Noothoven van Goor een gesprek<br />
bij de KNVB. Hij adviseerde bij<br />
iedere wedstrijd één elftal een wit shirt<br />
te laten dragen, zodat kleurenblinden<br />
het verschil met de tegenstander goed<br />
konden zien. Maar bij de KNVB had<br />
men daar geen belangstelling voor en<br />
vonden dat niet met elk kwaaltje rekening<br />
kon worden houden. Van Goor<br />
stond al bij de deur, toen hij terloops<br />
opmerkte: “Statistisch gezien betekent<br />
het wel, dat twee spelers in het veld<br />
niet goed zien welke spelers bij de eigen<br />
ploeg horen. Dat kan een doelpunt<br />
schelen!” Tja, dat veranderde de zaak.<br />
En de KNVB volgde het advies op.<br />
<strong>Kleur</strong>enrichtlijn<br />
Van Goor, zelf kleurenblind, pleitte op<br />
het congres van NSVV voor meer aandacht.<br />
Eén op de twaalf mannen en één<br />
op de 250 vrouwen is kleurenblind. Hoe<br />
is de maatschappij daarop ingericht? In<br />
het verkeer, het openbaar vervoer, op<br />
de werkvloer en ook thuis komen kleuren<br />
voor, maar veel mensen kunnen<br />
18<br />
Plafond & Wand 6-2008
Verlichting<br />
deze kleuren niet of niet goed onderscheiden.<br />
Als eerste in de wereld heeft NEN, het<br />
nationale normalisatie-instituut in Nederland,<br />
nu een kleurenrichtlijn gepubliceerd<br />
die rekening houdt met kleurenblinden:<br />
NPR 7022 ‘Functioneel<br />
gebruik - Aanpassing aan kleurzienstoornissen’.<br />
“Een prima ontwikkeling,<br />
want maar liefst 700.000 mensen in Nederland<br />
hebben deze handicap”, aldus<br />
Van Goor. Hij en zijn collega dr. Jan Walraven<br />
(ex-TNO) van het bureau Blind<br />
Color zijn medeopstellers van deze<br />
richtlijn. De nieuwe praktijkrichtlijn<br />
helpt vergissingen en ongevallen voorkomen,<br />
die ontstaan doordat kleurenblinden<br />
iets niet opmerken. Van Goor:<br />
“Wanneer ontwerpers en fabrikanten<br />
deze richtlijn hanteren maken ze hun<br />
producten zó, dat ook mensen die kleurenblind<br />
zijn daarmee uit de voeten<br />
kunnen.” De richtlijn adviseert een dubbele<br />
codering en geselecteerde kleuren.<br />
Rekening houden met kleurenblinden<br />
is zeer nuttig bij de keuze van signaalkleuren<br />
in interieurs, bij bewegwijzering<br />
en reclame-uitingen. Ook bij signalering<br />
die aanduidt of iets open of dicht<br />
is, of toegang vrij of verboden is.<br />
Het is zo simpel: altijd rood boven, ook<br />
op alle apparaten met lichtjes en knoppen.<br />
Het op twee manieren aanduiden<br />
van functies is de meest veilige optie.<br />
Denk aan de parkeerautomaat: een<br />
vierkante groene knop voor het accorderen<br />
van het parkeerbiljet en een rode<br />
ronde knop voor het afbreken van de<br />
procedure. Wanneer in de instructie<br />
vervolgens zowel vorm als kleur wordt<br />
genoemd, is het apparaat voor iedereen<br />
bruikbaar. In het boek ‘<strong>Kleur</strong>enblind,<br />
zien en toch niet zien’ behandelt Walraven<br />
de materie van het kleurenzien<br />
en de oorzaak en gevolgen van kleurenblindheid.<br />
Ook laat hij zien hoe men,<br />
door bewuster met kleuren om te gaan,<br />
oplossingen kan vinden voor problemen<br />
waarmee kleurenblinden dagelijks worden<br />
geconfronteerd. Dat geldt voor iedereen<br />
die door middel van kleuren<br />
informatie wil overbrengen. Zie ook<br />
www.kleurenblindheid.nl<br />
Verbleken<br />
Kunst verbleekt door verlichting. Het<br />
lijkt wat sterk uitgedrukt maar is een<br />
feit. Iedereen weet dat een foto in de<br />
Een groentewinkel zoals de meeste mensen hem zien. (Foto: Paul Tolenaar, ANWB Kampioen)<br />
Dezelfde groentewinkel door de ogen van een kleurenblinde, zoals Van Goor, links op de foto. (Transformatie<br />
met behulp van TNO kleurenblindheidsimulator)<br />
loop van de tijd iets verkleurt. Maar<br />
bijna niemand staat er bij stil dat ook<br />
een prent of schets verbleekt of verkleurt<br />
waar je bij staat. Heel langzaam,<br />
niet direct zichtbaar, maar wel meetbaar.<br />
Lichtspecialist Rienk Visser van het<br />
Lichtatelier (Grontmij | Technical Management)<br />
en Agnes Brokerhof van het<br />
Instituut Collectie Nederland (ICN) vroegen<br />
daar aandacht voor. Het doel van<br />
verlichting in musea en expositieruimten<br />
is veelal meerledig: de bezoeker<br />
moet de voorwerpen kunnen zien in<br />
een uitnodigende en aantrekkelijk verlichte<br />
ruimte, waarbij dus schade aan<br />
objecten als gevolg van blootstelling<br />
aan licht tot een minimum beperkt<br />
blijft. In het plan van eisen voor het<br />
lichtontwerp moet eerst voor de geselecteerde<br />
objecten worden bepaald wat<br />
hun lichtgevoeligheid is. Op basis van<br />
de uitspraak over schadeacceptatie en<br />
aan de hand van de relatie tussen belichtingsdosis<br />
en schade kan vervolgens<br />
worden bepaald wat de belichtingsdosis<br />
is die tot 1 ‘juist waarneembare ver-<br />
Plafond & Wand 6-2008<br />
19
andering’ ( jwv) leidt en wat daarom de<br />
maximale belichtingsdosis (lux.uren) tijdens<br />
de tentoonstellingsperiode mag<br />
zijn. Die dosis moet worden afgestemd<br />
op de effectieve belichting, de minimale<br />
verlichtingssterkte die nodig is om de<br />
voorwerpen optimaal zichtbaar te maken<br />
voor het publiek. Met betrekking<br />
tot het accepteren van bepaalde verandering<br />
is dan de vraag: ‘In hoeveel tijd<br />
mag er 1 jwv optreden?’ Dit is de verantwoordelijkheid<br />
van de collectiebeherende<br />
instelling die daar zelf een<br />
standpunt over in zal moeten nemen.<br />
Dynamisch<br />
Japanse prenten zijn moeilijk tentoon<br />
te stellen omdat de kleuren heel snel<br />
verbleken in het licht. Dat wist men bij<br />
Museum Volkenkunde in Leiden. Voor<br />
het tentoonstellen van een collectie Japanse<br />
prenten heeft het museum een<br />
belichtingsregime uitgewerkt, dat uitgaat<br />
van acceptatie van 1 jwv in vijftig<br />
jaar. De verlichtingssterkte is laag en de<br />
prenten mogen maar een bepaalde tijd<br />
tentoongesteld worden. Daarna worden<br />
ze een aantal jaren in het donker<br />
opgeslagen. Op die manier wordt de<br />
verbleking over vele jaren uitgespreid<br />
en kunnen generaties na ons ook nog<br />
van de prenten genieten. Een set prenten<br />
is gedurende één jaar tentoonstellen<br />
nauwkeurig gecontroleerd. De<br />
kleurveranderingen als gevolg van de<br />
blootstelling aan licht zijn door ICN gemeten.<br />
Ondanks het strenge belichtingsregime<br />
is er een verbleking in de<br />
lichtblauwe tinten gemeten.<br />
Maar wat zeggen de gemeten getallen?<br />
In een serie experimenten waren de leden<br />
van een testpanel in staat de grootte<br />
van het kleurverschil waar te nemen<br />
in naast elkaar geplaatste kleurvlakken.<br />
Slechts de helft van het panel kon hetzelfde<br />
kleurverschil zien in de context<br />
van een veelkleurige afbeelding. De gemeten<br />
kleurverandering in de prenten<br />
werd door het panel gewaardeerd als<br />
een verlies van culturele waarde van 9<br />
procent over een periode van tenminste<br />
160 jaar. Het is dus gewenst de blootstelling<br />
van deze prenten aan licht verder<br />
terug te brengen zodat ook onze<br />
achterkleinkinderen ze zo zuiver mogelijk<br />
kunnen bewonderen.<br />
Wat is hierbij de zin en onzin van dynamische<br />
verlichting? Om iets hierover te<br />
kunnen zeggen, zullen we eerst duidelijk<br />
moeten krijgen waar we het over<br />
hebben, aldus Rob van Beek, architect<br />
bij Rijksgebouwendienst met een passie<br />
voor licht. Het natuurlijke licht, gegenereerd<br />
door de zon, is dynamisch. De<br />
vraag waar het om lijkt te draaien is:<br />
moeten we deze dynamiek ook introduceren<br />
in onze kunstlichtinstallaties?<br />
En zo ja, op welke manier?<br />
Daarover heeft Plafond & Wand in 6-<br />
2006 en 4-2007 al eens over gepubliceerd.<br />
Binnen de Rijksgebouwendienst<br />
wordt dynamisch licht eigenlijk alleen<br />
toegepast in speciale ruimtes zoals<br />
meldkamers. Uitzondering daarop is<br />
het in 2008 gerealiseerde kantoor<br />
Westraven voor Rijkswaterstaat in<br />
Utrecht. Het eerste RGD-project met dynamisch<br />
licht was de renovatie van de<br />
meldkamer van paleis het Loo. Na realisatie<br />
heeft men een enquête gehouden.<br />
Het ging hier om de meldkamer, het zenuwcentrum<br />
van de bewaking. Een<br />
ruimte waar per shift twee tot drie<br />
mensen de bewakingsmonitoren in de<br />
gaten houden en de communicatie met<br />
de bewakers in het museum onderhouden.<br />
De ruimte wordt 24 uur per dag<br />
wisselend gebruikt door een groep van<br />
vijftien personen. In 2003 is de meldkamer<br />
totaal gerenoveerd en voorzien<br />
van een kunstlichtinstallatie waarbij zowel<br />
het lichtniveau (tot 1200 lux op<br />
werkblad niveau) en kleurtemperatuur<br />
(tussen 2700 en 6500K) handmatig instelbaar<br />
is. De ruimte heeft een raam<br />
waardoor daglicht binnenkomt, er is<br />
een goede daglichtwering.<br />
Dag en nacht<br />
Bij de vraagstelling in de enquête is een<br />
eerste grove scheiding gemaakt tussen<br />
het gebruik in de dag- en nachtsituatie<br />
en gevraagd naar zaken als de frequentie<br />
van het gebruik van de instellingsmogelijkheden.<br />
Alle ondervraagden<br />
gaven aan de instelmogelijkheid te gebruiken,<br />
variërend tussen eenmalig bij<br />
aanvang tot meer dan vijfmaal per shift.<br />
Geen van de ondervraagden had behoefte<br />
aan een ruimere instelmogelijkheid,<br />
zowel in de dag- als nachtsituatie.<br />
Niet voor het lichtniveau en niet wat<br />
betreft de marge in kleurtemperatuur.<br />
Op de vraag of de instelmogelijkheid<br />
ook bewust wordt gebruikt om de alertheid<br />
tijdens een dip te verhogen, gaf<br />
ongeveer de helft aan dat te doen.<br />
‘Op welke manier doet u dat?’ kreeg<br />
het verrassende antwoord: Door het<br />
verlagen van de lichtintensiteit in combinatie<br />
met het verlagen van de kleurtemperatuur.<br />
Dus voorkeur voor minder<br />
licht met een warmere kleur in plaats<br />
van méér licht met een koelere kleur.<br />
De algemene lichtregelmogelijkheden<br />
worden in de nachtsituatie hoger gewaardeerd<br />
dan gedurende de dagdienst,<br />
hoewel dit in mindere mate<br />
De biodynamishe lichtoplossingen van zes fabrikanten vergelijken is bijzonder. Dit is Trilux.<br />
20<br />
Plafond & Wand 6-2008
Verlichting<br />
geldt voor de kleurinstelling, er wordt<br />
aangegeven dat de kleurtemperatuur<br />
wordt aangepast aan de daglichtsituatie.<br />
De nu voorliggende resultaten geven<br />
volgens Van Beek te weinig voeding<br />
voor verregaande conclusies, nader onderzoek<br />
is zeker nodig.<br />
Een van de eindconclusies is dat men in het algemeen de nieuwe verlichting zeer waardeert. Deze foto toont<br />
de proef met iGuzzini LightAir.<br />
Onderzoeken<br />
In Plafond & Wand 4-2007 stond een<br />
artikel over de langdurige proeftoepassingen<br />
bij Grontmij. Lichtspecialist ing.<br />
Rienk Visser en zijn collega’s voerden<br />
metingen en onderzoeken uit. Hierbij<br />
werden ze voor de medische aspecten<br />
geassisteerd door art en interieurarchitect<br />
Petra Jansen. Vanaf juni 2007 tot<br />
december 2007 bestudeerde men de effecten<br />
van negen verschillende lichtopstellingen.<br />
Het unieke van dit onderzoek<br />
is juist het naast elkaar zien en<br />
gebruiken van biodynamisch licht van<br />
zes verschillende fabrikanten en met<br />
verschillende mogelijkheden. Er waren<br />
per lichtopstelling gemiddeld drie werknemers.<br />
Deze groep werknemers werd<br />
gedurende het halve jaar iedere week<br />
gevolgd door middel van een enquête,<br />
waarbij belevingsaspecten voorop stonden.<br />
Hoe gingen zij om met het licht, en<br />
wat zijn hun ervaringen? Welk rol speelt<br />
de context: het invallende daglicht, de<br />
coating op de ramen, de leeftijd van de<br />
werknemers et cetera. De conclusies<br />
vallen in twee delen uiteen.<br />
Allereerst zijn er de vele gegevens over<br />
de lichtinstallaties die per team zijn opgenomen.<br />
Zo leverde Trilux een geprogrammeerde<br />
en een handbediende installatie,<br />
evenals Philips. Etap had een<br />
geprogrammeerde en aangepaste instelling.<br />
Dan was er een geprogrammeerde<br />
installatie van iGuzzini en van<br />
Zumtobel en als laatste een handbediende<br />
van RZB. Op diverse gebieden<br />
worden de deelnemers naar hun ervaringen<br />
gevraagd. Deze ervaringen zijn<br />
sterk wisselend, afhankelijk van de<br />
lichtinstallatie waarmee de betrokkenen<br />
te maken hebben. Het is lastig om<br />
in deze conclusie de verschillende lichtinstallaties<br />
naast elkaar te beoordelen.<br />
Daarvoor zijn ze te divers en zijn er bovendien<br />
te veel aanloopproblemen geweest.<br />
Zo bleken de geprogrammeerde<br />
installaties van Trilux, iGuzzini en Zumtobel<br />
weinig dynamiek in de verlichting<br />
op de werkplek te leveren. Dit leek onder<br />
andere het gevolg te zijn van de<br />
interferentie met het daglicht. Dit heeft<br />
zijn weerslag op de testuitkomsten.<br />
Biodynamisch licht werkt<br />
Algemene conclusie na 26 weken enquête,<br />
is dat men het licht (de kleur)<br />
zelf wil kunnen instellen of dimmen.<br />
Nadat deze is ingesteld, verandert men<br />
er weinig meer aan, om diverse redenen.<br />
Men is ook tevreden over een<br />
vooraf ingestelde cyclus, mits men vooraf<br />
inspraak heeft bij de instelling. Het<br />
prestatievermogen en de concentratie<br />
lijken positief te worden beïnvloed door<br />
de nieuwe verlichting. De percentages<br />
lopen van 20 tot 30 procent van de gebruikers,<br />
die een beetje of redelijk veel<br />
verbetering melden. De mogelijke verbanden<br />
tussen slaappatroon en het<br />
aantal uren dat men de vorige dag aan<br />
daglicht is blootgesteld, zijn eveneens<br />
interessant te noemen. Ook de gegevens<br />
van de uren daglicht in de afgelopen<br />
week hierbij betrekken is zinvol.<br />
Veranderingen in de sfeer worden maar<br />
een klein aantal malen gemeld. Dat is in<br />
zekere zin teleurstellend. Men geeft als<br />
eindconclusie aan dat men in het algemeen<br />
de nieuwe verlichting wel zeer<br />
waardeert. Dit komt, omdat het enerzijds<br />
moderne lampen zijn die duidelijk<br />
door hun design een meerwaarde opleveren<br />
en anderzijds dat er toch ook een<br />
beter soort verlichting (lees: meer licht)<br />
mee te bereiken is. Met name meer licht<br />
dan thans gebruikelijk is voor kantoorruimten<br />
wordt door de gemiddeld wat<br />
oudere medewerker bij Grontmij zeer<br />
op prijs gesteld. Dit onderzoek heeft<br />
betrekking gehad op de eerste generatie<br />
armaturen met een biodynamische<br />
instelling. Een van de aanbevelingen is<br />
om bij een vervolgonderzoek de dynamische<br />
cyclus aan te passen en dus meer<br />
dynamiek in het licht te brengen. •<br />
De auteur is adviseur van lichtconsult.nl<br />
Eerdere publicaties zijn in pdf-formaat te<br />
downloaden via www.lichtconsult.nl<br />
Plafond & Wand 6-2008<br />
21
Hierbij enkele teksten en afbeelding die er bij horen, maar niet in Plafond<br />
& Wand zijn gepubliceerd.<br />
Dubbele codering: NOOIT<br />
één lamp die rood of groen<br />
brand! Maar ALTIJD 2 lampen:<br />
rood boven en groen onder,<br />
consequent!<br />
Geselecteerde kleuren:<br />
gebruik kleuren die ook een<br />
Handboek museumverlichting van de<br />
NSVV<br />
De werkgroep Museumverlichting van de<br />
Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde<br />
heeft het praktijkdocument voor “Verlichting<br />
van musea en expositieruimten”<br />
samengesteld. Dit boek is een gezamenlijke<br />
uitgave van het eerder genoemde ICN en de<br />
NSVV.<br />
Het behandelt alle ruimten waarin museale en<br />
andere voorwerpen van culturele waarde<br />
gedurende langere of kortere tijd worden<br />
geëxposeerd. Ook is er aandacht voor<br />
restauratieateliers en ruimten waarin<br />
kunstvoorwerpen worden bewaard. Het<br />
combineert de huidige stand van kennis van<br />
deskundigen op het gebied van verlichting,<br />
tentoonstelling en conservering.<br />
Meldkamer van paleis het Loo.<br />
Er bleken geen problemen te<br />
ontstaan vanwege de mogelijk<br />
persoonlijke voorkeurinstellingen<br />
van de verlichting.<br />
Japanse prent uit de collectie van het Museum Volkenkunde in Leiden<br />
Figuur 2 Zin en onzin van dynamische verlichting