CAERT-THRESOOR
Aflevering / Issue 2 - Caert-Thresoor
Aflevering / Issue 2 - Caert-Thresoor
- No tags were found...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
4. De klassieke wereldkaart<br />
Aevi<br />
Veteris Typus<br />
Geographicus (vdB<br />
186, foto:<br />
Universiteitsbibliothe<br />
ek Amsterdam).<br />
55. Zij hebben de volgende eigenschap gemeen met de<br />
sneeuw van hun land: zodra ze heethoofdig in de slag<br />
tekeer gaan beginnen ze sterk te zweten, en als ze zich<br />
ook maar een weinig bewegen, smelten ze weg als<br />
sneeuw voor de zon.<br />
56. en wat te denken van de volgende opmerking van<br />
Dion? De Galliërs worden gedreven door een onbedwingbare<br />
lust om door te gaan met datgene waar ze<br />
mee bezig zijn, in de zin dat ze geen compromissen<br />
sluiten, noch wat moed betreft, noch in vrees. Maar op<br />
enig moment vervallen ze van moed tot vrees en uiteindelijk<br />
tot wanhopige onbezonnenheid.<br />
57. en wat moeten we vinden van het volgende oordeel<br />
van Strabo? Ze zijn een oorlogszuchtig en woest volk,<br />
altijd klaar om aan te vallen. Uitgedaagd tot de strijd<br />
vechten ze in kleine, opeengepakte groepjes, zonder op<br />
hun verdediging te letten en dat is goed te zien. Het gevolg<br />
is dat ze gemakkelijk zijn in te sluiten als hun vijand<br />
enig soort strategie gebruikt dat hem tot voordeel<br />
strekt door ze tot de strijd uit te dagen, bewapend en<br />
uitgerust als ze zijn met niets anders dan kracht en wanhoop.<br />
58. Keizer Leo in zijn boek De Bellico apparatus beschrijft<br />
ze heel anders. De Fransen (schrijft hij) zijn onverschrokken<br />
in moed en dapper in oorlog. Het wordt<br />
bij hun als een grote schande beschouwd de moed te<br />
laten zakken of ook maar het kleinste stukje terrein prijs<br />
te geven, hetgeen niet beter is dan het hazenpad te kiezen<br />
&c. Welnu, als dit volk inderdaad zo verwijfd is en<br />
zulk een lafheid vertoont, als ze zo weinig bereid zijn<br />
zich in te spannen, zo wisselvallig en slecht in staat de<br />
strijd vol te houden, kun je mij dan vertellen Cicero,<br />
(Romein die je bent), waarom je in je oratie Pro<br />
Provincijs Consularibus schrijft dat dit Gallië in jouw<br />
ogen zo afschrikwekkend is?<br />
59. Waarom schrijft Sallustius dat heel Italië beefde en<br />
trilde uit vrees dat dit volk, zelfs zo erg dat de Romeinen<br />
niet met hen in het strijdperk wensten te treden voor<br />
roem en eerzucht, maar alleen om hun leven en land te<br />
bewaren? Hoe kwam het dat we in Trogus de volgende<br />
woorden aantreffen over de Koningen uit het Oosten?<br />
'Ze waren zo bang voor de reputatie van de Fransen en<br />
voor hun voorspoedige successen in alle oorlogen dat<br />
ze geloofden dat ze nooit zelf in staat zouden zijn buiten<br />
gevaar te blijven, vernietigd en verloren als ze waren,<br />
zonder de hulp van de krachtige en hooghartige<br />
Fransen'.<br />
60. en waarom zegt Appianus in het tweede boek van<br />
zijn Burgeroorlogen dat zij zo'n panische schrik bij de<br />
Romeinen teweegbrengen, dat in de wet die vrijstelling<br />
van militaire dienst verleende aan priesters en oude<br />
mannen, de Franse oorlogen daarvan zijn uitgezonderd?'<br />
Genoeg over Ortelius' speurtocht naar de historische<br />
waarheid.<br />
Op zoek naar geografisch-historische volledigheid<br />
Nu volgen enkele voorbeelden van Ortelius' hang naar<br />
historisch-geografische volledigheid.<br />
Een eerste voorbeeld van Ortelius' streven naar geografische<br />
volledigheid is zijn Catalogus Auctorum. Dit is<br />
een lijst van kaartenmakers, die door Ortelius geraadpleegd<br />
en gebruikt zijn voor het samenstellen van de<br />
Theatrum- en Parergon-kaarten. De vier varianten van<br />
de eerste Theatrum-editie verschillen alleen in dit opzicht.<br />
Deze lijst 6 blijft met elke nieuwe editie van het<br />
Theatrum groeien tot Ortelius' dood. Er is in de historische<br />
kartografie geen parallel te vinden van een zo<br />
nauwkeurige en uitgebreide opsomming van kaartbronnen<br />
vóór Ortelius' tijd, maar daarna evenmin. Van<br />
een aantal kaarten en kaartenmakers kennen we alleen<br />
het bestaan via deze lijst. Tijdgenoot en concurrent De<br />
Jode had niets vergelijkbaars te bieden in zijn atlas<br />
Speculum Orbis Terrarum.<br />
22ste jaargang 2003, nr. 2<br />
CAEE.T-<strong>THRESOOR</strong><br />
33