Het gereed maken van de machine voor het naaien

Het gereed maken van de machine voor het
naaien
l. De stof onder de p€rsvoet leggen bij de hoogste stand
van de draadhefboom,
2. Dê persvo€thefboom, aan de achterkant van d€ machine,
omlaag brengen, de naald in de stof zetten, door het handwiel
naar U toe te draaien en langzaam beginnen tê naaien door
geleideluk de voetpedaal in tê drukken. Bij de eerste paar
stekên houdt U de belde draden, onder de persvoêt naar
achteren gelegd, vast.
Bij het naaien van een scherpe hoek, de machine op de hoek
stoppen mêt de naald in de stof, de persvoet lichten, de stof
draaien, de persvoet omlaag brengen en doorgaan met
naaien.

Naam van elk onderdeel
'l-2 Automatischedrukregelaar
3 Draadhefboom
4 Draadgeleider
5 Bovenkap
6 Kloshouderpen
7 Steeklengteknop met nummering
I Vliêgwiel
9 Spoelwinderveer
10 Spoelwinder
11 Spoelwinder-draadgeleider
12 Transporteurknop beneden (down)
'13 Transporteurknop boven (uP)
14 Huis van de naaimachine
l5 Grondplaat
16 Spanningsregelaar
l7 Aantrekveer
18 Draadgeleideveer
l9 Naaldklemschroef
20 Transporteur
21 Beweegbare naaivoet
22 Naald
23 Schuifplaatje
24 Persvoetschroef
25 Naaldstang
26 DraadafsnUder
27 Lichtschakelaar
28 Draadgeleiders
29 Begrenzingsknop
30 Zig-zag hendel
31 Zig-zag steekbreedte aanduiding
32 Knop voor automatisch terugnaaien
33 Plaat
34 Motorriempje
35 Frontplaat draaibaar
36 Spanningsplaatjes

Het winden van een spoelklosje
'1. Ontkoooel het naaimechanisme
2. Zet de klos garen op kloshouderpen - 6 -.
3. Leid de draad onderlangs de s poelwinder-d raadg ele ide r -
tussen de s pan n ingsplaatjes (zie afb.).
4. Wind de draad enige malen om het lege spoelklosle.
5. Schuif het spoelklosje dan op het asje van de spoelwinder
- 11 - waarbij U er op let, dat het gleufje in het spoelklostc
over het veertje op het asje schuift.
6. Druk lip - (push)- naar beneden totdat het rubbei'wieltje
tegen het handwiel drukt, waarbij spoelwinderveer - 10 -
automatisch op het spoelklosje komt te rusten.
7. Laat de machine langzaam lopen (de voetweerstand dus
niet te ver indÍukken). Wanneer het spoelklosje vol is stopi
de spoelwinder automatisch.
8. Schakel het naarmechanrsme weer in.
.. Gerrijts
t_tandelsst|aat í4
950í ET Stadskanaal
"*s$i,Ë:ffÍ*ïrs,"

Het inzetten van de naald
1. Draai het handwiel naar U toe tot de draadhefboom in zUn
hoogste stand staat.
2. Draai de naaldklemschroef los (naar U toe) en schuif de
naald met de platte kant naar rechts gekeerd zover mogelUk
omnoog.
3. Hierna draait U de naaldklemschroeÍ weer vast.
4. Nagaan of de naald op de juiste wijze in het gat van de
naaldplaat zakt.
NAÁLDSTANG
NAALDSTANG
DRAADGELEIDER
NAALDKLEM
KLEMSCHROEF

Het inrijgen van de bovendraad
t(l:r;tt ? /:
1. Draai het vliegwiel naar U toe tot de naaldstang op haar
hoogste stand staat.
2. Zet de garenl

16 Het aanzetten van knopen
Draai het vliegwrel naar U toe tot de naaldhefboom in de
hoogste stand staat.
Zet de persvoet omhoog. Verwuder het gewone persvoetle
zei het knopenvoetle ervoor in de plaats. zoals figuur aanaangeeft.
Zet de transporteur op ,,down, zoals voor stoppen is aangegeven
de spannng van de boven- en onderdraad bl.lft
dezefde als bl gewoon naaien
Leg het materiaal of het kledingstuk met de knoop zo onder
de persvoet. dat de gaatles in de knoop gelllk open met de
angwerpige opening in de persvoet.
Zel de z g-zag hendel op de ju ste breedte, zodat de naald
prec es door het midden van e k gaatie van de knoop gaat
Vastzetten met begrensknop.
Draai, alvorens machinekrachte gebruiken het v egw el
met de hand naar U toe.
l/laak een steek in elk gaatle van de knoop en overtulg U
dat cle naald de knoop nergens raakt. Maak daarna vJf à
zes steken voor aannaaren van'de knoop
BU vrergaatsknopenaait men eerst het ene gaaijes paar en
daarna het andere.
Zet de draad vast door 2 à 3 gewone steken in heizelfde
gaatje te maken, door de zrg-zag breedte op 0 te zetten en
kn p daarna de draad at

22 Het gebruik van het zoomvoetie
{l
Smalle zomen
BU het maken van smalle zomen is de normale zoombreedte
ongeveer 1/a cm. Om het zoomvoetje aan de mach ne te bevestigen
zet nen de persvoet omhoog, verwudert het gewone
voetje, schuift het zoomvoetje aan en draalt de schroet
va st.
In het algemeen knipt men voor het zomen de rechte hoek
van het te zomen materiaal diagonaal af. Prepareer het
materiaal zo, dat het gemakkelUk rolt en schuif het in de
krul van het zoomvoetle.
Trek het materiaal zover in de krul tot het iuist onder de
naald lgt en houd het mateíaal ro lend.
Zet de persvoet naar beneden en naar langzaam en zorg
vuldig 2 à 3 steken, houd daarbri het beg n van de zoom
tussen du m en wjsvrnger.
Zorg dat niet te veel of te wetnLg materiaal aan de zomen
wordt toegevoegd.
N4en kan voor het zomen ook de zig-zag steek gebru ken.
Zorg dat de breedte van de zig-zag steek overeenkomt met
de breedte van de zoom (z e afb.).

:0 Enkele nuttige wenken
&.
ê
Machine uitsluitend smeren met naa machlne-olle.
Het naaien van zeer dunne stoÍ.
Indien zeer dunne stof brl het naaren de neig ng tot r rnpelen
vertoont, leg dan een reep dun papter onder de stof en
naai met een kleine steek. Dit voorkomt ook het uitrekken
van de stof. (Zie: Het regelen van de transporteur en aulomatrsche
dr!kregelaar )
,%
I
Bijgen.
1. Gebruik een drkkere onderdraad dan bovendraad
2. Verm nder de bovenspanng en gebruik de grootst Íno
gellke steek.
3 De steken kunnen dan gemakke rlk worden u tgehzra d
door de onderdraad uit te trekken.
Het in goede conditie houden van de machine.
1. Houd al e bewegende delen van de machine voortdurend
geolied en schoon.
2. Draai het viegwiel altUd naar U toe, zefs als U met de
hand naa t.
3. Laat de machrne niet zonder stof open.
4. Trek bij het naaien niet aan de stof; U buigt dan de naald
krom. De machine ls n staat de stof automatisch voor te
scnurven.
5. Laat de machlne n et open
met de persvoet omhoog.