10.08.2015 Views

Schrijver Karl Ove Knausgård ‘Ik haat vrijwel elke pagina’

Schrijver Karl Ove Knausgård: 'Ik haat vrijwel elke ... - Gier•O•Scope

Schrijver Karl Ove Knausgård: 'Ik haat vrijwel elke ... - Gier•O•Scope

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

“Ja. Ik was ontzettend gefrustreerd enstond op het punt om alles achter me telaten. Misschien was het wel een midlifecrisis.Alles voelde betekenisloos, waardeloos.Ik had drie kinderen, een vrouw, ikhad alles, maar ik was niet gelukkig. Hoewas ik daar terechtgekomen? Dat wilde ikuitzoeken. We waren allebei boos, je reageertboos op elkaar, het wordt erger energer en je komt er niet uit. Terwijl je eigenlijkmaar één stap opzij hoeft te zettenom uit zo’n patroon te stappen. Schrijvenen lezen helpt om dingen vanuit een anderperspectief te bekijken.“Voor mij is het tweede boek een reddinggeweest. Voor mijn vrouw was hetlastig, maar ze is zelf ook schrijver en begrijptdat het goed is als ik tot het uiterstega. Mijn vrouw heeft een bipolaire stoornisen daar heb ik ook over geschreven.Dat is typisch zo’n onderwerp waar je nietover praat, maar het is niet gevaarlijk omdat te benoemen – het is nu eenmaal zo.Ze is tot de conclusie gekomen dat hetniet bedreigend is. Oké, nu weten mensendingen over ons, maar wat weten ze nouhelemaal? Eigenlijk nog niets.”Hebt u van tevoren niet over de mogelijke gevolgennagedacht?“Je kúnt gewoonweg niet stilstaan bijde consequenties of bij wat mensen ervanzullen vinden, want dan kun je nietmeer schrijven. Dan is het niet meer helemaaleerlijk, sluipt er een valse noot in.En de lezer merkt dat direct. Bij de eerstetwee boeken was ik zo eerlijk als ik maarzijn kon.“Toen ik met het derde, vierde en vijfdedeel bezig was, waren de eerste twee algepubliceerd en zaten de media en krantener bovenop. Toen lukte het me al nietmeer om helemaal eerlijk te zijn. Pas bijhet zesde deel kon ik opnieuw alles vergetenen als het ware weer in de tekst verdwijnen.”Deel een gaat over uw vader. Wat voor relatiehad u met hem?“Voordat hij stierf, wilde ik dat hijdoodging. Maar toen het zover was, werdik overmand door verdriet. Ik begreep erniets van. Mijn broer brak als tiener methem; hij wilde vader niet meer zien ofspreken. Hij snapte ook niets van mijnrouw – ik <strong>haat</strong>te hem toch ook? Ik wasbang voor hem, fysiek bang.”Sloeg hij u? U beschrijft vooral de emotionelemishandeling.“Het kwam voor, maar niet vaak. In-‘Voordat mijn vaderstierf, wilde ik dat hijdoodging. Maar toenhet zover was, werd ikovermand door verdriet.’derdaad was het met name zijn emotionelegrip op mij die me beangstigde. Ik hebmijn hele leven een dubbel gevoel gehadten opzichte van mijn vader. Ik wilde dichtbij hem zijn, maar was ook altijd bang. Alskind werd hij zelf geslagen en ik denk dathij van binnen nog veel chaotischer, gefrustreerderen eenzamer was dan ik.”De passages waarin u vertelt over uw angst,hoe u al aan de manier waarop hij het autoportierdichtsloeg kon horen in wat voor stemminghij verkeerde, spreken boekdelen. Deangst zat heel diep.“Ja, maar mijn broer had daar beduidendminder last van. Ik was misschienwel erg gevoelig ten opzichte van hem.Mijn moeder zei altijd dat hij veel om megaf. Als je iets in je kind terugziet van je-zelf dat je niet bevalt, kan dat moeilijk teverkroppen zijn. Misschien riep ik iets inhem op en reageerde hij daarom zo sterk.Dat moet haast wel het geval zijn geweest.Maar ik zal het nooit weten. Ik denk datdaar mijn intense verdriet ook mee te makenhad. De kansen zijn verkeken. Hiermoeten we het mee doen. Zijn dood waseen vorm van zelfmoord; hij dronk zoveel, ik ben er zeker van dat hij wilde dathet voorbij was. Intens treurig. En toch,als hij nu hier binnen zou komen, zou ikbang voor hem zijn. Ik zou nooit een normalerelatie met hem kunnen hebben. Datklinkt extreem, terwijl we een min of meernormaal gezin waren.”Was het niet moeilijk voor u om zelf vader teworden?“Beslist. Toen mijn broer kinderen kreegen hij een goede vader bleek te zijn, dachtik simpelweg: gelukkig, dan zal ik ook weleen goede vader zijn. Maar toen begon ikte schreeuwen tegen mijn dochter toen zenog klein was; ze irriteerde me en ik kondaar niet mee overweg. Terwijl ik eigenlijknooit boos word en zelfs bang ben voorboze mensen. Het gaf me een heel slechtgevoel, alsof mijn vader in mij zat. MaarΩHP | de tijd41

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!