view - Department of Reproduction, Obstetrics and Herd Health

SAMENVATTING
de SQA-Ve met software versie 1.00.43, getest en de herhaalbaarheid van de metingen geëvalueerd
alsook de overeenkomst met de klassieke lichtmicroscopische analyse (Hoofdstuk 3.3), en dit zowel
voor het analyseren van vers als van verdund sperma. De SQA-Ve had een goede herhaalbaarheid en
een goede overeenkomst met de haemocytometer voor het bepalen van de concentratie. De
weergegeven waarden voor de beweeglijkheid en voor het percentage morfologisch normale
spermacellen waren echter weinig herhaalbaar en hadden bovendien een slechte overeenkomst met
de lichtmicroscopische bevindingen. Deze laatste bevindingen vertoonden daarentegen wel een
goede overeenkomst met de goed herhaalbare CASA waarnemingen. Uit dit onderzoek kan
geconcludeerd worden dat de geteste versie van de SQA-Ve (versie 1.00.43) onvoldoende
nauwkeurig is voor de analyse van zowel vers als verdund sperma.
Voor het analyseren van ontdooid hengstensperma werd dezelfde versie van de SQA-Ve, met
name de 1.00.43, alsook een recentere versie met vernieuwde software algoritmes (1.00.61) getest
(hoofdstuk 3.4). Ook voor diepvries sperma had de eerste versie een slechte herhaalbaarheid en een
zeer slechte overeenkomst met de CASA waarnemingen. De vernieuwde versie daarentegen, was
duidelijk beter geschikt om hengstensperma te analyseren, al zijn er nog bijkomende aanpassingen
aan de software algoritmes nodig om betrouwbare resultaten te verkrijgen. Een bijkomend nadeel
aan de SQA-Ve is dat de ondergrens voor het weergeven van de beweeglijkheid ligt op 30% hetgeen
concreet betekent dat waarden gelijk aan of kleiner dan 30% niet weergegeven worden.
Na het beoordelen van de kwaliteit moet het sperma verwerkt worden. Om de concentratie
aan spermacellen te verhogen, wordt bij de verwerking van hengstensperma vaak gebruik gemaakt
van centrifugatie, zowel bij de gekoelde bewaring als bij het invriezen. De spermaverliezen die
gerapporteerd worden na centrifugatie, zijn zeer variabel en gaan van minder dan 2% tot 25%
wanneer gebruik gemaakt wordt van eenzelfde standaardprotocol (600 × g gedurende 10 min). In
hoofdstuk 4.1 werd dit protocol vergeleken met andere protocollen waarbij het sperma gedurende
een kortere tijd werd gecentrifugeerd aan een hogere kracht. De bekomen verliezen waren sterk
verschillend naargelang het gebruikte protocol, met 22% verlies voor het standaardprotocol. Bij een
verhoogde centrifugatiekracht waren de verliezen aanzienlijk minder zonder aantasting van de
spermakwaliteit. Noch bij gekoelde bewaring noch bij het invriezen van het sperma werd een
duidelijke invloed waargenomen van het centrifugeren aan een hogere kracht gedurende een
beperkte tijd.
Door het sperma te centrifugeren wil men een maximale opbrengst van sperma verkrijgen
zonder het echter te beschadigen, hetgeen in feite lijnrecht tegenover elkaar staat. Met behulp van
een alternatieve manier van centrifugeren waarbij gebruik gemaakt wordt van een colloid, kunnen
207