PDF format (503 kB) - ECN
PDF format (503 kB) - ECN
PDF format (503 kB) - ECN
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Metalen<br />
Referent dhr.de Jong, Hoogovens<br />
Er zijn geen gemakkelijke besparingen, in het algemeen is energiebesparing een zeer kostbare zaak. Op dit<br />
moment is er een driedeling van de besparingen:<br />
1 good housekeeping<br />
2 energiebesparinsprojecten (o.a. WKK)<br />
3 procestechnologische vernieuwingen<br />
De mogelijkheden voor energiebesparingsprojecten zullen op termijn afnemen. Nieuwe technologieën moeten<br />
na 2000 die besparingen opleveren. Maar de ontwikkeling van deze technieken is een lang en duur traject. De<br />
ontwikkeling en implementatie van CCF kost bijvoorbeeld miljarden en duurt 30 jaar (indien succesvol).<br />
De processen die na de ruwstaal-productie komen vereisen ook veel energie (4 GJ/t, met een stijgende tendens<br />
vanwege de steeds verfijndere nabewerking). Hier zijn ook nog veel besparingen mogelijk (bijvoorbeeld<br />
dungieten). Dit energiegebruik en de mogelijke verbeteringen dienen in de beschouwing mee te worden<br />
genomen.<br />
Ten aanzien van koleninjectie in de hoogoven wordt de besparing overschat (kijk ook naar energiegebruik voor<br />
drogen en malen etc.). Ten aanzien van de ontwikkeling van CCF geldt dat Hoogovens daar momenteel volop<br />
mee bezig is. De energiebesparing ten opzichte van de hoogoven-route loopt in de tientallen %. Evenals voor<br />
COREX en Midrex is een gevoeligheidsanalyse echter belangrijk. Deze ontbreekt nu nog, de besparingscijfers<br />
worden hard gesteld, terwijl er nog grote technologische barrières te nemen zijn. De kosten voor CO2-opslag<br />
worden te laag ingeschat. Concluderend lijkt bij een succesvolle introductie van CCF over ca. 30 jaar enkele<br />
tientallen % besparing mogelijk. Factor 10 lijkt voorlopig totaal niet haalbaar gezien de zeer hoge kosten.<br />
Referent dhr. Mannaerts, CPB<br />
Er bestaat een duidelijke discrepantie tussen wat technisch mogelijk is en wat economisch gerealiseerd kan<br />
worden. Er is niet alleen sprake van een stijgende vraag ten gevolge van welvaarts ontwikkelingen. Ook de<br />
aard van de vraag in de zin van de kwaliteitseisen aan de producten verandert. Deze ontwikkeling beperkt de<br />
mogelijkheid voor substitutie tussen de processen (i.c. primair staal vs. secundair staal). Ten gevolge van de<br />
marktwerking zullen prijzen veranderen waardoor een nieuwe situatie ontstaat. De kosten en het potentieel van<br />
emissie-reductie worden hierdoor beinvloed, het is daarom moeilijk een cijfer aan te geven. Algemeen geldt dat<br />
de marginale kostencurve voor CO2 opslag zal omhoog gaan bij een zeer brede toepassing van deze strategie.<br />
Deze curve staat niet in MARKAL.<br />
Afgezien van de CO2 opslag lijkt schroot het aantrekkelijkst om CO2-emissies te reduceren, maar er is veel<br />
schroot nodig om aan de gehele vraag te voldoen. De marginale. kostencurve voor schroot stijgt snel bij een<br />
brede toepassing van de recyclingroute. Deze prijsstijging van schroot zal een verschuiving naar elektrostaal<br />
(recycling) blokkeren. Het geschetste potentieel in 2050 houdt nog geen rekening met de ontwikkeling van geheel<br />
nieuwe technologieën, die het besparingspotentieel zullen vergroten.<br />
Daniëls<br />
1. (n.a.v. De Jong: processen volgend op de staalproductie zijn niet opgenomen in de analyse) De keuze voor<br />
vloeibaar staal als voorlopig eindproduct is gemaakt om een goede vergelijkingsbasis te bieden voor de verschillende<br />
productieroutes; bij het opnemen van de bewerkte eindproducten zou het energiegebruik meer<br />
specifiek zijn voor het betreffende product dan voor de productieroute. Bovendien was vanwege de beperkte<br />
tijd een analyse van de nabewerkingsprocessen niet mogelijk.<br />
2. (n.a.v. niet reële externe parameters) Voor het meenemen van de interactie met externe parameters in de<br />
analyse is MARKAL nodig. Mijn presentatie betreft een verkennende studie waarin de invloed van externe<br />
factoren op emissies en kosten in een sector bekeken wordt. Voor een bredere analyse is meer tijd nodig.