PDF format (503 kB) - ECN

Gebouwen en Infrastructuur
Referent dhr. Lanser, VNC/ENCI
1. Analyse van de huidige. en toekomstige emissies/energieverbruik
De gegevens van tabel 3 (productie, emissies zijn wat mij betreft moeilijk te verifieren. De twee genoemde
bronnen verwijzen niet rechtstreeks terug naar de bron van alle bronnen: de Europese branche-verenigingen
van de betreffende bouwmaterialen-producenten Dat is jammer, want deze organisaties houden allemaal jaarlijkse
productiestatistieken bij en doen dat op een erkend-betrouwbare manier
De cementproductie bedroeg in 1997 in EU+EFTA-landen 178 Mt. De bijbehorende CO2 emissies zijn 72 Mt
voor decarbonatatie van kalksteen, 49 Mt voor brandstofgerelateerde CO2 en 18 Mt t.g.v. electriciteitsgebruik
Bij elkaar 138 Mt.
Wat in tabel 3 onmiddellijk opvalt is dat er 17 bouwmaterialen worden genoemd en één halffabrikaat. En dat
ene halffabrikaat is nou net cement.
Als we in de tweede kolom van deze tabel in plaats van halffabrikaat cement het bouwmateriaal beton opvoeren,
dan is er weer eenheid in de eenheid. Maar dan praten we in plaats van over 185 Mt cement inmiddels
wel over 1200 Mt beton. Dat is zes keer zover als alle andere bouwmaterialen in tabel 3 tezamen
Na enige herberekening kan men uit deze gegevens ook de conclusie trekken dat 85% van een massastroom
(lees- beton) leidt tot minder dan 50% van de totale CO2
De resterende 15% van de totale bouwmaterialenstroom - niet zijnde beton - vertegenwoordigt de andere helft
van de uitstoot van kooldioxide.
Met andere woorden-. beton is helemaal zo gek nog niet
In de overzienbare toekomst zal in Westeuropa geen significante, afzetgroei voor cement meer plaatsvinden.
Dat is bijvoorbeeld wél liet geval in communistisch China.
De techniek is daar sterk verouderd. En de emissies navenant. De Volksrepubliek China produceert meer cement
dan West-Europa in zijn geheel. De CO2-emissie per ton cement is daar bijna twee maal zo hoog als in
West-Europa. Met de huidige stand der techniek ligt de factor twee in China dus gewoon voor het oprapen.
2. Volledigheid von de gepresenteerde technologische opties
Een verdienste van de heer Gielen is dat hij niet alleen de bouwmaterialenproductie beschouwt, maar ook alle
vóór- en achterliggende schakels in de productketen. Een ketenbenadering dus. Ook de opdeling naar 'minder'
en 'vervangen' is in principe een' verstandige, want doelmatige keuze.
De realiteit is echter aanmerkelijk ingewikkelder en weerbarstige dan een academisch technisch model kan
beschrijven, En dan spreek ik nog maar- niet over de vergaande technische en economische implicaties van de
betreffende opties.
Een deel van de opties in tabel 4 ziet ENCI daarom als tamelijk problematisch.
Anderzijds wordt een deel van de opties vandaag de dag door ons al in praktijk gebracht Ook is er nog een
aantal niet genoemde opties, dat tamelijk specifiek is voor onze tak van sport: de cement- en betonindustrie